JAARVERSLAG 2014 OCMW OUD-HEVERLEE



Vergelijkbare documenten
Beleidsnota De SD wordt voor een optimale dienst- en hulpverlening aan de cliënten ondersteund middels vorming, supervisie en documentatie.

Reglement voor de regeling van de tussenkomsten in het kader van de participatie en sociale activering 2014 (aanvragen vanaf ).

De Sociale plattegrond

Reglement voor de regeling van de tussenkomsten in het kader van de participatie en sociale activering 201X.

SUBSIDIEREGLEMENT BETREFFENDE PARTICIPATIE EN SOCIALE ACTIVERING

OCMW Lede - Beleidsnota Sociale dienstverlening. Financiële steun

ZITTING VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN KRUISHOUTEM VAN 14 MEI 2014.

Reglement voor de regeling van de tussenkomsten in het kader van de participatie en sociale activering 2016.

AGENDA OPENBARE ZITTING. 12 februari Aan de raadsleden

INHOUDSTAFEL. 1. Samenwerkingsovereenkomst met advocate...

BESTUURSAKKOORD TUSSEN GEMEENTE EN OCMW NEVELE

OCMW Antwerpen - Andy Kerkhofs

OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN DE STAD TIENEN REGLEMENT INZAKE DE TOEKENNING VAN EEN GEMEENTELIJKE MANTELZORGPREMIE

Aanvullende steun VERSIE WIJZIGING GOEDGEKEURD RMW GEPUBLICEERD

FINANCIEEL REFERENTIEKADER: BEHANDELING VAN LEEFLOONDOSSIERS

Aanvullende steun VERSIE WIJZIGING GOEDGEKEURD RMW GEPUBLICEERD

Indien u vragen hebt over deze controle, kunt u contact opnemen met uw inspecteur via mi.inspect_office@mi-is.be.

VZW SOCIAAL FONDS VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE WERKINGSPROGRAMMA 2013 FINANCIEEL VERSLAG 2013 BEGROTING 2014

ZITTING VAN 2 JUNI 2014

TITEL I. Voorwaarden tot het bekomen van een mantelzorgpremie

REGLEMENT OP DE MANTELZORGTOELAGE geldig vanaf 1 juli 2013

Reglement voor de regeling van de tussenkomsten in het kader van de participatie en sociale activering 2017.

ZITTING VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN 16 SEPTEMBER 2015

aanpassing van de bedragen die tot de federale regelgeving met betrekking tot het maatschappelijk welzijn behoren, op 1 juni 2003

Geconsolideerd. Jaarbudget Jaarrekening Verschil. Berekening Resultaat op kasbasis. Totaal resultaat boekjaar , ,78-7.

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN. OCMW ZITTING van 5 mei 2015 DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN AANWEZIG:

Budget OCMW Gingelom. Financieel beheerder: Frank Forier. OCMW-raad: 30 november 2016 Laatste budgettaire journaalnummer:

Financiële steun equivalent aan het leefloon

FISC brief 1: provisionele ambtshalve beslissing tot toekenning

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Verslag van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 12 maart 2014

Brandstoftoelage winterperiode

Netwerkdag Vluchtelingenwerk Vlaanderen. Erkende vluchtelingen en huisvesting

Premie voor zorgbehoevende kinderen Reglement

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Toelichtingen bij de uitbreiding van de maatregel tot de toekenning van een installatiepremie aan personen die hun hoedanigheid van dakloze verliezen

PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE OCMW DE PANNE UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN HET OCMW.

TUSSENKOMST PARTICIPATIE EN SOCIALE ACTIVERING

HUISVESTING. Hulpaanbod vanuit de OCMW s. Gerry Van de Steene Departementschef sociale dienstverlening OCMW Sint-Niklaas

Herziening meerjarenplan

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Huishoudelijk reglement dienst thuiszorg mantelzorgpremie

WEGWIJS IN. medische hulp. Versie januari 2017 Medische hulp

Richtlijn in kader van controle Loontoelage TWE (versie 26/09/2018)

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Provincie: Limburg Arrondissement: HASSELT Nummer bij Belfius: BE OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN.

Werking / dienstverlening OCMW Tielt Winge

Reglement mantelzorgtoelage voor personen vanaf 21 jaar

Bijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten

WEGWIJS IN. medische hulp. Versie november 2015 Medische hulp

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Gebouwen - bedrijfsmatige MVA-rusthuis / serviceflats - harmonicadeuren

VR DOC.1242/2BIS

Betreft : Gevolgen voor het recht op maatschappelijke dienstverlening van de opheffing van code 207 «opvangstructuur» op vrijwillige basis

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Omzendbrief betreffende de verwarmingsperiode

VOORBEELD DRAAIBOEK INTERNE WERKING

Nieuwe sociale maatregelen. Adelheid Vanhille 7 november 2013

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

De verwarmingstoelage

Besluit van de Vlaamse Regering tot instelling van een aanpassingspremie voor woningen

Versie mei 2015 Sociaal onderzoek WEGWIJS IN. het sociaal onderzoek van het OCMW

Het Budget 2015 past in het meerjarenplan Aanpassing 2015 omdat aan volgende voorwaarden is voldaan:

OCMW Lede - Beleidsnota Sociale dienstverlening. Financiële steun. Tewerkstelling

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag

Aanvraagformulier mantelzorgpremie

sociaal centrum Plein Expertise centrum ondersteuning precair verblijf

OCMW Beersel Raad voor Maatschappelijk Welzijn

De verwarmingstoelage

Sociale Inschakelingseconomie SINE

Schuldhulpverlening. Hoe gaat dat in zijn werk?

2. UITVOEREN AUDIT VERZEKERINGSPORTEFEUILLE DOOR RISKSOLU- TIONS BVBA

Reglement voor de premie voor de ophaling van huisvuil van mensen met een beperkt leefbudget.

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Er wordt een wijziging voorzien in het aandeel dat het OCMW jaarlijks ontvangt van het gemeentefonds.

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Thuiszorg informatie punt. Tegemoetkomingen aan hulpbehoevenden. ouder dan 65 jaar

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Inhoud Beleidsnota...5 Doelstellingennota... 7 Doelstellingenbudget Financiële toestand Lijst overheidsopdrachten Lijst daden van

De financie le toestand van de Vlaamse OCMW s: analyse van de meerjarenplannen

BUDGET OCMW MAASEIK Toelichting

FOCUS "Senioren en het OCMW"

Indien u vragen hebt over deze controle, kunt u contact opnemen met uw inspecteur via

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

AANVRAAG OM TOESLAG. KidsLife Vlaanderen, Sint-Clarastraat 48, 8000 Brugge T: M:

RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN ZITTING VAN 29 NOVEMBER 2016 NOTULEN

European Migration Network

Indien u vragen hebt over deze controle, kunt u contact opnemen met uw inspecteur via

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

BEGROTING CANARA VOOR HET BOEKJAAR 2015

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Aan de Voorzitter van het OCMW van Kuurne Kortijksestraat Kuurne. Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Samenvatting Jaarverslag Sociale dienst Huis van Welzijn Harelbeke

Reglement mantelzorgtoelage voor personen jonger dan 21 jaar

Boekjaar 2015 in grafiek

Heuvel Kalmthout provincie Antwerpen België

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Transcriptie:

OCMW OUD-HEVERLEE JAARVERSLAG 2014 OCMW sociaal huis Oud-Heverlee Gemeentestraat 10 3054 Oud-Heverlee tel. sociale dienst 016 38 88 90 tel. administratie 016 38 88 80 info@ocmw.oud-heverlee.be www.oud-heverlee.be 1

INHOUDSTAFEL I. OCMW...5 1. Aantal inwoners van de gemeente... 2. Samenstelling van de raad voor maatschappelijk welzijn... 3. Personeelsbestand... 4. Personeelskosten...6 5. Kaskosten en kasopbrengsten van het OCMW...8 6. Evolutie van de gemeentelijke toelage...13 7. Investeringen... II. De missie van het OCMW van Oud-Heverlee III. Sociale dienst...16 1. Opbrengsten en kosten... 2. Cliënten... 3. Huisbezoeken en spreekuren...17 4. Financiële steunverlening...18 a. Overzicht van de kosten... b. Leefloon...19 c. Terugvorderbare financiële steun...20 d. Niet terugvorderbare financiële steun...21 e. Sociaal educatieve toelagen... f. Premie aan studenten met leefloon...22 g. Steunverlening aan behoeftigen zonder inschrijving in het bevolkingsregister... h. Steunverlening aan behoeftigen in de lokale opvanginitiatieven...23 i. Sociaal verwarmingsfonds... j. Mantelzorgtoelagen k. Tussenkomsten in kosten voor verblijf in woonzorgcentra...25 l. Socio-culturele en sportieve participatiepremie... 5. Sociale tewerkstelling...26 6. Voedselbedeling... 7. Referentieadres bij het OCMW...27 8. Vakantieparticipatie... 9. Noodopvang...28 10. Gerechtelijke uithuiszettingen... 11. Individueel verminderd tarief kinderopvang... 12. Projectwerking: aanpak financiële problemen en armoedebestrijding...29 13. Oplaadpunt voor budgetmeter voor gas en elektriciteit...32 IV. Dienst schuldbemiddeling...34 1. Cliënten... 2. Lokale Advies Commissie Energie (LAC)...35 3. Samenwerkingsovereenkomst met advocate...37 V. Juridische bijstand...38 1. Samenwerkingsovereenkomst met advocate... 2. Justitiehuis Leuven... VI. Lokale opvanginitiatieven (LOI)...39 1. Opvangplaatsen... 2. Cliënten... 3. Werking...40 4. Overzicht van de opbrengsten en kosten...41 a. Overschot... b. Leefgeld...42 2

c. Schooltoelagen... d. Inrichting, technisch onderhoud en herstellingen...43 VII. Ouderenbeleid...44 1. Inleiding... a. Omgevingsanalyse... b. Samenwerking gemeente-ocmw betreffende senioren, jeugd en kansengroepen c. Reorganisatie sociale dienst... 2. Dienst huishoudhulp...47 a. Cliënten...48 b. Wachtlijst...49 c. Prestaties... d. Medewerkers...50 e. Ziekteverzuim...51 f. Jobstudenten... g. Opleidingen...52 h. Dag van de Thuiszorg... i. Sportdag... j. Varia... k. Overzicht van uren, opbrengsten en kosten... 3. Dienst maaltijdbedeling...53 4. Project huisbezoeken bij alleenstaande 80+ ers...54 5. Project Buren voor Buren...59 6. Klussendienst...62 7. Boekendienst aan huis...63 8. Oppas- en gezelschapsdienst (Seniorama)... 9. Panal...65 10. Gezins- en bejaardenhulp... 11. Thuisgezondheidszorgteam (TGZ)...66 12. Samenwerkingsinitiatief EersteLijnsgezondheidszorg (SEL) en GezondheidsOverleg Arrondissement Leuven (GOAL)... VIII. Project woonzorgzone De Kouter...67 1. Bouwperceel... 2. Voorlopige vergunningen... 3. VIPA-procedure... 4. Publiek private samenwerking en oprichting vzw...68 5. Architectuuropdracht...71 6. Stuurgroep... 7. Plan van eisen...72 8. Technisch financieel plan... IX. Woonbeleid...73 1. Werken aan wonen... a. Gemeentelijke beleidsvisie over wonen... b. Wooninfopunt... c. Fonds voor de reductie van de globale energiekost (FRGE)...74 d. Energiesnoeiers... e. Decreet grond- en pandenbeleid...75 i. Bindend sociaal objestief... ii. Gemeentelijke heffing op leegstaand...76 iii. Gemeentelijk actieprogramma... iv. Sociale last voor bepaalde private bouw- en verkavelingsprojecten... 2. Sociaal verhuurkantoor (SVK)...77 3

