NL - NEDERLANDS Gebruiksaanwijzing Geachte gebruiker, dank u voor het vertrouwen dat u ons met de aankoop van uw nieuwe JET-machine hebt geschonken. Deze gebruiksaanwijzing is voor de bezitter en de gebruiker samengesteld met het doel om de cirkelzaagmachine JTS-250(S) veilig in gebruik te nemen, te bedienen en te onderhouden. Besteed s.v.p. aandacht aan de informatie die in deze gebruiksaanwijzing en de bijgevoegde documenten is opgenomen. Lees deze gebruiksaanwijzing volledig door, vooral ook de veiligheidsaanwijzingen, voordat u de machine opbouwt, in gebruik neemt of onderhoudt. Volg de aanwijzingen zorgvuldig op om de maximale levensduur en prestatie van uw machine te verkrijgen. Inhoudsopgave 1. Conformiteitsverklaring 1. Conformiteitsverklaring Wij verklaren als alleenverantwoordelijken, dat dit product voldoet aan de op pagina 2 vermelde richtlijnen*. Bij de constructie zijn de normen** gehanteerd en een EGtypekeuring*** is door **** uitgevoerd. JET zorgt voor kosteloze terugzending van het gerepareerde produkt of de vervanging. Wanneer echter wordt vastgesteld, dat het niet om een defect gaat, of dat de oorzaken niet onder de JET-garantie vallen, komen de kosten van opslag en terugzending voor rekening van de klant. 2. JET garantiebepalingen JET behoudt zich het recht voor om veranderingen aan onderdelen en accessoires aan te brengen als dit noodzakelijk wordt geacht. 2. JET garantiebepalingen 3. Veiligheid Eigenlijk gebruik Algemene veiligheidsaanwijzingen Resterende gevaren 4. Specificatie Technische gegevens Geluidsbelasting Stofbelasting Standaarduitrusting 5. Transport en gebruiksklaar maken Transport en opstelling Opbouw Electrische aansluiting Afzuigaansluiting In- en uitschakelen 6. Gebruik van de machine 7. Montage en afstelling Montage van het zaagblad Montage van het spouwmes Montage van de beschermkap Zaagblad instellen Verstekaanslag instellen Zaagblad parallel stellen Afstellen van de 45 /90 aanslagen Afstellen van de speling van het handwiel 8. Onderhoud en controle 9. Storingen verhelpen 10. Leverbare accessoires 11. Veilig werken...appendix A De JET-groep streeft ernaar de produkten te laten voldoen aan de hoge verwachtingen van de klanten met betrekking tot kwaliteit en duurzaamheid. JET garandeert aan de eerste koper dat elk produkt vrij is van materiaalen constructiedefecten als volgt: EEN JET-GARANTIE VAN TWEE JAAR OP ALLE PRODUKTEN TENZIJ ANDERS AANGEGEVEN IS. Deze garantie betreft niet de defecten die ontstaan zijn door direct of indirect misbruik, onzorgvuldigheid, ongevallen, ondeskundige reparatie, onvoldoende onderhoud of normale slijtage. De JET-garantie gaat in op de datum van verkoop aan de eerste koper. Om aanspraak te kunnen maken op de verlengde JET-garantie moet het defecte produkt of onderdeel worden afgeleverd bij een geautoriseerde JET-handelaar voor onderzoek. Een bewijs van de aankoopdatum en een omschrijving van de klacht moeten bijgevoegd zijn. Als ons onderzoek een defect uitwijst, repareren wij het defect of vervangen wij het produkt. Als wij niet in staat zijn binnen redelijke tijd een reparatie of een vervanging uit te voeren, betalen wij de aankoopsom terug. 3. Veiligheid 3.1 Eigenlijk gebruik De machine is geëigend voor het zagen van hout en houtprodukten en van harde kunststoffen die op overeenkomstige wijze bewerkt kunnen worden. Het bewerken van andere materialen is niet toegestaan, of mag in bijzondere gevallen alleen na overleg met de fabrikant van de machine plaatsvinden. Metaal mag niet bewerkt worden. De machine is niet bedoeld om te werken met een aanvoerinrichting. Geëigend gebruik houdt ook in, dat de door de fabrikant verstrekte aanwijzingen voor gebruik en onderhoud worden opgevolgd. De machine mag uitsluitend worden bediend door personen die met gebruik en onderhoud vertrouwd en over de gevaren onderricht zijn. Aan de wettelijke minimumleeftijd moet zijn voldaan. De machine alleen gebruiken als deze technisch in goede staat verkeert. Bij het werken aan de machine moeten alle veiligheidsvoorzieningen en afschermingen gemonteerd zijn.
