Praktijkovereenkomst (POK) 2015-2016 voor de beroepsopleidingen van ROC Leiden. Algemene Voorwaarden



Vergelijkbare documenten
Praktijkovereenkomst BOL

Praktijkovereenkomst (POK) voor de beroepsopleidingen van ROC Leiden. Algemene Voorwaarden

VOORBEELD STAGEOVEREENKOMST

VOORBEELD VAN EEN LEER- WERKOVEREENKOMST MBO

Praktijkovereenkomst Algemene voorwaarden

Praktijkovereenkomst. ROC Menso Alting

Deze bepalingen van de praktijkovereenkomst behoren bij het bpv-blad van de praktijkovereenkomst ROC TOP.

Algemene voorwaarden Beroepspraktijkvormingsovereenkomst artikel 1 t/m 15

Praktijkovereenkomst BBL

Praktijkovereenkomst (Algemene Voorwaarden) versie

PRAKTIJKOVEREENKOMST ROC FRIESE POORT Algemene Voorwaarden (cohort )

Algemene voorwaarden BPV-blad

Bijlage 2: Algemene voorwaarden bij het voorblad praktijkovereenkomst

Praktijkovereenkomst Deltion College

Lid 3. De OER is voor elke onderwijsdeelnemer op een toegankelijke plaats in te zien.

Beroepspraktijkvormingsovereenkomst

Stageovereenkomst Algemene voorwaarden

Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs

Algemene Voorwaarden praktijkovereenkomst

Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs. Ingaande schooljaar 2015/2016

Overeenkomst voor de beroepspraktijkvorming

Praktijkovereenkomst BBL

Algemene voorwaarden praktijkovereenkomst. Graafschap College Doetinchem

PRAKTIJKOVEREENKOMST BEROEPSONDERWIJS BOL/BBL ALGEMENE VOORWAARDEN

overeenkomst voor de beroepspraktijkvorming

Algemene voorwaarden bij de praktijkovereenkomst (POK) van Helicon Opleidingen BOL en BBL-individueel

Praktijkovereenkomst BBL Bedrijfsgroepen

Algemene voorwaarden bij de praktijkovereenkomst (POK) van Helicon Opleidingen BBL-c (bedrijfsgerichte trajecten)

Vastgesteld door College van Bestuur, na verkregen instemming van de Studentenraad:

Praktijkovereenkomst. Versie september 2011

Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs Ingaande schooljaar 2018/2019

Algemene voorwaarden. Beroepspraktijkvormingsovereenkomst

Scalda Stichting voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Dienst Bestuurlijke Ondersteuning

Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs Ingaande schooljaar

Stageovereenkomst Stageblad

Praktijkovereenkomst als bedoeld in artikel van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Ondergetekenden:

Ondergetekenden: 1. De Stichting Clusius College, gevestigd te Alkmaar. Hierna te noemen de onderwijsinstelling.

Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs Ingaande schooljaar 2016/2017 Versie 1.1 d.d

(indien de leerling minderjarig is)

Naam cursist: <naam cursist> Handtekening:

Algemene voorwaarden praktijkovereenkomsten

KLACHTENROUTE VOOR STUDENTEN VAN ROC LEIDEN

Praktijkovereenkomst als bedoeld in artikel van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Ondergetekenden:

Praktijkovereenkomst. Ondergetekenden: Komen het volgende overeen:

Praktijkovereenkomst als bedoeld in artikel van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Ondergetekenden:

Leerwerkovereenkomst. De Starter Naam Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Mobiel telefoonnummer Geslacht Geboortedatum BSN-nummer adres

Onderwijsovereenkomst (OOK) voor de afdeling Educatie ROC Leiden

BPV handboek 2017 Informatie Beroepspraktijkvorming BPV HANDBOEK ALGEMEEN

Examenreglement. Da Vinci College

Artikelen van de PRAKTIJKOVEREENKOMST van de BEROEPSBEGELEIDENDE LEERWEG (BBL), BEROEPSOPLEIDENDE LEERWEG (BOL) en van de LEERWEG OVERIGE ONDERWIJS -

Onderwijsovereenkomst

Examenreglement. Da Vinci College

Onderwijsovereenkomst (OOK) voor de beroepsopleidingen van ROC Leiden

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE STUDENTENSTATUUT

4.8 De student en in het geval van minderjarigheid de ouder(s)/wettelijk vertegenwoordiger(s) heeft altijd recht op inzage in het eigen dossier.

