VBS De Regenboog Kapelstraat 24 2440 GEEL directeur@vbsregenboog.be 014/58.79.67



Vergelijkbare documenten
Pesten stoppen in de opvang

DEEL 1. Pesten aanpakken en voorkomen. De dynamiek van pesten en gepest worden. (c) 1. Begeleiding: Hilde Leonard

Werken aan een warme school

VISIETEKST. Pesten op school

GBS 'Alt-Hoeselt' schoolwerkplan deel 3 : pedagogisch - didactische aspecten 1

HET ANTI-PEST-BELEID VAN ONZE SCHOOL

Stappenplan Aanpak bij pesten

PESTPROTOCOL DE SCHELP

1. Inleiding. Wij dulden geen pestgedrag in onze school en vinden het belangrijk dat heel de schoolgemeenschap pesten ernstig neemt.

PESTPROTOCOL DE BOOG. Koudenhovenseweg Zuid AC Eindhoven T: E:

Pestactieplan. Dit pestactieplan bestaat uit twee delen : Het preventieve en het remediërende deel.

DE NO BLAME-METHODE VOORAF

Pestactieplan Sint-Amandusschool. Anti-pestcontract op onze school

Anti-pestprotocol Dalton IKC Zeven Zeeën

Het-voel-je-goed-op-school-beleid

Pestprotocol. Plagen en pesten. Pesten op school, hoe gaan we er mee om?

PESTPROTOCOL. Fellenoord

Beleid rond pesten 1

Om pestgedrag te voorkomen, kiest ons schoolteam ervoor om acties te ondernemen die ervoor zorgen dat pestgedrag weinig kans maakt.

Dit PESTPROTOCOL heeft als doel:

Stap 7 Nabespreking met het slachtoffer en nabespreking met de steungroepleden (apart)

BROCHURE LEERKRACHT. GBS EIKENLAAR Pesten! Wij zeggen neen!

Dit is een verklaring van directie, leerkrachten, medezeggenschapsraad, ouderraad, ouders en leerlingen van o.b.s. de Piramide, locatie Woolderschool.

Er is geen slachtoffer en dader; beide partijen zijn even sterk. Plagen kan de sociale weerstand van kinderen vergroten. Vaak speelt humor een rol.

PESTBELEID BS De Windwijzer" NIET NERGENS - NOOIT DOEL

Pestprotocol obs De Kring

Pestprotocol. Antoniusschool

Het veilige pedagogische klimaat van de school

Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

De No Blame aanpak bij pesten

Pestprotocol. maart 2015, Breda De Rotonde VMBO Specifiek VMBO

Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Pestbeleid op school

Pestprotocol BS de Kersenboom

PESTPROTOCOL Onderstaande tekst is ontleend aan paragraaf 4.1 van het Schoolveiligheidsplan van het St.

Pestprotocol SBO De Lings

Bijlage 1 INTERNETPROTOCOL

Pestprotocol. Versie september 2013

GEDRAGSPROTOCOL. (anti pestgedrag) Basisschool De Boomgaard Dieren

Pestprotocol Rietslenke.

GEDRAGSPROTOCOL. (anti pestgedrag) Basisschool De Boomgaard Dieren

Pestprotocol de Esdoorn

Anti-pestbeleid OBS De Schakel Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Antipest protocol. Om veiligheid voor elke leerling binnen school mogelijk te maken, zijn regels of onderlinge afspraken noodzakelijk.

Achtergrond informatie:

Anti-pestprotocol Angelaschool Boxtel

De ZOPA (Zuidooster Oplossingsgerichte Pest Aanpak) Iedereen in actie! 1. Sfeer. 2. Pesten 3. Structureel gepest

Bijlage 2: protocol pesten. Plagen of pesten?

