Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek



Vergelijkbare documenten
Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek

Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek

Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld Vastgesteld door het College van Bestuur op 24 mei 2011

de wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Regeling Aanmelding, Toelating, Inschrijving, Uitschrijving en Collegegeld

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld

Regeling aanmelding, toelating, inschrijving, uitschrijving en collegegeld

[Geef tekst op] Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld

Algemene informatie

Masterclass nieuwe bekostiging en Regeling collegegelden

REGLEMENT SELECTIE EN PLAATSING

Inschrijvingsbesluit 2002/2003. transnationale. Universiteit Limburg

REGLEMENT SELECTIE EN PLAATSING Vanaf

Toelating tot de opleiding

voor hoger onderwijs op grond van artikel 7.48 WHW; toegelaten te kunnen worden tot een masteropleiding van de RU;

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld

Algemene bepaling DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

REGELING AANMELDING & INSCHRIJVING

Inschrijfbesluit Wageningen University

Reglement (beëindiging) inschrijving studenten en extranei HZ. Stichting HZ Zeeland

Inschrijfbesluit Wageningen University

De onderwijs- en examenregeling

JAARVERSLAG 2010 EXAMENCOMMISSIE FACULTEIT DER WIJSBEGEERTE ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

Reglement Studiekeuzecheck Studiejaar Christelijke Hogeschool Windesheim

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM

Regeling Bindend Studieadvies

REGLEMENT STUDIEKEUZECHECK WINDESHEIM

Inschrijvingsvoorwaarden studiejaar wo bachelorprogrammering (Geldig van 1 september tot en met 31 augustus 2017)

REGLEMENT STUDIEKEUZECHECK WINDESHEIM 2016

Toelichting bij (her)inschrijven

Regeling aanmelding en inschrijving Hogeschool Leiden

Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht, RUG

Toelichting bij (her)inschrijven 2014/2015

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

Inschrijvingsvoorwaarden studiejaar wo masterprogrammering (Geldig van 1 september tot en met 31 augustus 2017)

Bindend Studieadvies (BSA)

Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase

Regeling aanmelding en inschrijving Hogeschool Leiden

Artikel 2.3 Instellingscollegegeld voor EER-studenten Artikel 2.4 Instellingscollegegeld voor niet-eer-studenten

REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Theologische Universiteit Apeldoorn

Artikel 2.3 Instellingscollegegeld voor EER-studenten Artikel 2.4 Instellingscollegegeld voor niet-eer-studenten

Regeling collegegeld

Regeling Aanmelding, Studiekeuzecheck, Inschrijving en Beëindiging Inschrijving TU/e 2014

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

Tweede Kamer der Staten-Generaal

3 oktober 2012 heeft plaatsgevonden, leidt niet tot een ander oordeel.

Erasmus MC. Bindend Studieadvies. Geneeskunde

TMH Regeling aanmelding, inschrijving en uitschrijving

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

Regeling Colloquium Doctum

Inschrijfbesluit Wageningen University

Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase

het college van bestuur van de Vrije Universiteit van Amsterdam, verweerder.

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

Regeling Toelating en Inschrijving Zuyd Hogeschool

Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Bindend Studieadvies. student. uva.nl/ rechten

REGELING PROFILERINGSFONDS

REGELING SELECTIE EN PLAATSING Universiteit Twente ten behoeve van de studenteninstroom

Aanvraag tot toelating tot pre-master Psychologie Faculteit der Gedrags- en Maatschappij Wetenschappen, Rijksuniversiteit Groningen

REGLEMENT IN- EN UITSCHRIJVING BACHELOR- EN ASSOCIATE DEGREE-OPLEIDINGEN

Profileringsfond Codarts versie 1.0. REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Codarts Geldend vanaf 1 september 2011

Regeling Profileringsfonds Protestantse Theologische Universiteit

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

Uitvoeringsreglement in- en uitschrijving Christelijke Hogeschool Windesheim

Inschrijfbesluit Wageningen Universiteit

TOELICHTING COLLEGEGELD , HOGESCHOOL LEIDEN

Regeling Aanmelding, Studiekeuzecheck, Inschrijving en Beëindiging Inschrijving TU/e 2015

