Gebruikershandleiding DHP-S VUGFA110



Vergelijkbare documenten
ONDERHOUDSHANDLEIDING

Gebruikershandleiding. DHP-A DHP-A Opti DHP-AL DHP-AL Opti DHP-C DHP-H DHP-H Opti DHP-H Opti Pro DHP-L DHP-L Opti DHP-L Opti Pro VUBMA910

Gebruikershandleiding DHP-AQ

GEBRUIKERSHANDLEIDING

ONDERHOUDSHANDLEIDING

ONDERHOUDSHANDLEIDING

GEBRUIKERS- HANDLEIDING

Warmtepompen voor woningen

Warmtepompen voor woningen

Inbedrijfstelling. Atec.

Servicehandleiding DHP-A DHP-A Opti DHP-AL DHP-AL Opti DHP-C DHP-H DHP-H Opti DHP-H Opti Pro DHP-L DHP-L Opti DHP-L Opti Pro

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. Gebruikershandleiding. DHP-iQ.

nl Hulp bij opstarten

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. Gebruikershandleiding. DHP-H Varius Pro+

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. Bedradingsschema. DHP-R Eco.

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. Bedradingsschema. DHP-A Opti.

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. Bedradingsschema DHP-L. DHP-L DHP-L Opti DHP-L Opti Pro/Opti Pro+

Installatiehandleiding. Atec.

Service Manual. Comfort System

Installatiehandleiding DHP-S

Atec 6-18 kw 400V 3-N

Gebruikershandleiding

All-in-one warmtepomp water verwarming BOI-200/260

RUIMTEREGELAAR MET STOOKLIJN- VERSTELLING

TNG-serie warmtepomp Gebruikershandleiding

korte handleiding Ruimtebedieningseenheid RBE

BASISINSTELLING WARMTEPOMP

Thermia warmtepomp. Thermia Comfort. Installatiehandleiding Rev. 2

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

Bedradingsschema. itec.

1 Inleiding. 1.1 Theta-regelaar. 1.2 Ruimtethermostaat

Installatiehandleiding

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7

Techneco ELGA warmtepomp Gebruikershandleiding. Type 3.0

ENA Bijlage. Installatie- en bedieningsinstructies. Flamco

RUIMTEBEDIENINGSEENHEID. RBE handleiding. De beste oplossing, voor een eenvoudige temperatuurregeling!

Bedrade afstandbediening Introductie van het spare part. Knoppen en display van de afstandbediening.

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur

GIDS VOOR DE GEBRUIKER

Producten. Lucht/water-warmtepomp, verwarmingscapaciteit van 18,2 t/m 31,0 kw/h (A2/W35) Bouwgrootte: Eco-9 t/m 16 LS-T en LS-T/HG

Warmtepompen voor woningen

Verkorte opstart procedure water/water warmtepompen voor het voorverwarmen van de woning/gebouw met het elektrisch verwarmingselement

LCD scherm va LCD scherm

Techneco Elga. Regeling en Extra s

handleiding master aansluitmodule 6 zones - 230V/24 V

HENKELMAN BV. Adres Veemarktkade 8 / D AE s-hertogenbosch Nederland. Postadres Postbus AE s-hertogenbosch Nederland

Room Controller NEW BEDIENING 40KMC---N 42HMC---N 42VMC---N 40SMC---N I S O

Handleiding warmtepomp

LCD scherm ve LCD scherm

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. ECL Comfort 210 / 310. Gebruikershandleiding. Danfoss District Energy

Gebruikershandleiding Techneco Blomberg warmtepompboiler. Typen: BL 160 BL 200 BL 250 BL 300 E,V,W

Gebruikersinstructie Roth Touchline thermostaat

Installatiehandleiding

7 INSTELLING EN AFREGELING

ECL Comfort 210 / 296 / 310

BEP 600-TLM2 CONTOUR MATRIX TANK MONITOR INSTALLATIE EN GEBRUIKS AANWIJZING

Albatros2 Ruimte-bedienunit UI400 Verkorte handleiding

Installatiehandleiding DHP-A DHP-A Opti DHP-AL DHP-AL Opti DHP-C DHP-H DHP-H Opti Pro DHP-L DHP-L Opti

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL

Gebruikshandleiding. 8A /05.08 Wijzigingen voorbehouden.

GEBRUIKSAANWIJZING EASYSTART TIMER

Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren

Alle rechten voorbehouden. Niets uit dit document mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op we

Bespaar geld en energie met

Gebruikershandleiding

Hartelijk dank voor uw aankoop van deze airconditioner. Lees deze gebruikershandleiding zorgvuldig door alvorens uw airconditioner in gebruik te

PROGRAMMEERBARE TEMPERATUUR DETECTOR TD-1_NL 07/11

Gebruikhandleiding TC-500

AT Multifunctioneel luchtbehandelingsapparaat

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

Afstandsbediening REC08. voor RESIDENCE CONDENS. gebruiksaanwijzing

Bedieningshandleiding. ExaControl E7R S

Installatiehandleiding DHP-A DHP-A Opti DHP-AL DHP-AL Opti DHP-C DHP-H DHP-H Opti DHP-H Opti Pro DHP-L DHP-L Opti DHP-L Opti Pro

MONTAGEHANDLEIDING. Kamerthermostaat EKRTWA

Deze pompschakelaar kunnen wij U aanbieden voor 79 gemonteerd en wel. Zie onderstaande beschrijving van deze unieke pompschakelaar

GALAXY 16 & 16+ GEBRUIKERSHANDLEIDING MK 6. versie 4 oktober

2HEAT DESIGN: OPBOUW TOUCHSCREEN DESIGN THERMOSTAAT

Thermostaat met display

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

Gebruiksaanwijzing WTW PC-software

Warmte in de koudetechniek, een hot item

VH CONTROL THERMOSTAAT HYPNOS (10080)

Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA

Bedieningshandleiding VAG5000-Basic

Gebruikshandleiding. BUVA EcoHeat 14-4 BUVA EcoHeat 16-4 BUVA EcoHeat 18-5

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Jaloeziebesturingsknop, Jaloeziebesturingsknop met sensordetectie

HANDLEIDING. De SAS1000WHB-7DF klokthermostaat wordt in combinatie met de SCU209-DF ontvanger gebuikt om 1 of meerdere actuators aan te sturen.