Goedgekeurd Centrale directie 02 oktober 2015 Managementteam 23 oktober 2015 MR 03 februari Klachtenregeling

De Algemene Voorwaarden vormen samen met het BPV-blad de praktijkovereenkomst als bedoeld in artikel WEB.

ALGEMENE BEPALINGEN STAGEOVEREENKOMST (BPV en andersoortige stages)

ALGEMENE BEPALINGEN STAGEOVEREENKOMST ROC van FLEVOLAND

ONDERWIJSOVEREENKOMST ROC FRIESE POORT Algemene Voorwaarden (cohort )

Informatiegids beroepspraktijkvorming

Examenreglement competentiegerichte opleidingen. Da Vinci College

S t a g e o v e r e e n k o m s t. Subfaculteit Wijsbegeerte, opleiding Cognitieve Kunstmatige Intelligentie

Informatiegids Beroepspraktijkvorming ROC ID College

Naam Voor en achternaam Adres Geslacht Postcode en plaats Functie Postadres adres Postcode en plaats Telefoonnummer KVK nummer

BEROEPSPRAKTIJKVORMINGS-OVEREENKOMST VOOR STAGIAIRS

Algemene voorwaarden

Stageovereenkomst. Faculteit Bètawetenschappen. Artikel 1

ALGEMENE BEPALINGEN STAGEOVEREENKOMST

ONDERWIJSOVEREENKOMST ROC FRIESE POORT Algemene Voorwaarden (cohort )

Onderwijsovereenkomst

Onderwijsovereenkomst (OOK) voor het Boerhaave College van ROC Leiden

INLEIDING...1 DOEL EN OMVANG KLACHTENREGELING...3 SOORTEN KLACHTEN EN HUN AFHANDELING...3 INTERNE KLACHTENPROCEDURE...4 EXTERNE KLACHTENPROCEDURE...

Onderwijsovereenkomst. NCVBBedrijfsopleidingen

Onderwijsovereenkomst Educatie

Servicedocument Stages in het mbo

Reglement Bezwaar en Beroep. Nimeto Utrecht

Algemene Klachtenregeling ROC A12

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Ons Middelbaar Onderwijs. ( Klokkenluidersregeling )

Commissie van beroep voor examens Commissie van beroep zoals bedoeld in de Regeling beroep tegen examenbeslissingen van MBO Utrecht.

Onderwijsovereenkomst : Algemene Voorwaarden

Klachtenregeling Openbaar Primair Onderwijs Zuid Kennemerland

MODEL PRAKTIJKOVEREENKOMST VOOR STAGIAIRS

Onderwijsovereenkomst. ROC Menso Alting

SERVICEDOCUMENT BEROEPSPRAKTIJKVORMING: WAT MAG VERWACHT WORDEN VAN DE BPV?

Onderwijsovereenkomst / algemene voorwaarden

ALGEMENE VOORWAARDEN ONDERWIJSOVEREENKOMST ROC TOP

Regeling Vertrouwenspersoon aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG)

Bijlage Onderwijsovereenkomst vavo

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand

Algemene Voorwaarden behorende bij de Onderwijsovereenkomst Da Vinci College te Dordrecht

Naam Voor en achternaam Adres Geslacht Postcode en plaats Functie Telefoonnummer adres KVK nummer

Reglement Bezwaar en Beroep. Nimeto Utrecht

INHOUDSOPGAVE. 1. Inleiding. 2. Klachten- en Beroepscommissies. 3. Klachtbehandeling. 4. Instelling van de Klachten- en Beroepscommissies

Protocol Ongewenste Omgangsvormen. Van. De Banketgroep. en haar dochtervennootschappen

Protocol ongewenst gedrag, inclusief klachtenregeling

BPV monitor Vragenlijst studenten

Klachtenregeling/vertrouwenspersoon Stichting TOPKI

KLACHTEN- EN GESCHILLENREGELINGEN

Transcriptie:

Praktijkovereenkomst (POK) 2015-2016 voor de beroepsopleidingen van ROC Leiden Algemene Voorwaarden Versie: definitieft,1.0. Datum: 24maart 2015 Documentnummer: Intern/1509350 (vastgesteld College van Bestuur 24 maart 2015) 1

