Delft, op weg naar een groene stad

Vergelijkbare documenten
1 van :03

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening

28 november Onderzoek: Klimaattop Parijs

ONDERZOEK THUIS ACCU. 29 oktober Is Nederland klaar voor de thuis accu?! Auteur Y. Lievens. Panelleden ISO gecertificeerd

Mening inwoners over energiebesparing en duurzame energie Omnibusonderzoek Gemeente s-hertogenbosch

Onderzoek Week van de Energierekening Gfk i.o. Milieu Centraal oktober 2012

Bewonerspanel Energie

Worldschool Young European Specialists. Programma voor deelnemende leerlingen. YES! in het kort. YES! Young European Specialists

DUURZAAM WEERSELO WAAROM EN HOE

Rapport Wat vinden Nederlanders van de Nul op de Meter woningen? PR-onderzoek in opdracht van Eneco

Hoe kijkt de Nederlander tegen het aankomende klimaat- en energieakkoord aan? Nathalie Vermeij 2 mei 2018 H5285

De Energiezuinige Wijk - De opdracht

Partij voor de Dieren Gouda Tav Corina Kerkmans

Stadspanel-onderzoek naar duurzaamheid

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

2013, peiling 2 juli 2013

Intersteno Ghent Correspondence and summary reporting

ECO Oostermoer in oprichting

Deventer Digipanel Energiebesparend gedrag Juni 2013

Helmonds Energieconvenant

Wat moet je doen? Lees de informatie in dit pakketje

Flitspeiling Klimaatakkoord op hoofdlijnen

gemeente Eindhoven Hierin wil GroenLinks in ieder geval de volgende vragen beantwoord hebben.

Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa)

Energie. 1 Conclusies. Energiebesparing en duurzame energie in de Drechtsteden

1. Heb je zonnepanelen?

ENERGIE ENQUÊTE VOORJAAR 2012

Naar een duurzaam Hyperion. Bouwen als een. Wortels halen water uit de grond om dit te transporteren door de aderen van de boom

Ontwerp Gezonde Systemen

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen

Bernd Roemmelt / Greenpeace HET KLIMAAT EN DE NOORDPOOL

Hoofdstuk 31. Klimaatprogramma

CO2 prestatieladder Actieve Deelname Initiatief 2015

CaseQuest 2: Kunnen de VS en China zich onttrekken aan een mondiaal klimaatbeleid?

Uitslag enquête Energiemarkt 2018

Vragenlijst met scores in procenten

Bewonerspanel. Peiling. Energie,, september Tweederde stroom van Eneco. Bijna kwart heeft groen gas én groene stroom

Naar een klimaatneutrale sportvereniging

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Achtergrondinformatie The Bet

Rapportage Energiezuinige Woningen

Digitaal huurderspanel en Duurzaamheid. November 2018

Meer wooncomfort. en minder energieverbruik door een warmtepomp. voltalimburg.nl/warmtepomp

Naar een klimaatneutrale energievoorziening voor Eindhoven

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

Raadsmededeling. De volgende stukken zijn voor u bijgevoegd: Globale evaluatie van het project De Achterhoek Bespaart 2009

DE ENERGIE[R]EVOLUTIE ACTIES PRIMAIR ONDERWIJS

Zayaz Huurderspanel Resultaten vervolgonderzoek Duurzaamheid. Oktober 2017

Veel gebouwen worden in Nederland verwarmd door installaties die op aardgas werken. Het verbranden van aardgas veroorzaakt het broeikasgas CO2.

DE ENERGIE[R]EVOLUTIE

De 10 meest gestelde vragen over aardgasvrij wonen

Werkblad huismodule. Quintel Intelligence. Antwoordblad

Duurzaamheid - enquête Bo-Ex Panel

Nijmegenaren over energiebesparing vanuit het hart. Opiniepeiling Ons Groene Hert

Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid

Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden. Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden

Een goede vangst! Een goede vangst

Duurzame energie in de gemeente Ten Boer

Opinieonderzoek Klimaatakkoord

Bewonerspanel Energie

Stadjers over energie en energiebesparing. Een Stadspanelonderzoek

Flitspeiling Warmtepompen

Bewonerspanel aardgasvrij wonen - maart 2019

Lijst Lammers. Papendrecht 21 januari 2013

BURGERPANEL HUIZEN PEILING MILIEU

Architectuur in de toekomst Waar moet je rekening mee houden als je een vrijstaand woonhuis gaat bouwen in de toekomst?

Lijst Lammers. KORTE SAMENVATTING Papendrecht, 22januari Persbericht. Wordt Papendrecht de derde stadin Nederland met een zonatlas?

DE ENERGIE[R]EVOLUTIE

Energie. 1 Conclusies. Energiebesparing en duurzame energie in Alblasserdam

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory.

Workshop J De kracht van een klimaatfonds. 05 april 2011

BUURTBIJEENKOMST MATENHOEVE

Regionaal Energie Convenant

Startnotitie Energietransitie. November 2018

Trias energetica. Verdiepende opdracht

Hilversum Kerkelanden Zeverijn en Rode Dorp

RSC PROFIELWERKSTUK 2015 / 2016 PLAN VAN AANPAK EN LOGBOEK

CO 2 Reductie doelstellingen

MIMI Testimonial. Wonen Limburg - Roermond

Enorme hallen moeten natuurlijk ook verwarmd of gekoeld worden. Een dergelijke machine zou je wellicht in een boot verwachten

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

26 actieve leden van VET-Vught en ECSchijndel hebben de enquête ingevuld.

Winst en comfort uit duurzaamheid. Bouw op onze kennis

Stadjers over energie en energiebesparing. Een Stadspanelonderzoek

delft energieneutraal delft smart city thema

Zonne-energie. Een stadspanelonderzoek. November Erik van der Werff.

Holstein BV. Energie(management) actieplan Conform NEN april Holstein BV. Verantwoordelijke voor dit verslag is Holstein BV

Schooluniformen in Nederland. Het betreden van een nieuwe markt.

Warmtepompen besparen op energie, niet op comfort

Meer voordeel uit uw huis halen? Bespaar op energie!

Memo. extern. Geachte Mevrouw / Heer,

Gezondheidsbeleid Onderzoek onder gemeentepanel Venlo

FREE ENERGY NEWSLETTER

Stadjers over fietsen in Groningen. Een Stadspanelonderzoek

ZONNE-ENERGIE IS DE ENERGIE VAN NU ÉN VAN ONZE TOEKOMST!

Resultaten Enquête Duurzame Energie Metslawier

Doe mee aan de jubilieum editie van de Klimaatverbond Energy Battle!

RSC PROFIELWERKSTUK 2008 / 2009 PLAN VAN AANPAK EN LOGBOEK

Energie Energiebesparing en duurzame energie in Zwijndrecht

Transcriptie:

2012 Delft, op weg naar een groene stad Christelijk Lyceum Delft V6 Mevr. Van Wegen Roos de Joode en Lisa Ruijgrok Delft 15-9-2012

Inhoudsopgave Inleiding... 3 1. Delft werkt aan een groene stad... 5 1.1 Het klimaatplan van Delft... 5 1.2 De projecten... 6 1.3 Rol van Delft in Europa... 8 2. Växjö, de groenste stad van Europa... 9 2.1 Het klimaatplan van Växjö... 9 2.2 De projecten... 9 2. 3 Rol in Europa... 10 3. Vergelijking tussen Delft en Växjö... 11 3.1 Overeenkomsten... 11 3.2 Verschillen... 11 3.3 Samenwerking... 12 4. Burgers van Delft over het klimaatbeleid... 13 4.1 Resultaten van de enquête... 13 Conclusie: advies voor de gemeente Delft... 20 Nawoord... 22 Logboek... 23 8. Bronnen... 24 Bijlagen... 25 Enquête over het klimaatbeleid in Delft... 25 Samenvatting interview met Maaike Kaiser... 28 2

