Ministerie van Financiën



Vergelijkbare documenten
Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE. Betreft Focusonderwerp en aanpak beleidsdoorlichtingen

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 18 december 2014 Betreft Evaluatie Verantwoord Begroten

Datum 19 januari 2016 Betreft Rijksbrede ontwikkelingen inzake begroten en verantwoorden. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 6 juli 2018 Betreft Operatie inzicht in kwaliteit

Ministerie van Financiën. Datum - 9 WEi 2W Betreft Staat van de rijksverantwoording 2016

2 9 JAN.2015 Bestuurlijke reactie op conceptrapport 'Zicht op bezuinigingen, bezuiniging op cultuur'

Onderwerp en positionering van de beleidsdoorlichtingen In de beleidsdoorlichtingen van de ADR staan de volgende beleidsdoelstellingen centraal:

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 22 december 2016 Betreft Reactie op aandachtspunten plannen van aanpak beleidsdoorlichtingen

Datum 26 april 2017 Betreft Antwoorden op inbreng schriftelijk overleg over het nieuwe stelsel van rapporteringstoleranties

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Ministerie van Financiën

Beleidsdoorlichting artikel 1, onderdeel 1: Bestuurlijke en financiële verhouding

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Ministerie van Algemene Zaken (III)

Aan de Voortzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA DEN HAAG

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Resultaten verantwoordingsonderzoek De Koning (I) Rapport bij het jaarverslag

Resultaten verantwoordingsonderzoek. Generaal (IIA)

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs (IIB)

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 27 juni 2018 Betreft Beleidsdoorlichting Anw

Resultaten verantwoordingsonderzoek Provinciefonds (C) Rapport bij het jaarverslag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Pilot. Michal van Eijk. 8 februari 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Resultaten verantwoordingsonderzoek

Datum 16 september 2016 Betreft Beleidsdoorlichting artikel 2.2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

Aan De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Resultaten verantwoordingsonderzoek Gemeentefonds (B) Rapport bij het jaarverslag

Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG

Lange Voorhout 8 BEZORGEN Postbus Voorzitter van de Tweede Kamer

Resultaten verantwoordingsonderzoek Provinciefonds (C) Rapport bij het jaarverslag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG. Geachte mevrouw Arib,

Samenvattend auditrapport

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Bezoekadres Kenmerk Uw brief Bijlage(n) Maatschappelijke diensttijd, kansen en uitdagingen

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs (IIB)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Effectiviteitsonderzoek bij de rijksoverheid: vervolgonderzoek

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

^chnft van het antwoord! Inspectie Leefomgeving en Transport Ministerie van Infrastmctmir en Milieu

Effectiviteitsonderzoek bij de rijksoverheid

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 augustus 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ministerie van Algemene Zaken (III)

Algemene Rekenkamer. Ontwerp Besluit Jeugdwet; overleg op grond van artikel 96 Comptabiliteitswet Geachte heer Van Rijn,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2513 AA1XA. De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Burgemeester en Wethouders

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Onder dankzegging van het door u toegestuurde Voorontwerp voor een Klimaatwet geven wij u graag het volgende ter overweging mee.

Algemene Rekenkamer. BEZORGEN Lange Voorhout 8. Voorzitter van de Tweede Kamer. der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Resultaten verantwoordingsonderzoek BES-Fonds (H) Rapport bij het jaarverslag

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs (IIB)

Het bevorderen van efficiënt en effectief gebruik van communicatie, informatie en technologie door de veiligheidspartners.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 september 2017 Betreft Pilot beleidsevaluaties VWS

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Resultaten verantwoordingsonderzoek De Koning (I) Rapport bij het jaarverslag

Openbaar advies voor beslissing B en W

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 maart 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 12 juli 2018 Betreft Monitor betaaltermijnen Overheid 2017

In deze brief ga ik in op de belangrijkste conclusies en aanbevelingen van het evaluatierapport.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus AE Den Haag

33000 Nota over de toestand van s Rijks Financiën

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 januari 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Staten-Generaal (IIA)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Monitor Open standaarden 2018

De Voorzitter van de Tweede Kamer de Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 17 juli 2017 Betreft Monitor betaaltermijnen overheid

Een onafhankelijk, gevarieerd en kwalitatief hoogwaardig media-aanbod dat toegankelijk en betaalbaar is voor alle lagen van de bevolking.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

Resultaten verantwoordingsonderzoek 2013 bij de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de gouverneurs (IIB)

