Gebruiksaanwijzing REAL Serie. RE-9 Achter-het-oor



Vergelijkbare documenten
Gebruiksaanwijzing REAL Serie. RE-m Achter-het-oor

Gebruiksaanwijzing Inteo-m. Achter-het-oor

Gebruiksaanwijzing De Flash Serie. FL-19 Achter-het-oor

Gebruiksaanwijzing Senso Diva serie. SD-9 en SD-9M Achter-het-oor toestellen

Gebruiksaanwijzing Flash élan. FL-9é Achter-het-oor toestel met folieschaaltje

Gebruiksaanwijzing Bravo serie. B11 / B12 Achter-het-oor

Hoortoestel met thin tube (dunne slang) aanbrengen

Hoortoestel met receiver (luidspreker in het oor) aanbrengen

Hoortoestel CIC/IHO (in het oor) aanbrengen:

Hoortoestel CIC/IHO (in het oor) aanbrengen:

RC3-2. Gebruiksaanwijzing RC3-2 afstandsbediening

gebruiksaanwijzing clear 440 Serie c4-pa Receiver-in-canal

RC4-1. Gebruiksaanwijzing RC4-1 afstandsbediening

Handleiding - be 9 by ReSound - be 7 by ReSound

HANDLEIDING. ReSound Metrix MX10 CIC

GEBRUIKSAANWIJZING MENU. ME-SP Achter-het-oor

/ Printed in Denmark GEBRUIKS- AANWIJZING

GEBRUIKSAANWIJZING MIND 440, MIND 330, MIND 220. m4-9/m3-9/m2-9 Achter-het-oor

Handleiding. - be 9 by ReSound Custom - be 9 by ReSound Custom Power - be 7 by ReSound Custom - be 7 by ReSound Custom Power

Beltone Change. Gebruiksaanwijzing Digitaal Receiver In-Het-Oor hoortoestel (RIE) CHG62D en CHG62D Open CHG62D HPG en CHG62D HPG Open

GEBRUIKSAANWIJZING MENU. ME-9 Achter-Het-Oor

GEBRUIKSAANWIJZING MIND 440, MIND 330, MIND 220

EARABLE. Handleiding

Advance Open x17. Gebruiksaanwijzing

Beltone Identity. Gebruiksaanwijzing Digitaal Achter Het Oor hoortoestel. Identity 66 Identity 76 Identity 86

gebruiksaanwijzing de clear 330 Serie C3-FS RIC/RITE Receiver-in-canal/ Receiver-in-the-ear

NEO. Achter-Het-Oor Hoortoestellen GEBRUIKSAANWIJZING

PRIO. In-Het-Oor Hoortoestellen GEBRUIKSAANWIJZING

Pure 10 Nx. Gebruiksaanwijzing. Hearing Systems

Fabrikant: Phonak AG Laubisrütistrasse 28 CH-8712 Stäfa Zwitserland

GEBRUIKSAANWIJZING MIND 440, MIND 330, MIND 220. m4-m/m4-m-cb/m3-m/m3-m-cb/ m2-m/m2-m-cb Achter-het-oor

EARABLE. Belangrijke productinformatie

Handleiding. ReSound oplader 60 en 80

GEBRUIKSAANWIJZING MENU. ME-19 Achter-Het-Oor

NEO. In-Het-Oor Hoortoestellen GEBRUIKSAANWIJZING

GEBRUIKSAANWIJZING MENU. ME-m Achter-Het-Oor

Een zorgvrager helpen bij het verzorgen van een gehoorapparaat

Slechthorendheid Logopedie Hoortoestel

GEBRUIKSAANWIJZING RIC HOORTOESTELLEN quix G4 quix G3 Volta quix C

Silk Nx. Gebruiksaanwijzing. Hearing Systems

Handleiding. ReSound Ziga TM

Het gebruik van digitale hoortoestellen bij mensen met dementie

Gebruiksaanwijzing dream Serie. D-m CB Achter-het-oor

Resound Azure MIHO AZ30, AZ30-P, AZ30-D, AZ30-DP

Ace primax. Gebruiksaanwijzing

ReSound Azure Silhouette TM AHO AZ71-DVI, AZ71-DI

GEBRUIKSAANWIJZING MIND 440, MIND 330, MIND 220. m4-x/m3-x/m2-x In-het-oor

MOVE. In-Het-Oor Hoortoestellen GEBRUIKSAANWIJZING

GEBRUIKSAANWIJZING MENU. ME-X In-Het-Oor

Advance IF CIC x17, Advance IF Canal x17. Gebruikershandleiding

Handleiding problemen oplossen. Kinderen 0 5 jaar

GEBRUIKSAANWIJZING. Model A51-FA/A51-FP. Achter-het-oor

Fabrikant: Phonak AG Laubisrütistrasse 28 CH-8712 Stäfa Zwitserland

In-Het-Oor hoortoestellen

EARABLE. Handleiding

XTREME. Achter-Het-Oor Hoortoestellen GEBRUIKSAANWIJZING

Een hoorapparaat is een hulpmiddel, maar lost niet alle problemen op

GEBRUIKSAANWIJZING. Model A51-FS RIC/RITE

Ace primax. Gebruikersgids

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave

Beltone Turn. Gebruiksaanwijzing Digitaal trimmer Achter-Het-Ooe hoortoestel. AHO: TN2T75 & TN3T75 Power: TN3T85

GEBRUIKSAANWIJZING MIND 440, MIND 330, MIND 220

CIC, Mini-kanaal, Kanaal, (Half)concha, (Half)concha P Omni

Bedieningen Dutch - 1

Innovative Hearing Solutions ... Achter-Het-Oor Hoortoestellen Gebruiksaanwijzing 106 AHO DM

Beltone Turn. Gebruiksaanwijzing Digitaal trimmer Achter-Het-Oor hoortoestel. Super Power AHO: TN395

De natuur gaf ons twee oren die samen horen

Ace micon. Gebruikersgids. Life sounds brilliant.

