De dressuurproef klasse B



Vergelijkbare documenten
proeven website Pagina 1

Introductie. Nieuwe dressuurproeven. Regio Groningen & Friesland Tolbert 2016

Totaal technische presentatie te delen door 1,5 100 Totaal artistieke presentatie te delen door 1,5 100 EINDRESULTAAT 200

Groep 1. cijfer corr. opmerkingen

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET

D-proeven rijden. Beoordeling

Protocol voor de ringmeesters van de Pavo Cup tijdens de voorselectiewedstrijden

Opmerkingen/ tips : 1:rijbaan betreden & Opstellen. 2:a-B stap. 3: B-C snelle stap. 4: halve cirel om C. 5: stop bij A. 6: backup.

Jurycursus FNRS F1 t/m F12. Les 1

ASPRAKEN BIJ HET AFNEMEN VAN KLASSIEKE RUITERBREVET EXAMENS (= slagingscriteria ruiterbrevet A&B) RUITERBREVET A

Plaats Datum. Ruiter Paard

KÜR OP MUZIEK 28 NOVEMBER 2015

Protocol voor de ringmeesters van de Pavo Cup tijdens de voorselectiewedstrijden

Niveau s van de sportlessen

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) ALGEMEEN

wedstrijdspecial In dit nummer Dressuurwedstrijd Van de redactie Activiteiten Dressuurwedstrijd blz. 1 Waar kijkt een jury naar? blz.

Niveau s van de sportlessen

P A A R D E N S P O R T V E R E N I G I N G J E A N N E D A R C - Z O E T E R W O U D E

Vangheluwe. Vandewalle Louagie. Gheysens. Voet. Dennis Siebe. Arthur Jules. Jinthe

AVS Western Riding Cup Horse & Dog Trail. Start and Finish. Walk Jog Lope Backup Sidepass. See description. Dawra

Het opleidingsschema voor menners. Ad Aarts

Het is de bedoeling dat het paard actief aan de longe leert gaan met een regelmatige gang.

Stapsgewijs meer plezier in paardrijden!

Proefnr 3. Klasse B1. 1 A-F-B Binnenkomen in arbeidsdraf op de linkerhand 2 B-E-B Grote volte

Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen

Proefnr 11. Klasse L2

Plaats Datum. Ruiter Paard

Er worden figuren gereden, die je al kent, of welke je nog leert en oefent in de (manege)lessen. (zie figuren)

Basis van de dressuur

BASISCHECK Check of jouw paard een goede basisafrichting heeft

Thema Mei Basis Dressuur

Bijscholing parcoursbouwers2014

WEDSTRIJDEN: Locatie: Manege de Vosberg, Ninnesweg 176, 5981PD, Panningen.

Eventing Dressuurproef KBRSF J Nationaal

Bijlage 1 Inschalingstabel Dressuur paarden/pony s art. 110 Gepubliceerd op de website

Jaarcursus Train je paard in balans

2.) Heg springen : Uitvoeringsfouten ( -1 per fout ) Beoordeling ( +2 per uitvoering ) 3.) Smalle doorgang : Reglement Cross Challenge TREC:

Plaats Datum. Ruiter Paard

De Coachmap. Adresgegevens: Manege de Prinsenbankhoeve Groenestraat PB Wijchen

KÜR 1. Ruiter:. Paard: Totaal Opmerkingen. Punten /10 (*) Uit te voeren oefeningen (technische uitvoering) Coëff

Informatie Wedstrijddag

Algemene voorwaarden Barokke Kür op muziek. Baroque Event Moravita en 30 september 2012

Reglement Bruikbaarheidtest Haflingerhengsten

Working Equitation, Een functionele arbeidssport

Afdelingsdressuur 2017

De brevettenwerking van A tot A

VLAAMSE LIGA PAARDENSPORT. Reglement VLP Elite Cup SELECTIEWEDSTRIJDEN

Proefnr 19. Klasse M2

AFDELINGSDRESSUUR Versie 2018

Kür op muziek individueel B-niveau. Jury:

Op weg naar evenwicht.

