VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING 2001-2002 BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van



Vergelijkbare documenten
VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van VRIJDAG 15 JUNI (namiddagvergadering)

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT COMMISSIEVERGADERINGEN AGENDA

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van. VRIJDAG 26 april 2002

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van VRIJDAG 13 DECEMBER 2002

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR BUITENLANDSE EN EUROPESE AANGELEGENHEDEN

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van DONDERDAG 6 MEI 2004

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT COMMISSIEVERGADERINGEN AGENDA

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, I, 2, 3, 4 en 5 ;

VR DOC.1297/3BIS

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

RAAD VAN STATE. Gecoördineerde wetten van 12 januari 1973 op de Raad van State (artikelen 2, 3, 3bis, 4, 6bis, 84, 85, 85bis)

VR DOC.0277/4BIS

vergadering C90 LAN5 zittingsjaar Handelingen Commissievergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid

40 jaar Vlaams parlement

2. Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid

Lokale Coördinatie Drugs Brussel

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

Bijlage Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid

Stuk 1328 ( ) Nr. 1. Zitting februari 1999 ONTWERP VAN DECREET

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

Deze agenda annuleert en vervangt de eerder rondgestuurde agenda

452 ( ) Nr juli 2015 ( ) ingediend op. Ontwerp van decreet

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

Ontwerp van samenwerkingsakkoord

SUBSIDIARITEIT. Gelet op artikel 92bis, 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen ;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse Instellingen, inzonderheid op de artikelen 42 en 63;

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

3 ministers : de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het beleid inzake Bijstand aan personen;

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT AGENDA VAN DE PLENAIRE VERGADERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

RAAD VAN STATE TITEL II. - BEVOEGDHEID VAN DE AFDELING WETGEVING

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT COMMISSIEVERGADERINGEN AGENDA

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

MEMORIE VAN TOELICHTING

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE PARLEMENT VOOR 17-PLUSSERS INTEGRAAL VERSLAG. Vergadering van donderdag 27 september 2012.

INITIATIEFADVIES. betreffende de opmaak van een anti-discriminatie kaderordonnantie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

ADVIES. 21 februari 2019

Observatorium voor Gezondheid en Welzijn OPERATIONEEL PLAN

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

ASSEMBLÉE RÉUNIE DE LA COMMISSION COMMUNAUTAIRE COMMUNE VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE.

NOTA AAN HET VERENIGD COLLEGE VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 4 april

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting?

Vormingspakket Energie. De Lokale Adviescommissie en afsluiten van energie

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Stuk 1325 ( ) Nr. 1. Zitting februari 1999 ONTWERP VAN DECREET

Ik heb al dikwijls gedacht, ik wou dat ik niet meer wakker werd. Elke avond bid ik dat ik bij mijn overleden man mag zijn.

Colloquium NIC 1/10/2015: afsluiting

Het Brussels kluwen. Jean-Noël Godin deskundige adviseur gezondheidszorg. Symposium Zorgnet-Icuro: Minder versnippering, meer zorg

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID

ADVIES. 10 maart 2014

MEMORIE VAN TOELICHTING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

protocol nr Over

ADVIES. Uitgebracht door de Raad van Bestuur op 8 april 2015

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR INSTITUTIONELE EN BESTUURLIJKE HERVORMING EN AMBTENARENZAKEN

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD GEWONE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van VRIJDAG 22 DECEMBER 2000

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 5, 1;

Besluit houdende het sluiten van een overeenkomst tussen het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de vzw Centrum voor het Jonge Kind

VR DOC.1441/2BIS

VR DOC.0332/2BIS

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN, HUISVESTING EN STEDELIJK BELEID

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ZITTING BEKNOPT VERSLAG. van de plenaire vergadering van

Transcriptie:

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE GEWONE ZITTING 2001-2002 BEKNOPT VERSLAG van de plenaire vergadering van VRIJDAG 26 OKTOBER 2001 (ochtendvergadering) Het beknopt verslag geeft een samenvatting van de debatten. De debatten worden in extenso weergegeven in de handelingen.

2 VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE - BEKNOPT VERSLAG INHOUD PRINSELIJKE GEBOORTE INOVERWEGINGNEMINGEN INTERPELLATIE van de heer Rufin Grijp (werking van de bicommunautaire instellingen) tot de heren Jos Chabert en Didier Gosuin, leden van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, en tot de heren Eric Tomas en Guy Vanhengel, leden van het Verenigd College bevoegd voor het Beleid inzake Bijstand aan Personen (Sprekers: de heer Rufin Grijp, mevrouw Dominique Braeckman, mevrouw Caroline Persoons, de heer Denis Grimberghs, mevrouw Anne-Sylvie Mouzon, mevrouw Brigitte Grouwels en de heer Guy Vanhengel, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Beleid inzake Bijstand aan Personen.). MONDELINGE VRAGEN van de heer Dominiek Lootens-Stael en van mevrouw Béatrice Fraiteur (plaatsing van drinkfonteinen en pillentesters in discotheken) en antwoorden van de heer Didier Gosuin, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid; van de heer Joël Riguelle (vaccinatie tegen hersenvliesontsteking) en antwoord van de heer Didier Gosuin, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid. Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie - Gewone zitting 2001-2002

