MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------



Vergelijkbare documenten
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

VR DOC.0389/1BIS

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Veiligheidswetboek Machines & Stoffen 2013

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR CIRCULAIRE. Uitgave : 2

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

VR DOC.0850/1BIS

4 MEI Koninklijk besluit betreffende het gebruik van mobiele arbeidsmiddelen.

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

Regeling vervoerbare drukapparatuur

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Advies. Over het besluit van de Vlaamse Regering betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren. Brussel, 27 juni 2012

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014.

Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen. Infodocument

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

TOELICHTING BIJ DE DE DRUKAPPARATUURRICHTLIJN 97/23/EG

De accreditatie werd uitgereikt aan / L'accréditation est délivrée à / The accreditation is granted to / Die akkreditierung wurde erteilt für:

4 MEI Koninklijk besluit betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor het hijsen of heffen van lasten. Belgisch Staatsblad 04 juni 1999

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Metrologische Reglementering

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG

Bescherming van stagiairs

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 21 december

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

ADVIES Nr 89 / 082 van 21 augustus 1989

VR DOC.0797/1

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Concordantietabel B. januari Vlaamse omzettingsmaatregel

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91,

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Datum : 21/10/2002 BS : 29/10/2002

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

BESLISSING (B) CDC-628E/26

A7-0101/ Voorstel voor een richtlijn (COM(2009)0482 C7-0161/ /0131(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 15 juli

VR DOC.0977/2BIS

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp. VERORDENING (EU) nr. / VAN DE COMMISSIE

VR DOC.0291/1

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

VR DOC.0078/1

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Concordantietabel boek II Organisatorische structuren en sociaal overleg van de codex welzijn op het werk

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 24 QUINQUIES

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen - 1 -

Bijlage 1 bij Circulaire WAP nr. 7 over de regels betreffende het paritair beheer en het toezichtscomité INHOUD

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

AANVRAAGFORMULIER VOOR HET BEKOMEN VAN HET ATTEST

Collectieve beschermingsmiddelen Wetgevende nota

nota datum : 01/10/2010

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

HERZIENING HOOFDSTUK VII ARBIS VERVOER VAN RADIOACTIEVE STOFFEN. Agenda

24 APRIL Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake welzijn op het werk (1)

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 maart 2004 (OR. fr) 6967/04 LIMITE AVIATION 56 AELE 3 OC 189

J U S T E L - Geconsolideerde wetgeving Einde Eerste woord Laatste woord Aanhef Verslag aan de Koning. Inhoudstafel

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL MOBILITEIT EN VERVOER

VR DOC.0977/1BIS

- Politiek akkoord over een gemeenschappelijk standpunt

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

Veiligheidscoördinatoren Coordinateurs de Sécurité

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19 SEPTIES

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 21 november 2000 (OR. en) 13191/00 Interinstitutioneel dossier: 2000/0137 (C S) LIMITE UEM 120 ECOFI 330

Transcriptie:

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 42 van 14 december 2001 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit betreffende vervoerbare drukapparatuur. I. VOORSTEL EN MOTIVERING Mevrouw de Minister heeft, bij brief van 24 oktober 2001, het advies gevraagd van de Hoge Raad, binnen de 2 maanden, over een ontwerp van koninklijk besluit betreffende vervoerbare drukapparatuur. Bij koninklijk besluit van 13 juni 1999 werd de richtlijn 97/23/EG betreffende drukapparatuur, afgekort PED-richtlijn, omgezet in Belgisch recht (Belgisch Staatsblad van 8 oktober 1999). Het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid was belast met de omzetting. Het koninklijk besluit schaft enkele artikelen van het ARAB en van een aantal koninklijke besluiten (KB van 21 oktober 1968 over propaan/butaan, KB van 18 oktober 1991 over stoomtoestellen, ) af die betrekking hadden op de constructie van drukapparatuur welke in het toepassingsgebied van de PED-richtlijn valt. De wettelijke basis van het koninklijk besluit is de wet van 11 juli 1961. De PED-richtlijn heeft een ruim toepassingsgebied, maar er zijn ook vele drukapparaten die van het toepassingsgebied uitgesloten zijn, onder meer de drukapparaten die vallen in het toepassingsgebied van het ADR en het RID, de internationale overeenkomsten over de veiligheid van het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg en het spoor. De richtlijn 94/55/EG van 21 november 1995 betreffende het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg, maakte de bepalingen van het ADR in alle lidstaten van de Europese Unie verplicht voor het binnenlands vervoer. Deze richtlijn werd omgezet in Belgisch recht bij koninklijk besluit van 12 november 1998 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen (Belgisch Staatsblad van 24 december 1998). De Hoge Raad heeft hieromtrent op 23 juni 1997 advies nr. 5 uitgebracht met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen (PBW D7 12). Op 1 juni 1999 verscheen in het Publicatieblad de richtlijn betreffende vervoerbare drukapparatuur, afgekort TPED-richtlijn. Het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur is belast met de omzetting van de richtlijn. Het toepassingsgebied van de richtlijn omvat de verplaatsbare gasrecipiënten die bedoeld worden in het ADR/RID: gasflessen, laadketels, gastankwagens,. De TPED-richtlijn handelt over de constructie van de verplaatsbare drukapparatuur, maar ook over de periodieke keuring door onafhankelijke instanties. Zij is gebaseerd op artikel 75 van het Verdrag over de verkeersveiligheid.

Het ARAB bevat een aantal artikelen over de constructie en de periodieke keuring van verplaatsbare gasrecipiënten: de artikelen 349 tot 363. Naar analogie met de omzetting van de PED-richtlijn is het logisch om in het omzettingsbesluit van de TPED-richtlijn de bestaande reglementaire bepalingen op te heffen die de bepalingen van de TPED-richtlijn overlappen. Hierna wordt in een tabel een overzicht gegeven van de artikelen van het ARAB die door de omzetting van de TPED-richtlijn moeten opgeheven worden. Art. Art. Contenu Inhoud 349 Champ d'application Toepassingsgebied 349 bis Champ d'application Toepassingsgebied 350 Matériau Materiaal 351 Construction Constructie 352 Traitement thermique Thermische behandeling 353 Contrôle lors de la construction Controle tijdens constructie 354 Pression d'épreuve Beproevingsdruk 355 Indications sur les récipients Aanduidingen op recipiënten 356 Tare et capacité Tarra en inhoudsvermogen 357 Certificats de réception Attesten van ontvangst 358, A,1 Renouvellement d'épreuve et taux de remplissage Herbeproeving en vullingsgraad 358, A, 2 Récipients à acétylène Acetyleenrecipiënten supprimer opheffen commentaire Commentaar 358, A,3 Récipients faisant partie d'équipements de plongée Duikersflessen Ces récipients ne tombent pas sous l TPED, mais sous la PED; la réépreuv doit rester Duikersflessen vallen niet onder TPED

358, B Certificats de réépreuve Attesten van herbeproeving 359, A Remplissage des récipients Vullen van recipiënten 359, B Montage des récipients Montering (uitgangsnippels) 359, C Protection des soupapes Bescherming van de ventielen 359, D Peinture d'identification Identificatiekleuren 359, E Précautions pour la manipulation Voorzorgen bij opslaan en hanteren 359, F Changement de gaz Verandering van gas 359, G Prescriptions particulières aux gaz oxygène et hydrogène Bijzondere voorschriften voor zuurstof en waterstof 359, H Prescriptions particulières pour l'acétylène Bijzondere voorschriften voor acetyleen 359, I Prescriptions particulières pour les gaz de houille Bijzondere voorschriften voor kolengas 359, J Prescriptions particulières pour le gaz propane/butane Bijzondere voorschriften voor propaan/butaan 359, K Revêtement de récipients faisant partie d'équipements de plongée Wandbekleding duikersflessen 360 Organismes agréés Erkende organismen maar wel onder PED, de herbeproevin moet blijven Prescription d'utilisation, pas visée pa la TPED Gebruiksvoorschrift, valt buiten TPED La TPED prévoit une période transitoir TPED voorziet overgangsperiode La TPED prévoit une période transitoir TPED voorziet overgangsperiode Prescription d'utilisation, pas visée pa la TPED Gebruiksvoorschrift, valt buiten TPED Prescription dépassée Verouderde voorschriften Ces récipients ne tombent pas sous l TPED, mais sous la PED; la réépreuv doit rester Duikersflessen vallen niet onder TPED maar wel onder PED, de herbeproeving moet blijven