Inleiding In veel steden groeit de afgelopen jaren het besef dat de verandering van het klimaat grote gevolgen heeft. Regeringen van landen over de hele wereld houden zich met de klimaatverandering bezig. De klimaatverandering moet nu worden tegen gegaan voor de volgende generatie. Zij moeten kunnen blijven leven op een schone planeet en geen gevaar lopen door de stijging van het klimaat, opgeraakte fossiele brandstoffen en verdwenen bossen. Het streven naar een groene planeet voor de volgende generatie moet in het klein beginnen, bij de steden en haar burgers. Er moeten groene steden komen. Maar wat is een groene stad precies? Er is eigenlijk geen duidelijke definitie van een groene stad. Een groene stad is een stad met veel groen, weinig industrie en veel natuur. Maar een groene stad kan ook gezien worden als een stad die heel milieubewust is. Een groene stad houdt volgens ons in dat een stad er naar streeft om klimaatneutraal te zijn en bij dit proces goed de burgers betrekt en informeert over de projecten van het stadsbestuur. Het ontwikkelen van groene steden is ook zeker van wetenschappelijk belang. Met de wetenschap kan er berekend worden hoeveel CO 2 -uitstoot gereduceerd moet worden. Met behulp van deze berekeningen kunnen maatregelen opgesteld worden. De maatschappij moet er daarna voor zorgen dat die maatregelen gerealiseerd worden. Het ontwikkelen van groene steden heeft ook zeker een maatschappelijk belang. Deelneming aan het YES!-project, heeft ervoor gezorgd dat wij voor dit onderwerp gekozen hebben. Door hieraan mee te doen, zijn wij heel veel over het klimaat te weten gekomen. YES! staat voor Young European Specialists. Het project heeft als doel jongeren te betrekken bij het klimaat in Europa. Jongeren kunnen met behulp van het YES!-project uiteindelijk een profielwerkstuk met een klimaatonderwerp maken, waarin Europa ook verwerkt zit. Het leek ons leuk om aan dit project deel te nemen en om dus ons profielwerkstuk over een klimaatonderwerp te houden. Met dit project hebben we ons verdiept in verschillende onderwerpen die met het klimaat te maken hebben. We hebben verschillende workshops gekregen en hierdoor kwamen we erachter dat we het klimaatbeleid van gemeenten ons het meest aansprak. Het leek ons interessant om iets te onderzoeken in onze eigen gemeente Delft. Hier zitten wij op school en kennen daarom deze stad goed. Onze onderzoeksvraag luidt: In hoeverre is Delft een groene stad?. Hierbij hebben we de volgende deelvragen bedacht, Wat doen Delft en Växjö aan de klimaatverandering? Wat zijn overeenkomsten, verschillen en samenwerkingsverbanden tussen hen? Wat weten de burgers van Delft over het klimaatbeleid van de stad? Om dit te onderzoeken hebben wij Delft vergeleken met een andere stad in Europa, bij voorkeur de groenste stad van Europa, Växjö. Hieronder een algemeen stukje over beide steden. Växjö is een stad in het zuiden van Zweden. Zij heeft 80.000 inwoners en een oppervlakte van 29,29 km 2. De stad wordt omschreven als de stad aan het meer waar de wegen elkaar ontmoeten. Växjö heeft een brede kennis over de klimaatverandering en wil proberen om oplossingen te zien in plaats van problemen. 3

Delft is een bekende stad in Nederland met ongeveer 99.000 inwoners en heeft een oppervlakte van 24,08 km 2. Delft heeft zich de afgelopen jaren erg beziggehouden met de klimaatverandering. Het energieverbruik, opgewekt uit fossiele brandstoffen, zoals kolen, olie en gas, blijft maar stijgen. Hier moet natuurlijk verandering in komen. De omvang en het inwoneraantal van Delft en Växjö zijn ongeveer even groot. Maar het is niet gemakkelijk om twee steden uit twee verschillende landen met elkaar te vergelijken. Er is een andere wetgeving in beide landen, een verschillende omgeving en natuur. Om tot een conclusie te komen in hoeverre Delft een groene stad is, zijn als middel concrete overeenkomsten en verschillen tussen Delft en Växjö gebruikt. De onderzoeksmethodes die wij gebruikt hebben voor dit onderzoek zijn een interview, een literatuuronderzoek en een enquête. Er is een interview gehouden met de projectleider van het Klimaatplan dat in Delft is opgesteld. In het interview is een antwoord gegeven op dergelijke vragen over het klimaatbeleid in Delft. Deze vragen gingen over in hoeverre Delft een groene stad is. Er is gekeken naar projecten die Delft uitvoert om zo milieubewust mogelijk te leven. Hierna is er zelf onderzoek gedaan naar informatie over Delft en Växjö. Hieruit zijn concrete overeenkomsten en verschillen gekomen. Ook is er een enquête gehouden onder de burgers van Delft om te onderzoeken of zij actief bezig zijn met het klimaatprobleem. Het verslag zal uit de volgende volgorde bestaan. De eerste twee hoofdstukken gaan over Delft en Växjö. Hierin wordt beschreven wat hun doelen zijn, waar ze naar streven en wat ze er aan doen met behulp van projecten. Daarna komen de overeenkomsten, verschillen en samenwerkingsverbanden aanbod. Vervolgens de enquête die gehouden is onder de burgers van Delft en ten slotte geven wij een conclusie van ons onderzoek. Onze verwachting van het onderzoek is dat Delft nog geen groene stad is, want wij als burgers van Delft niet duidelijk merken dat Delft zich bezig houdt met het klimaat. Dit is wel een van de voorwaarden van een groene stad; de burgers erbij betrekken. Delft zal wellicht een aantal projecten hebben, maar deze worden niet of weinig gepromoot. Ook verwachten wij dat Delft nog veel kan leren van de groenste stad Växjö, omdat zij voorloper is op het klimaatgebied. Na dit onderzoek kan er antwoord gegeven worden op de hoofdvraag. Ook kan er advies gegeven worden aan Delft op welke punten er nog veel veranderd moet worden ten aanzien van het klimaatbeleid. Hopelijk helpt het advies Delft om een groene stad in de toekomst te worden. 4

