gezien het advies van de Algemene raadscommissie van 15 september 2011



Vergelijkbare documenten
Verordening sollicitatieplicht en outplacement politieke ambtsdragers Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Toelichting op de Verordening outplacement gewezen burgemeester en wethouders

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Hebben goedgevonden en verstaan:

RAADSBESLUIT. Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Asten februari

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Afstemmingsverordening WWB

vast te stellen: de volgende Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012-A gemeente Heerde.

Raadsvoorstel Registratienummer: BI Portefeuillehouder: B. Fritzsche

AANGEVULD en GEWIJZIGD exemplaar

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Deurne 2018

Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

bijlage(n) 1 fax (0591)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Reïntegratieverordening. werk en bijstand

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2013;

Verordening afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ BMWE 2016

Maatregelenverordening Wet Investeren in Jongeren gemeente Aa en Hunze

GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150

gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel b en 41, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren;

MAATREGELENVERORDENING IOAW EN IOAZ 2010

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

Afstemmingsverordening gemeente Arnhem 2015

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2008, voorstelnummer 180;

Gemeente Stadskanaal: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Stadskanaal 2015

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING HEERENVEEN 2014

RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016

4",..,,,.' B .C-. E R N H EZ E. gezien het bijbehorende voorstel van burgemeester en wethouders van 15 april 2014;

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft,

Maatregelverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Doesburg 2015.

Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland

Verordening verstrekking computer- en communicatieapparatuur wethouders 2002

95e Wijziging in de gemeentelijke Rechtspositieregeling

Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*)

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d.

Model Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning 2019

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 51 Datum: nr. 33

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 16 mei 2003, nummer 126;

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen overwegende dat het gewenst is voor subsidiering algemene regels vast te stellen;

Voorgestelde wijzigingen verordening: Was-wordt lijst verordening raadsleden en wethouders

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 augustus 2010;

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: Agenda nr: Onderwerp: verordening rechtspositie wethouders. Aan de gemeenteraad,

*Z C* Beslispunten 1. Aan u wordt voorgesteld de Reintegratieverordening Goeree-Overflakkee met ingang van 1 januari 2013 vast te stellen.

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013 onder de WKR

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2014;

Overwegende dat het bestaande subsidiebeleid dateert uit de periode van 2009/2010;

gezien de circulaires van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten d.d. 17 mei 2006 (MARZ/CvA/U ) en 7 juli 2006 (MARZ/CvA/u );

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 juli 2004, nr. OW/2004/3325;

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Gemeente Dongeradeel - Verordening Lauwersregeling gemeente Dongeradeel

Verordening individuele inkomens- en studietoeslag Zaanstad 2015

Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders

Gemeenschappelijke regeling samenwerking belastingen Amstelland- Meerlanden

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 4 augustus 2015, nummer /c; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Valkenburg aan de Geul; nr. verordening en beleidsregel Kinderopvang,

CVDR. Nr. CVDR126459_1. Verordening Langdurigheidstoeslag 2012

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d.10 november 2009; gezien het advies van de commissie Burger van 24 november 2009;

Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 maart 2013;

Besluit tot vaststelling van de Verordening tegemoetkomingen bestuur Waterschap Vallei & Eem

Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland

64-1 GEMEENSCHAPPELIJK REGELING REGIONAAL ONDERWIJSBELEID WALCHEREN

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 mei 2005;

Onderwerp : Algemene Subsidieverordening Bergeijk 2016

Collegebesluit. Onderwerp: re-integratie oud-bestuurders Registratiekenmerk: 2014/ Inleiding

Verordening rechtspositie wethouders Dordrecht

Reglement Dienstraden

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2004

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014

Subsidieverordening duurzaam bouwen op bedrijventerreinen gemeente Borsele 2014

RAADSBESLUIT. Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 april 2012, met nummer 33/2012;

IKAP-Regeling rijkspersoneel

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005.

