Verbeter uw jongvee- en transitiemanagement en behaal een hogere levensproductie

Vergelijkbare documenten
Stap voor stap naar een betere. jongvee-opfok

HUISVESTING RANTSOEN KALVING

Demo-project Levensduur Verlengen. Meer melk en minder methaan door langere. levensduur. Leen Vandaele Studiedag SMART-Melken - 11/12/2018 ILVO

Het belang van een degelijk biestmanagement op moderne. rundveebedrijven

De praktijk in cijfers: opfok van jongvee in Vlaanderen

Resultaten van een veldproef met betrekking tot neonatale kalverdiarree

Studienamiddag jongvee-opfok: Biestmanagement. Pixabay. Ilke Van Hese 9 oktober 2018 ILVO ILVO

Optimaal management tijdens jongvee-opfok en transitie: meer melk en minder methaan

Doelgericht verlengen levensduur melkvee. Naslagwerk voor veehouders over het verlengen van de levensduur van melkvee

Integraal Duurzame Veestapel Integraal denken en werken op bedrijfsniveau met oog voor klimaat

Nieuwe droogzetrichtlijnen voor Bart Geurts Dierenarts

Valacon-Dairy v.o.f. Duurzaam melkvee. Het waarom en hoe. Willem van Laarhoven 23 november

opfok24 > gezonde kalveren > robuuste vaarzen > hoge levensproductie

Nieuwe tendensen in biestmanagement

Biestmanagement op Vlaamse melkveebedrijven

Praktische kijk op droogstandsmanagement bij Vlaamse melkveebedrijven. Samenvattend rapport

Diergeneeskundige bedrijfsadvisering bij melkvee

100-dagenaanpak. 365 dagen resultaat

Er valt veel te winnen met een langere levensduur. Henk Hogeveen

Biestvoorziening, waaróm is het zo belangrijk? Anja Smolenaars GD Dierenarts Herkauwersgezondheidszorg 15 januari 2015

Bacterie schematisch. Een bacterie is resistent. Oorzaak resistentie wereldwijd. Resistentie verkrijgen. Antibiogram. Matig & juist gebruik

De praktijkwaarde van Better Life-fokkerijgetallen

Streven naar een goed producerende koe met lange levensduur

Vaarzenmastitis verbeter de rentabiliteit van de next generation. Sofie Piepers, DVM, PhD. M-team UGent

Afdeling Nutritie & Innovatie. Bewust natuurlijk luxe en goed afkalven Door Toon van der Heijden

VLAIO JongLeven. Sabrina Curial ILVO ILVO

Conditie, bevuiling, schurft..

Moderne Kalveropfok: Een nieuwe kijk op de zaak. F De Clercq Productmanager rundvee QUARTES

ADLO-project Arbeid ADELT

Klimaatbewuste veehouderij, hoever staan we?

Overzicht voor een geslaagde jongvee-opfok

Algemene gegevens (1)

Jongveeonderzoek Hooibeekhoeve

Netwerk Melkveehouderij antibioticavrij

Waarom droogstand? 24/12/2018. Gevolgen van een verkorte of geen droogstand op melkproductie, inkomen en broeikasgasemissies

Na volledig invullen van de enquête neemt een assistente of uw bedrijfseigen dierenarts contact met u op om een afspraak te maken voor het BGP 2017.

Biestmanagement, zo kan het ook. Inge Nijhoving MSD Animal Health - NL

Een verhoogd coligetal: Klebsiella-mastitis als mogelijke oorzaak?

Praktische kijk op droogstandsmanagement bij Vlaamse melkveebedrijven. Enquêteresultaten

Waarom? Vertering bij de koe. Missie 8/03/2012. Belangrijkste economische parameters. Efficiënt en effectief gebruik van MPR. via rantsoenwijzigingen

Oorzaken van sterfte De meest voorkomende oorzaken van sterfte bij jonge kalveren zijn diarree (56%) en luchtwegproblemen (23%).

Melk Daar zit meer in! 8: Meer melk met behulp van techniek

Vlaanderen is landbouw & visserij

Wie ben ik? Rendementsverbetering in bedrijfsbegeleiding. Wat kunt u verwachten. 1 Economisch adviseur

Praktijkopdrachten Jongvee-opfok

Laag RE-rantsoen bij hoogproductief melkvee: kunnen aminozuren helpen?

Nieuwsbrief Rundvee Oktober Inhoud: 1. Drinkwatervoorziening bij melkvee 2. Het drenchen van runderen 3. Medicijnen 4. Koude 5.

