Concept wijzigingen Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Emmen 2015 met argumentatie

Vergelijkbare documenten
Bijlage bij het raadsbesluit van 29 juni 2017: Conceptwijzigingen Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Emmen

Evidente wijzigingen t.o.v. Verordening 2015

Doetinchem, 28 juni 2017

Wijzigingen tekst verordening WMO t.o.v. Verordening WMO 2017

Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke

TOELICHTING WAS/WORDT LIJST VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2019.

Wijziging Verordening maatschappelijke Ondersteuning, gemeente Veenendaal

Onderwerp Wijziging artikel 17 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Tytsjerksteradiel 2015

Verordening tot de 1e wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Beemster 2016

Wijzigingen tekst verordening WMO 2018 t.o.v. verordening WMO 2015

Raadsvoorstel Voorstel aan de raad van de gemeente Dantumadiel

Verordening maatschappelijke ondersteuning Montferland Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouder van 14 november 2017

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 8 maart ECSD/U Lbr: 17/013 (070)

*17int06158* *17int06158*

gelet op de artikelen 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5, 2.1.6, 2.1.7, en van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 juli 2018 met nummer: ;

1. Het persoonsgebonden budget voor ondersteuning bij het huishouden, die beroepsmatig wordt geboden, bedraagt:

Verordening tot wijziging van diverse artikelen Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Noordwijk 2017

Artikel 2.1 Hoogte van persoonsgebonden budget voor ondersteuning bij het huishouden

Voorstel raad en raadsbesluit

Verordening tot wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 september 2017;

R A A D S V O O R S T E L E N O N T W E R P B E S L U I T

Verordening tot eerste wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2016

Bijlage tabel wijzigingen verordening, nadere regels en beleidsregels

Hoe geeft u invulling aan de AMvB Wmo? Komen tot een onderbouwde kostprijs in dialoog met aanbieders

Nieuwe tekst. Bestaande tekst

Bijlage 2: Wijzigingen tekst verordening WMO 2018 t.o.v. Verordening WMO 2017

RAADSVOORSTEL 17R.00825

Verordening. maatschappelijke ondersteuning. gemeente Tiel 2015

Adviesnota. Datum: Managementteam Algemeen bestuur Dagelijks bestuur. Onderwerp: Pgb-tarieven 2020

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal 2015

Toelichting Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek.

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Katwijk 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2017 zaaknr

.456, ;*&" ''"-&!!!#$% '-& #$% ), '-& & $!.'#'"# '+! "), '-& "")"& , 23

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoorn 2015

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Katwijk 2015

GEMEENTEBLAD. Nr

Nummer: Portefeuillehouder: J. Kes Vaststelling Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2015

categorie agendanr. Stuknr. Raad

Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Gouda

Artikelsgewijze toelichting bij Besluit maatschappelijke ondersteuning Putten 2016

Adviesnota. Datum: Managementteam Algemeen bestuur Dagelijks bestuur. Onderwerp: Wijzigen Jeugdwet- en Wmo-verordening

gelezen het advies van de Participatieraad d.d. 16 december 2015,

Verordening maatschappelijke ondersteuning Haaksbergen (4.15c)

Adviesnota Bestuur Datum: 18 september 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst 2016

Bijeenkomst met aanbieders Wmo ambulant Haarlem e.o. Onderzoek naar tarieven 2018 Wmo ambulant

Model Raadsbesluit wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE DELFZIJL 2015

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Neder-Betuwe 2018

Concept verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Gouda 2020

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, kenmerk ;

Verordening Maatschappelijke ondersteuning Waalwijk 2015:

Inspraak wijziging Verordening sociaal domein Alphen aan den Rijn

GEMEENTEBLAD. Nr Financieel besluit Wmo 2017, gemeente Utrecht. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Verordening maatschappelijke ondersteuning Gouda 2015

Verordening Maatschappelijke ondersteuning Waalwijk 2015 (eerste wijziging)

Verordening maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2015

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE EEMSMOND 2015

Was-wordt-tabel wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015

het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 september 2014;

Hoofdstuk 2 Procedureregels aanvraag maatschappelijke ondersteuning

Verordening algemene voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Papendrecht

Tarieventabel bij Verordening maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2017: bij artikel 11 en 12 over Pgb en Eigen Bijdragen

Deze verordening geldt voor de gemeenten Bergeijk, Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel- de Mierden

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2015

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning. Leudal 2018

Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Tytsjerksteradiel 2017 concept. Dit overzicht bevat alleen de verschillen tov verordening 2015

Advies: 1. Inhoud (wat willen wij bereiken en/of wat gaan wij doen in maximaal 2 zinnen?)

