PTC/PT100 board 2.0 Optie



Vergelijkbare documenten
Emotron PTC/PT100 board 2.0 Optie

Emotron I/O-board 2.0 Optie

PTC/PT100 board 2.0 Optie

Emotron Encoder board 2.0 Optie

PTC 2.0-optieprint. PTC/RTC-optieprint. Gebruiksaanwijzing Nederlands. Voor frequentieregelaar Emotron VFX/FDU 2.0-IP2Y. Voor Emotron FlowDrive-IP2Y

Emotron I/O-board 2.0 Optie

RTC- Print real-time klok Optie

RTC- Print real-time klok Optie

Emotron HCP 2.0. Handheld control panel voor Emotron FDU/VFX 2.0 Emotron CDU/CDX 2.0. Gebruiksaanwijzing Nederlands

Geoptimaliseerd voor lage vermogens

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

Emotron VSA/VSC Frequentieregelaar

Emotron FDU en VFX 2.0

Installatie-instructie

ACS-30-EU-PCM2-x-32A

HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009)

Multi Purpose Converter 20A

EC Vent Installatie-instructies

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

Speciale frequentieregelaar voor afvalwater. Emotron FlowDrive

ACS-30-EU-MONI-RMM2-E

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

Geldt voor Emotron VFX 2.0 en FDU 2.0 frequentieregelaar

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften

Technische Catalogus Softstarters

GPRS-A. Universele monitoringsmodule. Quick start. De volledige handleiding is verkrijgbaar op Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18

088U0240 / 088U0245. Handleiding CF-MC Hoofdregelaar

Installatie instructies

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

Idee, ontwerp en realisatie : Marc Van den Schoor. PICAXE-18M2+Rotor speed controller V1 Manual.docx pagina 1 van 7

GA-2 Alarmtoestel vetafscheider met twee sensoren Installatie- en bedieningsinstructies

Emotron M20 Asbelastingsmonitor

PumpDrive. Zelfkoelende, motoronafhankelijke frequentieregelaar. Verkorte handleiding

BES External Signaling Device

OPTISCHE-AKOESTISCHE BUITEN SIRENE/FLITSER SP-4002

Wij beschermen mensen

AC ZONE ALARMCONTROLLER MET DEURBEL HANDLEIDING

Emotron FDU/VFX 2.0 Extern bedieningspaneel

TECHNISCHE HANDLEIDING

Aanvullende bedieningsvoorschriften DULCOMARIN II, Sensormodule (ph, redox/orp, temperatuur) DXMaM

Installatiehandleiding. DEVIreg 132. Elektronische thermostaat.

GA-1 Alarmtoestel vetafscheider Installatie- en bedieningsinstructies

Nederlandstalige handleiding Autoalarm AS5

Installatie handleiding Emergency Battery System.

Technische handleiding Versie 01/11 SERVER-CONTROL

MC 885 HL CMP Hoog/Laag Brander Thermostaat

Magic Box-II AL20 Series Introductie

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

PROGRAMMEERBARE TEMPERATUUR DETECTOR TD-1_NL 07/11

MS Semen Storage Pro

OMI-5 METALEN BEHUIZING

Installatiehandleiding

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Basiselement jaloezie- en rolluikbesturing zonder parallelaansluiting

Montage- en gebruiksaanwijzing

MONTAGEHANDLEIDING. Kit met 2-wegafsluiter/kit met 3-wegafsluiter voor ventilatorconvectoren EKMV2C09B7 EKMV3C09B7

Bestnr Digitale temperatuurregelaar ENDA ET1311

User Manual DMX Universal Demux 8 channel Switch / PWM / Servo / Strobe / Binair

em4 Toebehoren Analoge uitbreidingen

Handleiding HCS VB5224

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

AX-7020 Gebruikershandleiding

KVE Ronde elektrische kanaalverwarmer

Vibra Switch C. Niveauschakelaar

DIN-RAIL UITBREIDING int-iors_nl 10/14

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT

Magneetklep DN15 t/m DN150

Montage- en gebruiksaanwijzing. Module M2 voor BDC-i440 besturingen

OPTILOG-900 OPTILOG-900

Inhoudsopgave. Handleiding: MC v2.0a. Pagina - 1 -

Terugmeld module in combinatie met andere merken 13. Aansluiten van de meldingangen 14. In gebruik nemen en testen van de terugmeld module 16

