Verbetering concept activiteitenplan dd 02 dec 2015. project Stroomversnelling taskforce Natuur inclusief renoveren unit HuismusHabitat



Vergelijkbare documenten
Beschrijving, functies & belang van habitat elementen van de HUISMUS

Beschrijving, functies & belang van habitat elementen van de HUISMUS

Beschrijving, functies & belang van habitat elementen van de HUISMUS

SOORTENSTANDAARD VAN DE HUISMUS 2015 PRAKTISCHE UITWERKING A. Beschrijving, functies & belang van habitat elementen van de HUISMUS

STAPPENPLAN ASBEST-SANERING

Help de Haagse huismussen

B i j l a g e 2 : W e r k p r o t o c o l h u i s m u s

Stroomversnelling KWARTAALBESPREKING 10feb2016. aantekeningen in belang van DE HUISMUS

NATUURVRIENDELIJK TUINIEREN HOE MAAK IK VAN MIJN TUIN EEN NATUURPARADIJS?

Eindrapport HUISMUSSEN TER PLAATSE VAN EN DIRECT ROND JACOBA VAN BEIERENWEG TE VOORHOUT

Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw

Nader onderzoek huismussen. Herontwikkeling Gasthuisstraat 77 te Kaatsheuvel

Notitie resultaten Aanvullend onderzoek huismus Plangebied: Maria van Bourgondiëlaan 2, 2a en 4, Eindhoven

[STADSVOGELS GORINCHEM]

Compensatie en mitigatie voor de vleermuis en de huismus in plangebied Jeruzalem

10 jaar stadsvogelonderzoek in Terneuzen

PUBLIEKSRAPPORT ECOLOGISCH ONDERZOEK OPENBARE RUIMTE KLAPWIJK

OMGEVINGSCHECK HUISMUS REEHORSTERWEG

ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT

Gemeente s-hertogenbosch Dhr. T. van Tol Postbus GZ s-hertogenbosch

Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven

memo vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis' te 's Heerenberg.

Ecologisch onderzoek huismussen Kerkweg-oost 157, Waddinxveen. Gemeente Waddinxveen

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

INHOUDSOPGAVE. Gierzwaluwbescherming Nederland 1

BELANGENVERENIGING HUISEIGENAREN HARPSTRAAT TE ZAANDIJK Ingeschreven KvK Amsterdam

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen

Stadsvogels en nestplaatsen. De huismus Mussenflat


Maak je schoolplein vogelvriendelijk

Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk. Notitie. Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam

Aanvullend ecologisch onderzoek huismus Thornerweg 2, 2a en 4 te Wessem. Gemeente Maasgouw

Inventarisatie van Gierzwaluwen

Ons kenmerk : 1404G305/DBI/rap2.1 Datum : 7 oktober 2014 Betreft : Quickscan flora- en faunaonderzoek Menneweg 20 te Sassenheim

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Tussenrapportage vervolgonderzoek ecologie Cruquiusweg vleermuizen, huismus en muurplanten

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

P a r a g r a a f e c o l o g ische inventa r is a tie J a d e A en C B e i len

Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam

Natuurtoets. Fort Oranje 27. Woerden

NOTITIE. Quickscan perceel Veldstraat 4 te Nijmegen. Methodiek. Plangebied en ingreep

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door

Uitvoering mitigerende maatregelen Ruusbroeckstraat en omgeving

I Bevindingen tijdens controle

Activiteitenplan ontheffingaanvraag Wet natuurbescherming gierzwaluw en huismus. Insulindesingel te Vlaardingen. Projectnummer

Natuurtoets Tugelawegblokken

Lage Veldweg 5 en 10. Verkenning flora- en fauna. In het kader van voorgenomen sloopwerkzaamheden

Aanvullend onderzoek huismus

1. OVERZICHT GESCHIKTE LOCATIES T.B.V. VLEERMUISKASTEN

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE ONTHEFFING OP BASIS VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

/ Stadhuisplein, Veghel

H.J.Th. Jongbloed Plegt-Vos Bouwgroep B.V. Postbus AE Oldenzaal. Flora- en faunawet quick scan Smit-Draad terrein Nijmegen

Ecologische quickscan. gebied Nieuweweg-Reinaldstraat

Colofon. Projectgroep bestaande uit: M. Bertholet (E.C.O. logisch) Ing. E. Riphagen ir. M Korthorst

WERKPROTOCOLLEN VOOR WERKZAAMHEDEN IN HET KADER VAN BESTENDIG BEHEER EN ONDERHOUD.