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

De Regels van procedurele aard betreffende inschrijving en

Regels van procedurele aard met betrekking tot vaststelling, bekendmaking en betaling college- en examengeld

Bij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Versie 14/04/2014 Pagina 1

REGELING AANMELDING & INSCHRIJVING /

Flexstuderen FAQ voor studenten

INSCHRIJFREGELING HOGESCHOOL LEIDEN REGELING AANMELDING EN INSCHRIJVING HOGESCHOOL LEIDEN

Stichting Associate degrees Academie Avans-HZ. Reglement inschrijvingsvoorwaarden studenten

VRAGENLIJST HBO. Ingevuld door: Naam instelling: Adres instelling: Contactpersoon: Naam: Telefoon:

REGLEMENT INSCHRIJVING EN COLLEGEGELD

Faculteit Rechtsgeleerdheid Toelatingsreglement Nederlandstalige opleidingen Rechtsgeleerdheid

Regeling inschrijving en collegegeld studiejaar

MODEL REGELS EN RICHTLIJNEN EXAMENCOMMISSIE

UNIVERSITEITSRAAD. Onderwijsbeleid. n.v.t.

Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam


Transcriptie:

Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek 1

1. Bepalingen... 3 2. Vooropleidingseisen... 3 2.1. Vooropleidingseisen Bachelor Humanistiek... 3 2.2. Vooropleidingseisen Premaster (schakelprogramma s)... 3 2.3. Vooropleidingseisen Master Humanistiek... 4 2.4. Vooropleidingseisen Master Zorgethiek en beleid... 4 2.5. Hardheidsclausule vooropleidingseisen master Humanistiek en Zorgethiek en Beleid... 5 3. Inschrijving... 5 3.1. Inschrijvingsvoorwaarden... 5 3.2. Startdatum, inschrijvingsduur, herinschrijving, tussentijdse inschrijving... 6 3.3. Status inschrijving... 6 3.4. Rechten inschrijving als (premaster)student... 6 3.5. Procedure... 6 4. Collegegeld... 7 4.1. Wettelijk collegegeld, instellingscollegegeld, contracttarief Premaster... 7 4.2. Overgangsregelingen... 7 4.3. Collegegeld bij meerdere inschrijvingen... 7 4.4. Collegegeld bij tussentijdse inschrijving en restitutie bij uitschrijving... 8 4.5. Procedure... 8 5. Beëindiging Inschrijving... 8 5.1. Uitschrijving op verzoek van de student... 8 5.2. Uitschrijving bij het niet nakomen van de betalingsverplichting... 8 5.3. Uitschrijving bij een bindend negatief studieadvies... 9 5.4. Uitschrijving bij fraude van de student... 9 5.5. Uitschrijving bij ongeschiktheid in relatie tot toekomstige beroepsuitoefening... 9 5.6. Overige bepalingen... 9 5.7. Procedure... 9 6. Vaststelling en wijziging... 9 2