MOVE. Achter-Het-Oor Hoortoestellen GEBRUIKSAANWIJZING

Reparatieprocedure. Dit document is ook online beschikbaar op

GEBRUIKSAANWIJZING MENU. ME-CIC/IIC-TR ME-CIC/IIC Completely-in-canal/Invisible-in-canal

Handleiding Plextalk PTN1. Handleiding Daisyspeler Plextalk PTN1

Beltone Change. Gebruiksaanwijzing Digitaal Achter Het Oor hoortoestel. CHG75 en CHG75D CHG75 Open en CHG75D Open CHG85 en CHG85D

Speciale instrumenten. Insio primax, Intuis 3 Gebruiksaanwijzing

Actieve stereo speaker met uniek LED sfeerlicht

voor ouders Informatie

Beltone Change. Gebruiksaanwijzing Digitaal In-Het-Oor hoortoestel. Change 15/15 HPG Change 25/25 HPG Change 35/35 HPG en Change 35D/35D HPG

Fabrikant: Phonak AG Laubisrütistrasse 28 CH-8712 Stäfa Zwitserland

Slim tube HE. Volledige gids voor Quantum-producten

Aquaris micon. Gebruiksaanwijzing. Life sounds brilliant.

Cellion primax. Handleiding voor audiciens. Hearing Systems

Standaard- en microhoorsystemen. Gebruiksaanwijzing

Thuis met uw Suprapubische Katheter

Fabrikant: Phonak AG Laubisrütistrasse 28 CH-8712 Stäfa Zwitserland / /A+W Printed in Switzerland

GEBRUIKSAANWIJZING. Mode A52-FA/A52-FP. Achter-het-oor

Motion M micon Motion P micon. Gebruiksaanwijzing. Life sounds brilliant.

unia GEBRUIKSAANWIJZING DE COSELGI UNIA -FAMILIE Model U-FA/U-FP Achter-het-oor

Handleiding voor de. Nucleus CP810 geluidsprocessor

BLUETOOTH-AUDIO-ONTVANGER/Z ENDER

Pure micon. Gebruiksaanwijzing. Life sounds brilliant.

Fabrikant: Phonak AG Laubisrütistrasse 28 CH-8712 Stäfa Zwitserland / /A+W Printed in Switzerland

G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Achter-Het-Oor

SingStar Microphone Pack Gebruiksaanwijzing. SCEH Sony Computer Entertainment Europe

Advance OTE 817/617/417 Advance P 817/617/417. Gebruiksaanwijzing

BETER HOREN Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND

BeoLab 7 1 BeoLab 7 1

GEBRUIKSAANWIJZING RIC HOORTOESTELLEN HP G4

Fabrikant: Phonak AG Laubisrütistrasse 28 CH-8712 Stäfa Zwitserland. EU-vertegenwoordiger: Phonak GmbH D Fellbach-Oeffingen Duitsland

Handleiding. Sinner bluetooth scooterhelm

Aroma Perfection System.

Transcriptie:

Gebruiksaanwijzing REAL Serie RE-9 Achter-het-oor

2

Hoortoestellen, oorstukjes, reinigingsinstrumentjes e.d. die in deze gebruiksaanwijzing zijn afgebeeld kunnen er in werkelijkheid anders uitzien. Daarnaast behouden wij ons het recht op wijzigingen voor. Hoortoestellen en accessoires mogen nooit met het huishoudelijk afval worden weggegooid. Lever oude hoortoestellen en accessoires in bij uw audicien. 3

Inhoud Hartelijk dank.......................................... 6 Oorset keuzes......................................... 7 Het hoortoestel........................................ 8 Het plaatsen van de batterij...................... 11 Indicatie bijna-lege batterij....................... 12 Mogelijke instellingen als u het hoortoestel inschakelt 14 Automatische aanpassing van de luidheid............ 14 Fijnregelen van de luidheid.......................... 15 Luisterprogramma s.................................. 17 Schakelen tussen de luisterprogramma s.......... 19 Telefoneren.......................................... 20 Hoortoestel met oorstukje............................ 21 Hoortoestel met oorstukje aanbrengen............... 22 Hoortoestel en oorstukje verwijderen................ 23 Reinigen............................................ 24 Het hoortoestel.................................. 25 Het oorstukje.................................... 26 Als het hoortoestel niet werkt........................ 28 Hoortoestel met DirectKlaar oortip.................... 30 Rechts/links markering............................... 31 Hoortoestel met oortip aanbrengen.................. 32 Hoortoestel en oortip verwijderen................... 33 Reinigen............................................ 34 Het hoortoestel.................................. 35 De oorset........................................ 36 4

De oorset vervangen................................. 38 Een nieuwe oorset samenstellen..................... 39 Slanglengte en maat oortip.......................... 40 Het anker op maat maken............................ 41 Als het hoortoestel niet werkt...................... 44 Hoortoestel met folieschaaltje......................... 46 Rechts/links markering............................... 47 Hoortoestel met folieschaaltje aanbrengen........... 48 Hoortoestel met folieschaaltje verwijderen........... 49 Reinigen............................................ 50 Het hoortoestel.................................. 51 De oorset........................................ 52 Het slangetje vervangen............................. 54 Een nieuwe oorset samenstellen..................... 55 Slanglengte......................................... 56 Het anker op maat maken............................ 57 Als het hoortoestel niet werkt...................... 58 Het onderhoud van uw hoortoestel.................... 60 Enkele adviezen...................................... 62 Accessoires........................................... 64 Audio input......................................... 64 FM-systemen........................................ 66 Uw hoortoestel....................................... 67 5

Hartelijk dank......dat u voor een Widex hoortoestel hebt gekozen. Uw hoortoestel is een geavanceerd instrument dat in overleg met uw audicien aan uw wensen en luisterbehoeften wordt aangepast en ingesteld. Alle illustraties in dit boekje hebben betrekking op het hoortoestel voor het rechter oor. Tenzij anders aangegeven is dezelfde informatie ook van toepassing voor het toestel voor het linker oor. We hopen dat u tevreden zult zijn over uw nieuwe Widex hoortoestel. 6