Infobrochure Anti-pestbeleid

Protocol. Pestprotocol

ANTI-PESTPROTOCOL. Onderwerp Anti-pestprotocol Aan Alle medewerkers Van Directie Datum Pagina 0 van 5

Anti-pestprotocol. We werken samen aan een goede sfeer op school. Catharinaschool Wellerlooi

- Babbel - spel Dit is een spel die leerlingen op een speelse manier laat oefenen in sociale vaardigheden.

Inhoud gedragsprotocol

HELP, IK WORD GEPEST, WAT NU????

1 Inleiding. 2 Pesten en plagen. 3 Aanpak van de school. 3.1 Preventieve maatregelen

1 Voorwoord. Beste ouders. Beste leerlingen

Pestprotocol De Leemstee. Inleiding

Ds. J. Polyanderschool en Ds. J. Bogermanschool te Dordrecht

Bij pesten zijn er altijd 5 partijen: de pester, het slachtoffer, de grote zwijgende groep, de leerkrachten en de ouders.

PESTEN OP SCHOOL DAAR DOEN WE SAMEN IETS AAN!!

ACTIEPLAN PESTEN. melding vaststelling pestprobleem. - klastitularis + directie - feiten + verantwoording - hoe schade herstellen?

OBS De Vogels Jac.P. Thijsselaan PM Oegstgeest. PESTPROTOCOL De Vogels

Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus aan willen pakken.

De piek van het pesten ligt tussen 10 en 14 jaar, maar ook in lagere en hogere groepen wordt gepest.

Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Pestprotocol. Definitieve versie 29 juni

Pestprotocol op RKBS Titus Brandsma

Protocol gedrag. Recht op veiligheid Iedere leerling heeft recht zich veilig te voelen in de klas en in de school.

ISW VAKCOLLEGE HOGE WOERD. Anti-Pestprotocol

PREVENTIEPLAN PESTBELEID

PESTPROTOCOL OBS DE BONGERD. Pestprotocol obs de Bongerd

Pestprotocol (uit ons document; gedragscode 4.2; uitwerking pesten)

Alle kinderen mogen zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Preventieplan pestbeleid

DO'S EN DON'TS VOOR OUDERS

Pestprotocol De Triangel. Pestprotocol. Versiedatum: oktober Status: versie 1 vastgesteld

Pestprotocol. Basisschool St. Maarten. Halsteren

Resultaten 1 ste. graad: A-stroom. B-stroom

Pestprotocol De Tandem

Pesten? Natuurlijk niet!

Anti-pestprotocol op de

Anti-pestprotocol. Vormen van pesten: Dit zijn voorbeelden van pesten. Er zijn natuurlijk ook nog andere voorbeelden te noemen.

ANTI-PESTPROTOCOL ISW IRENESTRAAT

Vertel aan je kind dat het nodig is de school in te lichten om het pesten te laten stoppen;

4. Wanneer pesten ondanks alle inspanningen toch weer de kop opsteekt, beschikt de school over een directe aanpak. (Zie verderop in dit protocol)

Spoele: een schoolvisie over pesten

Pestprotocol ICBS de Tweemaster, Naarden

INLEIDING voorwaarden Definitie Vormen van pesten

Verdraagzaamheidsplan

P E S T P R O T O C O L

PESTPROTOCOL AOC Oost locatie Almelo

Pestprotocol OBS Prinses Marijke

Protocol pestbeleid. CBS Maranatha

Gedragsprotocol. Trots zijn op jezelf en op elkaar!

CONCEPT PESTPROTOCOL SBO DE BALANS

Anti- Pestprotocol. Bijlage 4 van het Sociaal Veiligheidsplan

Pestprotocol van basisschool de Bolderik

Alle kinderen zich in hun basisschoolperiode veilig te laten voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen.