Olympia EKM (vertaling Zonnepanelen123 als service voor gebruikers)

Regeling van de varimat WR I.7.3. Systeeminformatie

nl BeknOpte handleiding

Temperatuurafhankelijk geschakelde plugin thermostaat

Techneco Elga warmtepomp. Gebruikershandleiding

Controlelijst voor ingebruikname

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Espace bedrade regeling (230 volt)

InteGra Gebruikershandleiding 1

Handleiding voor de warmtepomp. IVT (Greenline) (Locatie: Bavel, Den Haag, Houten)

Bedieningselement voor de Eeberspächer-standverwarmingen A WORLD OF COMFORT

Handleiding Wireless Bedieningspaneel HEDIS

Quick Guide Artel Mono Block schema 2 verwarmen/warmwater

Transcriptie:

Gebruikershandleiding DHP-S VUGFA110

Als deze instructie niet wordt gevolgd bij installatie en service, is de aansprakelijkheid van Danfoss A/S krachtens de geldende garantiebepalingen niet langer bindend. Danfoss A/S behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande mededeling wijzigingen aan te brengen in details en specificaties. 2010 Copyright Danfoss A/S. De originele gebruiksaanwijzing is in het Zweeds opgesteld. De overige talen zijn vertalingen van de originele gebruiksaanwijzing. (Richtlijn 2006/42/EG)

Inhoudsopgave 1 Belangrijke informatie... 3 1.1 Veiligheidsvoorschriften... 4 1.2 Bescherming... 5 2 Over uw warmtepomp... 6 2.1 Productbeschrijving... 6 2.2 Het principe van de warmtepomp... 7 2.3 Boiler (optie)... 8 2.4 Kamersensor (optie)... 8 3 Gebruiksinstructies... 9 3.1 Bedieningspaneel... 9 3.2 Druk in brinecircuit controleren... 15 3.3 Waterniveau in het verwarmingssysteem controleren... 16 3.4 Veiligheidsklep controleren... 16 3.5 Bij lekkage... 16 4 Menu-informatie... 17 4.1 Menu INFORMATIE... 17 5 Problemen oplossen... 26 5.1 Alarm... 26 6 Termen en afkortingen... 27 7 Referenties... 29 VUGFA110 1

1 Belangrijke informatie Let op! Als de installatie 's winters niet in gebruik is, moet het water in het verwarmingssysteem worden afgetapt omdat anders vorstschade kan ontstaan. De installatie kan worden beschouwd als zijnde onderhoudsvrij, maar enig toezicht is wel noodzakelijk. Voordat u de instellingen van de regelaar verandert, moet u eerst nagaan wat deze veranderingen inhouden. Neem voor eventuele servicewerkzaamheden contact op met uw installateur. Voorzichtig! Deze apparatuur mag niet worden gebruikt door personen (waaronder kinderen) met verminderde fysieke, sensorische of mentale vermogens of gebrekkige ervaring en kennis, tenzij onder supervisie van of geïnformeerd over de functies van de apparatuur door een veiligheidsfunctionaris. Let op! Zorg ervoor dat er geen kinderen met het apparaat spelen. Gebruikershandleiding VUGFA110 3

1.1 Veiligheidsvoorschriften 1.1.1 Installatie en onderhoud GEVAAR! Alleen erkende installateurs mogen de warmtepomp installeren, in bedrijf stellen en onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitvoeren. GEVAAR! Alleen erkende elektromonteurs mogen wijzigingen aanbrengen in de elektrische installatie. GEVAAR! LEVENSGEVAARLIJK! Alleen erkende koeltechnici mogen werkzaamheden verrichten aan het koudemiddelcircuit. 1.1.2 Aanpassingen aan het systeem Alleen erkende installateurs mogen aanpassingen uitvoeren aan de volgende onderdelen: Warmtepompeenheid Leidingen voor koudemiddel, brine, water en stroom Veiligheidsklep Het is niet toegestaan om bouwtechnische installaties uit te voeren die van invloed kunnen zijn op de betrouwbaarheid van de warmtepomp. 1.1.3 Veiligheidsklep De volgende veiligheidsvoorschriften hebben betrekking op de veiligheidsklep van het warmwatercircuit met bijbehorende overstortleiding: Blokkeer nooit de verbinding met de overstortleiding van de veiligheidsklep. Water zet uit als het opwarmt. Hierdoor komt er wat water uit het systeem via de overstortleiding. Het water dat uit de overstortleiding 4 Gebruikershandleiding VUGFA110

komt, kan heet zijn! Laat het daarom in een afvoerput lopen op een plek waar geen gevaar is voor brandwonden. 1.2 Bescherming 1.2.1 Corrosiebescherming Vanwege het gevaar voor beschadigingen door corrosie mag er in de buurt van de warmtepomp geen spray worden gebruikt. Hierbij gaat het met name om: Oplosmiddelen Chloorhoudende reinigingsmiddelen Verf Lijm Gebruikershandleiding VUGFA110 5