Witboek Kür op Muziek rijden

FNRS proeven \ Diplomarijden. FNRS proeven \ Promotiepunten

ZE ZEGGEN DAT JE ZIJGANGEN MOET RIJDEN OM JE PAARD RECHT TE RICHTEN. HMM, HOEZO LOGISCH?

Met de Dressuurproeven Voor Paarden en Pony s Met de uit te voeren oefeningen (technische uitvoering) voor de KÜR

Fiches lesgevers 2012

PTV hindernis beschrijvingen basis -TREC

Bijlagen. Tijd: 11 minuten. 8 EKAP Arbeidsdraf. Buiging, regelmaat, overgang naar arbeidsdraf, drang naar voren... 9 PBX X XES

DEFINITIEVE STARTLIJST

DEELCERTIFICATEN & MASTER CERTIFICATIE PROGRAMMA

Dressuur wedstrijden. Pony wedstrijden: t/m groep 8 basisschool. Junioren wedstrijden: middelbare school t/m 16. Senioren wedstrijden: vanaf 16 jaar

Jury: De boordeling vindt plaats door een of twee juryleden in onderling overleg.

Starters / Hippische begeleiding Beginners. Datum: / / 201 Naam ruiter: Beoordeeld door:

Wat zijn overgangen?

Hoe gebruikt de ruiter zijn eigen lichaam om paard te rijden en meer specifiek om aan de teugel te rijden?

Uitbreiding examen koetsiersbewijs

Welkom! Bij dit gratis e-book + de bijbehorende video. Goed dat je ervoor

Handboekje IBOP RP DRESSUUR- EN SPRINGEN DRESSUUR

DRESSUUR HOOFDSTUK 2 - PROEF A - DRESSUUR

Proefgericht rijden. Thema November 2018

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Reglementen gebruiksrubrieken Nationale Tentoonstelling

DEFINITIEVE STARTLIJST

Uitleg Certificaat BuitenRijden en FNRS Ruiterbewijs voor ruiters

Rechtrichten en Academische rijkunst

Theorie april CBR/Ruiterbewijs

Regelboek Working Equitation Holland

Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie 1 Afdelingsdressuur. Afdelings. dressuur

1. De principes. 2. De houding. Boekverslag door J woorden 3 oktober keer beoordeeld

REGLEMENT Leer paardrijden met plezier deel 2 (zilver)

Reglement Special Olympics Belgium. Paardrijden. December Belgium

1 Kür op muziek. Kür. op muziek

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2013

Wedstrijd bestgaande rijpony Antwerpen & Limburg 5 JUNI PULDERBOS

HOOFDSTUK 1 : ALGEMEEN De omloop 2 2. Kleding 2 3. Berijding en paard 3 HOOFDSTUK 2 : REGLEMENT 3

Sinds april 2016 is de Kür op muziek voor menners een officiële KNHS-discipline.

Bijlagen. Met goed gevolg deelnemen aan kampioenschappen levert 5 punten op. Met goed gevolg deelnemen aan een CAIO levert 2 punten op.

Longeren is als dansen

Wedstrijd bestgaande rijpony Brabant - Wallonië Zaterdag 1 juni Lubbeek

Paardrijles. Inleiding. Inhoud. Spullen die je nodig hebt

Dominique Filion s prestatiemix

Exameneisen Lesgeven en Rijtechniek, versie 12 augustus

Wedstrijd bestgaande rijpony Oost- en West-Vlaanderen 9 JUNI Maldegem

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2015

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger

De Geïntegreerde Zit: een introductie.

Reglement Special Olympics Belgium. Paardrijden. Januari Belgium

HERFSTVAKANTIE 2014 CLUBTRAININGEN

Klasse B. In de klasse B-springen wordt het eerste parcours altijd verreden volgens artikel 280 Rijstijlwedstrijden.

