ONDERRICHTINGEN AAN DE REDERIJEN

Vergelijkbare documenten
Administratieve instructies voor reders

ONDERRICHTINGEN AAN DE REDERIJEN

B. In aanmerking komende maritieme gewenningsreizen. C. Formaliteiten en voorwaarden voor inschrijving in de Pool

DETACHERING DEFINITIE = TIJDELIJKE TEWERKSTELLING IN EEN ANDER LAND MAAR ONDERWORPEN BLIJVEN AAN DE SOCIALE ZEKERHEID VAN UW NORMAAL WERKLAND

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:

SAMENVATTING AFGESLOTEN CAO's

Functieclassificatie 1

Inhoudsopgave A. Kapiteins en officieren, tewerkgesteld door een Belgische maatschappij... 11

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 22 maart 2019;

Paritair Comité voor de koopvaardij

Paritair Comité voor de houtnijverheid Houthandel

Functieclassificatie 1

nationale arbeidsraad

Paritair Comité voor de koopvaardij

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Net omdat het nettoloon verschilt, wordt er in loonsonderhandelingen altijd over brutolonen gesproken.

Newsletter. Sociale actualiteit van Augutus. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Augustus. Solutions for Human Resources.

AANVULLING 24 PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE HAVEN VAN ANTWERPEN CODEX LOGISTIEK CONTINGENT

Versie DEEL X Titel II De inhouding voor bijdrage aan de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS )

Zagerijen en aanverwante nijverheden

Paritair Comité voor de koopvaardij

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Duw & Continuvaart. Premie voor ploegwerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2007 (86.235)... 18

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels

EUROPESE COMMISSIE. Steunmaatregel SA (2015/N) België Verlenging van de steun aan de koopvaardijvloot en aan de bagger- en sleepvaartsector

Uittreksel m.b.t. de doelgroepvermindering mentors :

Wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (B.S. 15.I.1969) 65

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

Staatssteun nr. 142/2000 België Steun aan de koopvaardij, de baggersector en de sleepvaart

Model 74(93) - Verklaring over de beroepsactiviteit en de sociale uitkeringen

TITEL I Algemene bepalingen

Dienst. voor de. Bijzondere Socialezekerheidsstelsels

(Inwerking getreden op 1 augustus 2009 Belgisch Staatsblad: 4 augustus 2009)

DEEL III: OFFERTEFORMULIER


I. VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER L), VAN VERORDENING (EG) NR. 883/2004 & DE DATUM VANAF WELKE DE VERORDENING VAN TOEPASSING ZAL ZIJN


OFFERTEFORMULIER Perceel 1

SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN?

Model 74(93) - Verklaring over de beroepsactiviteit en de sociale uitkeringen

: Groenonderhoud in bedrijventerrein Gullegem-Moorsele; uitbreiding noordwest INSCHRIJVINGSBILJET

Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten

WETSVOORSTEL. Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als voorzien in artikel 78 van de Grondwet. Toepassingsgebied.

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels

Aanvraagformulier tot tegemoetkoming voor de loonkosten en/of voor kosten voor diensten voor de individuele huisarts

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1996 Nr. 208

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE BEDIENDEN TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 220. Inhoudstafel Voorwerp Werking in de tijd...

Zagerijen en aanverwante nijverheden

(Inwerking getreden op 1 november 2010 Belgisch Staatsblad: 29 oktober 2010)

Project : VTS-site Collegestraat en O.L.V. plein 9100 Sint-Niklaas Bijzonder bestek nr. : Perceel nr. : Bouwrijp maken en strippen van het gebouw

(B.S ) Uittreksel m.b.t. de doelgroepverminderingen : a) de algemene bepalingen die betrekking hebben op alle bijdrageverminderingen

DEEL III: OFFERTEFORMULIER. : Diverse gebouwen van de Vlaamse Overheid in Vlaanderen en in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE WERKNEMERS TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 302. Inhoudstafel Voorwerp Werking in de tijd...

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 63 VAN 5 MAART 1997 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1997 EN 1998 VAN EEN AANVULLENDE VERGOE-

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 59 VAN 20 DECEMBER 1994 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1995 EN 1996 VAN EEN AANVUL-

Paritair Comité voor de houtnijverheid Houthandel

Aanvraagformulier tot tegemoetkoming voor de loonkosten en/of voor kosten voor diensten voor de individuele huisarts

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 12 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN

Jaarlijkse vakantie: de spelregels

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 36 TER VAN 27 NOVEMBER 1981 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN SOCIALE VOORDELEN TEN LASTE

Newsletter. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources.

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 59 VAN 20 DECEMBER 1994 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1995 EN 1996 VAN EEN AANVUL-

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari 2019

OFFERTEFORMULIER. AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016. open aanbesteding

OPDRACHTGEVEND BESTUUR. Gemeente Lint Koning Albertstraat Lint. BRANDVEILIG MAKEN ontmoetingscentrum De Witte Merel FASE 4

AANVRAAG TOT INSCHRIJVING OP DE LIJST VAN STAGIAIRS - BEROEPSERVARING

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid»

I. De lesgever / sporttechnische of sport(para)medische medewerker wordt aangesteld met een arbeidsovereenkomst

DEEL III: OFFERTEFORMULIER

TITEL I - Algemene bepalingen

OPDRACHTGEVEND BESTUUR : VZW Katholiek Basisonderwijs H. Hart Winterslag-Genk Margarethalaan Genk

Versie DEEL X Titel III De inhouding voor de sociale zekerheid

van Belgische zijde: de heer Dr. Arthur NOKERMAN, Secretaris-generaal van het Ministerie van Sociale Voorzorg,

Reglementnummer: Pagina 1 van 6. Werkgever: gevestigd te.

Plaatsen van vuilroosters, zandvang en aanpassing constructie op de onbevaarbare waterlopen van 2 de categorie in de Provincie Antwerpen

Duw & Continuvaart. Premie voor ploegwerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2007 (86.235)... 29

Geldigheidsdatum: 01/01/2016 Laatste aanpassing: 22/09/ Paritair Comité voor de handel in brandstoffen

Gedifferentieerde interpretatie: sommige auteurs menen dat de uitwinningsvergoeding volledig voor beslag vatbaar is, terwijl het Hof van Cassatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 24 VAN 2 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE PROCEDURE VAN INLICHTING EN RAADPLEGING VAN DE WERKNEMERSVER-

Tariefverordening op evenementen in de haven

OFFERTEFORMULIER. Leveren en plaatse afstandsbewaking op technische infrastructuur waterlopen 2 de categorie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar Nr. 391 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

De Vennootschap (Handelsnaam of benaming, rechtsvorm, nationaliteit, zetel) :

I. De lesgever / sporttechnische medewerker wordt aangesteld met een arbeidsovereenkomst

Gelet op de aanvraag van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van 20 juli 2007;

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN

Formulier 2015 (Aanvraag loonkosten/kosten voor diensten 2014)

Brussel, 9 december 2010 (OR. fr) ASSOCIATIE TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN MAROKKO UE-MA 2706/10

Halftijds brugpensioen

Aanvraagformulier tot tegemoetkoming voor de loonkosten en/of voor kosten voor diensten voor de individuele huisarts

(Inwerkingtreding , gepubliceerd in BS van )

AANVRAAG TOT IDENTIFICATIE VAN EEN BTW-EENHEID (formulier 606 A)

Transcriptie:

ONDERRICHTINGEN AAN DE REDERIJEN SOCIALE ZEKERHEID ZEELIEDEN TER KOOPVAARDIJ Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden Openbare instelling van sociale zekerheid onder toezicht van de Minister van Sociale Zaken Frankrijklei 81 83 bus 4 2000 Antwerpen tel.: 03-220 74 61 fax: 03-220 74 66