Technische handleiding Versie 11/11. PLC-INTERFACE (slave)

Een compleet programma temperatuurregelaars en aansluiting op gebouw beheer systemen. Maximaal schakelvermogen:

KABELTESTER en DIGITALE MULTIMETER. Turbotech TT1015

Air Trade Centre NV, Hoogstraat 180, 1930 Zaventem, België

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK

SELCA IS200 klasse 2 alarm SELCA IS300 klasse 3 alarm

INSTALLATIE HANDLEIDNG. Telefooninterface GSM-GB2 TGSM-GB2 NL REV Cod

Gebruiksaanwijzing LMS Controller 8x Digitaal-in Module t.b.v. ALFANET

OPTILOG-990 OPTILOG-990-SWO

Bestnr Micro Micro 2+ suevia Digitale schakelklok Data Micro +/2+

Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken

Ruimtetemperatuur voelers MODBUS, SHT-A1-MB(-LCD) Ruimte MODBUS. Omschrijving

Opmerking: afhankelijk van uw configuratie is de print voorzien van de benodigde componenten.

Introductie Capa Switch KLS Algemeen

Video Intercom Systeem

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

HANDLEIDING: BUITEN BEWEGINGSMELDER

Ridder PositioningUnit RPU

Bestnr Passieve infrarood Bewegingsmelder RS8C

Installatie & onderhouds instructies KAPTIV. Niveau gestuurde condensaat aftap zonder persluchtverlies 09/09

Gebruikershandleiding Monty Alarmzender

FACILA DP091, DP092. Buitenpost opbouw met camera. Montage- en gebruikershandleiding

1.1 ALGEMENE VOORZORGSMAATREGEL

voorschrift Voor de installateur Interface 0-10 V --> ebus AAN DE INSTALLATEUR

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4

DATA SHEET C2-10. Besturing en bescherming van elektrische actuators. DATA SHEET C2-10 A&E Trading b.v. 1

Transcriptie:

PTC/PT100 board 2.0 Optie Voor Emotron VFX/FDU 2.0 AC frequentieregelaar en Emotron TSA softstarter Gebruiksaanwijzing Nederlands

PTC/PT100 board 2.0 Optie Voor Emotron VFX/FDU 2.0 AC frequentieregelaar en Emotron TSA softstarter Gebruiksaanwijzing - Nederlands Documentnummer: 01-5920-03 Uitgave: r1 Datum van uitgifte: 04-03-2013 (c) Copyright CG Drives & Automation Sweden AB 2011-2013 CG Drives & Automation behoudt zich het recht voor om, zonder kennisgeving vooraf, specificaties en illustraties in de tekst te wijzigen. De inhoud van dit document mag niet worden gekopieerd zonder de uitdrukkelijke toestemming van CG Drives & Automation Sweden AB.

Veiligheid Gebruiksaanwijzing Lees eerst deze gebruiksaanwijzing! Deze optie is een extra onderdeel van de Emotron FDU-/Emotron VFXfrequentieregelaars en Emotron TSA-softstarters, hierna in deze handleiding "hoofdproduct" genoemd, en de gebruiker moet de oorspronkelijke handleiding van het hoofdproduct kennen. Alle veiligheidsaanwijzingen, waarschuwingen enz. zoals genoemd in deze gebruiksaanwijzing moeten bekend zijn bij de gebruiker. Veiligheidsaanwijzingen Lees de veiligheidsaanwijzingen in de gebruiksaanwijzing van het hoofdproduct door. Installatie Het installeren, het in bedrijf nemen, het demonteren, het uitvoeren van metingen etc. van of aan het hoofdproduct mag alleen worden uitgevoerd door personeel dat technisch gekwalificeerd is voor de desbetreffende taak. De installatie moet ook conform de lokale standaarden zijn. Zorg ervoor dat alle noodzakelijke veiligheidsmaatregelen zijn genomen. WAARSCHUWING! Neem alle benodigde voorzorgsmaatregelen bij het installeren en in bedrijf nemen om letsel te voorkomen, bijv. door een ongecontroleerde belasting. CG Drives & Automation AB 01-5920-03r1

Hoofdproduct openen WAARSCHUWING! Schakel altijd de voeding uit voordat u het hoofdproduct opent. Wacht bij frequentieregelaars minimaal 7 minuten zodat de tussenkringcondensatoren de tijd hebben om zich te ontladen. Neem altijd de juiste voorzorgsmaatregelen in acht voordat de hoofdproduct wordt geopend, ook al zijn de aansluitingen voor de regelsignalen en doorverbindingen geïsoleerd van de netspanning. CG Drives & Automation 01-5920-03r1

Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Aansluitingen en functies... 5 2.1 Lay-out printplaat... 5 2.2 Algemene informatie... 6 2.2.1 Menu s... 6 2.2.2 Status LED... 8 2.2.3 Aanbevelingen kabel en afscherming... 8 2.2.4 Isolatie... 10 2.3 PTC-ingang... 10 2.3.1 Elektrische specificatie... 11 2.3.2 PTC aansluit voorbeeld... 12 2.4 PT100-ingang... 13 2.4.1 Elektrische specificaties... 14 2.4.2 PT100 aansluitingsvoorbeelden... 15 3. Installatie... 19 3.1 Polariteit van bandkabels (frequentieregelaar)... 20 3.2 Mechanische montage bij frequentieregelaars... 21 3.2.1 Monteren van de eerste optieprint... 21 3.2.2 Monteren overige optieprint... 24 3.3 Mechanische mountage op Emotron TSA... 25 3.3.1 De eerste optieprint monteren... 25 3.3.2 Een tweede optieprint monteren... 27 CG Drives & Automation 01-5920-03r1 1

2 CG Drives & Automation 01-5920-03r1

1. Inleiding Deze printplaat wordt gebruikt om een motorthermistoren (PTC) in overeenstemming met DIN44081/44082 en/of PT100-sensors in overeenstemming met IEC 60 751 aan te sluiten op het hoofdproduct. Merk op dat zowei de PTC als de PT100 elementen geïsoleerd moeten zijn van hoog spanning voerende delen, zie 2.2.4, pagina 10 voor nadere details. Er zijn drie aansluitklemmen op de optionele printplaat, X1 X3. X1 en X2 zijn PT100-ingangen en X3 is een PTC-ingang. Zowel de PTC als PT100 functie kan worden gebruikt om de motor thermisch te beschermen. Wanneer de gecontroleerde temperatuur, bijv. motortemperatuur, te hoog wordt, schakelt hoofdproduct uit. De PT100 functie kan ook worden gebruikt als procestemperatuur terugkoppeling voor een optimale regeling. De PT100 functie kan tevens worden gebruikt voor het bewaken van gemeten temperaturen met behulp van de analoge comperatoren en hun instelbare niveaus. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Inleiding 3

4 Inleiding CG Drives & Automation 01-5920-03r1

2. Aansluitingen en functies 2.1 Lay-out printplaat X5B OUT UIT IN X5A D3 STATUS 21 22 X3 X2 11 12 13 14 1 2 3 4 5 6 7 8 X1 Afb. 1 Lay-out PTC/PT100 optionele printplaat CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 5

2.2 Algemene informatie 2.2.1 Menu s De volgende menu s zijn beschikbaar wanneer de PTC/PT100 optionele printplaat in het hoofdproduct wordt gemonteerd. Alle menu s staan in de handleiding van het hoofdproduct beschreven. Menu s for Emotron FDU/VFX AC drives Tabel 1 Beschikbare menu s met de PTC/PT100 optionele printplaat Menu Functie Standaard Bereik/Selectie 234 Thermische beveiliging Uit Uit = Geen thermische beveiliging PTC = PTC-bescherming geactiveerd PT100 = PT100-bescherming geactiveerd PTC+PT100 = Beide beschermingen geactiveerd 235 Motorklasse F140 71B PT100 1,2,3 - A 100 C, E 115 C, B 120 C, F 140 C, F Nema 145 C, H 165 C Geeft de gemeten temperatuur met een resolutie van 1 graad weer voor alle PT100-ingangen. 6 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

