De rechterlong bestaat uit drie longkwabben, de linker bestaat uit twee kwabben. Om de long heen zit een longvlies.



Vergelijkbare documenten
U wordt opgenomen in het MCL voor een longoperatie. De operatie zal gedaan worden door middel van een thoracotomie of een VATS-procedure.

Inleiding De longen Waarom een longoperatie?

Inleiding De longen Waarom een longoperatie? Mediastinoscopie Mediastinotomie Thoracoscopie... 2

U wordt opgenomen in het MCL voor een longoperatie. De operatie wordt gedaan door middel van een thoracotomie of een VATS-procedure.

LONGOPERATIE. Inleiding

Longoperatie. Centrumlocatie

Chirurgische thoracoscopie

LONGOPERATIE Ligging en functie van de longen Een longoperatie Onderzoek

Chirurgie. Longoperatie. Afdeling: Onderwerp:

Een longoperatie kan nodig zijn bij een hardnekkig ontstekingsproces of een goedaardige afwijking, maar meestal is longkanker de reden.

Waarom een longoperatie

Chirurgische thoracoscopie

Chirurgie LONGOPERATIE INLEIDING

LONGOPERATIE FRANCISCUS VLIETLAND

Longoperatie. Ligging en functie van de longen

Longoperatie. Chirurgie

Longoperatie LONGGENEESKUNDE. U komt in aanmerking voor een longoperatie. Uw specialist zal de verder details met u bespreken.

Een operatie aan de long

Longoperatie. Chirurgie

Thoracoscopie LONGGENEESKUNDE. Kijkoperatie in de borstholte

U komt in aanmerking voor een longoperatie. Uw specialist zal de verder details met u bespreken.

Operatie bij longkanker

Longoperatie. Afdeling longziekten Locatie Veldhoven

De longen. Wat is een thoracoscopie

Wilhelmina Ziekenhuis Assen Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Chirurgie. Longoperatie

Patiënteninformatie. Longoperatie (Lobectomie/ Pneumonectomie)

Thoracoscopie/ thoracotomie bij kinderen

Longziekten. Patiënteninformatie. Longoperatie. Slingeland Ziekenhuis

Longoperatie. Thoracotomie

U bent opgenomen op de longafdeling van het MCL met een pneumothorax. Dit wordt in de volksmond ook wel een ingeklapte long genoemd.

Patiënteninformatiedossier (PID) Longkanker (longcarcinoom) onderdeel DE OPERATIE. LONGKANKER De operatie

Waar zitten de longen en wat doen ze? Wanneer een longoperatie

Thoracoscopie Inleiding Ligging van de longen De thoracoscopie

Longoperatie: VATS lobectomie

patiënteninformatie bloedvatenheelkunde Longoperatie

Longoperatie Zorg bij thoracotomie / VATS

VATS. Longgeneeskunde. Kijkoperatie in de borstkas. Inleiding VATS

Inhoud. 1 De longoperatie 3

A12 KANKERCENTRUM Longoperatie

Patiënteninformatiedossier (PID) Longkanker (longcarcinoom) onderdeel DE OPERATIE. LONGKANKER De operatie

KIJKOPERATIE BORSTHOLTE THORACOSCOPISCHE INGREEP FRANCISCUS GASTHUIS

Longoperatie. Thoracotomie. Ligging en functie van de longen. Een longoperatie

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Longoperatie

Verwijderen van de zaadbal

Verwijderen van de sternumdraden

Longoperatie Het verwijderen van (een deel van) de long

Mediastinoscopie. Onderzoek van de lymfeklieren rond de luchtpijp

Longgeneeskunde. Mediastinoscopie.