Praktijkovereenkomst (POK) 2015-2016 voor de beroepsopleidingen van ROC Leiden Algemene Voorwaarden Inleiding De beroepspraktijkvorming is integraal onderdeel van de totale opleiding. Aan deze overeenkomst kan de onderwijsinstelling of de (praktijkbiedende) organisatie een addendum toevoegen om afspraken nader te concretiseren. De nadere afspraken mogen niet in tegenspraak zijn met deze praktijkovereenkomst. De praktijkovereenkomst wordt ondertekend door de drie partijen: de organisatie, de student en de onderwijsinstelling. Bi-partiete praktijk overeenkomsten tussen organisatie en student zijn niet mogelijk. De studentenraad van ROC Leiden heeft op 23 maart 2015 ingestemd met de model praktijkovereenkomst van ROC Leiden, bestaande uit het tekenblad en deze algemene voorwaarden. Op deze overeenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. Tenzij anders blijkt of kennelijk anders is bedoeld, sluit een verwijzing naar het mannelijke geslacht een verwijzing naar het vrouwelijke geslacht in en omgekeerd. 1 Begrippen 1.1 De gebruikte begrippen zijn in de begrippenlijst (te vinden op het intranet van ROC Leiden) nader omschreven. 2 Werkzaamheden, Werktijden en Begeleiding 2.1 De student en de organisatie spreken af waar, hoe en wanneer activiteiten in het kader van de beroepspraktijkvorming worden uitgevoerd. Deze activiteiten spelen een rol in het bereiken van de uitstroomvereisten zoals beschreven in de OER (onderwijs- en examenregeling) van de door de student gevolgde opleiding. Het OER vermeldt het totaal aantal te volgen praktijkuren en de verdeling daarvan over de studiejaren. 2.2 De student verplicht zich alle uit lid 1 voorgekomen activiteiten te verrichten en volgens de instructies te handelen. 2.3 De praktijktijd is in overeenstemming met de arbeidstijden van de afdeling of locatie, tenzij anders overeengekomen, en niet in strijd met de arbeidstijdenwetgeving. 2.4 De onderwijsinstelling en de organisatie maken met de student duidelijke schriftelijke afspraken over de begeleiding. De organisatie wijst een praktijkbegeleider aan; de onderwijsinstelling benoemt een bpv begeleider. Deze bezoekt de student tijdens de bpv periode. 2.5 Indien vanuit Passend Onderwijs afspraken zijn gemaakt over extra begeleiding in het kader van BPV, kan een ambulant dienstverlener de student ook begeleiden tijdens de BPV. 3 Examinering 3.1 De organisatie verklaart zich bereid om examinering van bepaalde onderdelen van de beroepspraktijkvorming zo nodig op de praktijkplaats mogelijk te maken. 3.2 De organisatie stelt de student in staat deel te nemen aan toetsen of examens van de onderwijsinstelling die tijdens de periode van de beroepspraktijkvorming plaatsvinden. (vastgesteld College van Bestuur 24 maart 2015) 2

4 Beoordeling 4.1 De onderwijsinstelling heeft de eindverantwoordelijkheid voor de beoordeling of de student de kerntaken en werkprocessen behorend bij de beroepspraktijkvorming heeft gerealiseerd. Het oordeel van de organisatie wordt in de beoordeling betrokken. 4.2 De wijze van beoordeling en examinering in de beroepspraktijkvorming is beschreven in de OER van de opleiding. De student en de organisatie hebben de OER ontvangen en hiervan kennis genomen. 4.3 De onderwijs- en examenregeling (OER) kan tevens op het Intranet van de onderwijsinstelling worden ingezien. 5 Afwezigheid en verlof in de beroepspraktijkvorming 5.1 De student is verplicht afwezigheid, en terugkomst na afwezigheid, direct te melden bij de organisatie. Deze melding vindt plaats volgens de regels van de organisatie én van de onderwijsinstelling. 5.2 Voor het vragen van vrijaf en verlof volgt de student de regels of arbeidsvoorwaarden van de organisatie. Als de student zonder opgaaf van reden afwezig is, meldt de organisatie dit zo snel mogelijk aan de opleiding. 5.3 De onderwijsinstelling meldt afwezigheid in geval van een officiële meldingsplicht aan de leerplichtambtenaar via het digitaal verzuimloket van DUO. 5.4 De handelswijze van de onderwijsinstelling bij afwezigheid zonder geldige redenen staat beschreven in het presentieprotocol van ROC Leiden. 6 Aansprakelijkheid en verzekeringen 6.1 De organisatie is jegens de student aansprakelijk voor schade die de student tijdens of in verband met de beroepspraktijkvorming lijdt, tenzij de organisatie aantoont dat zij de in artikel 7: 658, lid 1 Burgerlijk Wetboek genoemde verplichtingen is nagekomen, of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de student. 6.2 De onderwijsinstelling heeft voor alle studenten een collectieve ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering afgesloten met een aanvullende (secundaire) dekking. Een kopie van de relevante polis ligt ter inzage bij de financiële administratie van de onderwijsinstelling. 7 Verklaring cursusgeld (BBL) 7.1 In voorkomende gevallen kant de student de in het opleidingenblad van dit document genoemde werkgever machtigen om namens de student het wettelijke verschuldigde cursusgeld en eventueel andere schoolkosten te voldoen. 8 Veiligheid en Gedragsregels 8..1 De student is verplicht om de gegeven regels, voorschriften en aanwijzingen van de organisatie op te volgen in het belang van orde en veiligheid en gezondheid, onder andere voor kleding en/of accessoires. 8.2 De organisatie treft maatregelen in het belang van de veiligheid van de student in overeenstemming met de Arbeidsomstandighedenwet. 8.3 De student dient altijd respectvol te zijn en zich te houden aan regels van fatsoen, redelijkheid, zorgvuldigheid en beroepshouding. Hij dient in het bijzonder het belang van de organisatie en de onderwijsinstelling niet te schaden. (vastgesteld College van Bestuur 24 maart 2015) 3