HIPPISCH HATTEM NIEUWSBRIEF JANUARI 2016

Transcriptie:

Tekst: Nicole Rietman - Reijn Foto s: Remco Veurink De dressuurproef klasse B Hoe kijkt de jury? Iedereen die dressuur rijdt kent dat gevoel wel. De proef ging best goed, maar de punten vallen tegen. Of het omgekeerde. Het liep niet allemaal even lekker en toch heb je genoeg punten gekregen voor een winstpunt. In deze serie kijken we met de ogen van de jury naar de proef, beginnend bij de klasse B. Een van de laatste punten die beoordeeld wordt in een B-proef, is het halthouden en groeten. Belangrijk daarbij is dat je laat zien dat je controle hebt over het halthouden. 66 PaardenSport 02/2012

Digishots F B M A D X G C K E H Waar kijkt de jury precies naar, en hoe komt een punt tot stand? Olympisch jurylid Wim Ernes was nauw betrokken bij de samenstelling van de dressuurproeven zoals die sinds 2006 worden gereden. Als geen ander kan hij duidelijk maken hoe de verschillende onderdelen getoond moeten worden en waarom. Binnenkomen De proef begint met het binnenkomen in arbeidsdraf op de linker- of de rechterhand. Ernes: Zowel in de klasse B als in de klasse L hoef je sinds 2006 niet meer op de A-C lijn binnen te komen en vervolgens halt te houden op de middellijn. Daar hebben we als commissie die de dressuurproeven samenstelt voor gekozen om de ruiters, en met name de jonge paarden, wat meer de kans te geven om op een ontspannen manier aan de proef te kunnen beginnen. In de oude situatie waren de vaak onervaren ruiters, met in veel gevallen jonge paarden, al met heel veel aspecten bezig in het eerste onderdeel. Bijvoorbeeld om met voldoende balans en impuls binnen te komen, rechtgericht zijn, een goede overgang rijden, stilstaan, groeten en dat allemaal al in het begin. Door dat los te laten denken wij dat we het wat eenvoudiger hebben gemaakt. De combinaties kunnen nu rustig binnenkomen en over de hoefslag draven. De proef is dan al wel begonnen, maar het is iets anders dan op de middellijn binnenkomen. Scala van de africhting In de klasse B moet het zo zijn dat de paarden op een voorwaartse manier worden voorgesteld. Ze moeten met impuls binnendraven en min of meer in balans lopen. Dus de hoefslag kunnen volgen zonder naar binnen te vallen als ze door de hoeken lopen. Dat klinkt alsof je hier gemakkelijk een acht op zou kunnen scoren. Is dat ook zo? Nou, met een acht geef je aan dat het onderdeel goed is uitgevoerd. Een negen is zeer goed en een tien uitmuntend. Die punten worden altijd gerelateerd aan de mate waarin je voldoet aan het scala van de africhting zoals dat omschreven is in het