PLENAIRE VERGADERING VAN VRIJDAG 26 OKTOBER 2001 3 Voorzitterschap: mevrouw Magda De Galan, Voorzitter - De vergadering wordt om 9.40 uur geopend. PRINSELIJKE GEBOORTE De Voorzitter.- Ik heb met veel genoegen kennis genomen van de geboorte, gisterenavond, van prinses Elisabeth. Namens de Raad zal ik vandaag onze oprechte gelukwensen sturen aan prins Filip en prinses Mathilde. Ik wens de jonge ouders veel geluk en voorspoed. INOVERWEGINGNEMINGEN De Voorzitter.- Aan de orde is de inoverwegingneming van het voorstel van resolutie van de heer Denis Grimberghs en mevrouw Dominique Braeckman betreffende de coördinatie van de diensten en instellingen die de daklozen opvangen (nr. B-61/1-2000/2001) en van het voorstel van ordonnantie van de heer Fouad Lahssaini en mevrouw Evelyne Huytebroeck houdende de oprichting van een ombudsdienst voor de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (nr. B-62/1-2001/2002). Aangezien niemand het woord vraagt, worden de voorstellen in overweging genomen en respectievelijk verzonden naar de Commissie voor de Sociale Zaken en de Verenigde Commissies voor de Gezondheid en Sociale Zaken. INTERPELLATIE VAN DE HEER RUFIN GRIJP TOT DE HEREN JOS CHABERT EN DIDIER GOSUIN, LEDEN VAN HET VERENIGD COLLEGE BEVOEGD VOOR HET GEZONDHEIDSBELEID, EN TOT DE HEREN ERIC TOMAS EN GUY VAN- HENGEL, LEDEN VAN HET VERENIGD COLLEGE BEVOEGD VOOR HET BELEID INZAKE BIJ- STAND AAN PERSONEN betreffende "de werking van de bicommunautaire instellingen" De heer Rufin Grijp.- Heren Chabert, Tomas, Gosuin en Vanhengel, ik noem u de verenigde broeders Jakob. U slaapt blijkbaar nog. We zijn nu halverwege de regeerperiode en er zijn bepaalde dingen waarover men niet langer kan zwijgen. We moeten namelijk vaststellen dat in de bicommunautaire sector niets meer functioneert, terwijl het tevoren ging om een goed werkende administratie die creatieve oplossingen vond in moeilijke omstandigheden. Ik geef enkele voorbeelden van initiatieven die genomen werden tijdens de eerste twee regeerperiodes van het Brussels Parlement. In de lange lijst vinden we onder meer ordonnanties betreffende de activiteiten in het dagelijks leven, het jaarverslag over de armoede, de oprichting van de adviesraad voor gezondheidsbeleid en welzijnszorg, de bejaardentehuizen, het statuut van het personeel van de administratie, verschillende wijzigingen van de OCMW-wet, een regeling voor de diensten met afzonderlijk beheer, de bioethiek, de schuldbemiddeling, de openbare besturen, en de diensten voor geestelijke gezondheidszorg. In die tien jaar werden 17 wetgevende maatregelen genomen en kilo s uitvoeringsbesluiten getroffen. Hoe is het dan mogelijk dat twee jaar na het aantreden van dit College het ontwerp-kaderordonnantie betreffende de werking van de instellingen en diensten van de sector welzijn nog altijd niet klaar is? Deze ordonnantie moet nochtans een antwoord bieden op de prioriteiten die in de beleidsverklaring werden ingeschreven. De wetgeving in verband met de erkenningen en subsidiëringen is volledig achterhaald. Zo dateert de referentiewettekst voor de diensten van familiehulp van 1975. De centra voor de sociale diensten zijn onderworpen aan een besluit van 1978. De centra voor familieplanning hangen af van een besluit van 1970. De hulp aan gevangenen wordt geregeld door een besluit van 1970. Over de onthaalhuizen bestaan besluiten die dateren van 1952 en 1979. De nachtasielen, het straathoekwerk en het begeleidend wonen hebben geen wettelijk kader. De instellingen voor mindervaliden vallen onder besluiten van 1970 en 1973. Met betrekking tot de hulp aan personen met geestelijke problemen bestaat er geen enkele schikking. Het ontwerp-kaderordonnantie moest de brug vormen van het sociaal beleid van de vorige regeringen naar het sociaal beleid van de komende jaren. Het bicommunautaire wordt verwaarloosd door zijn eigen politieke instanties. De administratie had tijdens de vorige twee regeringen een kader en een taalkader gekregen. Na de overdracht van het personeel van de provincie Brabant kwam in mei 1999 een nieuw kader tot stand. Het nieuwe college dat in juni 1999 aantrad, zou voor een nieuw taalkader zorgen. Dat taalkader is er nog steeds niet, met als gevolg dat het personeel niet meer kan deelnemen aan bevorderingsexamens en dat niemand nog kan worden aangeworven. Is het juist dat instellingen zoals hospitalen en rusthuizen al sinds maanden niet meer worden gesubsidieerd voor werken die bij hen worden uitgevoerd? Wil men de bicommunautaire sociale sector blokkeren in afwachting van een splitsing in twee monocommunautaire sectoren? Kan het collegelid me één belangrijk wetgevend initiatief noemen dat tijdens de huidige regeerperiode werd getroffen? Even erg als sommige leden van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad die Brussel als derde gewest aanvechten, vind ik de houding van diegenen die het leven van onze Brusselse bicommunautaire instellingen bemoeilijken en zelfs onmogelijk maken. Ik wil hierop niet langer toezien. Dit moet veranderen of ik bijt. Mevrouw Dominique Braeckman (in het Frans).- De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie is een nobele instelling, die echter stiefmoederlijk wordt behandeld. Bovendien heerst er niet altijd harmonie binnen de administratie. Sedert twee regeerperiodes lijdt ze aan chronische lethargie en ontbreekt het haar aan projecten die steunen op een ambitieuze