Gemeenschappelijke regeling Sallcon

Vast te stellen de Subsidieverordening opvang en begeleiding van kwetsbare burgers

Algemene Subsidie Verordening gemeente Heerhugowaard 2014

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden De raad van de gemeente Maasdriel;

besluit van de gemeenteraad

Verordening afvalstoffenheffing 2019

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Krimpen aan den IJssel 2017

Besluit nr.: Onderwerp: Verordening sociaal-medische indicatie kinderopvang Albrandswaard

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ;

Olst-Wijhe, 10 maart 2015 doc. nr.: Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen Olst-Wijhe

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde regeling - Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand 2015

gelet op artikel 84 van de Gemeentewet; gelezen het voorstel van het presidium d.d. 7 november 2005, nr. 57;

Zaaknummer. Documentnummer

Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015

Algemene subsidieverordening GOES 2011

Cliëntenparticipatie WWB, IOAW, IOAZ en WSW 2012

Transcriptie:

De raad van de gemeente Bergen; gelezen het voorstel van het college van Bergen van 6 september 2011 gezien het advies van de Algemene raadscommissie van 15 september 2011 gelet op het bepaalde in 147/149 van de Gemeentewet, gelet op de artikelen 130 tot en met 137a van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) b e s l u i t: vast te stellen de volgende Verordening sollicitatieplicht en outplacement gewezen burgemeester en wethouders 2011 HOOFDSTUK I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Artikel 1.1 In deze verordening wordt verstaan onder: 1. belanghebbende: hij/zij die ophoudt burgemeester of wethouder te zijn en in het genot is van een uitkering op grond van artikel 130 tot en met 137a van de Appa,; 2. inhouding: inhouding als bedoeld in artikel 132c, eerste lid, van de Appa, welke wordt opgelegd bij het niet nakomen van een verplichting op basis van de sollicitatieplicht danwel de planmatige begeleiding en ondersteuning; 3. re-integratiebedrijf: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in het kader van de uitoefening van beroep of bedrijf de inschakeling van personen in de arbeid bevordert, en welke de belanghebbende ondersteunt bij het vinden van passende arbeid; 4. passende arbeid: passende arbeid als bedoeld in artikel 132a, derde lid, van de Appa, zijnde alle arbeid die voor de krachten en de bekwaamheden van belanghebbende is berekend, tenzij aanvaarding om redenen van lichamelijk, geestelijke of sociale aard niet van hem kan worden gevergd; 5. plan: plan van aanpak voor het gericht zoeken naar en verwerven van passende arbeid als bedoeld in artikel 132a, vierde lid, van de Appa; 6. planmatige begeleiding en ondersteuning: planmatige begeleiding en ondersteuning bij het gericht zoeken naar en verwerven van passende arbeid als bedoeld in artikel 132b, tweede lid, van de Appa; 7. sollicitatieactiviteit: activiteit gericht op het zoeken dan wel verwerven van passende arbeid; 8. uitkering: uitkering als bedoeld in hoofdstuk 21 van de Appa; 9. verantwoordelijk bestuursorgaan: college van burgemeester en wethouders 10. wet Appa: Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers.