X. Psychosociaal interventieplan (PSIP)...79 XI. De informatieverstrekking...81 1. Gemeentelijk informatieblad... 2. Opendeurdagen voor leerlingen lagere school... 3. Informatiebrochures... 4. Gemeentelijke website...82 XII. Nieuwe beleids- en beheerscyclus...83 XIII. Intern beheerssysteem...84 XIV. Samenwerking gemeente en OCMW...85 Bijlagen 1. Jaarrekening 2014: financieel verslag 2 Verslag personeelsbeheer secretaris: - opleidingen - toekenningen onbetaald verlof en loopbaanonderbreking 3. Verslagen budgethouders 4. Omgevingsanalyse op basis van gegevens van de studiedienst van de Vlaamse regering 4

I. OCMW 1. Aantal inwoners van de gemeente op 22 februari 1977 7.422 op 31 december 1980 8.465 op 31 december 1990 9.958 op 31 december 2000 10.641 op 31 december 2005 10.888 op 31 december 2010 10.973 op 31 december 2011 11.056 op 31 december 2012 11.020 op 31 december 2013 11.003 op 31 december 2014 10.985 2. Samenstelling van de raad voor maatschappelijk welzijn (legislatuur 2013-2018) voorzitter raadsleden Diane Grauwels Hilda Vanlinthout Berte Raeymaekers Yvette Desmet Jenny Van Wynendaele Dirk Vandueren Jan Meertens Katty Mommaerts Tania Rondou 3. Personeelsbestand Het personeelsbestand zag er per 31 december 2014 als volgt uit in dienst statuut schaal uren FTE afwezig secretaris 1 Van de Walle Caroline 16/08/2010 statut. decret. 38 1 beleidsmedewerker & verantwoordelijke sociale dienst 2 Vandezande Nadine 08/05/1989 statut. B4 30,4 0,8 maatschappelijk assistenten (sociale dienst & ouderenbeleid) 3 Christiaens Britt 01/01/2007 statut. B2 38 1 4 Claeskens Marijke 12/07/2010 contr. B1 30,4 0,8 zwangerschapsverlof 5 Dothée Pieter 01/01/2003 statut. B2 30,4 0,8 ouderschapsverlof 6 Pynket Gudrun 13/03/1991 statut. B3 30,4 0,8 uit dienst 1 jan. 2015 7 Meeus Shari 01/04/2014 contr. B1 38 1 vervangingsovereenk. Annelies Guilluy 05/11/2014 contr. B1 38 1 vervangingsovereenk. verantwoordelijke interne zaken & waarnemend financieel beheerder 8 Natalie Desmet 1/05/2002 statut. C4 38 1 technisch assistente / maaltijdbedeling 9 Hilde Vanermen 01/10/2000 statut. D3 38 1 huishoudhulpen (HHH) 1 1 Dienst huishoudhulp: stand van zaken personeel einde juni 2015 november 2014 in totaal 14,10 FTE of 20 huishoudhulpen tot november 2014 min 0,84 FTE huishoudhulp werd 13,26 FTE of 19 huishoudhulpen sedert 1 december 2014 min 0,18 FTE huishoudhulp werd 13,08 FTE of 19 huishoudhulpen sedert 1 januari 2015 5

10 (Breeus Cindy) 12/05/2005 contr. E2 19 (0,5) jaar 2014 ziek Dehennin Sylvie 18/12/2006 contr. E2 28 (0,74) uit dienst 6 mrt. 2015 11 Lembrechts Michèle 19/08/2002 contr. E2 28 0,74 12 Malcorps Karla 05/08/2002 contr. E2 19 0,5 13 Michiels Anita 01/02/1994 contr. E3 30 0,79 14 Molz Monika 06/06/2013 contr. E1 19 0,5 15 Op De Heyde Veerle 27/02/2006 contr. E3 33 0,87 vanaf 1 jan. 2015 30u Peeters Katty 01/02/1998 contr. E2 19 (0,5) uit dienst 6 mrt. 2015 16 Stroeykens An 01/08/1998 contr. E2 38 1 17 Vanderheyden Corine 01/08/2002 contr. E3 34 0,89 18 Van der Stappen Sandra 09/07/2007 contr. E2 31 0,82 19 Van Hole Chantal 01/12/2006 contr. E3 19 0,5 20 Vandenwaeyenberg Claire 01/09/2005 contr. E2 27 0,71 21 Vanderveken Marleen 07/05/2007 contr. E2 23 0,61 vanaf 1 jan. 2015 19u 22 Vandezande Nancy 05/09/2005 contr. E2 31 0,82 23 Vanlommel Daisy 16/09/2005 contr. E2 28 0,74 24 Vleminckx Goedele 20/01/2000 contr. E2 19 0,5 25 Wouters Helga 01/03/2010 contr. E2 24 0,63 26 Wouters Sandra 01/12/2008 contr. E2 35 0,92 totaal HHH 13,28 (- 1,93 = 11,35 FTE) 4. Personeelskosten 2 De totale personeelskosten 2014, met inbegrip van presentiegelden, verzekeringen, maaltijdcheques, etcetera, bedragen 1.224.469 EUR. T.o.v. de totale personeelskosten in 2013 betekent dit een daling met 5,93 %. 2010 1 176 573 % verschil 2011 1 223 110 + 3,95 2012 1 197 106-2,12 2013 1 301 692 + 8,73 2014 1 224 469-5,93 daling 77 223 In 2014 bedroegen de personeelskosten 70,74 % van de totale werkingskosten In 2013 bedroeg deze verhouding 72% en in 2012 65%. Op vlak van personeelskosten dient opgemerkt te worden dat het initieel budget voor 2014 1.358.772,82 EUR bedroeg. De uitgaven voor personeelskosten blijven dus binnen het voorziene budget. Op volgende figuur ziet u hoe de personeelskosten, met inbegrip van presentiegelden, verzekeringen, maaltijdcheques, etcetera, verdeeld zijn over de verschillende activiteiten: min 1,24 FTE huishoudhulp werd 20% 11,84 FTE of 17 huishoudhulpen 22% sedert maart 2015 plus 0,84 FTE huishoudhulp werd 12,68 FTE of 18 huishoudhulpen sedert mei 2015 2 Hierbij wordt enkel rekening gehouden met werkelijke kaskosten. Niet-kaskosten zoals voorzieningen, afschrijvingen, waardeverminderingen 5% en herwaarderingen worden m.a.w. niet in rekening gebracht. 6

Indien we alleen rekening houden met de brutolonen en de werkgeversbijdragen (zonder de lonen van personen in sociale tewerkstelling), dan stellen we, ten aanzien van 2013, een daling van de personeelskosten met 4,37 % vast. 2011 2012 2013 2014 % verschil 100/99 alg. bestuur 139 103,33 152 735,47 195 095,14 189 875,70-2,67 832/45 huishoudhulp 535 137,12 560 370,03 580 877,62 532 401,41-8,35 832/46 maaltijdbed. 47 027,53 49 403,23 51 198,61 52 655,05 2,84 832/50 LOI 46 051,23 50 304,45 52 056,33 61 812,64 18,74 832/99 soc. dienst 206 891,86 218 005,03 233 925,44 227 783,80-2,63 974 211,07 1 030 818,21 1 113 153,14 1 064 528,60-4,37 100/99 alg. bestuur ontslag door financieel beheerder op 31/5/2014 832/45 dienst huishoudhulp vermindering aantal huishoudhulpen 3 7

832/46 maaltijdbedeling tweejaarlijkse loonverhoging 832/50 LOI verplaatsing statutair maatschappelijk assistente en vervanging door persoon met meer anciënniteit 832/99 alg. soc. dienst verplaatsing statutair maatschappelijk assistente en vervanging door persoon met minder anciënniteit (die op haar beurt tijdens zwangerschapsverlof vervangen werd) en twee maatschappelijk assistenten tijdelijk 4/5 de omwille van ouderschapsverlof 5. Kaskosten en kasopbrengsten van het OCMW (geconsolideerd) 4 Het totaal van de exploitatiekosten van het OCMW bedroeg in 2014 1.731.004,68 EUR, tegenover 1.824.011,15 EUR in 2013. Dit betekent een daling met 5,10 %. 28% 25% 8% 34% 5% Het totaal van de exploitatieopbrengsten van het OCMW bedroeg in 2014 908.656,09 EUR, tegenover 1.047.174,45 EUR in 2013. Dit betekent een daling met 13,23 %. 3 Dienst huishoudhulp: stand van zaken personeel einde juni 2015 november 2014 in totaal 14,10 FTE of 20 huishoudhulpen tot november 2014 min 0,84 FTE huishoudhulp werd 13,26 FTE of 19 huishoudhulpen sedert 1 december 2014 min 0,18 FTE huishoudhulp werd 13,08 FTE of 19 huishoudhulpen sedert 1 januari 2015 min 1,24 FTE huishoudhulp werd 11,84 FTE of 17 huishoudhulpen sedert maart 2015 plus 0,84 FTE huishoudhulp werd 12,68 FTE of 18 huishoudhulpen sedert mei 2015 4 Hierbij wordt enkel rekening gehouden met werkelijke kaskosten. Niet-kaskosten zoals voorzieningen, afschrijvingen, waardeverminderingen en herwaarderingen worden m.a.w. niet in rekening gebracht. 8

21% 14% 15% 46% 5% 35% 37% 1% 7% 20% Het kasresultaat over het boekjaar 2014 sluit af met een negatief saldo van -822.348,59 EUR. Dit betekent een verslechtering tegenover 2013 met 5,86%. Het resultaat over het boekjaar 2014 is 104.982,00 EUR beter dan het vooropgestelde resultaat. 9