Naast de in de gebruiksaanwijzing vermelde veiligheidsaanwijzingen en de bijzondere voorschriften van het land, moeten ook de voor het gebruik van houtbewerkingsmachines algemeen erkende vaktechnische regels worden opgevolgd. Elk ander gebruik dan het hier vermelde geldt als oneigenlijk. Voor daaruit voortvloeiende schade kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld. Het risico komt uitsluitend voor rekening van de gebruiker. 3.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen Houtbewerkingsmachines kunnen bij ondeskundig gebruik gevaarlijk zijn. Voor een veilig gebruik is daarom het opvolgen van de desbetreffende voorschriften ter voorkoming van ongevallen en de hier volgende aanwijzingen noodzakelijk. De gebruiksaanwijzing moet in zijn geheel zijn gelezen en begrepen voordat wordt begonnen met opbouw of gebruik van de machine. Bewaar deze gebruiksaanwijzing, beschermd tegen vuil en vocht, bij de machine en geef deze door aan een nieuwe eigenaar. Aan de machine mogen geen veranderingen worden aangebracht, noch mag aan- of ombouw plaatsvinden. Controleer dagelijks, alvorens de machine aan te zetten, de aanwezigheid en het functioneren van de vereiste beschermingsinrichtingen. Vastgestelde defecten aan de machine of de veiligheidsvoorzieningen moeten worden gemeld en door de daarvoor aangewezen personen hersteld. Gebruik de machine in die gevallen niet en neem de netsteker uit de contactdoos. Bij het werken aan de machine geen handschoenen dragen. Bij het hanteren van het zaagblad geschikte werkhandschoenen dragen. Gebruik bij het werken met lange werkstukken geschikte verlengtafels, rolbokken, etc. Neem het in deze gebruiksaanwijzing opgenomen hoofdstuk over veilig werken in acht. Controleer de juiste draairichting van het zaagblad voordat u de machine gebruikt. Het zaagblad moet met volle snelheid draaien voordat u met zagen kunt beginnen. Let op de uitlooptijd van de machine, die in geen geval groter mag zijn dan 10 s. Het zaagblad afremmen door zijdelings druk uit te oefenen is niet toegestaan. Neem maatregelen ter voorkoming van terugslag van het werkstuk. Het spouwmes en de beschermkap moeten altijd worden gebruikt. De afstand tussen zaagblad en spouwmes moet tussen 2 en 5 mm bedragen. Voorkom bij het zagen van rondhout dat het werkstuk kan gaan draaien. Gebruik bij het zagen van onregelmatige werkstukken geschikte hulpmiddelen ter ondersteuning. Alle werkstukken moeten bij de bewerking op veilige wijze worden gehanteerd en geleid. Zaag nooit zonder gebruik van de geleider. Bij lange haren is het dragen van een muts of haarnet vereist. Afkorten alleen met behulp van de verstekaanslag uitvoeren. Draag aansluitende kleding en draag geen juwelen, ringen of horloges. Grijp nooit over of om het zaagblad heen. Draag beschermend schoeisel; in elk geval geen vrije-tijdsschoenen of sandalen. Bij het schulpen van lange smalle werkstukken (smaller dan 120 mm) duwhout en aanduwer gebruiken. Maak gebruik van de voorgeschreven persoonlijke veiligheidsuitrusting. 