HOOFDSTUK 2 REGELS BETREFFENDE ACTIVITEITEN OM PASSENDE ARBEID TE VINDEN Artikel 2.1 1. De belanghebbende is verplicht: a. in voldoende mate te trachten passende arbeid te vinden; b. aangeboden passende arbeid te aanvaarden; c. mee te werken aan activiteiten die bevorderlijk zijn voor zijn inschakeling in de arbeid; 2. De belanghebbende dient hierbij te voorkomen dat hij: a. door eigen toedoen geen passende arbeid kan verkrijgen; b. door eigen toedoen passende arbeid opgeeft; c. eisen stelt die het aanvaarden of verkrijgen van passende arbeid belemmeren; 3. De mate waarin arbeid als passende arbeid kan worden beschouwd, wordt in elk geval bepaald door: a. de aard van de arbeid, in relatie tot eerder verrichte arbeid, een eerder uitgeoefend beroep of opgedane werkervaring; b. het opleidingsniveau van de belanghebbende; c. de reistijd naar en van het werk; d. het geboden loon; e. het werkloosheidsrisico; 4. Voorgaande verplichting tot het aanvaarden van passende arbeid vervalt indien belanghebbende: a. de leeftijd van 65 jaar bereikt; b. een nieuw politiek ambt als bedoeld in artikel 2 van de Appa aanvaardt, waarvan de bezoldiging volgens artikel 133 van de Appa tenminste 70% bedraagt van de als burgemeester danwel wethouder laatstgenoten wedde; c. recht heeft op een voortgezette uitkering als gevolg van algemene invaliditeit als bedoeld in artikel 133a van de Appa; 5. Voorgaande bepalingen zijn niet van toepassing gedurende de eerste drie maanden na het aftreden van de belanghebbende. Artikel 2.2 Het college van burgemeester en wethouders wijst een re-integratiebedrijf aan ten behoeve van het opstellen van het plan van aanpak voor het gericht zoeken naar en verwerven van passende arbeid. Artikel 2.3 Het plan bevat de volgende onderdelen: a. de naam en adresgegevens van de belanghebbende; b. de wijze waarop de belanghebbende bij het verkrijgen van passende arbeid zal worden begeleid; c. de sollicitatieactiviteiten die de belanghebbende zal verrichten; d. de opleidingen en cursussen die de belanghebbende eventueel zal volgen; e. de overige activiteiten die kunnen bijdragen aan het verkrijgen van passende arbeid; f. het tijdpad waarbinnen de in het plan opgenomen activiteiten plaatsvinden; g. het advies of verplichte planmatige begeleiding en ondersteuning voor belanghebbende is aangewezen; h. de wijze waarop en de frequentie waarmee de contacten tussen het re-integratiebedrijf en de belanghebbende zullen plaatsvinden. - 2 -

Artikel 2.4 1. Het re-integratiebedrijf stuurt het plan binnen drie weken na afloop van de in artikel 132a, zesde lid, van de Appa genoemde periode (dwz. de periode van 3 maanden na aftreden van belanghebbende) naar het college van burgemeester en wethouders; 2. Het plan wordt vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders; 3. Het re-integratiebedrijf informeert terstond het college van burgemeester en wethouders, indien de belanghebbende de uit artikel 132a, eerste lid, van de Appa respectievelijk artikel 2.1 van deze verordening voortvloeiende verplichtingen niet nakomt. Artikel 2.5 1. Het plan wordt elke drie maanden door de belanghebbende en het re-integratiebedrijf geëvalueerd; 2. Indien de evaluatie aanleiding geeft tot wijziging van het plan, stuurt het re-integratiebedrijf het bijgestelde plan aan het college van burgemeester en wethouders. Artikel 2.4, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing. Artikel 2.6 1. De belanghebbende voert gemiddeld één keer per week een sollicitatieactiviteit uit, tenzij in het plan anders is bepaald; 2. Bij het vaststellen van de mate waarin sollicitatieactiviteiten dienen te worden ondernomen, wordt rekening gehouden met de regionale arbeidsmarktsituatie en het aantal beschikbare vacatures, de mogelijkheden van de belanghebbende en eventueel aanwezige medische beperkingen en het begrip passende arbeid. 3. Voorgaande sollicitatieverplichting vervalt indien belanghebbende: a. de leeftijd van 65 jaar bereikt; b. een nieuw politiek ambt als bedoeld in artikel 2 van de Appa aanvaardt, waarvan de bezoldiging volgens artikel 133 van de Appa tenminste 70% bedraagt van de als burgemeester danwel wethouder laatstgenoten wedde; c. recht heeft op een voortgezette uitkering als gevolg van algemene invaliditeit als bedoeld in artikel 133a van de Appa; 4. Voorgaande bepalingen zijn niet van toepassing gedurende de eerste drie maanden na het aftreden van de belanghebbende; 5. Het re-integratiebedrijf ziet toe op de naleving van de in dit artikel onder 1 en 2 opgenomen bepalingen. Artikel 2.7 1. De belanghebbende kan per kalenderjaar gedurende twintig dagen vakantie genieten waarin geen sollicitatieactiviteiten hoeven worden uitgevoerd. Onder dagen wordt verstaan: maandag tot en met vrijdag dan wel dinsdag tot en met zaterdag; 2. Op het aantal dagen, bedoeld in het eerste lid, wordt in mindering gebracht vijf maal het aantal hele weken voor de eerste dag waarop de sollicitatieactiviteiten volgens het plan een aanvang nemen in het desbetreffende kalenderjaar, gedeeld door 13; 3. Het aantal dagen, berekend volgens het tweede lid, wordt rekenkundig op hele dagen afgerond. 4. Het re-integratiebedrijf ziet toe op de naleving van de in dit artikel onder 1 tot en met 3 opgenomen bepalingen. - 3 -

