Anti-pestprotocol Angelaschool Boxtel

Transcriptie

1 Anti-pestprotocol Angelaschool Boxtel Juni 2018

2 Waarom dit protocol? Pesten komt helaas overal voor. Ook op school worden kinderen gepest om uiteenlopende redenen. Binnen de Angelaschool wordt pesten niet getolereerd. Door het nemen van preventieve maatregelen proberen we zoveel mogelijk te voorkomen. Op school en in de klas zijn afspraken gemaakt over hoe we met elkaar omgaan. Daarnaast heeft een groot gedeelte van de leerkrachten in maart 2017 een cursus tot anti-pestcoördinator gevolgd. De Angelaschool vindt dat alle kinderen zich in hun basisschoolperiode veilig moeten voelen, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. Daarom is er de werkgroep Sociale Veiligheid opgericht. In dit protocol wordt beschreven hoe we als school handelen als er een melding van (cyber) pesten wordt gemaakt of wordt geconstateerd. Dit kan een melding van ouders en/of kinderen zijn. Als school zijn we alert op signalen als: Signaleren van laag welbevinden in het algemeen (voelt zich ongelukkig, gesloten houding, kwetsbaar en/of weinig zelfvertrouwen). Plagen, bespotten en/of kleineren. Op een spottende, onvriendelijke manier iemand uitlachen. Fysiek contact (trekken aan kleding, duwen, schoppen en slaan). Herhaaldelijke betrokkenheid bij ruzies. Kleefgedrag (dicht bij de leerkracht willen blijven). Pesten of plagen De begrippen pesten en plagen worden regelmatig door elkaar gebruikt. Echter is er een duidelijk verschil. Plagen gebeurt vaak bij kinderen die elkaar mogen. Kinderen nemen elkaar in de maling, zonder dat er een dreigende of vervelende situatie ontstaat. Bij pesten zijn er een duidelijk slachtoffer en een dader. De dader geeft de intentie om het slachtoffer te beschadigen. Het gedrag van de dader is (be)dreigend. Het slachtoffer wordt beschadigd en kan zich vaak niet verweren zonder opnieuw aangepakt te worden. Pesten gebeurt meestal niet openbaar. Het is daarom moeilijk te constateren. Vaak is het al een tijdje aan de gang, voordat het gemeld of geconstateerd wordt. De effecten van het cyberpesten (via het internet) kunnen nog erger zijn dan bij het traditionele pesten. Opnames die worden vastgelegd of foto s die worden verspreid via het internet zijn soms niet meer te verwijderen. Op school proberen we de kinderen bewust te maken van de gevaren op internet en de effecten van cyberpesten. Jaarlijks wordt er op school aandacht aan mediawijsheid besteed. Dit gebeurt tijdens de nationale week van de Mediawijsheid.

3 Wie zijn betrokken bij het pestprobleem? Bij pesten zijn er meerdere partijen betrokken. Om pesten aan te pakken is het belangrijk dat alle partijen erbij betrokken worden. Dit wordt de Vijfsporenaanpak genoemd. De Vijfsporenaanpak is een manier om in scholen het pesten aan te pakken. De aanpak richt zich op alle betrokkenen. Spoor 1: Hulp aan het gepeste kind - Het probleem wordt serieus genomen. Er wordt uitgezocht wat er precies gebeurd is. - Samen met het kind wordt er naar mogelijke oplossingen gezocht. De intern begeleider - en/of de anti-pestcoördinator ondersteunen het kind en de leerkracht hierbij. - Samen met het kind wordt er aan de oplossingen gewerkt. - Eventueel externe deskundige hulp inschakelen (zoals een weerbaarheidstraining of sociale - vaardigheidstraining. - Er worden vervolggesprekken gepland. Spoor 2: Hulp aan de pester - De leerling wordt met zijn gedrag en de gevolgen hiervan voor het slachtoffer - geconfronteerd. - De leerkracht probeert de achterliggende oorzaken voor het pestgedrag helder te krijgen. - De anti-pest coördinator kan de leerkracht hierbij ondersteunen. - Het kind helpen zijn relatie met andere kinderen te verbeteren. - Zorgen dat het kind zich veilig voelt en uitleggen wat jij als leerkracht (en eventueel de anti - pestcoördinator) daaraan gaat doen. - Grenzen stellen en consequent handhaven. - Het kind helpen zich aan de regels en afspraken te houden. - Er worden vervolggesprekken gepland. Spoor 3: De zwijgende middengroep - De leerkracht of de anti-pest coördinator bespreekt met de klas het pesten en benoemt de - rol van alle kinderen hierin. - Er wordt gesproken over mogelijk oplossingen en wat de klas bijdragen aan het verbeteren - van de situatie. Spoor 4: Professionaliseren van hulp aan ouders - Ouders die zich zorgen maken over pesten worden op school serieus genomen. - De leerkracht en anti-pestcoördinator werken samen met de ouders om het pesten aan te - pakken.