9 Seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld 9.1 De onderwijsinstelling tolereert van medewerkers, studenten en degenen die diensten voor de onderwijsinstelling verrichten geen enkele vorm van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld. 9.2 De organisatie treft maatregelen ter voorkoming en bestrijding van elke vorm van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld. 9.3 Als een student tijdens werk of stage wordt geconfronteerd met seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld, heeft hij het recht de werkzaamheden onmiddellijk te onderbreken. Het voorval dient direct gemeld bij de vertrouwenspersoon of praktijkbegeleider van de organisatie en/of de onderwijsinstelling. Het voorval en de werkonderbreking kunnen geen reden zijn voor een slechte beoordeling. De notitie Preventie en Bestrijding Ongewenst Gedrag van de onderwijsinstelling is hier van toepassing. 9.4 Als de manager onderwijs van de opleiding of bevoegd gezag van de onderwijsinstelling kennis heeft dan wel een gegrond vermoeden heeft van misdrijf of poging daartoe binnen de organisatie is deze verplicht aangifte te doen bij de politie. 10 Geheimhouding 10.1 De student en bpv-begeleider zijn verplicht alles geheim te houden wat hen in de organisatie onder geheimhouding wordt toevertrouwd of zij redelijkerwijs het vertrouwelijke karakter moeten begrijpen. 10.2 De student zal de stageverslagen eerst aan de praktijkbegeleider voorleggen, waarna de bpvbegeleider het gehele werk/stageverslag beoordeelt eventueel onder geheimhouding. Schending van de geheimhoudingsplicht kan door het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling worden bestraft. 10.3 De onderwijsinstelling archiveert het stageverslag als examenbewijslast en volgt daarvoor de wettelijke bewaartermijnen. 11 Problemen, conflicten en klachten tijdens de beroepspraktijkvorming 11.1 Bij problemen of conflicten richt de student zich in eerste instantie tot de praktijkbegeleider van de organisatie en/of bpv-begeleider van de onderwijsinstelling. Vervolgens tracht de onderwijsinstelling in gezamenlijk overleg met de student en eventueel de organisatie tot een oplossing te komen. 11.2 Studenten kunnen een eventuele klacht over de beroepspraktijkvorming (stage) melden bij zijn studieloopbaanbegeleider, zijn bpv-begeleider of via de interne klachtenregeling van de instelling. De klachtenroute voor studenten is te vinden op de intranetsite van ROC Leiden. 11.3 De organisatie kan via de bpv-begeleider een eventuele klacht indienen bij de betrokken manager onderwijs of via het e-mailadres ombudsmail@rocleiden.nl. 11.4 Als de student vindt dat het probleem of conflict niet naar tevredenheid is opgelost, kan hij zich binnen 10 werkdagen na het uiteindelijke besluit van de manager onderwijs van de opleiding tot de Geschillencommissie Studentenstatuut van de onderwijsinstelling. (vastgesteld College van Bestuur 24 maart 2015) 4