Menu s voor Emotron TSA-softstarter Tabel 2 Menu's voor Emotron TSA beschikbaar met de PTC/PT100-optieprint Menu Functie Standaard Bereik/Selectie 21C Eenheden SI SI/US 71B PT100B1 123-71C PT100B2 123 - Toont de gemeten temperaturen met een resolutie van 1 graad, op de eerste PTC/PT100-optieprint. Toont de gemeten temperaturen met een resolutie van 1 graad, op de tweede PTC/PT100-optieprint. 232 PT100 Alarm 2321 PT100 Alarmactie Geen actie 2322 Motor Klasse F140 2323 PT100 Ingng 233 PTC Alarm 2331 PTC Alarmactie PT100 1-3 Geen actie 2332 PTC Ingng PB-PTC Geen actie, Harde trip, Zachte trip, Waarschuwing A 100 C, E 115 C, B 120 C, F 140 C, F Nema 145 C, H 165 C Kies actieve ingangen: PT100 1, PT100 1-2, PT100 1-3, PT100 1-4, PT100 1-5, PT100 1-6 (1-3 = Print 1, 4-6 = Print 2) Geen actie, Harde trip, Zachte trip, Waarschuwing PB-PTC = Powerboard PTC-ingang is ingeschakeld. Opmerking! Niet beschikbaar op deze optieprint, zie instructie hoofdproduct. PB-PTC & Opt1 = de PTC-ingang op de powerboard en op de eerste optieprint is ingeschakeld. PB-PTC & Opt1-2 = de PTC-ingang op de powerboard en op beide optieprints is ingeschakeld. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 7

LET OP: Gebruik altijd de interne (hoofdproduct) PTC-ingang (PB-PTC) eerst. Extra PTC s kunnen worden aangesloten op de eerste en tweede optieprint. 2.2.2 Status LED Voor de lokatie van de status LED, zie Afb. 1 Tabel 3 Specificatie van status LED LED Specificatie D3 Knippert langzaam (1 Hz) = OK Knippert snel = communicatiestoring Uit = geen stroomtoevoer 2.2.3 Aanbevelingen kabel en afscherming Afgeschermde getwiste kabels worden aanbevolen. Monteer de afscherming stevig (laag ohmig) op de montageplaat (PE) volgens Afb. 2 bij frequentieregelaars of Afb. 3 bij Emotron TSA. Gemonteerde optionele printplaat Afscherming Afscherming klem Signaal draden Afb. 2 Algemene afscherming principe op frequentieregelaars 8 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

Gemonteerde optionele printplaat Signaal draden Bevestigingsplaat verbonden met aarde Afscherming Tie wrap Tie wrap Afb. 3 Algemene afschermingsprincipes bij Emotron TSA-softstarter (voorbeeld met I/O-print) De afscherming moet bij de klem/tie wrap eindigen. Alleen de signaaldraden moeten tot de aansluitklemmen van de PTC/PT100 optionele printplaat doorlopen. In de meeste gevallen wordt aanbevolen beide uiteinden van de afscherming op PE aan te sluiten. Dit levert een goede demping van hoogfrequente interferenties op. De afschermingsaansluiting moet een zo groot mogelijk oppervlak hebben. Zorg ervoor dat u kiest voor een kabel die van geschikt materiaal voor uw omgeving is gemaakt. Houd rekening met omgevingstemperatuur, vochtigheid en aanwezigheid van chemische substanties, zoals olie. Standaard koperdraad met een overgangsgebied van ongeveer 0,14 1,5 mm 2 volstaat in de meeste gevallen. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 9

2.2.4 Isolatie De control print in het hoofd product is een galvanisch gescheiden (SELV) circuit. Dit houdt in dat deze print veilig is gescheiden van circuits welke hogere spanningen voeren en tevens geïsoleerd is van aarde en veiligheidsaarde geleiders van andere circuits. De PTC/PT100 circuits op deze optie print zijn galvanisch gescheiden van het control print SELV circuit met een isolatie uitgelegd voor: 1. Dubbele isolatie bij gebruik in hoofdproduct geschikt voor 480 VAC. 2. Normale isolatie bij gebruik in hoofdproduct geschikt voor 690 VAC. Het wordt sterk geadviseerd alleen PTC/PT100 sensoren te gebruiken welke ten alle tijden galvanisch gescheiden zijn van hoogspannings delen door middel van minimaal een basis isolatie welke geschikt is voor de relevante spanning in de installatie.. WAARSCUWING! Voor hoofdproduct die geschikt zijn voor een netspanning boven 480 V is het verplicht om op zijn minst zorg te dragen voor een basis isolatie tussen de temperatuur sensor en de spanningsvoerende delen. 2.3 PTC-ingang Deze PTC-ingang is om veiligheidsredenen volledig geïsoleerd van interne voedingen en elektronika, zie 2.2.4, pagina 10 voor gedetaileerde informatie. De PTC-sensor moet worden aangesloten op de aansluitklemmen X3. De ingang is ongevoelig voor polariteit. Er mogen maximaal 6 PTC s in serie worden aangesloten in overeenstemming met DIN44081/44082.. Tabel 4 Configuratie aansluitklem voor de PTC ingang X3 Naam Functie 21 T1 PTC ingang 22 T2 PTC ingang 10 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