1. Delft werkt aan een groene stad Samen met andere vooruitstrevende klimaatgemeenten heeft Delft een covenant gesloten: het Covenant of Mayors. In dit covenant zeggen alle gemeenten de lat hoger te willen leggen dan het Europees beleid. De gemeenten willen een CO 2 -reductie van meer dan 20% realiseren. Delft heeft gekozen hieraan mee te werken om te laten zien dat zij serieus aan het klimaatbeleid werkt. Mede door de deelname aan dit covenant heeft Delft een Klimaatplan opgesteld. 1.1 Het klimaatplan van Delft Delft houdt zich de afgelopen jaren erg bezig met het klimaat. De uitstoot van broeikasgassen kan namelijk hevige gevolgen hebben voor het klimaat. Daarom is het belangrijk dat deze broeikasgassen worden gereduceerd, om klimaatverandering tegen te gaan. Om deze reden heeft Delft een Klimaatplan opgesteld. Het klimaatplan van Delft heeft de naam: 3E Klimaatplan Delft. De drie E s staan voor Effectief, Efficiënt Energieverbruik. De hoofddoelstelling is 33.500 ton CO 2 per jaar te reduceren ten opzichte van 1999. Een andere doelstelling die Delft hanteert is om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Dit houdt in dat de uitstoot van broeikasgassen, zoals CO 2, worden gecompenseerd, door middel van het planten van bomen bijvoorbeeld. Met een groot aantal realistische en uitvoerbare projecten probeert Delft deze doelstellingen te behalen. Deze projecten zullen later in dit hoofdstuk behandeld worden. Het reductieniveau van de hoofddoelstelling moet uiterlijk in 2012 gerealiseerd zijn. Delft wil namelijk koploper blijven op het gebied van klimaat en energie in Nederland. 1 Op het moment is Delft koploper, wat vooral komt door de realistische projecten die zij uitvoert. Deze projecten hebben bijvoorbeeld te maken met zonne-energie en een warmtebedrijf. Zonder ambities is de gewenste CO 2 -reductie niet mogelijk. De gemeente Delft gebruikte bij het klimaatplan drie strategieën, uit de Trias Energetica. 2 De Trias Energetica is het basisprincipe, ontwikkelt door de TU Delft, om uiteindelijk tot duurzaamheid te komen. De Trias Energetica zijn drie stappen die opeenvolgend uitgevoerd moeten worden 3 : 1. Het verminderen van de vraag naar energie: dus zo min mogelijk energie gebruiken; 2. Het toepassen van duurzame bronnen: denk aan zonnepanelen; 3. De winning van fossiele bronnen optimaliseren. Trias Energetica http://www.delft.nl/dsresource?type=pdf&objec tid=default:92306&versionid=&subobjectname Natuurlijk zijn er veel maatregelen nodig om de hoofddoelstelling, 33.500 ton CO2-reductie per jaar ten opzichte van 1990, te realiseren. Al deze maatregelen zullen erg veel geld kosten. Het klimaatplan probeert zich vooral te richten op het treffen van maatregelen in projecten die al gepland zijn of die zelfs al van start gegaan zijn. Zo blijven de kosten zo laag mogelijk. De kosten zullen in dit werkstuk overigens geheel buiten beschouwing worden gehouden. 1 PDF CE Delft The route to municipal energy neutrality strategies for an energy neutral Delft 2 Strategie voor het bereiken van een zo duurzaam mogelijke energievoorziening 3 http://www.triasenergetica.com/nederlands.html 5

De Nederlandse Organisatie voor Energie en Milieu (Novem) heeft voor Delft een klimaatscan ontwikkeld, waarin thema s en onderdelen van het klimaatbeleid van Delft worden weergegeven. Wat zijn de kansen van het klimaatbeleid van Delft? En wat zijn de bedreigingen? Het is duidelijk af te lezen in de klimaatscan die hiernaast is afgebeeld. Er worden drie verschillende ambitieniveaus onderscheiden: een actief, een voorlopend en een innovatief niveau. Het donkerblauwe gedeelte op het figuur hiernaast geeft het bestaande niveau weer en het lichtblauwe gedeelte geeft de ambitie van Delft voor de dergelijke thema s weer. Er is bijvoorbeeld te zien dat delft een hoog ambitieniveau heeft voor duurzame energie (G, lichtblauw), maar dat het bestaande niveau alleen het actieve niveau bevat, en niet het voorlopende en innovatieve niveau. Het is goed om te zien dat Delft al zoveel ambities heeft. Deze ambities moeten natuurlijk wel gerealiseerd worden om een groene stad te worden. Klimaatscan gemeente Delft http://www.delft.nl/dsresource?type=pdf&objecti d=default:92306&versionid=&subobjectname In het klimaatplan van Delft is dus een hoofddoelstelling g enoemd, de CO 2 -reductie van 33.500 ton ten opzichte van 1990, die met behulp van veel maatregelen en een groot aantal realistische en uitvoerbare projecten behaald moet worden. 4 1.2 De projecten Om de hoofddoelstelling van het klimaatplan te kunnen bereiken en de klimaatambities te kunnen realiseren heeft Delft een groot aantal projecten opgezet. De belangrijkste van deze projecten worden hieronder behandeld. Delft doet mee aan verschillende projecten om de klimaatverandering tegen te gaan. Bij het realiseren van haar klimaatdoelstellingen heeft Delft altijd het meeste aandacht gegeven aan concrete, lopende projecten, juist vanwege de betrokkenheid van mensen. Hieronder volgt een aantal van de projecten die Delft uitvoert om haar klimaatdoelstellingen te kunnen bereiken. 100 Delfts Blauwe Daken Het doel van het project 100 Delfts Blauwe Daken was om 100 Delfts Blauwe daken te creëren, om zo de stad te verduurzamen. Deze Delfts Blauwe daken staan natuurlijk voor de zonnepanelen. Voor de bewoners van de gebouwen heeft het alleen maar voordelen. Er zijn namelijk geen extra kosten voor de panelen, maar de bewoners krijgen wel een lagere energierekening, gemiddeld zo n dertig procent minder dan normaal. Rode dakpannen maken plaats voor modern blauwe zonnepanelen http://www.ad.nl/ad/nl/5597/economie/article/detail/2147340/2008/0 3/16/Blauwe-daken-in-Delft.dhtml 4 PDF Actualisatie Klimaatplan 2008-2012; interview Maaike Kaiser 6

De terugverdientijd van zonnepanelen is korter dan de huidige elektriciteitsprijzen. Veel mensen geloven echter niet dat de zonnepanelen op den duur dus goedkoper zijn dan gewoon elektriciteit gebruiken. 5 De panelen vangen de warmte van de zon en zetten dit om in energie. Delft heeft bij het zonnepanelen project bewust gekozen voor toepassing van de panelen op zichtbare locaties, zodat het onderwerp nog meer gaat leven. Zuidpoort Bij het project Zuidpoort, waar de energieprestatie 30% beter is dan de landelijke norm, kwam het er op neer dat er duurzame nieuwbouwwoningen werden gerealiseerd. In deze nieuwbouwwoningen bevinden zich betere woningisolatie en woningventilatie en een betere warmte- en koudeopslag in combinatie met warmtepompen voor warmteterugwinning uit ventilatielucht. 6 Warmtebedrijf In 2005 heeft de gemeente Delft, samen met Eneco, Midden Delfland en een aantal woningcorporaties, een warmtebedrijf opgericht. Door middel van een warmtepomp werd warmte uit de afvalwaterzuiveringsinstallatie Harnaschpolder gehaald. Met deze warmte werden woningen, kantoren en instellingen verwarmd. Dit hergebruik bespaart fossiele brandstoffen, wat bijdraagt aan het terugdringen van de CO 2 -uitstoot in Delft en Midden Delfland. Het warmtebedrijf levert dus duurzame warmte aan woningen en andere gebouwen en draagt bij aan een duurzame leefomgeving. 7 Steek energie in je woning! Het doel van het project Steek energie in je woning! is woningeigenaren te stimuleren om energiebesparende maatregelen te nemen in hun woning. Er is gebleken uit eerdere energiebesparingprojecten dat woningeigenaren niet goed op de hoogte zijn van de mogelijke energiebesparende maatregelen in hun woning. Steek energie in je woning! probeert de woningeigenaren daarom zoveel mogelijk te ondersteunen. Er is onderzocht welke maatregelen voor de bewoner het gunstigst zijn qua kosten. Hoe meer mensen geïnteresseerd zijn, hoe minder geld het gaat kosten. Voorbeelden van maatregelen om energie te besparen zijn: verschillende soorten isolatie, Top tien maatregelen om in huis elektriciteit te besparen http://www.stichtingerea.nl/energieloket/voordijkshoorn/dow nloads/steek%20energie%20in%20je%20woning%20voordijksh oorn%20nieuwsbrief%203%20-%20v17jul2012.pdf dubbel glas, HR-ketel en zonnepanelen of zonneboilers. Door dit project hoopt men ook dat meer mensen zich bewust worden van de mogelijkheden voor energiebesparing. 8 Het Delft Aardwarmte Project (DAP) Dit project probeert met behulp van de geotechnologie, wat zich bezighoudt met warmtebronnen binnenin de aarde zelf, een duurzame warmtebron te voorzien. Er wordt naar aardwarmte geboord, wat zorgt voor veel besparing van CO 2 -uitstoot. Met deze warmte worden namelijk woningen en kantoren verwarmd. Net als het warmtebedrijf levert het Delft Aardwarmte Project dus ook duurzame warmte aan woningen en kantoren, wat bijdraagt aan een duurzame leefomgeving. 9 5 Maaike Kaiser, projectleider Klimaatplan Delft 6 http://www.heidyvanbeurden.nl/doc/co2_today_total.pdf 7 http://www.agentschapnl.nl; http://warmteindelft.eneco.nl 8 http://www.delft.nl, http://www.stichtingerea.nl 9 http://www.delftaardwarmteproject.nl/downloads/ http://tudelft.nl/current/dossiers/archive/geothermal-energy/ 7