2 Vergewis u ervan, dat het afgezaagde deel niet door de naar boven gaande zaagtanden gegrepen en omhoog geworpen kan worden. Het gebruik van slingerzagen of groeffrezen is niet toegestaan. Afgezaagde klemmende delen alleen verwijderen als de motor is uitgeschakeld en het zaagblad tot stilstand is gekomen. De machine zo opstellen, dat er voldoende ruimte is voor de bediening en het het leiden van de werkstukken. Zorg voor een goede verlichting. Let erop, dat de machine stabiel staat op een stevige en vlakke bodem. Let erop, dat de electrische kabel het werk niet belemmert en dat er niet over gestruikeld kan worden. De werkomgeving vrij houden van belemmerende werkstukken en andere zaken. Werk met aandacht, concentratie en verstand. Werk nooit aan de machine onder invloed van verdovende middelen, zoals alcohol en drugs. Bedenk, dat ook medicijnen uw gedrag en reactievermogen kunnen beïnvloeden. Houd toeschouwers, met name kinderen, uit de gevarenzone. Laat een draaiende machine nooit zonder toezicht. De machine uitschakelen voordat u de werkplaats verlaat. Gebruik de machine niet in de buurt van brandbare vloeistoffen of gassen. Let op de voorzieningen voor brandmelding en brandbestrijding, zoals de locatie en het gebruik van brandblusapparaten. Gebruik de machine niet in vochtige omgevingen en stel de machine niet bloot aan regen. Let er steeds op, dat de stofconcentratie niet te groot wordt. Gebruik altijd een geschikte afzuiginrichting. Houtstof kan exploderen en kan schadelijk zijn voor de gezondheid. Vooral stof van sommige tropische houtsoorten en van hardhout zoals beuken en eiken wordt als kankerverwekkend beschouwd.
Vóór de bewerking spijkers en andere vreemde lichamen uit het werkstuk halen. Gevaar door stroominwerking bij gebruik van ondeugdelijke leidingen. Houd u steeds aan de minimale en maximale afmetingen van het werkstuk. 4. Specificaties Zaagsel en delen van werkstukken alleen verwijderen bij stilstaande machine. Werkzaamheden aan de electrische uitrusting van de machine mogen alleen door een deskundige electrotechnicus worden uitgevoerd. Verlengkabels altijd in hun geheel van de trommel afwikkelen. Vervang een beschadigde netkabel direct. Gebruik de machine nooit als de aan/uitschakelaar niet naar behoren functioneert. Veranderingen, instel- en reinigingswerkzaamheden alleen uitvoeren bij stilstaande machine en losgenomen netsteker. Gebruik alleen zaagbladen die voldoen aan EN 847-1. Zaagbladen uit snelstaal (HSS) mogen niet worden gebruikt. Een beschadigd zaagblad direct vervangen. 4.1 Technische gegevens Machinetafel 685x1060(705) mm Slede (JS-250 S) (685x355 mm) Zaaglengte (max) 725 mm Diameter zaagblad 250 mm Diameter asgat 30 mm Dikte spouwmes 2,3 mm Toerental zaagblad 4300 rpm Zaaghoogte bij 90 /45 82 / 55 mm Kantelbereik zaagblad 90-45 links Aansluiting afzuiging 100 mm Tafelhoogte 890 mm Gewicht 172 kg Netaansluiting 230V ~1/N/PE 50 Hz Afgegeven vermogen 1,3 kw (1,75 pk) S1 Bedrijfsstroomsterkte 7,3 A Aansluitkabel (H07RN-F) 3x1,5 mm² Groepszekering 16 A Netaansluiting 400V ~3/PE 50 Hz Afgegeven vermogen 1,5 kw (2 pk) S1 Bedrijfsstroomsterkte 3,1 A Aansluitkabel (H07RN-F) 5x1,5 mm² Groepszekering 16 A Een versleten tafelinlegplaat moet vervangen worden. 4.2 Geluidsbelasting Waarden gemeten volgens EN 1807:1999 (meetonzekerheid 4 db). Werkstuk: spaanplaat 16mm; l=800mm, vochtigheid 8,5%. 