2 Over uw warmtepomp 2.1 Productbeschrijving De warmtepomp is een verwarmingsinstallatie voor warmte en warm water als er een externe boiler wordt geïnstalleerd (accessoire). Deze heeft een compressor die uitsluitend is ontwikkeld voor warmtepompen. De warmtepomp is voorzien van regelapparatuur waarover informatie wordt gegeven in een grafisch displayscherm. De regelapparatuur is tevens voorbereid voor bewaking via internet. De warmte wordt aan het huis afgegeven via een watergedragen verwarmingssysteem. De warmtepomp levert een zo groot mogelijk deel van de warmtevraag voordat de bijverwarming ter ondersteuning wordt ingeschakeld. Bijverwarming is als accessoire beschikbaar. De verwarmingsinstallatie van de warmtepomp bestaat uit twee basiseenheden: Warmtepompeenheid Regelapparatuur De warmtepompeenheid bestaat uit de volgende eenheden: Scroll-compressor Roestvrije warmtewisselaars: condensor, verdamper en heetgaswisselaar Circulatiepompen voor collector- en verwarmingssysteem De regelapparatuur stuurt de onderdelen van de verwarmingsinstallatie (compressor, circulatiepompen en driewegklep) aan en regelt wanneer de warmtepomp moet starten en stoppen en of deze warmte voor in huis moet produceren of warm water. Als er een bijverwarming (accessoire) geïnstalleerd is, wordt de bijverwarming aangestuurd door de regelapparatuur. De regelapparatuur bestaat uit de volgende eenheden: Regelaar en bedieningspaneel met grafisch displayscherm Temperatuursensoren (buiten, aanvoerleiding, retourleiding en warm water) Kamersensor (accessoire) 6 Gebruikershandleiding VUGFA110

2.2 Het principe van de warmtepomp Een warmtepomp maakt gebruik van de energie die een natuurlijke warmtebron in zich draagt. Eenvoudig gezegd haalt deze energie uit een warmtebron in de vorm van warmte. De warmtepomp is daarom een zeer milieuvriendelijke en voordelige manier om een huis te verwarmen. 5 4 8 3 6 7 2 1 Afbeelding 1. Het principe van de warmtepomp De warmtepomp heeft vier afzonderlijke vloeistofcircuits. Brinecircuit (1) een slang gevuld met een vloeistof (brinevloeistof) die in een meer, in de grond of in gesteente wordt aangelegd. De brinevloeistof neemt energie op uit de omgeving doordat de vloeistoftemperatuur in de slang enkele graden wordt verhoogd. Gebruikershandleiding VUGFA110 7

Koudemiddelcircuit (7) het circuit in de warmtepomp dat via verdamping, compressie en condensatie energie opneemt vanuit het brinecircuit en afgeeft aan het verwarmingscircuit. Het koudemiddel is chloorvrij. Verwarmingscircuit (8) het water dat de warmte (de energie) transporteert naar het verwarmingssysteem en de boiler. Heetgascircuit circuit met hoge temperatuur voor de eindboiler van het warmwatercircuit. Als de warmtepomp niet is aangesloten op een boiler, hoeft het heetgascircuit niet te worden aangesloten. 1. Het brinecircuit (1) verdampt koudemiddel in de verdamper (2) met warmte afkomstig uit een meer, grond of gesteente. Het koudemiddel wordt dan gasvormig. 2. Het koudemiddel gaat langs de compressor (3), waar druk en temperatuur worden opgevoerd. 3. Het koudemiddel gaat vervolgens verder de heetgaswisselaar (4) in. Hier kan een klein vermogen met een hoge temperatuur worden gebruikt om bijvoorbeeld de warmwatertemperatuur te verhogen. 4. Het verwarmingscircuit (heetgascircuit) condenseert het koudemiddel naar vloeibare vorm in de condensor (5) door warmte af te geven aan het huis en aan warm water. 5. Het koudemiddel gaat langs de expansieklep (6), die druk en temperatuur verlaagt en koudemiddel omzet van vloeistof naar vloeistof en gas. Daarna begint het proces weer opnieuw. 2.3 Boiler (optie) De warmtepomp kan ook warm water produceren voor externe boilers. De watertemperatuur voor de boiler wordt aangestuurd door de regelpressostaat en kan niet worden afgesteld. De warmwaterproductie wordt stopgezet als de regelpressostaat zijn maximale werkdruk heeft bereikt. 2.4 Kamersensor (optie) Als optie kan het warmtepompsysteem worden voorzien van een kamersensor. De installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een erkende elektromonteur. Raadpleeg de elektrische voorschriften voor de aansluiting. 8 Gebruikershandleiding VUGFA110

3 Gebruiksinstructies 3.1 Bedieningspaneel 3.1.1 Beschrijving van de werking De warmtepomp heeft een ingebouwd regelsysteem dat wordt gebruikt om automatisch de warmtevraag te berekenen in het huis waar de warmtepomp is geïnstalleerd en om te controleren of de juiste hoeveelheid warmte wordt geproduceerd en afgegeven wanneer dat nodig is. Er zijn veel verschillende waarden (parameters) waarmee tijdens de berekening van de warmtevraag rekening moet worden gehouden. U kunt tijdens installatie en service het bedieningspaneel gebruiken om waarden in te stellen en te wijzigen die moeten worden aangepast al naargelang de warmtevraag in het huis. Het bedieningspaneel is ingebouwd in de frontplaat van de warmtepomp en bestaat uit een display, een toetsenpaneel en een indicator. Op de display wordt een eenvoudig menusysteem gebruikt voor het navigeren naar de gewenste instellingen en waarden. Tijdens bedrijf worden op de display altijd de ingestelde Gebruikershandleiding VUGFA110 9