Belangrijkste punten van deze folder:

vaatheelkunde informatiebrochure Longoperatie

Longoperatie - opname en operatie

Chirurgische thoracoscopie

kijkoperatie borstkas of thorascopie

Thoracoscopische operatie

Leefregels na een longoperatie

VATS. Video- Assisted Thoracoscopic Surgery

VATS. Video- Assisted Thoracoscopic Surgery

V.A.T.S. Kijkoperatie in de borstholte

Verwijderen van de lymfeklieren van de prostaat Pelviene lymfeklierdissectie

Een operatie voor het verwijderen van de blaas

Thoracoscopische ingrepen

VATS lobectomie (Kijkoperatie aan de longen) - opname en operatie

Thoraxcentrum. VATS lobectomie (Kijkoperatie aan de longen) - opname en operatie

Kijkoperatie in de borstholte (thoracoscopie)

Thoraxcentrum. Longoperatie - opname en operatie

Kijkoperatie achter het bovenste gedeelte van het borstbeen langs de luchtpijp. Mediastinoscopie

Inleiding 4. 1 Thoracotomie 4

Millin prostaatoperatie

Gedeeltelijke verwijdering van een nier

Verwijderen van een nier via een kijkoperatie. Laparoscopische operatie

Operatie voor het verwijderen van de blaas

Operatie aan een long

Een operatie voor het opheffen van een vernauwing van de urineleider Pyelumplastiek

Informatie omtrent een longoperatie

OLVG, locatie Oost Longoperatie

Informatie voor thuis na een longoperatie

Informatiebrochure. voor patiënten en familie. Longoperatie

OLVG, locatie Oost Longoperatie

Het verwijderen van een nier

Littekenbreukoperatie

Belangrijkste punten van deze folder:

Verwijderen van een deel van de lever

H Het verwijderen van uw borst (Borstamputatie)

Een ingeklapte long Pneumothorax

Mediastinoscopie. Chirurgie. Beter voor elkaar

Pneumothorax Ingeklapte long

Verwijderen van de galblaas. Polikliniek chirurgie

Een operatie voor het verwijderen van de blaas en het aanleggen van een Hautmannblaas

Littekenbreukoperatie

Hernia in de borstwervelkolom

Endoscopie afdeling. Thoracoscopie

Chirurgische thoracoscopie

Patiënteninformatiedossier (PID) PROSTAATKANKER. onderdeel VERWIJDEREN LYMFKLIERWEEFSEL PROSTAATKANKER. Verwijderen lymfklierweefsel

Longoperatie opname en operatie

Kijkoperatie in de borstholte Thorascopische ingrepen

Thoracoscopie. Onder algehele verdoving

H Operatie bij de ziekte van Dupuytren (kromtrekken van de vingers)

Thoracoscopie en drainage bij de Longfunctieafdeling

Liesbreukoperatie. Hernia Inguinalis. Een liesbreuk. Diagnose en onderzoek. De opname

Belangrijkste punten van deze folder:

Transcriptie:

U wordt opgenomen in het MCL voor een longoperatie. De operatie zal gedaan worden door middel van een thoracotomie of een VATS-procedure. Deze folder is bedoeld als aanvulling op wat al mondeling met u besproken is. De longen De rechter- en linkerlong zitten in de borstkas, aan weerszijden van het hart. Het gebied tussen de beide longen wordt het mediastinum genoemd. Hierin liggen het hart, de luchtpijp, de slokdarm, bloedvaten (onder andere de grote lichaamsslagader), zenuwen, lymfeklieren en lymfevaten. De rechterlong bestaat uit drie longkwabben, de linker bestaat uit twee kwabben. Om de long heen zit een longvlies. De lucht die wij via de neus en/of de mond inademen, bereikt via de keelholte de luchtpijp (trachea). De luchtpijp splitst zich in twee vertakkingen. Elke vertakking (bronchus) gaat naar een long en splitst zich in steeds kleinere luchtkanalen. Deze komen uit in de longblaasjes. De functie van de longen is het ademhalingsproces. Uit de ingeademde lucht wordt zuurstof in het lichaam opgenomen. Met de uitgeademde lucht verdwijnt koolzuurgas uit het lichaam. - 1 - MCL Patiënteninformatie

trachea (luchtpijp) rechterlong linkerlong Waarom een longoperatie? Een longoperatie kan nodig zijn bij een goedaardige afwijking, maar meestal is longkanker de reden. Voordat uw longarts een operatie voorstelde, hebt u al verschillende onderzoeken ondergaan. In de meeste gevallen staat de diagnose al vast, maar soms moet tijdens de operatie hierover zekerheid worden verkregen. - 2 - MCL Patiënteninformatie