3.3 Resterende gevaren Geluidsniveau (volgens EN 3746): Onbelast 98,0 db(a) Bewerking 101,6 db(a) Ook wanneer de machine volgens de voorschriften wordt gebruikt, blijven de volgende gevaren bestaan: Gevaar voor verwonding door het draaiende zaagblad in het werkgebied. Gevaar door breuk van het zaagblad. Gevaar door wegvliegende delen van werkstukken. Gevaar door geluid en stof. Gebruik beslist persoonlijke bescherming zoals oog-, gehoor- en stofbescherming. Gebruik een geschikte afzuiginrichting! Geluidsdruk (volgens EN 11202): Onbelast 84,0 db(a) Bewerking 88,2 db(a) De opgegeven waarden zijn emissiewaarden en niet noodzakelijkerwijs niveaus voor veilig werken. Hoewel er samenhang bestaat tussen emissie- en immissiewaarden, kan daaruit niet op betrouwbare wijze worden afgeleid of aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. De factoren die de werkelijk op de werkplek aanwezige niveaus beïnvloeden zijn de duur van de blootstelling, de aard van de ruimte, andere geluidsbronnen, etc. zoals het aantal machines en andere bewerkingen in de nabijheid. Bovendien kan het toelaatbare blootstellingsniveau van land tot land verschillen. Niettemin is deze informatie geschikt om de gebruiker een betere schatting van de gevaren en de risico's te kunnen laten maken. 4.3 Stofbelasting Van de cirkelzaagmachine JTS-250 (S) is de stofproduktie getest. Bij een luchtsnelheid van 20 m/s aan de afzuigaansluiting met diameter 100 mm: Onderdruk Luchtstroom 1250 Pa 565 m³/h 4.4 Standaarduitrusting Tafelverbreding rechts Tafelverlenging achter Parallelgeleider met hulpgeleider 2 geleideprofielen Tafelverbreding links (JTS-250) met verstekgeleider Slede (JTS-250S) met verstekgeleider 2 handwielen 2 opberghaken voor langsgeleider 2 opberghaken voor verstekgeleider Spouwmes Beschermkap Verbindingsslang met Y-koppeling Duwstok en aanduwerhandgreep Bedieningsgereedschap Montagegereedschap Gebruiksaanwijzing Onderdelenlijst
5. Transport en gebruiksklaar maken 5.1.Transport en opstelling De machine wordt geleverd op een houten pallet. Gebruik voor het transport een gewone heftruck of hefwagen. Zorg dat de machine bij transport niet kan omvallen. De machine moet in een gesloten ruimte worden opgesteld. De omstandigheden in een gebruikelijke timmerwerkplaats zijn daarbij voldoende. Montage tafelverbreding rechts Bevestig de tafelverbreding (C, Fig. 2) met drie zeskantbouten, veerringen en ringen (D). Monteer het achterste leiprofiel (H) met twee inbusschroeven achter tegen de machinetafel. Montage van de schakelaar Stel de voorkant gelijk met die van de machinetafel. Breng twee vierkante moeren in de Tgleuf van het leiprofiel. Gebruik een rei (E) om de tafelverbreding te richten. U kunt ook de langsgeleider als rei gebruiken. Bevestig de schakelaar (H, Fig. 4) met twee inbusschroeven en ringen. De opstelplaats moet voldoende vlak en belastbaar zijn. De machine kan zonodig op de opstelplaats vastgezet worden. Om verpakkingstechnische redenen is de machine niet volledig gemonteerd. 