KAMER-waarde, de bedrijfsmodus en de status van de warmtepomp getoond. 20 C ROOM NO HEAT DEMAND OPERAT. AUTO 1 2 3 Afbeelding 2. Display, toetsenpaneel en indicator. Nummer (20 C) Beschrijving 1 De tekst en symbolen op de display zijn alleen bedoeld als voorbeelden. Bepaalde symbolen kunnen niet tegelijkertijd worden weergegeven. 2 Toetsenpaneel: + Het plusteken wordt gebruikt om omhoog te scrollen in een menu of om de waarden te verhogen. - Het minteken wordt gebruikt om omlaag te scrollen in een menu of om de waarden te verlagen. > De rechterpijl wordt gebruikt om een waarde te selecteren of een menu te openen. < De linkerpijl wordt gebruikt om te annuleren of om een menu te verlaten. 3 Indicator Het regelsysteem wordt bediend via een gebruiksvriendelijk menusysteem dat op de display wordt weergegeven. Gebruik de vier navigatiesymbolen op het toetsenpaneel om door de menu s te navigeren en de ingestelde waarden te verhogen of te verlagen. 10 Gebruikershandleiding VUGFA110

U kunt het menu INFORMATIE openen door op de linker- of rechterknop te drukken. Het menu INFORMATIE heeft een aantal submenu's. Zie Menyinformation. Bij installatie en service wordt het menu SERVICE gebruikt. Dit menu kunt u openen door de linkerknop minimaal vijf seconden ingedrukt te houden. Het menu SERVICE heeft een aantal submenu's. Zie Menu-informatie. De menu s INFORMATIE en SERVICE zijn bedoeld voor twee categorieën gebruikers: eindgebruikers en installateurs. Eindgebruikers mogen het menu INFORMATIE alleen met een beperkt aantal instellingen openen. Installateurs moeten een heleboel instellingen kunnen wijzigen in het regelsysteem. Het menu SERVICE wordt daarom voor eindgebruikers verborgen. 1 2 Afbeelding 3. De menu's zijn te openen door op diverse knoppen te drukken. Nummer Beschrijving 1 Informatiemenu Druk op de linker- of rechterknop 2 Servicemenu Houdt de linkerknop minimaal vijf seconden ingedrukt De indicator onderaan op het bedieningspaneel kan drie standen aangeven: Geen licht, betekent dat er geen spanning op de warmtepomp staat. Constant licht, betekent dat er spanning op de warmtepomp staat en dat deze gereed is voor de productie van warmte of warm water. Gebruikershandleiding VUGFA110 11

Knipperend licht, betekent dat er een alarm actief is. Voorzichtig! Tijdens een eventuele service waarbij de displaykaart vervangen wordt, worden voor alle instellingen voor de warmtepomp de fabrieksinstellingen hersteld. Noteer daarom vóór het vervangen de actuele instellingen. 3.1.2 Display De display geeft in tekstvorm informatie weer over de werking, status en eventuele alarmmeldingen van de warmtepomp. De bedrijfsmodus en de status worden met behulp van symbolen ook weergegeven in het lagere deel waarin de actieve processen van de warmtepomp te zien zijn. Let op! Om de displaytaal te wijzigen, drukt u op de volgende reeks knoppen: rechterpijl, pijl omlaag naar onderste menu, rechterpijl, scrollen tussen talen met + of -. Vervolgens taal selecteren met rechterpijl. 12 Gebruikershandleiding VUGFA110

3.1.2.1 Bedrijfsmodi Tabel 1. Toont de ingestelde bedrijfsmodus voor de warmtepomp. Bedrijfsmodus (UIT) Betekenis De installatie is volledig uitgeschakeld. Deze modus wordt ook gebruikt om bepaalde alarmmeldingen te bevestigen. Voorzichtig! Als de bedrijfsmodus UIT voor langere periodes wordt gebruikt tijdens de winter, moet het water van het verwarmingssysteem in de installatie worden afgetapt, omdat er anders vorstschade kan ontstaan. AUTO WARMTEPOMP BIJVERW. WARMWATER De warmtepomp en de bijverwarming worden automatisch geregeld door het regelsysteem. Het regelsysteem wordt dusdanig ingesteld dat alleen de warmtepompeenheid (compressor) mag werken. In deze bedrijfsmodus wordt doorverwarming (anti-legionellafunctie) van het warm water niet uitgevoerd, omdat er geen bijverwarming mag worden gebruikt. Het regelsysteem laat alleen de bijverwarming werken. In deze modus produceert de warmtepomp alleen warm water. Er gaat geen warmte naar het verwarmingssysteem. 3.1.2.2 Symbolen Tabel 2. Symbool WP Symbolen die worden weergegeven op de display. Betekenis Geeft aan dat de compressor in bedrijf is. 1 BLIK- SEM Geeft aan dat de bijverwarming in bedrijf is. Het cijfer geeft aan welke bijverwarmingsstap er geactiveerd is. Gebruikershandleiding VUGFA110 13