dressuurproevenboekje. Dat scala van de africhting is eigenlijk de rode draad door de hele proef. Om een acht of hoger te kunnen krijgen voor het binnen komen moet het paard in de draf dus tactzuiver zijn, hij moet op een losse manier soepel door de baan bewegen, hij moet aan twee teugels aanleuning laten zien en zich buigen naar het verloop van de wendingen. Die takt, souplesse en aanleuning zijn de eerste drie kenmerken van het scala van de africhting en vooral van belang bij het paard dat aan het begin van zijn africhting staat. Dan heb je nog impuls, rechtgerichtheid en verzameling maar deze kenmerken zijn in de B- en de L-dressuur nog niet zo van belang. Niveau behorend bij de proef Eén van de gevraagde onderdelen is het van hand veranderen met enkele passen middendraf. Wat er ook moet gebeuren op de diagonaal, het moet altijd worden voorbereid in de hoek. Dat wil niet zeggen dat het paard in de hoek anders moet gaan lopen. Je moet als het ware een attentiewaarde creëren. Je paard met bijvoorbeeld een halve ophouding iets beter aan de hulp stellen voordat je iets gaat vragen. Wat op dit niveau op dit onderdeel wordt verwacht, is dat je eerst goed de hoek doorkomt. Overigens hoeven die hoeken bij de B- proeven nog niet zo scherp ingereden te worden. Eenmaal op de diagonaal probeer je op een geleidelijke manier de passen te verlengen, dat een aantal passen vol te houden, en dan op een geleidelijke manier weer terug te rijden. Het is niet de bedoeling dat je de hele diagonaal van de eerste tot en met de laatste pas in middendraf rijdt. Wel is het zo dat combinaties die dit wel al wat meer passen kunnen laten zien, daar niet voor worden gestraft, mits de uitvoering technisch correct is. Daar wordt net zo n goed punt voor gegeven als degene die de oefening correct uitvoert op de gevraagde manier, horend bij het niveau van de proef. Waar wordt in dit onderdeel de meeste aftrek voor gegeven? Weer teruggrijpend op het scala van de africhting kijk je eerst naar tact. Als de tactzuiverheid niet aanwezig is, kun je eigenlijk al geen goed punt meer scoren. Ook al is de rest nog zo goed voor elkaar, hoewel dat dan meestal ook niet zo is. Dus de jury kijkt of het paard in de verruiming tactzuiver blijft en niet sneller gaat of z n balans verliest, of de aanleuning goed blijft en of hij Wim Ernes: In de klasse B moeten paarden op een voorwaartse manier worden voorgesteld. Olympisch jurylid Wim Ernes was nauw betrokken bij de samenstelling van de dressuurproeven en kan als geen ander duidelijk maken hoe een goede dressuurproef gereden moet worden. PaardenSport 02/2012 67