4 VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE - BEKNOPT VERSLAG beleidsvisie. Toch is er het Centrum voor Gezondheidsobservatie, dat een essentieel instrument geworden is in de bestrijding van de armoede, en de deelname van Brussel aan het Netwerk van Gezonde Steden, die stilaan op gang komt. Er zouden meer projecten moeten zijn en de kruissnelheid zou hoger moeten liggen. We moeten ingaan tegen diegenen die willen dat alleen de monocommunautaire commissies werken. Wij moeten aantonen dat het bicommunautaire als een rijkdom van en iets specifieks voor Brussel moet worden beschermd om twee redenen. In de eerste plaats is deze instelling opgericht om te beantwoorden aan de bijzondere noden van onze tweetalige stad. De instellingen die onder deze commissie ressorteren, zijn echter altijd minder goed behandeld. Hoewel de akkoorden van de non-profitsector een deel van de problemen hebben opgelost, moeten we toch waakzaam blijven. Deze instelling vormt een bescherming tegen communautaire ontsporingen. Al te vaak heeft ze echter te maken gekregen met lethargie en blokkeringen. Gelukkig beletten de Lombardakkoorden dat systematische blokkeringen, zoals vroeger het geval is geweest. De sectoren die afhangen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie beantwoorden aan de basisbehoeften van een aanzienlijk deel van de bevolking. Maar het dynamisme is ver te zoeken? Het merendeel van deze sectoren worden geregeld door wetgevingen die van de jaren zeventig dateren en die niet aan de maatschappelijke ontwikkelingen zijn aangepast. Meer dan een jaar geleden werd ons een kaderdecreet voorgelegd voor de sociale sector. Aangezien het uit de voorgaande legislatuur dateerde, moest het grondig worden herwerkt. Wanneer zullen we een nieuwe versie onder de loep kunnen nemen? Met de non-profitakkoorden hebben we de kans gemist om deze wetgevingen te herzien, terwijl de VGC er baat bij gevonden heeft. Hoever staan we thans met de toepassing van de in juni 2000 ondertekende akkoorden? Een voorbeeld hiervan is de kwestie van de daklozen, die verscheidene parlementsleden ter harte hebben genomen. Hoever staat het daarmee? Wanneer zullen wij van u de conclusies van de overlegcommissie "daklozen" krijgen? De sociale en gezondheidsproblemen die zich in ons Gewest voordoen, verdienen meer aandacht. Laten wij er eindelijk werk van maken. (Applaus van Ecolo) Mevrouw Caroline Persoons (in het Frans).- De heer Grijp wil het Verenigd College op zijn nummer zetten. Het moet maar eens gedaan zijn met die zelfkastijding. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie is geen alleenstaande instelling, maar maakt deel uit van het Gewest. Hoewel de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie niet als enige met deze materies te maken heeft, speelt ze inzake sociaal en gezondheidsbeleid een belangrijke rol. Het belang van de gemeenschappelijke commissies en van de gemeenschappen en gemeenten mag over het hoofd worden gezien. Volgens de heer Grijp is deze instelling in het verdoemhoekje terechtgekomen. Ik vind dat je niet alles met wetten moet regelen. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie heeft trouwens goed werk geleverd. Getuige hiervan de boordtabel inzake de gezondheid, de inschrijving van Brussel in het WHO-netwerk van gezonde steden en de follow-up van het armoedeverslag. We moeten vermijden dat verschillende instellingen op hetzelfde gebied actief zijn. Er is nood aan coördinatie. Door de beperkte begrotingsmiddelen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie is een algemeen beleid bovendien onmogelijk. Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen de institutionele problemen en het belang van de behandelde materies. Wij moeten ook vragen durven stellen bij de instellingen als dusdanig. Komt de doeltreffendheid niet in het gedrang als de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest afzonderlijk toezicht houden en aparte administraties hebben? De dubbele meerderheid die in het kader van de Lombardakkoorden uit de brand werd gesleept, was een stap voorwaarts. Nu moeten we verder durven te gaan. Niet iedereen raakt wijs uit beide assemblees. (Applaus van PRL-FDF) De heer Denis Grimberghs (in het Frans).- Het is ongewoon dat een oud-minister zo n sterke noodkreten slaakt ten aanzien van vroegere collega s en een regering die door dezelfde meerderheid wordt gesteund als toen hij minister was. Ik had de heer Simonet erop gewezen dat hij als president verantwoordelijk was voor de werking van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, ook al had hij daarin geen bevoegdheden. Dat is geen eenvoudige taak. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie is een politieke instelling en vormt een wereld op zichzelf waarvan de situatie vergelijkbaar is met die van de Belgische staat en zijn institutionele versnippering. Het is aan ons om de nodige energie te vinden om die instelling te doen werken. Zoals de heer Grijp heeft gezegd, is er sinds 1997 niets veranderd. Het politiek personeel is sterk gedemotiveerd wat de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreft. In het regeerakkoord staat bitter weinig te lezen over die aangelegenheid, en het verwondert mij dan ook dat er geen schot in de zaak komt. Zelfs wat is vastgesteld, wordt niet uitgevoerd. Ik herinner me niet dat ook maar iemand tijdens de onderhandelingen over de Lombardakkoorden de vraag heeft gesteld naar de financiering van de bicommunautaire sector. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie werd vergeten. Wat de OCMW s betreft, is er geen gecoördineerd beheer met de gemeentelijke overheid; toch moeten we, met het oog