Inhoud INHOUD INLEIDING II IV 1. TOEPASSINGSGEBIED 1 1 a) Beginsel vlag 1 1 1. Algemeen 1 1 2. Schepen onder de vlag van een EU-lidstaat 1 1 3. Schepen onder Belgische vlag 1 1 4. Schepen onder Luxemburgse vlag 1 2 5. Ex-RMT schepen 1 2 b) Uitzondering beginsel vlag 1-2 1. Op grond van internationale verordeningen en verdragen 1-2 a)voor de EU, met inbegrip van Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Zwitserland:1-2 b)voor andere Staten waar België bilaterale akkoorden mee heeft afgesloten 1-2 2. Op grond van de Belgische wetgeving 1-3 2. BIJDRAGEREGELING 2 1 a) Basis waarop de bijdragen berekend worden 2 1 Socialezekerheidsbijdragen 2 1 Arbeidsongevallenpremie 2 1 b) Extrawettelijke bijdragen 2 1 c) Bijkomende premie bij verblijf in een oorlogszone 2 2 d) Overzicht van de bijdragen 2 2 Werknemersbijdragen 2 2 Werkgeversbijdragen 2 3 Premie arbeidsongevallen 2 3 e) Bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid 2 3 f) Vermindering van de werknemersbijdragen voor werknemers met lage lonen 2 4 g) Vrijstellingen 2 4 3. AANGIFTEN 3 5 a) Inhoud van de aangifte 3 5 b) Bijkomende aangifte 3 5 c) Aangiftetermijn 3 1 d) Aangifteformulieren 3 1 e) Informatie betreffende de situatie van de zeeschepen 3 1 4. BETALING 4 1 a) Betalingstermijn 4 1 b) Betalingswijze 4 1 c) Aansprakelijkheid 4 1 5. SANCTIES 5 1 a) Burgerlijke sancties 5 1 b) Strafrechtelijke sancties 5 1 09-03-2011 ii

6. VERJARINGSTERMIJN 6 1 7. FORMULIEREN 7 1 a) Model aangiftestaat 7 2 b) Model bijkomende aangifte Belgische vlag 7 1 c) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen Belgische vlag 7 1 d) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen EU-registers 7 1 e) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen niet-eu-registers 7 2 f) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen Belgische vlag 7 3 Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen Belgische vlag 7 1 g) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen EU-registers 7 2 h) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen niet-eu-registers 7 3 i) Formulier E101 (aanvraag detachering) Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. j) Luxemburgse vlag: inlichtingen te verstrekken door de rederij 7 4 k) Aanvraag tot onderwerping van een zeeschip onder vreemde vlag 7-16 l) Tabel bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid 7 7 m) Basislonen voor de berekening van de premies arbeidsongevallen 7 8 8. RECHTSBRONNEN 8 1 a) Koninklijk besluit van 24 oktober 1936 houdende wijziging en samenordening van de statuten van de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden 8 1 b) Besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij 8 3 c) Verordening (EEG) nr. 1408/71 Raad 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen 8 6 d) Wet van 10 april 1971 betreffende de arbeidsongevallen 8 8 e) Koninklijk besluit van 28 december 1971 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake toepassing van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 op de zeelieden 8 10 f) Koninklijk besluit van 21 december 1971 houdende uitvoering van sommige bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 8 12 g) Koninklijk besluit van 30 december 1976 getroffen in uitvoering van artikel 59bis van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 8 13 h) Koninklijk besluit van 30 december 1976 tot uitvoering van sommige bepalingen van artikel 59quater van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 8 14 i) Reglement van 21 december 1989 vastgesteld in toepassing van artikel 10, 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 december 1976 tot uitvoering van artikel 59 quater van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 8 15 j) Communautaire richtsnoeren betreffende staatssteun voor het zeevervoer (2004/C 13/03) van 17 januari 2004 8 16 k) Koninklijk besluit van 13 januari 2014 houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversen werknemersbijdragen ten behoeve van de ondernemingen behorende tot de sector van de koopvaardij en de zeesleepvaart sector 8 18 l) Koninklijk besluit van 15 mei 2003 tot uitvoering van artikel 2 van de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij 8 18 09-03-2011 iii

Inleiding De RSZ-wet bepaalt dat de algemene socialezekerheidsregeling van de werknemers geen toepassing vindt op de zeelieden ter koopvaardij. De specifieke arbeidsvoorwaarden inherent aan het beroep van zeeman en de maritieme tradities en eigenheden nopen tot een bijzonder stelsel van sociale zekerheid voor de werknemers tewerkgesteld aan boord van zeeschepen die door een maritieme arbeidsovereenkomst met een reder ter koopvaardij verbonden zijn. De sociale zekerheid van de sector van de koopvaardij is geregeld door de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij. In het licht van de tendens van de uitvlagging naar Luxemburg werd in 1991 het toepassingsgebied conform de EEG-Verordening 1408/71 uitgebreid tot de in de Pool van de zeelieden ter koopvaardij ingeschreven zeelieden die tewerkgesteld zijn op Luxemburgse schepen. De wetgever heeft zelfs de mogelijkheid geboden de bemanningsleden te onderwerpen aan de Belgische sociale zekerheid in geval van tewerkstelling onder vreemde vlag door bemiddeling van een Belgische rederij. Bij koninklijk besluit van 18 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de ontbinding van de Regie voor Maritiem Transport werden de varende werknemers in dienst van een vennootschap bedrijvig in het maritiem transport van en naar een EUlidstaat onder het sz-regime van de koopvaardij gebracht. Deze evolutie heeft een herziening en bijwerking van de onderrichtingen uitgegeven door de administratie van de HVKZ noodzakelijk gemaakt. De sociale zekerheid van de andere maritieme bedrijfstakken (visserij) valt buiten het bestek van deze onderrichtingen. * * * Zoals hierboven reeds vermeld, is het Belgische socialezekerheidsstelsel niet alleen op Belgische schepen van toepassing. Het volledige toepassingsgebied wordt in het eerste hoofdstuk omschreven. De verschillende bijdragen verschuldigd door de zeelieden en de reders, in te houden op het loon van de zeeman door de reder, zijn gegrond op wetten en besluiten. Zij worden in een overzicht samengebracht. De wettelijk vastgestelde verminderingen en/of vrijstellingen binnen de grenzen gesteld door de EG-richtsnoeren betreffende overheidssteun voor het zeevervoer, worden besproken. De aangifte- en betalingstermijnen zijn verbonden met de specifieke omstandigheden in de zeevaart. De reder kan gesanctioneerd worden indien hij zijn verplichtingen niet nakomt. In bepaalde gevallen kan vrijstelling van verwijlintresten en bijdrageopslagen door het Beheerscomité van de HVKZ toegestaan worden. Zowel voor de aanvraag tot onderwerping als voor de aangifte moeten bepaalde formulieren gebruikt worden. Voorbeelden daarvan vindt u in bijlage. 09-03-2011 iv

Tenslotte worden enkele uittreksels opgenomen uit de belangrijkste rechtsbronnen voor de Belgische sociale zekerheid voor de zeelieden ter koopvaardij. Deze onderrichtingen worden wanneer nodig bijgewerkt en zijn ook raadpleegbaar via internet op het adres http://www.hvkz.fgov.be. 09-03-2011 v

