Diabetes type 1 en sport informatie voor kinderen tussen de 12 en 18 jaar afdeling diëtetiek
Het beoefenen van sport is goed voor iedereen, dus ook voor jou. Het is wel belangrijk om goed op te letten vóór, tijdens en na het sporten. Door te sporten verandert namelijk je bloedsuiker. Bij iedereen kan dit anders zijn, daarom is het belangrijk te kijken hoe jij reageert op sporten. Als je voor en na het sporten rekening houdt met eten en insuline, dan kun je gewoon sporten, net als iedereen. Het is zelfs mogelijk om topsport te beoefenen. Wat gebeurt er bij het sporten met de bloedsuiker? Door te sporten kan je bloedsuiker stijgen of dalen. Dit kan bij elke sport weer anders zijn. Ook als je langer of juist korter sport kan jouw lichaam anders reageren. Meestal wordt de bloedsuiker lager, omdat de suiker beter door het lichaam wordt opgenomen. De cellen in het lichaam zijn gevoeliger voor insuline en nemen de insuline dus beter op. Dit betekent dat je minder insuline moet spuiten of meer koolhydraten moet gebruiken als je gaat sporten. Tijdens het sporten kan de bloedsuiker stijgen, dalen of gelijk blijven. Het hangt er helemaal vanaf welke sport jij doet. 1
overzicht Sport Soort inspanning Brandstof van het lichaam Kans op hypo of hyper? atletiek kort en explosief suikervoorraden hyper duursport langdurig suikervoorraden en vetten hypo fietsen langdurig suikervoorraden en vetten hypo gym kort en explosief suikervoorraden hyper hardlopen langdurig suikervoorraden en vetten hypo sprinten kort en explosief suikervoorraden hyper vechtsport kort en explosief suikervoorraden hyper voetbal (team) langdurig suikervoorraden en vetten hypo En jouw sport? Bij welke bloedsuiker wel of niet sporten? Als je een hypo hebt, kun je beter niet gaan sporten. Je lichaam heeft dan namelijk geen energie. Los eerst de hypo op zoals altijd en neem extra koolhydraten zoals hieronder beschreven. Als je bloedsuiker tussen de 3,5 en 15 is, kun je gaan sporten. Neem wel extra koolhydraten als je langer dan een halfuur gaat sporten of onder de 5 zit (zoals hieronder beschreven). Bij een bloedsuiker van 16-20 of hoger, is het verstandig ketonen te meten. Als je ketonen hebt, ben je aan het verzuren. Door gebrek aan insuline kun je geen suikers verbranden en ga je vetten verbranden (verzuring). Ketonen zijn afvalstoffen van de vetverbranding en zijn niet goed voor het lichaam. Bij een bloedsuiker van 16-20 of hoger is het beter niet te sporten. Je kan nooit insuline vervangen door lichaamsbeweging! Je insulinebehoefte daalt als je beweegt, maar als je sport met onvoldoende insuline in je lichaam, gaat je bloedsuiker omhoog. Hypo voorkomen met extra koolhydraten Door extra koolhydraten te nemen zorg je ervoor dat er meer suiker aanwezig is voor het lichaam om te verbranden. De kans dat de bloedsuiker te veel gaat dalen is minder. Voor iedereen kan de hoeveelheid koolhydraten die nodig is verschillen. 2
overzicht Duur en type inspanning Bloedsuiker voor aanvang Extra koolhydraten 30 minuten of minder, lichte inspanning onder de 5 mmol/l 10-15 gram boven de 5 mmol/l geen 30-60 minuten, matige inspanning onder 5 mmol/l 30-45 gram tussen de 5 en 10 mmol/l tussen de 10 en 16 mmol/l 15 gram geen 1 uur of langer, matige inspanning onder 5 mmol/l 45 gram per uur tussen 5 en 10 mmol/l tussen 10 en 16 mmol/l 30-45 gram per uur 15 gram per uur drinken Als je één uur of korter gaat sporten, is het voldoende om tijdens het sporten alleen water te drinken. Maar als je meer dan een uur sport, moet je iets drinken met koolhydraten erin, bijvoorbeeld een sportdrank of limonade. Hypo voorkomen door minder insuline bij insulinetoediening via de insulinepen: Je kunt 