Informatie over de opname op de Braincare-unit TIA-service
U bent door uw huisarts of een andere specialist doorverwezen naar de TIAservice. De TIA-service is een opname op de Braincare-unit op West 44 gedurende een dag waarbij achter elkaar verschillende onderzoeken plaatsvinden. Met behulp van deze onderzoeken is de neuroloog in staat de juiste diagnose te stellen en waar mogelijk een therapie te starten. Wat is een TIA? TIA s (Transient Ischaemic Attacks) zijn korte, voorbijgaande aanvallen van uitvalsverschijnselen die worden veroorzaakt door een tijdelijke stoornis in de bloedvoorziening van de hersenen. De meeste klachten zoals een verlamming of gevoelsstoornis, dubbelzien, spraakstoornissen, duizeligheid, coördinatiestoornissen en slikproblemen zijn bij een TIA van korte duur en verdwijnen weer geheel. Soms verdwijnen de verschijnselen niet geheel en is er sprake van een lichte beroerte (dus geen TIA), het zogenaamde CVA (cerebrovasculair accident). Doel TIA service Door middel van onderzoek willen wij nagaan of u een TIA of een lichte beroerte hebt gehad. Tevens proberen wij te achterhalen wat hier mogelijk de oorzaak van is geweest. Dit is van belang om te weten omdat zo in de toekomst een nieuwe TIA of beroerte voorkomen kan worden. Opnamegesprek arts Wanneer u bent opgenomen op de Braincare-unit op West 44 zal de neuroloog of de arts-assistent Neurologie een anamnese bij u afnemen en vindt er een neurologisch lichamelijk onderzoek plaats. De arts zal de onderzoeken die gaan plaatsvinden mondeling aan u toelichten. Opnamegesprek verpleegkundige De verpleegkundige van de Braincare-unit zal een opnamegesprek met u voeren, bloed bij u afnemen en een ECG (hartfilmpje) maken. Het bloed wordt onderzocht op mogelijke oorzaken van een TIA en/of beroerte. Een ECG (hartfilm) wordt gemaakt om de werking en de toestand van het hart te onderzoeken. Hiermee kunnen eventuele hartafwijkingen opgespoord worden, die mogelijk een beroerte kunnen veroorzaken. Bewakingsmonitor Tijdens u opname op de Braincare-unit wordt u aangesloten aan een bewakingsmonitor. Deze meet continu het hartritme. Hiermee worden eventuele ritmestoornissen van het hart opgespoord die mogelijk de oorzaak van uw TIA en/of beroerte kunnen zijn. Ook wordt ieder uur de bloeddruk gemeten. Het streven is om u 24 uur aan de monitor aangesloten te laten. In sommige gevallen kan er voor gekozen worden dit langer of korter te laten duren. Onderzoeken CT-cerebrum Een CT-cerebrum (hersenscan) is een soort röntgenfoto van de hersenen. Hiermee kan worden vastgesteld of u een beroerte heeft gehad. Een CT- 2
cerebrum wordt gemaakt op de afdeling Medische beeldvorming. U wordt hier naartoe gebracht door iemand van de Braincare-unit. Hoe werkt een CT-scanner Bij het CT-onderzoek worden door middel van röntgenstralen afbeeldingen gemaakt van dwarsdoorsneden van de hersenen. Een smal bundeltje röntgenstralen draait in enkele seconden om het hoofd heen: en de doorgelaten röntgenstralen worden gemeten. Elk lichaamsweefsel houdt röntgenstralen tegen. Het is afhankelijk van de samenstelling van het lichaamsweefsel hoeveel röntgenstralen worden doorgelaten. Op iedere plaats in de doorsnede van het hoofd berekent de computer in welke mate de röntgenstralen verminderd zijn doorgekomen. Uit deze computerberekeningen kunnen eventuele afwijkingen worden afgeleid. Op een televisiescherm wordt steeds een afbeelding van de dwarsdoorsnede weergegeven. Deze dwarsdoorsneden kunnen ook op foto worden vastgelegd. Het televisiescherm en de computer bevinden zich in een ruimte naast de onderzoekkamer. Van hieruit wordt de CT-scanner bediend en vindt het verschuiven van de onderzoektafel voor iedere dwarsdoorsnede plaats. Het onderzoek Het onderzoeksapparaat, de zogenaamde scanner, bestaat uit een grote smalle kast, waarin zich de röntgenbuis en de meetinstrumenten bevinden. Voordat het onderzoek begint, neemt u plaats op een onderzoektafel. Deze onderzoektafel wordt zodanig in de ronde opening van de scanner geschoven, dat uitsluitend het hoofd midden in de opening ligt. Het overige deel van de onderzoektafel steekt aan beide kanten uit de scanner. U ligt dus niet helemaal in het onderzoeksapparaat zoals veel patiënten denken. U hoort tijdens het maken van de opnames hoe de röntgenbuis (niet zichtbaar) om u heen draait. Dit geluid is voor u een teken dat u heel stil moet blijven liggen. De tijdsduur van het onderzoek Het onderzoek duurt ongeveer 10 minuten. Straling Iedereen weet dat röntgenstralen nadelig kunnen zijn voor de mens en dat zij niet kunnen worden gezien of gevoeld. Overigens staat iedereen bloot aan straling vanuit de kosmos en directe omgeving. Van alle straling die een mens gedurende zijn leven kan oplopen, is het aandeel daarvan door medische toepassingen berekend op 16% van het totaal. Radiodiagnostiek neemt slechts een klein deel van dat totaal voor haar rekening. Dat neemt niet weg dat iedere toepassing zorgvuldig moet worden afgewogen en altijd beschermende maatregelen worden genomen om geen onnodige risico's te lopen. Als u zwanger bent of hierover onzeker bent, dient u dit voor het onderzoek te melden. Röntgenstraling kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Neem hierover tijdens kantooruren contact op met uw arts of de afdeling Medische Beeldvorming. Vragen Vragen kunt u voor aanvang van het onderzoek aan de laborant stellen. 3