Symbool HUIS KRAA N Betekenis Geeft aan dat de warmtepomp warmte produceert voor het verwarmingssysteem. Geeft aan dat de warmtepomp warmte produceert voor de boiler. F FLOW SEN- SOR KLOK TANK VIER- KANT Een F geeft aan dat de flowsensor geïnstalleerd is. Geeft aan dat de functie voor kostenbeheersing (kamerverlaging) actief is. Geeft het warmwaterniveau in de boiler aan. Als er warm water wordt geproduceerd voor de boiler, wordt dit aangegeven met een knipperend tank-pictogram. Een bliksem bij het symbool geeft doorverwarming aan (anti-legionellafunctie). Geeft aan dat de bedrijfspressostaat is geactiveerd of dat de temperatuur van de drukleiding de maximale temperatuur heeft bereikt. 3.1.2.3 Bedrijfsinformatie Tabel 3. Toont informatie over de warmtepomp. Melding KAMER START EVU-STOP GEEN WARMTEV- RAAG Betekenis Geeft de ingestelde KAMER-waarde weer. Standaardwaarde: 20 C. Indien de optionele kamersensor is geïnstalleerd, geeft deze de werkelijke temperatuur en de gewenste binnentemperatuur tussen haakjes weer. Geeft aan dat er warmteproductie nodig is en dat de warmtepomp gaat starten. Geeft aan dat de extra functie EVU actief is. Dit betekent dat de warmtepomp is uitgeschakeld zolang EVU actief is. Geeft aan dat er geen vraag naar warmteproductie is. 14 Gebruikershandleiding VUGFA110

Melding WARMTEPOMP START --XX WARMTEPOMP+BIJ- VERW. BIJVERWARM. Betekenis Geeft aan dat er vraag is naar warmteproductie en dat er over XX minuten wordt gestart. Geeft aan dat de warmteproductie actief is met zowel de compressor als de bijverwarming. Geeft aan dat er vraag naar bijverwarming is. 3.2 Druk in brinecircuit controleren Het brinecircuit moet zijn gevuld met de juiste hoeveelheid vloeistof, omdat de installatie anders beschadigd kan raken. Zorg ervoor dat in het systeem de benodigde druk aanwezig is, maar wel maximaal 3 bar. Raadpleeg voor het bijvullen van brinevloeistof de installatiehandleiding. Legenda 1 Wordt gebruikt bij bijvullen 2 Wordt aangesloten op brinecircuit 1 2 Afbeelding 4. brinevloeistof Bijvullen van Gebruikershandleiding VUGFA110 15

3.3 Waterniveau in het verwarmingssysteem controleren De systeemdruk van de installatie moet één keer per maand worden gecontroleerd. Zorg ervoor dat in het verwarmingssysteem de benodigde druk aanwezig is, maar wel maximaal 3 bar. Voor het bijvullen van het verwarmingssysteem kunt u gewoon kraanwater gebruiken. In uitzonderlijke situaties kan de waterkwaliteit ongeschikt zijn voor het bijvullen van het verwarmingssysteem (bijtend of kalkhoudend water). Neem bij twijfel contact op met uw installateur. Gebruik geen additieven voor waterbehandeling in het water voor het verwarmingssysteem! 3.4 Veiligheidsklep controleren De twee veiligheidskleppen van de warmtepomp moeten minimaal vier keer per jaar worden gecontroleerd om te voorkomen dat het mechanisme verstopt raakt door kalkafzetting. De veiligheidsklep van de boiler beschermt tegen overdruk in de gesloten boiler. Deze is op de koudwaterinlaat gemonteerd met de uitloop naar beneden. Als de veiligheidsklep van de boiler niet regelmatig wordt gecontroleerd, bestaat het gevaar dat de boiler beschadigd raakt. Het is normaal dat er bij het opladen van de boiler kleine hoeveelheden water uit de veiligheidsklep komen, met name bij verbruik van grote hoeveelheden warm water. Beide veiligheidskleppen controleert u door de dop een kwartslag rechtsom te draaien, zodat er via de overstortleiding wat water uit de klep komt. Als een van de kleppen niet werkt, moet deze worden vervangen. Neem contact op met uw installateur. De openingsdruk van de veiligheidskleppen kan niet worden aangepast. 3.5 Bij lekkage Bij eventuele lekkage in de warmwaterleidingen tussen de eenheid en aftappunten sluit u onmiddellijk de afsluitklep voor de koudwatertoevoer. Neem vervolgens contact op met uw installateur, zie Referenties, Pagina 29. Bij lekkage in het koudemiddelcircuit schakelt u de warmtepomp uit en neemt u onmiddellijk contact op met uw installateur, zie Referenties, Pagina 29. 16 Gebruikershandleiding VUGFA110

4 Menu-informatie 4.1 Menu INFORMATIE Open het menu door op de linker- of rechterknop te drukken. Het menu toont ook de historie en bedrijfstijden. Cursief gedrukte menu s zijn alleen zichtbaar als de uitbreidingskaart (accessoire) is geïnstalleerd. Tabel 4. Wordt gebruikt om de bedrijfsmodi van de warmtepomp te wijzigen en de stooklijn aan te passen. Menu Submenu Submenu Submenu INFORMATIE BEDRIJF WARMSTOOKLIJN Ø AUTO WARMTEPOMP BIJVERWARM. (moet worden geactiveerd) WARMWATER (moet worden geactiveerd) MANUEEL TEST ANNULEREN Ø STOOKLIJN MIN MAX STOOKLIJN 5 STOOKLIJN 0 STOOKLIJN -5 WARMTESTOP DALING TANKTEMP (bij geactiveerde buffertank) OVERLADEN (bij geactiveerde buffertank) KAMERFACTOR (mits kamersensor geïnstalleerd) ZWEMBAD (uitbreidingskaart) ZWEMBAD HYSTER. (uitbreidingskaart) STOOKLIJN 2 (bij geactiveerde shuntgroep) Gebruikershandleiding VUGFA110 17