Transcriptie:

VBS De Regenboog Kapelstraat 24 2440 GEEL directeur@vbsregenboog.be 014/58.79.67

INHOUDSOPGAVE 1 Wat is pesten?... 2 2 Pestpreventie... 3 2.1 Niveau 4: Probleemaanpak (curatief)... 3 2.2 Niveau 3: Specifieke preventie... 4 2.3 Niveau 2: Algemene preventie... 4 2.4 Niveau 1: Fundamentele preventie... 5 2.5 Niveau 0: Brede, maatschappelijke context... 5 3 Reageren op pestgedrag... 6 3.1 Hoe kom je te weten wat er aan de hand is?... 6 3.2 Acties om het pesten te stoppen... 8 3.2.1 Beginnende pesterijen... 8 3.2.2 Zware pesterijen... 8 3.2.3 Als de pesterijen niet stoppen... 10 1

1 Wat is pesten? Voor we verdergaan met de aanpak van pesten op onze school, gaan we duidelijk uitleggen wat we onder pesten verstaan. Definitie van Dan Olweus (Noorwegen): Een persoon wordt getreiterd of gepest als hij of zij herhaaldelijk en langdurig blootstaat aan negatieve handelingen door één of meer personen. Er ontstaat een groot machtsonevenwicht tussen pester en gepeste. Hierdoor wordt het voor het slachtoffer alsmaar moeilijker, zoniet onmogelijk om de situatie op eigen kracht te stoppen. Pesten Herhaaldelijk: de feiten blijven aanhouden, zelfs als de gepeste duidelijke signalen geeft dat hij/zij wil dat het ophoudt. Langdurig: Vooral bij cyberpesten gaat het om het langdurige karakter. Een foto op het internet blijft vaak een lange tijd staan voor een breed publiek Verstoord machtsevenwicht Pesters krijgen steun van middengroep Geïsoleerde leerlingen Niet pesten Eénmalig Emotionele opwelling Conflicten: hij pest mij, dus ik pest terug Pestgedrag kunnen we opsplitsen in directe vormen van pesten (dreigen, slaan, spotten, uitschelden, vastbinden, opsluiten, ) en indirecte vormen (roddelen, niet mogen meedoen, negeren, ) We proberen oog te hebben voor beide vormen van pesten. Wanneer alleen naar direct pestgedrag gekeken wordt (zoals in onderzoek nog te vaak het geval is), lopen vooral pesterijen van meisjes het risico om aan de aandacht te ontsnappen. Simpele voorstelling verschil tussen plagen en pesten: Plagen, onbewust kwetsen, ruzie maken = TIK TAK TIK TAK TIK Pesten = TIK TIK TIK TIK TIK TIK (de gepeste laat zich doen, er is geen tegenreactie van hem/haar) 2

2 Pestpreventie Om pesten te voorkomen, zijn er enkele hulpmiddelen. We reiken een model aan om te kiezen voor een positief georiënteerd beleid. Het doel is dat alle leerlingen zich goed voelen op school en zich zo volledig mogelijk kunnen ontplooien. Dit doen we aan de hand van de preventiepiramide: Toelichting: De volgorde van de 5 niveaus is niet willekeurig: de piramide heeft een hiërarchische opbouw. De piramidale opbouw pleit voor een integrale aanpak: op alle niveaus dienen maatregelen uitgewerkt te worden. De niet-probleemgerichte aanpak heeft een bredere basis dan de probleemgerichte aanpak. Dit toont aan dat de eerste en meeste zorg naar deze niveaus uitgaat. 3