Uitslag KringloopWijzer

Ervaringen van een salmonella expert

Assortiment Jongvee. > Melkpoeders > DairyStart kalverkorrels > DairyFit jongvee mineralen > Speciaal producten > Luzerne

Transitie transparant? management zoals rantsoen, huisvesting en comfort moet goed zijn, dat corrigeer je niet met een brok.

Alles wat u moet weten over diarree bij kalveren

the total feed business Lammerenopfok ForFarmers Hans Kolk

Praktische adviezen voor dierduurzaamheid en methaan

Lactatie op Maat. - lactatielengte afgestemd op de individuele koe -

Nieuwe ontwikkelingen. Veel onderzoek. Wat kunt u verwachten? Wat kost mastitis. Theorie en praktijk ( /koe/jaar) Economie van diergezondheid

Opmaak van een winnend Bedrijfsplan

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak

N o t i t i e. Lactosebepalingen MPR Datum: Arnhem, 29 augustus 2006 Onze referentie: R&D/ /MH/HWA Bijlage(n): -

Melkproductie High-techbedrijf 1999

landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB

PRAKTISCHE KIJK OP HOE VAARZENMASTITIS TE VOORKOMEN EN TE CONTROLEREN. Sofie Piepers Sarne De Vliegher. M - team. Roadshows uiergezondheid

KARKASFOKWAARDEN EEN VERSCHIL AAN DE HAAK

Weerstands-check: snelle beoordeling van de weerstand in de transitieperiode

SimHerd - oefeningen. Jehan Ettema, SimHerd Inc.,

SPECIAL XXXXX JONGVEEOPFOK. stimulans voor betere opfok

Melkveebedrijf. Huisvesting. Melkveebedrijf. MPR oktober Melkmachine en melktechniek. 260 koeien 166 jongvee

Jongvee opfok. Vragen en opdrachten bij bundel Jongvee

Lange-termijn effecten van twee voedersupplementen in het vroege leven op lichaamsgewicht en voederefficiëntie tot na de eerste kalving

Sanitaire risico s en aandachtspunten voor biggengezondheid.

Smart Farming: Heden & toekomst. Kristine Piccart (ILVO) Veetournee 2018

Bedrijfsleiderskring: Voorbeeld Boekjaar: 01/10/17

Vragen en opdrachten. Vragen bij de wikiwijspagina Jongveeopfok

Module Gezondheid melkvee

Gewenste ontwikkeling en na te streven gewicht bij de eerste kalving van Witblauwe dikbilvaarzen

Vruchtbaarheidsanalyse melkkoeien

Kwaliteit voor elk dier!

Luchtkwaliteit: ammoniak en broeikasgassen. VK Loonwerkers Najaar 2018

Naleving van protocollen rond afkalven en vastleggen van gegevens sleutel tot succes voor melkveebedrijf Dairy Dreams.

Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan

Smartfarming - geoptimaliseerde rundveehouderij met respect voor dierenwelzijn en natuur

Lezingen-aanbod Valacon seizoen

De dag van droogstand is de eerste dag van de lactatie

Standaard werkwijzen Jongveeopfok. Basisboek

Praktische kalveropfoktips van 0 tot 3 maanden. Ger v. Wersch Rayonmanager Nutrifeed 2. Onderwerpen. Nutrifeed onderdeel van Royal FrieslandCampina

Fosfaatrechten Melkveehouderij. Marcel van Alphen

Staphycoloccus aureus, van kwaad naar beter. Uiergezondheidspanel november 2018

PirDAP Regiobijeenkomst. Beter adviseren vanuit de duurzaamheidsmonitor

Vlaanderen is landbouw & visserij

Magnesium in drinkwater voor weidende droge koeien

Farm management Succesvol jongvee opfokken

Kengetallen E-39 Fokwaarde Leeftijd van afkalven bij vaarzen

Praktijkopdrachten Gezondheid en Welzijn

De opfok. Hoofdstuk 2. De eerste levensmaanden. Beslissen van kalf tot koe

De geboorte. Hoofdstuk 1. Aanhouden of verkopen?

BVD-bestrijding in België: een algemene aanpak lijkt er te komen.

Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer. Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer

Vlaanderen is landbouw & visserij SUCCESVOLLE OPFOK VAN JONGVEE OP HET MELKVEEBEDRIJF DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ

Waarom onderzoek naar een Droogstand op Maat?