2011 2012 2013 2014 % verschil werkingsopbrengsten 1.061.208,38 1.130.791,20 1.024.207,48 877.806,82-14,29 financiële opbrengsten 38.440,50 35.369,60 14.475,99 28.039,27 93,70 uitzonderlijke opbrengsten 16.116,41 1.771,20 8.490,98 2.810,00-66,91 TOTAAL KASOPBRENGSTEN 1.115.765,29 1.167.932,00 1.047.174,45 908.656,09-13,23 werkingskosten 1.856.357,25 1.829.725,98 1.803.902,66 1.721.062,03-4,59 financiële kosten 35.670,94 33.442,85 20.058,49 9.942,65-50,43 uitzonderlijke kosten 5.951,20 0,00 50,00 0,00 TOTAAL KASKOSTEN 1.897.979,39 1.863.168,83 1.824.011,15 1.731.004,68-5,10 kasresultaat vh boekjaar -782.214,10-695.236,83-776.836,70-822.348,59-5,86 Op kostenvlak worden 81% van de totale kosten vertegenwoordigd door: - specifieke kosten sociale dienst (leefloon, financiële steun, medische kosten, verblijfskosten, ) - wedden, bezoldigingen en presentiegelden, werkgeversbijdragen RSZ Op opbrengstenvlak wordt niet minder dan 89,35% vertegenwoordigd door: - werkingssubsidies (dienstencheques, gemeentefonds, Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG)) - subsidies sociale dienst (POD Maatschappelijke Integratie) Zowel aan kosten- als aan opbrengstenzijde wordt sedert 2014 een bedrag van 113.704 voorzien voor huur die aan de gemeente betaald wordt voor de kantoren van het sociaal huis. Binnen de gemeentelijke toelage aan het OCMW werd eenzelfde bedrag voorzien. In de twee onderstaande grafieken vindt u een overzicht van de evolutie van deze voornaamste kosten en opbrengsten. bezoldigingen in bovenstaande tabel = inclusief wedden, bezoldigingen en presentiegelden, werkgeversbijdragen RSZ 10

De kosten vertonen een daling van 5,1% in vergelijking met 2013. Dit is voornamelijk het gevolg van: - personeel uit dienst (financieel beheerder, verantwoordelijke dienst huishoudhulpen, huishoudhulpen) - minder uitkeringen "specifieke kosten sociale dienst": o.a. leefloon en kandidaat vluchtelingen - minder tussenkomsten allerhande: o.a. verwarmingstoelage, huur, medische en farmaceutische kosten, - de klussendienst werd volledig uitgegeven aan IGO waardoor we geen subsidies meer moeten betalen, alleen een tussenkomst aan de klanten (de kosten dalen, maar het resultaat blijft min of meer gelijk, aangezien de opbrengsten (= terugbetaling door klanten) wegvielen) - een daling van de algemene werkingskosten (opleidingen, receptiekosten, uitgaven technische werking, ) - de uren van de advocaat schuldbemiddeling werden teruggeschroefd van 3u. naar 2u. per week Aan de keerzijde liggen ook de opbrengsten in 2014 lager dan in 2013. De belangrijkste rubrieken met lagere opbrengsten zijn: - de daling in de uitgaven sociale dienst (o.a. leefloon een asielzoekers), leidt er uiteraard ook toe dat de opbrengsten lager uitvallen. De opbrengsten komen enerzijds van de subsidies vanuit de POD Maatschappelijke Integratie en anderzijds vanuit terugvorderingen t.o.v. de cliënten. In de onderstaande tabel vindt u een overzicht van de evolutie en de verhoudingen tussen de specifieke uitgaven sociale dienst, de terugvordering op en de subsidiëring van deze uitgaven. 2012 2013 2014 % verschil specifieke kosten SD alg. 832/99 248.513,97 210.265,80 155.285,33-26,15 specifieke kosten LOI 832/50 (leefgeld) 76.099,28 63.796,08 31.720,00-50,28 TOTALE KOSTEN 324.613,25 274.061,88 187.005,33-31,77 recuperatie specifieke kosten SD 832/99 70.697,93 59.877,21 35.718,00-40,35 recuperatie specifieke kosten LOI 832/50 3.031,36 971,83 358,00-63,16 TOTALE RECUPERATIE 73.729,29 60.849,04 36.076,00-40,71 11

subsidies SD 832/99 195.132,68 118.317,77 109.961,37-7,06 subsidies LOI 832/50 193.751,11 168.502,59 133.406,00-20,83 TOTALE SUBSIDIES 388.883,79 286.820,36 243.367,37-15,15 recuperatiegraad SD 832/99 28,45% 28,48% 23,00% recuperatiegraad LOI 832/50 3,98% 1,52% 1,13% subsidiegraad SD 832/99 78,52% 56,27% 70,81% subsidiegraad van het leefgeld LOI 832/50 254,60% 264,13% 420,57% Uitgesplitst per AC, krijgen we het volgende beeld: algemeen bestuur 100/99 2013 2014 verschil % verschil kaskosten 322.218,16 428.412,39 106.194,23 32,96 kasopbrengsten 142.575,55 126.191,43-16.384,12-11,49 kasresultaat -189.642,61-302.220,96-112.578,35-59,36 dienst huishoudhulp 832/45 2013 2014 verschil % verschil kaskosten 655.366,33 587.397,62-67.968,71-10,37 kasopbrengsten 477.289,08 421.360,86-55.928,22-11,72 kasresultaat -178.077,25-166.036,76 12.040,49 6,76 dienst warme maaltijden 832/46 2013 2014 verschil % verschil kaskosten 96.171,27 94.780,91-1.390,36-1,45 kasopbrengsten 40.916,49 40.890,59-25,90-0,06 kasresultaat -55.254,78-53.890,32 1.364,46 2,47 klussendienst 832/47 2013 2014 verschil % verschil kaskosten 16.460,93 7.935,72-8.525,21-51,79 kasopbrengsten 7.988,52 0,00-7.988,52-100,00 kasresultaat -8.472,41-7.935,72 536,69 6,33 LOI 832/50 2013 2014 verschil % verschil kaskosten 169.466,66 134.459,44-35.007,22-20,66 kasopbrengsten 169.774,86 133.766,73-36.008,13-21,21 kasresultaat 308,20-692,71-1.000,91-324,76 sociale dienst 832/99 2013 2014 verschil % verschil kaskosten 554.327,80 477.910,60-76.417,20-13,79 kasopbrengsten 208.629,95 186.446,48-22.183,47-10,63 kasresultaat -345.697,85-291.464,12 54.233,73 15,69 12

6. De evolutie van de gemeentelijke toelage In het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 wordt de ingewikkelde berekening van de gemeentelijke toelage achterwege gelaten. De gemeentelijke toelage, die in de nieuwe BBC-boekhouding geboekt wordt als een exploitatieontvangst, wordt bepaald op basis van een consensus tussen de gemeente en het OCMW in plaats van op basis van een verplicht berekeningsschema. Er moet wel nagegaan worden of het meerjarenplan van het OCMW, op basis van deze gemeentelijke toelage, in evenwicht is. Om dit evenwicht aan te tonen worden dezelfde normen gebruikt als bij de berekening van het financiële evenwicht van de gemeente (namelijk het resultaat op kasbasis moet per financieel boekjaar groter dan of gelijk aan nul zijn en de autofinancieringsmarge van het laatste financiële boekjaar waarop de financiële nota van het meerjarenplan betrekking heeft, moet groter dan of gelijk aan nul zijn - ook mogen er geen andere elementen zijn waaruit blijkt dat het financiële evenwicht fictief is). Daarbij komt voor de OCMW s nog een extra norm, namelijk dat de som van de autofinancieringsmarges voor de ganse periode van de financiële nota groter of gelijk aan nul moet zijn. Die laatste norm werd in het besluit opgenomen (artikel 14, 3 ) om te vermijden dat het OCMW verplicht zou worden activa te verkopen om het financiële evenwicht in stand te houden. De autofinancieringsmarge is positief met 104.982 euro ontvangen GT berekende GT Saldo % verschil berekende GT 2006 720.000 407.532 312.468 2007 734.400 567.753 166.647 39,31 2008 322.695 480.425-157.730-15,38 2009 520.900 790.527-269.627 64,55 2010 797.229 848.041-50.812 7,28 2011 958.225 850.331 107.894 0,27 2012 963.825 744.402 219.422-12,46 2013 978.000 841.789 136.211 13,08 2014 951.958 5 7. Investeringen Sedert de opmaak van het budget 2014 en het meerjarenplan 2014-2019 in de nieuwe BBCboekhouding, worden de investeringsbudgetten volledig vanaf nul geïdentificeerd. een overzicht van de investeringen/desinvesteringen: saldo: -54.471,53 euro o verbouwing LOI -37.639,67 euro o verbouwing doorgangswoning -17.018,94 euro o aankoop wagen -15.972,00 euro o aankoop toepassing BBC - 3.562,67 euro 5 Zowel aan kosten- als aan opbrengstenzijde wordt sedert 2014 een bedrag van 113.704 voorzien voor huur die aan de gemeente betaald wordt voor de kantoren van het sociaal huis. Binnen de gemeentelijke toelage aan het OCMW werd eenzelfde bedrag voorzien, hetgeen vóór 2014 niet het geval was 13

saldo uitgaven -74.193,28 euro o subsidie voor doorgangswoning 17.018,94 euro o verkoop grond 4.960,00 euro o tekort LOI -2.257,19 euro saldo ontvangsten 19.721,75 euro Het OCMW ontving van de Nationale Loterij een subsidie voor de renovatie van de doorgangswoning gelegen te Oud-Heverlee, Waversebaan 125 van 34.000 euro. In de loop van 2014 werd hiervan reeds 17.018,94 euro aangewend. 14

II. De missie van het OCMW van Oud-Heverlee De missie van het OCMW wordt als volgt geformuleerd in artikel 1 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn: Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de OCMW s vult dit aan met volgende doelstellingen: - op het lokale niveau duurzaam bijdragen tot het welzijn van de burgers; - een burgernabije, democratische, transparante en doelmatige uitoefening van bevoegdheden verzekeren. De OCMW-dienstverlening kan van materiële of sociale aard zijn. Het OCMW verleent hulp volgens de meest aangepaste methoden van sociaal werk en heeft hiervoor professionele medewerkers ingeschakeld binnen de sociale dienst en de dienst ouderenbeleid, maar werkt ook actief samen met externe organisaties. 15