Kennelijk is Delft al goed op weg om duurzamer te worden. Met behulp van verschillende projecten kunnen de klimaatambities uit het Klimaatplan gerealiseerd worden. Natuurlijk moeten de projecten wel goed uitgevoerd worden en moeten zo veel mogelijk mensen hieraan meewerken om er echt voor te zorgen dat de klimaatambities waargemaakt worden. Mensen moeten op de hoogte worden gesteld van het klimaatprobleem dat heerst en moeten met elkaar samenwerken om de klimaatdoelen te bereiken. 1.3 Rol van Delft in Europa Delft werkt met andere steden in Europa samen, omdat zij de lat hoger willen leggen dan het Europese klimaatbeleid. In de inleiding van dit hoofdstuk is al verteld dat Delft deelneemt aan het Covenant of Mayors, samen met andere steden in Europa. Europese landen delen ervaringen uit om zo de klimaatverandering in Europa tegen te gaan. Door naar andere Europese steden te kijken, kan Delft ervaring op doen om weer nieuwe maatregelen te nemen tegen het energieverbruik. 10 Ook met het SESAC-project werken Europese steden samen, namelijk Grenoble (Frankrijk), Växjö (Zweden) en Delft. Dit project is onderdeel van een Europees programma dat innovaties in duurzaamheid wil versnellen. Dit wil zij doen door middel van demonstratieprojecten. Uitwisseling van kennis en ervaringen spelen uiteraard een belangrijke rol. De drie steden kunnen elkaar veel leren. Delft heeft bijvoorbeeld van andere steden geleerd over andere bouwtechnieken. Elke stad heeft een eigen gebied waar zij goed in is, waardoor de steden elkaar goed kunnen aanvullen. 11 Verder is het project Energie Cities ook gericht op het samenwerken van overheden van landen. Zij verenigt de overheden om het gebruik van energie in de betreffende gebieden te verminderen en uiteindelijk efficiënter gebruik te maken van lokaal beschikbare energiebronnen. Door het uitvoeren van verschillende projecten en door uitwisseling van kennis moeten de doelen bereikt kunnen worden. 12 Delft heeft kennelijk een erg belangrijke rol in Europa. Ze is lid van verschillende Europese projecten die door middel van goede samenwerking het doel hebben zo min mogelijk energie te gebruiken en efficiënt om te gaan met energiebronnen. De steden kunnen elkaar goed aanvullen en kennis uitwisselen om samen uiteindelijk de klimaatverandering tegen te gaan. 10 http://www.burgemeestersconvenant.eu/index_nl.html 11 http://www.concerto-sesac.eu/ 12 http://www.energy-cities.eu/ 8

2. Växjö, de groenste stad van Europa Net als Delft is Växjö ook aangesloten bij het Covenant of Mayors. Ook al is zij in 2007 door de Europese Commissie uitgeroepen tot de groenste stad van Europa 13, toch wil Växjö nog meer bereiken door de lat hoger te leggen dan het Europees beleid. Zij wil in 2020 niet 20%, maar 65% gereduceerd hebben. Zo wil Växjö de rest van de steden een stapje voor blijven. Ook Växjö heeft een uitgebreid programma ontworpen om de lokale omgeving te beschermen en te verbeteren. 2.1 Het klimaatplan van Växjö In het programma van Växjö wil ze onder andere verandering in de verwarmingssector en transportsector van fossiele brandstoffen naar bio-energie. De bossen rondom Växjö zijn hierbij erg belangrijk, zij vormen de bron van bio-energie. Met gebruik van het milieuzorgsysteem ecobudget kunnen ze het milieu verbeteren en efficiënt werken. Via het systeem kunnen ze de natuurlijke hulpbronnen in de gemeente en de doelen in het programma controleren. Het systeem ziet er als volgt uit; Plan Do Check- Act. Eerst wordt de milieubegroting vastgesteld en goedgekeurd, daarna voeren ze de maatregelen in om de begroting te bereiken en als laatst stellen ze een balans op. Het doel van dit systeem is om de plannen goed te organiseren en dit is nodig om de plannen te realiseren. Een ander belangrijk punt in het programma is om te stoppen met het gebruik van fossiele brandstoffen. In 1996 is al besloten dat Växjö een Fossiel Fuel Free City, een brandstof vrije stad moest worden. Deze doelstelling willen ze bereiken in 2030. Ook streven ze ernaar dat de hele gemeente Kronoberg fossiel brandstof vrij wordt in 2050. Växjö neemt hiermee de wereldwijde verantwoordelijkheid op het gebied van reductie. 14 2.2 De projecten Om de doelstellingen te bereiken, zijn er projecten nodig. Europese projecten, kleine projecten, projecten voor volwassenen en scholieren. Växjö heeft veel projecten lopen, vooral veel voor de burgers. Hieronder worden de belangrijkste weergegeven. Elmos In Elmos wilt men graag e-mobiliteit introduceren met een systeem van pedelecs in combinatie met het openbaar vervoer. Pedelecs staat voor Pedal Electric Cycle, een pedaal elektrische fiets. In Växjö is een fietsverhuur systeem opgezet om burgers meer te laten fietsen. De auto zal minder vaak gebruikt worden en dit zal bijdragen aan het doel om een fossiel vrije stad te worden. 15 Comenius Project - thema "Duurzame Energie". (middelbare school) Met dit project zullen leerlingen onderzoeken en vergelijken hoe de regeringen van Italië, Nederland, Polen, Roemenië en Zweden omgaan met energieproblemen en wat de verschillende oplossingen zijn. Dit project heeft als doel om leerlingen te laten nadenken over de klimaatproblemen en hen bewust te maken van de klimaatproblemen. 16 13 http://www.energy-cities.eu/img/pdf/vaxjo2.pdf 14 http://www.vaxjo.se/other-languages/other-languages/engelska--english1/ 15 http://www.elmos-project.eu/home.html 16 http://ec.europa.eu/education/lifelong-learning-programme/comenius_en.htm 9