Meestal wordt dan tijdens de operatie een vriescoupe-onderzoek gedaan: een stukje weefsel wordt daarbij uitgenomen en ingevroren. De patholoog (de arts die het weefselonderzoek doet) bekijkt direct hierna om wat voor weefsel het gaat. Ook kan het gebeuren dat er pas zekerheid is nadat de hele longkwab, waarin de afwijking zit, is verwijderd en onderzocht. Voor longkanker is een operatie de aangewezen behandeling, mits de uitbreiding van het kankerproces in de long en in de omgeving van de long niet te groot is. Ook speelt uw algemene lichamelijke toestand een rol bij de beslissing om tot opereren over te gaan. Er zijn twee verschillende redenen om te opereren: Om de patiënt te genezen, dit wordt een curatieve behandeling genoemd. Om de ziekte te remmen en/of de klachten te verminderen, dan spreekt men van een palliatieve behandeling. Een longoperatie kan op verschillende manieren gedaan worden: Via een thoracotomie Via de VATS-procedure Wat is een thoracotomie? Om de long te kunnen bereiken maakt de chirurg een snee (15-20 cm) aan de zijkant van het lichaam, tussen de ribben door. De chirurg spreidt twee ribben om ruimte te krijgen. Na het openen van de borstholte kan de chirurg beoordelen hoe groot de tumor is en waar deze zit ten opzichte van de bloedvaten en luchtpijpvertakkingen. Hierna besluit de chirurg hoe hij de tumor met het omringende weefsel gaat weghalen en voert vervolgens de operatie uit: weghalen van de gehele long (pneumectomie) weghalen van één kwab (lobectomie) of twee kwabben (bilobectomie) nog beperkter, weghalen van enkele delen van een kwab (segmentresectie) of een nog kleiner deel (wigexcisie). - 3 - MCL Patiënteninformatie

Wat is een VATS-procedure? VATS staat voor Video-assisted thoracoscopic surgery. De VATS-lobectomie (longkwabverwijdering) is een moderne manier om een tumor te verwijderen bij longkankerpatiënten. Het voordeel van de VATS-techniek is dat de ingreep via een kijkoperatie gebeurt. In de zijkant van het lichaam worden drie kleine sneetjes (1-2 cm) gemaakt en één grotere snede (4-5 cm). Via de kleine sneetjes worden een kleine camera en verschillende operatieinstrumenten in de borstholte gebracht. Via de grote snede wordt aan het eind van de operatie de longkwab verwijderd. Via een beeldscherm, dat verbonden is met de camera, voert de chirurg de operatie uit. Wat u voor de operatie nog moet weten Meestal staat het operatieplan van tevoren vast. Soms blijkt pas tijdens de operatie: dat de VATS-procedure technisch niet mogelijk is, de chirurg zal dan overgaan op een thoracotomie. dat verwijdering van longweefsel niet goed mogelijk is. dat operatieve verwijdering van het longweefsel geen goede behandeling van de aandoening lijkt. Ondanks alle onderzoeken zijn bovenstaande problemen niet altijd te vermijden. U moet dit altijd beseffen als u geopereerd gaat worden. Na de operatie vertelt de chirurg wat er precies is gedaan. Zijn er andere behandelmethoden? Met uw arts kunt u bespreken of er reële andere behandelingsmethoden voor u zijn. Dat is namelijk afhankelijk van de bij u gestelde diagnose. Natuurlijk kunt u eventueel besluiten af te zien van een operatie. Uw arts zal uw besluit respecteren en u alle noodzakelijke medische zorg en begeleiding blijven geven. - 4 - MCL Patiënteninformatie