5.2 Opbouw Fig. 4 Wanneer bij het uitpakken transportschade wordt vastgesteld, dient u direct uw handelaar te waarschuwen. Neem het apparaat niet in gebruik! Verwerk de verpakking op milieuvriendelijke wijze. Verwijder het roestbeschermingsmiddel van de machinetafel met een mild oplosmiddel. Instellen van de voeten Fig. 2 Montage van het zaagblad Montage van de handwielen Zie hoofdstuk 7.1. Schuif de handwielen (D, Fig. 3) op de assen. Montage van de langsgeleider Monteer de knoppen (E). Aanwijzing: de knoppen kunnen worden gebruikt om de handwielen vast te zetten. Bevestig de langsgeleider (D, Fig. 5) met vier inbusschroeven M8 x 16 (F) aan de langsgeleiderslede. Monteer de handgrepen op de handwielen (F). De voeten (B, Fig. 1) kunnen in hoogte versteld worden als de schroeven (A) losgedraaid zijn. Fig. 5 Monteer de klemhendel (G). Fig. 3 Stel de langsgeleider precies evenwijdig aan de gleuf in de tafel. Montage van de geleideprofielen Draai de schroeven vast. Fig. 1 Monteer het voorste leiprofiel (G, Fig. 3) met twee inbusschroeven onder tegen de machinetafel. 4
De hulpgeleider kan in de langsrichting verplaatst en, voor dun materiaal, een kwartslag gedraaid gemonteerd worden. Zet de vier inbusschroeven (E, Fig. 9) slechts zo vast, dat het mogelijk blijft de stelschroeven te gebruiken. Leg een rechte 0,4 mm dikke mal (I, Fig. 10) op de tafel en de rei (J) over deze mal en mal (H). Dat vergemakkelijkt het afstellen van de slede op ongeveer 0,4 mm boven de machinetafel. U kunt ook de langsgeleider als rei gebruiken. Montage tafelverbreding links (voor JTS-250) Zorg dat de afdekkap (A, Fig. 6, Fig. 8) is weggenomen. Fig. 8 Monteer de twee klemplaten (B) aan de leiprofielen met vier bouten M8x25 en vier ringen. Laat een spleet van ca. 4 mm open. Draai vier moeren (G, Fig. 9) op de stelschroeven M6x25 (F) en draai deze van onder af in de lippen van de klemplaten. Fig. 6 De montage vindt op dezelfde manier plaats als rechts. Draai met de stelschroeven (F, Fig. 9) de slede omhoog tot deze de rei raakt. De rei moet vlak op de slede en de stelmallen liggen. Herhaal deze instelling aan de andere kant van de tafel. Houd de stelschroeven in deze stand vast en borg ze met de moeren (G, Fig. 9).Zet nu de vier zeskantbouten (A, Fig. 11) vast. Aanwijzing: druk bij het vastdraaien de slede stevig tegen de stelmallen om verschuiven te voorkomen. Montage verstekgeleider voor tafelverbreding links (JTS-250) De aanslagen bij 45 en 90 kunnen met de schroeven (H, Fig. 7) worden afgesteld. De tong (G) kan voor het afstellen worden weggedraaid. Fig. 9 Monteer de sledevergrendeling (K, Fig. 10) met twee inbusschroeven. Monteer nu voorzichtig de slede. De klemplaten (C, Fig. 9 = B, Fig. 8)) moeten daarbij tussen de tongen (D) van de slede vallen. Fig. 7 De geleiding in de gleuf kan met de draadeinden (J) spelingsvrij worden ingesteld. Montage van de slede (JTS-250 S) De afdekkap (A, Fig. 8) moet aan het machinehuis bevestigd zijn. Fig. 10 Plaats de twee 90 gebogen 0,4 mm dikke stelmallen (H, Fig. 10) tussen de tafel en de slede. Dat vergemakkelijkt het evenwijdig afstellen van de slede en de machinetafel. Fig. 11 Verwijder de stelmallen en controleer of de slede ongeveer 0,4 mm hoger dan de machinetafel staat en er ongeveer 0,4 mm naast loopt.