Artikel 2.8 Op het re-integratiebedrijf zijn de krachtens artikel 4.2 van het Besluit SUWI gestelde voorwaarden van overeenkomstige toepassing. Artikel 2.9 1. De kosten die de belanghebbende maakt voor de activiteiten, bedoeld in artikel 2.3, onderdelen d en e (niet als bedoeld in artikel 3.1 onderdelen 1 en 2), worden door het college van burgemeester en wethouders vergoed, overeenkomstig de in het vastgestelde plan opgenomen begroting, of, bij gebreke hiervan, overeenkomstig het besluit op de aanvraag, tot een maximum van 7.000,= 2. Indien in het plan voor de activiteiten, bedoeld in het eerste lid, geen begroting is opgenomen, dient de belanghebbende bij het college van burgemeester en wethouders een aanvraag in voor een tegemoetkoming in de kosten van die activiteiten, voorafgaand aan de aanvang van die activiteiten. Vergoeding vindt uitsluitend plaats na overlegging van facturen en bewijzen van betaling tot ten hoogste het bedrag waarop op grond van het vastgestelde plan of het besluit op de aanvraag aanspraak bestaat, tot een maximum van 7.000,=. 3. Het college van burgemeester en wethouders kan bij de vaststelling van het plan of het besluit op de aanvraag de voor een activiteit te vergoeden kosten lager vaststellen dan in het plan of de aanvraag is begroot, indien de begrote kosten niet noodzakelijk zijn voor het verrichten van de activiteit of als de kosten voor een activiteit hoger zijn begroot dan voor de uitvoering noodzakelijk is, rekening houdende met het in voorgaande onderdelen van dit artikel genoemde maximum van 7.000,=. HOOFDSTUK 3 PLANMATIGE BEGELEIDING EN ONDERSTEUNING Artikel 3.1 1. De belanghebbende dient bij het college van burgemeester en wethouders een aanvraag in voor een tegemoetkoming in de kosten van vrijwillige planmatige begeleiding en ondersteuning, voordat met de planmatige begeleiding en ondersteuning een aanvang is gemaakt. Vergoeding vindt uitsluitend plaats na overlegging van facturen en bewijzen van betaling tot ten hoogste het bedrag waarop op grond van de wet aanspraak bestaat; dwz dat deze tegemoetkoming ten hoogste 20% van de laatstgenoten wedde per jaar als bedoeld in artikel 133 van de Appa bedraagt. Kosten die niet noodzakelijk zijn voor planmatige begeleiding en ondersteuning, of die niet in redelijke verhouding staan tot geleverde prestaties, worden niet vergoed; 2. Indien de planmatige begeleiding en ondersteuning als verplichting is opgelegd, vergoedt het college van burgemeester en wethouders de kosten voor de planmatige begeleiding en ondersteuning rechtstreeks aan de door de belanghebbende aangewezen organisatie die de planmatige begeleiding en ondersteuning uitvoert. Het college van burgemeester en wethouders sluit daartoe een schriftelijke overeenkomst met de organisatie; 3. Een tegemoetkoming voor planmatige begeleiding en ondersteuning als bedoeld in het eerste lid wordt slechts verleend, indien de planmatige begeleiding en ondersteuning wordt uitgevoerd door een organisatie die voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 3.2; 4. Het college van burgemeester en wethouders verstrekt de organisatie die de planmatige begeleiding en ondersteuning uitvoert de noodzakelijke gegevens; 5. De aanspraak op de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, vervalt zodra de belanghebbende ophoudt mee te werken aan de planmatige begeleiding en ondersteuning of op andere wijze de oorzaak is dat de planmatige begeleiding en ondersteuning niet of niet langer bijdraagt aan het vinden van passend werk; - 4 -