Verordening jeugdhulp Het Hogeland 2019

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 8 maart ECSD/U Lbr: 17/013 (070)

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 8 maart ECSD/U Lbr: 17/013 (070)

Verordening maatschappelijke ondersteuning Alkmaar gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr.

Verordening maatschappelijke ondersteuning Alkmaar gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr.

Memo. Aan: Raad Van: College (Jan Overweg) Datum: 27 juni 2017 Betreft : Nadere informatie inkoop HH

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 juni 2017;

Uitvoeringsbesluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Bergen op Zoom 2018

Verordening algemene voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Papendrecht

Onderwerp: Tarieven eigen bijdrage algemene voorziening Huishoudelijke hulp en maatwerkvoorziening Huishoudelijke Hulp

Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Groningen 2015

tijdstip] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 12, eerste lid.

VERORDENING ALGEMENE VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HENDRIK-IDO-AMBACHT 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 juni 2017;

Concept Verordening jeugdhulp gemeente Velsen 2015

Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis 2018

*Z0918FC74F2* Gemeenteraad van Goeree-Overflakkee Postbus AA MIDDELHARNIS. Geachte raad,

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Edam-Volendam 2017.

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Emmen 2015

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Beverwijk 2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

Vaststellen verordening tot wijzigen van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Amsterdam (2017, nr. 194/674)

Artikel 11 (onderdeel A van het wijzigingsbesluit) wordt gewijzigd als volgt: Nieuwe tekst

Prijzen voor te leveren diensten

Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2018

Wijziging van de Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 gemeente Tholen

Tarieventabel bij Verordening maatschappelijke ondersteuning 2017: bij artikel 11 en 12 over Pgb en Eigen Bijdragen

Memo Aanpassing Verordening Wmo

Onderwerp: Inkoop Wmo huishoudelijke ondersteuning, Wmo-begeleiding en begeleiding / extramurale zorg jeugd.

Transcriptie:

RIS.9322 Concept wijzigingen Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Emmen 2015 met argumentatie Bestaande tekst tekst Artikel 15b. De hoogte van een pgb voor maatwerkvoorzieningen Het pgb voor de maatwerkvoorzieningen, schoonmaakondersteuning, individuele begeleiding, begeleiding groep, persoonlijke verzorging, kortdurend verblijf bedraagt: a. maximaal 100% van het referentietarief voor de betreffende maatwerkvoorziening indien de voorziening wordt geleverd of uitgevoerd, door een gecontracteerde aanbieder of een daarmee te vergelijken aanbieder; b. maximaal 75% van het referentietarief voor de betreffende maatwerkvoorziening indien de voorziening wordt geleverd of uitgevoerd, door derden niet zijnde personen uit het sociale netwerk of mantelzorgers. Nieuwe tekst Artikel 15b. De hoogte van een pgb voor maatwerkvoorzieningen Het pgb voor de maatwerkvoorzieningen, schoonmaakondersteuning, individuele begeleiding, begeleiding groep, persoonlijke verzorging, kortdurend verblijf bedraagt: a. maximaal 90% van het referentietarief voor de betreffende maatwerkvoorziening indien de ondersteuning beroepsmatig wordt geboden b. Maximaal 75% van het referentietarief voor de betreffende maatwerkvoorziening indien de ondersteuning niet beroepsmatig wordt geboden c. maximaal 50% van het referentietarief voor de betreffende maatwerkvoorziening indien de voorziening wordt geleverd door iemand uit het sociale netwerk, dan wel door een mantelzorger.