12 Vervangende praktijkplaats 12.1 Als de onderwijsinstelling en de Samenwerkingsorganisatie beroepsonderwijs bedrijfsleven (SBB), na het afsluiten van de POK, vaststellen dat de praktijkplaats niet (meer) voldoet wordt zo spoedig mogelijk een andere praktijkplaats gezocht. Een praktijkplaats voldoet niet (meer) door: het niet of niet volledig beschikbaar zijn van de praktijkplaats, het tekort schieten of ontbreken van begeleiding, het niet langer beschikken over een gunstige beoordeling van de organisatie of indien er andere omstandigheden die maken dat de beroepspraktijkvorming niet naar behoren plaatsvindt. De onderwijsinstelling en het SBB zijn behulpzaam bij het zoeken naar een andere praktijkplaats. Er is een site beschikbaar waarop studenten zelf kunnen zoeken (www.stagemarkt.nl.) 13 Einde overeenkomst 13.1 Deze overeenkomst eindigt: a. Als de onderwijsovereenkomst eindigt; b. als de termijn in de POK eindigt of overgestapt wordt naar een andere opleiding; c. als er een door alle drie partijen ondertekende verklaring is van onderling goedvinden; d. als de organisatie wordt ontbonden of zijn rechtspersoonlijkheid verliest of de in de POK bedoelde activiteiten niet meer worden uitgeoefend; e. wanneer de erkenning als leerbedrijf (zoals bedoeld in de WEB) is ingetrokken; f. indien de student een arbeidsovereenkomst heeft en als deze wordt beëindigd; g. als er een schriftelijk besluit is van de onderwijsinstelling en organisatie dat de student zich na nadrukkelijke waarschuwing van de onderwijsinstelling of organisatie niet houdt aan de gedragsregels uit de OOK, Studentenstatuut en de POK; h. door een besluit van één van de partijen dat op grond van zwaarwegende omstandigheden beëindiging van deze POK noodzakelijk wordt geacht en in redelijkheid niet verlangd kan worden deze te laten voortduren. Partijen kunnen niet aansprakelijk gesteld worden voor schade van beëindiging van deze overeenkomst; i. wanneer één van de partijen binnen de vooraf overeengekomen proeftijd de POK wil beëindigen; j. door een besluit van één van de partijen dat de student duidelijk niet beschikt over de lichamelijke geschiktheid en/of kennis voor de uitoefening van het door hem gekozen beroep; k. wanneer de onderwijsinstelling, de student of de organisatie de hem bij de wet of de praktijkovereenkomst opgelegde verplichtingen niet nakomt. 14 Tijdige informatie bij beëindiging van de Praktijkovereenkomst 14.1 Bij voortijdige beëindiging van de POK worden de andere partijen en eventueel de wettelijke vertegenwoordiger schriftelijk met redenen op de hoogte gesteld. Zo nodig informeert de onderwijsinstelling ook het SBB. 14.2 Als de student zich niet houdt aan vastgelegde afspraken en de onderwijsinstelling de overeenkomst wil beëindigen, krijgt de student (en wettelijke vertegenwoordiger) 2 weken vooraf een vooraankondiging. In het uiteindelijk oordeel betrekt de onderwijsinstelling de zienswijze (indien kenbaar gemaakt) van de student en eventueel diens wettelijke vertegenwoordiger. De organisatie, en voor BBL-er ook het SBB, ontvangt een afschrift van de vooraankondiging en van het uiteindelijke bericht van beëindiging. 15 Nieuwe overeenkomst 15.1 Indien de student niet binnen de tijd, zoals vermeld op de POK, de beroepspraktijkvorming met goed gevolg heeft afgerond, kunnen partijen een gewijzigd of verlengd beroepspraktijkvormingstraject afspreken met een nieuwe POK. (vastgesteld College van Bestuur 24 maart 2015) 5

16 Beroep tegen voortijdige beëindiging 16.1 Bij geschillen over voortijdige beëindiging van de POK kan de student zich binnen 10 werkdagen na het besluit van de directeur onderwijs wenden tot de Geschillencommissie Studentenstatuut van de onderwijsinstelling. Het reglement van deze Commissie staat op de website van ROC Leiden. 16.2 Bij geschillen over voortijdige beëindiging van de POK kan de organisatie zich binnen redelijke termijn eventueel wenden tot de Klachtencommissie Extern Belanghebbenden van ROC Leiden. 17 Slotbepalingen 17.1 In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslissen de onderwijsinstelling en de organisatie (en zo nodig het SBB) na overleg met de student. 17.2 Bij meerdere overeenkomsten betrekking hebbend op dezelfde beroepspraktijkvorming is deze praktijkovereenkomst van ROC Leiden leidend. (vastgesteld College van Bestuur 24 maart 2015) 6