Artikel 3.2 Een organisatie die planmatige begeleiding en ondersteuning uitvoert, voldoet aan de volgende eisen: a. de organisatie is ten minste drie jaar in de Europese Unie gevestigd; b. de organisatie heeft ten minste twee consultants in volledige betrekking in dienst die ieder ten minste drie jaar ervaring hebben in planmatige begeleiding en ondersteuning; c. de planmatige begeleiding en ondersteuning bestaat in ieder geval uit gemiddeld twee uur per maand persoonlijke en individuele begeleiding; d. de organisatie heeft noch rechtstreeks, noch indirect, op enigerlei wijze financiële verbindingen met of geeft financiële bijdragen aan personen, organisaties, bedrijven of daarmee gelieerde natuurlijke of rechtspersonen die direct of indirect invloed hebben op het gunnen van de opdracht tot planmatige begeleiding en ondersteuning. HOOFDSTUK 4 INHOUDING VAN DE UITKERING Artikel 4.1 Het college van burgemeester en wethouders legt een inhouding op, indien het constateert dat: a. de belanghebbende weigert te voldoen aan een oproep van of namens het college van burgemeester en wethouders om de benodigde inlichtingen en informatie te verstrekken voor een goede uitvoering van dit besluit; b. de belanghebbende de verplichtingen, bedoeld in artikel 132a, eerste lid van de Appa niet nakomt; c. de belanghebbende de verplichtingen, bedoeld in 132a tweede lid van de Appa niet nakomt; d. de belanghebbende weigert mee te werken aan het opstellen van een plan; e. de belanghebbende de in het plan opgenomen ver[lichtingen niet nakomt; f. de belanghebbende weigert mee te werken aan een verplicht opgelegde planmatige begeleiding en ondersteuning. Artikel 4.2 1. De hoogte en duur van de inhouding op grond van artikel 132c, eerste lid, van de Appa bedragen: a. 5% van de uitkering gedurende ten minste een maand indien sprake is van een gedraging of nalaten als bedoeld in artikel 4.1, onderdeel a, waarbij het college van burgemeester en wethouders de mogelijkheid heeft af te wijken tot ten minste 2% en ten hoogste 20%; b. 25% van de uitkering gedurende ten minste vier maanden indien sprake is van een gedraging of nalaten als bedoeld in artikel 4.1, onderdelen b tot en met f, waarbij het college van burgemeester en wethouders de mogelijkheid heeft af te wijken tot ten minste 15% en ten hoogste 100%; 2. De hoogte van de inhouding bedraagt ten minste 25,-; 3. Inhoudingen kunnen gelijktijdig opgelegd worden, met dien verstande dat nooit meer dan 100% van de uitkering wordt ingehouden. Artikel 4.3 1. Een inhouding wordt opgelegd met ingang van de eerste dag dat een verplichting als bedoeld in dit besluit niet of niet behoorlijk is nagekomen; 2. Een inhouding wordt opgeheven met ingang van de eerste dag dat de verplichting als bedoeld in het voorgaande lid alsnog is nagekomen; 3. Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor het vaststellen van de in artikel 4.2 en 4.3 genoemde inhoudingen. - 5 -

Artikel 4.4 Indien het college van burgemeester en wethouders de belanghebbende een inhouding oplegt binnen twee jaar na de bekendmaking van een inhouding wegens dezelfde grond, worden de percentages, genoemd in artikel 4.2 eerste lid onder a en b, alsmede het minimumbedrag, genoemd in artikel 4.2, tweede lid, met 50% verhoogd. HOOFDSTUK 5 SLOTBEPALINGEN Artikel 5.1 Belanghebbende is gedurende de periode dat hij een Appa-uitkering ontvangt gehouden aan hetgeen in deze verordening is bepaald. Artikel 5.2 In de gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet is het college van burgemeester en wethouders bevoegd een voorziening te treffen. Artikel 5.3 In zeer bijzondere omstandigheden en/of zwaarwegende zakelijke (financiële) belangen is het college van burgemeester en wethouders bevoegd af te wijken van hetgeen bij verordening is bepaald. Artikel 5.4 Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening sollicitatieplicht en outplacement gewezen burgemeester en wethouders 2011. Artikel 5.5 Deze regeling treedt in werking op 30 maart 2010 Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bergen op 11 oktober 2011 de griffier, de voorzitter, - 6 -