Menu Submenu Submenu Submenu TEMPERATUUR BEDRIJFSTIJD STOOKLIJN MIN MAX BUITEN KAMER (mits kamersensor geïnstalleerd) AANV. SYSTEEM (bij geactiveerde buffertank) AANV.LEIDING RETOURLEIDING BUFFERTANK (moet worden geactiveerd) WARMWATER (moet worden geactiveerd) INTEGRAAL BRINE NAAR BRINE VAN ZWEMBAD (uitbreidingskaart) KOELING SHUNTGROEP (moet worden geactiveerd) VERW.CIRC. 2 STROOM (uitbreidingskaart) WARMTEPOMP BIJVERW. 1 BIJVERW. 2 BIJVERW. 3 WARMWATER (moet worden geactiveerd) KOELING ACT. KOELING 18 Gebruikershandleiding VUGFA110

Menu Submenu Submenu Submenu TAAL SVENSKA ENGLISH DEUTSCH NEDERLANDS FRANÇAIS ESPAÑOL ITALIANO NORSK DANSK SUOMI EESTI POLSKI ČEŠTINA 4.1.1 Submenu BEDRIJF Tabel 5. AUTO (UIT) Wordt gebruikt om de bedrijfsmodus te selecteren. Betekenis De installatie is volledig uitgeschakeld. Deze modus wordt ook gebruikt om bepaalde alarmmeldingen te bevestigen. ANNULEREN = uitgangspositie, geen verandering. Om UIT te selecteren als bedrijfsmodus, drukt u één keer op het minteken om één stap omlaag te gaan en drukt u één keer op de rechterpijl. Automatisch bedrijf met zowel warmtepomp als bijverwarming toegestaan. Als het aantal vermogensstappen voor de bijverwarming op nul wordt ingesteld (SERVICE -> BIJVERW. -> MAX STAP), kunnen alleen AUTO of UIT worden geselecteerd als bedrijfsmodus. Menuoptie Fabrieksinstelling - - Gebruikershandleiding VUGFA110 19

WARMTE- POMP Betekenis Bedrijf met alleen warmtepomp toegestaan. Let op! Bij bedrijf met alleen de warmtepomp vindt geen doorverwarming (antilegionellafunctie) plaats. Menuoptie Fabrieksinstelling - BIJVERW. Bedrijf met alleen bijverwarming toegestaan. - WARMWA- TER MANUEEL TEST Bedrijf met warmtepomp voor warmwaterproductie en bijverwarming tijdens doorverwarming (anti-legionellafunctie). Wordt uitsluitend weergegeven wanneer de waarde voor MANUEEL TEST is ingesteld op 2 in het menu SERVICE. Uitgangen voor aansturing onderdelen worden handmatig geactiveerd. - - 4.1.2 Submenu WARMSTOOKLIJN Tabel 6. Wordt gebruikt om instellingen voor de stooklijn te wijzigen. STOOKLIJN MIN Betekenis Berekende aanvoertemperatuur bij buitentemperatuur van 0 C. Wordt weergegeven als een grafiek. De grafiek wordt begrensd door de ingestelde waarden voor MIN en MAX. Minimaal toegestane aanvoertemperatuur, als de temperatuur voor warmtestop is bereikt en de warmtepomp is gestopt. Menuoptie Fabrieksinstelling 40 C (bij vloerverwarming 30 C) (interval: 22 C / 56 C) 10 C (interval: 10 C / 50 C) 20 Gebruikershandleiding VUGFA110

MAX STOOKLIJN 5 STOOKLIJN 0 STOOKLIJN -5 WARMTE- STOP DALING TANKTEMP OVERLA- DEN KAMERFAC- TOR Betekenis Maximale berekende instelwaarde voor de aanvoertemperatuur. Plaatselijke stijging of daling van STOOKLIJN bij een buitentemperatuur van +5 C. Wordt in de grafiek voor STOOKLIJN weergegeven. Plaatselijke stijging of daling van STOOKLIJN bij een buitentemperatuur van 0 C. Wordt in de grafiek voor STOOKLIJN weergegeven. Plaatselijke stijging of daling van STOOKLIJN bij een buitentemperatuur van -5 C. Wordt in de grafiek voor STOOKLIJN weergegeven. Maximale buitentemperatuur waarbij warmteproductie is toegestaan. Als WARMTESTOP van kracht is, moet de buitentemperatuur 3 C zakken voordat de WARMTESTOP wordt beëindigd. Verschijnt alleen als de functie voor kostenbeheersing is geactiveerd. Verlaging van ingestelde kamertemperatuur. Actief bij 10 kω-verbinding bij EVU-ingang. Wordt weergegeven als de buffertank geactiveerd is. Laadt de buffertank naar de ingestelde temperatuur. Bij de instelling AUTO wordt de tank geladen naar de instelwaarde van de aanvoerleiding. Wordt weergegeven als de buffertank geactiveerd is en TANKTEMP is ingesteld op AUTO. Laadt de buffertank tot de instelwaarde van de aanvoerleiding + de waarde voor OVERLADEN. Wordt alleen weergegeven als de optionele kamersensor is geïnstalleerd. Bepaalt hoe groot de invloed van de kamertemperatuur is bij het berekenen van de aanvoertemperatuur. Voor vloerverwarming wordt geadviseerd om KAMERFACTOR in te stellen op 1, 2 of 3. Voor radiatorverwarming op 2, 3 of 4. Menuoptie Fabrieksinstelling 55 C (bij vloerverwarming 45 C) (interval: 40 C / 85 C) 0 C (interval: -5 C / 5 C) 0 C (interval: -5 C / 5 C) 0 C (interval: -5 C / 5 C) 17 C (interval: 0 C / 40 C) 2 C (interval: 1 C / 10 C) AUTO (interval: 30 C / 55 C) 0 C (interval: 0 C / 5 C) 2 (interval: 0 / 4) (0 = geen invloed, 4 = zeer veel invloed) Gebruikershandleiding VUGFA110 21