III. Sociale dienst De sociale dienst van het OCMW van Oud-Heverlee verleent eerstelijnshulp aan de inwoners van Oud-Heverlee. Elke inwoner kan bij het OCMW terecht met vragen van administratieve, financiële, psychologische of juridische aard. De maatschappelijk assistenten van de sociale dienst bieden ondersteuning bij allerlei problemen en zoeken samen met de cliënt naar oplossingen. 1. Opbrengsten en kosten 6 sociale dienst algemeen (zonder subactiviteit) 2012 2013 2014 verschil % verschil werkingsopbrengsten 1.660,80 50,00 100,00 50,00 + 100,00 recuperatie specifieke kosten (=terugvordering) 70.697,93 59.877,21 35.717,18-24.160,03-40,35 toelagen hulpfonds gas en elektriciteit 26.077,20 19.109,12 32.961,64 13.852,52 + 72,49 staatstoelagen financiële steunverlening 195.132,68 118.317,77 109.961,37-8.356,40-7,06 vergoeding oplaadterminal + subsidie buren voor buren * 8.436,13 1.825,42-6.610,71-78,36 andere opbrengsten 5.111,70 2.835,25 5.880,87 3.045,62 + 107,42 uitzonderlijke opbrengsten 200,00 4,47 0,00-4,47-100,00 totaal opbrengsten 298.880,31 208.629,95 186.446,48-22.183,47-10,63 specifieke kosten sociale dienst 248.513,97 210.265,80 155.285,23-54.980,57-26,15 leveringen en diensten 67.089,62 53.640,20 44.200,89-9.439,31-17,60 loongerelateerde kosten 259.158,86 290.296,39 277.342,95-12.953,44-4,46 financiële kosten 86,77 75,41 6,00-69,41-92,04 minderwaarden op de realisatie van werkingsvorderingen 0,00 0,00 1.075,53 1.075,53 uitzonderlijke kosten 0,00 50,00 0,00-50,00-100,00 totaal kosten 574.849,22 554.327,80 477.910,60-76.417,20-13,99 kasresultaat van het boekjaar -275.968,91-345.697,85-291.464,12 54.233,73 + 15,69 Het aantal personen met leefloon daalde. Dit zorgde in 2014 voor minder uitgaven en dus ook minder staatstoelagen (50-60 % van deze uitgaven worden betoelaagd). Er waren ook minder dossiers van kandidaat-vluchtelingen (equivalent leefloon), minder tussenkomsten in huur, minder verwarmingstoelagen, minder begrafeniskosten en minder tussenkomsten in medische, hospitalisatie- en farmaceutische kosten. 2. Cliënten aantal cliënten 2011 2012 2013 2014 % verschil 622 726 616 621 + 0,8 Van de 621 cliënten die zich in 2014 aanmelden wensten er 13 anoniem te blijven. Het gaat hier doorgaans om cliënten die zich éénmalig aanbieden op het OCMW met een informatieve vraag. 6 Hierbij wordt enkel rekening gehouden met werkelijke kaskosten. Niet-kaskosten zoals voorzieningen, afschrijvingen, waardeverminderingen en herwaarderingen worden m.a.w. niet in rekening gebracht. 16

leeftijd cliënten aantal (incl. dienst huishoudhulp e.a.) < 20 jaar 2 20-29 jaar 14 30-39 jaar 25 40-49 jaar 44 50-64 jaar 62 65-74 jaar 66 75-85 jaar 219 > 85 jaar 121 onbekend 68 totaal 621 Bijna tweederde van de cliënten is ouder dan 75 jaar. 3. Huisbezoeken en spreekuren aantal huisbezoeken aantal gesprekken tijdens spreekuur 2011 708 970 2012 1.062 1.062 2013 843 834 2014 644 678 We stellen zowel een daling van het aantal huisbezoeken als van het aantal cliënten die tijdens het spreekuur langskomen vast. Er is hier niet onmiddellijk een verklaring voor. Een mogelijke reden kan zijn dat de registratie in 2014 niet correct gebeurde omdat er veel personeelswissels waren omwille van zwangerschapsverlof en langdurige ziekte. Het hoge aantal huisbezoeken in 2012 had te maken met de opstart van het huisbezoekenproject 80+ en de inhaalbeweging die hiervoor in 2012 gebeurde. Voor alle nieuwe dossiers wordt minstens één huisbezoek afgelegd bij de opstart van het dossier. Indien de cliënt zich zelfstandig kan verplaatsen worden daarna afspraken gemaakt tijdens de spreekuren op het OCMW. Gezien de ouder wordende bevolking, blijven huisbezoeken belangrijk. Ouderen zijn minder mobiel en kunnen vaak moeilijker naar het OCMW komen. Bovendien is het OCMW moeilijk bereikbaar met het openbaar vervoer. tabel: aantal cliënten, aantal huisbezoeken en aantal aanmeldingen tijdens de spreekuren 17

4. Financiële steunverlening a. Overzicht van de kosten In 2014 zijn de specifieke kosten sociale dienst gedaald met 26,15% %. De onderstaande tabel geeft het detail weer van rubriek 'specifieke kosten sociale dienst'. financiële tussenkomsten/specifieke kosten 2011 2012 2013 2014 verschil % verschil toelage opvoeders gehand. kinderen 2.700,00 2.700,00 bijdrage in medische kosten KV 18.874,44 6.221,81 7.197,46 3.174,19-4.023,27-55,90 bijdrage voor begrafenis- kosten 0,00 1.176,44 3.038,74 487,60-2.551,14-83,95 bijdrage voor farmaceutische kosten 4.191,64 4.157,60 4.089,98 1.479,96-2.610,02-63,13 bijdrage voor hulp psychologische diensten 1.582,87 973,60 135,00-838,60-86,13 bijdrage voor kosten medische verzorging 3.447,14 4.446,31 2.298,94 554,14-1.744,80-75,90 bijdrage voor kosten paramed. verzorging 1.917,96 348,02 837,51 790,63-46,88-5,60 bijdrage voor ondersteunende diensten 1.871,18 1.945,90 2.263,16 317,26 + 16,30 bijdrage voor prestaties derde gezins- en bejaardenhulp 11.794,85 10.838,59 12.409,01 13.006,75 597,74 + 4,82 crisisopvang 0,00 0,00 39,95 124,00 84,05 210,39 geïndividualiseerd integratie project 0,00 1.651,54 534,23-534,23 hospitalisatiekosten 2.415,29 2.983,23 2.206,89 989,45-1.217,44-55,17 inschrijving vreemdelingen register 5.081,94 20.425,06 7.732,73 5.853,35-1.879,38-24,30 installatiepremie 987,09 3.142,44 0,00 integratieproject met student 31.646,24 21.306,75 15.381,28 6.663,02-8.718,26-56,68 leefloon 50% tot 65% 103.056,51 75.216,91 30.361,57 18.845,78-11.515,79-37,93 leefloon aan ex-daklozen 0,00 258,50 336,04 0,00-336,04 mantelzorgtoelage 0,00 6.036,00 6.550,00 514,00 + 8,52 nachtopvang convenant 2.953,00 1.500,00 1.500,00 1.500,00 0,00 sociaal culturele participatie 3.627,25 3.225,39 3.208,98 3.549,40 340,42 + 10,61 sociaal educatieve toelage 3.085,00 2.945,00 2.565,00 2.425,00-140,00-5,46 steun in speciën 9.278,99 6.092,86 14.417,18 7.875,21-6.541,97-45,38 tegemoetkoming en bijdrage in de huur 2.880,00 4.873,90 6.825,00 5.305,00-1.520,00-22,27 tegemoetkoming in de verwarmingskosten 22.800,12 32.354,35 31.112,34 23.536,66-7.575,68-24,35 toekenning leefgeld kandidaat-vluchtelingen 48.011,73 29.354,10 22.587,04 11.645,72-10.941,32-48,44 toekenning van dienstverlening in natura 116,00-116,00 18

toelage palliatieve thuiszorg Leuven 1.500,00 1.500,00 1.500,00 0,00 verblijfskosten van bejaarden in rusthuizen 1.613,59 2.773,06 27.645,77 34.081,21 6.435,44 + 23,28 voorschotten op KB en geboortepremies 5.325,35 5.497,32 499,34 250,00-249,34-49,93 voorschotten op lonen en dergelijke 0,00 0,00 0,00 voorschotten op pensioenen 0,00 0,00 0,00 voorschotten op tegemoetk. gehandicapten 0,00 0,00 0,00 voorschotten op uitkeringen AO en BZ 0,00 0,00 0,00 voorschotten op werkloosheidsuitkeringen 1.271,79 1.023,74 2.869,32 wordt nu elders geboekt / voorschotten op ZIV-uitkeringen 0,00 1.747,00 0,00 totaal 284.640,87 248.513,97 210.265,80 155.285,23-54.980,57-26,15 b. Leefloon In 2014 werd in 10 dossiers leefloon toegekend. Dit zijn er 5 minder dan in 2013. In 2012 en in 2011 werd dit nog in 29 dossiers toegekend. toekenning leefloon aantal - alleenstaande 5 - gezin 4 - samenwonende 1 totaal 10 aantal weigeringen 1 aantal stopzettingen 5 aantal schorsingen 0 11 dossiers betreffende leefloon werden besproken op de zittingen van de raad voor maatschappelijk welzijn (RMW). In 2013 waren dit nog 16 verschillende dossiers. Omwille van volgende redenen werden 5 dossiers stopgezet in de loop van 2014: - verhuis naar andere gemeente 3 - verwerving inkomsten 2 - overlijden 0 - geen student meer 0 In geen enkel dossier werd het leefloon geheel of gedeeltelijk geschorst. 1 aanvraag werd geweigerd omdat betrokkene onvoldoende medewerking verleende aan het sociaal onderzoek. Met 1 student leefloon werd een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie (GPMI) opgesteld. 60 % van het leefloon voor studenten wordt betoelaagd. In de overige dossiers leefloon werd ook een GPMI opgesteld. Deze GPMI s zijn gericht op het zoeken naar werk en/of opleiding en algemene afspraken. In het kader van de activering van de personen die genieten van financiële ondersteuning en rekening houdende met de wettelijke vereisten waaraan moet worden voldaan om de toekenning van leefloon te kunnen schorsen, is het werken met een GPMI noodzakelijk. 19