Mogelijke complicaties Geen enkele ingreep is vrij van de kans op complicaties. Zo zijn er ook bij een longoperatie de normale risico s op complicaties van een operatie, zoals trombose (bloedpropje), longontsteking, nabloeding en wondinfectie. Daarnaast zijn er nog enkele specifieke complicaties mogelijk: Omdat er bij longoperaties zeer grote slagaders en aders betrokken zijn, bestaat er een kans op een ernstige bloeding. Gelukkig komt dit zelden voor. Na de operatie bestaat de eerste dagen meestal wel luchtlekkage. De lucht kan via de drain worden afgevoerd (een drain is een slangetje om vocht en/of lucht af te voeren). Soms kan deze luchtlekkage meer dan een week aanhouden. In dat geval moet u de drain langer inhouden. Na de operatie kunnen er zich tijdelijke veranderingen van het hartritme voordoen. Met medicijnen is dit te verhelpen. Als gevolg van zenuwbeschadiging bij het uitnemen van de long, of een deel ervan, kan in zeldzame gevallen een blijvende heesheid optreden. Na de operatie kan een deel van de luchtweg door een slijmprop verstopt raken (dit heet atelectase). Fysiotherapie is dan nodig, maar daarnaast moet soms ook de slijmprop met een flexibele kijkslang bronchoscoop) worden verwijderd. De kans dat één van de bovengenoemde complicaties een dodelijk gevolg heeft, varieert van bijna nul tot zes procent. Dit is mede afhankelijk van uw lichamelijke conditie, uw leeftijd en de ernst van de aandoening. Uw longarts zal met u de kans op complicaties bespreken. - 5 - MCL Patiënteninformatie

Gevolgen van de longoperatie Door het wegnemen van de long of een gedeelte ervan ontstaat ruimte in de borstholte. Is een long in zijn geheel verwijderd, dan vult de ontstane ruimte zich met weefselvocht. In een later stadium wordt dat omgezet in een soort weefselnetwerk. Als een gedeelte van de long is verwijderd, vult de ruimte zich met het overgebleven deel van de long. De borstkas zal vaak iets kleiner worden aan de kant van de longoperatie. Wat u wel en niet kunt na de operatie is uiteraard afhankelijk van de kwaliteit van uw longen vóór de operatie en van de hoeveelheid longweefsel. Het missen van longweefsel hoeft voor de patiënt weinig bezwaren op te leveren. Wel kan het betekenen dat minder lichamelijke inspanning mogelijk is dan voorheen. Voorbereiding op de operatie Voordat de operatie gepland kan worden, heeft u verschillende afspraken in het MCL. Dit is nodig om de operatie goed voor te bereiden. Zo is het van belang dat u in een zo goed mogelijke conditie bent. Ook moeten wij weten of u misschien nog andere ziektes heeft en of u bijvoorbeeld medicijnen gebruikt. U krijgt daarom een aantal vragenlijsten die u van te voren in moet vullen. Wat wij van u verwachten: Vul de vragenlijsten goed in. Lees de informatie goed door. Schrijf uw vragen op. Heeft u vragen over de informatie of heeft u moeite met het lezen en invullen van de vragenlijsten? Bel dan met de polikliniek longziekten. De assistente kan u helpen. - 6 - MCL Patiënteninformatie

Gesprek met de apothekersassistente De apothekersassistente heeft met u een gesprek over de medicijnen die u gebruikt. Ook vertelt zij welke medicijnen u moet meenemen naar het ziekenhuis. Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Dan bespreekt de anesthesioloog/longarts met u hoeveel dagen voor de operatie u moet stoppen met deze medicijnen. Heeft hij/zij dit niet met u besproken? Belt u dan met de polikliniek anesthesiologie. Het telefoonnummer is (058) 286 6922. Gesprek met de verpleegkundig consulent longoncologie U krijgt een afspraak met de verpleegkundig consulent longoncologie op de polikliniek. Zij stelt u een aantal vragen over uw gezondheid. Ze bespreekt ook met u wat er geregeld moet worden voor en na de operatie. Verder kunt u uw vragen stellen. Gesprek met de chirurg Voor de operatie heeft u een afspraak op de polikliniek met de chirurg die u gaat opereren. De chirurg geeft uitleg over de operatie, de manier van opereren en u kunt uw vragen stellen. Preoperatief Anesthesiologisch Spreekuur (PAS) Voordat u wordt opgenomen in het ziekenhuis heeft u een gesprek met een anesthesioloog. Tijdens het Preoperatief Anesthesiologisch Spreekuur (PAS) bespreekt de anesthesioloog met u of er nog aanvullend onderzoek nodig is voor de operatie (bijvoorbeeld bloedprikken of een hartfilmpje). Hij/zij legt ook uit op welke manier u wordt verdoofd tijdens de operatie (de anesthesie). In de folder Anesthesie kunt u hier meer over lezen. Gesprek met de fysiotherapeut Het is belangrijk dat u in een goede lichamelijke conditie bent voor de operatie. U herstelt dan na de operatie sneller en met minder complicaties. Daarom nodigt de afdeling fysiotherapie u uit voor een screening van uw fitheid. Ook krijgt u uitleg over ademhalingsoefeningen, die na de operatie belangrijk zijn. Over de screening zelf krijgt u nog een folder thuisgestuurd. Ook ontvangt u een vragenlijst om thuis alvast in te vullen. - 7 - MCL Patiënteninformatie