PLENAIRE VERGADERING VAN VRIJDAG 26 OKTOBER 2001 5 op een goede werking, samenwerken. Velen van ons menen dat de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie een rol zou moeten spelen in de harmonisering van het beheer van de sociale beleidslijnen waarover zij toezicht zou moeten houden. Hoever staan we met betrekking tot het meerjarenplan inzake nieuwe investeringen in de gezondheidssector, dat moest worden herzien en met betrekking tot het plan dat moest worden voorbereid inzake bijstand aan personen. Hoever staat het met het voorstel van resolutie betreffende de daklozen? Passiviteit is ook een politieke keuze, al is het moeilijk om zoiets over te brengen. (Applaus van PSC en Ecolo) Mevrouw Anne-Sylvie Mouzon (in het Frans).- De heer Rufin Grijp overdrijft wellicht wanneer hij beweert dat de vorige regeringen vele maatregelen hebben genomen. Laten wij de blokkering in 1998 en 1999 niet vergeten, toen er geen meerderheid was aan Vlaamse kant! Zo overdrijft hij ook wanneer hij stelt dat nu al twee jaar lang niets is gedaan, terwijl wij over het armoedeverslag 2000 debatteren volgens de nieuwe ordonnantie van 26 mei 200. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie wordt echter over het hoofd gezien, ze wordt zelfs gesaboteerd. Er zijn de rechtse partijen, die zo al geen interesse hebben voor een sociaal en gezondheidsbeleid. Je hebt de harde kern van de Francofonie en de flaminganten, die alleen al bij het idee dat Brusselse zaken door de beide gemeenschappen samen worden beheerd de kriebels krijgen. Er zijn de verdedigers van het privé-initiatief, hetzij in de profitsector, hetzij in de non-profitsector, die de openbare sector niet kunnen uitstaan. Zo heb ja al veel vijanden, maar de ergste is de alomtegenwoordige inertie. Wij moeten dan ook niet verbaasd zijn dat ook onze over het hoofd wordt gezien zodat, zelfs als ze projecten opzet, de beleidsverantwoordelijken er niet in slagen die uit te voeren omdat de intendance niet volgt. Het Brussels beheer van het sociaal en gezondheidsbeleid is vooral aan de PS te danken. Het sociaal en gezondheidsbeleid wordt vooral door de gemeenten en de OCMW s gevoerd, terwijl de subsidies van de federale overheid en van de gemeenten aanzienlijk groter zijn dan die van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en het Gewest. De PS heeft tijdens de onderhandelingen van het Lombardakkoord op geen inspanning gekeken om de bom onschadelijk te maken die extreem-rechts wou laten ontploffen om onze instellingen te blokkeren via de Nederlandse taalgroep van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Men mag dan al het tweetalige karakter van de plaatselijke instellingen in Brussel teniet willen doen of de bicommunautaire aangelegenheden regionaliseren, de politieke bicommunautaire instellingen die antwoorden bieden op de sociale en gezondheidsproblemen van de Brusselaars mag men niet saboteren. Bijgevolg vraagt de PS-fractie het Verenigd College met aandrang om orde op zaken te stellen in zijn administratie en die administratie voldoende personeel en passende juridische instrumenten te geven. De PS-fractie is niet van plan een mammoet-ordonnantie, een zogeheten "kaderordonnantie", goed te keuren die betrekking heeft op zo veel gemeenschapsinstellingen en -diensten dat niemand er nog wijs uit raakt en waarin te veel bevoegdheden worden opgedragen aan een administratie en een College die niet in staat zijn ze uit te oefenen. Voorts vragen wij de noodzakelijke middelen vrij te maken voor de modernisering van de rusthuizen en de rust- en verzorgingstehuizen van de openbare sector. Wij gaan er van uit dat het ontwerp van ordonnantie betreffende het toezicht op de OCMW s snel zal worden ingediend. De federale dotatie voor de Brusselse Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie mag dan al beperkt zijn, ook het Brussels Gewest kan die Commissie financieren. Wij vragen u ten slotte om de specifieke aard en de belangen van Brussel beter te verdedigen in alle sociale en gezondheidsdossiers die tot de bevoegdheid van de federale overheid en de Gemeenschappen behoren. (Applaus van de socialisten en Ecolo) Mevrouw Brigitte Grouwels.- De interpellant verwijt het Verenigd College onder meer een gebrek aan initiatief. Wij hebben vragen bij die kritiek, al treden we sommige punten ook bij. Zoveel mogelijk ordonnanties de wereld insturen, is voor ons geen doel op zich. Bovendien is het logisch dat er bij de start van een nieuwe gewestelijke entiteit heel veel op poten moet gezet worden. Wel moet de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie een grondwettelijke opdracht uitvoeren. Daartoe behoort het voeren van een degelijk gezondheidsbeleid en daarin speelt preventie een belangrijke rol. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie schiet op dat vlak nog steeds tekort. De gezondheidsindicatoren, die nu eindelijk beschikbaar zijn, zouden daarin verandering kunnen brengen. Het gaat om een belangrijk en degelijk rapport dat de basis kan vormen voor een preventiebeleid. Maar welk preventiebeleid? Wat gaat de Vlaamse Gemeenschapscommissie met de beschikbare gegevens doen? Hoe wil men de bevolking informeren? Zal men samenwerken met andere gewestelijke diensten als Leefmilieu? Wordt rekening gehouden met wijkgegevens? Tot nu toe heeft het Verenigd College al te zeer de nadruk gelegd op investeringen in bakstenen. Het wordt nu tijd voor initiatieven die de bevolking ten goede komen. De financiële toestand van bepaalde instellingen in de bicommunautaire sector moet dringend en grondig gesaneerd worden. Met name in de ziekenhuizen blijven hardnekkige problemen bestaan. Inmiddels werd de kostprijs van de sociale taken van de Brusselse openbare ziekenhuizen berekend. Dat maakt sanering mogelijk. Het is immers niet mogelijk om een toekomst te bouwen op bodemloze putten. Maar kan het Verenigd College die sanering ook garanderen? En wat gaat men doen als de sanering mislukt? Recent zijn we ook te weten gekomen dat van de Belgische algemene ziekenhuizen met de hoogste ligdagsupplementen, er zestien in Brussel liggen, en daar zijn verschillende bicommunautaire instellingen bij. Het is toch niet aanvaardbaar dat men zijn sociale taak als excuus gebruikt voor een deficit en vervolgens toch maximaal doorrekent aan de patiënt. De hoge

