AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT

Vergelijkbare documenten
AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR. MicroMax. Art.nr. F IBC control Made in Sweden

IBC control. MicroMax180 GEBRUIKSAANWIJZING. Met instelbare boost-functie en drempelwaarde. Since EMC-schroefverbanden zijn optioneel

GEBRUIKSAANWIJZING REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR. VariMax100. Art.nr. F IBC control Made in Sweden

IBC control. MicroMax750 GEBRUIKSAANWIJZING. Since EMC-schroefverbanden zijn optioneel REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

Concept 420 sm (productinformatie) Blad 1 04/2008

II PROGRAMMEERBARE STURING

AVL DiSpeed 490U HANDLEIDING

Microstap Stappenmotor Eindtrap HP5056

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

ACS-30-EU-PCM2-x-32A

Telescopische TV liften serie John vta

Multi Purpose Converter 20A

PROGRAMMEERBARE STURING

Algemeen... blz 2. Blokschema... blz 2. Beschrijving besturingseenheid type blz 2 en 3

Telescopische TV liften John 65hats 1111/1645

SAMENVATTING VAN DE HANDLEIDING VAN DE FREQUENTIEREGELAAR ECO VOOR TOEPASSINGEN MET VARIABEL KOPPEL

Installatie-instructie

TV liften serie Floorstand v

STAKA. Handleiding elektrische bediening. Dakluiken Flachdachausstiege Roof access hatches Trappes de toit

TV liften serie John v

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

Telescopische TV liften serie John hat

EC Vent Installatie-instructies

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009)

Installeren van de FOREST SHUTTLE AC

GA-1 Alarmtoestel vetafscheider Installatie- en bedieningsinstructies

Technische documentatie

EV645 / EV646 TECHNISCHE GEGEVENS V DC 2 V tt 15 ma in rust (EV ma) 26 ma tijdens alarm (EV ma) 4D-signaalverwerking

ALGEMENE MODULE SPECIFICATIES. Voedingsspanning module V DC (tussen klemmen 11 & 12)

Nominale bedrijfsstroom bij een schakelfrequentie van 5 khz en een omgevingstemperatuur van +40 C

F O R E S T S H U T T L E S / L

TV liften serie John 2v

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

Tyro Pyxis/Auriga 2, 4, 6 of 8 voudige afstandsbediening Handleiding 868 MHz

Gebruikshandleiding lusdetector 1 lus (enkeldetetector type Vector TOE 40/7)

1. BESCHRIJVING. power LED. sigarettenplug. ON/OFF schakelaar. ventilator. AC uitgangsstopcontact. zekering 2. AANSLUITINGEN

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 15 versie

Motor Scooter Alarm Systeem. Installatie handleiding

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 12 versie

DF405_V5 Universele uitlezing opbouw

Emotron VSA/VSC Frequentieregelaar

GA-2 Alarmtoestel vetafscheider met twee sensoren Installatie- en bedieningsinstructies

Bedrade afstandsbediening YR-E14


Opgave 1 Opbouwen van een servomotor-systeem

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Aardlekautomaten HACO ideale combinatie

Waviduo 315 Elektrolasapparaat

Montage- en gebruiksaanwijzing

Horizontale TV liften type John hot en hot s

HQ-PURE150/12 (F) HQ-PURE150/24 (F) 150 WATT DC NAAR AC ZUIVERE SINUSGOLF INVERTER

Nederlandstalige handleiding Autoalarm AS5

Handleiding Electro - visapparaat

...een product van BEKA

EMS-VVX AANDRIJFSYSTEMEN

TV liften serie John ha

MONTAGEHANDLEIDING WINDBEVEILIGING EOLIS 2

HANDLEIDING PROGRAMMAREGELAAR 40/16 SE

Air Trade Centre NV, Hoogstraat 180, 1930 Zaventem, België

INSTALLATIE HANDLEIDING. CD 400 Trildetector

KVE Ronde elektrische kanaalverwarmer

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN

MC 885 HL CMP Hoog/Laag Brander Thermostaat

ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27

Gebruiksaanwijzing TTA /+150 C (1) VDH doc Versie: V1.1 Datum:

HANDLEIDING: BUITEN BEWEGINGSMELDER

GSM500 PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Productinformatie. ORION-VA Klimaatcomputer met centrale regelingen (IRIS)

SC Standalone 2-deurs toegangscontrolesysteem INHOUD: 1. KENMERKEN. 61 mm. 1

Gebruiksaanwijzing PX Combi 800

Idee, ontwerp en realisatie : Marc Van den Schoor. PICAXE-18M2+Rotor speed controller V1 Manual.docx pagina 1 van 7

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 9 versie

Gebruiksaanwijzing ST6/8 regeling.

Technische handleiding Versie 01/11 SERVER-CONTROL

Gebruikershandleiding

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

ROGER Belgium SCHUIFHEK OPENER R30 TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN AFMETINGEN R30 MODELLEN R30/ R30/ R30/ R30/1209

Handleiding 4 kwadrant regeling

Productinformatie. ORION-VS Klimaatcomputer met centrale regelingen (SIRIUS)

Gebruiksaanwijzing ST10-20 regelingen.

EV455AM / EV456AM TECHNISCHE GEGEVENS V DC 2 V tt bij 12 V DC 6 ma in rust (EV456AM - 6 ma) 18 ma tijdens alarm (EV456AM - 18 ma) Auto Focus

Elektriciteit en veiligheid op het podium voedingen, beveiliging, zekeringen en aardlekschakelaars

BESCHRIJVING VVVF PRIMA FREQUNTIE REGELAAR

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions

Debietdetector/ -melder. bij pneumatisch transport. Bedrijfsinstructies. Neue Technik. und Vertrieb

Alarmunit ZBA710. Inbraaksignalering voor sleutelschakelaars met microschakelaar. Aansluitschema's en gebruikaanwijzing

Serie 15 - Elektronische dimmer

MATRIX STURING VOOR INDUCTIELUSSEN

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

HANDLEIDING BUISMOTOREN SERIE 45, 55, 59, 64 M

Gebruiksaanwijzing ALFA 85 Koel Thermostaat met fanen ontdooisturing

Emotron I/O-board 2.0 Optie

PROGRAMMEERBARE STURING

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

Transcriptie:

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR MiniMax V / VK Herzien op 2014-10-08 Versie 1.4.1 F21037901NL

Verklaring van de fabrikant Bevestiging door de fabrikant dat het product voldoet aan de eisen die staan vermeld in EMC-RICHTLIJN 89/336/EEG benevens de aanvullingen 92/31 EEG en 93/68/EEG Fabrikant Product Typeaanduiding EU-richtlijn die op het product van toepassing is IBC control AB Brännerigatan 5 A, 263 37, Höganäs Regeleenheid voor roterende warmtewisselaar (frequentieomvormer) MiniMax V Minimax VK EN50081-1, uitgave 1, 1992 EN50081-2, uitgave 1, 1993 EN50082-1, uitgave 1, 1992 EN50082-2, uitgave 1, 1995 De fabrikant bevestigt op eigen verantwoordelijkheid dat het product waarvoor deze verklaring geldt, voldoet aan de eisen die worden vermeld in de hierboven genoemde EU-richtlijnen. Höganäs 17-03-2010 IBC control AB Christer Persson Algemeen directeur

Aansluitingsvoorschrift: MiniMax V / VK MiniMax VK ingekapseld MiniMax V niet ingekapseld Paginaverwijzing Aansluitschema Functiebeschrijving Algemene gegevens Aansluitingen Handmatig draaien (bij test) Instellingen Instelling van DIP-schakelaar Controle voordat de regeleenheid onder stroom wordt gezet Ingebruikneming van de uitrusting Bedrijfsindicaties Alarmindicaties Beveiligings- en bedrijfsfuncties 2 3 4 5 6 Lokaliseren van storingen 7 EMC-installatie voor Minimax VK (ingekapseld) 8 Montagevoorschrift voor EMCschroefverbinding 9