Algemeen Oorset keuzes Uw hoortoestel wordt aangepast met behulp van een zg. oorset. Afhankelijk van o.a. uw gehoorverlies kiest de audicien het type oorset dat voor u het meest geschikt is. Uw audicien kan hieronder aangeven welke type oorset voor uw situatie van toepassing is. Oorstukje DirectKlaar oortip Folieschaaltje Belangrijk Tenzij anders aangegeven is de informatie in deze gebruiksaanwijzing van toepassing op alle typen oorsets. Lees daarom naast de algemene aanwijzingen ook de paragrafen die van toepassing zijn voor uw specifieke oorset. 7

Het hoortoestel Onderstaande afbeelding betreft het hoortoestel zonder oorset. 1. Microfoonopeningen, hier komt het geluid het toestel binnen. 2. Volumeregelaar voor het fijnregelen van het geluidsniveau, optioneel beschikbaar. 3. Programmaschakelaar 4. Aan/uitschakelaar 5. Batterijlade, met nageluitsparing om deze makkelijk te kunnen openen. 1 2 3 5 4 8

Algemeen Rechts/links markering Draagt u een toestel in beide oren, dan kunt u deze van elkaar onderscheiden door middel van gekleurde labels. Het rechter toestel heeft een rood label, het linker toestel een blauw label. De pijl geeft aan waar het label zich bevindt. 9

De batterij Het aanbevolen type batterij voor uw toestel is de zink/ lucht batterij, type 13. Uw audicien levert deze batterijen. Het is belangrijk dat u let op de vervaldatum die op de verpakking vermeld staat. Op de verpakking staat ook aangegeven wat u moet doen met lege batterijen. De levensduur van de batterij is afhankelijk van een aantal factoren, zoals de instelling van uw hoortoestel, hoeveel uur u het toestel dagelijks gebruikt en de luisteromgeving waarin u het toestel gebruikt. 10

Algemeen Het plaatsen van de batterij Denk eraan dat u de sticker verwijdert voordat u de batterij in de batterijlade legt. Enkele seconden nadat de sticker is verwijderd kan de batterij worden gebruikt. Gebruik geen batterijen met lijmresten afkomstig van de sticker, omdat deze de luchtgaatjes van de batterij kunnen blokkeren. 1. Trek voorzichtig het batterijdeksel met een nagel in de nageluitsparing naar u toe om de lade te openen. Is de lade geopend, druk deze dan niet verder open. 2. Leg de batterij met het plusteken (+) zichtbaar in de batterijlade zoals weergegeven in de afbeelding. 3. U kunt het magneetstaafje gebruiken om de batterij in de batterijlade te leggen. 1. 2. 3. Sluit de batterijlade niet soepel, dan ligt de batterij er verkeerd in. 11

Indicatie bijna-lege batterij Hoort u snel achter elkaar vier pieptoontjes, dan betekent dit dat de batterij bijna leeg is. Vervang de batterij zo snel mogelijk. Is de batterij helemaal leeg dan hoort u ook niets meer. Hoe lang een hoortoestel nog blijft werken na de bijna-lege batterij indicatie is van verschillende factoren afhankelijk. We raden u aan altijd minimaal één reservebatterij bij u te houden. Laat nooit een lege batterij in het hoortoestel zitten. Lege batterijen kunnen lekken en daardoor kan het hoortoestel worden beschadigd. Houd voor de zekerheid altijd het toestel boven een tafel of een vloer met tapijt als u de batterij vervangt. Wordt het hoortoestel door een klein kind gebruikt dan kan de audicien er voor kiezen om het hoortoestel te laten voorzien van een speciaal type batterijlade. Daardoor wordt voorkomen dat de batterij niet door het kind uit het hoortoestel kan worden gehaald. 12

Algemeen Het hoortoestel in- en uitschakelen De batterijlade bevindt zich onder aan het toestel. De batterijlade doet ook dienst als aan/uit-schakelaar. 1. Duw de schakelaar omhoog om het toestel in te schakelen. 2. Duw de schakelaar naar beneden om het hoortoestel uit te schakelen. Hebt u het toestel uitgeschakeld, wacht dan tenminste 3 seconden voordat u het toestel opnieuw inschakelt. 3. Als het toestel is uitgeschakeld, dan is het woord OFF duidelijk zichtbaar. 1. 2. 3. Het hoortoestel kan zo zijn ingesteld dat u een pieptoontje hoort als u het toestel inschakelt. Schakel het toestel uit als u het niet gebruikt. Gebruikt u het hoortoestel gedurende langere tijd (enige dagen) niet, haal dan de batterij uit het toestel. 13

Mogelijke instellingen als u het hoortoestel inschakelt Afhankelijk van de gekozen programmering kan uw hoortoestel opstarten met verschillende instellingen. In de normale stand kan het toestel een beetje fluiten als u de oorset in het oor plaatst. In de anti-terugkoppelingsstand fluit het toestel niet als u de oorset in het oor plaatst. Bespreek met uw audicien welke instelling voor u het meest geschikt is. Automatische aanpassing van de luidheid Het volume van het hoortoestel wordt automatisch ingesteld afhankelijk van de geluidsomgeving waarin u het gebruikt. Belangrijk Is het geluid van uw hoortoestel te hard of te zacht, klinken de geluiden vervormd, of hebt u andere vragen, raadpleeg dan uw audicien. 14