1. Toepassingsgebied a) Beginsel vlag 1. Algemeen Grondslag: Verdrag volle zee, art. 5 UNO zeerechtverdrag 1982, art. 94 De vlagstaat stelt de regels vast betreffende het toezicht in administratieve, technische en sociale aangelegenheden aan boord van de schepen die zijn vlag voeren. Dit betekent dat de sociale zekerheid van de werknemers tewerkgesteld aan boord van zeeschepen bepaald wordt door de wetgeving van de vlagstaat. 2. Schepen onder de vlag van een EUlidstaat Grondslag: EG Verordening 883/04, art. 11.4 Al dan niet in loondienst verrichte werkzaamheden die normaliter plaatsvinden aan boord van een zeeschip dat onder de vlag van een lidstaat vaart, worden beschouwd als werkzaamheden die worden verricht in die lidstaat. 3. Schepen onder Belgische vlag Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 2 Onverminderd het bepaalde in internationale overeenkomsten en verordeningen zijn de reders ter koopvaardij en de zeelieden die zij tewerkstellen aan boord van een zeeschip dat vaart onder de Belgische vlag onderworpen aan het Belgische socialezekerheidsstelsel van de zeelieden ter koopvaardij. Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder: a) zeelieden: de werknemers die door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn met een reder ter koopvaardij om arbeid te verrichten aan boord van zeeschepen; b) reder ter koopvaardij: iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die, onder Belgische vlag en met winstoogmerk, een zeeschip bestemd voor het vervoer van personen of zaken uitrust, onafgezien van de rechtstitel die hij op dit laatste bezit, evenals elke vennootschap bedoeld in artikel 2quater. c) zeeschip: elk schip gebruikt of geschikt of bestemd om te worden gebruikt op zee. Kunnen uitgesloten worden van het toepassingsgebied van de besluitwet van 7 februari 1945: - de zeelieden die hun woon- of verblijfplaats niet in een Europese lidstaat hebben; - de zeelieden die hun woon- of verblijfplaats in een land hebben waarmee België geen sociale zekerheidsverdrag heeft afgesloten. Deze uitsluiting is echter afhankelijk van het vervullen van de volgende voorwaarden: Grondslag: K.B. 15/05/2003 - bedoelde zeelieden zijn voor de sociale risico s verzekerd in hun land van herkomst; of 09-03-2011 1 1

- de reder heeft voor bedoelde zeelieden een verzekeringsovereenkomst aangegaan die voldoet aan de standaarden omschreven in de conventies nummer 55 en 56 van de Internationale Arbeidsorganisatie. 4. Schepen onder Luxemburgse vlag Grondslag: EEG Verordening 1408/71, art. 17 Het Belgisch-Luxemburgse Akkoord van 25 maart 1991 bepaalt dat de zeelieden die ingeschreven zijn in de Belgische Pool van de zeelieden ter koopvaardij hun rechten in het Belgische socialezekerheidsstelsel behouden in afwijking op het beginsel van de vlag indien zij tewerkgesteld worden aan boord van een schip dat vaart onder Luxemburgse vlag. 5. Ex-RMT schepen Grondslag: EEG Verordening 1408/71, art. 17 B.W. 07/02/1945, art. 2 quater Ook de varende werknemers die na 1 januari 1997 tewerkgesteld zijn aan boord van een onder Luxemburgse vlag varend zeeschip dat uitgerust is door een vennootschap die bedrijvig is in het maritiem transport van en naar een lidstaat van de Europese Unie (ex-rmt) zijn wat betreft de bijdrageregeling onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid (BW 07/02/1945, art. 2quater). b) Uitzonderingen op beginsel vlag Grondslag: EEG Verordening 1408/71 art. 14ter, 17 EG Verordening 883/04 art. 11, 16 1. Op grond van internationale verordeningen en verdragen a) voor de EU, met inbegrip van Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Zwitserland: De zeelieden tewerkgesteld op een zeeschip dat vaart onder de vlag van een lidstaat van de EU, met inbegrip van Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Zwitserland, die in België wonen en die uitbetaald worden door een onderneming of persoon die haar zetel of domicilie in België heeft zijn onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid. De vaststelling van de toepasselijke wetgeving wordt aangetoond met het formulier E 101. Zeelieden die onderworpen zijn aan de Belgische sociale zekerheid en die gedetacheerd worden naar een schip varend onder de vlag van een lidstaat van de EU, blijven onderworpen aan het Belgische sociale zekerheidsstelsel. De detachering kan voor een periode van maximaal 24 maanden en de vaststelling van de toepasselijke wetgeving blijkt uit het formulier E 101. Zeelieden die gedetacheerd worden naar een schip varend onder de vlag van Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Zwitserland kunnen dit voor de duur van één jaar (door middel van een formulier E 101), verlengbaar met de duur van één jaar (door middel van het formulier E102). Voor detacheringen die langer dan 24 maanden duren dienen de bevoegde autoriteiten van twee of meer lidstaten een akkoord af te sluiten. b) voor andere Staten waar België bilaterale akkoorden mee heeft afgesloten 09-03-2011 1 2

België heeft bilaterale akkoorden inzake sociale zekerheid afgesloten met verschillende Staten waarin bepalingen zijn opgenomen in verband met de toepasselijke wetgeving. Zo is voor de akkoorden met Bosnië, Chili, Marokko, Turkije, Uruguay en de Verenigde Staten de vlag bepalend voor het sociale zekerheidsstelsel waaraan men onderworpen is. Voor de verdragen met Australië, Filippijnen, India en Macedonië is de woonplaats van de werknemer bepalend voor het sociale zekerheidsstelsel waaraan men onderworpen is. Voor de verdragen met Canada, Quebec, Japan en Zuid-Korea is de vestiging van de werkgever bepalend voor het sociale zekerheidsstelsel waaraan men onderworpen is. Deze akkoorden voorzien meestal ook in de mogelijkheid om werknemers te detacheren. Voor meer informatie betreffende de inhoud van de bilaterale akkoorden zie website: www.socialsecurity.be 2. Op grond van de Belgische wetgeving Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 2bis, b Zeelieden verbonden door een arbeidsovereenkomst met een natuurlijke persoon of rechtspersoon die met winstoogmerk door bemiddeling van een Belgische reder, zeelieden tewerkstelt aan boord van schepen varend onder vreemde vlag (dus niet EU, Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Zwitserland of een ander land waarmee België een verdrag inzake sociale zekerheid mee heeft afgesloten) worden onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid onder volgende voorwaarden: 1. De tewerkstelling gebeurt via een Belgische bemiddelende rederij die tegenover de HVKZ aan de sz-verplichtingen voldoet. 2. De Belgische bemiddelende rederij dient een aanvraag in bij het Beheerscomité van de HVKZ tot onderwerping van deze schepen. 3. De zeelieden die zullen aangeworven worden, moeten ingeschreven zijn op de Poollijst vermeld in artikel 1bis, 1 van de Besluitwet van 7 februari 1945. De zeelieden mogen niet onderworpen zijn aan een buitenlands socialezekerheidsstelsel, i.c. dat van de vlaggestaat. 4. Het Beheerscomité van de HVKZ beslist over de aanvraag. Deze onderwerping kan toegestaan worden voor de termijn van maximum één jaar, maar is jaarlijks hernieuwbaar. De Belgische bemiddelende reder wordt als reder beschouwd voor de betaling van de sociale zekerheidsbijdragen aan de HVKZ. 09-03-2011 1 3

2. Bijdrageregeling a) Basis waarop de bijdragen berekend worden Socialezekerheidsbijdragen Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 3 KB 13/01/2014 De socialezekerheidsbijdragen worden berekend op basis van het loon van de zeeman. Onder loon van de zeeman wordt verstaan: de standaardgage vermeerderd met de overuren en met alle vergoedingen toegekend aan de betrokkene. De bijdragen van zeelieden die tewerkgesteld zijn op zeeschepen die geregistreerd zijn in een lidstaat van de E.E.R, worden berekend op het loon van de zeeman, geplafonneerd op het bedrag geldend in de pensioenregeling en van toepassing gedurende het kalenderjaar voorafgaand aan het lopend jaar. Het jaarplafondloon voor het jaar 2015 is vastgesteld op 53.528,57 EUR. Bovenvermeld plafond geldt voor de bijdragen van zeelieden die tewerkgesteld zijn door een werkgever die behoort tot de sector van de baggerwerken op zee, op zeewaardige baggerschepen met eigen voortstuwing die ingericht zijn voor het vervoer van een lading over zee, waarvoor een zeebrief wordt voorgelegd en die geregistreerd zijn in een lidstaat van de E.E.R, voor zover zij minstens 50% van hun bedrijfstijd vervoer op zee verrichten. Bovenvermeld plafond geldt eveneens voor de bijdragen van zeelieden die tewerkgesteld zijn op zeewaardige sleepboten, die geregistreerd zijn in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte, die minstens 50% van hun bedrijfstijd vervoer op zee verrichten. Een evenredig deel van de wachttijd wordt in aanmerking genomen als zeevervoer voor de berekening van de bedoelde drempel van 50%. Arbeidsongevallenpremie Grondslag: W. 10/04/1971 De premie arbeidsongevallenverzekering en de bijslag reclassering mindervaliden worden berekend op een forfaitair basisloon in functie van de rang van de zeeman. Vanaf 2013 wordt dit forfaitair basisloon vastgesteld volgens de tabel op p. 7-18. b) Extrawettelijke bijdragen De extrawettelijke bijdragen ter financiering van de Fondsen bestaanszekerheid in de Belgische koopvaardij zijn verschuldigd hetzij in de vorm van de heffing van een bijdragepercentage op het sz-loon, hetzij in de vorm van een vast bedrag per dag waarvoor de wettelijke sz-bijdragen verschuldigd zijn. De HVKZ informeert alleen de rederijen over de verschuldigde extrawettelijke bijdragen maar staat niet in voor de invordering ervan. 01-10-2014 2 1