Bestaande tekst Artikel 15c. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen 1. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen uitgevoerd door een door het college gecontracteerde aanbieder of een daarmee te vergelijken aanbieder, bedraagt maximaal 100% van het dagtarief voor beschermd wonen zoals door het college gecontracteerd. 2. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen uitgevoerd door derden, niet zijnde personen uit het sociale netwerk of mantelzorgers, bedraagt maximaal 75% van het dagtarief voor beschermd wonen, zoals door het college gecontracteerd. 3. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen uitgevoerd door iemand uit het sociale netwerk, dan wel door een mantelzorger, bedraagt maximaal 50% van het dagtarief voor beschermd wonen, zoals door het college gecontracteerd. Nieuwe tekst Artikel 15c. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen 1. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen bedraagt maximaal 90% van het dagtarief voor beschermd wonen indien de ondersteuning beroepsmatig wordt geboden. 2. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen uitgevoerd door derden, niet zijnde personen uit het sociale netwerk of mantelzorgers, bedraagt maximaal 75% van het dagtarief voor beschermd wonen indien de ondersteuning niet beroepsmatig wordt geboden. 3. De hoogte van een pgb voor beschermd wonen uitgevoerd door iemand uit het sociale netwerk, dan wel door een mantelzorger, bedraagt maximaal 50% van het dagtarief voor beschermd wonen. 4. Ongewijzigd. 4. Het tarief voor beschermd wonen is uit de kostencomponenten dagvergoeding, dagbesteding, huisvestingscomponent en zorg. Het volledig pakket thuis kent geen huisvestingscomponent en is alleen mogelijk bij cliënten met overgangsrecht vanuit de AWBZ. 2

Bestaande tekst Artikel 19. Verhouding prijs en kwaliteit levering voorziening door derden 1. Het college houdt in het belang van een goede prijskwaliteitverhouding bij de vaststelling van de tarieven die het hanteert voor door derden te leveren diensten, in ieder geval rekening met: a. de aard en omvang van de te verrichten taken; b. een redelijke toeslag voor overheadkosten; c. een voor de sector reële mate van non-productiviteit van het personeel als gevolg van verlof, ziekte, scholing en werkoverleg; d. kosten voor bijscholing van het personeel. 2. Het college houdt in het belang van een goede prijskwaliteitverhouding bij de vaststelling van de tarieven die het hanteert voor door derden te leveren overige voorzieningen, in ieder geval rekening met: a. de marktprijs van de voorziening, en b. de eventuele extra taken die in verband met de voorziening van de leverancier worden gevraagd, zoals: 1e. aanmeten, leveren en plaatsen van de voorziening; 2e. instructie over het gebruik van de voorziening; 3e. onderhoud van de voorziening, en 3. verplichte deelname in bepaalde samenwerkingsverbanden zoals bijvoorbeeld de sociale gebiedsteams. Nieuwe tekst Artikel 19. Verhouding prijs en kwaliteit levering voorziening door derden 1. Ter waarborging van een goede verhouding tussen de prijs voor de levering van een dienst door een derde als bedoeld in artikel 2.6.4 van de wet en de eisen die gesteld worden aan de kwaliteit van de dienst stelt het college vast: a. een vaste prijs, die geldt voor een inschrijving als bedoeld in de Aanbestedingswet 2012 en het aangaan overeenkomst met derde; of b. een reële prijs die geldt als ondergrens voor: 1. een inschrijving en het aangaan overeenkomst met de derde, en 2. de vaste prijs, bedoeld in onderdeel a. 2. Het college stelt de prijzen, bedoeld in het eerste lid, vast a. overeenkomstig de eisen aan de kwaliteit van die dienst, waaronder de eisen aan de deskundigheid van de beroepskracht, bedoeld in artikel 2.1.3, tweede lid, onderdeel c, van de wet, en b. rekening houdend met de continuïteit in de hulpverlening, bedoeld in artikel 2.6.5, tweede lid, van de wet, tussen degenen aan wie de dienst wordt verstrekt en de betrokken hulpverleners. 3

3. Het college baseert de vaste prijs of de reële prijs op de volgende kostprijselementen: a. de kosten van de beroepskracht; b. redelijke overheadkosten; c. kosten voor niet productieve uren van de beroepskrachten als gevolg van verlof, ziekte, scholing, werkoverleg; d. reis en opleidingskosten; e. indexatie van de reële prijs voor het leveren van een dienst; f. overige kosten als gevolg van door de gemeente gestelde verplichtingen voor aanbieders waaronder rapportageverplichtingen en administratieve verplichtingen. 4