Najaarsexcursie LSN - Dennis Klein Koerkamp Donderdag 29 november Vleesveeteam ForFarmers

Transcriptie:

Tijdens de afgelopen edities van de Veetournee in Melle en Geel stonden er in het namiddaggedeelte verschillende infosessies gepland. De komende weken en maanden verschijnen hierover regelmatig artikels in de vakpers. Verbeter uw jongvee- en transitiemanagement en behaal een hogere levensproductie Tijdens de Veetournee 2019 stond het thema Verbeter uw jongvee- en transitiemanagement en behaal een hogere levensproductie op het programma. Leen Vandaele, werkzaam bij ILVO, gaf een toelichting rond dit thema in Geel en Ilse Louwagie van INAGRO in Melle. Zij gingen dieper in op de praktijkresultaten en gaven de veehouders heel wat praktische tips en voorbeelden voor een langere leefbaarheid van de melkveestapel. Dit waren de bevindingen van het demonstratieproject doelgericht verlengen levensduur melkvee: goed voor boer en klimaat, dat liep van april 2017 tot en met juni 2019 en werd uitgevoerd door Inagro, ILVO en Hooibeekhoeve. Het project kwam tot stand met steun van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en de Vlaamse overheid. Dit demonstratieproject wil ook actief bijdragen tot het behalen van de Vlaamse klimaatdoelstellingen. Op 29 maart van dit jaar werd immers het convenant enterische emissies rundvee gelanceerd (zie ook artikel Nutritionele handvaten voor klimaatslim melken van september 2019). Verschillende partners en stakeholders binnen de sector engageerden zich hiervoor en ondertekenden het convenant. De doelstelling bestaat erin de enterische emissies met 19 % te doen dalen ten opzichte van 2005. Uit de laatste cijfers (jaartal 2016) blijkt dat deze opdracht moeilijker geworden is. De enterische emissies moeten dalen met 26 % tegen 2025, als 2016 als referentiejaar wordt genomen. Dit betekent een reductie van 0,65 Mton CO 2-equivalenten. De klimaatimpact vanuit de rundveehouderij is voornamelijk afkomstig van methaan (CH 4), die tijdens het verteringsproces van herkauwers vrijkomt. De vraag blijft natuurlijk: Hoe pak je dit als veehouder nu aan?. Jongveemanagement beheersen De afkalfleeftijd van vaarzen doen dalen, zorgt voor minder jongvee op het bedrijf. Dit heeft een invloed op verschillende factoren, met name de methaanuitstoot, kostprijs, arbeid en grond (ruwvoeder/mest). Uit het onderzoek blijkt dat het terugdringen van de afkalfleeftijd van 27 naar 24 maanden op een bedrijf met 100 melkkoeien zorgt voor een daling van 9 stuks jongvee (72 i.p.v. 81). Dit zou een kostprijsbesparing van 14 500 impliceren. Bovendien zou er 13 % minder methaanuitstoot per gekalfde vaars zijn en is er anderhalf hectare minder grond voor ruwvoederwinning nodig op het bedrijf. Minder dieren zorgt natuurlijk ook voor minder arbeid. Hoewel het voor deze parameter moeilijk is om hier een exact cijfer op te kleven. Een manier die in het VLAIO Smart Melken-project is onderzocht (zie ook artikel Nutritionele handvaten voor klimaatslim melken van september 2019) is die van de manipulatie van de pensflora/pensfermentatie via voederstrategieën. Onderzoekers vonden manieren om te komen tot een reductie tot 25 % van de methaanuitstoot. Een andere manier om dit aan te pakken, is via selectie, fokkerij en management of een combinatie van deze drie. In dit demonstratieproject werd gefocust op managementtechnieken, in het bijzonder jongvee-opfok en transitiemanagement.