Aansluitschema S ignalen A1 A2 A3 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 w b H o o g L a a g + - Handm atig hoogtoerental resp. laag toerental Spanning / stroom B edrijf Ingang therm o- contact Ingang rotatiesensor R eset U itgang alarm relais U itgang bedrijfsrelais ( M ax 8A / 250V A C ) P otentiom eteringang Tonen van frequentie S troom gedeelte 1 2 3 3 4 L N U V W - + P ot. 0-140 ohm 0-10k ohm 0-10V D C kom t overeen m et 0-100 H z Inkom end 1 x 230V U itgang 3 x 230V Functiebeschrijving MiniMax (V niet ingekapseld IP20, VK - ingekapseld IP54) is een moderne vectorgemoduleerde frequentieomvormer met de extra functies die nodig zijn om een roterende warmtewisselaar optimaal te kunnen regelen. Hij kan alle op de markt voorkomende inkomende signalen aan. Het toerental van de warmtewisselaar, en daarmee de werkingsgraad, wordt geregeld door de regeleenheid, zodat het toerental van de rotor proportioneel is aan het inkomend signaal van de regelcentrale. Als het inkomend signaal lager is dan de ingestelde drempelwaarde slaat de rotor af. Als de rotor een half uur heeft stilgestaan, start het schoonblazen en roteert de rotor 10 seconden met een minimaal toerental. De rotatiesensor (magneet gemonteerd op de rotor met de erbij horende magneetsensor) stopt de omvormer en geeft een alarm bij een riembreuk of iets dergelijks. Bij te veel of te weinig spanning op het elektriciteitsnet, kortsluiting of massastoring alsmede een geactiveerd thermocontact in de motor, wordt de regeleenheid geactiveerd en wordt een alarm gegeven. Algemene gegevens Motorvermogen max. 370 W Acceleratietijd 1-30 s Motorstroom max. 2,2 A Retardatietijd 1-30 s Overbelasting 3,5 A Omgevingstemp. 0-45 o C 2 min/30 min niet condenserend Aansluitspanning 1x230,+/-10% V Beveiligingsvorm V:IP 20, VK: IP 54 Aansluitfrequentie 50-60 Hz Gewicht V: 1,2, VK: 1,4 kg Uitgangsspanning 3 0-230 V Maten, h b d V:155 165 67 mm Uitgangsfrequentie 1-100 Hz VK:195 165 67 mm Min. frequentie 1-20 Hz Ingekapselde zekering 10 A max. Max. frequentie 40-100 Hz 2

Aansluitingen Handmatig hoge toeren (A1-A2) Handmatig lage toeren (A2-A3) Inkomende signalen (1-3) Frequentiemeting (3-4) Bedrijf (5-6) Thermocontact (7-8) Rotatiesensor (9-10) Reset (11-12) Alarmrelais (13-14-15) Bedrijfsrelais (16-17) Koudeterugwinning. Geeft het ingestelde max. toerental als bedrijf (5-6) is gesloten. Ontdooien. Geeft het ingestelde min. toerental als bedrijf (5-6) is gesloten. Worden aangepast aan de regelcentrale 0-5V, 0-10V, 1-5V, 2-10V, 5-10V, 10-0V, 10-2V, 10-5V, 0-20 V Fasegemiddelde, 0-20mA, 4-20mA. Zie instelling van DIP-schakelaar, pagina 4. 0-10VDC komt overeen met 0-100Hz. D.w.z. 0,5V = 5Hz, 5V = 50Hz. Het toerental van de rotor is proportioneel aan de frequentie. Moet worden gebeugeld als de externe start niet wordt gebruikt. Moet worden gebeugeld als het thermocontact in de motor niet wordt aangesloten. De witte kabel wordt aangesloten op aansluitblok 9, de bruine op aansluitblok 10. De magneet wordt gemonteerd met de zuidzijde naar de sensor. Max. afstand 15 mm. De regeleenheid wordt geactiveerd als niet iedere 5 minuten een impuls wordt verkregen. De functie is uitschakelaar. Zie instelling van DIP-schakelaar, pagina 4. Reset op afstand bij alarm. De regeleenheid wordt automatisch gereset bij wegvallen van de spanning. Sluit tussen 14-15 bij alarm of wegvallen van de spanning. Max. 8A/250V AC. Sluit tussen 16-17 als bedrijf is toegestaan, d.w.z. als 5-6 is gesloten. NB. Het bedrijfsrelais sluit ook als er geen inkomend signaal is op 2-3, d.w.z. Gele lichtdiode 1 brandt niet. Max. 8A/250V AC. Handmatig draaien (bij test) Drukknop hoog toerental Drukknop laag toerental De motor roteert met het ingestelde max. toerental. De motor roteert met het ingestelde min. toerental. 3