Op sommige grote voltes moeten ruiters doorzitten. Ze moeten hierbij een onafhankelijke houding en zit laten zien en het paard niet in de weg zitten. los door het lijf blijft bewegen. Vaak zie je dat te voltes gevraagd. Ernes: Eigenlijk zijn het paarden op het moment dat de ruiter meer vooral gehoorzaamheidsproeven. De oefeningen die gevraagd worden zijn eenvoudig, het been geeft sneller worden en zich wat meer vast gaan houden. Verder is van belang of het zijn veel oefeningen waarbij gevraagd wordt paard rechtgericht is op de diagonaal, volgt de overgangen zowel naar voren als terug te maken en waarbij alleen hele lichte buiging achterhand de voorhand? En de jury kijkt of het paard ook werkelijk reageert op de hulp. wordt gevraagd. Ook op de grote voltes wordt Of de passen groter en actiever worden en of maar hele lichte buiging gevraagd waarbij gekeken wordt in hoeverre de paarden rechtge- dat gebeurt van achteruit. Niet alleen de verruiming zelf wordt beoordeeld, ook de overgangen naar het verruimen toe en het terug- voorhand volgt. Dat kan alleen maar als een richt zijn, dus in hoeverre de achterhand de rijden zijn onderdeel van de oefening. paard zich buigt. En ook hier moet het paard net als bij alle andere onderdelen voldoen aan Gehoorzaamheidsoefening het scala van de africhting dat hoort bij dit niveau. Dus kijkt de jury ook of het paard In de B-proeven worden veel halve en hele gro- tactzuiver is, of hij los door zijn lijf beweegt dus ontspannen is, of de aanleuning in orde is. Dat zijn zoals al eerder gezegd de drie belangrijkste factoren op dit niveau. Een andere gehoorzaamheidsoefening is de gebroken lijn. Bij de gebroken lijn rijd je eigenlijk drie kwart wendingen. Voorbereiding in de eerste hoek is belangrijk. Je moet de juiste stelling en buiging in de hoek hebben om de wending naar de diagonaal toe goed te kunnen rijden. Vanuit die wending moet je rechtrichten en eigenlijk de nieuwe wending naar de andere kant al voorbereiden. Die komt bij of ter hoogte van X. Van daaruit rijd je naar de hoefslag en krijg je weer een nieuwe wending. Dat moet allemaal vloeiend gebeuren in hetzelfde takt en in dezelfde houding. Van begin tot einde moeten de passen hetzelfde zijn. Halsstrekken Een oefening waarbij veel combinaties min of meer in de problemen komen, is het op de grote volte in draf het paard de hals laten strekken. Ja, daarmee test je of het paard op de juiste manier is afgericht. Volgt het paard de hand van de ruiter zonder uit elkaar te vallen, zonder zijn balans te verliezen en zonder zijn tact te verliezen. Het paard moet op vraag van de ruiter voorwaarts-neerwaarts achter de hand aangaan waarbij hij in zijn frame uiteraard verandert, maar waarbij de rest (skala) behouden blijft. Als het paard de hand van de ruiter enigszins volgt dan zit je op een voldoende en dat is een vijf of een zes. Doet het paard het zodanig dat hij duidelijk doorstrekt met zijn neus ongeveer op voorkniehoogte en iets voor de loodlijn, zoekend naar de hand dan kun je een hoog punt scoren mits je de rest behoudt. Het niet volgen van de hand is een onvoldoende. Na het halsstrekken volgt het teugels op maat maken. Als het paard de hals niet strekt valt er niet zoveel op maat te maken. Dat betekent dat, als een jury het op maat maken moet beoordelen, er in dit geval geen hoog punt gegeven kan worden. De jury kijkt of het paard vanuit het halsstrekken weer zodanig in de hand wordt gesteld dat het z n tact en balans niet verliest, los door het lijf blijft bewegen en goed blijft in de aanleuning waarbij het frame van het paarden- of ponylijf weer terugverandert naar de positie van voor het halsstrekken. Vroeger werd ook nog voorgeschreven op wat voor manier je de 68 PaardenSport 02/2012