360 bis Dienst voor het stoomwezen Dienst voor het stoomwezen 360 ter Contrôle par des personnes reconnues Controle door erkende personen 361 Remplissage de récipients étrangers Vullen van buitenlandse flessen 361bis Importation de récipients étrangers invoer van buitenlandse flessen 361 ter Récipients de l'armée Flessen van het leger 361 quater Récipients à gaz médicaux (en service avant 1957) Medische gassen (in dienst voor 1957) 362 Déclaration d'accidents Melding van ongevallen 363 Obligations des propriétaires Verplichtingen eigenaars En contradiction avec la TPED In tegenspraak met TPED En contradiction avec la TPED In tegenspraak met TPED En contradiction avec la TPED In tegenspraak met TPED Prescriptions dépassées Verouderde voorschriften Het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur heeft als wettelijke basis van het ontwerp van omzettingsbesluit de volgende wetten ingeroepen: 1. de wet van 11 juli 1961; 2. de wet van 18 februari 1969 ter uitvoering van internationale verdragen over het vervoer; 3. de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen voor voertuigen. Voor wat de afschaffing van de voormelde ARAB-artikelen aangaat, die betrekking hebben op de constructie, volstaat het de wet van 11 juli 1961 in te roepen, zoals dit ook gebeurd is voor de omzetting van de machinerichtlijn en de PED-richtlijn. Het ontwerp van omzettingsbesluit voorziet dat de periodieke controles worden uitgevoerd volgens de ADR/RID voorschriften en dat de erkenning van de onafhankelijke instanties gebeurt door de Minister belast met het Vervoer. De voormelde ARAB-voorschriften bepalen waaruit de periodieke keuring bestaat en dat de Minister van Tewerkstelling en Arbeid de erkenningen van de organismen uitvoert. Door de omzetting van de TPED-richtlijn zal er inhoudelijk weinig veranderen: reeds sedert 1979 werd in de artikelen 354 en 358 van het ARAB betreffende de vullingsgraad, beproevingsdruk en de beproevingstermijn van gasrecipiënten verwezen naar de ADR-voorschriften. Men mag stellen dat de ADR-voorschriften voldoende de veiligheid verzekeren, ook wanneer de gasrecipiënten gebruikt worden door werknemers. Wanneer gasrecipiënten door werknemers gebruikt worden in bijzondere omstandigheden moet de werkgever op basis van de reglementering arbeidsmiddelen maatregelen treffen om de veiligheid te verzekeren in deze bijzondere omstandigheden. De artikelen over de periodieke keuring van gasrecipiënten in het ARAB mogen dus opgeheven worden. In de TPED-richtlijn wordt verwezen naar drie richtlijnen over gasflessen die reeds geruime tijd bestaan. Het gaat om de volgende richtlijnen:

Richtlijn 84/525/EEG van de Raad van 17 september 1984 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake naadloze stalen gasflessen; Richtlijn 84/526/EEG van de Raad van 17 september 1984 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake naadloze gasflessen van niet-gelegeerd aluminium en van een aluminiumlegering; Richtlijn 84/527/EEG van de Raad van 17 september 1984 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake gelaste gasflessen van ongelegeerd staal. De voormelde richtlijnen werden omgezet in Belgisch recht bij koninklijk besluit van 12 juni 1989 houdende uitvoering van de richtlijnen van de Raad van de Europese Gemeenschappen inzake naadloze stalen gasflessen, naadloze gasflessen van niet-gelegeerd aluminium en van een aluminiumlegering en gelaste gasflessen van ongelegeerd staal (B.S. van 16 september 1989). De Hoge Raad heeft hieromtrent een advies uitgebracht: advies nr. 345 van 12 september 1986 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit betreffende de uitvoering van de richtlijnen van de Raad van de Europese Gemeenschappen inzake naadloze stalen gasflessen, naadloze gasflessen van niet-gelegeerd aluminium en van een aluminiumlegering en gelaste gasflessen van ongelegeerd staal (SHE P 372 1434). Het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid was belast met de omzetting van voormelde richtlijnen. De richtlijnen handelen over de constructie van de gasflessen waarop ze betrekking hebben, op hun merktekens en op de procedures inzake de goedkeuring van hun constructie. De TPED-richtlijn (artikel 20, eerste lid) voorziet dat de drie voormelde richtlijnen over gasflessen mogen behouden worden wat hun toepassingsgebied en de technische bijlagen over hun constructie aangaat, maar dat de bepalingen inzake de merktekens en de goedkeuringsprocedures moeten opgeheven worden, omdat in de TPED-richtlijn andere merktekens en andere procedures voorzien zijn. Het koninklijk besluit van 12 juni 1989 moet daarom in dezelfde zin aangepast worden. Om de artikelen 349 en volgende van het ARAB op te heffen en om het koninklijk besluit van 12 juni 1989 aan te passen, moeten in het koninklijk besluit tot omzetting van de TPEDrichtlijn de volgende artikels voorzien zijn: "Art. x. In het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming, goedgekeurd bij de besluiten van de Regent van 11 februari 1946 en 27 september 1947 worden opgeheven: 1 de artikelen 349 tot 357; 2 artikel 358, wat betreft de drukapparatuur bedoeld in dit besluit, met uitzondering van deze bedoeld in artikel 3 2,3 ; 3 de artikelen 359C en 359F tot J;

4 de artikelen 360 tot 363. (artikel 25 van het ontwerpbesluit moet in die zin nog aangepast worden). Art. x+1. In het koninklijk besluit van 12 juni 1989 houdende uitvoering van de richtlijnen van de Raad van de Europese Gemeenschappen inzake naadloze stalen gasflessen, naadloze gasflessen van niet-gelegeerd aluminium en van een aluminiumlegering en gelaste gasflessen van ongelegeerd staal worden opgeheven: 1 artikel 1, 1.2.; 2 de artikelen 3 tot en met 16; 3 de delen 4 tot en met 6 van bijlage I; 4 de delen 4 tot en met 6 van bijlage II; 5 de delen 4 tot en met 6 van bijlage III." (artikel 26 van het ontwerpbesluit). De artikelen 24, 25 en 26 van het ontwerpbesluit hebben betrekking op materies waarover het advies van de Hoge Raad moet ingewonnen worden. Het ontwerp van koninklijk besluit werd op 9 november 2001 aan het Uitvoerend Bureau van de Hoge Raad voorgelegd (PBW D54 BE 209). Het Uitvoerend Bureau besliste om het ontwerp van koninklijk besluit voor advies voor te leggen aan de Hoge Raad (PBW D54 125). II. ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE HOGE RAAD OP DE VERGADERING VAN 14 DECEMBER 2001. De Hoge Raad brengt een gunstig advies uit over het ontwerp van koninklijk besluit rekening houdend met volgende opmerkingen van de vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties: - het antwoord van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur op onze vragen schenkt voldoening: - toevoeging van de nummers UN 1051, 1052 en 1790 in artikel 2, 5 ; - artikel 6, 5: overname van bijlage V van de richtlijn; - het markeringsteken π moet nog ingevoegd worden in bijlage 3. III. BESLISSING Het advies van de Hoge Raad met het dossier toezenden aan Mevrouw de Minister.