Algemeen Fijnregelen van de luidheid Uw hoortoestel kan zijn voorzien van een volumeregelaar die eruit ziet als een klein hendeltje. (Het hendeltje op uw hoortoestel kan zich op een andere plaats bevinden dan als afgebeeld). Duw het hendeltje omhoog om geleidelijk het volume te verhogen. Druk het hendeltje naar beneden om het volume geleidelijk te verlagen. Iedere keer dat u de volumeregelaar gebruikt hoort u een pieptoontje, tenzij u ervoor hebt gekozen om deze toonindicatie door uw audicien uit te laten schakelen. (zie pag. 9). Verhoogt u het volume dan hoort u een hogere toon, verlaagt u het volume dan hoort u een lagere toon, bij iedere stap dat u het volume verandert. Is het maximum of minimum niveau bereikt dan hoort u een aanhoudende toon. 15

Om het geluid geheel uit te schakelen: Houd het hendeltje van de volumeregelaar neergedrukt nadat de aanhoudende toon heeft geklonken. Om het geluid weer in te schakelen: Druk het hendeltje omhoog of Kies een ander luisterprogramma of Zet het hoortoestel uit, wacht 3 seconden en zet het weer aan. Elke verandering van de automatische volumeregeling wordt ongedaan gemaakt als u het toestel uitzet. Wilt u dat de volumeregelaar permanent wordt uitgeschakeld, neem dan contact op met uw audicien. 16

Algemeen Luisterprogramma s Afhankelijk van hoe uw audicien uw hoortoestel heeft geprogrammeerd, kunt u kiezen uit maximaal 3 luisterprogramma s voor specifieke luistersituaties Achter in deze gebruiksaanwijzing kan uw audicien aangeven welke programma s voor u zijn gekozen. Wilt u na verloop van tijd een andere programmacombinatie, dan kan deze worden gewijzigd. U kiezen uit de volgende programma s Master: standaard programma Gewenningsprogramma: dit luisterprogramma bevat dezelfde kenmerken als het Masterprogramma, maar biedt iets minder versterking. Muziek: dit luisterprogramma is de juiste keuze om naar muziek te luisteren. TV: dit luisterprogramma is geschikt om naar de TV te luisteren. 17

T: in dit luisterprogramma luistert u via de luisterspoel (T) en niet via de microfoon (M) van het hoortoestel. De luisterspoel kan uitsluitend worden gebruikt indien een ringleidingsysteem is geïnstalleerd. Met dit programma kunt u naar een specifieke geluidsbron luisteren en geluiden uit de omgeving buiten sluiten. M+T: in dit luisterprogramma luistert u via de hoortoestelmicrofoon (M) en via de luisterspoel (T = telecoil). 18

Algemeen Schakelen tussen de luisterprogramma s Met behulp van de programmaschakelaar op de achterzijde van het toestel, kunt u schakelen tussen de verschillende luisterprogramma s. Elke keer dat u op de schakelaar drukt hoort u een klik, tenzij u deze functie hebt laten uitschakelen door uw audicien. Aan het aantal piepjes dat vervolgens wordt weergegeven kunt u horen welk luisterprogramma u hebt gekozen: Programma 1: Eén kort pieptoontje Programma 2: Twee korte pieptoontjes Programma 3: Drie korte pieptoontjes Maakt u geen gebruik van de verschillende programma s, dan kunt u uw audicien vragen om de programmaschakelaar uit te schakelen. 19

Telefoneren Als u telefoneert, raden we u aan om de telefoon onder een hoek boven het oor te houden en niet tegen de oorschelp. Hoort u het geluid niet duidelijk, verschuif dan de telefoon net zo lang totdat u wel een helder geluid hoort. Het is belangrijk dat de luidspreker in de telefoon vlak voor de microfoon van het hoortoestel komt. Dit kunt u alleen proefondervindelijk ervaren. Is de telefoonhoorn voorzien van een spoel en is uw hoortoestel voorzien van een luisterspoelprogramma, dan kunt u dit programma gebruiken om te telefoneren. Ook nu kan het nodig zijn om de telefoonhoorn iets anders bij het oor te houden. 20

Hoortoestel met oorstukje Hoortoestel met oorstukje De oorset bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Oorhaak 2. Slangetje 3. Oorstukje 3a. Geluidskanaal 3b. Ontluchting 1 2 3b 3a 3 21

Hoortoestel met oorstukje aanbrengen 1. Plaats eerst het oorstukje in het oor, waarbij u het onderste deel van het slangetje vasthoudt. 2. Het kan daarbij helpen de oorschelp een stukje naar achteren en van het hoofd af te trekken met de andere hand. 3. Als het oorstukje is ingebracht hangt u het hoortoestel achter het oor, zodat het oorhaakje op het oor rust, vlak bij uw hoofd. 1. 2. 3. 22

Hoortoestel met oorstukje Hoortoestel en oorstukje verwijderen 1. Haal eerst het hoortoestel achter de oorschelp vandaan. 2. Trek voorzichtig het oorstukje uit het oor, waarbij u het onderste deel van het slangetje vasthoudt. 1. 2. Is het moeilijk om het oorstukje uit het oor te krijgen, dan kunt u het voorzichtig heen en weer bewegen terwijl u het naar buiten trekt. Het kan ook helpen om de oorschelp met de andere hand iets naar achteren en van het hoofd af te trekken. 23

Reinigen Uw hoortoestel wordt geleverd met de volgende reinigingsaccessoires. 1. Zacht doekje, om het hoortoestel schoon te vegen 2. Reinigingspennetje, om de ontluchting schoon te maken 1 2 Extra accessoires zijn verkrijgbaar bij uw audicien. 24

Hoortoestel met oorstukje Het hoortoestel Gebruik het zachte doekje om uw hoortoestel schoon te wrijven. Reinig uw hoortoestel nooit met water, een schoonmaakmiddel of een andere vloeistof. Gebruikt u het hoortoestel niet, laat dan de batterijlade open staan, zodat het hoortoestel wordt geventileerd en eventueel aanwezig vocht kan verdampen. 25