Notitie. 1 Inleiding en Aanleiding. 2 Veldcheck Hamse Biezen en Lingedijk 7a. 2.1 Hamse Biezen

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

OPHANG- EN PLAATSINGSINSTRUCTIE

Introductie. Mussen Huismus Inventarisatie. Pauze. Zwaluwen Gierzwaluw Inventarisatie. Soort. Mussen. Ringmus

Gemeente s Hertogenbosch Dhr. J. Winter Postbus GZ s-hertogenbosch

Ordito Gilze B.V. t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE

Toetsing Flora- en faunawet voor herstructurering van een woongebied in Urk

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 4 augustus 2016) Nummer Onderwerp Ontheffing doden mussen

VERSLAG 'ZET DE HUISMUS OP DE KAART '

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Winterslaap. Met filmpjes, werkblad en puzzels. groep 5/6. uitgave januari 2013

(Bouw)plannen en de Flora- en faunawet

Vogelonderzoek Nieuw Reijerwaard Onderzoek naar jaarrond beschermde soorten in het kader van de Flora- en faunawet

Natuurtoets MCS. Planteam Groen, Recreatie en Water

Aanvulling flora en fauna onderzoek

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas

Huismus Passer domesticus

(O, Omgevingsdienst regio Utrecht

Inbreng Revisie Soortenstandaard Huismus

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

(ontwerp) Verklaring van geen bedenkingen Wet natuurbescherming - Soortenbescherming

Betreft: Quickscan natuurwaarden Beltweg 27 Siebengewald alsmede een ecologisch werkprotocol ten behoeve van de voorgenomen te slopen gebouwen.

Notitie. Inleiding. Methodiek. J. de Waard (Trivire Wonen) aan. van A. de Baerdemaeker. betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht

Kaart 7 Vogels op reis

Meeuwen in Alkmaar. Voorkom meeuwen overlast op uw dak

Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen

Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10

Nest- & Vleermuiskasten

STEK Wonen t.a.v. mevr. F. Siderius Postbus AC Lisse. maak in TRIAS brief aan en koppel dit document aan deze brief

Rapport. Lelystad, november Activiteitenplan: Saneren van asbestdaken en de aanwezigheid van de huismus in wijken Lelystad

Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus AJ HEERHUGOWAARD. Datum 22 december 2014 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen

Inleiding In het najaar worden de dagen steeds korter en de nachten steeds langer. Kun je je voorstellen dat je in de maand november naar bed gaat?

: Opstart werkzaamheden Meelfabriek Leiden : Rapportage quickscan Flora- en faunawet kantoorgebouw Meelfabriek Leiden

Eindrapport BESCHERMDE SOORTEN TER PLAATSTE VAN EN DIRECT ROND FIETSPAD BERNHARDSTRAAT TE RUCPHEN

NOTITIE. Methodiek. Plangebied en ingreep

Je tuin. tips en afspraken

Informatie en overzicht beschikbare nestkasten

Resultaten veldbezoek vleermuizen en vogels Hotels van Oranje te Noordwijk

Toetsing Flora- en faunawet voor de sloop van een kerk te Noardburgum.

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. : Wet natuurbescherming gemeente Oldebroek Activiteit

Notitie Quickscan flora en fauna

Huismusonderzoek Schalm 11 te Renswoude

Transcriptie:

Vaststellen van activiteit van de Huismus Stichting Witte Mus Huismusbescherming Nederland Verbetering concept activiteitenplan dd 02 dec 2015 project Stroomversnelling taskforce Natuur inclusief renoveren unit HuismusHabitat De vijfde onderwerp dat verbetering behoeft: het in de omgeving vaststellen van activiteit van de Huismus Inleiding: Project Stroomversnelling, met als doel het bouwen van Nul-op-de-Meter woningen, heeft in 2015 een ontheffing van de F&F wet verkregen, op grond van een activiteitenplan dat in oktober 2014 is ingediend. Aan deze ontheffing zijn door de RVO voorwaarden verbonden. Hier op is door diverse soortbeschermende organisaties kritiek geleverd vanwege een tekort in tegemoetkomingen aan de beschermde status van diverse diersoorten en hun functionele leefomgeving. Ook Huismusbescherming Nederland (was Stichting Witte Mus) heeft duidelijke ideeën over verbeteringen van dit activiteitenplan. Na een eerste gesprek met de heer van Dijke, voorzitter van Stroomversnelling, werd besloten Huismusbescherming NL te betrekken in taskforce NatuurInclusief Bouwen. Uit de eerste bespreking waarbij Huismusbescherming NL betrokken werd, namelijk de bespreking van 3 november 2015, bleek dat anderen dan Huismusbescherming NL advies hadden gegeven inzake de functionele leefomgeving van de Huismus, en daarbij klaarblijkelijk het een en ander aan kennis ter zake de Huismus gemist hadden. Gezien het belang dat Huismusbescherming NL heeft in het maken van voor de Huismus en haar habitat werkende afspraken, is in overleg met de voorzitter van Stroomversnelling besloten dat Huismusbescherming NL alsnog de kans zou krijgen adviezen te geven, die alsnog in het activiteitenplan 2016-2017 opgenomen zouden worden. Om dat te realiseren heeft een gesprek plaatsgevonden op 23 november 2015. Tijdens dat gesprek is er veel aan de orde gekomen, maar weinig concreet opgelost voor de Huismussen. De reden daarvan was vooral dat het ontwerpproces al te ver gevorderd was en de kosten van aanpassing te hoog. Deze situatie is intern bij Huismusbescherming Nederland besproken. En, om het project Stroomversnelling noch de belangen van de Huismus onder druk te zetten, is besloten om de nog onopgeloste zaken, verdeeld over de komende kwartalen, uit te werken en aan te kaarten tot er opnieuw financiële mogelijkheden zijn op tot oplossingen te komen. 09dec2015 verzoek tot aanpassing concept Activiteitenplan Dit verzoek tot aanpassing van het concept Activiteitenplan betreft het in de omgeving van een project vaststellen van de activiteit van de huismus, binnen de al besproken opties en mogelijkheden, alsmede drie omissies die van belang zijn om te corrigeren. 1 Van 2

Vaststellen van activiteit van de Huismus Stichting Witte Mus Huismusbescherming Nederland De uitvoering van vervangende verblijfplaatsen van de huismus Over dit onderwerp valt heel wat te vertellen, maar gezien de tijdsdruk wil ik het op dit moment bij vier voor de Huismus belangrijke opmerkingen laten: 1e: op blz 21 staat de volgende bewering, klaarblijkelijk in een document van de RVO gedaan: Zo zijn de tegenwoordig gangbare daken met zware sneldakpannen ontoegankelijk voor huismussen. Dit is incorrect. Huismussen maken weldegelijk gebruik van daken met sneldakpannen. Huismussen kunnen dergelijke daken via de onderste rij in komen, en krabbelen daar vandaan hoger het dak op. Tevens zijn de hoekpannen van dit type pan zeer vaak zodanig aangebracht dat er een Huismus tussendoor kan om daar een nest te maken. (Vaak gevolgd door Gierzwaluwen.) Daarnaast is iedere dakdoorlaat en schoorsteen een potentiele nestplaats vanwege de openingen er omheen. Een zeer klein aantal van de vele voorbeelden van sneldakpannen die door Huismussen voor nesten gebruikt worden: https://www.youtube.com/watch?v=4ngenqvdgcy https://www.youtube.com/watch?v=3dwgqstybdw Ik zal dit ook weer aankaarten bij de RVO, maar project Stroomversnelling kan deze omissie nu al afvangen. 2e: Op blz 28 staat een schema genaamd maatregelen matrix typologieën Daarin zijn Gierzwaluw en Huismus verschillende gebouwen toegewezen als zijnde optimaal dan wel niet optimaal voor de soort. Het is echter uit de praktijk duidelijk dat Gierzwaluwen en Huismussen precies dezelfde locaties gebruiken voor hun nesten. Gierzwaluw en Huismus zijn namelijk elkaars nestconcurrenten. Sterker nog; Voor de Gierzwaluw is lopen niet mogelijk, en zomaar een holte in gaan te riskant. Wat er van oudsher gebeurd is dat de Huismus de goede nestlocaties ontdekt en dat de Gierzwaluwen, als ze terug komen van hun buitenlandse overwintering, de huismussen van die plaatsen verdrijven. Om dus in deze matrix de huismus minder locaties toe te bedelen dan de Gierzwaluw doet de Huismus tekort. Dat is overigens op 23 nov ook ter sprake geweest. Dit dient ook op blz 31 en blz 32 aangepast te worden; HM en GZ hebben een even grote kans te broeden in woningen met plat dak en spou/enkelsteens 3e: Op blz 34 staat de volgende bewering: In de herfst en winter zijn er minder huismussen aanwezig. De correcte formulering is hier de volgende: In de herfst en winter zijn er minder huismussen onder dakpannen aanwezig. Houdt echter rekening met huismussen die aan de woning overnachten. 4e: Op blz 59 eerste zin wordt geschreven De directe omgeving wordt in de inventarisatie meegenomen om de hoeveelheid activiteit te bepalen van huismussen. Aangezien de RVO ons document getiteld Beschrijving, functies en belang van habitat elementen van de Huismus gelinkt heeft aan de soortenstandaard van de Huismus (zie Soortenstandaard Huismus 2015, blz 46) zou ik graag zien dat dit zelfde document, maar dan met voorbeeld foto's, als bijlage aan het activiteitenplan 2015-2016 wordt toegevoegd. Zie daartoe de bijlage bij dit schrijven. 2 Van 2