Montage van de verstekaanslag (voor JTS-250S) Montage van het spouwmes Zie hoofdstuk 7.2. Schuif het profiel (B, Fig. 12) op de rail (A) en monteer het geheel aan de verstekaanslag (C) met de twee klemschroeven (D). Aanwijzing: het afgeschuinde eind van het profiel (B) komt aan de kant van het zaagblad. Montage van de inlegplaat Stel de inlegplaat (A, Fig. 15) met de vier stelschroeven (B) gelijk met de machinetafel. Fig. 15 Zet de inlegplaat met twee verzonken schroeven M5 (Fig. 16) vast. Fig. 12 Plaats de verstekaanslag op de slede. Plaats de strip (E) op de verstekaanslag een bevestig het geheel aan de slede met twee bussen (F) en twee klemschroeven (H). Schuif de vierkante moer (I) in de Tgleuf van het aanslagprofiel en bevestig de afkortaanslag (J) met de klemschroef (K). Controleer met een verstekhaak of de 45 /90 instellingen ten opzichte van het zaagblad in orde zijn en stel zonodig de aanslagen (O en P) correct af. Fig. 13 Montage tafelverlenging achter Bevestig de zijsteunen met vier schroefbouten, ringen en moeren aan de tafelverlenging. Bevestig de tafelverlenging met vier inbusschroeven aan het machinehuis. Fig. 16 Montage van de beschermkap Zie hoofdstuk 7.3. Montage van de opberghaken De aanwijzing zonodig nastellen. Bevestig de twee haken (F, Fig. 17) voor het opbergen van de langsgeleider met twee bouten, ringen en moeren. Er zijn drie mogelijke posities op de slede voor de montage van de verstekaanslag (zie Fig. 13). Fig. 14 Gebruik een rei om de tafelverlenging te richten en draai daarna de schroeven en moeren vast. U kunt de langsgeleider als rei gebruiken. Fig. 17 6
Bevestig de opberghaken voor de verstekgeleider aan de andere kant. Aansluitingen en reparaties van de electrische installatie mogen alleen door een electrotechnicus worden uitgevoerd. 5.3 Afzuigaansluiting Bij overbelasting van de motor schakelt deze automatisch uit. Na een afkoelperiode van ongeveer 10 min kan de machine weer ingeschakeld worden. De machine moet voor het gebruik aan een afzuiginrichting worden aangesloten die zo werkt, dat bij het inschakelen van de machine de afzuiging automatisch ook wordt ingeschakeld. Bevestig de afzuigslang, de slangsteun en de Y-koppeling volgens de afbeelding (Fig. 18). Bij het schulpen van smalle werkstukken (smaller dan 120 mm) duwhout en aanduwer gebruiken. Zorg ervoor, dat afgezaagde delen niet door de naar boven gaande zaagtanden gegrepen en omhooggeworpen worden. Afgezaagde klemmende delen alleen verwijderen bij uitgeschakelde machine en stilstaand zaagblad. 5.5 In- en uitschakelen Zorg ervoor terugslag te voorkomen. Met de groene knop van de hoofdschakelaar kan de machine worden gestart; met de rode knop kan de machine uitgeschakeld worden. Spouwmes en beschermkap moeten altijd gebruikt worden. Zet voor het instellen van de langsgeleider de hendel naar boven en verplaats dan de geleider. Houd de slede tegen de rail gedrukt (van u af) en zet dan de hendel omlaag. 6. Gebruik van de machine Juiste werkhouding: Vóór de machine staande, naast de zaaglijn (gevarenzone). Werkstukhantering: Zie voor oordeelkundig gebruik van de machine ook appendix A "Veilig werken" (laatste pagina's van de gebruiksaanwijzing). A.1: schulpen met duwstok A.2: zagen van klein werkstuk A.3: afkorten met verstekaanslag Fig. 18 Handen buiten het zaagbereik vlak op het werkstuk houden. A.4: schuin zagen A.5: verstekzagen De minimale luchtsnelheid aan de afzuigaansluiting moet 20 m/s bedragen. Afzuigslangen moeten de kwaliteit "moeilijk ontvlambaar" hebben en verbonden zijn met de aarding van de machine. 5.4 Electrische aansluiting De door de klant gebruikte netaansluiting en verlengingskabels moeten voldoen aan de voorschriften. Netspanning en -frequentie moeten overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje van de machine. De groepszekering moet een waarde van 16 A hebben. Gebruik alleen aansluitkabels met de aanduiding H07RN-F. Werkstuk in de richting van de zaaglijn naar het zaagblad voeren. A.6: schuin verstekzagen (dubbel verstek) Gelijkmatig aanvoeren, niet kantelen, de zaagsnede in één keer uitvoeren. A.7: plaatmateriaal afkorten A.8: plaatmateriaal verstekzagen A.9: zagen met duwhout en aanduwer Brede en lange werkstukken met rolbokken ondersteunen. Gebruik van aanvoerapparaten is niet beoogd. Werkaanwijzingen: Alleen met scherpe en voldoende gezette zaagbladen werken! Verhinder met een geschikte inrichting dat rondhout door de zaagdruk gaat draaien. Let erop, dat de werkstukken bij het bewerken met op veilige wijze worden gehanteerd en geleid. Zaag nooit zonder gebruik van de geleider. 7. Montage en afstelling Algemene aanwijzing: Bij alle opbouw- en afstelwerkzaamheden moet worden voorkomen dat de machine wordt ingeschakeld. Netsteker losnemen! 7.1 Montage van het zaagblad Het zaagblad moet voldoen aan de vermelde technische specificatie. Gebruik alleen zaagbladen die voldoen aan EN 847-1.
