Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders vzw Nekkerspoelstraat 55 2800 Mechelen Telefoon 03-886 51 77 kantoor Discart 03-218 28 00 kantoor Brackeva 015-21 95 75 kantoor Van Lierde Fax 015-21 02 12 kantoor Van Lierde E-mail cvg@mail.gdw.be Bijlage CVG Nieuwsbrief Augustus 2010 Website www.cvg.be Memorandum van de vzw Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders Op 12 juli 2007 maakte de Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders (CVG) naar aanleiding van de vorige regeringsformatie een 10 punten-programma bekend voor de minister van Justitie. De laatste drie jaar is er van dit programma één en ander in de steigers gezet, zoals o.m. het wetsvoorstel inzake gelijkschakeling van betekenen in strafzaken met de burgerlijke betekeningwijze. In de komende legislatuur is er vanuit het gerechtsdeurwaarderambt nog heel wat werk voor de boeg dat moet leiden naar een betere rechtsuitvoeringspraktijk. De CVG beseft maar al te goed dat er een sense of urgency is voor het doorvoeren van een aantal dwingende en dringende maatregelen die de organisatie van ons beroep aangaan en ook kunnen bijdragen tot een meer efficiënte rechtsbedeling. Reeds meerdere jaren legt de CVG de nadruk op de sociaal-maatschappelijke bemiddelingsfunctie die de gerechtsdeurwaarder in het dagelijkse veldwerk van de rechtsuitvoering dient waar te maken.
2 CVG memorandum Bijlage CVG Nieuwsbrief Augustus 2010 Missie Onze missie is duidelijk: de gerechtsdeurwaarder is een openbaar ministerieel ambtenaar, bekleed met overheidsgezag en medewerker van het gerecht die ook ten dienste staat van de uitvoerende macht en alle rechtzoekende burgers. Hij is tevens de figuur van het menselijk contact tussen het gerecht en de burger (schuldeiser en schuldenaar) en is vaak de enige medewerker van het gerecht die de burgers ook effectief te zien krijgen. De gerechtsdeurwaarder organiseert de activiteiten binnen zijn kantoor als vrij beroep, werkzaam als zelfstandig ondernemer en dient hierbij de waarden en normen van good governance toe te passen, zowel ten aanzien van zijn opdrachtgevers als tegenover de rechtsonderhorige burgers. Kruispuntfunctie In deze context vervult de gerechtsdeurwaarder tussen de verschillende belanghebbende partijen en actoren die met gerechtelijke procedures te maken hebben een sociale bemiddelingsfunctie en bepaalt zijn optreden mee het imago van justitie bij het grote publiek. Dagelijks staat de gerechtsdeurwaarder immers oog in oog met de rechtzoekende burger. Hij voelt met name de polsslag van de maatschappij en weet door zijn plaatsbezoeken wat er leeft onder de mensen. Door deze praktische terreinkennis, onderbouwd door een degelijke theoretische opleiding, kan de gerechtsdeurwaarder de gerechtelijke uitvoeringspraktijk op een humane, efficiënte en tegenstelbare manier verzekeren. De CVG heeft van bij haar oprichting haar rol als proactieve denktank en kritische reflectiegroep benadrukt en wil ook in de toekomst initiator zijn van voorstellen en acties die de rechtsuitvoering efficiënter en transparanter maken. Een nieuw kader voor het beroep De laatste jaren blijft het beroep onder druk staan, zowel intern als extern. Extern wordt het korps van gerechtsdeurwaarders regelmatig onder vuur genomen. De gerechtsdeurwaarder als onmenselijke boeman kampt met een negatief imago. Het beroep is niet sexy. Bovendien is de burger assertiever en kritischer geworden. Het maatschappelijke middenveld en de sociale organisaties kijken terecht alerter toe vanuit het oogpunt van de bescherming van consumentenbelangen. Elke beroepsgroep moet zich elke dag opnieuw legitimeren. De vraag naar efficiënt optreden met beheersing van kosten en verhoogde transparantie is terecht. Heilige huisjes worden afgebroken en privileges worden in vraag gesteld. Reeds in juli 2007 schreven we in het vorige memorandum volgend statement dat nog steeds even actueel is : Het beroep van gerechtsdeurwaarder wordt geconfronteerd met een reeks nieuwe wetgevingen die de gerechtelijke invordering tot een wel zeer technische materie maakt. Verschillende verbruikersorganisaties en
3 welzijnsverenigingen zoals o.m. het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling hebben de laatste tijd bepaalde praktijken aangeklaagd waarbij de rol van de gerechtsdeurwaarder gedeeltelijk dreigt af te glijden naar een commerciële invorderingsactiviteit. De CVG kan zich akkoord verklaren met heel wat terechte opmerkingen van deze organisaties en wenst ook in het belang van de rechtzoekende burger en consument meer duidelijkheid over de rol van de gerechtsdeurwaarder in een humane, moderne en transparante invordering. Er is ten overstaan van de rechtszoekende consument een grote verwarring ontstaan omtrent een correcte kosten-batenanalyse tussen de klassieke dagvaarding en het zogenaamde tegensprekelijk verzoekschrift. Bij het verzoekschrift is het namelijk de gemeenschap die opdraait voor de kosten en bovendien dreigt hiermee de rechtszekerheid bij invorderingen in het gedrang te komen. In dit kader kan de CVG dan ook volmondig het belangrijke memorandum onderschrijven uitgaande van het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling met 10 voorstellen voor een federaal beleid ter preventie en bestrijding van schuldoverlast. (www.centrumschuldbemiddeling.be ) Zeker in dit Europees jaar van de strijd tegen de armoede en sociale uitsluiting hebben de gerechtsdeurwaarders een belangrijke signaalfunctie en heel wat terreinexpertise met betrekking tot deze problematiek voorhanden. Intern dient er binnen het korps van gerechtsdeurwaarders ook een stand van zaken en evaluatie opgemaakt te worden omtrent de toekomstige missie en verankering van ons beroep binnen de rechtsuitvoeringspraktijk en rechtsbijstand.