c) Bijkomende premie bij verblijf in een oorlogszone of risico van piraterij Grondslag: K.B. 28/12/1971, art. 6bis -Door de reders ter koopvaardij is vanaf 15 juni 2015 een bijkomende premie verschuldigd aan het Fonds voor arbeidsongevallen voor het risico van piraterij ten belope van 0.164% per man per dag verblijf in de zone verhoogd risico zoals bepaald in de beslissing van het Paritair Comité voor de Koopvaardij van 21 april 2015 tot activering van de CAO voor piraterij: dwz: de Golf van Aden + 400 nautische mijl van de Oostkust van Somalië met als grenzen: o Ten westen: kustlijn op de grens van Djibouti en Somalië tot positie 11 48 N, 45 E; van 12.00N, 45 E tot Mayyun Island in de Bab El Mandeb Straits. o Ten Oosten: van Rhiy di-irisal tot Suqutra Island tot positie 14 18 N, 53 E, van 14.30 E tot de kustlijn aan de grens tussen Jemen en Oman, samen met een 400 mijl zone vanaf de oostkust van Somalië i.e. van Suqutra Island naar beneden tot de grens met Kenia in het Zuiden. -Een bijkomende premie voor verblijf in een zone met hoger risico op piraterij van 0.164% op het basisloon per man per dag verblijf is vanaf 7 juli 2015 verschuldigd voor verblijf in de Golf van Guinea, meer bepaald de territoriale wateren van Benin en Nigeria met inbegrip van de havens en terminals, het deltagebied van de Niger rivier, de binnenwateren en havenfaciliteiten, met uitzondering wanneer het schip veilig is afgemeerd in een bewaakt havengebied.. De dag van invaart in en de dag van uitvaart uit de zone gelden beide als een volledige dag, behalve indien in- en uitvaart plaatshebben tijdens dezelfde dag. -Een bijkomende premie voor verblijf in een oorlogszone van 0.328% op het basisloon per man per dag verblijf is vanaf 7 juli 2015 verschuldigd voor verblijf in alle havens van Jemen: een schip wordt geacht zich in de oorlogszone te bevinden vanaf het ogenblik dat het aangemeerd is tot het de ligplaats verlaten heeft. De dag van invaart in en de dag van uitvaart uit de oorlogszone (..) gelden beide als een volledige dag, behalve indien in- en uitvaart plaatshebben tijdens dezelfde dag. d) Overzicht van de bijdragen Werknemersbijdragen Tak Grondslag Percentage Pensioenen B.W. 07/02/1945 9% (art. 3, 2, 1 ) Geneeskundige verzorging B.W. 07/02/1945 3,55% (art. 3, 2, 3 ) Uitkeringen B.W. 07/02/1945 1,10% 1,15% (art. 3, 2, 2 ) voor RMT Werkloosheid B.W. 07/02/1945 0,87% (art. 3, 2, 4 ) Bijzondere bijdrage sociale Wet 30/03/1994 zie e) zekerheid (art. 106-112) Bijzondere solidariteitsbijdrage op winstdeelname B.W. 07/02/1945 (art. 3, 3 quinquies) 13,07% 14,52% 14,57% voor RMT 01-10-2014 2 2

Werkgeversbijdragen Tak Grondslag Percentage basiswerkgeversbijdrage B.W. 07/02/1945 (art. 3, 3, 1 ) 27,04% Asbestfonds K.B. 11/05/2007 0,01% B.S. 29/05/2007 Fonds Sluiting Ondernemingen wet 26/06/2002 Basisbijdrage >= 20 werkn. : 0,15% < 20 werkn. : 0,18% Bijzondere bijdrage 0,13% 27,05% Extralegale pensioenen B.W. 07/02/1945 8,86% (art. 3, 3ter) Niet-recurrente Wet 29 juni 1981 33% + 13,07% Resultaatsgebonden voordelen (art. 38, 3 novies) plafond 2016: 3.219 (>3.219 : 27,04%+14,57%) Jaarlijkse vakantie B.W. 07/02/1945 15,72% * scheepsgezellen/shoregangers (art. 3, 3, 2 ) * 6% + navordering van 9,72% Premie arbeidsongevallen ((EUR Tak Grondslag Percentage Arbeidsongevallenpremie & K.B. 28/12/1971, art. 6, 2 reclassering mindervaliden K.B. 05/07/1963, art. 128 - EU-register K.B. 07/05/1999, art. 1 2,08% - niet-eu-register/ K.B. 15/09/2006, art. 5 5,60% niet-zeevervoer ( jumpers ) e) Bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid Grondslag: wet 30/03/1994 De wet van 30 maart 1994 voert een bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid in ten laste van de werknemers. Deze bijdrage varieert naargelang de grootte van het loon van de werknemer, en zijn gezinstoestand (alleenstaand of een gezin met twee inkomens). Het bedrag van de bijdrage staat in verhouding tot het jaarlijks belastbare gezinsinkomen. De administratie der directe belastingen doet jaarlijks de definitieve 01-10-2014 2 3

afrekening bij de belastingheffing. De aan de HVKZ betaalde bedragen zijn dus voorschotten op de jaarlijks verschuldigde bijdrage. De inhouding gebeurt op het netto maandloon van de werknemer. De inhouding bedraagt (zie ook tabel op pagina 7-14): 9,30 EUR voor de werknemer van wie de echtgenoot eveneens beroepsinkomsten heeft en van wie het maandloon begrepen is in de schijf van 1.095,10 EUR tot 1.945,38 EUR; 7,60 % van het gedeelte van het maandloon dat 1.945,38 EUR overschrijdt en dat begrepen is in de schijf van 1.945,38 EUR tot 2.190,18 EUR. Voor de werknemer van wie de echtgenoot eveneens beroepsinkomsten heeft bedraagt de inhouding echter minimum 9,30 EUR; 18,60 EUR verhoogd met 1,10 % van het gedeelte van het maandloon dat 2.190,18 EUR overschrijdt en voorzover dit maandloon begrepen is in de schijf van 2.190,19 EUR tot 6.038,82 EUR. Voor de werknemer van wie de echtgenoot eveneens beroepsinkomsten heeft, mag de totale inhouding evenwel niet meer dan 51,64 EUR per maand belopen; 51,64 EUR voorzover het maandloon meer dan 6.038,82 EUR bedraagt en voorzover de echtgenoot van de werknemer eveneens beroepsinkomsten heeft; 60,94 EUR voorzover het maandloon meer dan 6.038,82 EUR bedraagt en voorzover de werknemer alleenstaande is of zijn echtgenoot geen beroepsinkomsten heeft. f) Vermindering van de werknemersbijdragen voor werknemers met lage lonen (werkbonus) Grondslag: wet 20/12/1999 De wet van 20 december 1999 voert, met ingang van 1 juli 2000, een systeem in van vermindering van de werknemersbijdragen, met als doel werknemers met een laag loon een groter nettoloon te garanderen, zonder daarbij het brutoloon te verhogen. De vermindering bestaat uit een forfaitair bedrag dat geleidelijk vermindert naarmate het loon groter wordt. De vermindering wordt jaarlijks berekend door de diensten van de HVKZ en aan de reder meegedeeld. g) Vrijstellingen Grondslag: K.B. 13/01/2014, art. 2 BVR13/11/2015, art.2 Reders met een exploitatiezetel op het grondgebied van het Vlaamse Gewest van schepen die geregistreerd zijn in een register van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte * zijn vrijgesteld van werkgeversbijdragen ten aanzien van alle takken en regelingen waarvoor de HVKZ de inning van de bijdragen voorziet, met uitzondering van: - basiswerkgeverbijdrage: 0,05% - asbestfonds: 0,01% 01-10-2014 2 4