Controleer het zaagblad vóór het opspannen op defecten (scheuren, defecte tanden, verbuiging). Defecte zaagbladen niet gebruiken. 7.2 Montage van het spouwmes Let erop, dat de tanden van het zaagblad in de zaagrichting (omlaag) wijzen. De stroomtoevoer onderbreken door de netsteker los te nemen. Draag bij het hanteren van het zaagblad altijd geschikte werkhandschoenen. LET OP: Zaagbladverwisseling mag alleen bij losgenomen netsteker plaatsvinden. Maak altijd gebruik van het spouwmes. Gebruik het bovenste gat om de volledige zaaghoogte te benutten (Fig. 23). Het spouwmes wordt met moer en ring tegen het spouwmessupport geklemd. De afstand tussen zaagblad en spouwmes moet tussen 2 en 5 mm bedragen. Fig. 23 Verwijder de inlegplaat. Maak de spanmoer los met de bijgeleverde sleutels. Houd de zaagas tegen zodat deze niet draait. 7.4 Zaagblad instellen De instelling nooit verrichten als de machine draait. Gebruik het handwiel aan de voorkant om de hoogte in te stellen. Fig. 21 Draai de spanmoer stevig vast. Fig. 19 Verwijder de spanmoer en de flens. Plaats het zaagblad op de zaagas. Controleer of de tanden in de zaagrichting (aan de voorkant omlaag gericht) wijzen. 7.3 Montage van de beschermkap De beschermkap moet altijd gemonteerd zijn. De beschermkap tot op het werkstuk laten zakken om de zaagtanden zo goed mogelijk af te schermen. Nooit bij draaiende machine afstellen. Gebruik het handwiel aan de linkerkant om de kanteling van het zaagblad in te stellen. Let extra op bij het inschakelen van de machine. 7.5 Verstekgeleider instellen De instelling nooit verrichten als de machine draait. De geleider tot vlakbij het zaagblad schuiven. Let extra op bij het inschakelen van de machine. Er zijn twee mogelijke plaatsen voor de montage van de kap. Gebruik het onderste gat voor de meeste toepassingen (Fig. 22). 7.6 Zaagblad parallel stellen Het zaagblad is bij aflevering parallel afgesteld. Fig. 20 Als nastellen nodig is: Plaats de flens terug en draai de spanmoer stevig vast. De stroomtoevoer onderbreken door de netsteker los te nemen. Monteer de inlegplaat. De achterste dekplaat van het machinehuis wegnemen. Fig. 22 8
De vier zeskantbouten (A, Fig. 24) losdraaien. De contramoer (C, Fig. 25) losdraaien. Het zaagblad evenwijdig aan de gleuf in de tafel stellen. Schroef (D) verdraaien tot de aanslag bij 45 plaatsvindt. Dekplaat en handwiel terugplaatsen. 7.8 Afstellen van de speling van het handwiel Fig. 27 Verminderen van de speling: De stroomtoevoer onderbreken door de netsteker los te nemen. De excenterbus (J) verdraaien tot de speling verminderd is. Voorste en achterste dekplaat van het machinehuis wegnemen. De contramoer vastdraaien en testen of het handwiel soepel en zonder teveel speling functioneert. Worm en wormwielen schoonmaken. Aanwijzing: er is een sleutelvlak aangebracht op de excenterbussen. Met vet op lithiumbasis of grafietpoeder smeren. Dekplaten terugzetten. Fig. 24 De schroeven vastdraaien en de dekplaat terugzetten. 7.7 Afstellen van de 45 /90 aanslagen De contramoer (F, Fig. 26) losdraaien. 8. Onderhoud en controle Algemene aanwijzing: De aanslagen zijn bij aflevering juist afgesteld. Bij alle onderhouds-, reinigings- en reparatiewerkzaamheden moet worden voorkomen dat de machine wordt ingeschakeld. Netsteker losnemen! Als nastelling nodig is: De stroomtoevoer onderbreken door de netsteker los te nemen. Aansluitingen binnen en reparaties aan de electrische installatie mogen uitsluitend door een electrotechnicus worden uitgevoerd. Handwiel en voorste dekplaat van het machinehuis afnemen. De contramoer (A, Fig. 25) losdraaien. Maak de machine regelmatig schoon. Schroef (B) verdraaien tot de aanslag bij 90 plaatsvindt. Controleer dagelijks de werking van de afzuiging. Fig. 26 De excenterbus (G) verdraaien tot de speling verminderd is. De contramoer vastdraaien en testen of het handwiel soepel en zonder teveel speling functioneert. De contramoer (I, Fig. 26) losdraaien. Fig. 25 Vermijd dat zaagsel en zaagresten zich ophopen in het machinehuis. De ventilatie van de motor mag niet door zaagsel worden belemmerd.