4 Memorandum van de vzw Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders De CVG verwijst hierbij als relevant discussiekader naar het Nederlandse evaluatierapport Noblesse Oblige dat op verzoek van de Nederlandse justitie werd opgesteld door de Commissie Evaluatie Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders en dat inmiddels werd neergelegd in het Nederlands parlement ( www.justitie.nl ) Dit verslag analyseert in een 18-tal hoofdstukken de bestaande toestand en de knelpunten en mogelijkheden om tot een vernieuwd en maatschappelijk verantwoord gerechtsdeurwaarderambt te komen. Dit verslag is een uitermate interessante denkoefening om een stand van zaken binnen ons eigen korps te toetsen. De CVG is van oordeel dat de toekomstige minister van Justitie heel wat inspiratie en ideeën kan vinden in dit bijzonder heldere evaluatierapport. Zeker nu de noodzaak voor een geactualiseerd statuut en deontologische code bij ons reeds meerdere jaren op de agenda staat. Gelijkaardig aan het Nederlandse evaluatietraject zou de nieuwe minister van Justitie ook hier te lande een brede commissie dienen te installeren om onder meer de krachtlijnen voor een aangepast gerechtsdeurwaarderstatuut in kaart te brengen en te evalueren. De CVG vraagt met het kabinet van de nieuwe minister van Justitie een regelmatig overleg ( twee à drie maal per jaar) om opvolging te geven aan de lopende dossiers en knelpunten. De gerechtsdeurwaarder-van-de-toekomst die in het nieuwe statuut als een gerechtsofficier wordt omschreven, zal zijn ambt verder uitbouwen in een omgeving van beveiligde elektronische gegevenstransacties en een pilootfunctie op zich nemen in de uitbouw van het netwerk van het e-justitieplatform. De toekomstige gerechtsdeurwaarder zal zich tevens meer kunnen profileren als aanspreekpunt bij de justitiële bemiddelingsopdrachten en bij schuldbemiddeling. Vijf toekomstige actiepunten wil de CVG op de agenda plaatsen van de nieuwe federale regering en op de dagorde ter bespreking met de nieuwe minister van Justitie en zijn/haar kabinet : 1 Nieuw statuut en deontologische code Reeds meerdere jaren is het korps vragende partij voor de snelle invoering van een nieuw statuut. Als leidraad kan verwezen worden naar het bestaande uitgewerkte ontwerp dat reeds werd voorgelegd (Senaat, document 3-1094/1 van 16 maart 2005). In eerste orde dient de organisatie van de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders van België zich structureel aan te passen aan de federale realiteit van dit land, zoals bij de advocaten reeds gebeurd is. Naast de verdere objectivering van de benoemingsprocedure en vooral een nieuw tuchtrecht (externe leden in het tuchtorgaan, hoge boetes, preventieve schorsing, enz.) dienen ook oplossingen getrancheerd te worden inzake geassocieerde kandidaat-gerechtsdeurwaarders, het no cure, no pay-systeem,
5 CVG memorandum Bijlage CVG Nieuwsbrief Augustus 2010 de versnelde aanmaning, de overdracht van kantoren, optreden bij vervanging, enz. 2 Gerechtelijke aanmaning, fiscaal attest, derdenrekening Vooreerst dient er een duidelijk onderscheid gemaakt te worden tussen de minnelijke (commerciële) invordering en de gerechtelijke aanmaning voorafgaandelijk het inleiden van een geding. De CVG pleit andermaal voor duidelijkheid in eigen rangen met beteugeling van misbruiken. Een wetgevend initiatief om de gerechtelijke aanmaning te definiëren en de verhaalbaarheid van de kosten ervan vast te leggen dient verder uitgewerkt te worden. Tevens dient het wetsvoorstel tot invoeging in het Gerechtelijk Wetboek van een fiscaal attest van niet recupereerbaarheid ingeval van insolvabiliteit van de debiteur (Doc.52 1832 van 16 maart 2009) en het wetsvoorstel tot aanvulling van het Gerechtelijk Wetboek wat betreft de derdenrekening van gerechtsdeurwaarders (Doc. 52 2489 van 15 maart 2010 ) opnieuw dringend ter bespreking gesteld te worden in de nieuwe parlementaire commissies Justitie, zodat een adequate wetgeving oplossing biedt voor deze problematiek. 