Het oorstukje Controleer altijd of uw oorstukje schoon en droog is. Gebruik geen alcohol of schoonmaakmiddelen om uw oorstukje schoon te maken. Zo maakt u het oorstukje schoon: 1. Verwijder het oorstukje van het slangetje. 2. Maak de ontluchting schoon met het reinigingspennetje. 3. Maak het geluidskanaal schoon met het reinigingspennetje. 1. 2. 3. 26

Hoortoestel met oorstukje 4. Verwijder minstens één maal per week het oorstukje met slang van de oorhaak en reinig het met behulp van een reinigingsmiddel dat speciaal is ontwikkeld voor het schoonmaken van oorstukjes. Uw audicien zal u graag adviseren welk middel het best kan worden gebruikt. Spoel het daarna af met koud water en leg het gedurende de nacht te drogen. 5. Is er nog water achtergebleven, blaas dan het kanaal droog met een blaasbalgje alvorens het weer op het hoortoestel te bevestigen. Gebruik geen alcohol of schoonmaakmiddelen om uw oorstukje schoon te maken. 4. 5. De oorset vervangen Is het slangetje stijf of geel geworden, of vertoont het barstjes, vervang het dan door een nieuw slangetje. Nieuwe slangetjes worden door uw audicien geleverd. Past het oorstukje niet meer, neem dan contact op met uw audicien. 27

Als het hoortoestel niet werkt Werkt uw hoortoestel niet, dan kan dat zijn omdat: het hoortoestel niet is ingeschakeld. Controleer of de batterijlade, die tevens aan/uit-schakelaar is, volledig omhoog is geduwd zodat het woord OFF niet meer zichtbaar is. de batterij leeg is. Vervang de batterij. Zorg ervoor dat de batterij correct geplaatst wordt en dat de batterijlade goed wordt gesloten. de geluidsuitgang in het oorstukje verstopt is. Maak de geluidsuitgang schoon zoals beschreven op pagina 26. Is het hoortoestel niet luid genoeg, dan kan dat zijn omdat: de batterij bijna leeg is. Vervang de batterij. Zorg ervoor dat de batterij correct geplaatst wordt en dat de batterijlade goed wordt gesloten. de geluidsuitgang of het oorstukje verstopt is. Verstopping van de geluidsuitgang of het oorstukje wordt meestal veroorzaakt door oorsmeer. Maak de verstopte geluidsuitgang schoon. uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg uw huisarts of KNO-arts. uw gehoor veranderd is. Raadpleeg uw KNO-arts. 28

Hoortoestel met oorstukje Fluit het hoortoestel voortdurend, dan kan het zijn dat:: uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg uw huisarts of KNO-arts. het slangetje kapot is. Vervang het slangetje. het slangetje geel en hard is geworden. Vervang het slangetje. het slangetje vaak loskomt van het oorstukje of de oorhaak. Vervang het slangetje. de oorhaak of het elleboogje van het oorstukje kapot is. Raadpleeg uw audicien. het oorstukje niet correct in het oor is geplaatst. Verwijder het oorstukje uit het oor en plaats het opnieuw. Het is belangrijk dat het oorstukje correct in het oor wordt geplaatst. het oorstukje niet goed (meer) past. Neem contact op met uw audicien. Hapert uw hoortoestel af en toe, dan kan dat zijn omdat: de aan/uit-schakelaar vies is. Zet het toestel een paar keer aan en uit. (zie ook pagina 13). 29

Hoortoestel met DirectKlaar oortip De oorset bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Slangetje met 1a. connector 1b. anker 2. DirectKlaar oortip 1a 1 2 1b 30

Rechts/links markering Hoortoestel met DirectKlaar oortip De slangetjes voor de oorset zijn leverbaar in verschillende lengtes voor zowel het rechter als het linker toestel. De maat is in kleur op het slangetje aangegeven. Rood op het slangetje voor het rechter toestel. Blauw op het slangetje voor het linker toestel. 31

Hoortoestel met oortip aanbrengen 1. Hang eerst het toestel achter het oor, zodat de connector en het slangetje prettig op het oor rusten, vlakbij uw hoofd. 2. Duw dan de oortip in de gehoorgang terwijl u het onderste deel van het slangetje vasthoudt. 1. 2. Druk tenslotte het anker in de oorschelp, zodat de oorset houvast krijgt in het oor. Controleer regelmatig of het hoortoestel en de oorset nog correct op/in het oor zitten. 32

Hoortoestel met DirectKlaar oortip Hoortoestel en oortip verwijderen 1. Verwijder eerst het hoortoestel van achter de oorschelp. 2. Trek daarna voorzichtig de oortip uit de gehoorgang terwijl u het onderste deel van het slangetje vasthoudt. 1. 2. 33

Reinigen Deze reinigingsaccessoires worden bij uw hoortoestel geleverd: 1. Zacht doekje 2. Reinigingsdraad 1 2 Extra accessoires zijn verkrijgbaar bij uw audicien. accessories. 34

Hoortoestel met DirectKlaar oortip Het hoortoestel Gebruik het zachte doekje om uw hoortoestel schoon te wrijven. Reinig uw hoortoestel nooit met water, een schoonmaakmiddel of een andere vloeistof. Gebruikt u het hoortoestel niet, laat dan de batterijlade open staan, zodat het hoortoestel wordt geventileerd en eventueel aanwezig vocht kan verdampen. 35

De oorset Zorg dat uw oorset schoon is en vrij van oorsmeer of vocht. Anders kan de oortip los komen van het slangetje. Veeg de oorset regelmatig schoon met het zachte doekje. Gebruik nooit alcohol of andere schoonmaakmiddelen om de oorset te reinigen. Een verstopt slangetje reinigen: 1. Verwijder de oorset van het hoortoestel zoals hieronder aangegeven. 2. Trek de oortip van het slangetje af. 3. Voer de reinigingsdraad door het slangetje totdat de draad aan de andere kant tevoorschijn komt. 1. 2. 3. 36