1. Bepalingen 1.1. Dit reglement bevat de regels en procedures voor aanmelding, toelating, inschrijving en uitschrijving als student aan de UvH, en de bepaling, betaling en restitutie van het collegegeld. 1.2. Deze regeling maakt deel uit van het Studentenstatuut UvH en heeft betrekking op de volgende opleidingen/onderwijsprogramma s: 1.2.1. Bachelor Humanistiek, CROHO Code 56105; 1.2.2. Premaster, schakelprogramma voor de masteropleiding Humanistiek en de masteropleiding Zorgethiek en beleid; 1.2.3. Master Humanistiek, CROHO-code 66105; 1.2.4. Master Zorgethiek en beleid, CROHO-code 60953; 1.3. Dit reglement verwijst naar artikelen uit de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW) en de Onderwijs- en examenregelingen (OER) van de opleidingen. Waar tegenstrijdigheid ontstaat geldt de WHW, waar de WHW geen uitsluitsel biedt geldt deze regeling, waar deze regeling geen uitsluitsel biedt geldt de OER van het betreffende cohort. 1.4. Tegen beslissingen voortkomend uit dit reglement kan de student een bezwaar of beroep indienen bij het klachtenloket UvH. 2. Vooropleidingseisen 2.1. Vooropleidingseisen Bachelor Humanistiek 2.1.1. Aan de vooropleidingseisen van de bacheloropleiding Humanistiek wordt voldaan volgens artikel 7.24 eerste lid van de WHW, te weten met een diploma Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs (VWO), zonder nadere vooropleidingseisen aan het profiel (artikel 7.25. van de WHW). 2.1.2. De UvH kan vrijstelling van bovenstaande eis verlenen op grond van andere behaalde binnenlandse of buitenlandse diploma s conform artikel 7.28. van de WHW. Behoudens wettelijke voorbehouden en wijzigingen bepaalt het College van Bestuur dat o.a. vrijstelling kan worden verleend wanneer de student beschikt over: de graad Bachelor of de graad Master conform artikel 7.10a van de WHW, of een met goed gevolg afgelegd propedeutisch examen aan een erkende instelling voor hoger onderwijs, of een doctoraaldiploma afgegeven door een erkende Nederlandse universiteit, of een HBO-diploma afgegeven door een erkende Nederlandse hogeschool. 2.1.3. Indien vrijstelling van de vooropleidingseisen wordt verkregen volgens artikel 2.1.2 van deze regeling met een niet in Nederland afgegeven diploma dient conform artikel 7.28, tweede lid, van de WHW ten bewijze van voldoende beheersing van de Nederlandse taal het diploma staatsexamen Nederlands als tweede taal II dan wel het Interuniversitair Toelatingsexamen Nederlands (ITN) te worden overlegd. 2.1.4. De UvH kan vrijstelling van artikel 2.1.1 van deze regeling verlenen op grond van toelatingsonderzoek conform artikel 7.29 van de WHW. Het toelatingsonderzoek wordt bepaald en beoordeeld door de examencommissie van de UvH. Tot het toelatingsonderzoek worden alleen personen toegelaten die op het beoogde startmoment van de studie 21 jaar of ouder zijn. Het toelatingsonderzoek bestaat daaruit dat de examencommissie bepaalt of er sprake is van voldoende algemene ontwikkeling, geschiktheid voor het onderwijs en voldoende kennis van de Nederlandse taal. Daartoe dient de kandidaat maximaal drie examens op VWO-niveau af te leggen: Nederlands, Engels en Geschiedenis. 2.1.5. In andere gevallen dan hierboven vermeld, beslist het College van Bestuur op basis van artikel 7.28 van de WHW of op basis van ingewonnen advies van een ter zake deskundige persoon of instantie. 2.2. Vooropleidingseisen Premaster (schakelprogramma s) 2.2.1. Aan de vooropleidingseisen van de Premaster wordt voldaan met: 3