3 Centraal Elektronisch Bestand van Beslagberichten (CBB) De operationele uitbouw van het fameuze Centraal Bestand van Beslagberichten staat momenteel in de steigers. Rond dit project is er binnen het korps reeds heel wat commotie geweest. De verdere implementatie van dit centraal bestand dient in nauw overleg met de FOD Justitie en de andere e-gov-platforms te gebeuren. De CVG heeft nog een aantal vragen ad hoc bij de verdere uitwerking en de modaliteiten van het huidige CBB-project en wenst hierover met de nieuwe minister van Justitie nog informatief overleg te plegen. De CVG pleit voor een volledig geïnforma
6 tiseerd en nationaal raadpleegbaar bestand, waarin alle bestaande en toekomstige berichten worden opgenomen. 4 De gerechtsdeurwaarder als e-agent van e-justitie De verdere informatisering van justitie en de elektronische gegevensuitwisseling worden één van de grote uitdagingen voor de nieuwe minister van Justitie. De toekomstige gerechtsdeurwaarder werkt proactief mee aan de informatisering van het justitie-apparaat als uitvoerend e-agent. Waar de betekeningwijze van vonnissen en andere uitvoerbare titels met registratie- en rolrechten en allerhande stempels nog stamt uit de Code Napoleon, dient het gerechtelijk apparaat zeker inzake de betekeningwijze de trajecten van informatisering en elektronische gegevensuitwisseling nog structureel en wettelijk te introduceren en te organiseren. Binnen het nieuwe juridische landschap fungeert de gerechtsdeurwaarder als spilfiguur van het elektronische service-platform van alle procedurale betekeningen, met gecertificeerde garantie op de authenticatie ( de zgn. authentieke bron ) en juridische tegenstelbaarheid van alle documenten. Heel wat gerechtsdeurwaarderkantoren zijn reeds performant geïnformatiseerd. Als openbaar ministerieel ambtenaar staat de gerechtsdeurwaarder als e-agent garant voor de authenticatie, identificatie, login, time stamping, enz. en als dusdanig voor de absolute gegevensbescherming van alle documenten en titels. Dit betekent een substantiële taakverschuiving en wijzigende invulling van het gerechtsdeurwaarderambt, waarbij er meer tijd en ruimte kan vrij komen voor de rol als bemiddelaar tussen de verschillende actoren bij een rechtsprocedure. Voor de verdere informatisering van Justitie zou deze bottom-up-aanpak een echte doorbraak kunnen betekenen. Vanuit de CVG wordt dit informatiseringmodel inmiddels verder in concreto uitgewerkt. 5 Taalgebruik en meldpunt Reeds jaren pleit de CVG voor de aanstelling van een bijzonder commissaris ter vereenvoudiging van het juridisch taalgebruik naar een meer begrijpelijke mensentaal. Niet alleen gerechtsdeurwaarderakten maar ook vonnissen en conclusies van advocaten moeten opgesteld worden in een meer toegankelijke taal. De CVG vraagt ook sedert meerdere jaren de oprichting van een open en onafhankelijk meldpunt waar rechtzoekende burgers laakbaar en betwistbaar gedrag van gerechtsdeurwaarders in de uitoefening van hun ambt kunnen aangeven. Desgevallend kan dergelijk meldpunt gevestigd worden bij de justitiehuizen. Namens de Raad van Bestuur van de vzw Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders (CVG), op 12 juli 2010, Guido Discart, voorzitter, Marc Brackeva, ondervoorzitter, Marc Beerten, Paul Bruloot, Gilbert De Wilde, Jan Eyskens, Francis Snoeck, Johan Van Lierde, Peter Van Noten, bestuurders.