- jaarlijkse vakantie (scheepsgezellen/shoregangers): 15,72% - extralegale pensioenen (op door de werkgever gestorte bedragen): 8,86% - niet-recurrente resultaatsgebonden voordelen: 33% +13,07% Hetzelfde geldt voor tewerkstelling door een reder die behoort tot de baggervaartsector, op zeewaardige baggerschepen met eigen voortstuwing die ingericht zijn voor het vervoer van een lading over zee, waarvoor een zeebrief wordt voorgelegd en die geregistreerd zijn in een lidstaat van de E.E.R, voor zover zij minstens 50% van hun bedrijfstijd vervoer op zee verrichten. Hetzelfde geldt voor tewerkstelling door een reder op zeewaardige sleepboten, die minstens 50% van hun bedrijfstijd vervoer op zee verrichten. Een evenredig deel van de wachttijd wordt in aanmerking genomen als zeevervoer voor de berekening van de bedoelde drempel van 50%. * Als registers van de lidstaten worden beschouwd: Grondslag: EEG-richtsnoeren 2004/C 13/03, bijlage - alle eerste registers van de lidstaten - de volgende registers die in lidstaten gelokaliseerd zijn en onderworpen zijn aan het recht ervan: o DIS: het Deense internationale scheepsregister o ISR: het Duitse internationale scheepsregister o MAR: het internationale scheepsregister van Madeira o Het Italiaanse internationale scheepsregister o het register van de Canarische eilanden - de registers van de Kerguelen, de Nederlandse Antillen, het eiland Man, Bermuda, Cayman (onder de voorwaarden zoals bepaald in punt 2.2, tweede alinea, van de Richtsnoeren) - register van Gibraltar. 3. Aangiften a) Inhoud van de aangifte Grondslag: K.B. 13/01/2014, art 4 De reder moet aangifte doen van: - het aantal dagen waarvoor de socialezekerheidsbijdragen verschuldigd zijn, d.i.: 1. elke vaart- en bijwerkdag voor zeevarenden; 2. elke arbeidsdag voor shoregangers; 3. elke dag waarvoor opzeggingsvergoeding verschuldigd is. - het maandelijks betaalde brutoloon met betrekking tot voormelde dagen waarop de zeeman recht heeft, d.i. zijn standaardgage vermeerderd met overuren en vergoedingen, opzegvergoedingen inbegrepen. b) Bijkomende aangifte Grondslag: K.B. 15/05/2003 In het geval van tewerkstelling aan boord van een zeeschip varend onder de Belgische vlag van zeelieden die hun woon- of verblijfplaats niet in een Europese lidstaat hebben of niet in een land waarmee België een verdrag heeft gesloten, dient de reder naast de gebruikelijke aangifte de volgende informatie aan de HVKZ over te maken: - aanduiding van het zeeschip waarop voormelde categorie van zeelieden aan boord waren; - namen van de zeelieden in kwestie; - vermelding of het betrokken bemanningslid verzekerd was via een verzekering van het land van herkomst of via een verzekering aangegaan door de reder. 01-10-2014 3 5

De reder is verplicht alle nodige gegevens en elementen aan de HVKZ over te maken waaruit kan afgeleid worden dat betrokken zeelieden deugdelijk verzekerd zijn. c) Aangiftetermijn Grondslag: K.B. 24/10/1936, art. 16 De aangifte inzake sociale zekerheid moet ingediend worden per schip, in principe vóór het einde van de maand volgend op de maand van het einde van de reis. De reis wordt als beëindigd beschouwd wanneer een zeeschip aanlegt in een BLEUhaven (d.i. een haven in de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie). Wanneer achtereenvolgens in verschillende havens wordt aangelegd, geldt de inschepingshaven als haven waar de aangifteverplichting ontstaat. Wanneer het schip na het verloop van zes maanden geen BLEU-haven aandoet, is de reder verplicht aangifte te doen vóór het einde van de maand volgend op de maand waarin de periode van zes maanden verstrijkt. De prestaties andere dan vaart, zoals bijwerk en shoregangtaken, dienen per maand aangegeven te worden. Heeft de aangifte betrekking op een reis met ononderbroken arbeidsprestaties in twee opeenvolgende kalenderjaren, dan moet zowel het tijdvak tot 31 december als het tijdvak vanaf 1 januari op twee aparte documenten ingevuld worden. d) Aangifteformulieren De aangiften van de arbeidsprestaties door de rederijen moeten gebeuren op de daartoe door de HVKZ afgeleverde formulieren. Andere door de rederijen ontworpen documenten kunnen gebruikt worden mits voorafgaandelijke toestemming vanwege de administratie. De aangiften moeten gedagtekend en ondertekend worden door de gevolmachtigde van de vennootschap/rederij die schuldenares is van de bijdragen. e) Informatie betreffende de situatie van de zeeschepen De reders zijn verplicht maandelijks de ligging of de situatie van de schepen mee te delen aan de HVKZ. Daartoe moeten de verantwoordelijke rederijen opgave doen van o.a. datum van vertrek en/of aankomst in een BLEU-haven, verkoop, opleggingsperiode (bv. ingevolge een faillissement). 12-9-2003 3 1

4. Betaling a) Betalingstermijn Grondslag: K.B. 24/10/1936, art. 16 De rederij moet de betaling van de bijdragen verrichten binnen dezelfde termijn als die geldt voor de aangiften. Een uitzondering op de regel betreft de bijslag inzake de jaarlijkse vakantie: - De bijdrage van 9,72% die betrekking heeft op de lonen die uiterlijk in de maand maart volgend op het vakantiedienstjaar moeten aangegeven worden, moet betaald worden uiterlijk op 30 april van het vakantiejaar na de toezending (vóór 15 april) van het debetbericht door de HVKZ. - De bijdrage van 9,72% die betrekking heeft op de lonen die aangegeven worden ná de maand maart, moet betaald worden vóór het einde van de maand waarin de HVKZ het debetbericht aan de reder toezendt (de toezending gebeurt vóór de 15 de van de maand na de ontvangst van de afrekening). b) Betalingswijze De betaling van de verschuldigde bijdragen moet gebeuren door overschrijven op rekening nummer BE18 6790 1568 1765 op naam van de HVKZ Sociale Zekerheid. c) Aansprakelijkheid Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 3, 5, derde lid De reder is aansprakelijk zowel voor de betaling van zijn eigen bijdrage als voor die van de zeeman. 26-11-2002 4 1