In 1 dossier werd de socio-professionele integratie (SPI)-vrijstelling toegepast 7. Wie in Oud-Heverlee een informatieve vraag naar leefloon stelt, wordt door de sociale dienst als volgt voortgeholpen: de woonsituatie en de mogelijkheid tot het verwerven van eigen inkomsten worden onderzocht, indien zinvol wordt onmiddellijk doorverwezen naar sociale tewerkstelling, er wordt een budgetplan opgesteld, Na deze screening beslissen de meesten geen effectieve aanvraag tot het bekomen van leefloon in te dienen. Ze beseffen immers dat wonen met een leefloon in Oud-Heverlee zo goed als onmogelijk is en verkiezen een andere oplossing, nl. een woonst zoeken in een stad en daar een aanvraag tot leefloon doen. c. Terugvorderbare financiële steun aantal cliënten aantal steunen toekenningen weigeringen 2012 16 20 2013 12 14 14 2 2014 17 21 19 0 De 21 toegekende terugvorderbare financiële steunen betroffen : huurwaarborg 6 1ste maand huur 4 aankoop stookolie 3 plaatsingskosten 2 voorschotten 3 Ten laste name begrafeniskosten 1 aankoop badlift 1 voorkomen waterafsluiting 1 totaal 21 In 8 dossiers nam de voorzitter bij hoogdringendheid een beslissing. Het betrof aanvragen huurwaarborg, eerste maand huur, aankoop stookolie, voorkomen waterafsluiting, toekenning voorschot en ten laste name begrafeniskosten. Deze dossiers werden op de eerstvolgende raad voor maatschappelijk welzijn voorgelegd ter bekrachtiging. In 11 dossiers werd een maandelijkse terugbetaling aan de cliënt gevraagd. Voor 2 dossiers werd een hypotheek genomen op de gezinswoning. De andere steunen konden gerecupereerd worden bij de betrokken instanties. 7 Een leefloner die een erkende beroepsopleiding volgt of gaat werken, ontvangt een vergoeding of loon. Tot een bepaald bedrag - de socio-professionele vrijstelling - worden deze inkomsten niet afgetrokken van het leefloon. De socio-professionele vrijstelling bedraagt algemeen: 234,55 EUR per maand inkomsten uit artistieke activiteiten: 2.814,65 EUR per jaar inkomsten uit arbeid door studenten: o met studiebeurs: 65,42 EUR per maand o zonder studiebeurs: 234,55 EUR per maand (bedragen geldig op 1 december 2012) 20

d. Niet terugvorderbare financiële steun aantal cliënten aantal steunen 2012 25 24 2013 20 21 2014 16 17 De toegekende financiële steun betrof : aantal medische, farmaceutische, paramedische en hospitalisatiekosten 10 energiekosten 1 begrafeniskosten 1 dringende medische kosten 1 aanstelling voorlopig bewindvoerder 1 herstellingskosten auto ifv woon-werkverplaatsing 1 ten laste namen kosten huishoudhulp 1 tussenkomst vervoer 1 1 aanvraag tot tussenkomst in huur werd geweigerd omwille van een illegaal verblijf in ons land. Het merendeel aan niet terugvorderbare steunen wordt toegekend aan cliënten die reeds een intensieve begeleiding kennen bij de sociale dienst onder vorm van budgetbegeleiding of budgetbeheer. De begeleidend maatschappelijk werker doet een voorstel tot tussenkomst in medische, paramedische, hospitalisatie of andere kosten, bvb. voor psychologische ondersteuning. Vaak is ook extra ondersteuning in de vorm van bvb. gezinshulp bij deze gezinnen noodzakelijk. Hiervoor wordt soms een tussenkomst vanuit het OCMW gevraagd. Deze vorm van ondersteuning betekent heel veel voor de gezinnen met financiële problemen en veel schulden. T.o.v. 2013 merken we een daling van het aantal niet-terugvorderbare steunen en een stijging van het aantal terugvorderbare steunen. e. Sociaal educatieve toelagen Er werden in 16 dossiers voor een totaal bedrag van 2.250 EUR aan sociaal educatieve toelagen uitgekeerd. De toegekende premies betroffen : - 30 EUR voor een kind in het kleuter onderwijs - 40 EUR voor een kind in het lager onderwijs - 75 EUR voor een kind in het middelbaar onderwijs - 100 EUR voor een kind in het hoger onderwijs In totaal werd voor 33 kinderen een premie uitgekeerd. 4 aanvragen werden geweigerd: tweemaal omwille van te hoge inkomsten, in 1 dossier beschikten we over onvoldoende gegevens om een beslissing te kunnen nemen en in 1 dossier waren de kinderen niet gedomicilieerd in Oud-Heverlee. 21

jaar aantal cliënten 2011 29 2012 17 2013 19 2014 16 We blijven een daling van het aantal toekenningen van sociaal educatieve toelagen vaststellen. In 2013 werd de inkomensgrens verhoogd tot grens voor het recht op een verhoogde verzekeringstegemoetkoming. Voor 2014 waren de inkomensvoorwaarden tot het bekomen van een sociaal educatieve toelage de volgende: het gezamenlijk belastbaar inkomen van de aanvrager en van alle andere personen die met hem dezelfde woning betrekken, van 2 jaar voorafgaande aan het jaar van de aanvraag, mag niet hoger zijn dan 16.743,70 EUR + 3.099,72 EUR per kind ten laste. We stellen vast dat deze aanpassing niet leidde tot een verhoging van het aantal aanvragen. De inkomensgrens ligt dus waarschijnlijk nog te hoog. De vraag is echter of we de alleenstaande ouder met een hoger inkomen financieel wensen te ondersteunen. Een andere reden kan zijn dat de personen uit de doelgroep onvoldoende op de hoogte zijn van het bestaan van de premie. De premie wordt bekendgemaakt via het gemeentelijk infoblad en de website, maar misschien lezen velen dit niet. De gemeentelijke basisscholen en de kinderkribbe van de gemeente zijn bereid hierover vanaf 2015 via mailing informatie aan de ouders te verschaffen. Er is geen staatstoelage voor sociaal educatieve toelagen. f. Premie aan studenten met leefloon In 2014 ontving 1 student met leefloon en 1 studente met equivalent leefloon een studiepremie. Totaal uitgaven: 175 EUR Het bedrag van de studiepremie is gelijklopend met de sociaal educatieve toelage. jaar aantal cliënten 2011 6 2012 3 2013 0 2014 2 g. Steunverlening aan behoeftigen zonder inschrijving in een bevolkingsregister Er werden 3 dossiers equivalent leefloon (financiële steun) geregistreerd in 2014. In 2013 betrof het eveneens 3 dossiers. Deze 3 dossiers waren alle reeds lopend sedert minstens 2013. Een persoon met equivalent leefloon startte in 2012 met een tewerkstelling o.b.v. art. 60 7 OCMW-wet. Deze tewerkstelling liep af begin 2014. Alle begunstigden ontvingen een equivalent leefloon (of loon via de tewerkstelling o.b.v. art. 60 7 OCMW-wet) en/of een terugbetaling van medische- en farmaceutische kosten (indien niet in regel met mutualiteit). 22

De begeleiding van deze cliënten beperkt zich niet tot financiële en administratieve ondersteuning. Daar de meesten in onze gemeente verblijven is intensieve begeleiding nodig. Over het algemeen wonen zij immers voor het eerst zelfstandig. Voor sommigen werd een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie (GPMI) opgesteld. Elke verandering in hun levenssituatie (asielprocedure of werk) moet steeds gemeld worden. Om misbruiken te vermijden wordt sedert 2007 elke maand via de Kruispuntbank Sociale Zekerheid nagegaan of de begunstigden al dan niet werken. h. Steunverlening aan behoeftigen in de lokale opvanginitiatieven (LOI) In 2014 waren er 5 dossiers, tegenover 10 in 2013. Er waren geen nieuwe dossiers (alleenstaanden/gezinnen) in 2014 (4 in 2013), terwijl 2 dossiers dat jaar werden stopgezet (vorig jaar 6). Dit komt doordat het aantal plaatsen door Fedasil verlaagd is van 18 naar 12. Het blijft moeilijk om voor gezinnen met (tijdelijke) verblijfsdocumenten een nieuwe woonst te vinden wanneer zij het LOI dienen te verlaten. Uiteraard is dit nog moeilijker voor gezinnen die het LOI zonder papieren dienen te verlaten. Om deze reden werden terugkeercentra opgericht. Voor meer informatie betreffende de lokale opvanginitiatieven, zie verder. i. Sociaal Verwarmingsfonds Het Sociaal Verwarmingsfonds komt gedeeltelijk tussen in de betaling van de verwarmingsfactuur van personen die zich in een financieel moeilijke situatie bevinden. Het Sociaal Verwarmingsfonds wordt gespijsd via een solidariteitsbijdrage op alle olieproducten die bestemd zijn voor verwarming (huisbrandolie en bulk propaangas). Het OCMW treedt op als tussenpersoon en ontvangt hiervoor een beheerskost van 10 EUR per dossier. aantal cliënten aantal toegekende toelagen aantal weigeringen of uitstellen 2011 141 133 8 2012 156 180 7 en 5 uitgaven staatstoelagen en terugbetalingen verschil 24.182,29 25.218,90 1.036,61 tussenkomst werking totaal saldo 32.354,35 32.040,83 313,52 1.560,00 1.873,52 2013 145 176 4 en 1 31.112,32 30.482,12 630,20 1.450,00 2.080,20 2014 131 128 3 24.166,66 26.786,66 1.180,00 1.180,00 1.440,00 De aanvraagperiode voor de verwarmingstoelage liep van 1 januari tot en met 31 december 2014. Tijdens deze periode werden 128 toelagen toegekend betreffende leveringen in 2014. Dit cijfer verschilt van de boekhouding omdat op de raad van januari er ook nog beslissingen werden genomen betreffende leveringen in 2013 en deze werden uitbetaald in 2014. j. Mantelzorgtoelagen Sedert januari 2013 kent het OCMW de mantelzorgtoelagen toe. Voordien was het de gemeente die de premie uitkeerde. Een mantelzorgtoelage kan worden toegekend onder volgende voorwaarden: een mantelzorger is iemand die vrijwillig, daadwerkelijk en onbezoldigd zorgen verleent aan een inwoner van Oud-Heverlee die zorgbehoevend is 23