een diploma Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs (VWO), zonder nadere vooropleidingseisen aan het profiel, indien tevens alle onderdelen behorende tot het eerste studiejaar van een bacheloropleiding aan een Nederlandse universiteit of hogeschool zijn voltooid, te bewijzen middels een propedeusediploma bachelor of een overgangsbewijs naar het tweede jaar van de betreffende opleiding, en alleen indien het een inschrijving op basis van tweede inschrijving betreft (zie 3.3), of de graad Bachelor of de graad Master zoals bedoeld in artikel 7.10a van de WHW, of een doctoraaldiploma afgegeven door een erkende Nederlandse universiteit, of een HBO-diploma afgegeven door een erkende Nederlandse hogeschool indien het een vierjarige HBO-opleiding betreft en het diploma is afgegeven na 1 augustus 1986, of een niet in Nederland afgegeven diploma dat wettelijk of door het CvB gelijkgesteld wordt aan een van bovenstaande diploma s, indien tevens blijk is gegeven van voldoende beheersing van de Nederlandse taal. Ten bewijze daarvan dient het diploma staatsexamen Nederlands als tweede taal II dan wel het Interuniversitair Toelatingsexamen Nederlands (ITN) te worden overlegd alvorens tot inschrijving kan worden overgegaan. 2.2.2. Bij vooropleidingen niet in dit artikel genoemd beslist het College van Bestuur op basis van de wet of op basis van ingewonnen advies van een ter zake deskundige partij. 2.3. Vooropleidingseisen Master Humanistiek 2.3.1. Aan de vooropleidingseisen van de masteropleiding Humanistiek wordt voldaan volgens artikel 7.30a van de WHW, te weten: een bachelordiploma Humanistiek, of een bewijs van toelating als bedoeld in lid 3 van artikel 7.30a. van de WHW. 2.3.2. Het bewijs van toelating bestaat daaruit dat de persoon de onderdelen behorende tot het schakelprogramma Humanistiek van de Premaster aan de UvH met voldoende resultaat heeft voltooid en bovendien beschikt over een van de volgende diploma s: de graad Bachelor of de graad Master zoals bedoeld in artikel 7.10a van de WHW; een doctoraaldiploma afgegeven door een erkende Nederlandse universiteit; een HBO-diploma van een vierjarige HBO-opleiding, afgegeven na 1 augustus 1986 door een erkende Nederlandse hogeschool; een niet in Nederland afgegeven diploma dat wettelijk of door het CvB gelijkgesteld wordt aan een van bovenstaande diploma s, indien tevens blijk is gegeven van voldoende beheersing van de Nederlandse taal. Ten bewijze daarvan dient het diploma staatsexamen Nederlands als tweede taal II dan wel het Interuniversitair Toelatingsexamen Nederlands (ITN) te worden overlegd alvorens tot inschrijving kan worden overgegaan. 2.3.3. In gevallen niet in deze regeling genoemd beslist het College van Bestuur op basis van de wet of op basis van ingewonnen advies van een ter zake deskundige partij. 2.4. Vooropleidingseisen Master Zorgethiek en beleid 2.4.1. Aan de vooropleidingseisen van de masteropleiding Zorgethiek en beleid wordt voldaan volgens artikel 7.30b van de WHW, namelijk een bewijs van toelating als bedoeld in lid 3 van artikel 7.30a van de WHW. 2.4.2. Het bewijs van toelating bestaat daaruit dat de persoon de onderdelen behorende tot het schakelprogramma Zorgethiek en beleid van de Premaster aan de UvH met voldoende resultaat heeft voltooid, of beschikt over één van de volgende universitaire diploma s: een bachelor- of masterdiploma (of doctoraal) beleidswetenschappen (richting gezondheidszorg en welzijnswerk); een bachelor- of masterdiploma geneeskunde; een bachelor- of masterdiploma gezondheidswetenschappen een bachelor- of masterdiploma humanistiek een bachelor- of masterdiploma medische psychologie; een bachelor- of masterdiploma religiewetenschappen; een bachelor- of masterdiploma sociologie; een bachelor- of masterdiploma theologie; 4