5. Sancties a) Burgerlijke sancties Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 12 - De reder is een nalatigheidsvergoeding verschuldigd indien de aangifte niet binnen de voorgeschreven termijn werd ingediend. Deze bedraagt 165,26 EUR per 50 of gedeelte van 50 zeelieden waarop de laattijdige aangifte betrekking heeft en is opnieuw verschuldigd voor iedere bijkomende maand vertraging. - De reder die de bijdragen niet binnen de voorgeschreven termijn stort, is aan de HVKZ op de som van de niet tijdig gestorte bijdragen verschuldigd: 1) een verwijlintrest vastgesteld bij koninklijk besluit die niet hoger mag zijn dan de wettelijke rentevoet; het koninklijk besluit van 26 oktober 2001 stelt dat de wettelijke verwijlintrest verschuldigd is zoals bepaald bij artikel 2 van de wet van 5 mei 1865 betreffende de lening tegen intrest. De wettelijke intrest bedraagt voor 2014 2,75 %; 2) een bijdrageopslag van 10% indien de vertraging één maand te boven gaat. - Onder bepaalde voorwaarden (overmacht of uitzonderlijke omstandigheden) kan het Beheerscomité van de HVKZ vrijstelling of vermindering van de nalatigheidsvergoedingen, de bijdrageopslagen en de verwijlintresten verlenen. b) Strafrechtelijke sancties Zie Besluitwet van 07/02/1945, art. 12bis tot en met 12quinquies. Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 12bis, quinquies 09-03-2011 5 1

6. Verjaringstermijn De vorderingen van de HVKZ op de reders verjaren na drie jaar. Grondslag: B.W. 07/02/1945, art. 12, 4 Deze verjaringstermijn wordt verlengd tot zeven jaar, wanneer de vorderingen van de HVKZ het gevolg zijn van ambtshalve regularisaties na de vaststelling van bedrieglijke handelingen of valse of opzettelijk onvolledige verklaringen door de reder. De vorderingen ingesteld tegen de HVKZ tot terugvordering van niet-verschuldigde bijdragen verjaren na drie jaar, die ingaan op de dag van de betaling. In geval van bedrieglijke onderwerping aan de sociale zekerheid voor zeelieden ter koopvaardij, beschikt de HVKZ over een termijn van zeven jaar vanaf de eerste dag van het trimester dat volgt op het trimester waarin de inbreuk zich heeft voorgedaan, om over te gaan tot de nietigverklaring van deze bedrieglijke onderwerpingen of tot ambtshalve onderwerping bij de werkelijke reder. De eventuele terugbetaling van bijdragen geldt voor een periode van maximum drie jaar. Voor de vorderingen van de HVKZ op de reders die met toepassing van de vroegere verjaringstermijn van vijf jaar nog niet verjaard zijn op 1 januari 2009, maar met toepassing van de verjaringstermijn van drie jaar wel verjaard zijn, wordt de datum van verjaring vastgesteld op 1 januari 2009. 01-01-2016 6 1

7. Formulieren a) Model aangiftestaat b) Model bijkomende aangifte Belgische vlag c) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen Belgische vlag d) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen EU-registers e) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen niet-eu-registers f) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen Belgische vlag g) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen EU-registers h) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen niet-eu-registers i) Aanvraag detachering j) Luxemburgse vlag: inlichtingen te verstrekken door de rederij k) Aanvraag tot onderwerping van een zeeschip onder vreemde vlag l) Tabel bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid m) 01-01-2016 7 1

a) Model aangiftestaat 01-01-2016 7 2

b) Model bijkomende aangifte Belgische vlag BIJKOMENDE AANGIFTE BEMANNINGSLEDEN NIET ONDERWORPEN AAN DE BELGISCHE SOCIALE ZEKERHEID (K.B. 15/05/2003) Naam rederij:... Naam schip:... Periode:... Onderstaande bemanningsleden zijn verzekerd conform de wetgeving dienaangaande. Naam en voornaam Nationaliteit Geboortedatum Rang Periode van tot Ondergetekende,..., handelend in de hoedanigheid van werkgever, lasthebber of agent, verklaart dat de op deze aangiftestaat voorkomende inlichtingen oprecht en juist zijn...., de... STEMPEL REDERIJ HANDTEKENING c) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen Belgische vlag 01-01-2016 7 1

d) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen EU-registers 01-01-2016 7 1

e) Berekeningsblad Model A: Socialezekerheidsbijdragen niet-euregisters 01-01-2016 7 2

f) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen Belgische vlag Toepasselijk vanaf 1.1.2016 BELGISCHE VLAG I. ZEEVARENDEN ONDERWORPEN AAN DE BELGISCHE SOCIALE ZEKERHEID A. FONDS BESTAANSZEKERHEID Vorming Zeevarenden dagen x 1,17 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 1,17 EURO /dag =. EURO Tewerkstelling gezellen Zeevarenden dagen x 0,00 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening IBAN: BE27 5512 6062 0073 BIC: GKCCBEBB van het Fonds voor Bestaanszekerheid BEDRIJFSFONDS VOOR DE KOOPVAARDIJ B. BELGISCHE REDERSVERENIGING V.Z.W. Zeevarenden dagen x 1,40 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 1,40 EURO /dag =. EURO BTW 21% = EURO TOTAAL =. EURO Factuur volgt C. CENTRUM VOOR VORMING VAN ZEEVARENDEN V.Z.W. Zeevarenden dagen x 0,50 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 0,50 EURO /dag =. EURO BTW 21% = EURO TOTAAL =. EURO Factuur volgt D. EINDEJAARSPREMIE Zeevarende gezellen dagen x 6,50 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 6,50 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening nr. BE69 0011 3724 5578 BIC GEBA BEBB van de Compensatiedienst voor betaald verlof der zeelieden Ondergetekende,. gemachtigd om de rederij. rechtsgeldig te verbinden. Datum : Handtekening : 01-01-2016 7 3

Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen Belgische vlag Toepasselijk vanaf 1.1.2016 BELGISCHE VLAG II. ZEEVARENDEN NIET ONDERWORPEN AAN DE BELGISCHE SOCIALE ZEKERHEID A. FONDS BESTAANSZEKERHEID Vorming Zeevarenden dagen x 0,60 EURO /dag =. EURO Tewerkstelling gezellen Zeevarenden dagen x 0,00 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening IBAN: BE27 5512 6062 0073 BIC: GKCCBEBB van het Fonds voor Bestaanszekerheid BEDRIJFSFONDS VOOR DE KOOPVAARDIJ Ondergetekende,. gemachtigd om de rederij. rechtsgeldig te verbinden. Datum : Handtekening : 01-01-2016 7 1

g) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen EU-registers Toepasselijk vanaf 1.1.2016 EU - GEREGISTREERD A. FONDS BESTAANSZEKERHEID Vorming Zeevarenden dagen x 1,17 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 1,17 EURO /dag =. EURO Tewerkstelling scheepsgezellen Zeevarenden dagen x 0,00 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening nr. IBAN: BE27 5512 6062 0073 BIC: GKCCBEBB van het Fonds voor Bestaanszekerheid BEDRIJFSFONDS VOOR DE KOOPVAARDIJ B. BELGISCHE REDERSVERENIGING V.Z.W. Zeevarenden dagen x 1,40 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 1,40 EURO /dag =. EURO BTW 21% = EURO TOTAAL =. EURO Factuur volgt C. CENTRUM VOOR VORMING VAN ZEEVARENDEN V.Z.W. Zeevarenden dagen x 0,60 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 0,60 EURO /dag =. EURO BTW 21% = EURO TOTAAL =. EURO Factuur volgt D. EINDEJAARSPREMIE Zeevarende scheepsgezellen x 6,50 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening BE69 0011 3724 5578 BIC: GEBA BEBB van de Compensatiedienst voor betaald verlof der zeelieden Ondergetekende,. gemachtigd om de rederij. rechtsgeldig te verbinden. Datum : Handtekening : 01-01-2016 7 2