Hoortoestel met DirectKlaar oortip Indien nodig kan de oortip worden gewassen. Trek de oortip van het slangetje af. Was de oortip in lauwwarm water. Spoel de oortip daarna af met koud water. Laat de oortip s nachts drogen. 37

De oorset vervangen De oorset moet regelmatig worden vervangen. De levensduur ervan is persoonlijk en hangt af van een aantal factoren, zoals hoe vaak het hoortoestel wordt gebruikt en de samenstelling van het oorsmeer van de gebruiker. Wordt één van de onderdelen van de oorset slap, hard, geel of vertoont het barstjes, vervang dan de oorset. 38

Een nieuwe oorset samenstellen Hoortoestel met DirectKlaar oortip Druk de oortip op de slang. Controleer of de oortip niet meer kan verschuiven. Bevestig de oorset aan het hoortoestel zoals afgebeeld. Voor de levering van nieuwe onderdelen voor oorsets of als de maat van de oortip niet langer past, neemt u contact op met uw audicien. 39

Slanglengte en maat oortip De oorset moet zo worden gemaakt dat deze precies op maat is voor uw oor. Het is dus belangrijk om de juiste slanglengte en maat van de oortip te kiezen zodat deze goed en prettig past. Daarnaast is het belangrijk dat het anker op maat wordt gemaakt. Uw audicien kiest en levert de juiste onderdelen en helpt u om het anker op maat in te stellen. Zie ook de aanwijzingen voor het op maat maken van het anker. Op de laatste bladzijde van deze gebruiksaanwijzing kan uw audicien de gekozen maten invullen. 40

Het anker op maat maken Hoortoestel met DirectKlaar oortip Het anker moet zo worden ingesteld dat het een passende ring vormt die het slangetje met oortip precies op z n plaats houdt in de gehoorgang. Dit kan op verschillende manieren worden gedaan: Methode 1 1a. Trek het puntige uiteinde van het anker door het kleine oogje dat zich aan het uiteinde van het slangetje bevindt. 1b. Heeft het ringetje eenmaal de juiste afmeting, knip of snij dan alle overblijvende delen af. 1a. 1b. 41

Methode 2 2a. Draai het anker in de richting zoals aangegeven met de stippellijn en de pijltjes. 2b. Trek het puntige uiteinde van het anker door het kleine oogje dat zich aan het uiteinde van het slangetje bevindt zodat een hartvormige ring ontstaat. 2c. Heeft het ringetje eenmaal de juiste afmeting, knip of snij dan alle overblijvende delen af. 2a. 2b. 2c. 42

Hoortoestel met DirectKlaar oortip Algemeen: 3. Controleer of het eind van het anker glad aansluit op het oogje. Zo nodig met een nagelvijl bijwerken. Voel met uw vingertop of er geen scherpe randjes meer zijn. 3. Als een deel van het anker uit het oogje steekt dan kan de huid van de gehoorgang worden geïrriteerd. 43

Als het hoortoestel niet werkt Werkt het hoortoestel niet, dan kan dat zijn omdat: het hoortoestel niet is ingeschakeld. Controleer of de batterijlade, die tevens aan/uit-schakelaar is, volledig omhoog is geduwd zodat het woord OFF niet meer zichtbaar is. de batterij leeg is. Vervang de batterij. de geluidsuitgang van de oortip verstopt is. Reinig of vervang de oortip. Vervang indien nodig de gehele oorset. Is het hoortoestel niet luid genoeg, dan kan dat zijn omdat: de batterij bijna leeg is. Vervang de batterij. de oortip verstopt is. Reinig of vervang de oortip. Vervang indien nodig de gehele oorset. uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg uw huisarts of KNO-arts. uw gehoor veranderd is. Raadpleeg uw KNO-arts. 44

Hoortoestel met DirectKlaar oortip Fluit het hoortoestel voortdurend, dan kan het zijn dat: uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg uw huisarts of KNO-arts. het slangetje kapot is. Vervang het slangetje. het slangetje geel en stijf is. Vervang het slangetje. het slangetje vaak loskomt van het hoortoestel. Vervang het slangetje. de oortip niet correct in de gehoorgang is geplaatst. Verwijder de oorset en breng deze opnieuw aan. Hapert uw hoortoestel af en toe, dan kan dat zijn omdat: de aan/uit-schakelaar vies is. Zet het toestel een paar keer aan en uit. (zie ook pagina 13). 45

Hoortoestel met folieschaaltje De oorset bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Slangetje 1a. connector 1b. anker 2. Folieschaaltje met 2a. trekkoordje 1a 2 1 2a 1b 46

Hoortoestel met folieschaaltje Rechts/links markering De slangetjes voor de oorset zijn leverbaar in verschillende lengtes voor zowel het rechter als het linker toestel. De maat is in kleur op het slangetje aangegeven. Rood op het slangetje voor het rechter toestel. Blauw op het slangetje voor het linker toestel. Het folieschaaltje is voorzien van een Widex logo. Een rood logo betekent dat het schaaltje rechts dient te worden gebruikt, een schaaltje met een blauw logo wordt links gedragen. 47

Hoortoestel met folieschaaltje aanbrengen 1. Breng het folieschaaltje in de gehoorgang terwijl u het onderste deel van het slangetje vasthoudt. 2. Het kan helpen om de oorschelp met de andere hand een stukje naar achteren en van het hoofd af te trekken. 3. Hang het hoortoestel achter het oor, zodat de connector op het oor rust, vlak bij uw hoofd. 1. 2. 3. 48

Hoortoestel met folieschaaltje Hoortoestel met folieschaaltje verwijderen 1. Verwijder eerst het hoortoestel van achter de oorschelp. 2. Trek daarna voorzichtig het folieschaaltje uit het oor aan het trekkoordje. 1. 2. Belangrijk Trek niet aan het slangetje om het hoortoestel te verwijderen. Gebruik het trekkoordje. 49

Reinigen Deze reinigingsaccessoires worden bij uw hoortoestel geleverd: 1. Zacht doekje 2. Reinigingsdraad 1 2 Extra accessoires zijn verkrijgbaar bij uw audicien. 50