de zorgbehoevende is door ziekte, ongeval, handicap van ten minste 66% of omwille van gevorderde leeftijd niet meer in staat zichzelf te verzorgen en dagelijkse elementaire huishoudelijke taken te verrichten zodat hulp van een derde persoon noodzakelijk is. de zorgbehoevende heeft geen recht op toelagen van de Vlaamse zorgverzekering het inkomen van de zorgbehoevende mag niet hoger zijn dan tweemaal het leefloon met het kadastraal inkomen (KI) van de eigen woning van de zorgbehoevende wordt geen rekening gehouden; er wordt wel rekening gehouden met het niet geïndexeerd KI van betrokkenes andere eigendommen x 3 en dit wordt bij het inkomen geteld de mantelzorger neemt minstens 3 zorgtaken op de partner die voor zijn echtgenoot zorgt komt niet in aanmerking de zorgbehoevende moet in de gemeente wonen, de mantelzorger moet niet in de gemeente wonen de raad voor maatschappelijk welzijn beslist over de toekenning van de toelage. Bij een gunstige beslissing heeft de toekenning uitwerking vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop de aanvraag is ingediend. De mantelzorgtoelage wordt driemaandelijks uitgekeerd. wanneer de zorg niet verleend wordt gedurende een periode van 1 maand of langer (wegens hospitalisatie of andere redenen), wordt de toelage voor die periode niet uitbetaald. Bij overlijden of verhuis van de zorgbehoevende buiten de gemeente, wordt de zorgtoelage stopgezet vanaf de eerste dag van de maand die volgt op het overlijden of de verhuis de centrale mantelzorger en de zorgbehoevende zijn verplicht het OCMW in te lichten omtrent wijzigingen die een invloed hebben op de toekenning van de zorgtoelage. Bij misbruik wordt de toelage teruggevorderd. Het aanvraagdossier bestaat uit: aanvraagformulier = sociaal onderzoek doktersattest inkomstenbewijs bewijs kadastraal inkomen De premie wordt uitgekeerd aan de centrale mantelzorger (1 persoon). Bedrag mantelzorgtoelage = 50 EUR/maand voor een alleenstaande of voor meerdere zorgbehoevenden op eenzelfde adres. De dossiers worden om de drie maanden (in lijstvorm) aan de raad voor maatschappelijk welzijn voorgelegd waarna de uitbetalingen aan de mantelzorger gebeuren. Elke zorgbehoevende wordt één keer per jaar aan huis bezocht en zijn toestand wordt opnieuw geëvalueerd. Bij voorkeur is ook de mantelzorger bij dit gesprek aanwezig. aantal begunstigden totaal uitgaven 2013 11 6.022 EUR 2014 12 6.550 EUR In totaal ontvingen 12 personen een mantelzorgtoelage. We ontvingen 2 nieuwe aanvragen. De andere dossiers liepen reeds van in 2013. 3 dossiers werden stopgezet: 2 omwille van overlijden van de zorgbehoevende en 1 omdat het inkomen van de zorgbehoevende boven de vastgestelde grens lag. 24

k. Tussenkomsten in kosten voor verblijf in woonzorgcentra Er werden 2 nieuwe betalingsverbintenissen afgesloten in 2014. 6 betalingsverbintenissen waren lopende. Voor 4 (van de 8) personen werd effectief tussengekomen in de betaling van verblijfskosten in een woonzorgcentrum. aantal uitgaven terugbetalingen verschil 5 34.081,21 20.999,99 13.081,22 l. Socio-culturele en sportieve participatiepremie aantal uitgaven subsidies verschil 60 3.549,40 3.549,40 0,00 EUR jaar subsidie aantal begunstigden 2011 3.158,65 2012 3.232,00 2013 3.204,00 40 2014 2.553,00 996,40 via dienst vrije tijd 3.549,40 Doelgroep: - cliënten leefloon - cliënten in budgetbeheer/budgetbegeleiding - cliënten in langdurige begeleidingen Subsidie 1 - toelagen voor sociale, culturele en sportieve participatie: tbv 1.565 EUR Het betreft tussenkomsten voor inschrijvingsgeld, lidgeld, benodigdheden, uitrusting en toegangstickets voor: - activiteiten van een vereniging, (sport)club, jeugdbeweging, - schoolreizen of schooluitstappen - vakantiekampen of speelpleinen - dagtoerisme of georganiseerde vakanties via het Steunpunt Vakantieparticipatie De toelage bedraagt maximaal 100 EUR per gezinslid. De premies worden toegekend tot uitputting van het bedrag waarover het OCMW beschikt. Welke bewijzen? 1. bewijs van betaling van het lidmaatschap, de activiteit, de uitrusting of de benodigdheden 2. bewijs van inschrijving of deelname aan schooluitstap, sportkamp, Subsidie 2 - toelagen voor maatschappelijke integratie van kansarme kinderen: tbv 988 EUR Het betreft een tussenkomst voor de maatschappelijke integratie van kansarme minderjarigen voor: 1. schoolondersteuning, bijvoorbeeld: schoolboeken, fotokopieën, bijlessen. 2. ondersteuning van het kind door een specialist, bijvoorbeeld: opsporen van specifieke leerstoornissen: dyslexie, dyscalculie, vroegtijdig opsporen van psychische problemen bij kinderen 46 14 25

omgaan met trauma s en rouwsituaties omgaan met emoties en stress herstellen van de gezinsband 3. paramedische ondersteuning, bijvoorbeeld: raadpleging of tussenkomst van een specialist: diëtist, logopedist, kinesitherapeut, oogarts, aankopen van noodzakelijke benodigdheden: bril, hoorapparaat, tandprothese, aankoop van pedagogische hulpmiddelen of spelletjes De toelage bedraagt maximaal 100 EUR per kind. De premies worden toegekend tot uitputting van het bedrag waarover het OCMW beschikt en op basis van afdoende bewijzen. Subsidie 3 - sportieve participatie (BLOSO via de gemeente): t.b.v. 1.500 EUR De dienst vrije tijd van de gemeente is verplicht een gedeelte van de subsidie voor sport en cultuur, die ze ondermeer via BLOSO ontvangt, te besteden aan kansengroepen. Begin 2014 werden hierrond afspraken gemaakt tussen het OCMW en de dienst vrije tijd van de gemeente. Om de privacy van de leden van de doelgroep te waarborgen, werd ervoor gekozen om de subsidie integraal aan het OCMW te storten ter aanvulling van de subsidie sociaal culturele participatie Voor het jaar 2014 ontving het OCMW 655,98 EUR minder voor subsidie 1 en 2. Dankzij de aanvullende subsidie via de gemeente konden uiteindelijk toch alle aanvragen gehonoreerd worden. 5. Sociale tewerkstelling 2 personen waren in de loop van 2014 aan het werk op basis van artikel 60 7 OCMW-wet. Beide genoten vóór deze tewerkstelling van een leefloon. Vermindering van uitgaven tov. 2013 = 6.172,17 euro jaar aantal 2011 4 2012 5 2013 3 2014 2 6. Voedselbedeling Sedert 1990 ontvangt het OCMW van het Belgisch Interventie en Retributie Bureau (BIRB) voedingswaren. Vanaf 2014 werd deze dienstverlening overgenomen door de POD maatschappelijke integratie, door het Fonds voor Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD). In 2014 werden volgende voedingswaren bedeeld: melk 2100 liter zalm 396 blikken makreel in tomaat 450 blikken vanillepuddingpoeder 504 dozen olie 60 liter erwten en wortelen 516 blikken 26

confituur 252 potten stoofvlees 828 blikken gepelde tomaten 504 blikken champignons 696 blikken fruitcocktail 780 blikken aardappelvlokken 850 dozen macaroni 590 dozen Omdat enkele producten laat geleverd werden vond de effectieve verdeling pas begin 2015 plaats. Deze voedingswaren werden door de sociale dienst verdeeld onder personen die genieten van het (equivalent) leefloon, kandidaat vluchtelingen, personen in budgetbegeleiding of budgetbeheer en andere behoeftige personen. De toegekende hoeveelheid werd bepaald aan de hand van de gezinssamenstelling. In totaal ontvingen 86 volwassenen en 26 kinderen (jonger dan 15 jaar) een voedselpakket. 7. Referentieadres bij het OCMW Om te vermijden dat daklozen een aantal rechten, zoals bijvoorbeeld het recht op uitkeringen, zouden verliezen omdat ze administratief onbereikbaar zijn, heeft de wetgever de mogelijkheid voorzien dat zij een referentieadres nemen bij het OCMW. Dit geldt enkel voor daklozen en niet voor bijvoorbeeld campingbewoners, woonwagenbewoners,... Bovendien moet de dakloze aan een aantal voorwaarden voldoen. In 2014 deden 4 personen een aanvraag tot toekenning van een referentieadres. Aan 2 van hen werd dit toegekend. 2 werden geweigerd omwille van geen ambtelijke schrapping en voldoende inkomen. 8. Vakantieparticipatie Binnen Toerisme Vlaanderen werd in mei 2001 het Steunpunt Vakantieparticipatie opgericht. Het steunpunt richt zich vooral op mensen die omwille van financiële, familiale of andere redenen niet de mogelijkheid hebben om op vakantie te gaan. Het aanbod bestaat uit - daguitstappen - individuele vakanties - groepsvakanties - georganiseerde vakanties De daguitstappen kunnen rechtstreeks via het OCMW gereserveerd worden bij de attractie zelf. Voor de vakanties begeleidt het OCMW de cliënt bij de aanvraag via het Steunpunt. In vergelijking met 2013 zien we dat er in 2014 evenveel daguitstappen georganiseerd werden. In 2014 werden, na tussenkomst van het OCMW, 11 daguitstappen gereserveerd. In 2014 gingen 3 gezinnen op vakantie na tussenkomst van het OCMW. Dit is 1 minder dan in 2013. Omdat de meerwaarde van vakantieparticipatie hoog wordt ingeschat zullen cliënten in 2015 actiever geïnformeerd worden over de werking. De bedoeling is om de drempel te verlagen en meer mensen gebruik te laten maken van het aanbod. 27

9. Noodopvang Het is noodzakelijk binnen de gemeente te beschikken over de mogelijkheid tot opvang van inwoners in een acute crisissituatie. De mogelijkheden tot opvang binnen de reguliere noodopvang in het Leuvense zijn immers beperkt. De diensten zijn er overbevraagd. Het OCMW beschikt sedert 2 juni 2009 op de Waversebaan 125 over een eigen studio met twee plaatsen voor noodopvang. De crisisopvang geraakte in 2012 in onbruik omwille van het stukgaan van de verwarmingsketel. De gehele studio was dringend aan renovatie toe. In 2014 werd gestart met de renovatiewerken. De werken worden uitgevoerd door doelgroepwerknemers van IGO Leuven. Zij krijgen de kans om verschillende facetten uit hun opleiding bouw in de praktijk te brengen. Omdat het hier om doelgroepwerknemers gaat verlopen de werken trager dan voorzien. De werken zullen pas medio 2015 afgerond zijn. Voor de uitvoering kunnen we rekenen op een subsidie van de Nationale Loterij van 41.500, waarvan 34.000 voor de renovatie- en verbouwingswerken en 7.500 voor de inrichting en uitrusting. In 2014 kregen we 1 aanvraag voor crisisopvang: 1 koppel uit La Hetraie werd tijdelijk opgevangen in een appartement in de vroegere pastorie van Sint-Joris-Weert 10. Gerechtelijke uithuiszettingen Het OCMW wordt preventief op de hoogte gebracht wanneer vorderingen tot uithuiszetting bij de rechtbank worden ingeleid omdat een huurder zijn contractuele verplichtingen niet nakwam (bvb. huur niet betaalde). Indien het proces is ingeleid bij vrijwillige verschijning of verzoekschrift, dan is het de griffier die het OCMW waarschuwt. Ging aan het vonnis een dagvaarding vooraf, dan zal de gerechtsdeurwaarder het OCMW op de hoogte brengen. Na deze verwittiging contacteert het OCMW de huurder om hulp of begeleiding aan te bieden. In 2014 ontvingen we slechts 1 melding. In 2013 ontvingen we nog 5 meldingen van gerechtelijke uithuiszettingen. In 2012 waren dit er 4. Bij navraag bij de juriste verbonden aan het OCMW blijkt dat er bij de rechtbank nog weinig vorderingen tot uithuiszetting worden ingeleid. De procedure is voor de verhuurder ingewikkeld en vraagt veel tijd. De meeste verhuurders proberen een onderlinge overeenkomst met hun huurder af te sluiten. 11. Individueel verminderd tarief kinderopvang Sedert 1 april 2014 hebben de OCMW s een extra taak. Zij dienen het sociaal onderzoek te voeren voor ouders die gebruik maken van een kinderopvangvoorziening en recht zouden hebben op een individueel verminderd tarief. Er zijn in de regelgeving 3 redenen opgenomen die ouders, voor wie het onmogelijk is om het berekende inkomenstarief te betalen, recht geven op een individueel verminderd tarief. Concreet gaat het om volgende situaties: een ouder die leefloongerechtigd is: deze ouder zal het minimumtarief moeten betalen voor een opvangdag, zijnde 1,56 EUR in 2014; een ouder die werkloosheidsuitkeringen ontvangt: er volgt een herberekening op basis van de inkomensgegevens werkloosheid; een moeilijke financiële situatie. 28