Engage Engage begon in juni 2010 en zal lopen tot eind 2012. Engage is een Europees project dat zich richt op het aantrekken van burgers in klimaatactiviteiten. Om de doelen te bereiken, is het nodig dat iedereen deelneemt aan projecten, zoals politici, bedrijven en individuele burgers. Dit project is een manier om betrokken te zijn bij het klimaat, zodat de moeilijke klimaatdoelen in de toekomst bereikt kunnen worden. 17 SESAC (Europees demonstratieproject) SESAC staat voor Sustainable Energy Systems in Advanced Cities. Het is onderdeel van een Europees programma dat innovaties in duurzaamheid wil versnellen door middel van demonstratieprojecten met duurzame energie en energiebesparing in concrete bouwprojecten. Dit project is van groot belang geweest voor Växjö, de groenste stad van Europa. Bezoekers vanuit de hele wereld kwamen de projecten van Växjö bekijken en het bevorderde de samenwerking met plaatselijke en Europese organisaties. Uitwisseling van kennis en ervaringen spelen daarbij een belangrijke rol. 18 Dreams Dreams is een voortzetting van eerdere projecten, Asia-Urbs, het project begint aan het einde van 2009 en duurt drie jaar. Växjö's rol in het project is om een aantal Zuidoost-Aziatische steden te ondersteunen om het milieubeheersysteem ECObudget te voeren. 19 2. 3 Rol in Europa Växjö heeft een grote rol in Europa. Ze is een rolmodel voor andere steden en inspireert hen met hun inspanningen voor het milieu. Met het project Dreams geven ze ook voorlichtingen over het milieubeheersysteem ECObudget in andere landen. Gedurende de laatste jaren heeft de internationale media een grote belangstelling voor Växjö gekregen. Växjö is ook uitgeroepen tot de groenste stad van Europa door de Europese Commissie. Vele mensen vanuit de hele wereld bezoeken nu de stad om daar te leren over het leven in een fossiele brandstofvrije stad, de stad Växjö zelf en hoe de stad omgaat met duurzame ontwikkeling, bio-energie en bosbouw. Växjö werkt veel samen met andere steden in Europa, onder andere Delft. Zij is net als Delft aangesloten bij verschillende samenwerkingsprojecten, zoals Covenant of Mayors, SESAC-project en Energie Cities. In het vorige hoofdstuk staat uitgelegd wat de projecten inhouden. Het voornaamste doel is om hogere doelstellingen te bereiken dan het Europese klimaatbeleid. Ze leren van elkaar, doen ervaring op om nieuwe dingen weer toe te passen in hun eigen stad. Als groenste stad van Europa, heeft Växjö een belangrijke rol in Europa. De stad is een voorbeeld voor vele andere steden. Veel steden, net als Delft streven natuurlijk ook om ooit een fossiele brandstofvrije stad te zijn. Maar Växjö is er nog niet, door de projecten blijven ze nieuwe toepassingen leren en gebruiken dit weer in hun eigen klimaatplan. Zo blijven ze groeien en zullen uiteindelijk de doelstellingen bereikt worden. 17 http://www.citiesengage.eu/ 18 http://concerto.eu/projects/sesac.php 19 http://www.projectdreams.com/ 10

3. Vergelijking tussen Delft en Växjö Nu alle gegevens van Delft en Växjö op een rijtje zijn gezet, kunnen we overeenkomsten, verschillen en samenwerkingen formuleren. Hierdoor kunnen we zien in hoeverre Delft op weg is naar een groene stad en wat zij nog kan leren van de groenste stad Växjö. 3.1 Overeenkomsten Ten eerste zijn de steden goed met elkaar te vergelijken, omdat ze ongeveer een gelijk aantal inwoners hebben. Växjö heeft namelijk 80.000 inwoners en Delft 99.000 inwoners. Dit aantal ligt redelijk dicht bij elkaar. Ook de oppervlakte van de steden komt goed overeen. Ze hebben beiden een oppervlakte van ongeveer 30 km². Ten tweede zijn de steden beide koploper in het tegengaan van milieuvervuiling en klimaatverandering, in eigen land en ook in Europa. Växjö heeft een veelzijdig programma ontworpen om de lokale omgeving te beschermen en te verbeteren. Delft heeft daarentegen als eerste gemeente in Nederland een duurzame woonwijk gebouwd. In Europa hebben Växjö en Delft samen met Grenoble o.a. de 2020-doelstelling opgericht, waar zij ook koploper van zijn (zie 4.5 samenwerking). Ten derde willen Växjö en Delft het gebruik van fossiele brandstoffen stoppen. Växjo wil zelfs fossiele brandstof vrij zijn in 2050. Ze heeft het programma Fossil Fuel Free Växjö opgericht om dit te bereiken. Met dit programma wordt gestreefd naar meer energie uit hernieuwbare bronnen, efficiënt gebruik van energie en een fossiele brandstof vrije stad. Delft heeft ook een vergelijkbaar programma, namelijk de Trias Energetica. Dit is uitgelegd in paragraaf 1.1. Ten vierde halen beide steden warmte uit een meer of uit water om bijvoorbeeld woningen te verwarmen. Växjö ligt gelegen tussen de bossen en de meren. Zij willen zoveel mogelijk gebruik gaan maken van de natuurlijke hulpbronnen in de gemeente in plaats van de fossiele brandstoffen. Via het milieubeheersysteem ecobudget kunnen zij dit makkelijk controleren. Delft benut de industriële restwarmte van de afvalwaterzuiveringsinstallatie Harnaschpolder om woningen, kantoren etc. te verwarmen. Ook zijn er plekken in de gemeente Delft waar naar aardwarmte wordt geboord. Deze aardwarmte kan dan aangesloten worden op het stadswarmtenet, dit bespaart weer veel verwarmingskosten en helpt mee aan duurzame leefomgeving. 3.2 Verschillen Ten eerste heeft Växjö een milieubeheersysteem. Dit systeem gebruikt Växjö om het milieu te verbeteren en efficiënt te werken. Via het systeem kan de stad de natuurlijke hulpbronnen in de gemeente en de doelen in het milieuprogramma controleren. Delft zou dit systeem ook toe kunnen passen om haar milieu te verbeteren en efficiënter te kunnen werken, omdat alles dan gecontroleerd wordt. Ten tweede is Växjö al een eind verder dan Delft met betrekking tot stoppen met het gebruik van fossiele brandstoffen. In 1996 heeft het gemeentebestuur van Växjö het programma Fossil Fuel Free City opgesteld. De doelstelling is dat de CO 2 -emissie rond 2010 met de helft verminderd is en dat de stad omstreeks 2050 vrij moet zijn van fossiele brandstoffen. Delft heeft als doel om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Klimaatneutraal is niet hetzelfde als fossiele brandstof vrij zijn, want je compenseert de uitstoot van broeikasgassen, zoals CO 2, met het 11

planten van bomen bijvoorbeeld. Delft zal na het worden van een klimaatneutrale stad streven om het gebruik van fossiele brandstoffen helemaal te stoppen. Ten derde heeft Växjö projecten op middelbare scholen. Leerlingen onderzoeken en vergelijken dan hoe regeringen van bepaalde landen omgaan met de energieproblemen. Ook proberen zij erachter te komen wat de verschillende oplossingen kunnen zijn van deze problemen. Scholieren verdiepen zich dus in het klimaatbeleid en worden zich zo bewust van de situatie. Delft heeft nog niet dergelijke projecten waardoor de jongeren in Delft zich waarschijnlijk niet echt bewust zijn van de klimaatproblemen. Misschien is dit voor Delft een idee om ook zulk soort projecten op te zetten en scholieren zo te informeren en te laten verdiepen in het klimaatbeleid. Ten vierde is Växjö een stad met veel natuur. Delft daarentegen is meer een industriestad, met DSM, veel autoverkeer enz. Växjö heeft dus qua ligging en inrichting al een voorsprong op Delft als we kijken naar het klimaatbeleid. 3.3 Samenwerking In de paragraaf De rol in Europa in de hoofdstukken 1 en 2 zijn een aantal samenwerkingsprojecten genoemd. Dit zijn projecten waar Delft en Växjö beide aan deelnemen. Zij willen vooruit lopen op de rest van Europa ten opzichte van het Europese klimaatbeleid. Desbetreffende projecten zijn het SESAC-project, het Covenant of Mayors en Energie Cities. In dit hoofdstuk worden deze projecten niet meer herhaald, maar het is zeker duidelijk dat Delft en Växjö beide deelnemen aan projecten om de lat hoger te leggen ten opzichte van het klimaatbeleid. Kennelijk is Delft dus op het gebied van samenwerking goed op weg. Uitwisseling van kennis en ervaring speelt een erg belangrijke rol, en dus is samenwerking op het gebied van klimaat erg belangrijk! Als de steden elkaar helpen en aanvullen kunnen ze samen tot groene steden uitbloeien. 12