6 VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE - BEKNOPT VERSLAG prijzen verplichten mensen tot het nemen van een privé-verzekering, wat sociale onrechtvaardigheid creëert. Wij vinden dat er een degelijke en kwalitatieve gezondheidszorg moet zijn voor iedereen. Kloppen de vermelde gegevens over de ligdagprijs in Brussel? Zo ja, wat kan de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie daar dan aan doen? CD&V vraagt niet om meer ordonnanties, maar wel om initiatieven inzake preventie, evenals om de financiële gezondmaking van de bicommunautaire sector. Daarnaast blijven wij aandacht vragen voor het correcte tweetalige onthaal in de instellingen. Ook dat is immers een facet van een kwaliteitsvolle werking. Als men dat niet kan aanbieden, verdient men niet eens de naam bicommunautair. De heer Guy Vanhengel, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Beleid inzake Bijstand aan Personen.- De heer Grijp weet uit zijn jarenlange ervaring als minister hoe de bicommunautaire instellingen werken. Zijn waardering voor het werk in de periode 1989-1999 toont zijn loyauteit aan. Zijn bewering dat er de laatste twee jaar niets meer gebeurt, wijst dan weer op een onvoldoende kennis van de actuele stand van zaken. Ik heb overigens de interventies van de vrouwelijke parlementsleden zeer geapprecieerd voor hun genuanceerdheid. Het klopt niet dat wij de laatste twee jaar niets gedaan hebben. Zo hebben wij verschillende dossiers afgewerkt, die tijdens de vorige regeerperiodes niet tot een creatieve oplossing zijn gebracht. Ik noem er twee: de splitsing van PIGG-IPHOV, en het akkoord in de social-profitsector. Het ging om twee politiek gevoelige zaken, die zeer veel werk hebben gevergd. Wat de ordonnanties betreft, vermeld ik de wijziging van de DAB-regeling. Het is trouwens niet abnormaal dat er in het begin van de werking veel meer wetgeving wordt geproduceerd dan in een latere periode. Ook een instelling als het Vlaams Parlement, bijvoorbeeld, heeft in het begin ontzettend veel decreten goedgekeurd, omdat men nu eenmaal vanaf nul moest beginnen. Dat het daarna kalmer wordt, is evident. Het Verenigd College heeft inmiddels een onderzoek besteld inzake thuislozenzorg. Dat resulteert in een degelijk rapport, op grond waarvan de sector gereorganiseerd kan worden. Ik geef dat als voorbeeld van de stille werking in de diepte die de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie als overleg- en coördinatieorgaan moet nastreven. Pas in een volgende fase komen er debatten in een openbare vergadering. Dat de bejaarden- en ziekenhuissector niet meer gesubsidieerd zou worden, is een kwakkel. Het is integendeel zo dat het meerjarenplan voor beide versneld wordt uitgevoerd. Er is in die sectoren nog nooit zoveel geïnvesteerd als in de voorbije twee jaar. Uit het ontbreken van groot wetgevend werk kan men niet afleiden dat er niets wordt gedaan op dat vlak. Zo zijn wij bezig met heel wat voorbereidend werk. Het ontwerp van ordonnantie met betrekking tot het administratief toezicht op de OCMW s is inmidddels aan een tweede lezing toe. En ook met de kaderordonnantie voor de bijstand aan personen zijn we ver gevorderd. Vergeet niet dat dit laatste dossier al tien jaar aansleept. Bij het aantreden van het nieuwe Verenigd College werd beslist het ontwerp te herzien, wat geresulteerd heeft in een nieuw ontwerp, dat eind 2000 aan de Verenigde vergadering werd overgemaakt. De commissie Sociale Zaken heeft het ontwerp voor amendering naar het Verenigd College teruggestuurd. Nog deze maand worden de amendementen aan het Verenigd College voorgelegd. Tegelijk wordt gewerkt aan een wijziging van de ordonnantie van 20 februari 1992 betreffende de inrichtingen die bejaarden huisvesten. Het voorontwerp van ordonnantie tot opheffing van de wet van 27 juni 1956 betreffende het Speciaal Onderstandsfonds is al een hele tijd klaar, maar we zoeken nog naar een oplossing voor de financiering van de OCMW s en voor de zogenaamde sociale kost van de openbare ziekenhuizen. Deze drie wetgevende initiatieven hebben alleen betrekking op de sector Bijstand aan personen. In de sector Gezondheid bestaat er al een ordonnantie die de erkenning en de subsidiëring van de dienst Geestelijke gezondheid regelt. Daarnaast moet er een ordonnantie komen inzake de erkenning en de financiering van de diensten voor thuiszorg. We wachten evenwel op de vooruitgang van de werkzaamheden van de interministeriële conferentie Volksgezondheid en de eventuele concretisering ervan in een samenwerkingsakkoord. Wat nu de organisatie van de diensten van het Verenigd College betreft, werd tijdens de vorige regeerperiode een externe audit uitgevoerd die evenwel niet resulteerde in een herstructurering van de administratie. De ministers van openbare ambt nemen zich nu voor de administratie definitief vorm te geven. Concreet betekent dit de vaststelling van een taalkader en de regeling van het administratief en geldelijk statuut van het personeel. Tegelijk maken we een inventaris op van de problemen. (Voorzitter: de heer Jan Béghin) Ik sluit me aan bij de vaststelling van de heer Rufin Grijp dat de werking van de bicommunautaire instellingen niet vanzelfsprekend is. De voornaamste reden hiervoor is het ontbreken van een politieke consensus over de werking van de bicommunautaire instellingen. Daarnaast worden alle bevoegdheden uitgeoefend door twee ministers samen, wat de besluitvorming zeker niet vergemakkelijkt. Niet alleen de PS, maar ook andere partners, hebben een rol gespeeld als institutionele oplossingen gevonden moesten worden. We zouden ons erover moeten bezinnen - en ik richt mij in dit verband ook tot de Vlaamse partijen - of het niet beter zou zijn de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie volledig te laten samenvallen met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit zou de werking en het beheer van beide instellingen zeker vergemakkelijken. We moeten ook beseffen dat de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie de kleinste is van de gefedereerde entiteiten, zeker in budgettaire termen. Niettemin heeft de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie dezelfde bevoegdheden en verantwoordelijkheden als de andere