12. Projectwerking : aanpak van financiële problemen en kansarmoedebestrijding Aanvullend op de huidige werking en de bestaande acties van de sociale dienst werden in 2014 voor de eerste keer een aantal projecten georganiseerd, specifiek naar kansengroepen, zoals voorzien in de meerjarenplanning. De doelgroep kansengroepen werd als volgt afgebakend: personen in budgetbeheer en - begeleiding, schuldbemiddeling, met (equivalent) leefloon of tewerkgesteld onder artikel 60 7 en inwoners met een beperkt inkomen (bijvoorbeeld gekend via de sociaal educatieve toelage). In eerste instantie heeft de sociale dienst gewerkt rond het thema energie en de daaraan gelinkte armoedebestrijding. De projecten werden georganiseerd in samenwerking met de externe partners WoonInfoPunt Wonen tussen Dijle en Velp (hierna WIP genoemd) en LOGO. De groepswerking liet toe mensen te informeren en op een aangepaste manier te ondersteunen. Een bijkomende meerwaarde was dat personen met elkaar en dus met personen die in vergelijkbare omstandigheden verkeren, in contact kwamen. Ze konden hun verhaal en ervaringen delen en tips uitwisselen. Cliënten werden rechtstreeks geïnformeerd tijdens de gewone contacten binnen de begeleiding door het OCMW en gesensibiliseerd om actief deel te nemen aan de groepswerking. Volgende acties werden ondernomen : Individueel thema ENERGIE De infobrochure hoe waterverbruik beperken? werd meegegeven aan de cliënten die een voedselpakket afhaalden. Deze brochure ging uit van de VMM (Vlaamse Milieu Maatschappij). Het doel was om het waterverbruik te verminderen. Daarnaast werd een handdoek meegegeven, die ter beschikking werd gesteld door de VMM. De personen uit de doelgroep werden uitgenodigd om op 2 oktober 2014 langs te komen op het OCMW bij een medewerker van het WIP voor een V-test. De Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt, kortweg VREG, laat toe aan de hand van de gegevens van de laatste afrekening van de energiefactuur (gas en/of elektriciteit) online te berekenen bij welke leverancier iemand op dat moment het minste zou betalen. De 9 vastgelegde afspraken werden nageleefd. Bij 2 personen kon de V-test niet uitgevoerd worden wegens het niet bijhebben van de factuur. Zij konden hun factuur later nog binnenbrengen bij de sociale dienst, zodat het Wooninfopunt op een later moment die V-test alsnog kon uitvoeren. Dit is slechts door 1 persoon gebeurd. Sommigen cliënten brachten uit eigen initiatief hun waterfactuur mee. De medewerker van het WIP heeft deze ook met hen besproken. Bij 3 personen werd vastgesteld dat een voordeliger tarief mogelijk was en is een effectieve overstap gebeurd naar een nieuwe leverancier. 29

Doordat 2 personen recht hadden op het sociaal tarief voor elektriciteit en/of gas, was de overgang naar een nieuwe leverancier niet van toepassing. De energiekostprijs is in dit geval steeds dezelfde, ongeacht de leverancier. Enkele cliënten hadden een hoog elektriciteits- en waterverbruik. De medewerker van het WIP besprak dit uitgebreid met de cliënt en gaf tips om energie en water te besparen. Bij 1 cliënt ging hij aan huis om ter plaatse na te gaan wat de oorzaak zou kunnen zijn van het hoge verbruik. Bij een aantal cliënten werd vastgesteld dat een energiescan nuttig zou zijn. Tijdens een energiescan wordt nagegaan welke maatregelen kunnen bijdragen tot het verlagen van het energieverbruik. Verder worden er concrete acties ondernomen zoals: o gloeilampen worden vervangen door spaarlampen o isolatie van buizen o folie achter radiatoren o douchekop vervangen door spaardouchekop Indien uit de scan of tijdens een huisbezoek door een medewerker van het OCMW blijkt dat men een woning of appartement huurt met gebreken die ten laste zijn van de eigenaar, wordt dit doorgegeven aan het WIP. Dit zal zeker gebeuren bij geen of onvoldoende dakisolatie. De medewerker van het WIP zal de eigenaar informeren over de nieuwe wetgeving met betrekking tot de dakisolatie, de bestaande premies en eventuele sancties. Onder bepaalde voorwaarden kan de verhuurder genieten van een extra hoge premie als hij zich in regel brengt met dakisolatie, dit in kader van het sociaal dakisolatieproject. Om de cliënten effectief door te verwijzen voor een energiescan dienen er eerst nog contacten gelegd met Kringwinkel Hageland (zie verder onder woonbeleid ). Na afloop van de V-testen werden deze uitgebreid toegelicht aan de betrokken maatschappelijk assistenten van de sociale dienst. In samenspraak met de medewerker van het WIP werden afspraken gemaakt over het verdere verloop van de opvolging. De sociale dienst en de medewerker van het WIP vonden de eerste editie van de V-test een geslaagd initiatief. De samenwerking verliep heel vlot en werd door beide partijen als zeer positief ervaren. De maatschappelijk assistenten waren tevreden over de opkomst van de cliënten. Sommigen hadden effectief verlof genomen om de V-test te laten uitvoeren. De test heeft ertoe bijgedragen dat mensen zich bewuster zijn van hun energiekost en - verbruik. Het is nodig om de test minstens eens per jaar te herhalen om zich bewust te blijven van de energiekosten alsook van het energieverbruik en om ervoor te zorgen dat de cliënten over het meest voordelige tarief kunnen beschikken. Bij aanvang werd overwogen om de test om de 6 maanden uit te voeren, maar aangezien het WIP ook jaarlijks een V-test aanbiedt binnen de gemeente voor alle inwoners, menen we dat een extra jaarlijkse sessie, specifiek voor de cliënten van het OCMW, volstaat. thema ARMOEDEBESTRIJDING 30

Tijdens de cliëntencontacten op de sociale dienst werd gewezen op de voordelen waarvoor ze in aanmerking komen, zoals vakantieparticipatie, studietoelagen, sociaal educatieve toelagen, Alle mogelijke besparingsmaatregelen werden met hen bekeken: bv. goedkoper GSM-abonnement, doorverwijzing van sociale kruidenier en kringwinkel, Afbouw cliënten budgetbeheer Het OCMW kende ook in 2014 een continue instroom van cliënten rond budgetbegeleiding, budgetbeheer en schuldbemiddeling. Alle maatschappelijk assistenten zijn erkend als schuldbemiddelaar en worden wekelijks ondersteund door een advocate verbonden aan de dienst. Budgetbeheer is een integrale begeleiding. Het financiële heeft immers invloed op alle levensdomeinen van de betrokkene (wonen, voeding, gezondheid, opleiding, ). Deze begeleiding heeft een verregaande impact op het leven. Het biedt stabiliteit en zekerheid, maar leidt ook tot een zekere afhankelijkheid, hetgeen de afbouw vaak bemoeilijkt. De sociale dienst startte in 2014 met een nieuwe methodiek inzake budgetbeheer. Een cliënt werd bij aanvang gewezen op de einddoelstelling, namelijk dat deze persoon in de toekomst opnieuw zou kunnen instaan voor de eigen financiële situatie. Hierbij is er een bepaalde taak weggelegd voor de maatschappelijk assistent, namelijk dat, in tegenstelling tot hetgeen vroeger soms gebeurde, van in het begin de cliënt zo maximaal mogelijk betrokken wordt bij de eigen financiële en administratieve situatie met de bedoeling (meer) invloed uit te oefenen op zijn eigen leven (empowerment). Deze werkwijze zorgt ervoor dat de cliënt minder afhankelijk wordt van de maatschappelijk assistent en vergemakkelijkt de afbouw op het einde van het budgetbeheer. De bedoeling is deze methodiek verder op punt te stellen en uit te schrijven. Groepswerking Jaarlijks zal op basis van actuele thema's en het beschikbare aanbod ingezet worden op groepswerking. Groepswerking biedt afwisseling voor de klassieke 1 op 1 benadering en biedt de mogelijkheid aan de cliënten om hun ervaringen te delen. Het kan bijdragen tot het besef dat ze niet alleen staan, dat er nog mensen zijn in vergelijkbare situaties. Mensen leren (opnieuw) contacten leggen, hetgeen belangrijk is voor hun sociale leven en hun zelfbeeld. In juli 2014 onderzocht de sociale dienst de mogelijkheden binnen het aanbod van WIP en LOGO en werd er gekozen om in te gaan op het thema gezond binnenmilieu. Ongeveer 30 personen werden telkens per brief uitgenodigd. In de week voorafgaand aan de workshops werden diegenen die nog niet gereageerd hadden, persoonlijk gecontacteerd. Enkelen gaven aan niet te kunnen komen omdat ze moesten werken of nog studeerden. Anderen hadden onvoldoende kennis van de Nederlandse taal en sommigen waren bang om in groep samen te komen. De sociale dienst stelde vast dat het opstarten van een groepswerking en het motiveren van de cliënten om deel te nemen niet zo evident is. Cliënten moeten echt overtuigd worden van de meerwaarde. 31