teugels weer op maat moet maken. Dat is nu oordelen we de voorbereiding, de overgang zelf niet meer het geval. De manier waarop is niet en een aantal passen na de overgang. Want aan van belang, wel het effect ervan. Maar houd bij de hand van die passen kun je echt beoordelen het bepalen van het punt ook altijd rekening hoe de kwaliteit van de overgang was. De overgang moet zodanig worden uitgevoerd dat er met het feit dat het doorlopen van de grote volte ook een onderdeel is van de oefening. Ik het juiste effect uitkomt. kan me voorstellen dat een paard vanwege wat spanning het halsstrekken niet zo goed Middenstap heeft getoond, maar als de volte vervolgens In sommige proeven wordt de middenstap gevraagd op de korte diagonaal, in anderen op wel redelijk is uitgevoerd, dan kun je toch nog op een redelijke score uitkomen. de hele diagonaal. Hier geldt hetzelfde als voor de middendraf. De voorbereiding moet Overgangen goed zijn. Zorg dat het paard in de voorbereiding goed actief stapt, dat de aanleuning in In alle dressuurproeven worden veel overgangen gevraagd. Ernes: Net als bij het binnenkomen hebben we gemeend dat we in de B bij de de diagonaal opstapt de hals direct wat langer orde is en dat het paard op het moment dat je overgangen en eigenlijk bij alle oefeningen de wil maken. Als het paard verlengt in de bovenlijn moet hij zich meer loslaten, anders kan hij ruiters en de paarden zoveel mogelijk tijd moeten geven om de oefeningen goed uit te voeren. al niet verlengen. En als het paard zich meer Daarvoor hebben ze een ruime marge gekregen ontspant kan hij ook meer schrijdend stappen in de rijbaan. Naarmate de proeven hoger worden, wordt die ruimte steeds meer ingeperkt. In het paard tactzuiver en actief blijft stappen, met meer ruimte. En dat willen we zien. Dat de B-proef wordt gevraagd om tussen C-H-E een zich ontspant, verlengt en dus grotere passen overgang naar de arbeidsstap te maken. Als de maakt, en de hand volgt. Niet zo extreem als voorbereiding voor de overgang zodanig is dat bij het halsstrekken, maar wel aanleuning zoekend. Daarbij moet de achterhand in het spoor je de overgang bij H kunt uitvoeren, dan kun je dat rustig doen. Heb je meer tijd nodig om die van de voorhand blijven. Vaak wordt bij de uitgestrekte stap alleen maar gekeken naar hoe overgang op een goede manier te rijden dan heb je de ruimte tot aan E. Bij de overgang be- ver het paard overstapt. Maar wat wij willen De combinatie op de foto is al verder dan de klasse B, maar ter illustratie is dit moment van de galop zeer geschikt. De pony laat een goede galop zien waarbij hij heel licht naar binnen is gesteld. zien is dat het paard over meer bodem stapt, dus ruim over de afdruk van de voorvoet heen, maar we willen ook zien dat het paard meer vanuit de schouder met het voorbeen een ruimere pas maakt. En er moet een duidelijk verschil zijn tussen de arbeidsstap en de middenstap. Als een paard in de arbeidsstap één hoef overstapt, moet hij in de middenstap twee hoeven overstappen. En als hij er in de arbeidsstap al twee overstapt moeten dat er in de middenstap zeker drie zijn. Als je geen verschil laat zien in de lengte van de passen, dan kun je al geen hoog punt meer scoren. Doorzitten Na de middenstap wordt een overgang naar de arbeidsdraf gevraagd. Er moet dus een reactie getoond worden op de hulp van de ruiter. Als je het hebt over Z-niveau dan moet dat een prompte reactie zijn. Op B-niveau moet er ook wel directe reactie komen, maar de uitvoering mag (moet) wel wat geleidelijker. Er moet dus activiteit opgewekt worden en een vloeiende overgang gemaakt worden van stap naar draf. Vervolgens wordt in een aantal proeven een grote volte gevraagd waarbij de ruiter moet doorzitten. Het is belangrijk dat de jury hier goed naar kijkt. Ruiters kunnen alleen maar hun paarden scholen als ze zichzelf voldoende scholen en dat begint met een onafhankelijke houding en zit en het goed geven van de hulpen. Je hebt ruiters die niet kunnen doorzitten en die zo stuiteren dat je soms zelfs het verschil tussen lichtrijden en doorzitten niet ziet. Die komen nooit tot goed paardrijden en zitten hun paard in de weg. De beoordeling hiervan komt terug in twee van de laatste onderdelen waarbij we punten geven voor de houding en zit, de rijvaardigheid en het effect van de hulpen. Als een ruiter daar keer op keer slechte punten krijgt, gaat hij daar toch over nadenken en er waarschijnlijk met zijn trainer iets aan doen. En als het doorzitten niet in orde is maar de volte wordt wel netjes doorgereden? Ja, in theorie zou een ruiter die heel slecht zit in dat geval voor dit onderdeel toch een redelijk punt kunnen krijgen. Maar in de praktijk is er bij een slecht zittende ruiter wel meer mis in de uitvoering. Als de ruiter op het paard zit te bonken zal het paard niet lekker los door zijn lijf lopen en zich niet lekker loslaten en buigen. Trouwens, als er lichtrijden gevraagd wordt, dan moet dit op het goede (bui- PaardenSport 02/2012 69