Instellingen Boost Acc Ret Drempelwaarde Min. omw/min Max. omw/min Versterking van het koppel bij lage toerentallen. Ingesteld bij aflevering. Kan indien nodig worden verhoogd, maar dat betekent dat de motor warmer wordt. Acceleratietijd (0-30 s). Bij aflevering ingesteld op max., hoeft niet te worden afgesteld. Retardatietijd (0-30 s). Bij aflevering ingesteld op max., hoeft niet te worden afgesteld. De regeleenheid start als het inkomend signaal hoger is dan de drempelwaarde, instelbaar tussen 0 en 20 % van het max. inkomend signaal. B.v., bij het gekozen inkomend signaal 0-10 V is de drempelwaarde instelbaar tussen 0-2 V. Min. toerental (1-20 Hz). Ingesteld bij aflevering op 4 Hz. Max. toerental (40-100 Hz). Ingesteld bij aflevering op 50 Hz. Instelling van DIP-schakelaar 1 2 3 4 5 6 7 8 Potentiometer 0 0 0 0 0 0 0-5 V 0 0 0 0 0 0 0-10 V 1 0 0 0 0 0 DIP-schakelaar ON (1) 1...8 OFF (0) 0-20 V 0 1 0 0 0 0 1-5 V 0 0 1 0 0 0 2-10 V 1 0 1 0 0 0 5-10 V 1 0 0 1 0 0 10-0 V 1 0 0 0 0 1 10-2 V 1 0 1 0 0 1 10-5 V 1 0 0 1 0 1 0-20 ma 0 0 0 0 1 0 4-20 ma 0 0 1 0 1 0 Schoonblazen vanaf 0 Schoonblazen tot 1 Roetsensor vanaf 0 Roetsensor tot 1 4