2.3.1 Elektrische specificatie R [k ] 100 10 2.825 1.500 1 0.1-20 T [ C] Afb. 4 Normale PTC-curve De figuur hieroven geeft een normale PTC-curve weer. De weerstand neemt drastisch toe met de temperatuur na een bepaalde schakeltemperatuur, T- schakelaar, die standaard 60 120 C is (afhankelijk van het PTC- type). Tabel 5 Elektrische specificaties voor de PTC-ingang Aantal PTC s 1 t/m 6 in serie in overeenstemming met DIN44081/44082 Trip bij 2825 10% Reset bij 1500 10% Spanningsmeting U T1-T2 at T switch <1 VDC CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 11

2.3.2 PTC aansluit voorbeeld 21 22 X3 Afb. 5 PTC aansluiting T1 X3:21 L1 L2 L3 T2 X3:22 M 3~ Afb. 6 Voorbeeld van toepassing met drie PTC elementen in serie. 12 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

2.4 PT100-ingang De PT100-ingang is in overeenstemming met EN60751. De X1 en X2 aansluiting op de PTC/PT100 optionele printplaat heeft de volgende penconfiguratie: Tabel 6 Configuratie aansluitklem voor PT100-ingang X1 Naam Functie 1 Voeding_1+ Constante stroombron kanaal 1 2 PT100_1+ Positieve ingang voor PT100-kanaal 1 3 PT100_1- Negatieve ingang voor PT100-kanaal 1 4 Voeding_1- Constante stroombron kanaal 1 5 Voeding_2+ Constante stroombron kanaal 2 6 PT100_2+ Positieve ingang voor PT100-kanaal 2 7 PT100_2- Negatieve ingang voor PT100-kanaal 2 8 Voeding_2- Constante stroombron kanaal 2 X2 Naam Functie 11 Voeding_3+ Constante stroombron kanaal 3 12 PT100_3+ Positieve ingang voor PT100-kanaal 3 13 PT100_3- Negatieve ingang voor PT100-kanaal 3 14 Voeding_3- Constante stroombron kanaal 3 LET OP: PT100 ingangen welke onaangesloten blijven zullen een temperatuur aangeven van ongeveer -99 graden. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 13

2.4.1 Elektrische specificaties PT100 [ ] 175.84 138.50 100.00 0 100 200 T [ C Afb. 7 Tabel 7 Schets van het verband tussen de PT100 weerstand en de temperatuur. Elektrische specificaties voor de PT100-ingang Norm Temperatuurbereik Nauwkeurigheid EN60751-100 C tot +300 C 1% van volledige schaal Het menu [71B] in het hoofdproduct geeft de door het PT100 element gemeten temperatuur weer, met een resolutie van 1 graad voor elk PT100- ingangen. Emotron TSA. Menu [71C] toont de op het element gemeten temperatuur, met een resolutie van 1 graad, voor alle drie PT100-ingangen op de tweede gemonteerde PTC/PT100-optieprint. 14 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

2.4.2 PT100 aansluitingsvoorbeelden Er zijn drie PT100-kanalen beschikbaar voor temperatuurmeting. Alle drie PT 100-kanalen (X1, pennen 1-8 en X2, pennen 11-14) kunnen worden gebruikt als 4-draads ingang die kan worden gebruikt voor een precisiemeting om meetfouten door weerstand in de aansluitingsdraden te vermijden. 11 12 13 14 X2 PT100 sensor 1 2 3 4 5 6 7 8 X1 PT100 sensor Afb. 8 PT100-sensors aansluiten voor 4-draads temperaturre meting. LET OP: Voor een juiste 4-draadse temperatuurmeting is het belangrijk dat Voeding_x+ aangesloten is op PT100_x+ en Voeding_x- aangesloten is op PT100_x-. Zorg dat de aansluitklemschroeven zijn vastgedraaid voor een laag-ohmige aansluiting. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 15