In alle dressuurproeven worden veel overgangen gevraagd. In de klasse B heb je daar nog een ruime marge voor. Bij de overgang wordt de voorbereiding, de overgang zelf en een aantal passen na de overgang beoordeeld. Exact voor de jury bij de letter C de overgang maken hoeft dus niet. ten voor-) been plaatsvinden, anders wordt er in ieder onderdeel waarin dat verkeerd wordt uitgevoerd een punt van het te geven punt afgetrokken Galop Voor de overgang naar de arbeidsgalop wordt in de B-proeven ook weer behoorlijk wat ruimte gegeven. Ernes: Dat aanspringen gebeurt in deze proeven op een grote volte. Ook nu kijken we weer of de voorbereiding goed is en of de overgang vloeiend verloopt. En of de laatste drafpas ook nog een echte drafpas is. Je ziet soms van die halve draf- galoppassen of galop- drafpassen waarbij het paard min of meer uit elkaar valt voordat het echt aangaloppeert. Daarvoor zal geen hoog punt gegeven kunnen worden. Wat de galop anders maakt, is dat we bij het hele galopgedeelte graag willen zien dat het paard heel licht naar binnen gesteld is en heel licht gebogen is om het binnenbeen van de ruiter. Dat mag zeker niet ontaarden in scheeflopen. Het heeft juist een rechtmakend effect. Voor de overgang terug naar de draf geldt hetzelfde als voor de overgang naar de galop. De laatste galoppas moet een echte galoppas zijn en de eerste drafpas ook een echte drafpas. De overgang mag wel geleidelijk gaan maar niet struikelend, uit elkaar vallend en dergelijke. Dat is echt onvoldoende, zelfs op B-niveau. Halthouden en groeten Het laatste onderdeel is het in stap afwenden bij A en tussen X en G halthouden en groeten. Ernes: Het vanuit stap naar het halthouden toe rijden is eenvoudiger dan vanuit de draf. Aan de andere kant is het rechtrichten op de middellijn in stap moeilijk. Je kunt daar als jury de africhtingsgraad en de manier van rijden van de ruiter aan herkennen. Vervolgens laat je duidelijk zien dat je controle hebt over het halthouden. Dat hoeft op zich niet vierkant te zijn in de B. Het paard moet wel stilstaan met het gewicht verdeeld over vier benen en hij mag pas weer in beweging komen als de ruiter dat wil. En hoeveel tellen een paard dan heeft stilgestaan is niet van belang. Plussen en minnen In de eindcijfers geeft de jury eigenlijk punten voor de mate waarop de combinatie voldoet aan het scala van de africhting, oftewel het algemene africhtingniveau. Voor de basisgangen worden aparte punten gegeven. Hoe die basisgangen eruit moeten zien, staat beschreven in het reglement van de KNHS. Ook voor de impuls wordt een punt gegeven. Wat wij bij een B-paard willen zien is dat het paard van achteruit al min of meer begint met het ontwikkelen van activiteit en kracht en dat door het lichaam doorgeeft naar voren. Het evenwicht ligt bij ieder paard van nature wat meer op de voorhand. Het is de bedoeling dat je dat als ruiter wat meer naar achteren brengt, dus beter verdeeld over vier benen. En hoe beter je dat lukt, hoe verder je africhtingsniveau toeneemt. Het rechtgerichte, ontspannen en in aanleuning gaande paard is ook een onderdeel waar een punt voor gegeven wordt. Ook hier zitten weer een aantal criteria van het scala van de africhting in voor zover ze van toepassing zijn op de B en de L. In het bovenstaande gedeelte over doorzitten is voldoende gezegd over de onderdelen houding en zit van de ruiter. Voor wat betreft de rijvaardigheid en het effect van de hulpen: Met een goed punt hiervoor geeft de jury aan dat de ruiter op een juiste manier bezig is om het paard te bewerken. Er mag gerust iets mis gaan, de jury kijkt er ook naar hoe de ruiter een probleem oplost. Als een paard verkeerd aanspringt en de ruiter lost dat direct op een goede en vloeiende manier op, dan kan dat een plus zijn. Hoewel het effect van de hulpen Tactzuiver, los door het lijf en een goede aanleuning, zijn de drie belangrijke factoren op dit niveau. wat minder was, want het paard is verkeerd aangesprongen. Het is voor de jury wel een moeilijk onderdeel. Hij moet veel plussen en minnen tegen elkaar afwegen. Maar het kan theoretisch zo zijn dat er in een proef heel wat mis ging, maar dat er voor dit onderdeel toch een goed punt gegeven wordt. Het laatste onderdeel is de verzorging van het geheel. Ernes: Daar geef ik eigenlijk altijd een acht als ik zie dat er iets aan gedaan is. Of de manen nu geschoren zijn of ingevlochten dat maakt wat mij betreft niet uit. Zeker bij de pony s moet hier een stimulans vanuit gaan. 70 PaardenSport 02/2012