4 - De leerkracht en anti-pestcoördinator geven adviezen aan ouders in het omgaan met hun - gepeste of pestende kind. - Zo nodig worden ouders doorverwezen naar externe deskundige hulp (bijvoorbeeld naar het Centrum voor Jeugd en Gezin). Spoor 5: De medewerkers - De school zorgt ervoor dat alle medewerkers voldoende informatie hebben over pesten in - het algemeen en het aanpakken van pesten. - Alle medewerkers van de school vervullen een voorbeeldfunctie bij het signaleren en - tegengaan van pesten. - De school neemt nadrukkelijk stelling tegen pesten en ontwikkelt een duidelijk beleid. Hoe wordt er gepest? Verbaal: Lichamelijk: Achtervolgen: vernederen, schelden, dreigen, gemene briefjes/berichtjes en iemand met een bijnaam aanspreken. trekken aan kleding, duwen, schoppen en slaan, krabben en wapens trekken. achterna lopen, opjagen, opsluiten en klem rijden. Uitsluiting/isolatie: negeren, uitsluiten bij groepsopdrachten/feestjes en doodzwijgen. Stelen en vernielen: Via sociale media: Afpakken van eigendommen (kleding, schoolspullen, etc.) en eigendommen beschadigen. Anonieme berichten versturen, schelden, roddelen, bedreigen, foto s van mobieltjes en webcams op het internet plaatsen, privégegevens op een website plaatsen, wachtwoorden stelen en/of misbruiken en virussen versturen.

5 Algemene lijn om pesten te voorkomen 1. Aan het einde van het schooljaar worden er afspraken gemaakt met betrekking tot de start van het nieuwe schooljaar. De afspraken worden door het team van de Angelaschool opgesteld. Bij de opening van het schooljaar worden de gemaakte afspraken nog een keer aangescherpt. 2. In de eerste schoolweek worden met de klas (vanaf groep 4) klassenregels opgesteld en ondertekend. De naleving wordt regelmatig ter sprake gebracht. 3. In de eerste schoolweken worden er lesactiviteiten uitgevoerd die in het teken staan van groepsvorming. Deze activiteiten zijn onderdeel van de Gouden weken. Na de Kerstvakantie zal dit proces nog een keer worden herhaald (de Zilveren weken ). 4. Tijdens de oudergesprekken wordt gevraagd of ouders signalen hebben gekregen dat hun kind anderen pest, gepest wordt of aangeeft dat anderen in de klas of op school gepest worden. 5. Ieder schooljaar wordt er een sociogram van de klas afgenomen. Een sociogram maakt het mogelijk om sociale verbindingen en relaties in een klas zichtbaar te maken. 6. Aan het einde van het schooljaar is er een algemene evaluatie binnen het team van de Angelaschool. Daarbij wordt besproken op het anti-pestprotocol voldoende heeft voorzien in de voorkomende situaties en/of aanpassingen nodig zijn. 7. Groep 5 t/m 8 doet jaarlijks mee aan de nationale week van de Mediawijsheid. Deze week vraagt aandacht voor kritisch, leerzaam en vooral positief mediagebruik. Cyberpesten (via het internet) en de effecten hiervan komen jaarlijks aan bod.

6 Adviezen aan de ouders Ouders van gepeste kinderen: - Houd de communicatie met uw kind open, blijf in gesprek met uw kind. - Door positieve stimulering kan het zelfrespect- en vertrouwen vergroot worden of weer terug komen. - Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport. - Steun uw kind in het idee dat er een einde aan het pesten komt. - Pesten op school kunt u het beste direct met de leerkracht of anti-pestcoördinator - (juffrouw Mirella van Lier en meester Daan Slaats) bespreken. - Als pesten niet op school gebeurt, maar bijvoorbeeld op straat, probeert u contact op te nemen met de ouders van de pester(s) om het probleem bespreekbaar te maken. Ouders van pestende kinderen: - Neem het probleem van uw kind serieus. - Raak niet in paniek: elk kind loopt kans pester te worden. - Probeer achter de mogelijke oorzaak te komen. - Maak uw kind gevoelig voor wat het anderen aandoet. - Besteed extra aandacht aan uw kind. - Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport. - Corrigeer ongewenst gedrag en benoem het goede gedrag van uw kind. - Gebeurt het pesten op school: maak uw kind duidelijk dat u achter de beslissing van school staat. Als de pester niet stopt. Indien genoemde aanpakken niet werken kan er voor schorsing of verwijdering worden gekozen. Een schorsing wordt schriftelijk kenbaar gemaakt aan de ouders en het kind. Ouders ondertekenen voor gezien. Bij een schorsing langer dan één dag worden de inspectie en de leerplichtambtenaar op de hoogte gebracht. Ook bij verwijdering worden ouders schriftelijk op de hoogte gebracht. De betrokken leerkracht, ouders en leerling moeten gehoord worden. De ouders kunnen bezwaar maken bij de schoolleiding. Een definitieve verwijdering vindt pas plaats als een andere school bereid is de leerling toe te laten. In onze schoolgids (bladzijde 44) wordt hier verder op ingegaan.