2.1 Niveau 0: Brede, maatschappelijke context Pesten speelt zich af binnen een maatschappelijke context. Het is belangrijk om zich te realiseren dat een preventiebeleid nooit los gezien kan worden van de ruimere samenlevingscontext. Bijvoorbeeld: in welke buurt ligt de school, welke gebouwen/infrastructuur is er aanwezig. Dit zijn gegevens die de school niet kan veranderen. Dit niveau is dus de bedding. Het bepaalt de mogelijkheden en beperkingen van preventie op school. 2.2 Niveau 1: Fundamentele preventie Hier gaat het om het creëren van een veilige omgeving, waar iedereen zichzelf mag zijn, waar de rechten en grenzen van iedereen gerespecteerd worden. Deze zaken worden niet expliciet gedaan in het kader van pestpreventie, maar met het oog op het creëren van een aangenaam leefklimaat op school. Je kan hier bv. denken aan de manier waarop leerkrachten met elkaar omgaan, een respectvolle houding van ieder personeelslid naar leerlingen en ouders en vice versa, inspraak voor alle betrokkenen in het klas- en schoolbeleid. Dit niveau biedt het kader waarbinnen de hogere niveaus beter kunnen gedijen. Slechts wanneer ook maatregelen op dit niveau genomen worden, zullen bovenstaande ideeën een diepgaand effect sorteren. Creëren van een veilig klasklimaat Het begeleiden van de klas als groep heeft hier zijn plaats. Werken aan positieve groepsvorming, waarbij ernaar gestreefd wordt dat iedereen bij de groep hoort, is uitstekende pestpreventie. In het begin van het schooljaar: o Duidelijk zijn over je verwachtingen en regels en consequent reageren als leerlingen zich er niet aan houden o Ruimte creëren voor verdere kennismaking. o Klasafspraken maken o Bij groepswerk zorgen voor wisselende groepjes. In de loop van het schooljaar aandacht blijven hebben voor hoe ieder groepslid erbij zit. Vriendje/leerling van de week: iedereen hoort er bij! Creëren van een veilig schoolklimaat - Op de speelplaats speeltuigen en indeling voorzien voor alle leerlingen en interesses. - Duidelijke afspraken op de speelplaats. - Middagactiviteiten zoals film, sport, tekenklas, lezen, - Muziek onder de middagspeeltijd. - Leerlingenraad waarin leerlingen zelf mee mogen werken aan het beleid van een school. Hier kunnen ze zelf mee helpen nadenken om te werken aan een veilig klas- en schoolklimaat. 4

2.3 Niveau 2: Algemene preventie Het verschil met de maatregelen van de algemene preventie is dat deze een positieve sfeer creëren. In plaats van inperkende, repressieve maatregelen, zoeken we hier naar activiteiten die ieders mogelijkheden verruimen. Sociale vaardigheden: - Conflicthantering: leerlingen leren hoe ze ruzies of conflicten moeten/kunnen oplossen. - Bevorderen empathie ten opzichte van je medemens. - Werken met Axenroos in kleuterschool. - Peter- en meterschap 6 de en 1 ste leerjaar. - CLIM (coöperatief leren in multiculturele groepen) - Aanleren aan jonge kinderen hoe ze samen kunnen spelen. Vaak weten kinderen niet wat ze kunnen spelen op de speelplaats. Leerkrachten proberen een aanbod voor te stellen om zo conflicten te vermijden. - Hartrapport waarbij kinderen hun eigen sociale vaardigheden beoordelen. - Bevragen van welbevinden, betrokkenheid en competenties. - Afnemen van anoniem sociogram in de klas waardoor leerkrachten onderlinge conflicten en/of moeizame relaties kunnen opsporen. - Babbelspel om sociale vaardigheden te oefenen. - Kijkwijzer (enquête voor ouders) ter voorbereiding van het oudercontact van Kerstmis. Meldpunt: De klasleerkracht of de zorgjuf is het eerste meldpunt voor kinderen. De melding wordt zo laagdrempelig mogelijk gemaakt door: * Iedere melding serieus te nemen * Melden leidt nooit tot straffen * Een verschil tussen melden van pesten en klikken 2.4 Niveau 3: Specifieke preventie Voldoende toezicht op de speelplaats op strategische plaatsen. (rondwandelen aan de klassen van het 2 de leerjaar, toiletten, ) Ruzie en conflicten bespreekbaar maken in de klas. Leerlingen leren oplossingsgericht en herstelgericht conflicten oplossen. Indien nodig kan hierbij het CLB ingeschakeld worden om als derde partij op te treden. Kwaliteitenspel: nadruk leggen op talenten en kwaliteiten van ieder kind. Coole kikker: kinderboek rond conflicten en ruzies aanpakken in de klas dat aanspoort om actief te werken rond probleemsituaties. 5