Inleiding Stadsvogelbeschermers, stadsecologen en ecologische adviesbureaus vragen ons al een aantal jaar om duidelijke informatie over habitat van Huismussen. In dat kader heeft Huismusbescherming NL in 2013 onderstaand stuk opgesteld en wil ik dat anno 2015 graag via het tijdschrift van Vogelwerkgroep Amsterdam, De Gierzwaluw, verspreiden. Beschrijving, functies & belang van habitat elementen van de HUISMUS Het habitat van een populatie huismussen is, voor zover nu bekend, opgebouwd uit in ieder geval 10 elementen. Brits zender-onderzoek heeft voor de Huismus aangetoond dat alles zich binnen een radius van 50 meter rond het nest moet bevinden voor een succesvol broedseizoen. Het was echter al voor 1972 bekend dat, voor de Huismus, 100 meter of nog minder de meest succesvolle actieradius in het broedseizoen is. Het Britse onderzoek toont aan dat, voor mitigerende maatregelen, de radius waarbinnen alle habitatelementen terug gevonden moeten kunnen worden, in broedseizoen dus zelfs slechts 50 meter is. Niet alle habitatelementen zijn VASTE verblijfplaatsen zoals de Soortenstandaard van de Huismus dat omschrijft; de meeste habitatelementen kunnen gedurende het jaar wisselen van object of beplanting, vergelijkbaar met hoe vleermuizen hun habitat gebruiken. Er zijn twee habitatelementen die wel vaste verblijfplaatsen zijn en dus altijd op dezelfde plaats door de huismussen hergebruikt worden. Dat zijn de nesten en de (winter)slaapplaatsen. Een voor huismussen gunstig habitat bevat de volgende elementen, op volgorde gezet naar prioriteit voor de populatie. 1 van 10

1. Plantaardig voedsel Een populatie huismussen komt in eerste instantie af op voedsel in de vorm van zaden. Tegenwoordig zijn het meestal enkele inwoners die een voerplaats voor vogels inrichten, en die daarmee huismussen de kans geven terug te komen naar gebieden die door mussen verlaten waren. Daarnaast wordt in de directe omgeving ook gegeten van zaden van grassen, onkruiden en andere beplanting, van jong groen, van bloemknoppen, van bladgroen, van fruit en van vruchten. 2 van 10