h) Berekeningsblad Model B: Extrawettelijke bijdragen niet-eu-registers Toepasselijk vanaf 1.1.2016 NIET EU - GEREGISTREERD A. FONDS BESTAANSZEKERHEID Vorming Zeevarenden dagen x 1,17 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 1,17 EURO /dag =. EURO Tewerkstelling scheepsgezellen Zeevarenden dagen x 0,00 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening nr. IBAN: BE27 5512 6062 0073 BIC: GKCCBEBB van het Fonds voor Bestaanszekerheid BEDRIJFSFONDS VOOR DE KOOPVAARDIJ B. BELGISCHE REDERSVERENIGING V.Z.W. Zeevarenden dagen x 1,40 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 1,40 EURO /dag =. EURO BTW 21% = EURO TOTAAL =. EURO Factuur volgt C. CENTRUM VOOR VORMING VAN ZEEVARENDEN V.Z.W. Zeevarenden dagen x 0,60 EURO /dag =. EURO Shoregangers dagen x 0,60 EURO /dag =. EURO BTW 21% = EURO TOTAAL =. EURO Factuur volgt D. EINDEJAARSPREMIE Zeevarende scheepsgezellen x 6,50 EURO /dag =. EURO Bedrag te storten op rekening BE69 0011 3724 5578 BIC GEBA BEBB van de Compensatiedienst voor betaald verlof der zeelieden Ondergetekende,. gemachtigd om de rederij. rechtsgeldig te verbinden. Datum : Handtekening : 01-01-2016 7 3

i) Aanvraag detachering Gegevens betrokkene: Familienaam:.... Familienaam bij de geboorte: Voornamen:.. Geboortedatum:.. Geboorteplaats: Adres in het woonland (straat, nummer, plaats, postcode, land):... Adres in land van verblijf (enkel van toepassing indien er in het kader van de opdracht een verplaatsing plaatsvindt):... Gegevens werkgever: Naam en ondernemingsnummer reder:... Adres reder:.. Gegevens schip: Naam en IMO-nummer van het schip van tewerkstelling:. Vlag waaronder het schip vaart: Register (toe te voegen: copie Certificate of registry ): Gegevens tewerkstelling: Aanvang tewerkstelling onder de vlag van een andere lidstaat:. Duur van tewerkstelling onder vlag van andere lidstaat (niet van toepassing indien werkgever gevestigd is in België en de betrokkene heeft ook woonplaats in België): begindatum..einddatum.. Datum aanvraag Stempel van de rederij Handtekening, te verstrekken door de rederij 01-01-2016 7 4

j) LUXEMBURGSE VLAG INLICHTINGEN TE VERSTREKKEN DOOR REDERIJ Naam van het zeeschip : Aard : Brutotonnenmaat : Datum immatriculatie in het Groot Hertogdom Luxemburg : Datum immatriculatie dubbel register in België : Identiteit van de reder : -maatschappelijke benaming : -plaats van de zetel : -exploitatie van het zeeschip : in eigendom/in huurneming-bare boat charter (*) Hoedanigheid beheerder (*) : -agent : -mandataris : -management :...... Ondergetekende, in hoedanigheid van de reder, verklaart voor echt bovenvermelde gegevens. Luxemburg, Stempel van de rederij, Handtekening, (*) schrappen wat niet past 01-01-2016 7 5

k) AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN ZEESCHIP VARENDE ONDER VREEMDE VLAG, WAAROP DOOR TUSSENKOMST VAN EEN BELGISCHE REDER, ZEELIEDEN INGESCHREVEN IN DE POOL VAN DE ZEELIEDEN TER KOOPVAARDIJ, TEWERKGESTELD WORDEN Tussenkomende Belgische reder : Naam van het schip : Cargoloon/Tankerloon : Brutotonnenmaat : Nationaliteit van de vlag : Register : Europees register* (Register van punt 3 of punt 4) zoals opgesomd in de Bijlage bij de Communautaire Richtsnoeren inzake staatssteun voor het zeevervoer. Voor een register van punt 3) dient bijkomend voldaan te zijn aan de voorwaarden van punt 2.2, tweede alinea, van de tekst van de Richtsnoeren.) Ja Neen *omcirkel wat past Eigenaar/reder : Ingangsdatum van de gevraagde onderwerping : Ingeval de verplichtingen inzake sociale zekerheid der zeelieden niet worden nagekomen binnen de wettelijk voorziene termijn, verbindt de tussenkomende Belgische reder zich tot de betaling van de sz-bijdragen aan de H.V.K.Z. Bij te voegen: Zeebrief of Certificate of Registry Datum aanvraag : De tussenkomende Belgische rederij BESLISSING BEHEERSCOMITE H.V.K.Z. Zeelieden, ingeschreven in de Pool van de zeelieden ter koopvaardij, en tewerkgesteld aan boord van voornoemd schip, blijven aan de Belgische sociale zekerheid onderworpen, gedurende navolgende periode : Ingangsdatum van de onderwerping : Einddatum (kan verlengd worden) : Het Beheerscomité neemt er akte van dat de tussenkomende Belgische rederij, ingeval de verplichtingen inzake sociale zekerheid der zeelieden niet worden nagekomen binnen de wettelijke voorziene termijnen, aansprakelijk is voor de betaling van de bijdragen aan de H.V.K.Z. Beslissing genomen in zitting van het Beheerscomité van De Adviseur, B. STROBBE 01-01-2016 7 6

l) Tabel bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid loonschijf de werknemer is alleenstaand - of - de echtgenoot van de werknemer heeft geen beroepsinkomsten de echtgenoot van de werknemer heeft beroepsinkomsten < 1.095,10 EUR 0 0 1.095,10 EUR - 1.945,38 EUR 0 9,30 EUR 1.945,38 EUR - 2.190,18 EUR 7,60 % van het maandloon dat 1.945,38 EUR overschrijdt 7,60 % van het maandloon dat 1.945,38 EUR overschrijdt minimum 9,30 EUR 2.190,19 EUR - 6.038,82 EUR 18,60 EUR + 1,10 % van het maandloon dat 2.190,18 EUR overschrijdt 18,60 EUR + 1,10 % van het maandloon dat 2.190,18 EUR overschrijdt maximum 51,64 EUR > 6.038,82 EUR 60,94 EUR 51,64 EUR 01-01-2016 7 7

m) Basislonen voor de berekening van de premies arbeidsongevallen I. Officieren Dek: Kapitein 41.442,43 Eerste officier 41.442,43 Tweede officier 41.442,43 Derde officier 41.442,43 Vierde officier 41.442,43 Aspirant-officier 41.442,43 Aspirant-matroos 41.442,43 Eerste stuurman 41.442,43 Tweede stuurman 41.442,43 Machine: Eerste (hoofd-) werktuigkundige 41.442,43 Tweede werktuigkundige 41.442,43 Derde werktuigkundige 41.442,43 Vierde werktuigkundige 41.442,43 Vijfde werktuigkundige 41.442,43 Eerste elektricien 41.442,43 Aspirant-werktuigkundige 41.442,43 Werktuigkundige automatisatie 41.442,43 Aspirant-werktuigkundige automatisatie 41.442,43 II. Scheepsgezellen Pompman 41.442,43 Bootsman 41.442,43 Eerste kok 41.442,43 Kok en hofmeester 41.442,43 Volmatroos 41.442,43 Volmatroos/wiper 41.442,43 Wiper/matroos 41.442,43 Tweede kok-bakker 41.442,43 Steward(ess) meer dan één jaar dienst 41.442,43 Kok bootsman 41.442,43 Matroos 39.244,32 III. Shortsea Officieren: Dek: Kapitein 41.442,43 Eerste officier 31.626,72 Officier wachtoverste 22.741,96 Aspirant officier 17.839,35 Machine: Eerste werktuigkundige 41.442,43 Tweede werktuigkundige 31.626,72 Officier werktuigkundige wachtoverste 22.741,96 Aspirant werktuigkundige 17.839,35 Scheepsgezellen: Bootsman 17.839,35 01-01-2016 7 8