Schuif de slede dagelijks na gebruik naar de eindstanden en maak de geleidingen (A, Fig. 28) schoon. 9. Storingen verhelpen Motor start niet *Geen stroom: kabel en zekering controleren. *Motor, schakelaar of kabel defect: electrotechnicus raadplegen. *Overbelastingsbeveiliging geactiveerd: laten afkoelen en opnieuw inschakelen. Sterke trillingen *Machine staat niet op vlakke bodem: zorgen voor compensatie. Remtijd meer dan 10 s *Remeenheid versleten: vervang remeenheid. 10. Leverbare accessoires Artikelnummer 708119 Universele verrijdinrichting. Zaagbladen met verschillende vertandingen vindt u in de JETprijslijst. *Zaagbladopname vuil: zaagas en flens schoonmaken. Fig. 28 Verwijder roestvlekken van de tafel bijv. met WD-40Ò en een zacht TM schuurlapje (bijv. Scotch-Brite ). Alle bescherminrichtingen direct weer terugplaatsen. Beschadigde bescherminrichtingen direct vervangen. Defecte zaagbladen direct vervangen. De motorrem werkt mechanisch en is aan slijtage onderhevig. Wanneer de remtijd groter is dan 10 s moet de reminrichting vervangen worden. *Zaagblad defect: zaagblad direct vervangen. *Beschadigde aandrijfsnaar: snaar vervangen. Zaagsnede is niet loodrecht *Aanslag niet correct afgesteld: met winkelhaak controleren. De achterste dekplaat van het machinehuis wegnemen. De versleten remeenheid vervangen (JET artikelnummer: AB200702). Ventilator, ventilatorkap en dekplaat terugzetten. A.1: schulpen met duwstok A.2: zagen van klein werkstuk A.3: afkorten met verstekaanslag A.5: verstekzagen A.6: schuin verstekzagen (dubbel verstek) A.7: plaatmateriaal afkorten *Werkstuk krom of scheluw: neem een ander werkstuk. A.8: plaatmateriaal verstekzagen A.9: zagen met duwhout en aanduwer *Zaagdruk te groot: langzamer aanvoeren. Terugslag van werkstuk *Geleider niet evenwijdig aan gleuf in tafel: stand van geleider controleren en nastellen. *Spouwmes niet aanwezig: gevaar! Spouwmes direct plaatsen, samen met beschermkap. De motorventilatiekap wegnemen. De motorventilator wegnemen. Zie appendix A (op de laatste pagina's van de gebruiksaanwijzing). A.4: schuin zagen Werkstuk klemt tegen geleider *Geleider niet evenwijdig aan gleuf in tafel: stand van geleider controleren en afstellen. Vervanging remeenheid: De stroomtoevoer onderbreken door de netsteker los te nemen. 11. Veilig werken Zaagsnede is lelijk *Verkeerd zaagblad gekozen. *Zaagblad omgekeerd gemonteerd. *Harsresten op zaagblad. *Zaagblad is bot. *Werkstuk is niet homogeen. *Voeding te groot: bewerking nooit forceren. Instellen zaagblad gaat zwaar *Mechanisme verontreinigd: mechanisme reinigen en smeren. Slede loopt zwaar *Lineaire geleiding verontreinigd: geleidebanen reinigen. 10