- Nieuwe tekst Artikel 28a Overgangsrecht tarieven pgb 2019-1. Aanvragen voor ondersteuning die bij het college zijn ingediend voor 1 juli 2019 en waarop nog niet is beslist bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld krachtens de voorgaande geldende verordening. 2. Bezwaarschriften die bij het college zijn ingediend voor 1 juli 2019 en waarop nog niet is beslist bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld krachtens de voorgaande geldende Verordening. 3. Een maatwerkvoorziening die is toegekend op grond van de voorgaande Verordening maatschappelijke ondersteuning Emmen 2015 blijft gehandhaafd tot er een nieuw besluit is genomen. 4. Voor voorzieningen in de vorm van een pgb die zijn toegekend voor 1 juli 2019, blijven de tarieven zoals deze golden krachtens de voorgaande geldende verordening gehandhaafd tot het einde van de beschikking. of tot maximaal zes maanden na inwerkingtreding van deze verordening. 5

Bestaande tekst toelichting Artikel 15a tot en met 15i Nieuwe tekst toelichting Artikel 15a tot en met 15i In deze artikelen is bepaald op welke wijze de hoogte van het pgb wordt bepaald. Voor de vaststelling van het pgb voor roerende zaken zoals hulpmiddelen, autoaanpassingen, sportrolstoelen, woningaanpassingen, etc. is geen referentietarief te bepalen. Het pgb wordt vastgesteld basis van het programma van eisen en twee offertes, dan wel de tegenwaarde van het bedrag indien de gemeente zelf de voorziening zou hebben gekocht. Daarnaast dient gewaarborgd te zijn dat deze zaken veilig doeltreffend en cliënt gericht zijn. Voor de overige maatwerkvoorziening die worden betrokken van gecontracteerde partijen en daarmee te vergelijken partijen, wordt het pgb vastgesteld op 100% van het referentietarief. Voor andere derden, niet zijnde personen uit het sociale netwerk, geldt een tarief van maximaal 75%. Gecontracteerde (en daarmee te vergelijken) aanbieders dienen aan alle eisen, waarborgen en kwalificaties van de aanbesteding te voldoen. Dit brengt extra kosten met zich. Het is dan ook redelijk om voor ondersteuning ingekocht bij aanbieders die niet aan deze eisen voldoen een lager percentage voor het pgb te hanteren. Er is aangegeven dat het om maximale tarieven gaat. Als de aanbieder een lager tarief hanteert, dan wordt het pgb hierop afgestemd. In deze artikelen is bepaald op welke wijze de hoogte van het pgb wordt bepaald. Voor de vaststelling van het pgb voor roerende zaken zoals hulpmiddelen, autoaanpassingen, sportrolstoelen, woningaanpassingen, etc. is geen referentietarief te bepalen. Het pgb wordt vastgesteld basis van het programma van eisen en twee offertes, dan wel de tegenwaarde van het bedrag indien de gemeente zelf de voorziening zou hebben gekocht. Daarnaast dient gewaarborgd te zijn dat deze zaken veilig doeltreffend en cliënt gericht zijn. Er is sprake van professionele ondersteuning als deze wordt geleverd door een zorginstelling of door een zelfstandige zonder personeel (ZZP-er), mits zij ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel. Daarnaast dienen de aanbieders te voldoen aan de volgende kwaliteitseisen: Een aantoonbaar werkzaam kwaliteitszorgsysteem, bijvoorbeeld ISO90001, EN 15224, HKZ, Prezo, Kwaliteitskader gehandicaptenzorg; Een vergelijkbaar kwaliteitszorgsysteem voldoet aan de volgende kenmerken: kwaliteitszorg is organisatiebreed verankert (in beleid) en door de directie uitgedragen (kwaliteitshandboek), de aanwezigheid en organisatiebrede uitvoering van relevante procedures met betrekking tot dienstverlening/eindproducten en beheer van middelen en documenten, waarbij continue verbetering een belangrijk aandachtspunt is, de aanwezigheid van de interne kwaliteitscyclus (meting, analyse en verbetering van kwaliteitsniveaus); Het zich in algemeenheid houden aan de eisen omtrent de verlenging van hulp en ondersteuning, zoals deze in de wetten worden gesteld waar de te leveren ondersteuning op rust (Wmo, Wbp, wet- en regelgeving met betrekking tot het aanhouden van cao s en minimumlonen); De in te zetten medewerkers dienen geregistreerd te zijn volgens de daartoe in de wet gestelde eisen aan de beroepsregistratie. Ook dienen aanbieders in geval van ziekte of vakantie zorg te dragen voor vervanging. Daarnaast geldt op grond van de wet dat van aanbieders wordt verlangd dat zij een klachtenregeling en een medezeggenschapsregeling hebben. 6