Zorgbus: Leerlingen kunnen mogelijke zorgen melden. Ze noteren hun zorg op een briefje en melden met wie ze dit graag bespreken (bv. zorgjuf, klasleerkracht, juf Liesbeth, ) De gecontacteerde persoon heeft een kindgesprek met het kind om de zorg te bespreken. Indien nodig worden er stappen ondernomen of andere kinderen uitgenodigd voor een gesprek. Regels rond internetgebruik via www.clicksafe.be v Geef nooit vertrouwelijke informatie zoals je paswoord, adres of telefoonnummer aan iemand anders, zelfs niet als je die persoon vertrouwt. v Zet nooit zomaar je webcam aan. Degene aan de andere kant kan zonder dat je het weet foto s en filmpjes van je maken en daarna op het internet zetten. v Let op met foto s of filmpjes van jezelf en je omgeving die je verstuurd via je smartphone. Programma s zoals Snapchat en soortgelijke zijn soms niet geheel onschuldig. v Open of download geen mails of bijlagen van mensen die je niet kent. Reageer nooit op spam of kettingbrieven. v Accepteer niet om het even wie in je contactenlijst op sociale media (Facebook/Instagram). v Geef nooit het e-mailadres van iemand anders door. Je weet nooit wat die persoon ermee zal doen. v Blijf altijd beleefd en stuur zelf geen berichten die kwetsend kunnen zijn. Weet dat wat jij grappig vindt, bij anderen niet altijd als een grap overkomt en kan kwetsen. Doe op het internet nooit wat je in het echte leven niet zou doen. Zet nooit informatie over anderen op je eigen website of weblog. Kenmerkend voor dit soort maatregelen is dat zij het probleem niet doen vergeten, integendeel : zij benadrukken de aanwezigheid van het probleem. Het risico van overkill is hier reëel. Daarom gaan we onze leerlingen niet overstelpen met sensibilisatieprojecten rond pesten. We houden dit niveau in evenwicht met de maatregelen van de andere niveaus. Dit juist om pesten te voorkomen, omdat het anders van hen verwacht wordt. In het verleden merkten we dat de aandacht vestigen op pesten door mee te doen aan verschillende projecten enkel een negatieve indruk achterlaat op de leerlingen. Hierom hebben wij besloten om niet te participeren aan verschillende projecten rond pesten. Een positieve visie, zoals bijvoorbeeld meedansen met De move tegen pesten, kan wel. 6

2.5 Niveau 4: Probleemaanpak (curatief) In dit vak valt alles wat je doet vanaf het moment dat er gepest wordt. We denken daarbij niet alleen aan maatregelen die je neemt om het pesten te stoppen, maar ook aan het herstellen van de gevolgen. Dit wordt verder uitgewerkt in hoofdstuk 3. 7

3 Reageren op pestgedrag In dit hoofdstuk zetten we alles op een rijtje wat je kan doen vanaf het moment dat je vermoedt dat er gepest wordt. Het gaat hier over de top van de preventiepiramide. 3.1 Hoe kom je te weten wat er aan de hand is? Vooraleer tot actie over te gaan moet je op de hoogte zijn van een pestsituatie: Ouder(s) of leerkrachten zijn getuige van pestgedrag Iemand vertelt het jullie Je komt erachter door een enquête Je vermoedt pesten omwille van een aantal signalen Slechts zelden zal een slachtoffer zelf pesterijen melden! Tevens spelen pesterijen zich voor een groot deel niet af onder het waakzame oog van leerkrachten. Signalen die aangeven dat een leerling de situatie niet alleen aankan en dat hij/zij hulp nodig heeft kunnen divers zijn: Plotse, onverklaarbare gedragsveranderingen Zich terugtrekken, onbereikbaar zijn Snel geïrriteerd raken, veel ruzie maken Angst voor lichamelijk contact, schrikreacties Zich niet kunnen concentreren en geen interesse meer hebben in het klasgebeuren Vage lichamelijke klachten Opmerkelijke daling van schoolprestaties Bedplassen, nachtmerries, slaapgebrek Angst voor bepaalde leerlingen of bepaalde plaatsen Opmerkelijk dicht in de buurt van een leerkracht blijven Met beschadigd materiaal thuiskomen zonder goede uitleg 6