een bachelor- of masterdiploma verpleegwetenschappen; een bachelor- of masterdiploma wijsbegeerte een bewijs van toelating als bedoeld in lid 3 van artikel 7.30a. van de WHW. een niet in Nederland afgegeven diploma dat wettelijk of door het CvB gelijkgesteld wordt aan een van bovenstaande diploma s, indien tevens blijk is gegeven van voldoende beheersing van de Nederlandse taal. Ten bewijze daarvan dient het diploma staatsexamen Nederlands als tweede taal II dan wel het Interuniversitair Toelatingsexamen Nederlands (ITN) te worden overlegd alvorens tot inschrijving kan worden overgegaan 2.4.3. In gevallen niet in deze regeling genoemd beslist het College van Bestuur op basis van de wet of op basis van ingewonnen advies van een ter zake deskundige partij. 2.5. Hardheidsclausule vooropleidingseisen master Humanistiek en Zorgethiek en Beleid 2.5.1. Bij de vooropleidingseisen voor de masteropleidingen hanteert de UvH de zogenaamde harde knip. Dit betekent dat er conform de WHW geen deficiënties op de vooropleidingen mogelijk zijn: het diploma dient daadwerkelijk te zijn behaald. 2.5.2. Uitzondering daarop vormt deze hardheidsclausule. De hardheidsclausule is een artikel in de wet dat de universiteit de mogelijkheid geeft om beslissingen te nemen die afwijken van de wet. Er kunnen namelijk altijd situaties bestaan waarmee de wet geen rekening heeft kunnen houden. 2.5.3. Studenten kunnen toestemming krijgen voor deelname aan masteronderwijs wanneer de vooropleiding Bachelor Humanistiek of Premaster UvH nog niet voltooid is bij de volgende omstandigheden: ziekte; een lichamelijke, zintuiglijke of andere functiebeperking; zwangerschap en bevalling; bijzondere familieomstandigheden; een topsportstatus erkend door het CvB, op voordracht van de studieadviseur; lidmaatschap of voorzitterschap van de universiteitsraad of opleidingscommissie; een andere bestuursfunctie die qua zwaarte overeenkomt met de functies die hierboven zijn genoemd. 2.5.4. Voor alle bovengenoemde situaties geldt dat zij zich voordoen of moeten hebben voorgedaan ten hoogste zes maanden voor het moment waarop de student een masteropleiding aan de UvH wil beginnen. 2.5.5. Wanneer een student een beroep doet op de hardheidsclausule inzake de harde knip, beoordeelt de studieadviseur in eerste instantie of de student onder een van deze omstandigheden valt, en of er een causaal verband is tussen de omstandigheid en het feit dat de laatste tentamens niet tijdig kunnen worden gehaald om per de gewenste datum te kunnen instromen in de masteropleiding. De opleidingsdirecteur beslist over de toelating van de student op advies van de studieadviseur. 2.5.6. Voor de eerste vier omstandigheden bij 2.5.3 geldt de normale meldingsplicht bij de studieadviseur; zo mogelijk bij aanvang van de studie en anders zo spoedig mogelijk nadat de bijzondere omstandigheid zich voordoet c.q. heeft voorgedaan. 3. Inschrijving 3.1. Inschrijvingsvoorwaarden 3.1.1. De student kan pas worden ingeschreven aan de opleiding wanneer aan de volgende eisen is voldaan: identificatie: de persoonsgegevens van de student zijn geverifieerd; vooropleiding: de vooropleiding is sufficiënt (zie artikel 2) en de vooropleidinggegevens zijn geverifieerd; collegegeld: de student heeft voldaan aan de collegegeldverplichting (zie artikel 5. Collegegeld); er is geen sprake van een bindend negatief studieadvies (zie OER) 3.1.2. De inschrijving vindt uitsluitend plaats op verzoek van de student. Een aanmelding door de student gedaan in Studielink geldt als een verzoek tot inschrijving door de student. 5

3.1.3. De student moet recente, goedgelijkende pasfoto s verstrekken ten behoeve van het studentendossier. 3.2. Startdatum, inschrijvingsduur, herinschrijving, tussentijdse inschrijving 3.2.1. De student wordt ingeschreven voor de desbetreffende opleiding voor het volledige collegejaar (1 september tot 1 september van het volgende kalenderjaar). 3.2.2. In afwijking van het bovenstaande kan het startmoment van een inschrijving in de master ook 1 februari zijn. De inschrijvingsduur betreft dan het resterende collegejaar (1 februari tot 1 september van hetzelfde kalenderjaar). 3.2.3. De student dient indien hij zijn opleiding in het nieuwe collegejaar wil vervolgen jaarlijks een verzoek tot herinschrijving te doen. De student wordt heringeschreven voor de desbetreffende opleiding voor het volledige collegejaar (1 september tot 1 september van het volgende kalenderjaar). 3.2.4. Een inschrijving met een andere startdatum is een tussentijdse inschrijving en kan alleen plaatsvinden op verzoek van de student en na toestemming van de opleidingsdirecteur. De inschrijvingsduur loopt altijd tot het einde van het collegejaar (1 september). 3.3. Status inschrijving 3.3.1. De student wordt ingeschreven voor de opleiding waarvoor hij zich heeft aangemeld: Als voltijd student in de zin der wet voor de opleiding Bachelor Humanistiek, CROHO-code 56105; Als premasterstudent op basis van contractonderwijs voor de Premaster (schakelprogramma Humanistiek of schakelprogramma Zorgethiek en beleid), of als premasterstudent op basis van een tweede inschrijving indien de student als student is ingeschreven aan een andere instelling voor hoger onderwijs en daar ten minste het wettelijk collegegeld betaalt. Als voltijd student in de zin der wet voor de masteropleiding Humanistiek, CROHO-code 66105. Als voltijd student in de zin der wet voor de masteropleiding Zorgethiek en beleid, CROHO-code 60953. 3.4. Rechten inschrijving als (premaster)student 3.4.1. Een inschrijving als (premaster)student geeft de rechten zoals omschreven in artikel 7.34 van de WHW, waaronder het recht om deel te nemen aan het onderwijs van de opleiding, tentamens en examens af te leggen, gebruik te maken van de studentenvoorzieningen, en het recht op studiebegeleiding. 3.4.2. Aan degene die is ingeschreven als student wordt, conform artikel 7.33, tweede lid, van de WHW, door het instellingsbestuur een bewijs van inschrijving verstrekt in de vorm van een collegekaart, en wordt de student het studentenstatuut verstrekt, waarin zijn rechten zijn omschreven. 3.4.3. Bij inschrijving in de Premaster is er geen sprake van een inschrijving als student in de zin der wet en geldt daarom het voorgaande lid niet en wordt geen recht op studiefinanciering verkregen. 3.5. Procedure 3.5.1. De student dient zich aan te melden voor de opleiding van zijn keuze. De UvH schrijft geen studenten in die daartoe zelf geen verzoek hebben gedaan. 3.5.2. De aanmelding of het verzoek tot herinschrijving moet worden gedaan via Studielink, de landelijke inschrijfportal voor het Hoger Onderwijs, of voor de Premaster direct bij de UvH volgens de daartoe op de website aangegeven procedure. 3.5.3. De UvH behandelt de aanmelding en bepaalt of de student voldoet aan de vooropleidingseisen en de toelatingsvoorwaarden. 3.5.4. De UvH informeert de student voldoende zodat de student in de gelegenheid wordt gesteld te bewijzen dat hij voldoet aan de vooropleidingseisen en inschrijvingsvoorwaarden. Hierbij gebruikt de UvH mede (de voorzieningen van) Studielink. Belangrijke informatie is tevens voor de student beschikbaar op de website van de UvH. 6