ZWEMBAD (uitbreidingskaart) ZWEMBAD HYSTER. (uitbreidingskaart) Betekenis Verschijnt alleen als ZWEMBAD is geselecteerd. De temperatuur in het zwembad wordt geregeld door een aparte sensor die losstaat van het verwarmings- en warmwatersysteem. Verschijnt alleen als ZWEMBAD is geselecteerd. Het verschil tussen de gewenste laadwaarde (instelbaar) en de werkelijke waarde van de zwembadsensor. Zwembadhysteresis heeft geen invloed op de integraalwaarde. Menuoptie Fabrieksinstelling 20 C (interval: 5 C / 40 C) 0 C (interval: 5 C / 40 C) 4.1.3 Submenu WARMSTOOKLIJN 2 Het menu wordt alleen weergegeven als shuntgroepsensor is aangesloten en geactiveerd in menu SERVICE -> INSTALLATIE -> SYSTEEM -> SHUNTGROEP. Tabel 7. Wordt gebruikt om instellingen voor stooklijn 2 te wijzigen. STOOKLIJN 2 MIN Betekenis Berekende shuntgroeptemperatuur bij buitentemperatuur van 0 C. Wordt weergegeven als een grafiek. De grafiek wordt begrensd door de ingestelde waarden voor MIN en MAX. Minimaal toegestane shuntgroeptemperatuur, als de temperatuur voor warmtestop niet is bereikt. Menuoptie Fabrieksinstelling 40 C (interval: 22 C / 56 C) 10 C (interval: 10 C / 50 C) MAX Maximaal toegestane shuntgroeptemperatuur. 55 C (interval: 15 C / 70 C) 4.1.4 Submenu TEMPERATUUR De historie is voor alle waarden op te roepen door op de rechterpijl te drukken. De grafiek toont de laatste 60 meetpunten voor het ingestelde tijdsinterval (SERVICE -> INSTALLATIE -> LOGTIJD). Bij een alarm wordt het 22 Gebruikershandleiding VUGFA110

loggen van de historie gestopt totdat het alarm is gereset door de bedrijfsmodus op UIT te zetten. Tabel 8. Wordt gebruikt om actuele temperaturen, historie en ingestelde/ berekende waarden weer te geven. Betekenis BUITEN Toont de actuele buitentemperatuur. - KAMER Toont de actuele ingestelde temperatuur. - AANV. SYS- TEEM AANV.LEID- ING RETOUR- LEIDING BUFFER- TANK WARMWA- TER INTEGRAAL KOUDEM. 1 KOUDEM. 2 ZWEMBAD (uitbreidingskaart) Toont de aanvoertemperatuur van het systeem bij buffertanksysteem. Toont de actuele aanvoertemperatuur. De berekende aanvoertemperatuur naar het verwarmingssysteem wordt tussen haakjes weergegeven. Tijdens warmwaterproductie in de bedrijfsmodus BIJVERWARM. wordt de waarde voor WARMWA- TER STOP + 10 tussen haakjes weergegeven. Toont de actuele retourtemperatuur. De stoptemperatuur, MAX RETOUR, wordt tussen haakjes weergegeven. Toont de temperatuur van de buffertank. - Toont de actuele warmwatertemperatuur. - Toont de actuele berekende waarde voor integraal. Toont de actuele temperatuur voor koudemiddelsensor 1. Toont de actuele temperatuur voor koudemiddelsensor 2. Verschijnt alleen als ZWEMBAD is geselecteerd. Toont de actuele zwembadtemperatuur. Tussen haakjes wordt de ingestelde zwembadtemperatuur weergegeven. Menuoptie Fabrieksinstelling - - - - - - - Gebruikershandleiding VUGFA110 23

Fabrieksinstelling SHUNT- GROEP VERW.CIRC. 2 STROOM (uitbreidingskaart) Betekenis Verschijnt alleen als SHUNTGROEP is geselecteerd. Toont de actuele aanvoertemperatuur. De berekende aanvoertemperatuur naar de shuntgroep wordt tussen haakjes weergegeven. Toont de temperatuur voor het tweede verwarmingscircuit indien dit is geïnstalleerd bij buffertanksystemen. Verschijnt alleen als STROOMBEGRENZER is geselecteerd. Toont het actuele stroomverbruik. Tussen haakjes wordt de ingestelde waarde voor MAX STROOM weergegeven. Menuoptie - - 4.1.5 Submenu BEDRIJFSTIJD Tabel 9. Wordt gebruikt om aan te geven hoe lang het betreffende onderdeel in bedrijf is geweest. De tijd wordt aangegeven in uren. Fabrieksinstelling WARMTE- POMP Betekenis Bedrijfstijd van compressor voor zowel warmteals warmwaterproductie. BIJVERW. Bedrijfstijd bijverwarming. - WARMWA- TER Bedrijfstijd warmwater met compressor. - Menuoptie - 4.1.6 Submenu TAAL Tabel 10. Wordt gebruikt om de taal voor het menusysteem in te stellen. Menu-optie SVENSKA ENGLISH DEUTSCH NEDERLANDS 24 Gebruikershandleiding VUGFA110

Menu-optie FRANÇAIS ESPAÑOL ITALIANO NORSK DANSK SUOMI EESTI POLSKI ČEŠTINA Gebruikershandleiding VUGFA110 25