2. Nestgelegenheid met hoog groen in de nabijheid. Is er voldoende voedsel in de vorm van zaden, dan wordt nestgelegenheid belangrijk. Deze nestgelegenheid kan worden gevonden in of aan gebouwen, maar zeker ook in groen dat zich tegen gebouwen aan bevindt. Met name Klimop (Hedera) en Vuurdoorn zijn daarvoor door de Huismus geliefde planten. Voor de overleving van de jongen worden locaties geprefereerd waar, binnen enkele meters van het nest, hoog en gesloten groen aanwezig is. Meestal groenblijvende struiken en klimplanten ( Taxus, Liguster, Laurier, Vuurdoorn, Klimop, diverse coniferen, bamboe, Hulst e.d. ). De jongen vliegen daar naartoe wanneer ze voor het eerst het nest verlaten, en de ouders gebruiken het als uitkijk alvorens met voedsel het nest in te gaan. In een habitat waar huismussen in de zomermaanden in opvallend grote getalen aanwezig zijn, zoals bijvoorbeeld in Artis, kunnen nesten op de meest onverwachte plaatsen worden aangetroffen. 3 van 10

3. Voedsel in de vorm van insecten en larven Het gaat hier om plaatsen waar kleine zachte insecten en larven, zonder harde chitine-schilden aangetroffen worden. Dit type voedsel is vooral van belang voor de jongen. Het wordt gevonden bij stilstaand water van grachten, vijvers, sloten en verlaten emmers, in dood hout dat met rust gelaten wordt, rond mest en hondenpoep, in composthopen, op wieren die zich op dijkversterking hebben vast gezet, in takkenhagen en meer van dergelijke plaatsen. Soms zijn er planten die dergelijke insecten in het bijzonder aantrekken, zoals rozen, klimop, hop en coniferen. Is dit niet binnen een straal van 50m rond het nest aanwezig, dan hebben de ouders het moeilijk en kan een aantal van de jongen verhongeren of blijven ze zwak na het uitvliegen. Een teken van ondervoeding bij jonge huismussen is soms een witte kleur in de veren. Deze vorm van witte veren verdwijnt na de eerste rui. 4. Gezamenlijke slaapplaatsen Gezamenlijke slaapplaatsen zijn te vinden op de onderste rijen pannen van daken en in groenblijvende hoge, dichte planten ( Winter -slaapplaatsen), als Taxus, Liguster, Laurier, Vuurdoorn, Klimop, diverse coniferen, bamboe, dicht gesnoeide hoge Hulst e.d. In de zomermaanden wordt ook bladverliezend, maar dicht, hoog opgaand groen als slaapplaats gebruikt. Denk hierbij aan Hop, Wilde Wingerd, Bruidssluier, Blauwe Regen en dergelijken. De jaarlijkse aanwas van jonge huismussen neemt, als gezamenlijke slaapplaats, het eerste het beste veilige hoge groen. Deze aanwas kan met gemak in juli-augustus een verdubbeling van de populatie-grootte betreffen, die echter voor het nieuwe broedseizoen al grotendeels verloren zal zijn gegaan. Door onervarenheid maken de juveniele huismussen bij het zoeken naar slaapgelegenheden nog geen onderscheid tussen bladverliezend en blad-houdend groen. Zodra de herfst nadert en deze slaapplaatsen hun dekking verliezen trekken de juveniele huismussen in, bij de jaarrond vaste slaapplaatsen die zich in groenblijvende hoge planten of dakranden bevinden. Deze laatste worden winterslaapplaatsen genoemd maar worden in feite het jaar rond gebruikt als 4 van 10

gezamenlijke slaapplaats. De zogenaamde winterslaapplaatsen zijn dus het jaar rond VASTE verblijfplaatsen. In de nesten wordt ook geslapen, maar alleen door de broedende vrouwtjes, en de jongen die nog niet uitgevlogen zijn. Niet door gemengde groepen huismussen. Na het broedseizoen kunnen wel de laatste jongen van dat nest er gaan overnachten, totdat het broedseizoen weer in voorbereiding is. Nest van 7 jonge Huismussen zit tegen elkaar aan om samen te overnachten zoals in het nest gebruikelijk was. Hieraan kun je zien dat deze jongen zeer recent (vandaag) zijn uitgevlogen. Datum op foto is incorrect. Moet zijn 29 mei 2012. 5 van 10