25-50% minder kortwerkende insuline spuiten bij het eten voor het sporten, zeker als je kort na het eten gaat sporten (tot twee uur erna). Overleg met jouw arts of kinderdiabetesverpleegkundige wat voor jou het advies is; Spuit de insuline niet in het lichaamsdeel dat intensief gebruikt wordt. De insuline wordt dan sneller opgenomen en dan neemt de kans op een hypo toe; In overleg met jouw arts of kinderdiabetesverpleegkundige kan eventueel ook de langwerkende insuline voor het slapen verminderd worden. Dit kan handig zijn als je vaak sport vlak voordat je gaat slapen, of als je een sportdag hebt. Bespreek dit wel altijd met je arts of met de kinderdiabetesverpleegkundige. 3
bij insulinetoediening via de insulinepomp: Als je één tot twee uur gaat sporten koppel je meestal de pomp af; Bij een lichte en kortdurende inspanning is een vermindering van de basaalstand van de pomp meestal al voldoende voor een goede bloedsuiker; Als je langer dan twee uur gaat sporten is het beter de pomp aan te laten en een tijdelijk basaal in te stellen. Het lichaam kan niet langer dan twee uur zonder insuline; Als er onverwacht gesport wordt, kan de pomp het beste worden afgekoppeld. aanpassen maaltijdbolus of basaal bij één of twee uur sporten lichte inspanning middelzware inspanning zware inspanning maaltijdbolus* 50-100% 50% 50% basaalstand 50% 0% 0% + extra koolhydraten tijdens inspanning basaalstand 100% 100% 75% na inspanning * deze hoeft alleen aangepast te worden als je binnen twee uur na het eten begint met sporten. Als je s avonds gaat sporten, dan kun je de basaalstand tot de volgende ochtend lager zetten. Hypo na het sporten voorkomen Het is belangrijk om na het sporten regelmatig je bloedsuiker te controleren en zo nodig extra te eten. Je bloedsuiker kan zelfs tot 24 uur (een hele dag) na het sporten gaan zakken! Zorg voor het slapen gaan voor een iets hogere bloedsuiker (rond 8 á 9 mmol/l). s Nachts worden de suikervoorraden weer aangevuld en bestaat de kans dat de bloedsuiker te laag wordt. Als je een insulinepomp gebruikt, dan kun je na het sporten de basaalstand een paar uur lager zetten. 4
Tot slot Vragen Denk eraan dat je bij ieder bezoek aan het ziekenhuis een geldig legitimatiebewijs (paspoort, identiteitsbewijs) en je zorgverzekeringspas bij je hebt. Zijn er gegevens (adres, verzekering, huisarts, etc.) gewijzigd, meld dit dan aan de balie van de polikliniek. Zorg ervoor dat je op tijd bent voor je afspraak! Als je nog vragen hebt, kun je die altijd aan één van de teamleden van het kinderdiabetesteam stellen. Diabetesverpleegkundige: Els van den Bosch T 071-582 83 32; E e.vd.bosch@rijnland.nl Diëtistes diabetesteam: Fraukje Rietkerk T 071-582 82 18; E f.rietkerk@rijnland.nl Tosca Kasdiran T 071-582 86 74; E t.kasdiran@rijnland.nl Polikliniek kindergeneeskunde: T 071-582 80 52 5
Rijnland Ziekenhuis locaties: postadres: Meteoorlaan 4 Simon Smitweg 1 postbus 4220 2402 WC Alphen aan den Rijn 2353 GA Leiderdorp 2350 CC Leiderdorp T 0172-46 74 67 T 071-582 82 82 I www.rijnland.nl 08.17 ed.01 09_14 Rijnland Zorggroep Tot Rijnland Zorggroep behoren: Rijnland Ziekenhuis locaties Alphen aan den Rijn en Leiderdorp en Rijnland Verpleging en Verzorging (Verpleeghuis Leythenrode en Verpleeghuis Oudshoorn). Rijnland Zorggroep biedt in een veilige omgeving mensgerichte en deskundige zorg op het gebied van care én cure. Sinds 2009 is het zorgmodel Planetree onze leidraad. Planetree is een totaalconcept gericht op het voortdurend verhogen van de kwaliteit van de zorgverlening die wij bieden. Dit doen wij op basis van respectvolle bejegening en persoonlijke aandacht in een prettige, rustgevende omgeving. I www.rijnlandzorggroep.nl KvK 28098126