Grensoverschrijdend gedrag Beginnend pestgedrag Zwaar pestgedrag > Geen machtsonevenwicht (dader en slachtoffer kunnen ook omgekeerd worden) > Beginnend machtsonevenwicht: vaak dezelfde gepeste, dezelfde pester(s) > Sterk machtsonevenwicht: de rollen gepeste en pester zijn onomkeerbaar. = Kan bewust of onbewust grensoverschrijdend zijn, dit is géén pesten! 0 Eénmalig feit # Gekwetste wordt door anderen gesteund en/of heeft vriend(inn)en & Dader is empathisch: beseft effect van wat hij/zij doet ~ Stopsignaal van de gekwetste wordt gerespecteerd. Gekwetste kan de situatie alleen oplossen. = Grensoverschrijdend bedoeld 0 Herhaaldelijk, niet frequent. #Gepeste ondervindt weinig steun van anderen & Pester is zich niet echt bewust van wat hij/zij gevoelsmatig aanricht bij het slachtoffer ~ Stopsignaal wordt enkel gerespecteerd indien héél duidelijk of herhaald. Gepeste kan dit alleen oplossen als hij/zij heel weerbaar is of gesteund wordt. = Daders kicken op macht. 0 Frequent, continue dreiging. #Gepeste wordt niet gesteund en is vaak geïsoleerd.(vriend(inn)en blijven tijdens het pesten aan de zijlijn).schuldverschuiving: gepeste wordt gezien als de veroorzaker van de pesterijen. & Pester heeft egocentrisch effectbesef: is vooral met zichzelf bezig, neemt geen verantwoordelijkheid voor eigen gedrag. ~ Stopsignaal van gepeste wordt genegeerd of keert zich tegen hem/haar Gepeste kan dit niet alleen oplossen. 7

3.2 Acties om het pesten te stoppen 3.2.1 Beginnende pesterijen a) Gesprek met vermoedelijke dader(s) Een kort gesprekje met de vermoedelijke dader(s) voer je best met elk apart. Zo n gesprek is in vele gevallen voldoende om pestgedrag te stoppen. Ook al krijgt de dader hiermee een herkansing en wordt hij dus niet gestraft, toch is dit geen neutraal gesprek. Je neemt duidelijk stelling: als er gepest wordt, moet het stoppen. Richtlijnen: Zorg ervoor dat je de dader discreet, zonder getuigen, hoort Beschrijf de feiten die je geobserveerd of vernomen hebt. Geef daarbij geen bronnen prijs. Ga geen waarheidsgevecht aan. Eis dat, als de feiten waar zijn, je wil dat ze in de toekomst niet meer voorvallen. Doe een beroep op de goodwill en het verantwoordelijkheidsgevoel van de leerling. Benadruk dat je de situatie zal opvolgen. b) Bemiddeling tussen dader en slachtoffer Voer eerst een gesprek met beiden apart om de haalbaarheid van bemiddeling in te schatten. Bemiddeling kan alléén als beide partijen hier volledig achterstaan. Een bemiddelingsgesprek volgt grofweg dit stramien: Laat beiden hun verhaal doen vanuit hun beleving en stimuleer ze tot luisteren naar elkaar. Voer geen discussie over wat waar is en wie gelijk heeft, maar verhelder misverstanden. Focus op de toekomst en maak afspraken voor de omgang met elkaar. 3.2.2 Zware pesterijen a) No blame-methode George Robinson en Barbara Maines ontwikkelden enkele jaren geleden in Groot-Brittannië een niet-bestraffende, responsabiliserende methode voor het omgaan met pestgedrag. Niemand wordt beschuldigd, maar medeleerlingen worden verantwoordelijk gesteld om ervoor te zorgen dat een doelwit zich opnieuw goed voelt op school. De kracht van de methode ligt in het feit dat er een positieve groepsdynamiek gecreëerd wordt. Deze methode bestaat uit 7 stappen die de leerkracht moet ondergaan: 8