3.5.5. De verificatie van persoonsgegevens en vooropleidingsgegevens vindt centraal plaats via Studielink, of decentraal bij de instelling zelf. In het laatste geval dient er voor de persoonsgegevens een recent uittreksel uit de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) aanwezig te zijn in het dossier of een kopie van een geldig paspoort, en voor de vooropleidingsgegevens een gewaarmerkte kopie van het diploma en cijferlijst of diplomasupplement. 3.5.6. Wanneer aan de vooropleidingseisen, inschrijvingsvoorwaarden en betalingsverplichting is voldaan schrijft de UvH de student in. 3.5.7. De student kan zijn aanmelding of (her)inschrijving tot aan de ingangsdatum van inschrijving annuleren via Studielink. 4. Collegegeld 4.1. Wettelijk collegegeld, instellingscollegegeld, contracttarief Premaster 4.1.1. Conform artikel 7.45 van de WHW wordt de hoogte van het wettelijk collegegeld voltijd jaarlijks door het Ministerie van OCW bepaald. Het CvB stelt het instellingscollegegeld voltijd en het contracttarief Premaster in het voorafgaande collegejaar vast. De bedragen behorende bij de tarieven zoals hier beschreven zijn in een bijlage bij dit reglement opgenomen. 4.1.2. Het voltijd wettelijk collegegeld is, conform artikel 7.45a van de WHW, verschuldigd door voltijd bachelor- en masterstudenten die: blijkens het Centraal register inschrijvingen hoger onderwijs (CRIHO) voor een inschrijving aan de Bachelor Humanistiek nog niet eerder een bachelor- of vergelijkbaar diploma heeft behaald, of voor een inschrijving aan de master Humanistiek of master Zorgethiek en beleid nog niet eerder een master- of vergelijkbaar diploma heeft behaald, en woonachtig zijn in Nederland, België, Luxemburg of een van de deelstaten Noort-Rijnland-Westfalen, Nedersaksen en Bremen van de Bondsrepubliek Duitsland, en tot een van de groepen van personen, bedoeld in artikel 2.2 van de Wet studiefinanciering 2000, behoort of de Surinaamse nationaliteit bezit. 4.1.3. Bachelor- en masterstudenten die niet voldoen aan de voorwaarden gesteld in artikel 4.1.2 zijn conform artikel 7.46 van de WHW het voltijd instellingscollegegeld verschuldigd. 4.1.4. Premasterstudenten die niet zijn ingeschreven aan een andere instelling voor wetenschappelijk onderwijs en daar ten minste het wettelijk collegegeld betalen zijn het contracttarief Premaster UvH verschuldigd. 4.2. Overgangsregelingen 4.2.1. Studenten die het instellingscollegegeld verschuldigd zijn en die in het collegejaar 2009-2010 waren ingeschreven voor de masteropleiding Humanistiek zijn zolang de inschrijving aan de master Humanistiek niet wordt onderbroken een instellingscollegegeld ter hoogte van het wettelijk collegegeld verschuldigd. 4.2.2. Masterstudenten die het instellingscollegegeld verschuldigd zijn en in het collegejaar 2009-2010 waren ingeschreven voor de Premaster Humanistiek (schakelprogramma) zijn de eerste drie daaropvolgende jaren een instellingscollegegeld ter hoogte van het wettelijk collegegeld verschuldigd zolang de inschrijving niet wordt onderbroken. 4.3. Collegegeld bij meerdere inschrijvingen 4.3.1. Indien een student voor meerdere opleidingen ingeschreven is en aan beide opleidingen het wettelijk collegegeld is verschuldigd kan vrijstelling van het collegegeld voor de tweede opleiding worden verkregen. Ten bewijze daarvan dient een Bewijs van Betaald Collegegeld overlegd te worden van de eerste opleiding waarop is aangegeven dat de student het wettelijk collegegeld is verschuldigd. 7