Plan van aanpak beleidsdoorlichting artikel 11 Financiering staatsschuld

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rijksbegroting 2018 vii Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

l8emene Rekenkamer

Transcriptie:

Ministerie van Financiën > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De president van de Algemene Rekenkamer Lange Voorhout 8 2514 ED Den Haag Inspectie der Rijksfinanciën Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl Inlichtingen dhr. J. Timmermans T 070-342 7086 j.timmermans@minfin.nl Datum 7 juni 2013 Betreft Effectiviteitsonderzoek bij de rijksoverheid: vervolgonderzoek mw. I.C.M. Lavrijssen T 070-342 8244 i.c.m.lavrijssen@minfin.nl Ons kenmerl< Uw brief (kenmerk) 12008966 R Geachte mevrouw Stuiveling, Bij uw brief van 26 april 2013 heeft u mij het conceptrapport Effectiviteitsonderzoek bij de rijksoverheid: vervolgonderzoek gestuurd met het verzoek tot een bestuurlijke reactie. Met belangstelling heb ik kennis genomen van het rapport. In deze brief bied ik u, mede namens de ministers van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Veiligheid en Justitie, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Wonen en Rijksdienst, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Defensie, Infrastructuur en Milieu, Economische Zaken, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de kabinetsreactie aan. Evaluaties van beleid In effectiviteitsonderzoek staat de vraag centraal welke maatschappelijke veranderingen tot stand zijn gekomen dankzij het gevoerde beleid. Deze kennis is van belang om goede keuzes te maken bij besteding van overheidsgeld. Door kritisch naar de inspanningen van de overheid op het gebied van effectiviteitsonderzoek te kijken, levert u met dit rapport een gewaardeerde bijdrage aan de lerende overheid. Het rapport kijkt naar de effectiviteitsonderzoeken die de ministeries in de periode 2006-2011 hebben uitgevoerd. Het onderzoek is het vervolg op het in 2012 verschenen rapport Effectiviteitsonderzoek bij de rijksoverheid. Hierin stelde u vast dat circa de helft van de met het kabinetsbeleid gemoeide rijksuitgaven in de periode 2006-2010 op effectiviteit was geëvalueerd. Dit beeld is met inbegrip van 2011 niet veranderd. In aanvulling op het onderzoek uit 2012, besteedt het vervolgonderzoek ook aandacht aan de redenen waarom beleid (nog) niet op effectiviteit is geëvalueerd. U concludeert dat er goede redenen kunnen zijn om geen effectiviteitsonderzoek te verrichten, maar dat niet in alle gevallen sprake is van een goede verklaring voor het uitblijven van een evaluatie naar effectiviteit. Pagina 1 van 5

Het evalueren van de effectiviteit en doelmatigheid van beleid is geen eenvoudige opgave. Ik herken de constatering dat effectiviteitsonderzoek nog niet in alle gevallen wordt verricht. Niettemin is er toenemende aandacht voor het evalueren van de resultaten van beleid. Er zijn inmiddels verschillende stappen gezet om zowel de kwantiteit als inhoudelijke kwaliteit van de beleidsdoorlichtingen te verbeteren. Op 1 januari 2013 is de nieuwe Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek (RPE) in werking getreden. Daarnaast is met Verantwoord Begroten (VB) met ingang van de begroting 2013 de informatievoorziening over evaluaties verbeterd. De effecten van deze maatregelen maken geen onderdeel uit van uw onderzoek, dat de periode 2006 tot en met 2011 bestrijkt. Inspectie der Rijksfinanciën Focus op kwaliteit en een goed doordachte evaluatieprogrammering De wettelijke verplichting tot het periodiek evalueren van de realisatie van beleidsdoelstellingen, is vastgelegd in de Comptabiliteitswet en nader uitgewerkt in de RPE. Deze verplichting betreft al het beleid van een departement. In het conceptrapport wijst u op het belang van een goed doordachte evaluatieprogrammering per ministerie, waarin is vastgelegd wat voor soort evaluatie op welk moment het meest geschikt is en de meeste toegevoegde waarde heeft. Ik onderschrijf het belang van een dekkende programmering van evaluatieonderzoek. Evenwel wil ik - net als in de reactie op uw vorige rapport - hierbij de nuancering maken dat onderzoek naar effectiviteit veelvormig is en dat niet ieder type beleid zich er even goed voor leent. De complexe werkelijkheid maakt het meten van (netto) maatschappelijke effecten (via een experiment of quasi-experiment) gecompliceerd. Bovendien staan de kosten hiervan niet altijd in verhouding tot het hiermee gemoeide budget. Veel evaluatieonderzoek biedt niettemin wel zicht op (delen van) de causale relatie tussen beleid en een maatschappelijke uitkomst en is daarmee ook bruikbaar voor een (gedeeltelijke) beoordeling van de effectiviteit. Conclusies en aanbevelingen Op basis van het onderzoek doet u vier aanbevelingen aan het kabinet. Ik onderschrijf uw aanbevelingen, maar wil hier wel graag een aantal kanttekeningen bij plaatsen. Aanbeveling 1: "Houd het overzicht actueel en informeer Tweede Kamer periodiek over voldoen aan evaluatieplicht uit Comptabiliteitswet" U geeft aan dat het door u uitgevoerde onderzoek een overzicht biedt van de mate waarin de ministeries hun beleid op effectiviteit onderzoeken, en van de verklaringen die de ministeries hebben om beleidsonderdelen niet op effectiviteit te evalueren. U beveelt aan om ministers door het actueel houden van dit overzicht, zich aan de Tweede Kamer te laten verantwoorden over het voldoen aan de evaluatieplicht conform artikel 20 van de Comptabiliteitswet. Ik kan me vinden in uw aanbeveling de Tweede Kamer zo goed mogelijk te informeren over het voldoen aan de bepalingen in de Comptabiliteitswet. In het kader van Verantwoord Begroten heeft het Kabinet een nieuwe lijn uitgezet op het Pagina 2 van 5