Hoortoestel met folieschaaltje Het hoortoestel Gebruik het zachte doekje om uw hoortoestel schoon te wrijven. Reinig uw hoortoestel nooit met water, een schoonmaakmiddel of een andere vloeistof. Gebruikt u het hoortoestel niet, laat dan de batterijlade open staan, zodat het hoortoestel wordt geventileerd en eventueel aanwezig vocht kan verdampen. 51

De oorset Zorg dat uw oorset schoon is en vrij van oorsmeer of vocht. Anders kan de oortip los komen van het slangetje. Veeg de oorset regelmatig schoon met het zachte doekje. Gebruik nooit alcohol of andere schoonmaakmiddelen om de oorset te reinigen. Een verstopt slangetje reinigen: 1. Verwijder de oorset van het hoortoestel zoals hieronder aangegeven. 2. Trek voorzichtig het folieschaaltje van het slangetje af, wrik daarbij iets de tip van het slangetje 3. Voer de reinigingsdraad door het slangetje totdat de draad aan de andere kant tevoorschijn komt. 1. 2. 3. 52

Hoortoestel met folieschaaltje Indien gewenst kan het folieschaaltje worden gewassen. Trek voorzichtig het folieschaaltje van het slangetje af, wrik daarbij iets de tip van het slangetje. Was de oortip in lauwwarm water. Laat de oortip s nachts drogen. 53

Het slangetje vervangen Het slangetje moet regelmatig worden vervangen. De levensduur ervan is persoonlijk en hangt af van een aantal factoren, zoals hoe vaak het hoortoestel wordt gebruikt en de samenstelling van het oorsmeer van de gebruiker. Wordt het slangetje van de oorset slap, hard, geel of vertoont het barstjes, vervang dan de oorset. Voor de levering van nieuwe slangetjes of als het folieschaaltje niet langer past, neemt u contact op met uw audicien. 54

Een nieuwe oorset samenstellen Hoortoestel met folieschaaltje 1. Pak het folieschaaltje tussen duim en wijsvinger zo dat het trekkoordje naar beneden wijst. Pak het slangetje met de andere hand zoals afgebeeld. Druk het slangetje voorzichtig in het folieschaaltje. 2. Druk met uw vingernagel het slangetje zover mogelijk door totdat het stevig op z n plaats zit. 3. Klik de oorset op het hoortoestel zoals afgebeeld. 1. 2. 3. 55

Slanglengte De oorset moet zo worden gemaakt dat deze precies op maat is voor uw oor. Het is dus belangrijk om de juiste slanglengte te kiezen voor een goede en prettige pasvorm. Uw audicien kiest de juiste slanglengte en helpt u om het anker op maat in te stellen. Op de laatste bladzijde van deze gebruiksaanwijzing kan uw audicien de gekozen maten invullen. 56

Het anker op maat maken Hoortoestel met folieschaaltje In deze situatie wordt slechts 2 mm van het anker gebruikt. 1. Knip of snij het anker af zodat nog 2 mm overblijft. Dit is van belang om het folieschaaltje goed op het slangetje te verankeren. 2. Het slangetje moet er ongeveer zo uitzien als het anker correct is ingekort. 1. 2. 57

Als het hoortoestel niet werkt Werkt het hoortoestel niet, dan kan dat zijn omdat: het hoortoestel niet is ingeschakeld. Controleer of de batterijlade, die tevens aan/uit-schakelaar is, volledig omhoog is geduwd zodat het woord OFF niet meer zichtbaar is. de batterij leeg is. Vervang de batterij. de geluidsuitgang van het folieschaaltje verstopt is. Reinig het folieschaaltje zoals beschreven op pagina 53. Is het hoortoestel niet luid genoeg, dan kan dat zijn omdat: de batterij bijna leeg is. Vervang de batterij. Het folieschaaltje verstopt is. Reinig het folieschaaltje zoals beschreven op pagina 53. uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg uw huisarts of KNO-arts. uw gehoor veranderd is. Raadpleeg uw KNO-arts. 58

Hoortoestel met folieschaaltje Fluit het hoortoestel voortdurend, dan kan het zijn dat: uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg uw huisarts of KNO-arts. het slangetje kapot is. Vervang het slangetje. het slangetje geel en stijf is. Vervang het slangetje. de connector barstjes vertoont. Vervang het slangetje. het folieschaaltje niet correct in de gehoorgang is geplaatst. Verwijder de oorset en breng deze opnieuw aan. het folieschaaltje niet goed past in de gehoorgang. Neem contact op met uw audicien. Hapert uw hoortoestel af en toe, dan kan dat zijn omdat: de aan/uit-schakelaar vies is. Zet het toestel een paar keer aan en uit. (zie ook pagina 13). 59

Het onderhoud van uw hoortoestel Bij goed onderhoud gaat uw hoortoestel jarenlang mee. Hieronder staan enkele tips die de levensduur van uw hoortoestel aanzienlijk kunnen verlengen. Schakel uw hoortoestel uit als u het niet gebruikt. Gebruikt u het toestel gedurende langere tijd niet, verwijder dan de batterij uit de batterijlade. Behandel uw hoortoestel voor wat het waard is: met zorg. Als u het toestel niet gebruikt, bewaar het dan op een koele, droge plaats in het bijbehorende etui, buiten het bereik van kinderen of huisdieren. Gebruikt u het hoortoestel niet, stel het dan nooit bloot aan extreme temperaturen (leg het niet in de zon) of hoge luchtvochtigheid. Bevindt u zich vaak in een omgeving met een hoge luchtvochtigheid, dan kan het nuttig zijn om gebruik te maken van een speciale droogkit. Vraag uw audicien om informatie. Draag uw hoortoestel nooit onder de douche, tijdens het zwemmen, wanneer u een föhn gebruikt, of tijdens het aanbrengen van haarlak of iets dergelijks. 60