4. Burgers van Delft over het klimaatbeleid In het vorige hoofdstuk staan de overeenkomsten en verschillen tussen Växjö en Delft. Delft heeft veel overeenkomsten met Växjö, zoals enkele projecten, koploper zijn van hun land op klimaatgebied en streven naar een klimaatneutrale stad. Maar weten de burgers hier wat van af? Om te weten te komen hoe burgers denken over het klimaatbeleid en wat zij zelf er al aandoen, is er een enquête gehouden onder de burgers van Delft. De burgers van de stad Delft spelen natuurlijk een grote rol in het duurzamer worden van de stad. Als de burgers al niet meewerken zal het erg lastig worden om de klimaatdoelstellingen te realiseren. Deze enquête heeft als doel om duidelijk weer te geven of burgers kennis hebben over het klimaatbeleid in Delft. Vijftig mensen zijn ondervraagd. De enquête zelf is te vinden in de bijlage achterin. Hieronder zijn de resultaten van de enquête weergegeven. 4.1 Resultaten van de enquête. 1. Hoeveel leden telt uw huishouden? Aantal leden huishouden 150% 100% 50% 0% 22% 46% 14% 12% 4% 2% 100% 1 2 3 4 5 6 of totaal meer Figuur 1 2. Kunt u aangeven in welke mate u het eens of oneens bent met de volgende stellingen? De mensen kregen drie stellingen voorgelegd over het belang van energie besparen en de rol van de burgers hierbij. Zij konden aangeven in hoeverre zij het eens of oneens waren met de stellingen. Bijna alle respondenten zijn het eens met de stelling energie besparen is belangrijk, dit is af te lezen in figuur 2. Ook zijn de respondenten het redelijk eens met de andere twee instellingen. Men vindt dat zijzelf, de burgers actief mee moeten doen met energie besparen, maar ze vinden ook dat zij zelf al voldoende doen aan energie besparen. Mate dat men het eens of oneens is met de volgende stellingen over energiebesparen Ik doe zelf voldoende om energie te besparen 16 58 20 Het is belangrijk dat burgers actief bezig zijn 34 56 8 Energiebesparen is belangrijk 50 46 4 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% zeer eens eens neutraal oneens zeer oneens Figuur 2 13

3. Kunt u aangeven of u vindt dat onderstaande personen/instellingen actief bezig moeten zijn met de klimaatverandering? In figuur 3 is af te lezen of de respondenten vinden dat de onderstaande instellingen en personen zich actief bezig moeten houden met klimaatverandering. Acht van de tien respondenten vinden dat burgers van Delft en de gemeente Delft actief bezig moeten zijn met de klimaatverandering. De conclusie uit dit figuur is dat eigenlijk alle nationale, regionale en lokale instellingen en personen zich volgens de burgers actief bezig moeten houden met de klimaatverandering. Vindt u dat onderstaande personen/instellingen actief bezig moeten zijn met de klimaatverandering? (sport)verenigingen 62 16 22 De bewoners van Delft 82 4 14 De gemeente Delft 82 6 12 De bedrijven 84 6 10 Het rijk 86 6 8 Het energiebedrijf 88 4 8 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 ja nee weet niet Figuur 3 4. Kunt u aangeven of u vindt dat onderstaande personen/instellingen over het algemeen voldoende doen aan de klimaatverandering? Uit de vorige vraag is gebleken dat burgers vinden dat de instellingen en personen veel moeten doen aan de klimaatverandering. Uit het figuur hieronder is vast te stellen dat er nog veel gedaan moet worden, want burgers vinden dat de personen en instellingen nu voor een groot deel nog onvoldoende aan de klimaatverandering doen. Een kwart vindt dat de gemeente Delft onvoldoende doet aan klimaatverandering. Terwijl Delft wel koploper is in het tegengaan van de klimaatverandering en al veel projecten heeft lopen. De burgers zijn hier dan waarschijnlijk nog niet veel van op de hoogte gebracht. Wat ook opvallend is dat veel respondenten weet niet hebben ingevuld. Er wordt dus nog onvoldoende informatie gegeven aan de burgers over waar de instellingen en personen aan deelnemen om de klimaatverandering tegen te gaan. 14

Vindt u dat onderstaande personen/instellingen over het algemeen voldoende doen aan de klimaatverandering? (sport)verenigingen 6 28 66 De bewoners van Delft 10 32 58 De gemeente Delft 20 24 56 De bedrijven 10 46 44 Het rijk 18 40 42 Het energiebedrijf 28 22 50 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 doen er voldoende aan doen er onvoldoende aan weet niet Figuur 4 Na vier algemene vragen, hebben we de burgers ook een aantal vragen gesteld over wat zij zelf doen aan energiebesparing. 5. Doet u zelf actief aan energiebesparing? Een overgroot deel van de burgers vindt dat zij zelf actief energie besparen. Slechts een op de tien vindt dat zij dit niet doen. Dit figuur geeft dus een positief beeld over de burgers. Maar wat is actief energie besparen? Iedere burger heeft daar een andere mening over. Dit is namelijk niet goed te meten. Vandaar dat er nog een aantal vragen gesteld zijn over energiebesparing. Figuur 5 6. Wat zijn voor u redenen om zelf actief energie te besparen? Doet u zelf actief aan energiebesparing? 12% 4% 84% ja nee weet niet Aan de 84% die zelf actief energie bespaart, is er gevraagd wat de redenen daarvoor zijn. In figuur 6 is af te lezen dat bijna negen op de tien respondenten zelf actief energie bespaart, omdat het beter is voor het milieu. Acht van de tien invullers doen dit om kosten te besparen. Een kwart van de invullers vindt het een uitdaging om zo zuinig mogelijk te zijn. Slechts 2% geeft aan dat een actief energiebesparende omgeving een reden is tot energie besparen. Het grote deel van de burgers weten dus wel dat zelf energie besparen helpt om het milieu te verbeteren en dat het kosten bespaart. Als meer mensen aan energiebesparing gaan doen, dan zullen de kosten nog meer dalen in de toekomst. 15

Wat zijn voor u redenen om actief energie te besparen? (meerdere antwoorden mogelijk) anders. 4 weet niet omdat mijn omgeving dit ook doet 2 omdat het een uitdaging is om zo zuinig mogelijk te zijn 24 om kosten te besparen omdat het beter is voor het milieu 84 88 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 Figuur 6 7. Wat zijn voor u redenen om niet actief energie te besparen? 16% heeft in vraag 4 aangegeven niet actief energie te besparen of het niet weet. Aan hen is ook gevraagd wat de redenen zijn om niet actief energie te besparen. Zes van de tien respondenten is er niet bewust mee bezig, een kwart heeft een huurwoning en een vijfde deel van de respondenten vindt het te duur. 16% van de invullers weet niet hoe ze energie moeten besparen. Uit een bron van het Ministerie van VROM, is gebleken dat het percentage huurwoningen in Delft hoger is dan het landelijke gemiddelde. 20 Dit betekent dat de eigenaren van deze woningen, zelf niets of weinig aan energiebesparing mogen doen. De gemeente zelf moet er voor zorgen dat in deze huurwoningen op energie bespaard wordt. Concluderend kan men zeggen dat burgers niet bewust bezig zijn met energie besparen. Bewustwording is juist heel belangrijk en daarom zou dit een taak van de overheid moeten zijn om de burgers te overtuigen van de vele voordelen van energie besparen. Deze 16% die nu niet actief energie bespaart, zal in de toekomst zeker minder worden, als men bewuster wordt en de energiebesparing steeds makkelijker gaat worden. Wat zijn voor u redenen om niet actief energie te besparen? (meerdere antwoorden mogelijk) Anders. Weet niet Ik weet niet waar ik hiervoor terecht kan Ik vind het niet nodig om energie te besparen Ik wil graag energie besparen, maar ik weet niet Het is te duur Ik heb een huurwoning Ik ben er niet bewust mee bezig 6 4 4 20 16 20 24 62 0 10 20 30 40 50 60 70 Figuur 7 20 http://www.seor.nl/media/publications/ondersteuning-aanvraag-mau-gemeente-delft.pdf, blz. 8 16