5 Problemen oplossen 5.1 Alarm Een alarm wordt op het displayscherm aangegeven met de tekst ALARM en een alarmmelding, zie de volgende tabel. Alarmmeldingen die niet automatisch worden gereset, moeten worden bevestigd. Bevestig het alarm door de warmtepomp in de stand OFF te zetten. Melding FOUT HOGE DRUK FOUT LAGE DRUK FOUT MOTORBEV. BUITENSENSOR AANVOERSENSOR RETOURSENSOR WARMWATERSEN- SOR FOUT FASESEQ. HOOG RETOUR BRINEFLOW LAAG Betekenis Hogedrukpressostaat aangesproken. Compressor gestopt. Lagedrukpressostaat aangesproken. Compressor gestopt. Motorbeveiliging aangesproken (overstroomrelais, compressor) of motorbeveiliging aangesproken voor ventilator buitengedeelte. Compressor gestopt. Storing in buitensensor. Bij de berekening van de warmtevraag wordt nul graden gebruikt. Storing in aanvoerleidingsensor. Alles stopgezet, behalve de circulatiepomp van het verwarmingssysteem. Storing in retoursensor. Retourtemperatuur = Aanvoerleiding -5 wordt gebruikt. De berekende aanvoerleidingtemperatuur wordt beperkt tot maximaal 45 C. Storing in sensor voor starttemperatuur. Er vindt geen warmwaterproductie plaats. Alarm dat aangeeft dat de fasevolgorde voor de compressor niet goed is. Alleen weergave en alleen de eerste 10 minuten. Alarm dat aangeeft dat een hoge retourtemperatuur de werking van de compressor belemmert. De flowsensor geeft een alarm als de omgevingstemperatuur van het brinecircuit te laag is. Bij een alarm zal de warmtepomp indien mogelijk warmte afgeven aan het huis, primair met de compressor en secundair met bijverwarming. De warmwaterproductie zal stoppen om aan te geven dat er iets is gebeurd dat aandacht vereist. 26 Gebruikershandleiding VUGFA110

6 Termen en afkortingen Tabel 11. Termen en afkortingen Term Verdamper Heetgaswisselaar Integraal Compressor Condensor Stooklijn Brine Brinecircuit Koudemiddelcircuit Koudemiddel Radiator Uitleg In de verdamper wordt energie uit de warmtebron gehaald. Het koudemiddel dat door de verdamper gaat, wordt gasvormig. In de heetgaswisselaar wordt een deel van het totale verwarmingsvermogen (ca. 15%) afgegeven. Hier kan een hogere temperatuur worden gerealiseerd dan de normale condensatietemperatuur. INTEGRAAL is de energiebalans van het verwarmingssysteem. De warmteproductie wordt aangestuurd aan de hand van een berekende vraag. Deze vraag wordt berekend door de werkelijke aanvoertemperatuur te vergelijken met de berekende aanvoertemperatuur. Het verschil tussen de temperaturen wordt opgeteld in de loop van de tijd. Het resultaat wordt de integraal genoemd. De integraal wordt automatisch uitgerekend. De waarde van de integraal kan op het displayscherm worden afgelezen onder het menu TEMPERATUUR. De compressor verhoogt de temperatuur en druk van het koudemiddel. In de condensor geeft het koudemiddel zijn warmte-energie af aan het verwarmingscircuit. De waarde STOOKLIJN wordt ingesteld via het grafische displayscherm. De ingestelde waarde is de berekende instelwaarde voor de aanvoerleiding bij een buitentemperatuur van 0 C. Een mengsel op waterbasis dat energie van de warmtebron naar de warmtepomp transporteert. Het vloeistofcircuit dat warmte transporteert van de warmtebron naar de warmtepomp. Het circuit in de warmtepomp dat via verdamping, compressie en condensatie warmte opneemt vanuit het brinecircuit en afgeeft aan het verwarmingscircuit. De vloeistof die warmte transporteert vanuit het brinecircuit en afgeeft aan het verwarmingscircuit. Verwarmingselement, element. Gebruikershandleiding VUGFA110 27

Term Regelaar Kamer Verwarmingscircuit Warmstooklijn Uitleg De regelaar stuurt de gehele verwarmingsinstallatie aan. Hier worden alle instellingen opgeslagen en wordt de historie van de installatie geregistreerd. De instellingen van de regelaar kunnen worden gewijzigd via een grafisch displayscherm. Als voor KAMER 20 C wordt aangegeven, heeft dat geen gevolgen voor de stooklijn. Als KAMER hoger of lager is, wordt aangegeven dat de stooklijn omhoog of omlaag is verschoven om de binnentemperatuur te veranderen. Het verwarmingscircuit krijgt warmte/energie vanuit het koudemiddelcircuit en transporteert deze vervolgens naar de boiler of naar de verwarmingssystemen. De warmstooklijn is het instrument waarmee de regelaar berekent welke aanvoertemperatuur het verwarmingssysteem moet hebben. U stelt de binnentemperatuur bij door de helling van de STOOKLIJN voor het verwarmingssysteem te wijzigen. 28 Gebruikershandleiding VUGFA110

7 Referenties Installatie van leidingen Datum... Bedrijf... Naam... Tel.nr.... Elektrische installatie Datum... Bedrijf... Naam... Tel.nr.... Afstelling van het systeem Datum... Bedrijf... Naam... Gebruikershandleiding VUGFA110 29

Afstelling van het systeem Tel.nr.... 30 Gebruikershandleiding VUGFA110

VUGFA110