Kok 17.839,35 Matroos 17.839,35 Steward 17.839,35 Passagiersschepen: Commissaris 26.301,57 Eerste kok 22.472,84 Animator 18.766,87 Gouvernante 18.766,87 Hofmeester 18.766,87 Keukenhulp 17.839,35 Elektricien 17.839,35 Ober 17.839,35 Dame linnenkamer 17.839,35 Barman 17.839,35 Afwasser 17.839,35 IV. Shoregang Officieren (dek en machine) 41.442,43 Ceelbaas (officier) 41.442,43 Bootsman 41.442,43 Timmerman 41.442,43 Donkeyman 41.442,43 Chief-steward 41.442,43 Eerste kok 41.442,43 Ceelbaas (klas A) 41.442,43 Rigger 41.442,43 Zeilmaker 41.442,43 Onderhoudsman binnen/buiten 41.442,43 Mooringman 41.442,43 Kelner 41.442,43 Steward 41.442,43 Ceelbaas (klas B) 41.442,43 01-01-2016 7 9

8. Rechtsbronnen a) Koninklijk besluit van 24 oktober 1936 houdende wijziging en samenordening van de statuten van de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden ARTIKEL 16 1. 1. a) Wanneer de kapitein in België of in het buitenland zijn bemanning afmonstert, moet hij, zelfs al wordt het schip verkocht, de afhoudingen verrichten die voorgeschreven zijn bij de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid der zeelieden ter koopvaardij. Hij is aansprakelijk voor deze afhoudingen die door de reder zullen gestort worden. De reder moet een omstandige rekening opmaken van deze verrichte afhoudingen en van de krachtens de besluitwet van 7 februari 1945 door hem verschuldigde stortingen. De reder is verplicht aangifte en betaling te doen bij de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden binnen de maand volgend op de maand waarin de reis beëindigd is. Deze algemene regel ontslaat de reder evenwel niet van de verplichting om minstens om de zes maanden van datum tot datum een aangifte op te maken, wanneer de reis langer duurt dan zes maanden. De reder dient in dit geval aangifte en betaling te doen vóór het einde van de maand volgend op die waarin de zesmaandelijkse periode verstrijkt. b) De reder is ertoe gehouden bij iedere loonbetaling aan zijn werknemers die onder de werkingssfeer van voormelde besluitwet van 7 februari 1945 vallen doch met hem verbonden zijn door een andere arbeidsovereenkomst dan deze van 5 juni 1928 wegens scheepsdienst, de bij bedoelde besluitwet bepaalde afhoudingen te verrichten. De reder moet een omstandige rekening opmaken van deze verrichte afhoudingen en van de krachtens de besluitwet van 7 februari 1945 door hem verschuldigde stortingen. Deze rekening dient ingediend en betaald te worden in de loop van de maand die volgt op deze waarop ze betrekking heeft. c) De door de reders verschuldigde bedragen worden op de postrekening van de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden of van de Algemene Spaar- en Lijfrentekas voor rekening van deze instelling gestort. d) Onder de maand waarin de reis beëindigd is, bedoeld in littera a), wordt verstaan de maand van de aankomst van het schip in een BLEU-haven. 2. Het bijdragedeel, bedoeld in artikel 3, 3, 6 van de besluitwet van 7 februari 1945, wordt berekend op de voor de tak jaarlijkse vakantie aangegeven lonen die betrekking hebben op het vakantiedienstjaar, met inachtname van volgende regelen: a) Voor het gedeelte van deze storting dat betrekking heeft op de lonen die in uitvoering van 1 uiterlijk in de maand maart volgend op het vakantiedienstjaar dienen aangegeven te worden, zendt de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden aan de reder een debetbericht vóór 15 april daarop volgend. De reder betaalt deze bijdrage uiterlijk op 30 april van hetzelfde jaar door middel van een van de andere socialezekerheidsbijdragen onderscheiden storting op de postrekening van de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden of van de Algemene Spaar- en Lijfrentekas voor rekening van deze dienst. b) Voor het gedeelte van deze storting dat betrekking heeft op de lonen die in uitvoering van 1 na maart volgend op het vakantiedienstjaar worden aangegeven, zendt de Hulp- en Voorzorgskas 01-09-2013 8 1

voor Zeevarenden aan de reder een debetbericht vóór de vijftiende van de maand volgend op deze waarin de afrekening ingediend wordt. De reder betaalt deze bijdrage vóór het einde van de maand waarin het debetbericht hem werd overgemaakt, op de wijze als bepaald in sub a), tweede lid. 01-09-2013 8 2

b) Besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij ARTIKEL 1 De Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden wordt belast met het inzamelen en verdelen van de opbrengst der bijdragen opgelegd aan de in artikel 2 opgegeven werkgevers en werknemers en van de Staatstusschenkomst, ten einde : 1 bij te dragen in de financiering van de regeling voor rust- en overlevingspensioenen voor werknemers; 2 het stelsel van de verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit uit te breiden tot de families der aangeslotenen bij de H.V.K.; 3 bij te dragen tot de werking van een stelsel dat tot doel heeft de arbeidsbemiddeling van de zeelieden der Belgische koopvaardij in te richten, hun beroepsopleiding te bevorderen en hun de uitkering te verzekeren van wachtgelden als ze van hun werk verstoken zijn; 4 het stelsel van de kinderbijslag te verbeteren, die krachtens de geordende wetgeving betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders aan de zeelieden ter koopvaardij worden verleend; 5 een Compensatiekas voor toekenning van jaarlijkse verloven aan zeelieden ter koopvaardij te stijven. 6 bij de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie de bijdragen storten in verband met de regeling voor de jaarlijkse vakantie voor de werknemers bedoeld in artikel 2quater. De werkzaamheden van den Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden kunnen door den Koning tot andere maatschappelijke doeleinden uitgebreid worden. ARTIKEL 1bis De Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden wordt belast met de volgende opdrachten die tot op de datum van afschaffing van de Pool van de zeelieden ter koopvaardij door voornoemde Pool werden vervuld : 1 het opmaken van de lijst van inschrijving van hen die kunnen worden aangeworven als lid van het varend personeel op Belgische zeeschepen of om werk aan boord van die schepen te verrichten gedurende de aanwezigheid in een Belgische haven (shoregangers), de Poollijst genoemd; 2 het uitbetalen aan de personen bedoeld in 1 van wachtgelden gedurende de tijd waarin zij niet in dienst zijn genomen of cursussen voor de beroepsopleiding, beroepsvervolmaking, omscholing of herscholing volgen. Voor de opdrachten die vermeld worden in dit artikel valt de Hulp en Voorzorgskas voor zeevarenden onder het toezicht van de Minister die bevoegd is voor Werk. ARTIKEL 2 1. Voor de toepassing van deze besluitwet wordt verstaan onder: 1 zeeman : elke persoon die zich aan boord van een zeeschip bevindt in uitvoering van een arbeidsovereenkomst afgesloten met een reder ter koopvaardij, met het doel arbeid aan boord van zeeschepen te verrichten; 2 reder ter koopvaardij : elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een zeeschip onder Belgische vlag, exploiteert, bevracht, beheert of uitrust, ongeacht de rechtstitel welke hij op dit zeeschip bezit, alsook elke vennootschap bedoeld in artikel 2 quater van deze besluitwet; 3 zeeschip : elk schip gebruikt of geschikt of bestemd om te worden gebruikt op zee. 2. Onverminderd het bepaalde in internationale overeenkomsten en verordeningen, zijn de reders ter koopvaardij en de zeelieden die zij tewerkstellen aan boord van een zeeschip varende onder Belgische vlag, onderworpen aan deze besluitwet. De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de voorwaarden bepalen waaronder de zeelieden die tewerkgesteld zijn aan boord van een zeeschip varende onder Belgische vlag en die niet hun woon- of verblijfplaats hebben in een Europese lidstaat of in een verdragsstaat, uitgesloten zijn van het toepassingsgebied van deze besluitwet. 3. De leerlingen van de koopvaardij, bedoeld in het koninklijk besluit van 20 mei 1986 houdende regeling van het leerlingenwezen voor beroepen uitgeoefend door arbeiders in loondienst bij de 01-09-2013 8 3