Algemeen Probeer nooit zelf het toestel te openen of te repareren. Draag uw hoortoestel nooit tijdens een warmtebehandeling, bij het maken van röntgenfoto s, MRIscans, CT-scans of tijdens radiotherapie. Sommige typen straling kunnen uw hoortoestel beschadigen. Andere typen straling bijvoorbeeld afkomstig van bepaalde alarmsystemen, mobiele telefoons, magnetrons en inductiekookplaten zijn zwakker en kunnen uw hoortoestel niet beschadigen, maar kunnen wel een hinderlijk geluid in uw hoortoestel veroorzaken. Widex hoortoestellen zijn niet getest in mijnen of andere plaatsen waar explosiegevaar bestaat. Om de vorm van de oorset te behouden is het belangrijk het slangetje niet te verbuigen of in elkaar te drukken als uw hoortoestel in het etui wordt opgeborgen. 61

Enkele adviezen Het gebruik van hoortoestellen kan de vorming van een oorsmeerprop tot gevolg hebben. Denkt u dat er een oorsmeerprop in uw oor zit, raadpleeg dan uw huisarts of KNO-arts. Oorsmeer kan niet alleen de oorzaak zijn van een verslechterd gehoor, het kan ook de werking van het hoortoestel aanzienlijk verminderen. Het is aan te raden om uw oren enkele keren per jaar door de huisarts te laten controleren en zo nodig te laten reinigen. Houd uw hoortoestel en de accessoires altijd buiten het bereik van kinderen. Zo voorkomt u dat zij deze kleine voorwerpen in hun mond steken. Hetzelfde geldt voor batterijen. Vervang geen batterijen in het bijzijn van kinderen en bewaar uw batterijen op een veilige plaats. Batterijen zijn erg klein en kunnen makkelijk met pilletjes worden verward. Stop nooit een batterij of hoortoestel in de mond want het kan zo maar worden doorgeslikt. In geval van inslikken, onmiddellijk een arts raadplegen. Een hoortoestel herstelt niet het normale gehoor, maar kan u wel helpen om uw restgehoor zo goed mogelijk te benutten. U zult zich echter wel moeten realiseren dat het enige tijd duurt om aan een (nieuw) hoortoestel en de andere en soms ook nieuwe geluiden te wennen. 62

Algemeen Het hoortoestel is gemaakt van modern, allergeenvrij materiaal. Slechts in zeldzame gevallen kan huidirritatie optreden. Mocht u merken dat de huid van uw oorschelp of in de gehoorgang geïrriteerd raakt, raadpleeg dan uw audicien. Door het dragen van een hoortoestel hebt u een iets verhoogd risico op een ontsteking van de gehoorgang. Een ontsteking kan optreden als gevolg van verminderde beluchting van het oor of door beschadiging van de huid, veroorzaakt door de oortip. We adviseren u daarom om de oortip s nachts niet te dragen, zodat de gehoorgang niet steeds is afgesloten. Controleer de oortip dagelijks en maak het indien nodig schoon. Mocht er een ontsteking optreden, dan kan het nuttig zijn om de oortip met een desinfecterend doekje schoon te maken. Maak echter nooit gebruik van alcohol, een chlooroplossing of een vergelijkbare vloeistof om de oortip te reinigen. 63

Accessoires Audio input Uw Real hoortoestel kan worden voorzien van een audioschoen. Hierdoor is een directe koppeling mogelijk met verschillende accessoires (radio, TV, FM-systemen, CROS en BiCROS). Op deze wijze kan het geluid van bijv. een radio of een luidspreker waarop een FM-microfoon is aangesloten direct naar uw hoortoestel worden gestuurd. In de standaard instelling schakelt het hoortoestel automatisch naar een audioprogramma als een audioschoen wordt aangesloten. Wilt u vervolgens een ander luisterprogramma kiezen, dan dient u gebruik te maken van de programmaschakelaar op het hoortoestel of van de afstandsbediening. Zodra u de audioschoen verwijdert wordt de standaard programmareeks en volgorde hersteld. In de tabel op de volgende bladzijde kan uw audicien aangeven over welke audioprogramma s u kunt beschikken en hoe de volgorde is. 64

Algemeen Programma Programmavolgorde als een audioschoentje is aangebracht 1 2 3 Belangrijk Als het hoortoestel verbonden is met apparatuur (radio, TV, CD, walkman) die is aangesloten aan het elektriciteitsnet, dan moet deze apparatuur voldoen aan de veiligheidsvoorschriften volgens de internationale norm IEC 60065. Sluit het hoortoestel niet aan apparatuur aan als u daarop een etiket aantreft met de volgende symbolen: Voor meer informatie over het gebruik van de audio input kunt u uw audicien raadplegen. 65

FM-systemen Een FM-systeem is een luisterhulpmiddel dat als accessoire voor de Real kan worden gebruikt. Een FMsysteem maakt het nog eenvoudiger om spraak te verstaan onder lawaaiige omstandigheden. Het FM-systeem van Widex heet SCO- LA. Het systeem bestaat uit een kleine FM-zender en een kleine FM-ontvanger die met behulp van een audio/fmschoentje op uw hoortoestel wordt geklikt. Het SCOLA FM system wordt ingesteld overeenkomstig uw wensen en behoeften. Dit kan betekenen dat de programmaschakelaar anders functioneert dan wanneer uitsluitend een audioschoen is aangesloten. Overleg met uw audicien om te beslissen of u baat kunt hebben bij een FM-systeem. 66

Algemeen Uw hoortoestel (In te vullen door uw audicien) Datum: Type batterij: Oorset: Oorstukje DirectKlaar oortip Folieschaaltje Maat oortip: Maat slangetje: Luisterprogramma s Links Rechts Links Rechts Gekozen programmaplaats Master Gewenning Muziek TV T M + T 67

Printed by HTO / 2012-05 9 514 0122 0077 #01v 9 514 0122 007 #01