Bent u verwezen door uw longarts in Drachten, Heerenveen of Sneek naar het MCL, dan kan het ook zijn dat deze screening in het verwijzende ziekenhuis wordt gedaan. Voorbereiding thuis Ter voorbereiding op de operatie is het belangrijk dat u stopt met het (eventuele) gebruik van bloedverdunners en stopt met roken. De longarts heeft dit eerder met u besproken. Opname U wordt opgenomen op de longafdeling van MCL. U krijgt een gesprek met de verpleegkundige die u vertelt over de gang van zaken op de afdeling en de gebruikelijke gang van zaken rond een longoperatie. De dag vóór de operatie Op deze dag worden er bij u voorbereidingen getroffen voor de operatie (zoals het geven van medicijnen, laxeren, onderzoeken). Ook wordt de plek van de operatie gemarkeerd door een pijl. Bij een longoperatie krijgt u algehele verdoving (narcose). Voor deze ingreep is het noodzakelijk dat u nuchter bent. Dit betekent dat u vanaf een bepaald tijdstip niet meer mag eten en drinken. De anesthesioloog geeft u hierover meer informatie. De operatie Op de dag van de operatie krijgt u op de verpleegafdeling een OK-jasje en broekje aan. De verpleegkundige brengt u in bed naar de operatiekamer (OK). Op de OK zijn aanwezig: twee chirurgen, de anesthesioloog en OK-assistenten. - 8 - MCL Patiënteninformatie

Vaak wordt voor de operatie een zeer dun slangetje (epiduraal-katheter) in de rug aangebracht waardoor tijdens en na de operatie pijnstillende middelen kunnen worden gegeven. De operatie duurt 2 tot 2½ uur. Vóór het sluiten van de wond laat de chirurg een afvoerslang (drain) in de borstholte achter. Op deze drain wordt een afzuigsysteem aangesloten als dit nodig is. Hierdoor kunnen bloed en lucht worden afgevoerd, zodat de long zich zo goed mogelijk kan ontplooien. De drain wordt na een aantal dagen weer verwijderd. Na de operatie Als u de VATS-procedure heeft ondergaan, dan gaat u na de operatie naar de longafdeling. Soms is het nodig dat u na de operatie opgenomen wordt op de Intensive Care (IC), voor continue controle van uw bloeddruk, pols en hartritme. Hier blijft u de eerste dag na de operatie. Daarna gaat u terug naar de longafdeling. Als u een thoracotomie heeft gehad, dan gaat u na de operatie altijd naar Intensive Care (IC), voor continue controle van uw bloeddruk, pols en hartritme. Hier blijft u de eerste 24 uur na de operatie. Daarna gaat u terug naar de longafdeling. Aan de geopereerde kant heeft u een wond en komt er een drain uit het operatiegebied. De drain zit aangesloten op een afzuigsysteem. Om te kunnen beoordelen of de long zich goed ontplooit moeten er longfoto s gemaakt worden. U gaat voor de foto s naar de afdeling Radiologie. De luchtlekkage stopt over het algemeen binnen twee tot vijf dagen. Als de foto van de longen goed is, wordt de drain verwijderd. Aan het voeteneind van het bed is een zwachtel vastgemaakt, waaraan u zich kunt optrekken om overeind te komen. Dit is minder belastend voor de wond. U mag zich niet met de aangedane zijde optrekken aan de papegaai van het bed. U heeft een urinekatheter in uw blaas en een vochtinfuus in uw arm. - 9 - MCL Patiënteninformatie