Duplex-onderzoek Bij een Duplex-onderzoek wordt met behulp van geluidsgolven de stroomsnelheid van het bloed in de bloedvaten van het hoofd-/halsgebied gemeten. Vernauwingen in de bloedvaten kunnen hiermee opgespoord worden. Een computerprogramma maakt van de geluidsgolven een afbeelding. Het Duplex-onderzoek vindt plaats op de afdeling Klinische neurofysiologie. U wordt, indien gewenst, door iemand van de Braincare-unit naar de afdeling Klinische neurofysiologie gebracht. U kunt plaatsnemen in de wachtkamer totdat een laborant u komt halen en u naar de onderzoekkamer brengt. Het onderzoek is geheel pijnloos. Het is wellicht prettig voor u om te weten dat u voor dit onderzoek niets krijgt ingespoten. Het onderzoek Op het te onderzoeken gebied wordt gelei op de huid aangebracht, die dient als geleidingsmiddel voor het geluid. Hierna wordt een taster schuin op uw huid geplaatst, die geluidsgolven uitzendt. De tijdsduur van het onderzoek Het onderzoek aan de halsvaten duurt drie kwartier. Vragen Vragen kunt u voor aanvang van het onderzoek aan de laborant stellen. ECG Een ECG (hartfilm) wordt gemaakt om de werking en de toestand van het hart te onderzoeken. Hiermee kunnen eventuele hartafwijkingen opgespoord worden, die mogelijk een beroerte veroorzaken. Een ECG wordt gemaakt tijdens het opnamegesprek met de verpleegkundige op de Braincare-unit Uitslagen onderzoeken De uitslagen van de onderzoeken ontvangt u van de neuroloog of van de artsassistent Neurologie. De arts zal wanneer het een TIA of lichte beroerte betreft u uitleg geven over het gebruik van medicatie (o.a. bloedverdunners) en leefregels om u in de toekomst te beschermen tegen een nieuwe TIA of beroerte. Het kan zijn dat wanneer uit het Duplex-onderzoek een vernauwing van de halsvaten naar voren komt, dat u wordt doorverwezen naar de vaatchirurg. Ook kan het voorkomen dat u bij hartritmestoornissen doorverwezen wordt naar de cardioloog. Deze verwijzingen kunnen nog tijdens u opname plaats vinden, maar ook poliklinisch (dus na ontslag). Ontslag Wanneer u na het ontvangen van de uitslagen van de onderzoeken met ontslag mag gaan, ontvangt u een recept met de medicatie die de neuroloog of de artsassistent Neurologie u heeft voorgeschreven. Verdere herhalingsrecepten verlopen via de huisarts. De ontslagbrief ontvangt de huisarts digitaal. Eventueel ontvangt u nog een afsprakenkaartje om poliklinisch op controle te komen bij de neuroloog of een andere specialist als dit van toepassing is. 4
CVA-nazorgpoli Als u met ontslag gaat heeft de verpleegkundige voor u ook een afspraak gemaakt op de CVA-nazorgpoli. Na ongeveer zes weken hebt u daar een gesprek met de verpleegkundig specialist. In dit gesprek krijgt u informatie over een beroerte/tia en wordt gekeken of er nog restverschijnselen aanwezig zijn. Als die er zijn dan geeft de verpleegkundig specialist u adviezen hoe u hiermee om kunt gaan. Eventueel worden er verdere therapieën gestart. Verder worden de leefregels om een beroerte te voorkomen nogmaals met u doorgenomen. Ketenzorg Om de opname en het herstel van een patiënt met CVA (beroerte) accuraat en snel op elkaar aan te laten sluiten zijn in Nederland stroke services (CVA zorgketens) opgericht. Deze ketens worden gevormd door regionale zorgverleners die gezamenlijk integrale, deskundige en samenhangende zorg van patiënten met een beroerte waarborgen in alle fasen van de aandoening. De belangrijkste betrokkenen bij stroke services in de Westelijke Mijnstreek zijn: Orbis Medisch Centrum Orbis Revalidatie Orbis Thuiszorg Orbis verpleeg- en verzorgingshuizen (Orbis Thuis) Adelante Revalidatie Centrum Alle regionale huisartsen GGD Zuid-Limburg CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg) Kijk voor meer informatie over CVA zorgketen Westelijke Mijnstreek op www.eenberoertewatnu.nl Tot slot Wij hopen dat u tevreden bent over de zorg van de TIA-service. Mocht u niet geheel tevreden zijn of heeft u nog vragen, belt u dan gerust met de verpleegkundig specialist. Het telefoonnummer vindt u op de achterkant van deze folder. 5
Geef uw mening! Deel uw ervaring over Orbis Medisch Centrum op www.zorgkaartnederland.nl, een onafhankelijk kwaliteitsplatform voor de zorg. Op basis van uw ervaring kunnen wij onze zorgverlening verder verbeteren. Neurologie Meldpunt West 06 Afsprakennummer 088-459 7817 Op werkdagen: 9.00-12.00 en 14.00-16.00 uur Informatienummer 088-459 7811 Op werkdagen: 8.30-12.00 en 13.30-16.30 uur Verpleegafdeling Meldpunt West 44 Telefoon 088 459 4600 Verpleegkundig specialist CVA Roger Nieling Telefoon: 088 459 7817 Internet www.orbismedischcentrum.nl Meer informatie Kijk voor meer informatie over de Zorgketen CVA Westelijke Mijnstreek op onze website: 788 02-2014