4.3.2. Indien het collegegeld voor de tweede opleiding hoger is dan het betaalde collegegeld van de eerste opleiding moet de student het collegegeld aanvullen tot het verschuldigde bedrag conform artikel 7.48 van de WHW. 4.3.3. Indien de opleiding van eerste inschrijving met goed gevolg wordt afgerond is de student, zolang de inschrijving niet wordt beëindigd, conform artikel 7.45a, zesde lid van de WHW het wettelijk collegegeld verschuldigd voor de resterende maanden van het studiejaar. 4.4. Collegegeld bij tussentijdse inschrijving en restitutie bij uitschrijving 4.4.1. Bij tussentijdse inschrijving wordt het verschuldigde wettelijk- of instellingscollegegeld berekend naar rato van het aantal resterende maanden van het collegejaar conform artikel 7.48 derde lid van de WHW, met uitzondering van het contracttarief Premaster. 4.4.2. Bij uitschrijving heeft de student recht op restitutie van het collegegeld indien de student daar om verzoekt. Bij overlijden is er recht op restitutie van het collegegeld. De restitutie wordt berekend naar rato van het aantal resterende maanden van het collegejaar na de uitschrijfdatum of overlijdensdatum, conform artikel 7.49, vierde lid, van de WHW. Bij uitschrijving per juli of augustus heeft de student geen recht op restitutie van het collegegeld, bij een uitschrijving per juli of augustus vanwege overlijden van de student is er wel recht op restitutie. Bij een inschrijving als contractant is er in geen geval recht op restitutie van het collegegeld. 4.4.3. Een verzoek tot restitutie van betaald collegegeld moet worden gedaan via Studielink of schriftelijk per ondertekende brief. 4.5. Procedure 4.5.1. De UvH bepaalt het collegegeld (wettelijk collegegeld, instellingscollegegeld) op basis van door de Dienst Uitvoering Onderwijs uit het CRIHO geleverde informatie over nationaliteit, woonplaats, studiefinancierings- en vooropleidingsgegevens, en geregistreerde studiejaren. 4.5.2. Conform artikel 7.47 van de WHW wordt het collegegeld door of namens de bachelor- of masterstudent voldaan: door het afgeven van een machtiging het verschuldigde collegegeld eenmalig af te schrijven van een door de student aan te geven bankrekening; door het afgeven van een machtiging het verschuldigde bedrag in vijf termijnen af te schrijven van een door de student aan te geven bankrekening. Hierbij worden administratiekosten in rekening gebracht conform het daarvoor bij algemene maatregel van bestuur vastgestelde maximale bedrag; Het contracttarief Premaster wordt door de premasterstudent betaald door middel van overschrijving per bank. De premasterstudent ontvangt daarvoor een factuur. 4.5.3. De machtiging dient zowel te worden ondertekend door de student als door de rekeninghouder. 4.5.4. Door (administratieve) omstandigheden kunnen de gegevens bedoeld in 4.5.1 na inschrijving wijzigen. De student kan dan, in voorkomende gevallen met terugwerkende kracht, een ander collegegeld verschuldigd zijn, waarvoor een nieuwe of aanvullende machtiging ondertekend dient te worden. 5. Beëindiging Inschrijving 5.1. Uitschrijving op verzoek van de student 5.1.1. Op verzoek van de student beëindigt het instellingsbestuur conform artikel 7.42 van de WHW, eerste lid, diens inschrijving met ingang van de volgende maand. 5.2. Uitschrijving bij het niet nakomen van de betalingsverplichting 5.2.1. Indien degene die is ingeschreven voor een opleiding zijn verschuldigde collegegeld na aanmaning niet heeft voldaan, of de termijnbedragen bij betaling in termijnen niet tijdig voldoet, kan het 8

