Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 1 dinsdag 2 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.



Vergelijkbare documenten
Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 dinsdag 2 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo I

Eindexamen wiskunde B1 vwo I

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Achter dit examen is een erratum opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2008-II

Correctievoorschrift VWO

Examen VWO. wiskunde B1,2

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 22 juni uur

Eindexamen wiskunde B1 vwo I

Examen VWO. wiskunde B1

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 20 mei uur

Examen VWO. wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 13 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2007-II

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 16 mei uur

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 18 mei uur

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 24 juni uur

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Dinsdag 22 juni uur

Examen VWO. Wiskunde B Profi

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 21 juni uur

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 donderdag 23 juni 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur

Examen VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2008-II

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2008-II

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 donderdag 9 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Examen VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2004-II

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 maandag 23 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 1 dinsdag 25 mei uur

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2001-II

Examen VWO. tijdvak 31 dinsdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B vwo I

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 19 juni uur

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2004-II

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2008-I

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 24 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur

Examen VWO. Wiskunde B Profi

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-GL en TL 2008 wiskunde CSE GL en TL tijdvak 1 donderdag 22 mei uur

Examen VWO. wiskunde B1,2

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 donderdag 23 juni 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B1,2

Correctievoorschrift VWO

Examen VWO. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 vrijdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen vwo wiskunde B pilot II

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2008-I

Eindexamen vwo wiskunde B pilot 2014-I

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 donderdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-II

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 31 mei uur

Een symmetrische gebroken functie

wiskunde B vwo 2015-II

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 20 mei uur

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 donderdag 23 juni 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 22 juni uur

wiskunde CSE GL en TL

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2005-I

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2006-I

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2.

Examen VWO. wiskunde A1,2

Transcriptie:

Eamen VWO 009 tijdvak dinsdag juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 8 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 80 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden. Als bij een vraag een verklaring, uitleg of berekening vereist is, worden aan het antwoord meestal geen punten toegekend als deze verklaring, uitleg of berekening ontbreekt. Geef niet meer antwoorden (redenen, voorbeelden e.d.) dan er worden gevraagd. Als er bijvoorbeeld twee redenen worden gevraagd en je geeft meer dan twee redenen, dan worden alleen de eerste twee in de beoordeling meegeteld. 95-05-a-VW--o

Over een parabool gespannen In figuur is de grafiek van de functie f met f ( ) = 3 getekend. Tussen twee punten en S die even ver van O op de -as liggen, wordt denkbeeldig een touwtje gespannen dat over deze parabool heen gaat. Het touwtje wordt zo gespannen dat het tussen de punten (, ) en (, ) precies over de parabool ligt; tussen en en tussen en S is het touwtje recht. en S zijn raaklijnstukken aan de grafiek van f. figuur f 3 - O S De -coördinaat van S is. 4p Toon dit aan. 5p Bereken de lengte van het touwtje. In figuur is een vlakdeel grijs gekleurd. Dit vlakdeel wordt ingesloten door de grafiek van f, het lijnstuk S en de -as. figuur f 3 - O S 4p 3 Bereken eact de oppervlakte van dit vlakdeel. 95-05-a-VW--o lees verder

Wachten op de bus Bij een evenement worden mensen vanaf een opstapplaats per bus vervoerd naar de ingang van de evenementenhal. Voortdurend pendelen drie bussen tussen de opstapplaats en de ingang. De reistijd van een bus (van de opstapplaats naar de ingang en terug) is gemiddeld 60 minuten. In figuur is de situatie weergegeven dat na elke 0 minuten een bus vertrekt. Neem aan dat voor mensen die met de bus mee willen, elk aankomsttijdstip op de opstapplaats even waarschijnlijk is. Een bezoeker aan het evenement komt dus met kans in elk van de drie tijdsintervallen tussen de vertrekkende 3 bussen aan en voor elk van die tijdsintervallen is de te verwachten wachttijd 0 minuten. De verwachtingswaarde van de wachttijd is dus 0 + 0 + 0 = 0 minuten. 3 3 3 In figuur is de situatie weergegeven dat de bussen vertrekken met tussenpozen van 0, 0 en 30 minuten. figuur figuur 4p 4 Bereken in de situatie van figuur de verwachtingswaarde van de wachttijd voor een bezoeker aan het evenement. De reistijd van de bussen is normaal verdeeld met een gemiddelde van 60 minuten. Het kan natuurlijk voorkomen dat een rit wat langer of wat korter duurt. Men vindt dit acceptabel zo lang niet meer dan 0% van de ritten langer duurt dan 65 minuten. 4p 5 Bereken de maimale standaardafwijking van de reistijd van een bus waarbij aan deze eis voldaan is. Veronderstel dat de reistijden van de bussen onafhankelijk zijn en alle een standaardafwijking van 3,4 minuten hebben. We bekijken twee opeenvolgende bussen. 4p 6 Bereken de kans dat de eerste bus meer dan 65 minuten over de rit doet en de tweede bus minder dan 55 minuten. Het verschil in reistijd van twee opeenvolgende bussen is normaal verdeeld met standaardafwijking 4,8 minuten. 4p 7 Bereken de kans dat een bus minstens 8 minuten korter over de rit doet dan zijn voorganger. 95-05-a-VW--o 3 lees verder