De motivering voor het percentage van 90% is tweeledig: in het algemeen is er sprake van lagere overheadkosten bij degene die de ondersteuning uitvoert tegen betaling van het PGB (doordat het vaak gaat om kleinere organisaties of zelfstandige professionals met minder overhead dan Zorg in natura-aanbieders en omdat de klant zelf coördinerende activiteiten uitvoert). Op de tweede plaats omdat gecontracteerde aanbieders (ZIN) aan extra eisen die gesteld zijn in de aanbestedingsofferte. Hierbij valt te denken aan: innoveren, verantwoording afleggen, verplicht meewerken aan cliëntervaringsonderzoeken en op gezette tijden overleg met de gemeente. Bij ondersteuning die niet beroepsmatig wordt geboden Valt te denken aan een witte werkster, of de student die wil bijverdienen. Tot het sociale netwerk behoren personen uit de huiselijke kring of andere personen met wie de inwoner een sociale relatie onderhoudt (artikel 1.1.1 Wmo). Dit is ook het geval als de persoon uit het sociale netwerk een professionele zorgverlener is of in het bezit is een relevant diploma. Deze persoon wordt dus niet aangemerkt als beroepskracht. Er is aangegeven dat het om maximale tarieven gaat. Als de aanbieder een lager tarief hanteert, dan wordt het pgb hierop afgestemd. Bij de aanbesteding en inkoop van de ondersteuning zijn de volgende tarieven gehanteerd die gelden als referentietarieven c.q. kostprijs: 7

Bestaande tekst toelichting Artikel 19. Verhouding prijs en kwaliteit levering dienst door derden Nieuwe tekst toelichting Artikel 19. Verhouding prijs en kwaliteit levering dienst door derden Het college kan de uitvoering van de wet, met uitzondering van de vaststelling van de rechten en plichten van de cliënt, door aanbieders laten verrichten (artikel 2.6.4, eerste lid, van de wet). Met het oog op gevallen waarin dit ten aanzien van een voorziening gebeurt, moeten bij verordening regels worden gesteld ter waarborging van een goede verhouding tussen de prijs voor de levering van een voorziening en de eisen die worden gesteld aan de kwaliteit daarvan (artikel 2.6.6, eerste lid, van de wet). Daarbij dient in ieder rekening gehouden te worden met de deskundigheid van de beroepskrachten en de arbeidsvoorwaarden. Om te voorkomen dat alleen gekeken wordt naar de laagste prijs voor de uitvoering worden in dit artikel een aantal andere aspecten genoemd waarmee het college bij het vaststellen van tarieven (naast de prijs) rekening dient te houden. Hiermee wordt bereikt dat een beter beeld ontstaat van reële kostprijs voor de activiteiten die zij door aanbieders willen laten uitvoeren. Uitgangspunt is dat de aanbieder kundig personeel inzet tegen de arbeidsvoorwaarden die passen bij de vereiste vaardigheden. Hiervoor is ten minste een beeld nodig van de vereiste activiteiten en de arbeidsvoorwaarden die daarbij horen. Dit biedt een waarborg voor werknemers dat hun werkzaamheden aansluiten bij de daarvoor geldende arbeidsvoorwaarden. In het eerste lid wordt geregeld dat het college voor het leveren van een dienst door een derde als bedoeld in artikel 2.6.4. van de wet, of een vaste prijs vaststelt of een reële prijs vaststelt die geldt als ondergrens voor een inschrijving en het aangaan van een overeenkomst met de derde of die geldt als ondergrens voor de vaste prijs. In het geval het college een reële prijs vaststelt, is het mogelijk dat inschrijvers een hoger tarief dan de reële prijs neerleggen. Het is niet mogelijk een lagere prijs neer te leggen. Indien het college een vaste prijs vaststelt, dan zal het tarief voor de inschrijvers gelijk zijn aan de vaste prijs. In het tweede lid is vastgelegd dat het college bij het vaststellen van de prijs rekening dient te houden met de eisen aan de kwaliteit van die dienst, waaronder de eisen aan de deskundigheid van de beroepskracht, bedoeld in artikel 2.1.3, tweede lid, onderdeel c, van de wet en met de continuïteit in de hulpverlening, bedoeld in artikel 2.6.5, tweede lid, van de wet, tussen degenen aan wie de dienst wordt verstrekt en de betrokken hulpverleners. De invulling van de continuïteit van de hulpverleningsrelatie in financiële zin is nieuw voor de gemeenten. De aanbieder die de opdracht gegund krijgt moet overleggen met de aanbieder die de opdracht tot dan toe had uitgevoerd over de overname van personeel. De gedachte is dat overname van personeel gemakkelijker verloopt indien de gemeente een reële prijs betaalt voor de opdracht. Het college moet de vaste prijs of de reële prijs minimaal baseren op de in het derde lid genoemde kostprijselementen. De opsomming in dit lid is niet uitputtend. De gemeente kan er elementen aan toevoegen. 8