instellingsbestuur conform artikel 7.42 van de WHW, tweede lid, de inschrijving met ingang van de tweede maand volgende op de aanmaning beëindigen. 5.3. Uitschrijving bij een bindend negatief studieadvies 5.3.1. Het instellingsbestuur kan de inschrijving van een student die conform de Onderwijs- en examenregeling een Negatief Bindend Studieadvies heeft ontvangen conform artikel 7.8b, derde lid, van de WHW beëindigen met ingang van de maand volgend op het advies. 5.3.2. Tevens bepaalt het instellingsbestuur conform de Onderwijs- en examenregeling dat een student aan wie een Bindend Studieadvies (BSA) is gegeven zich niet opnieuw kan inschrijven voor de betreffende opleiding gedurende de drie volgende collegejaren. 5.4. Uitschrijving bij fraude van de student 5.4.1. Het instellingsbestuur kan bij ernstige fraude de inschrijving van een student conform artikel 7.12b, tweede lid, van de WHW beëindigen met ingang van de volgende maand volgens de daarvoor geldende bepalingen in de Onderwijs- en examenregeling. 5.5. Uitschrijving bij ongeschiktheid in relatie tot toekomstige beroepsuitoefening 5.5.1. Het instellingsbestuur kan in bijzondere gevallen na advies van de examencommissie, en na zorgvuldige afweging van de betrokken belangen de inschrijving van een student beëindigen conform artikel 7.42a van de WHW met ingang van de volgende maand, dan wel weigeren, als die student door zijn gedragingen of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor een of meer beroepen waartoe de opleiding hem opleidt, dan wel voor de praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening. 5.6. Overige bepalingen 5.6.1. Na uitschrijving wordt een (her)inschrijvingsverzoek met een inschrijfdatum die in hetzelfde collegejaar ligt afgewezen. De student kan zich opnieuw inschrijven voor het volgende collegejaar. 5.6.2. Bij uitschrijving is de student verplicht de aan hem verstrekte studentenkaart en bewijs of bewijzen van betaald collegegeld voor het betreffende collegejaar in te leveren bij de UvH. 5.7. Procedure 5.7.1. De student moet zijn verzoek tot uitschrijving doen via Studielink. 5.7.2. De UvH informeert de student over zijn uitschrijving. Hierbij gebruikt de UvH (de voorzieningen van) Studielink. Belangrijke informatie is tevens voor de student beschikbaar op de website van de UvH. 6. Vaststelling en wijziging 6.1. Het College van Bestuur draagt zorg voor voldoende bekendmaking van dit reglement. 6.2. Deze regeling is vastgesteld door het College van Bestuur na advies van de U-Raad conform artikel 9.33a, tweede lid, van de WHW, op 18 januari 2013 en is van toepassing op inschrijvingen per 1 september 2013 of later, tot het CvB een nieuw reglement vaststelt. 6.3. Wijzigingen van dit reglement worden, na advies van de U-Raad conform artikel 9.33a van de WHW, vastgesteld door het College van Bestuur. 9

Bijlage: Bedragen collegegeld collegejaar 2013-2014 Wettelijk collegegeld voltijd 1.835,- Instellingscollegegeld voltijd 6.898,- Contracttarief Premaster 1.376,- Contractonderwijs (PM) 160,- per EC 10