Er wordt geprobeerd de pijn zo goed mogelijk te bestrijden. De epiduraalkatheter in de rug voor de pijnbestrijding tijdens en na de operatie blijft meestal zitten tot de derde of vierde dag. De borstwand aan de zijde van de operatie blijft echter nog wel een maand of drie pijnlijk. Met pijnstillers (tabletten) is deze pijn wel in de hand te houden. Beademing is zelden nodig. U zult zelf (spontaan) kunnen ademen. Eventueel krijgt u extra zuurstof toegediend door middel van een zuurstofslangetje in uw neus. Na overleg met de longarts kunt u in principe meteen weer rondlopen. Een fysiotherapeut begeleidt u voor en na de operatie bij het op de juiste wijze ademhalen, ophoesten van slijm, uit bed komen en rondlopen op de afdeling. De totale opname duurt ongeveer 7 tot 12 dagen. Uitslag van de operatie Tijdens de operatie is een deel van het longweefsel en soms weefsel uit de omgeving van de long weggenomen. Al het weggenomen weefsel wordt in het laboratorium onderzocht. Als de uitslag van het weefselonderzoek bekend is, zal de longarts dit, tijdens de opname of tijdens uw controleafspraak op de polikliniek, met u bespreken. Ook zal de arts met u bespreken wat het resultaat van de operatie is, wat de eventuele nabehandeling (bestraling/ chemotherapie) is en wat de vooruitzichten zijn. - 10 - MCL Patiënteninformatie

Weer naar huis Afhankelijk van uw herstel gaat u na ongeveer 7 tot 12 dagen weer naar huis. Drie dagen nadat de drain verwijderd is, mag u zelf het vaselineverband verwijderen. De hechting van de drain kan zeven dagen na het verwijderen van de drain verwijderd worden door de huisarts. Er zijn twee soorten hechtingen. Als u een witte hechting heeft, dan is dit een oplosbare hechting die niet verwijderd hoeft te worden. Als u na zeven dagen last heeft van deze hechting, dan mag u deze door de huisarts laten verwijderen. Heeft u een zwarte hechting, dan moet u deze na zeven dagen door de huisarts laten verwijderen. Operatiewond: meestal worden er onderhuidse hechtingen geplaatst. Deze lossen vanzelf op en hoeven niet verwijderd te worden. Wanneer bellen met de huisarts? Soms treden er na de operatie kleine complicaties op. Denkt u dat u verhoging of koorts heeft? Neem dan uw temperatuur op. Bij een temperatuur van 38 graden of hoger moet u bellen met uw huisarts of huisartsenpost. Bel ook als: U meer pijn aan de operatiewond krijgt of de pijn verandert. De wond er minder mooi uitziet. De wond vocht begint te lekken. De zwelling rond de wond na 4-8 weken niet minder is geworden. - 11 - MCL Patiënteninformatie

Leefregels Ophoesten van slijm Diep in- en uitademen kan een hoestprikkel geven. Bij het hoesten komt er vaak slijm omhoog. Slijm in de longen zorgt ervoor dat de longen minder goed werken. Daarom is dit ophoesten van slijm belangrijk. Ondersteun de borstkas tijdens het ophoesten. Dit vermindert de pijn en spanning op de wond. Geef bijvoorbeeld met een handdoek tegendruk bij de wond als u hoest. U hoeft niet bang te zijn dat uw wond openspringt bij hoesten, niezen of diep ademhalen. Bloed bij het opgehoeste slijm Het is normaal dat er soms bloed in het opgehoeste slijm zit. Dit komt door geïrriteerde en kwetsbare luchtwegen en door het gebruik van bloedverdunners. Dagelijkse activiteiten. Doe het rustig aan tot de controleafspraak met uw longarts. Dat wil zeggen, niet sporten, zwaar tillen of zwaar (huishoudelijk) werk doen. Doe alleen dingen die u gemakkelijk kunt doen en vol kunt houden. Langzaamaan kunt u uw activiteiten uitbreiden, zonder dat u daar overmatig moe of kortademig van wordt. Ook sociale activiteiten zoals het ontvangen van bezoek of mentale inspanning kunnen eerst vermoeiend zijn. Bouw dit rustig op. Oefeningen Schouderoefeningen U heeft tijdens de opname een aantal oefeningen meegekregen van uw fysiotherapeut om de beweeglijkheid van de schouders te vergroten en uw conditie op te bouwen. Deze en andere adviezen staan hierna beschreven. - 12 - MCL Patiënteninformatie