gebied van de begrotingsverantwoording. Onderdeel van de nieuwe Rijksbegrotingsvoorschriften is het verbeteren van de overzichten van het evaluatie- en overig onderzoek en een beter inzicht in de programmering van beleidsdoorlichtingen. Vanaf de begrotingen voor het jaar 2013 en jaarverslagen over het jaar 2013 wordt een goed en volledig beeld gegeven van de geplande en afgeronde beleidsdoorlichtingen, subsidie-evaluaties, evaluaties van belastinguitgaven en van het onderzoek naar doeltreffendheid en/of doelmatigheid. Daarnaast is de RPE recentelijk aangepast, waarmee nu is vastgelegd dat ministers in de beleidsdoorlichting een overzicht geven - periodiek en per beleidsartikel of onderdeel daarvan - van het beschikbare evaluatiemateriaal en van de resultaten voor het betreffende beleidsartikel of onderdeel daarvan. Ik ben van mening dat deze informatiebronnen een goed inzicht geven in de activiteiten op het gebied van effectiviteitsonderzoek en de mate waarin beleidsuitgaven op effectiviteit zijn onderzocht. Aanbeveling 2: "Verbeter de digitale informatievoorziening over beleid" Open data U geeft aan dat "Nationaal en internationaal (...) er steeds meer belang wordt gehecht aan het in de vorm van open data digitaal gebruiksvriendelijk en interactief ontsluiten van informatie over de vraag waaraan het publieke geld wordt besteed." We hopen dat het verstrekken van gegevens anderen inspireert om uit de informatie nieuwe kennis te genereren. Het kabinet is rijksbreed actief om open data beschikbaar te stellen. In Nederland worden al diverse sets data toegankelijk gesteld door de Rijksoverheid (zie www.data.overheid.nl). Nederland heeft zich verbonden met het Open Government Partnership (OGP). Het doel van dit internationale netwerk is om openheid in de publieke sector te realiseren, en hierover in gesprek te gaan met de samenleving. De door de Rekenkamer gekenschetste ontwikkeling naar meer open data en het beter ontsluiten van overheidsinformatie zal binnen dit traject worden vormgegeven. Ministeries nemen daartoe zelf passende maatregelingen. Een aantal departementen is nu al bezig met initiatieven voor het ontsluiten van gegevens. Zo ontsluit het ministerie van Infrastructuur en Milieu geodata van het kadaster, het ministerie van Economische Zaken informatie over innovatiesubsidies en het ministerie van Buitenlandse Zaken informatie over ontwikkelingshulp. Het ministerie van Financiën stelt begrotingsdata beschikbaar, stimuleert deze ontwikkelingen en zorgt -daar waar nodig- voor richtlijnen. Ontsluiting van effectiviteitsonderzoek Verder adviseert u "het kabinet om het in de eerste aanbeveling genoemde overzicht van (effectiviteits)onderzoeken (afgezet tegen geldstromen) in die richting verder te ontwikkelen." Pagina 3 van 5