Jongvee-opfok Drie bedrijven werden opgevolgd in dit demonstratieproject. Aan de hand van de resultaten op deze bedrijven wordt een overzicht gegeven, waarbij enkel de belangrijkste conclusies aan bod komen. Welke concrete acties hebben zij ondernomen om deze resultaten te bereiken? Colostrum Een verbeterd colostrummanagement loont en start bij de kwaliteit van de biest. Om de colostrumkwaliteit te bepalen, heb je een colostrometer of een refractometer nodig. Een refractometer bestaat in een digitale en analoge versie. Het voordeel hiervan is dat de meting niet temperatuurgevoelig is, in vergelijking met een colostrometer of densitometer. Een colostrometer duidt de kwaliteit van de biest visueel aan door middel van kleuren (rood, geel en groen), waarbij groen duidt op kwalitatief goede biest en rood op kwalitatief slechte biest. Bij het gebruik van een refractormeter duidt een waarde van 22 g/l of meer immunoglobulinen aan dat de biest kwalitatief goed tot zeer goed is. Het onmiddellijk uitmelken van de koe na de geboorte is noodzakelijk om zoveel mogelijk antistoffen in de biest te hebben. Meteen na de kalving stopt immers de aanmaak van biest en gaan de antistoffen in de biest terug van de uier naar het bloed van de koe. De biestkwaliteit kan je ook verbeteren door een betere uiergezondheid van de koe en door een voldoende lange droogstandsduur (6 weken) aan te houden. Een dagelijkse toediening van 1,44 mg selenium aan het voeder van de droogstaande koeien komt ook de biestkwaliteit ten goede. Idealiter bevat het droogstandsrantsoen minstens 12 % ruw eiwit. Een teveel aan biest kan de veehouder bewaren in de diepvries. Er wordt geadviseerd om biest maximaal één jaar te bewaren. Een goede registratie van diepvriesbiest is onontbeerlijk. Het is

absoluut noodzakelijk dat je de hoeveelheid en de kwaliteit van de biest, de datum en het koenummer bij het invriezen noteert. Een rode of een groene sticker op de colostrumzak geeft in één oogopslag de biestkwaliteit weer. Bij het ontdooien mag de temperatuur niet hoger liggen dan 60 C. Gezondheid/bioveiligheid Het kalf direct bij de moeder wegnemen, is een reden om de kans op ziekteoverdracht te verlagen. Om de gezondheid en de vitaliteit van de pasgeboren kalveren te verhogen, kunnen moederdieren in de droogstandsperiode gevaccineerd worden met een rota- en coronavaccin. De moeder maakt antistoffen tegen rota- en coronavirussen aan die ook in de biest van de moeder zijn terug te vinden. Bij een optimale biesttoediening zorgt dit voor een verhoogde weerstand van het kalf. Ook de gezondheid van de koeien verbeteren, zorgt dat er minder of geen separatiemelk op het bedrijf is. Het niet-verstrekken van separatiemelk aan de kalveren kan bijdragen tot een lagere uitval door diarree bij kalveren op de bedrijven. Ook het vroeg verstrekken van water aan de kalfjes stimuleert het kalf om sneller en meer vast voeder te op te nemen. Een bedrijf dat voorziet in bedrijfslaarzen en een overall voor alle erfbetreders, is bezorgd om zijn bioveiligheid. De veehouders die op het bedrijf de juiste looplijnen hanteren (verzorgen van jong naar oud en van gezond naar ziek) volgen zelf ook de principes van bioveiligheid. Voeding/huisvesting Een mobiele kalverhuisvesting aankopen, die snel en goed te reinigen en te ontsmetten is, zorgt voor een betere preventie van diarree en andere ziekten. Bij het reinigen van kalverhokken moeten 8 stappen in een welbepaalde volgorde uitgevoerd worden. Enkel zo kan je een efficiënte en effectieve reiniging garanderen. De acht stappen zijn droog reinigen, inweken, uitspuiten, drogen, ontsmetten, naspoelen, leegstand en controleren. Als ideale scenario wordt één maand leegstand geadviseerd. In een periode met meer kalvingen is dit waarschijnlijk niet mogelijk. Het kalf meteen bij de moeder wegnemen, zorgt eveneens voor een lagere kans op ziekteoverdracht. De voeding bij de kalveren kan verbeterd worden door bv. kunstmelk aan te maken met een melktaxi. De arbeid voor de veehouder vermindert hierdoor en het is bovendien gemakkelijker om de melk op een correcte temperatuur en dosering toe te dienen. Let wel, op kleine bedrijven weegt de investering van de melktaxi niet altijd op tegen de mogelijke voordelen. Een daling van het jongvee op een melkveebedrijf zorgt voor minder overbezetting in de stal. De tochtverschijnselen komen in zo n situatie beter tot uiting en een aangepaste huisvesting met meer licht in de stal zorgt eveneens voor een verbeterde/verhoogde tocht. Transitieperiode Als veehouder is het zeer belangrijk om je veestapel goed op te volgen. Daarom moet er gefocust worden op de transitieperiode van het melkvee. Tijdens de transitieperiode moeten er nog voldoende mineralen gesupplementeerd worden. Deze supplementatie loont pas als de dosering wordt afgestemd op de inhoud ervan. Bij een correcte mineralensupplementatie daalt het aantal koeien met een verhoogd celgetal en ook het aantal nieuwe attentiekoeien. Andere aandoeningen zoals ketonemie, uierontsteking, kalfziekte en koeien die aan de nageboorte blijven staan, komen ook steeds minder voor. Vooraleer te supplementeren kan het nuttig zijn om het gehalte aan betacaroteen, selenium en vitamine E in het bloed te bepalen om zo het droogstandsrantsoen bij te sturen. De aanwezigheid in het bloed van de mineralen calcium, fosfor en magnesium spelen een belangrijke rol in het voorkomen