Het is ook mogelijk om deze 4-draads ingangen te gebruiken als 2-draads ingang door een jumper te plaatsen tussen Feed_x+ en PT100_x+ en één tussen Feed_x- en PT100_x-. Zie de onderstaande figuur. 1 Voeding_1+ PT100_1+ PT100_1- Voeding_1- X1 PT100 sensor Afb. 9 Een 4-draadse ingang als een 2-draadse ingang gebruiken. Thermisch motor beveiliging Emotron-frequentieregelaars. Als de PT100 functie is gekozen door het instellen van de functie PT100 of PTC+PT100 in menu [234] en de juiste motor isolatie klasse is ingesteld in menu [235] zal deze PT100 functie automatisch de aangesloten motor beveiligen tegen thermische overbelasting. Emotron TSA. Als de PT100-functie is ingeschakeld door de functie PT100 of PTC+PT100 in menu [232] met submenu's te kiezen en de juiste motorklasse te kiezen in menu [2322], dan beschermt deze PT100-functie automatisch de aangesloten motor tegen oververhitting. Voor PT100-supervisie en alarm, instellingsmenu's: [2321] PT100 Alarmactie [2322] MotorKlasse [2323] PT100 Ingng. Voor PTC-supervisie en alarm, instellingsmenu's: [2331] PTC Alarmactie [2332] PTC Ingng 16 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

Proces waarde Indien in menu [321] de PT100 functie is gekozen, wordt het PT100 element gebruikt voor het terugkoppelen van de actuele proces temperatuur om een optimale temperatuur regeling te realiseren. Bij Emotron-frequentieregelaars kan dit worden gebruikt met de proces-pidregelaar voor het opzetten van een geoptimaliseerde temperatuurregeling. Bij Emotron TSA-softstarters kunnen de PT100-temperatuursignalen worden gebruikt voor start-/stopregeling temperatuur. Bewaking Voorbeeld: PT100_1, PT100_2 of PT100_3 is gekozen als Comparatorwaarde in een van de menu's [6111] tot en met [6114]. De gemeten temperatuur voor de betreffende PT100 kan worden gebruikt om het temperatuurniveau te bewaken. Deze analoge comparatoruitgang kan een (alarm) signaal via een digitale uitgang of relais te activeren. Deze kan ook worden gebruikt om een actie te starten (bijvoorbeeld start/stop) in combinatie met de comparator en de virtuele aansluitingen. Zie de gebruiksaanwijzing van het hoofd product voor verdere informatie. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Aansluitingen en functies 17

18 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5920-03r1

3. Installatie In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de optieprint in het hoofdproduct wordt gemonteerd Bij frequentieregelaars kunnen er maximaal drie verschillende optieprints en één communicatieprint worden gemonteerd. Bij de Emotron TSA-softstarter kunnen er maximaal twee optieprints en één communicatie-optie worden gemonteerd. De optieset bestaat uit Optieprint Vier schroeven. Eén 16-polige bandkabel, ongeveer 75 mm lang. Deze kabel wordt gebruikt om alleen de eerste optieprint op frequentieregelaars aan te sluiten. Eén 16-polige bandkabel ongeveer 32 mm lang, voor aansluiting tussen twee optieprints. Deze kabel wordt ook gebruikt om de eerste optieprint op een Emotron TSA-softstarter aan te sluiten. Isolatielaag - alleen voor gebruik bij frequentieregelaars. Bij de Emotron TSA is de isolatielaag in het product geïntegreerd. 75 +3-0 Fig. 10 Inhoud optieset CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Installatie 19

3.1 Polariteit van bandkabels (frequentieregelaar) De bandkabel heeft aan een kant een kleurmarkering en een tap op de micromatch steker. Deze kant moet worden aangesloten op de micromatch stekerbus op de controlprint resp. optieprint, waarvoor een kleine opening in de print is aangebracht. Afb. 11 Polariteit van bandkabel! VOORZICHTIG! onjuist aansluiten kan tot beschadiging van de optie- en van de controlprint/externe apparatuur leiden. 20 Installatie CG Drives & Automation 01-5920-03r1

3.2 Mechanische montage bij frequentieregelaars Controleer voordat wordt verder gegaan met de installatie of het hoofdproduct minimaal 7 minuten is uitgeschakeld, zodat de tussenkringcondensator is ontladen! Controleer ook dat eventuele op de interface van het aandrijfsysteem aangesloten externe uitrusting niet is geactiveerd. LET OP: correctie installatie is nodig om te voldoen aan de EMC-vereisten en voor de juiste werking van de module. 3.2.1 Monteren van de eerste optieprint De eerste optieprint wordt altijd op de positie op de bevestigingsplaat gemonteerd met de markering 1. In dit voorbeeld gaan wij ervan uit dat er nog geen optieprint is geïnstalleerd. 1. Sluit de 16-polige bandkabel (75 mm)met de kabel omlaag aan op de X5- aansluiting op de controlprint, zie Afb. 12 LET OP: zie voor de polariteit van de bandkabel hoofdstuk 3.1 pagina 20. Afb. 12 Bandkabel op controlprint aangesloten. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Installatie 21