Controle voordat de regeleenheid onder stroom wordt gezet Controleer of Controleer of Controleer of Controleer of de motor is aangesloten voor 3 x 230V. Als een werkschakelaar is aangesloten tussen motor en regeleenheid, dient het thermocontact van de motor te worden aangesloten via het hulpcontact in de werkschakelaar. de regeleenheid is aangesloten volgens de instructie op pagina 2-3. Voedingsspanning 230 V, +/-10 %. de DIP-schakelaar is ingesteld voor het type signaal dat de regeluitrusting afgeeft. Zie instelling van DIP-schakelaar, pagina 4. de rotatiesensor en de schoonblaasfunctie zijn aangesloten. Zie instelling van DIP-schakelaar, pagina 4. Ingebruikneming van de uitrusting Dient te geschieden op volgorde Controleer of Instelling van max. toerental Instelling van min. toerental Controle van rotatiesensor Instelling van drempelwaarde Schoonblazen Afsluiten met de motor in de juiste richting roteert ten opzichte van de rotatierichting van de rotor. Bij storingen worden twee fasen van de motor verwisseld. Gebruik drukknop Hoog toerental, of beugel A1-A2 en Bedrijf 5-6. Stel het Max. omw/min zo af dat de rotor roteert met 10-12 omw/min (of volgens de aanwijzing van de rotorfabrikant). Gebruik drukknop Laag toerental, of beugel A2-A3 en Bedrijf 5-6. Stel het Min. omw/min zo af dat de rotor roteert met 0,5-1 omw/min (of volgens de aanwijzing van de rotorfabrikant). Gebruik drukknop Hoog toerental. De gele lichtdiode (2) knippert als de magneet de magneetsensor passeert. Zorg ervoor dat de regelcentrale is ingeschakeld. Beugel Bedrijf 5-6. Stel het min. uitgaand signaal af op de regelcentrale. Als de rotor blijft roteren, verhoog dan de drempelwaarde tot deze stopt. Wordt getest als de spanning aanstaat. Als de schoonblaasfunctie aanstaat en het inkomend signaal lager is dan de drempelwaarde, zal de rotor direct beginnen met schoonblazen als de spanning wordt aangezet. de regelcentrale de rotor te laten regelen op het min.- en het max.-toerental en te controleren of de snelheid van de rotor correct is. 5

Bedrijfsindicaties Groene lichtdiode Gele lichtdiode 1 Gele lichtdiode 2 Spanning aan, brandt constant. Knippert als de regeleenheid werd geactiveerd. Brandt als bedrijf is toegestaan, d.w.z. als het inkomend signaal hoger is dan de drempelwaarde. Knippert als de rotatiesensor wordt beïnvloed. Ongeacht de instelling van de DIP-schakelaar. Alarmindicaties Alle alarmsignalen blijven Rode lichtdiode 1 Rode lichtdiode 2 Rode lichtdiode 3 Rode lichtdiode 4 Rode lichtdiode 3 en 4 Geeft aan dat de regeleenheid werd geactiveerd vanwege de rotatiesensor. Geeft aan dat het thermocontact werd geactiveerd. Geeft te hoge spanning aan. De regeleenheid wordt geactiveerd na 7 s. Geeft te lage spanning aan. De regeleenheid wordt geactiveerd na 7 s. Geeft kortsluiting aan fase-fase of fase-massa. Beveiligings- en bedrijfsfuncties Te hoge - / te lage spanning De regeleenheid wordt geactiveerd bij 250 V resp. 205 V. Vertraging 7 s. Te veel stroom De regeleenheid beperkt de stroom bij 4A. Massastoring/kortsluiting Schoonblazen Herstart Afscheiding De regeleenheid wordt geactiveerd bij kortsluiting fase/massa of fase/fase. De warmtewisselaar roteert met min. toerental gedurende 10 s. iedere 30 minuten als het inkomend signaal lager is dan de drempelwaarde, d.w.z de motor staat stil. De functie is uitschakelbaar. Zie instelling van DIP-schakelaar, bladzijde 4. Automatische herstart na wegvallen spanning. Afscheiding tussen motor en omvormer dient niet plaats te vinden bij belasting. 6