Stap 1: Gesprek met het slachtoffer Door goed te kijken en veel te praten met de leerlingen, wordt pesten hopelijk tijdig opgemerkt of gemeld. Hierna volgt de eerste stap: een gesprek met het slachtoffer. Tijdens dit gesprek wordt het slachtoffer aangemoedigd om over zijn gevoelens te praten. Feiten mogen verteld worden, maar deze zijn niet het belangrijkste. Om het stappenplan verder te kunnen uitvoeren, is het noodzakelijk te weten wie bij het pesten betrokken is. Het noemen van deze namen is voor het slachtoffer vaak niet evident. Daarom is het belangrijk dat het slachtoffer het plan van de leerkracht goed begrijpt. Hij moet beseffen dat het doel is dat het pesten stopt. Het feit dat de pesters niet gestraft worden, werkt vaak geruststellend omdat de kans op wraak afneemt. Aan het einde van het gesprek wordt aan het slachtoffer gevraagd om iets te schrijven, te tekenen of te knutselen over zijn gevoelens. Dit werkje zal dan aan de groep voorgelegd worden. Als het slachtoffer deze aanpak niet ziet zitten en zijn vertrouwen niet uitspreekt, stopt de aanpak hier. Dan kan geopteerd worden voor een tweede gesprek of voor een andere methode. Stap 2: De betrokkenen worden samengebracht De pester(s), de meelopers, enkele stille getuigen en enkele andere eerder behulpzame leerlingen worden samen geroepen op een rustige plek waar een positieve sfeer heerst. Eventueel kan een drankje voorzien worden. Een groepje van zes tot acht leerlingen lijkt het meest werkzaam. De leerkracht maakt duidelijk dat hij/zij nooit een kant kiest. Hierbij aansluitend verzekert de leerkracht dat er naar ieders verhaal geluisterd wordt. Het slachtoffer maakt in principe geen deel uit van de groep. Op die manier worden discussies, beschuldigingen en ontkenning die het probleemoplossend denken kunnen ondermijnen beperkt. Bovendien is het slachtoffer meestal geen vragende partij voor een confrontatie die als heel beangstigend wordt ingeschat. Stap 3: Het probleem wordt uitgelegd De leerkracht vertelt dat hij of zij een probleem heeft omdat iemand uit de groep zich bijzonder slecht voelt. Het werkstukje uit stap 1 kan helpen om dit ellendige gevoel te benadrukken. Op geen enkel moment worden details of feiten besproken en er worden geen beschuldigingen geuit. Wanneer de leerlingen zelf over feiten beginnen, wordt aangegeven dat het niet de bedoeling is om een onderzoek in te stellen. Wat de feiten ook zijn, het gevolg is dat het slachtoffer zich bijzonder slecht voelt. En dat is het uitgangspunt. Stap 4: De verantwoordelijkheid wordt gedeeld Als het verhaal rond is, zou het kunnen dat sommige leerlingen er ongemakkelijk bijzitten. Misschien zijn ze onzeker over de reden van de bijeenkomst. Misschien zijn ze ongerust over mogelijke straffen. De leerkracht probeert deze stemming te veranderen door uitdrukkelijk te stellen dat niemand in de problemen zit of zal worden gestraft. Er wordt enkel duidelijk gemaakt dat er een gedeelde verantwoordelijkheid is om het 9