PLENAIRE VERGADERING VAN VRIJDAG 26 OKTOBER 2001 7 gemeenschappen inzake de financiering van de investeringen in ziekenhuizen en bejaardentehuizen. Het akkoord voor de non-profitakkoord wordt in twee stappen uitgevoerd. Allereerst moesten de noodzakelijke budgettaire middelen correct worden berekend. Op dit ogenblik zijn we volop bezig met de implementatie van het akkoord, dat desnoods met terugwerkende kracht zal worden toegepast. De heer Rufin Grijp.- Het bilan van de jongste twee jaar valt bijzonder mager uit. Wat de betoelaging van de bejaardentehuizen en ziekenhuizen betreft, heb ik vernomen dat deze instellingen al maanden niet meer het geld krijgen waarop ze recht hebben. Als de commissie Sociale Zaken oordeelt dat het ontwerpkaderordonnantie te ambitieus is, moet het College maar een gedeeltelijke oplossing vinden. Moet het ontwerp daarvoor twee jaar geblokkeerd blijven? Het Collegelid schijnt niet gelukkig met de werking van de administratie. Maar dat is al twee jaar zo. Waarom gebeurt er dan niets? De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie is een grondwettelijke instelling die moet kunnen functioneren. Diegenen die iets willen veranderen, moeten de moed hebben een wijziging voor te stellen. - Het incident is gesloten. MONDELINGE VRAGEN De eventuele plaatsing van waterfonteintjes en pillentesters voor druggebruikers in discotheken De heer Dominiek Lootens-Stael.- De heer Gosuin heeft het waanzinnige plan opgevat om in de Brusselse dansgelegenheden de uitbaters te verplichten om gratis waterfonteinen te installeren. Die zouden ter beschikking moeten staan van dancingbezoekers die XTC-pillen slikken, die hierdoor een verhoogd gevaar op deshydratatie lopen. Tevens denkt het collegelid eraan om ook pillentesters te laten plaatsen in de discotheken zodat de druggebruikers kunnen nagaan of hun XTCpillen MDMA dan wel PMA-PPMA bevatten. Deze stoffen zorgen voor het stimulerende effect van de pillen. MDMA en aanverwanten zijn echter niets minder dan Speed, een illegale harddrug die zeer verslavend is en leidt tot oververmoeidheid, uitdroging, beschadiging van de interne organen, gewichtsverlies, weerstandsvermindering, waanbeelden en aantasting van tanden en botten. Als deze stof gebruikt wordt in XTC-tabletten leidt het eveneens tot oververhitting, inwendingen bloedingen, spierafbraak, nierstoornissen, hersenbeschadiging, blaasontstekingen, hartkloppingen, verwardheid en zorgt het voor een verhoogde kans op schizofrenie. Daarnaast zijn ook veel XTC-gebruikers verantwoordelijk voor de vele dodelijke verkeersslachtoffers tijdens de week-end-nachten. De nieuwe drug PMA-PPMA is zo mogelijk nog gevaarlijker. Deze zomer nog vielen er in het uitgangsmilieu verschillende doden door PMA-PPMA-gebruik. Kortom, deze drug is lang niet zo onschuldig als sommigen graag laten uitschijnen. In plaats van zowel een preventieve als een repressieve campagne te voeren in de discotheken verplicht het collegelid de dancinguitbaters om de gebruikers van deze zeer gevaarlijke drug faciliteiten aan te bieden om hun druggebruik te kunnen optimaliseren. Dit zet aan tot meer druggebruik. Het is werkelijk de wereld op zijn kop. Er moeten meer en strengere controles komen in de dansgelegenheden. Discotheken die niet clean blijken, moeten worden gesloten en dealers moeten harder worden aangepakt. Het is de taak van het collegelid bevoegd voor het gezondheidsbeleid om streng te protesteren tegen het legaliseren van welke drug dan ook. Is het collegelid nog steeds zinnens om met dit absurde en gevaarlijke plan door te gaan? Zullen er ook preventiemaatregelen worden genomen, en zo ja welke? Wie zal financieel opdraaien voor de plaatsing van de pillentesters? Zullen er sancties worden genomen tegen de dancinguitbaters in wiens zaak drugs worden gebruikt? Zullen er meer en strengere controles komen op het druggebruik in het uitgaansleven? Mevrouw Béatrice Fraiteur (in het Frans).- Afgelopen zomer vernam ik via de pers dat de heer Gosuin de discotheekuitbaters wou verplichten drinkfonteinen te plaatsen in hun zalen. Vooraleer ik hierover een standpunt inneem, zou ik willen weten hoeveel personen overleden zijn of in het ziekenhuis terechtkwamen als gevolg van deshydratatie na het nemen van synthetische drugs. Op welke onderzoeken of statistische gegevens is dit plan gebaseerd? Wordt de indruk niet gewekt dat druggebruik legaal is? Moet het milieuattest niet worden aangepast aan zo n nieuwe maatregel? Zo ja, werd al contact opgenomen met de bevoegde minister, de heer Draps? Wanneer zal de wettelijke en reglementaire aanpassing plaatsvinden? De heer Didier Gosuin, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid.- De voorgestelde maatregelen vallen onder mijn gewestbevoegdheid van minister van Leefmilieu. Ik zou dan ook liever hebben gehad dat die vraag in het kader van die bevoegdheden was gesteld. Ik zal niettemin enkele elementen van antwoord geven die verklaren waarom ik deze maatregel heb voorgesteld. Uit hoofde van mijn bevoegdheid inzake gezondheid ben ik er overigens toe gemachtigd een algemene aanpak van een probleem inzake volksgezondheid uit te stippelen. De uitlatingen van de heer Lootens inzake gezondheid zijn al tien jaar achterhaald. Het is voldoende bewezen dat inzake drugbeleid struisvolgelpolitiek, ontkenning en repressie hun grenzen hebben. De voorgestelde maatregel maakt deel uit van een risicobeperkend beleid.