Lokaliseren van storingen Groene lichtdiode knippert, onderstaande rode lichtdiode brandt en de omvormer werd geactiveerd op grond van: Geactiveerde rotatiesensor Geactiveerd thermocontact Riembreuk De riem slipt Magneetsensor of magneet niet intact - Magneet verkeerd gedraaid Magneetsensor verkeerd aangesloten (onjuiste polariteit) - Min. toerental te laag ingesteld (de frequentie is zo laag dat de motor het niet aankan). Te hoge wikkeltemperatuur in de motor. Het thermocontact schakelt uit als de temperatuur is gezakt tot een normaal niveau. Te hoge spanning Voedingsspanning hoger dan 250 V gedurende meer dan 7 s. Te lage spanning Voedingsspanning lager dan 205 V gedurende meer dan 7 s. In bovenstaand geval moet de regeleenheid worden gereset via aansluitblok 11-12 of opnieuw worden gestart, d.w.z. de voedingsspanning onderbreken. Massastoring/kortsluiting Massastoring/kortsluiting in kabel of in de motor. In dat geval moet de regeleenheid opnieuw worden gestart, d.w.z. de voedingsspanning onderbreken. De rotor kan niet starten, of kan niet meer toeren maken. De omvormer beperkt de stroom Te korte acceleratieopgang Te grote rotor/te kleine motor Rotor te traag Motor kapot / lagerstoring / wikkelstoring / massastoring (meet ter controle de motorweerstand. Moet ongeveer gelijk zijn op alle fasen).meet de stroom. De motor start helemaal niet. Voer een test uit met de knoppen Hoog en Laag toerental om te controleren of de omvormer niet kapot is. Controleer het inkomend signaal voor de regeluitrusting. Beugel 5-6, controle van bedrijfsvoorwaarden. Meet de uitgaande spanning op de omvormer fase-fase (U- V-W). De spanning moet tussen alle drie de fasen ongeveer gelijk zijn. Onder 50 Hz is de spanning minder dan 230 V tussen de fasen. NB De juiste waarde van spanning en stroom wordt alleen verkregen met een draaiijzerinstrument. 7

EMC-installatie voor Minimax VK (ingekapseld) Om aan de eisen in de EMC-richtlijn te voldoen, moet, ingeval een afgeschermde kabel wordt gebruikt, het scherm worden aangesloten in een EMC-schroefverbinding. Als dat niet gaat, moet het scherm worden aangesloten op massa (PE). In dat geval is het belangrijk dat het scherm zo kort mogelijk is. Het scherm wordt aangesloten aan beide uiteinden. Ingeval de onderstaande kabels en EMC-schroefverbindingen niet worden gebruikt, moet gelijkwaardig materiaal worden gebruikt. Magneetsensor F29801303 EMC-pakket M-schroefdraad 1 Bestaat uit: F29831161 F29845161 Afsluitplug Contramoer plastic M16 (2m-5m-10m kabel) LIYCY 2x0,34 (met scherm) 2 F29831161 F29835161 Schroefverbinding metaal M16 (5-10) Contramoer metaal M16 3 F29821121 F29825121 EMC-schroefverbinding M12 (3-6,5) EMC-contramoer M12 4 F29821201 F29825201 EMC-schroefverbinding M20 (7-12) EMC-contramoer M20 5 F29821161 F29825161 EMC-schroefverbinding M16 (5-10) EMC-contramoer M16 Motorleidingen thermocontact F29811776 NCY 7x0,75 (met scherm) Voeding 230V (hoeft niet te worden afgeschermd) F29817315 Voedingskabel EKK 3x1,5 F29818315 Voedingskabel EKLK 3x1,5 Regelsignaal, bedrijf alarm- en bedrijfsindicatie Het aantal geleiders is afhankelijk van welke functies worden gebruikt. F29814250 Signaalkabel LIYCY 2x0,5 F29814450 Signaalkabel LIYCY 4x0,5 F29814650 Signaalkabel LIYCY 6x0,5 F29814850 Signaalkabel LIYCY 8x0,5 Aansluiting van de motor Ingeval het koppelingshuis van metaal is, moet een EMC-schroefverbinding worden gebruikt.. Als het koppelingshuis van plastic is, moet een gewone plastic schroefverbinding worden gebruikt. In dat geval moet het scherm worden aangesloten op massa en moet de lengte van het scherm zo kort mogelijk zijn. ------------------------------------------------------- Een gekoppelde motor met lengte van de kabel naar keuze kan worden besteld. LIYCY is een afgeschermde kabel. Als de alarm- of bedrijfsindicatie 230 V is, moet een aparte kabel worden gebruikt. 8

Montagevoorschrift voor EMC-schroefverbinding 9

Brännerigatan 5 A SE-263 37 Höganäs Tel. +46 42 33 00 10 Fax +46 42 33 03 75