Met alle technologische ontwikkelingen wordt het ook steeds makkelijker om bestaande informatie over effectiviteit te delen. We willen rijksbrede websites als rijksoverheid.nl en rijksbegroting.nl vaker en beter gaan benutten. Veel onderzoeksrapporten zijn nu al online beschikbaar. De uitdaging zit in het zorgen dat de rapporten makkelijker gevonden worden. Daarvoor hebben we ons inziens geen speciale 'delivery unit' nodig; dit kan goed binnen de bestaande organisatie en faciliteiten worden georganiseerd. 1RF/2013/415U Met het bij Verantwoord Begroten geïntroduceerde "Evaluatie- en Onderzoeksoverzicht" is er één plek gekomen waar per departement online alle aan een begroting gerelateerde onderzoeksrapporten terug te vinden zijn. Via een hyperlink doorklikken naar het bewuste rapport, of via het Kamerstuknummer kan de gebruiker het rapport zelf opzoeken. Aanbeveling 3: "Verantwoord eventuele afwijkingen van het voorschrift uit de Comptabiliteitswet aan de Tweede Kamer" Ik deel de strekking van deze aanbeveling. De "Meerjarenplanning Beleidsdoorlichtingen", die in de departementale begrotingen te vinden is, geeft inzicht in de evaluatieprogrammering. Ik ben echter wel van mening dat de begroting geen goede plek is voor meer uitgebreide kwalitatieve informatie over de motieven voor de gekozen planning van effectiviteitsonderzoek. Een dergelijke toelichting komt beter tot haar recht in de beleidsdoorlichting. Ik noemde al eerder de aanpassing van de RPE op dit vlak. De RPE bepaalt dat de beleidsdoorlichting duidelijk dient te maken welke beleidsterreinen (nog) niet zijn geëvalueerd op doeltreffendheid en doelmatigheid en de reden waarom dit (nog) niet kan of (nog) niet is gebeurd. Daarmee ontstaat een overzicht van de mogelijkheden en keuzen die zijn gemaakt om het betreffende beleidsterrein te evalueren. Deze aanpassing van de RPE vond plaats mede naar aanleiding uw vorige rapport over dit onderwerp. De lijn die met de vernieuwde RPE is ingezet, wil het kabinet graag voortzetten. Aanbeveling 4: "Meld de resultaten van deugdelijk effectiviteitsonderzoek van anderen aan de Tweede Kamer" U adviseert om "onderzoeken (van andere partijen dan de rijksoverheid) - mits de kwaliteit goed is - in het beleidsproces te gebruiken en de resultaten van deze evaluaties te melden aan de Tweede Kamer." Daarbij signaleert u dat het Rijk effectiviteitonderzoek van anderen noemt als verklaring om niet zelfonderzoek naar effectiviteit uit te voeren. Tegelijkertijd vindt u geen bewijs dat in de weergegeven casussen de resultaten van het onderzoek door de minister met de Tweede Kamer zijn gedeeld. Het kabinet hecht groot belang aan het afleggen van verantwoording over het gevoerde beleid aan de Tweede Kamer. Kennis van derden is daarbij een welkome informatiebron. Kwalitatief goed onderzoek van derden heeft vanzelfsprekend een plek in het beleidsproces. Deze informatie wordt gebruikt bij de beleidsvoorbereiding en bij de beleidsverantwoording. Op welk moment, en in welke vorm de informatie terugkomt, hangt af van de specifieke casus. Dat kan Pagina 4 van 5

bijvoorbeeld in een brief aan de Tweede Kamer waarin het Kabinet de beleidsvoornemens schetst, in het jaarverslag, bij de beantwoording van Kamervragen, als apart aan te bieden onderzoeksrapport, en in de beleidsdoorlichting. kenmerk Tot slot Het vervolgonderzoek naar effectiviteitsonderzoek bij de Rijksoverheid geeft een waardevol inzicht in het lerend vermogen van de overheid. U zorgt met dit rapport voor transparantie op het gebied van evalueren. Ik onderschrijf uw aanbevelingen om inzicht te krijgen in een effectieve besteding van uitgaven. Daarom is het goed dat u ziet dat er toenemende aandacht is voor het evalueren van de resultaten van beleid. Het kabinet wil de opgaande lijn graag doorzetten. Hoogachtend, de minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem Pagina S van 5