Een buiteling Een lijnstuk met een lengte van π meter buitelt over een halve cirkel waarvan de straal OE meter is. In figuur zijn de beginstand, twee tussenstanden en de eindstand getekend. Het punt waarin raakt aan de halve eenheidscirkel noemen we. Dus op elk moment staat loodrecht op O en is het lijnstuk even lang als de cirkelboog E. figuur O E beginstand: = O E O E O E eindstand: = Het lijnstuk buitelt zó dat met snelheid m/s over de halve cirkel beweegt. Op tijdstip 0 begint aan de buiteling; dan is het punt nog in het punt E. In de figuur op de uitwerkbijlage is de halve cirkel getekend op schaal : 5. 5p 8 Teken in die figuur het lijnstuk na π seconden. Licht je werkwijze toe. 3 Er wordt een rechthoekig assenstelsel aangebracht zo dat O het punt (0, 0) is en E het punt (, 0). Zie figuur. figuur t t - t E O 95-05-a-VW--o 4 lees verder

In figuur is het lijnstuk op tijdstip t getekend voor een waarde van t tussen 0 en π. Omdat de straal van de halve cirkel m is en de snelheid van gelijk is aan m/s, geldt EO = t (rad) en = t (m). De projectie van op de -as is ' en de projectie van op ' is '. Op elk tijdstip t geldt: ' = O' = t. Figuur staat ook op de uitwerkbijlage. Voor de coördinaten van geldt: () t = cos() t + t sin() t ( t) = sin( t) t cos( t) met 0 t π. 3p 9 Toon de juistheid aan van de formule voor () t met 0 t π. In figuur 3 zijn drie standen van getekend en de gehele baan van. figuur 3 O E De grootte van de snelheid in m/s van het punt na t seconden noemen we vt (). Er geldt: vt ( ) = ( 't ( )) + ( 't ( )). 6p 0 Toon aan dat hieruit volgt: vt () = t. 95-05-a-VW--o 5 lees verder

Acceleratietijd De acceleratietijd van een auto is de tijd die de auto minimaal nodig heeft om vanuit stilstand een snelheid van 00 km/uur te bereiken. 0,07t Voor een bepaalde auto die zo snel mogelijk optrekt, geldt: vt () 50 ( e ) Hierbij is v(t) de snelheid in m/s na t seconden. dv is de versnelling (acceleratie) in m/s. dt De versnelling is het grootst als t = 0. 3p Bereken met behulp van differentiëren die grootste versnelling. =. 4p Bereken de acceleratietijd van de auto. ond je antwoord af op hele seconden. Dozen Deze opgave gaat over dozen die op een bepaalde manier uit een rechthoekig stuk karton worden gemaakt. Denk aan een pizzadoos. Zie figuur. Neem een stuk karton met een breedte van b cm. Wil je een doos maken die cm hoog wordt, dan moet je voor de lengte van het stuk karton b cm nemen. Op zes plaatsen worden vierkantjes van bij cm losgesneden en omgevouwen. De stippellijnen zijn vouwlijnen; de doorgetrokken lijnen zijn snijlijnen. Bodem en deksel zijn allebei vierkant. figuur bodem deksel b Voor de inhoud I( ) van zo n doos, in cm 3, geldt de formule: 3 I( ) = 4 4b + b ( 0 < < b ) 4p 3 Toon de juistheid van deze formule aan. Voor elke positieve waarde van b heeft de inhoud I() een maimale waarde. Dit maimum wordt bereikt voor = b. 4p 4 Toon aan dat deze waarde van juist is. 6 95-05-a-VW--o 6 lees verder

Bridge Het kaartspel bridge wordt gespeeld met een pak van 5 kaarten. Er zijn vier kleuren : klaveren, ruiten, harten en schoppen. Van elke kleur zijn er 3 kaarten:, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 0, Boer, Vrouw, Heer, Aas. Zie onderstaande foto. De hoge kaarten 0, Boer, Vrouw, Heer en Aas heten honneur. In het begin van het spel krijgt een speler aselect 3 kaarten uit het pak: een zogenaamde hand. foto Lord Yarborough (809-897) bood aan om een speler 000 te betalen als de speler een hand kreeg zonder honneurs. De speler moest hem dan wel voor elke andere hand (dus met minstens één honneur) betalen. Een hand zonder honneurs wordt daarom wel een arborough genoemd. 6p 5 Zal dit aanbod op den duur winst opgeleverd hebben voor Lord Yarborough? Licht je antwoord toe. Let op: de laatste vragen van dit eamen staan op de volgende pagina. 95-05-a-VW--o 7 lees verder

Een vuurpijl met tegenwind Een vuurpijl wordt vanaf de grond schuin weggeschoten. Door tegenwind beschrijft de vuurpijl een baan zoals die in figuur getekend is. figuur 50 wind A O B 5 50 75 In deze figuur is een assenstelsel aangebracht met de -as op de grond tegen de windrichting in en de -as verticaal. In O wordt de vuurpijl afgeschoten. In B komt hij weer op de grond. A is het punt van de baan dat het meest naar rechts ligt. We gebruiken voor de baan de volgende formules: voor het eerste deel OA van de baan geldt = 00 + 4 65 0, voor het tweede deel AB van de baan geldt = 00 4 65 0, met en in meter. 7p 6 Bereken op algebraïsche wijze de maimale hoogte die de vuurpijl bereikt. 3p 7 Bereken de -coördinaat van A. 6p 8 Bereken op algebraïsche wijze op welke afstand van O de vuurpijl op de grond komt. 95-05-a-VW--o* 8 lees verder einde