8 VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE - BEKNOPT VERSLAG (Verder in het Frans) Er moeten maatregelen getroffen worden om de schadelijke gevolgen van drugsgebruik voor de maatschappij en de gezondheid te verminderen. Deze beperking van de risico s vormt één deel van de beleidsnota over drugs die door de federale regering is goedgekeurd. Ons beleid sluit aan bij het federaal beleid dat zelf past in de Europese strategieën. (Voorzitter: mevrouw De Galan) Ik heb beslist de installatie van gratis waterfonteinen in de discotheken te verplichten omdat de grootste risico s van xtcgebruik, vooral door jongeren van 14 tot 24 jaar, uitdroging en koorts zijn, die onomkeerbare schade aan de nieren of hersenletsels kunnen veroorzaken. In september heeft de artsenkrant erop gewezen dat door een vroegtijdige opsporing van de symptomen een fatale afloop kan worden voorkomen. Het publiek moet ingelicht worden over gewaarschuwd worden over de produkten en hun gevolgen. De ervaring van de verenigingen ter bevordering van de gezondheid op feesten getuigt hiervan. De diensten die hulp verlenen aan drugverslaafden steunen elk initiatief dat de organisatoren van feesten ertoe zou verplichten maatregelen te treffen om de risico s verbonden aan de verschillende soorten verbruik te beperken. Uit een experiment dat recent in Manchester heeft plaatsgehad, blijkt hoe doeltreffen dergelijke maatregelen zijn. Toch bieden sommige gelegenheden dit soort diensten nog niet aan. Momenteel wordt er in Europa, op initiatief van verscheidene verenigingen, regelmatig fris water uitgedeeld in grote feestzalen. Uit een nauwkeurige telling in juli en augustus blijkt dat dertien personen omgekomen zijn aan een overdosis synthetische drugs. De maatregelen betreffende de waterfonteinen in de discotheken kunnen worden besproken in het raam van de wetgeving betreffende de milieuvergunning en vereisen geen enkele wijziging van de wetgeving inzake stedenbouw. Het BIM is begonnen aan de identificatie van de betrokken gelegenheden en legt momenteel de passende exploitatievoorwaarden vast. Binnenkort ik een ontmoeting hebben met de uitbaters van de gelegenheden in kwestie waarin de plaatsing van die fonteintjes zal worden besproken. De heer Dominiek Lootens-Stael.- Wij staan inderdaad voor een politieke keuze: ofwel de schade voor druggebruik beperken en terzelfdertijd de illegaliteit aanmoedigen, ofwel het probleem bij de wortel aanpakken. Ik sta niet alleen met mijn zogenaamd achterhaalde visie: op de kabinetten van minister Vogels, minister Aelvoet en minister Verwilghen klinken dezelfde geluiden. Ook Brice De Ruyver, expert inzake drugsbeleid en adviseur van de eerste minister, sluit zich bij deze visie aan. Ik deel deze visie tenslotte met dokter Beaucourt. Het Laatste Nieuws van 10 augustus vermeldt dat politici en medici de ideeën van de heer Gosuin inzake drugsbeleid bestempelen als absolute idiotie. Ook de heer Verwilghen heeft gezegd dat dergelijke aanpak het gebruik van XTC enkel aanmoedigt. Hij noemt XTC een gevaarlijke drug en zegt niet in te zien waarom het gebruik ervan moet worden aangemoedigd. De heer De Ruyver haalt aan dat voor de dancings die streven naar een drugsvrije zaak deze maatregel moet aankomen als een regelrechte kaakslag. Deze uitspraken tonen aan dat mijn ideeën niet achterhaald zijn. Ik dring er nogmaals bij de heer Gosuin op aan om zijn idee te laten varen. Mevrouw Béatrice Fraiteur (in het Frans).- Ik dank de minister voor zijn antwoord. Ik heb evenwel nog enkele vragen: hebt u reeds contact gehad met de discotheken en staan ze achter het project? Heeft men in verband met de milieuvergunning al praktische maatregelen getroffen voor de installatie van fonteintjes? Hoe zou men ze nu reeds verplicht kunnen maken? De heer Didier Gosuin, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid (in het Frans).- In de eerste plaats wil ik zeggen dat ik niet zozeer let op wat de heer Verwilghen hierover denkt. Wij betreuren de toon van het artikel in "Het Laatste Nieuws", dat volstrekt partijdig was. Ik steun op de Artsenkrant en op ernstige experimenten. U zegt dat repressie noodzakelijk is. Ik hoor echter al 49 jaar over repressie praten. Repressie is niet de enige oplossing; er is ook preventie nodig en men kan de gezondheidsrisico s voor de gebruikers trachten te verkleinen. De medewerker van de heer Verhofstadt heeft gezegd dat de dancings waar geen drugs worden genomen dit debat betreuren. Drugs zijn echter jammer genoeg in alle dancings en ook in de scholen te vinden. Wie de indruk wekt dat er plaatsen zijn waar niet wordt gebruikt, doet aan struisvogelpolitiek. Het BIM doet zijn werk en de exploitatievoorwaarden moeten op het comfort gericht zijn. In een dancing waar de muziek 90 decibel haalt en waar alcohol en soms drugs worden gebruikt, zijn zulke voorzieningen absoluut noodzakelijk. Vaccinatie tegen hersenvliesontsteking De heer Joël Riguelle (in het Frans).- Tijdens onze plenaire vergadering van 27 april jongstleden hebben wij het gehad over de verontrustende toename van het aantal meningitis C-gevallen in België. De Minister heeft ons toen geantwoord dat onderhandelingen met de federale overheid aan de gang waren over een protocolakkoord voor vaccinatie tegen meningitis van het type B. Het verheugt ons dat dit akkoord in het Belgisch Staatsblad van 11 augustus 2001 is verschenen. Dat akkoord houdt onder meer in dat de federale overheid de kosten van die vaccinatie te haren laste neemt. In april 2001 heeft de minister aangegeven dat de kwestie van de vaccinatie tegen meningitis C op de agenda van de interministeriële conferentie volksgezondheid stond.