5. Schuilplaatsen overdag nabij nesten, voedselbron en baden Bij vaste voedselbronnen, drink- en badplaatsen zal vaak een dikke, dichte, ongeveer 1,5 m hoge groenblijvende struik aanwezig te zijn waar de hele groep huismussen zich bij nood direct in kan verstoppen. Soms veel hoger dan 1,5 meter. Soms ook minder. Denk hierbij aan Meidoorn hagen, Vuurdoorn hagen, (Wilde) Liguster, Taxus-hagen, Laurier, Klimop, diverse coniferen, bamboe, Hulst, Berberis hagen en dergelijken. Afhankelijk van het aantal predatoren dat de populatie Huismussen al ontdekt heeft, zal dit een zwaardere dekking of juist een lichtere dekking zijn, of kan de afstand tot de dekking groter zijn. Al deze schuilplaatsen zijn noodzakelijk vanwege de vele predatoren en andere vijanden waar huismussen mee te maken hebben. 6 van 10

6. Drinkwater s Morgens is drinken een van de eerste dingen die een huismus doet wanneer deze van de slaapplaats af is gekomen. Vaak worden hiervoor vogelbadjes gebruikt, maar ook dakgoten waar water in blijft staan, visvijvers, slootkanten, regentondeksels, regenwaterplassen en meer van dergelijke plekken, worden benut. Hoe betrouwbaarder de aanwezigheid van water is, en hoe schoner het drinkwater zelf is, des te eerder zullen huismussen er gebruik van maken. 7. Steentjes/grit Huismussen hebben steentjes in de maag nodig om zaden te vermalen en om er de noodzakelijke kleine hoeveelheden zouten en kalk uit op te nemen. Deze steentjes en grit worden meest gevonden op trottoirs, wegen, parkeerplaatsen, tuinterrassen en dergelijke. Bij gebrek aan dit soort plaatsen wordt door huismussen ook in voegwerk van muren gepeuterd om er de noodzakelijke elementen uit te halen. Vooral oud, losgeraakt, voegwerk leent zich daarvoor. 7 van 10

8. Zonnebad Een zonnebad warmt het verenkleed op en maakt daarmee de parasieten actief. Op die manier zijn parasieten voor de Huismus makkelijker uit te wassen dan wanneer deze dicht op de huid onder de veren verborgen zitten. Het zonnebad wordt ook gebruikt om zo snel mogelijk het verenkleed weer droog te hebben, dus na een waterbad. Voor zonnebaden worden vaak hoge struiken of daken op het zuiden gebruikt. Dit is meestal wel vanzelf ergens in de directe omgeving te vinden, maar het kan in het belang van de Huismus geen kwaad er bewust aandacht aan te besteden. Huismus in de zon; de parasieten zijn in het verenkleed op gang gekomen en de mus krabt eens flink achter de oren. Boven haar zit een andere mus zich aan de tak te schuren, na een waterbad te hebben genomen. 8 van 10

9. Stofbad Stofbaden zijn noodzakelijk voor huismussen om parasieten kwijt te kunnen raken, maar ook om zo snel mogelijk de veren weer droog te hebben. Stofbaden worden aangetroffen op plaatsen waar droge fijne grond is. Dat kunnen plantenborders zijn, zandpaden of onverharde wegen, zandbakken in tuinen of op speelterreintjes, en dergelijke. 10. Waterbad of sneeuwbad Huismussen slapen gezamenlijk en dicht op elkaar, schuilen bij gevaar eveneens allemaal dicht opeen in dezelfde struik en gebruiken het jaar rond hetzelfde nest. Dat biedt parasieten veel kansen zich door de populatie te verspreiden tenzij de huismussen de kans krijgen zich goed schoon te houden. Dat doen ze onder anderen door waterbaden te nemen. Meestal met meerdere mussen tegelijk. Een waterbad gaat vaak vooraf aan een stofbad. Waterbaden zijn in principe op dezelfde locaties te vinden als drinkplaatsen, behalve dat een waterbad wijd genoeg en diep genoeg moet zijn om minimaal 1 huismus ruim plaats te bieden om te badderen, en een tweede op de kant toe te laten die op de beurt wacht. De veren van Huismussen worden daarbij door en door nat. De mussen lopen hierdoor extra gevaar voor predatie. Daarom worden waterbaden geprefereerd waar zich dichte struiken bevinden. Is alle water bevroren dan zullen Huismussen gebruik maken van aanwezige losse sneeuw om een sneeuwbad te nemen. 9 van 10

10 van 10