8. Kunt u per maatregel aangeven of u hieraan meedoet of dit zou willen doen? In figuur 8 staan acht energiebesparende maatregelen, waarvan de respondenten aan moesten geven of zij dit al doen, zouden willen of moeten doen, er geen interesse in hebben of niet weten of zij dit willen doen. Energiebesparing begint al met overdag je lichten uit te zetten en verwarming lager te zetten. Gelukkig doet bijna iedereen dit ook wel. Ook gaat men zuinig om met apparaten. Dit betekent de apparaten uit te zetten in plaats van op stand-by. De helft isoleert het huis en schaft zuinige apparaten aan. Zonnepanelen worden steeds interessanter voor de burger, 46% zou dit namelijk wel willen. Om het gebruik van zonnepanelen te promoten heeft Delft een project lopen genaamd, het 100 Delfts Blauwe Daken project. Dit project heeft voor de burgers alleen maar voordelen, want er zijn geen extra kosten voor de panelen, maar de energierekening gaat wel omlaag. Dit project zou moeten aanslaan op de burgers die het interessant vinden. Dit project zou goed kunnen lopen, als die 46% weet dat dit project er is. Delft moet dit project dus meer onder de burgers brengen. Bijna alle maatregelen worden al gedaan of zou men graag willen doen. Dit geeft een positief beeld van de burger. Maar maatregelen, zoals lichten uit, apparaten zuinig gebruiken en meer fietsen, zijn niet te controleren. Daarom zou de gemeente nog meer moeten promoten, bijvoorbeeld het 100 Delfts Blauwe Daken project. Burgers weten te weinig af van de gevolgen van het gebruik van zonnepanelen. Vaak denkt men dat het veel meer geld gaat kosten, dan het oplevert. Maar het blijkt juist goedkoper te worden dan fossiele brandstoffen. De gemeente zal meer voorlichtingen moeten geven, zodat de burgers er meer vanaf weten. Kunt u per maatregel aangeven of u hieraan meedoet of zou willen doen? zonnepanelen op dak installeren 8 46 28 verbeteren van installaties 26 36 14 aanschaf zuinig apparaat 50 30 10 isoleren van huis (vloer-, glas-, dakisolatie) 52 26 8 auto laten staan, meer fietsen, lopen of met openbaar 80 10 8 apparaten zuinig gebruiken 84 10 4 verwarming lager zetten 88 4 6 lichten uit 92 6 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 doe ik al doe ik nu nog niet, maar zou ik wel willen doen geen interesse in weet niet Figuur 8 9. Wat zouden voor u voorwaarden zijn om wel of om meer energie te besparen? Om zoveel mogelijk burgers te stimuleren aan energiebesparing te doen, is er gevraagd wat dan voorwaarden zouden zijn hiervoor. De grootste voorwaarde zou zijn dat het financieel wat aantrekkelijker zou moeten zijn en dat het makkelijker moet worden. Dit zijn voorwaarden waar in de toekomst zeker aan gewerkt kan worden. 17

Wat zouden voor u voorwaarden zijn om wel of meer energie te besparen? (meerder antwoorden mogelijk) anders. weet niet indien ik tegen betaling het hele proces (van plan indien ik het samen kan doen met anderen, indien ik advies zou ontvangen indien ik meer informatie heb over de technische indien het makkelijk is om te doen indien het financieel aantrekkelijk is 6 12 16 22 22 32 68 72 0 20 40 60 80 100 Figuur 9 10. Kunt u aangeven of u met onderstaande projecten bekend bent? Delft heeft veel energieprojecten die moeten helpen om een zo groen mogelijke stad te worden. In figuur 10 staan een aantal energieprojecten weergegeven en of de burgers bekend hierbij waren of niet. De helft kent het Warmtebedrijf Eneco Delft. Het Europese project SESAC is het minst bekend. Dit is een Europees project waarin Delft veel leert van andere steden in Europa, burgers worden hier niet echt bij betrokken. Ook het project Steek energie in je woning! moet nog beter onder de aandacht komen is gebleken uit dit figuur. De gemeente moet dus echt meer de projecten onder de burgers brengen. Delft heeft heel veel goede projecten, die nog meer zouden werken, als de burgers er meer vanaf weten. Als er meer burgers van af weten, zullen zij zelf ook meer gaan nadenken over energiebesparing. Dit helpt Delft tot het worden van een groene stad. Kunt u aangeven of u met onderstaande projecten bekend bent? Het Delftse Aardwarmte Project (DAP) Project Zuidpoort 100 Delfts Blauwe Daken project Europees demonstratieproject SESAC Energieke scholen Steek energie in je woning! Informatieloket Delft op internet Warmtebedrijf Eneco Delft 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 ken ik ken ik niet Figuur 10 18

Uit de resultaten van de enquête kunnen we concluderen dat burgers willen dat er veel gedaan wordt aan het klimaat, maar er zelf te weinig vanaf weten. Ook blijkt uit de enquête dat een kwart van de burgers vindt dat Delft te weinig doet aan de klimaatverandering. Dit is vreemd, want Delft wordt gezien als koploper in het tegengaan van de klimaatverandering. Burgers worden dus niet goed betrokken bij de projecten van Delft. In en rond het huis zijn de burgers zelf wel actief, maar aan grotere projecten doen ze vaak niet mee. Projecten, zoals Steek energie in je woning! en het 100 Delfts blauwe dakenproject zijn helemaal niet bekend onder de burgers. Deze projecten kunnen pas helpen om Delft tot een groene stad te laten groeien, als zij meer bekendheid krijgen. De taak voor Delft wordt dus om de burgers meer bewust te laten worden van de klimaatverandering en hen actief mee te laten doen aan projecten. Dit zou Delft kunnen doen door projecten op te richten die echt gericht zijn om burgers bewust te maken. Ze moeten voorlichtingen geven over de oorzaken, gevolgen en oplossingen van het grote klimaatprobleem. Ook moeten ze duidelijk vertellen wat de plannen van Delft nu zijn en wat ze in de toekomst willen bereiken. Zo zijn de burgers goed op de hoogte en gaan ze zich er meer voor interesseren. 19