PLENAIRE VERGADERING VAN VRIJDAG 26 OKTOBER 2001 9 Mevrouw Nicole Maréchal, minister van Volksgezondheid van de Franse Gemeenschap, heeft gezegd dat zij de mogelijkheid van een vaccinatie van de Brusselse en Waalse kinderen niet uitsloot maar dat zij nog op een aantal wetenschappelijke gegevens wachtte om op grond daarvan een beslissing te nemen. Tegenover 267 gevallen voor het volledige jaar 2000, staan 278 gevallen voor de eerste zes maanden van 2001 alleen al. Er gaan vele stemmen op om een vaccinatie van de kinderen tegen hersenvliesontsteking te vragen. Vlaanderen heeft reeds een jaarlijks budget van 100 miljoen uitgetrokken, dat desondanks onvoldoende zal zijn. Magda Aelvoet, federaal minister van Volksgezondheid, heeft de kostprijs van een volledige vaccinatie op 3,5 miljard geraamd. Graag had ik van de minister geweten hoe de situatie er thans uitziet en welke onderscheiden oplossingen in dit verband naar voren worden geschoven. De heer Didier Gosuin, lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid (in het Frans).- Het punt Meningitis C werd op de agenda van de werkgroep "Inentingen" van de Interministeriële Conferentie Gezondheid gezet. Uit de cijfers omtrent de ontwikkeling van dit soort van infectie blijken belangrijke verschillen voor de eerste maanden van 2001. In het jaar 2000 hebben zich in Brussel 47 gevallen van hersenvliesontsteking voorgedaan, waaronder 17 van het type C, terwijl er voor de periode van 1 januari 2001 tot 18 oktober 2001 slechts 17 gevallen zijn gemeld. Wat dit jaar betreft, is terughoudendheid geboden, aangezien de laatste drie maanden van het jaar als één van de meest kritieke periodes worden beschouwd. Uit de gegevens van het Instituut voor Volksgezondheid blijkt ook dat de cijfers voor Brussel lager zijn dan die voor Antwerpen en voor Charleroi. Het Instituut voor Volksgezondheid houdt het Centrum voor Gezondheidsobservatie regelmatig op de hoogte en mijn informatie stemt overeen met de gegevens die ik via de werkgroep "Inentingen" krijg. Het cijfer van 3,5 miljard dat mevrouw Aelvoet heeft aangehaald berust op de huidige prijs van het vaccin, namelijk 1.673 Belgische frank. Voor de vaccinatie van een bepaalde leeftijdsgroep moet worden gerekend op een bedrag van 160 miljoen. Vlaanderen heeft een offerteaanvraag uitgeschreven voor een doelgerichte of algemene vaccinatie, afhankelijk van de evolutie van de situatie. Inzake meningitis C stelt de heer Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken, voor een vaccinatiecampagne voor bepaalde doelgroepen te financieren. Zijn idee bestond erin 2 frank te geven voor elke frank besteed door alle Gemeenschappen samen, met een plafond van 332 miljoen. Als 166 miljoen gevonden kan worden, zou met de aldus vrijgemaakte 498 miljoen de inenting van 3 leeftijdsgroepen mogelijk werden. Wij beschikken over de nodige begrotingsmiddelen om de gevraagde bijdrage te kunnen leveren. Eventuele nieuwe noden zullen worden opgenomen in de voorstellen van begrotingsaanpassingen, die u binnenkort worden voorgelegd. Door de inzet van de Gemeenschappen zou de inentingscampagne spoedig van start moeten kunnen gaan. Alle deelstaten zullen een gemeenschappelijke mededeling opstellen over de praktische regels van deze operatie. De heer Joël Riguelle (in het Frans).- Ik stel het antwoord van de minister op prijs. Ik stel met genoegen vast dat de toestand onder controle is. - De vergadering wordt om 11.30 uur gesloten. BERICHTEN VAN VERHINDERING EN VERLOFAAN- VRAGEN Verhinderd: mevrouw Isabelle Emmery, mevrouw Marion Lemesre, mevrouw Marguerite Bastien, mevrouw Anne-Françoise Theunissen, mevrouw Françoise Bertieaux, Mevrouw Adelheid Byttebier, mevrouw Fatiha Saïdi, mevrouw Françoise Schepmans, de heren de Stéphane Lobkowicz, Alain Bultot, Jos Chabert en Alain Hutchinson. Aanwezig Vaste leden BIJLAGEN AANWEZIGHEDEN IN COMMISSIE Commissie voor de sociale zaken 10 oktober 2001 De heer Jean-Pierre Cornelissen, mevr. Amina Derbaki Sbai, de heer Philippe Smits. De heer Bernard Ide, mevr. Fatiha Saïdi, mevr. Bernadette Wynants. De heer Mohamed Azzouzi, mevr. Sfia Bouarfa, mevr. Anne-Sylvie Mouzon. De heer Denis Grimberghs. De heer Jean-Luc Vanraes. Plaatsvervangers Mevr. Dominique Braeckman, de heer Paul Galand. Ander lid Mevr. Marie-Jeanne Riquet (ter vervanging van de heer Jean-Jacques Boelpaepe). Verontschuldigd De heer Jean-Jacques Boelpaepe, mevr. Françoise Schepmans. Afwezig De heren Jacques De Grave, Jos Van Assche.

10 VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE - BEKNOPT VERSLAG Aanwezig Vaste leden Commissie voor de sociale zaken 24 oktober 2001 De heer Jean-Pierre Cornelissen, mevr. Amina Derbaki Sbai, mevr. Marie-Jeanne Riquet. De heer Bernard Ide, mevr. Fatiha Saïdi. De heer Mohamed Azzouzi, mevr. Anne-Sylvie Mouzon. De heer Denis Grimberghs. De heer Jean-Luc Vanraes. Plaatsvervanger Mevr. Dominique Braeckman. Ander lid Mevr. Marion Lemesre (ter vervanging van mevr. Françoise Schepmans). Verontschuldigd Mevr. Françoise Schepmans, de heer Philippe Smits. Afwezig De heer Jacques De Grave, mevr. Bernadette Wynants, mevr. Sfia Bouarfa, de heer Jos Van Assche.