Let wel: voor alle oefeningen geldt dat u de beweging iets verder doet dan het moment waarop u pijn voelt. Dus niet direct stoppen wanneer u de eerste pijn voelt. Probeer iets verder door te gaan. U breidt zo de oefeningen uit. Wordt u echter kortademig? Stop dan de oefening tot het weer beter gaat. Probeer elke dag deze oefeningen te doen. Voorbeelden van oefeningen zijn: Kam uw haren met de arm aan de geopereerde kant. Van voren tot helemaal naar achteren. Pak met de arm aan de geopereerde kant een portemonnee, achterlangs, uit de broekzak aan de niet-aangedane kant. Hef uw beide armen zover mogelijk boven het hoofd. Leg de linkerhand op de linkerschouder en de rechterhand op de rechterschouder. Draai vervolgens cirkels met de ellebogen. Leg de handen gevouwen op het hoofd in de nek. Breng de ellebogen naar elkaar toe en beweeg ze weer uit elkaar. Trek uw schouders op bij een diepe inademing en laat uw schouders weer zakken terwijl u uitademt. Kijk rustig over de linkerschouder, draai uw hoofd terug, en kijk dan rustig over de rechterschouder. Kijk recht vooruit en ga vervolgens met uw linkeroor naar uw linkerschouder en daarna met uw rechteroor naar uw rechterschouder. Ademhalingsoefeningen Doe een aantal keer per dag ademhalingsoefeningen met het apparaatje (airlife spirometer) dat u bij uw opname heeft gekregen. Deze oefeningen heeft u geoefend met uw fysiotherapeut. Autorijden Wij raden u af om direct na ontslag zelf weer auto te gaan rijden. Om auto te rijden moet u alert kunnen reageren en vrij kunnen bewegen. - 13 - MCL Patiënteninformatie

Door nawerking van de narcose reageert u mogelijk trager dan normaal. Bovendien kan wondpijn uw bewegingen belemmeren. Voordat u weer gaat autorijden, moet u uw hoofd gemakkelijk en zonder pijn kunnen bewegen. U voelt zelf het beste wat u wel en niet kunt doen. Luister naar uw eigen lichaam! Wondbehandeling Als de wond droog is, hoeft u er niets op te doen. Lekt de wond nog wel vocht? Verbind de wond dan met een droog gaasje. De wond kan 4-8 weken opgezet zijn door opgehoopt wondvocht. Dit verdwijnt vanzelf. Wacht met douchen totdat de wond dicht is en/of de hechtingen verwijderd zijn (zie Weer naar huis op blz. 12). Delen van de huid rond de wond blijven gevoelloos. Bij de operatie heeft de chirurg namelijk kleine huidzenuwtjes doorgesneden. Deze groeien bijna nooit meer helemaal aan. Pijn Soms blijft u twee tot drie maanden pijn houden. Tijdens deze periode zult u pijnstillers moeten slikken. U moet namelijk goed kunnen doorzuchten om ziektekiemen in de lagere delen van uw luchtwegen geen kans te geven. De pijnstillers zijn vanuit het ziekenhuis voorgeschreven. Oefeningen zoals de aangegeven schouderoefeningen en/of ademhalingsoefeningen zullen verlichting van de pijn geven. Als u in bed ligt kunt u een kussen onder de arm aan de geopereerde zijde leggen. Dit is ook aan te raden als tegendruk bij hoesten/ niezen. - 14 - MCL Patiënteninformatie

Wat kunt u beter niet doen Het is verstandig om de eerste twee maanden geen zware spullen te tillen (zoals boodschappen). Dit is beter voor de genezing van de wond. Probeer hard persen bij de stoelgang te vermijden. Dit geeft namelijk spanning op de wond. Zorg dat de ontlasting niet hard wordt. Eet daarom voldoende vezels (bijvoorbeeld bruin brood, groente, fruit). Gebruik de eerste zes weken geen smeersels en/ of zeep op de wond. Stoppen met roken is erg belangrijk! Vragen Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Stel deze dan gerust aan uw longarts of de verpleegkundige. www.mcl.nl www.frieselongartsen.nl Afdeling B 058 286 67 60 MCL mei 2015 Docnr. 16386 (8) - 15 - MCL Patiënteninformatie