Conclusie: advies voor de gemeente Delft Na het literatuuronderzoek en ons eigen onderzoek kunnen we nu een antwoord geven op de hoofdvraag: In hoeverre is Delft een groene stad? Hieronder geven wij de belangrijkste resultaten weer uit ons onderzoek. Allereerst is duidelijk geworden dat er veel positieve overeenkomsten zijn tussen Delft en Växjö op klimaatgebied. Delft is goed op weg om, net als Växjö, een groene stad te worden. Delft is al lid van een aantal Europese projecten die staan voor Europese samenwerking. Ook voert Delft zelf projecten en campagnes uit. Bovendien streeft Delft er ook al naar om het gebruik van fossiele brandstoffen te verminderen en zelfs te stoppen. Aan de verschillen is te zien dat Delft nog achter loopt op Växjö. Blijkbaar is Växjö toch meer actief dan Delft om de klimaatverandering tegen te gaan. Zij is ook niet zomaar uitgeroepen tot de groenste stad. We hebben geconcludeerd dat het grootste verschil tussen de steden ligt bij de betrokkenheid van de burgers. Växjö heeft namelijk bij alle projecten de burgers goed betrokken. Zij informeren hen goed, laten hen actief meedenken en stimuleren hen om mee te werken. Delft zou dit ook nog meer moeten doen. Uit de enquête is namelijk gebleken dat de burgers van Delft te weinig met het klimaatbeleid bezig zijn. Volgens de burgers van Delft moeten alle nationale, regionale en lokale instellingen zich actief bezighouden met de klimaatverandering. Echter gebeurt er nog onvoldoende aan de klimaatverandering. Een kwart van de burgers vindt dat de gemeente Delft hieraan te weinig doet, terwijl Delft koploper is in het tegengaan van de klimaatverandering. Delft heeft dus zeker een plan opgesteld, maar de burgers weten hier weinig vanaf. Delft betrekt de burgers niet bij de lopende projecten op Europees en nationaal niveau en geeft hen hierover te weinig informatie. Dit is erg jammer, want er moet juist gezamenlijk gestreden worden tegen de klimaatverandering. De burgers vinden dat zijzelf actief aan energiebesparing moeten doen. Dit helpt namelijk om het milieu te verbeteren en het bespaart kosten. In tegenstelling tot de instellingen vinden de burgers dat zij dit al voldoende doen, namelijk 74%. Dit is echter niet het geval, want anders was Delft al uitgegroeid tot een groene stad. In en rond het huis blijkt 84% van de respondenten actief bezig te zijn. Ze besparen energie met de lichten uitdoen, verwarming lagerzetten en zuinig omgaan met apparaten. Natuurlijk draagt dit ook bij aan het milieu, maar men moet juist mee doen met grotere projecten. Delft heeft namelijk heel veel projecten, zoals Steek energie in je woning! en het 100 Delfts blauwe dakenproject. Deze projecten zijn speciaal gericht op de burger, maar uit de enquête is gebleken dat deze projecten weinig bekendheid hebben. Deze projecten zouden meer helpen om Delft tot een groene stad te maken, als er meer burgers van af weten. Burgers denken dat zijzelf goed bezig zijn met energiebesparing, maar om Delft tot een groene stad te maken, moet er nog veel gebeuren. 62% van de respondenten geeft aan niet bewust bezig te zijn met het klimaat. Dit moet veranderen, de burgers moeten meer bewust worden van de problemen die ontstaan. Bewustwording is juist heel belangrijk op het klimaatgebied en daarom zou de overheid de burgers moeten overtuigen. Uit dit onderzoek is gebleken dat de burgers van Delft meer overtuigd moeten worden over de grote problemen van het klimaat. Dit komt redelijk overeen met onze hypothese. De verwachting was dat Delft nog geen groene stad is, omdat de burgers niet genoeg weten over het klimaatprobleem en over wat Delft doet aan dit probleem. Ook hebben we nog een aantal tips voor een vervolgonderzoek. Ons onderzoek hebben we gericht op onze stad Delft. We hebben Delft vergeleken met de groenste stad Växjö, een enquête gehouden 20

onder de burgers van Delft en uiteindelijk een advies gegeven aan Delft. Dit onderzoek zou bij elke andere stad gehouden kunnen worden. Ook zou er een enquête in Växjö afgenomen kunnen worden. Je krijgt dan een goed beeld of de burgers in Växjö anders denken dan de burgers in bijvoorbeeld de stad Delft. Tot slot geven wij ons advies voor de gemeente Delft. Wij vinden dat Delft meer actie moet ondernemen om vooral de burgers bewust te laten worden van het klimaatprobleem. Dit kan de gemeente Delft doen door nog meer projecten op te zetten, die vooral gericht zijn op de burgers. Deze projecten moeten wel goed gepromoot worden. Er moet de burgers duidelijk gemaakt worden dat duurzame energie op den duur goedkoper is dan het gebruik van fossiele brandstoffen. Ook de jongeren zijn van groot belang bij het klimaatbeleid, want zij zijn onze toekomst. Samen moeten we Delft tot een groene stad kunnen maken! 21

Nawoord Halverwege het vijfde leerjaar, werd het YES-project aangekondigd. Dit project zou inhouden dat je in de vijfde al begint aan je profielwerkstuk, geen stress hebt voor je examen, hulp kreeg vanuit verschillende instanties en het onderwerp klimaat en Europa zou zijn. Dit sprak ons erg aan, dus hebben we ons aangemeld en gingen we enthousiast naar de eerste projectdagen. Tijdens deze dagen kregen we veel informatie over verschillende gebieden van klimaat, kregen we colleges van verschillende mensen uit dit vakgebied en kwamen op verschillende plekken, zoals universiteiten, ministeries en het Europese parlement in Brussel. Op 2 oktober hebben we als afsluiting van het project een presentatie gehouden over ons profielwerkstuk in het World Forum in Den Haag. Dit klinkt erg interessant en boeiend, maar het project had toch een aantal nadelen. Nadat we de meeste projectdagen achter de rug hadden, was er nog een hoop werk te doen. Het hele onderzoek moest nog gedaan worden in onze eigen tijd, terwijl wij hadden gedacht dat je tijdens de dagen hiermee aan de slag ging. Ook was er vanuit school weinig begeleiding geregeld. We hadden weinig overleg met school, hebben veel zelf moeten doen en werden eigenlijk aan ons lot overgelaten. Tot twee weken voor de presentatie in het World Forum hebben we alles zelf moeten doen, maar hierna heeft mevrouw van Wegen zich aangeboden om ons te helpen. Dit vonden wij natuurlijk heel erg fijn. Zo konden we toch ons onderzoek bespreken met een leraar en zo een goed verslag ervan maken. Na een periode van oriënteren, verdiepen in het onderwerp en hard werken, is dan eindelijk het verslag af. Ondanks het andere verloop van het YES-project en het slechte overleg met school, zijn wij tevreden over ons profielwerkstuk. De gehele periode verliep de samenwerking goed, we hebben duidelijk de taken verdeeld, afspraken gemaakt en ons ook daar aangehouden. Ook onze hypothese kwamen overeen met de uiteindelijke resultaten. Door ons een lange periode verdiept te hebben in het klimaat, zijn wij ons er nu meer bewust van dat de verandering van het klimaat een groot probleem is voor iedereen. Onze conclusie van de vraag in hoeverre Delft een groene stad is, is dat Delft geen groene stad kan worden als zij de burgers niet bij de projecten blijft betrekken. Dit geldt niet alleen voor Delft, maar voor alle steden in Nederland en Europa. Burgers moeten bewust worden van het grote klimaatprobleem, want samen kunnen we er wat aan doen. Hopelijk wordt Delft in de toekomst een groene stad en komen er nog meer groene steden! 22

Logboek Eerst worden in dit logboek het aantal uren van de YES!-projectdagen op een rijtje gezet. Daarna komt de rest van het aantal uren aan bod, in verschillende fases. Deze fases zijn gebaseerd op de fasering in het profielwerkstukboekje van onze school. Het aantal uren dat weergegeven is, is van één persoon. We hebben allebei evenveel uur erin gestopt. YES!-Project 9 maart Universiteit Wageningen 7 uur 11 april Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Instituut Clingendael 7 uur 15 en 16 mei Universiteit Tilburg, Europarlement Brussel 20 uur 10 september Ministerie van Buitenlandse Zaken 3,5 uur 2 oktober World Forum Den Haag 7 uur + 44,5 uur Fasering FASE 1: Oriëntatie- en keuzefase Onderdeel van deze fase zijn ook de dagen van het YES!-Project die hierboven zijn vermeld. PWS-intro 3 uur Verdeling deelvragen 2 uur + 5 uur FASE 2: Onderzoeksfase In deze fase staat het verwerven van informatie centraal. Er is informatie over het onderwerp gezocht, er zijn mails gestuurd naar klimaatexperts, er is een interview gehouden en de deelvragen zijn verwerkt. Ook de profielmiddagen en overleg met de begeleider vallen onder deze fase. Totaal aantal uur: 36,5 uur FASE 3: Schrijffase/Ontwerpfase Informatie verder verwerken, voorlopige conclusies formuleren en antwoorden op hoofdvraag en deelvragen geven gebeurt in deze fase. Het maken van een voorlopige versie van het eindproduct staat dus centraal in deze fase. Totaal aantal uur: 42 uur FASE 4: Presentatiefase In deze fase wordt de definitieve versie van het eindproduct gemaakt en wordt de presentatie voorbereid en gehouden. Totaal aantal uur: 12 uur Het totaal aantal uren komt dus op 95,5 uur. 23