van kalfziekte. Het bepalen van het metabool profiel via de transitiecheck van DGZ helpt stofwisselingsproblemen in kaart te brengen. Hierbij worden de bloedwaarden van Betahydroxyboterzuur (BHB) en niet-veresterde vetzuren (NEFA s) bij enkele koeien vóór en na de kalving bepaald. Verhoogde waarden kunnen wijzen op ketonemie. Net vóór de kalving preventief calciumbolussen en kexxtone toedienen, helpt respectievelijk kalfziekte en ketonemie te voorkomen. Het gebruik van een teatsealer of speendip zorgt ervoor dat het slotgat van de spenen beter is afgesloten en bacteriën minder kans hebben om de spenen te infecteren. Dit, in combinatie met een goed afgestelde melkinstallatie, zorgt duidelijk voor minder uierontstekingen. Voor een goed afgestelde melkinstallatie is een dynamische of natte meting (aan de hand van metingen aan de melkinstallatie tijdens het melken, een analyse van de melktechniek (van melker of het automatisch melksysteem) en een beoordeling van koeien) van de melkmachine aan te raden. Om de uiergezondheid van de koeien op te volgen, kan men het celgetal via melkproductieregistratie (MPR) monitoren. Tot slot is het belangrijk dat de koeien voldoende blijven eten in de droogstandsperiode. Weeg de exacte droge stof opname bij je droogstaande koeien en zorg er ook voor dat er voldoende voerplaatsen zijn. Voldoende voeropname vóór het kalven resulteert in een goede opstart na kalven en mogelijks een minder diepe negatieve energiebalans. Ook het regelmatig kalibreren en herinstellen van de krachtvoederbox garandeert een voldoende beschikbaarheid van krachtvoeders en mineralen. We kunnen stellen dat meer aandacht voor de transitieperiode ervoor zorgt dat het vervangingspercentage van de melkkoeien daalt van 34 naar 27 %. Dit impliceert dat de methaanuitstoot per kg melk met 11,7 % daalt. Een ander voordeel is dat de opfokkosten per jaar met 10 500 dalen. Er zou ook minder grond (2,7 tot 3,7 ha) op bedrijfsniveau nodig zijn. De veehouder heeft overigens meer werkplezier met koeien die een betere transitieperiode doormaken. Het is belangrijk om de verschillende kengetallen van het bedrijf niet te beoordelen op één moment in het jaar, maar meermaals doorheen het volledige jaar. Methaanemissie meten Een standaard melkveebedrijf heeft 100 koeien met een gemiddelde productie van 27 kg melk per dag en een jaarproductie van 8 820 kg. Het vervangingspercentage bedraagt 30 % en de leeftijd van eerste kalving is 26 maanden. Het doorgerekende scenario houdt rekening met een jongere leeftijd bij eerste kalving, een verbeterde efficiëntie, meer lactaties en een combinatie van de twee laatste factoren. Uitgangssituatie Jongvee & Transitie Gemiddeld bedrijf Leeftijd naar 24 maand + vervangings% - 5 % Aantal melkkoeien 100 100 Kg melk/dag 27 + 353 kg CH 4 30 Kg melk/jaar 8 820 9 800 Aantal lactaties 3,3 + 72 kg CH 4 4 g CH 4/kg melk 16,6 15,3 Vervangings% 30-801 kg CH 4 25 Aantal stuks jongvee 80 67 Totale melkproductie/jaar 882 000 980 000

Conclusie Als veehouder is het belangrijk om je geplande acties die verband houden met transitiemanagement en levensproductie, uit te voeren en te evalueren. Indien nodig stuur je bij en hou je de goede strategie vol. Om je acties te bepalen is het belangrijk om verschillende adviseurs (bedrijfsdierenarts, rantsoenadviseur, ) samen aan tafel te brengen. De acties zullen uitmonden in meer winst en arbeidsvreugde en een beter klimaat. Auteurs Andries Colman, Laurence Hubrecht, Ivan Ryckaert (Departement Landbouw en Visserij) Leen Vandaele (ILVO) en Ilse Louwagie (Inagro)