slachtoffer te helpen om zich weer gelukkig en veilig te voelen. De groep is bijeengeroepen om het probleem op te lossen. Niet meer maar ook niet minder! Stap 5: De groep formuleert voorstellen Elk lid van de groep wordt aangemoedigd om een voorstel te bedenken; een klein of groot engagement waardoor het slachtoffer zich misschien beter kan voelen. De leerlingen proberen elkaar te stimuleren om tot een voorstel te komen. Iedereen verwoordt zijn idee in de ik-vorm. Als ik nog pesterijen zie, zal ik reageren, Ik zal het slachtoffer eens uitnodigen om naast mij te zitten, Ik zal eens een leuk sms je sturen, zijn mooie ideeën. Maar ook Ik zal niets doen, Ik zal hem/haar met rust laten is een heel waardevol voorstel. Alle ideeën moeten van de leerlingen komen. Ze worden nooit opgelegd of afgedwongen door de leerkracht. Deze reageert enkel positief en ondersteunend. Stap 6: De groep gaat aan de slag De bijeenkomst wordt afgesloten door duidelijk te maken dat de verantwoordelijkheid voor het oplossen van het probleem nu bij de groep ligt. De leerlingen worden uitgenodigd om te proberen om hun voorstel in de loop van de volgende week uit te voeren. Stap 7: Een gesprek met elk kind apart Ongeveer een week later nodigt de leerkracht het slachtoffer en alle groepsleden apart uit voor een gesprek. Iedereen mag vanuit zijn eigen beleving vertellen hoe de week verlopen is. Zo kan de leerkracht de evolutie van nabij volgen. Op die manier wordt ook de betrokkenheid van het groepje in stand gehouden. Het is niet zo belangrijk dat iedereen zich strikt aan zijn voorstel heeft gehouden. Het is wel belangrijk dat het pesten gestopt is en dat het slachtoffer zich beter voelt. Als dat niet het geval is, wordt een nieuwe groepsbijeenkomst georganiseerd, eventueel met een gedeeltelijke nieuwe samenstelling. Deze methode werd onderzocht bij 55 ernstige pestsituaties. 80% verliep meteen succesvol. 3.2.3 Als de pesterijen niet stoppen a) Herstelcontract voor de dader(s) Dit kan een mogelijk vervolg zijn op een individueel gesprek met een dader. Belangrijk is dat de pester dit niet ervaart als sanctie, maar een kans om in de toekomst te herstellen wat fout gegaan is. b) Breng ouders van pesters op de hoogte Het is zeker niet nodig om in alle gevallen de ouders van de pester op de hoogte te brengen. 10

Wanneer de pester z n eigen verantwoordelijkheid neemt, is het vaak niet nodig. In ernstige gevallen breng je de ouders wel op de hoogte: Ze hebben recht op correcte informatie. Ze krijgen een duidelijk signaal dat pestgedrag niet getolereerd wordt op school. Ze zijn geïnformeerd voor het geval er verder stappen nodig zijn. c) Schakel de tuchtprocedure van de school in Ook al heeft een bestraffende aanpak van pestgedrag zo zijn grenzen, soms zal de school niet anders kunnen. Nadat andere maatregelen uitgeprobeerd zijn, kan de op school geldende tuchtprocedure opgestart worden. (zie schoolreglement orde en tuchtmaatregelen. Voordat dit gebeurt zal er altijd contact opgenomen worden met het CLB om bij een externe de situatie te schetsen. 4 We doen er samen iets aan 4.1 Pesten op school: daar doen we samen iets aan! Indien je het gevoel hebt dat uw kind gepest wordt, praat dan met je kind om uit te maken of dit een pestprobleem of een conflict is. Is het een pestprobleem, twijfel dan niet om de school te contacteren! Graag willen we echter wel vragen om als ouder niet zelf een mogelijke pester te confronteren met het pestgedrag. 11