2. Plaats de isolatieplaat over de korte vulplaatjes in de positie, gemarkeerd met 1, op de bevestigingsplaat. Let op dat de opstaande kant richting de interface van de controlprint wordt gemonteerd, zie hieronder. Afb. 13 Isolatieplaat monteren 3. Sluit de andere kant van de 16-polige bandkabel aan op de X5A aansluiting op de optieprint. Controleer of de polariteit correct is, zie 3.1, pagina 20. Let op: Verbind het "mannelijke" micromatch-contact met de optie op dezelfde manier als op de controlprint, d.w.z. de pen op het micromatchcontact moet in het gat in de print worden geplaatst. 22 Installatie CG Drives & Automation 01-5920-03r1

Afb. 14 Bandkabel op optieprint aangesloten 4. Plaats de optieprint op de afstandsteunen. 5. Zet de print vast met de vier schroeven. Afb. 15 Gemonteerde optieprint CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Installatie 23

3.2.2 Monteren overige optieprint 1. Leg de isolatieplaat op de afstandsteunen op de positie in de optieprint, gemarkeerd met 2 of 3. Het is van belang de positie te kiezen die het dichtst bij de reeds gemonteerde optieprint zit. LET OP: plaats de isolatieplaat met de opstaande rand naar de interface van de controlprint om de juiste isolatie tussen de optieprinten te verkrijgen. 2. Plaats de optieprint op de afstandsteunen. 3. Zet de optieprint met de vier schroeven op de afstandsteunen vast. 4. Sluit de korte bandkabel aan tussen de X5B-aansluiting op de eerste optieprint en de X5A-aansluiting op de zojuist gemonteerde optieprint. Flat cable connection Afb. 16 Twee optieprinten op de optiebevestigingsplaat gemonteerd. 24 Installatie CG Drives & Automation 01-5920-03r1

3.3 Mechanische mountage op Emotron TSA Zorg dat de softstarter is uitgeschakeld voordat u verder gaat met de installatie! Zorg ook dat externe apparatuur die op de interface van de softstarter is aangesloten niet is ingeschakeld. LET OP: Een juiste installatie is essentieel om aan de EMC-vereisten te voldoen en om de module juist te kunnen gebruiken. 3.3.1 De eerste optieprint monteren De erste optieprint wordt altijd gemonteerd in positie 1 op de isolatielaag. In dit voorbeeld gaan we er vanuit dat er geen andere optieprint is geïnstalleerd. 1. Sluit de 16-polige bandkabel (32 mm) aan op de X5A-connector op de optieprint zoals in Afb. 17. Afb. 17 Sluit de bandkabel aan op de X5A-connector op de optieprint 2. Leg de optieprint op de afstandsstukken bij positie 1 van de optieprint. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Installatie 25

3. Bevestig de print met de vier schroeven. 4 schroeven Fig. 18 Leg de optieprint op de afstandsstukken en bevestig deze met de vier schroeven. 4. Sluit het andere uiteinde van de 16-polige bandkabel aan op de X4-connector op de controlprint 26 Installatie CG Drives & Automation 01-5920-03r1

3.3.2 Een tweede optieprint monteren 1. Leg de optieprint op de afstandssteunen bij positie 2 van de optieprint. 2. Bevestig de optieprint met de vier schroeven. Bandkabel aansluiting Afb. 19 Twee optieprints gemonteerd en onderling aangesloten met een bandkabel. 3. Sluit de korte bandkabel aan tussen de X5B-connector op de eerste optieprint en de X5A-connector op de optieprint die net is gemonteerd. CG Drives & Automation 01-5920-03r1 Installatie 27

CG Drives & Automation Sweden AB Mörsaregatan 12 Box 222 25 SE-250 24 Helsingborg Sweden T +46 42 16 99 00 F +46 42 16 99 49 www.cgglobal.com / www.emotron.com CG Drives & Automation, 01-5920-03r1, 2013-03-04