Artikel Argumentatie concept gewijzigd artikel Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Emmen 2015 15b en Gecontracteerde aanbieders hebben een contract met de gemeente Emmen. Hierin zijn verplichtingen opgenomen ten aanzien van de kwaliteit van 15c dienstverlening, verantwoording en de opdracht om innovatie tot stand te brengen. Daarnaast hebben gecontracteerde aanbieders op gezette tijden contact met de gemeente en dienen ze als gesprekspartner over ontwikkelingen in het sociaal domein. Bij de aanbesteding van de gebiedsbudgetten is de ontwikkeling van de gebieden als opdracht aan aanbieders meegegeven. In zeker zin geldt dit ook bij de contracten beschermd wonen (opgave Dannenberg). Dit vraagt een extra inspanning van contractpartners ten opzichte van niet-gecontracteerde (pgb) aanbieders. Dit brengt tevens overhead met zich mee voor onze contractpartners. We zien het daarom als gerechtvaardigd om gecontracteerde aanbieders te in dat opzicht tegemoet te komen voor de extra inspanning die zij moeten leveren ten opzichte van andere aanbieders. Het voorstel is om het pgb-tarief, dat is gebaseerd op het referentietarief, terug te brengen van 100% naar 90% voor deze niet-gecontracteerde (beroepsmatige) aanbieders. Omdat zorg bij gecontracteerde partijen per definitie in natura plaats vindt (ZIN) en niet in pgb wordt geleverd vervalt de facto het 100%-tarief. 19 Sinds 1 juni 2017 is de AMvB (Algemene maatregel van Bestuur) reële prijs ingegaan waarin is opgenomen dat gemeenten een reële prijs dienen te betalen voor Wmo diensten waarmee de aanbieders kunnen voldoen aan de gemeentelijke eisen van kwaliteit en continuïteit van deze dienst. Hierop is artikel 5.4 van het (landelijk) Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 aangepast. Omdat er sinds juni 2017 geen aanbestedingen zijn geweest voor de Wmo was er geen noodzaak de verordening op dit punt te wijzigen. Nu er meerdere wijzigingsvoorstellen voorliggen wordt dit punt nu ook meegenomen. Met de wijziging van artikel 19 sluit de verordening aan bij de AMvB reële prijs en is dit gewaarborgd bij nieuwe aanbestedingen in de Wmo. 28 Het is gebruikelijk om partijen in de gelegenheid te stellen te anticiperen op een nieuwe werkwijze, zoals het wijzigingsvoorstel ten aanzien van de pgb-tarieven. Dit geldt ook voor de inwoners die het betreft. In de verordening is een termijn van 6 maanden aangehouden voor bestaande gevallen. Dit sluit aan bij de frequentie waarop individuele financiële besluiten pgb moeten worden afgegeven. Nieuwe aanvragen worden conform de conceptwijzigingen in de verordening afgehandeld. Alle lopende beschikkingen worden gerespecteerd. Bij een herindicatie en een nieuwe beschikking zullen de nieuwe tarieven gelden. Nieuwe aanvragen worden conform de conceptwijzigingen in de verordening afgehandeld. 9