De eerste workshop vond plaats op 17 november 2014, onder begeleiding van LOGO met het thema 'gezond thuis'. Aan deze workshop namen 5 personen deel. 3 cliënten konden er op het laatste moment omwille van omstandigheden niet bijzijn. De cliënten leerden het verschil tussen een gezonde en een ongezonde woning. Per woonvertrek ging LOGO samen met de aanwezigen na welke stappen men kan nemen om een gezonde leefomgeving te creëren. Er werd door iedereen actief medewerking verleend en zowel de cliënten als de begeleider vonden het een leerrijke ervaring. Cliënten gingen tijdens de workshop op een spontane manier met elkaar in gesprek en deelden een aantal tips en ideeën. De twee volgende workshops rond 'energievriendelijk wonen' en 'gezonde lenteschoonmaak' waren gepland voor 2015 en gingen door op 29 januari en 4 mei 2015 respectievelijk in samenwerking met het WIP en LOGO. Op basis van de eerste workshop mogen we besluiten dat het samenbrengen van cliënten een goede manier is om bepaalde informatie over te brengen en om met elkaar in contact te komen en van elkaar te leren. Bij de toekomstige groepsmomenten willen we nog steeds de nadruk leggen op het informeren van de cliënten alsook ruimte creëren om meer ontspannende activiteiten te organiseren. Op die manier hopen we op meer diepgaande contacten tussen de cliënten en op de vorming van een (H)ECHTE groep. Bijna iedereen die een of meerdere workshops heeft gevolgd, is enthousiast om in de toekomst nog deel te nemen aan nieuwe initiatieven. We hebben besloten de groepswerking niet verplicht te maken, maar blijven telkens opnieuw iedereen motiveren en uitnodigen. 13. Oplaadpunt voor budgetmeter voor aardgas en elektriciteit OCMW Oud-Heverlee beschikt sedert december 2010 over een oplaadpunt voor de budgetmeter aardgas. Sedert 1 augustus 2011 is het ook mogelijk op te laden voor de budgetmeter elektriciteit. Huishoudelijke cliënten die, omwille van wanbetaling, door hun commerciële energieleveranciers worden opgezegd (en geen andere leverancier vinden) komen bij hun distributienetbeheerder terecht, die dan als sociale leverancier optreedt. De bedoeling hiervan is te voorkomen dat zij plots zonder energie vallen. In Oud-Heverlee is de sociale leverancier voor gas en elektriciteit Infrax. Indien de cliënt de facturen van deze sociale leverancier evenmin correct betaalt en in gebreke wordt gesteld, zal deze een budgetmeter plaatsen. Op die manier wordt ervoor gezorgd dat de cliënt verder energie kan verbruiken en wordt vermeden dat er een nieuwe schuld ontstaat. Mensen in budgetbeheer kunnen ook zelf een budgetmeter aanvragen. In 2014 beschikten 21 inwoners over een budgetmeter voor elektriciteit en/of gas. De budgetmeter werkt enkel indien hij opgeladen is met een kaart. Deze kaart ziet eruit als een bankkaart en kan opgeladen worden in de oplaadterminal bij het OCMW. De cliënt kan een bedrag op de kaart plaatsen en beschikt dan over gas of elektriciteit voor dat bedrag. De betaling en oplading gebeurt sedert begin 2014 door de cliënt zelf via een oplaadterminal die zich in de hal van het OCMW bevindt. 32

Voordien gebeurden de opladingen via een PC in het bureel van de maatschappelijk assistenten. De nieuwe manier van werken biedt meer privacy voor de cliënt. De terminal in de hal is beter beschikbaar en de cliënt hoeft zich niet te houden aan de openingsuren van het OCMW. Voor de maatschappelijk assistenten betekent het een tijdsbesparing. Zij bieden assistentie aan de personen die dit wensen, maar de meesten kunnen na een paar opladingen zelfstandig de terminal bedienen. jaar aantal opladingen 2011 47 2012 61 2013 101 2014 75 Infrax plaatste ook oplaadterminals in het OCMW van Leuven en op andere locaties. Cliënten kunnen zo op weg naar of van hun werk vlot een oplading uitvoeren. Hierdoor daalde het aantal opladingen bij ons OCMW t.o.v. 2013. Voor het ter beschikking stellen van een ruimte en het begeleiden van personen bij de oplading ontving het OCMW van Infrax een vergoeding van 1.825,42 EUR. 33

IV. Dienst schuldbemiddeling Het OCMW heeft sedert 2004 een erkenning om aan schuldhulpverlening te doen en ontvangt subsidies voor de tewerkstelling van een halftijds personeelslid. De dienst schuldbemiddeling wordt sinds 1 juni 2009 niet langer als een aparte dienst binnen het OCMW gezien: de schuldhulpverlening wordt opgenomen door alle maatschappelijk assistenten van de sociale dienst. De cijfers rond schuldhulpverlening worden apart vermeld omdat deze gegevens sedert 2007 ook apart worden doorgegeven aan het Energiefonds, het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling en de Vlaamse regering. Om dubbele registratie te voorkomen gebruiken we voor dit jaarverslag eenzelfde indeling. 1. Cliënten aantal cliënten 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 35 36 45 62 88 84 152 153 158 131 109 aantal contacten 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 huisbezoek 40 33 50 88 144 205 191 129 195 235 114 spreekuur 121 140 142 217 235 359 643 557 633 421 313 totaal 176 178 196 312 383 564 834 686 828 656 427 budgethulpverlening zonder schulden 2014 budgetbegeleiding 3 budgetbeheer 4 totaal 7 schuldhulpverlening 2014 eenmalige schuldbemiddeling (LAC + cliënten met beperkte opvolging) 6 + 59 LAC schuldbemiddeling + budgetbegeleiding 8 schuldbemiddeling + budgetbeheer 16 schuldbemiddeling + budgetbeheer + budgetbegeleiding 6 collectieve schuldenregeling : - enkel voorbereidende werkzaamheden 0 - budgetbeheer/begeleiding bij externe aanstelling 7 totaal 109 toelichting budgetbegeleiding de cliënt heeft het beschikkingsrecht over zijn inkomen en beheert zijn budget met advies en steun van de begeleider; budgetbeheer het beheer van de gelden van de cliënt wordt geheel of gedeeltelijk overgelaten aan een maatschappelijk assistent van het OCMW; eenmalige bemiddeling eenmalige schuldbemiddeling waarbij geen verdere opvolging is vereist; 34

schuldbemiddeling + budgetbegeleiding schuldbemiddeling in het kader van budgetbegeleiding; schuldbemiddeling + budgetbeheer schuldbemiddeling in het kader van budgetbeheer; collectieve schuldenregeling deze bemiddeling kadert in een procedure van collectieve schuldenregeling via de Arbeidsrechtbank; budgetbeheer/begeleiding bij externe aanstelling er werd een externe schuldbemiddelaar aangesteld, maar het OCMW neemt wel het budgetbeheer of de budgetbegeleiding op tijdens de procedure van collectieve schuldenregeling. Het aantal cliënten met budgethulpverlening zonder schulden is gehalveerd t.o.v. 2013. Het aantal cliënten met schuldenproblematiek is met 22 gedaald: in 2013 waren er 131 cliënten en in 2014 waren dit 109 cliënten. Er komen veel minder cliënten binnen voor éénmalige interventies. De cliënten worden veel complexer en zijn bijna allemaal langlopend en in combinatie met budgetbeheer. Van de 109 dossiers waren er 33 in combinatie met budgetbeheer. Cliënten die, mits de nodige begeleiding, hun budget opnieuw in eigen handen konden nemen, werden daartoe aangespoord. Tegelijkertijd werd extra aandacht besteed aan de nazorg. 2. Lokale Advies Commissie Energie (LAC) De netbeheerder of waterleverancier die een verbruiker wil afsluiten, moet in bepaalde gevallen eerst advies vragen aan de Lokale Adviescommissie (LAC). In die commissie zitten, naast vertegenwoordigers van het OCMW, de netbeheerder of waterleverancier en eventueel de schuldbemiddelaar van de verbruiker. Het OCMW onderzoekt de situatie van de verbruiker. Als het probleem niet opgelost kan worden, bespreekt de LAC het dossier op een vergadering. De verbruiker wordt uitgenodigd op de vergadering teneinde gehoord te worden indien hij dit wenst. De LAC beslist over afsluiting of heraansluiting van elektriciteit, aardgas of water. Voorwaarden De netbeheerder moet de Lokale Adviescommissie (LAC) toestemming vragen om de verbruiker af te sluiten van elektriciteit en/of aardgas als de verbruiker een afbetalingsplan weigert of niet naleeft als de netbeheerder geen toegang krijgt tot de ruimte van de meter of budgetmeter voor plaatsing, inschakeling, controle van de meter of opname van de meterstand als de netbeheerder geen toegang krijgt tot de ruimte van de budgetmeter om de stroombegrenzer te kunnen uitschakelen als het leveringscontract werd opgezegd om een andere reden dan wanbetaling en de verbruiker geen leveringscontract met een andere energieleverancier heeft gesloten. De waterleverancier moet de Lokale Adviescommissie (LAC) toestemming vragen om de verbruiker (van water voor huishoudelijk gebruik) af te sluiten: als de verbruiker weigert om met de waterleverancier een regeling uit te werken voor de betaling van openstaande facturen of de regeling niet nakomt als de waterleverancier geen toegang krijgt tot de ruimte van de watermeter om de aansluiting of die watermeter te controleren als de verbruiker weigert om de procedures te volgen voor de overname van de waterlevering of voor een vernieuwde indienststelling van de waterlevering. 35

Ook de verbruiker kan de LAC een verzoek sturen om heraangesloten te worden. Dan kan alleen als de reden voor afsluiting niet langer geldt en de netbeheerder of waterleverancier een verzoek tot heraansluiting toch heeft geweigerd. De netbeheerder mag de elektriciteit niet afsluiten tijdens de winterperiode, die normaal loopt van 1 december tot 1 maart. Op basis van de weersvoorspellingen besliste de minister van Energie om deze periode in 2015 te verlengen tot en met 15 maart 2015. Uitzonderingen In deze gevallen kan de netbeheerder de verbruiker afsluiten zonder advies te vragen aan de LAC: als de woning niet bewoond is als de verbruiker fraude heeft gepleegd en niet toelaat dat de situatie wordt rechtgezet als de toestand onveilig is (gevaar voor brand, elektrocutie, ) als de verbruiker verhuisd is en zijn verhuis niet goed geregeld heeft. In deze gevallen kan de waterleverancier de verbruiker afsluiten zonder advies te vragen aan de LAC: als de woning niet bewoond is als de verbruiker of eigenaar fraude heeft gepleegd zodra en zolang als er gevaar is voor de volksgezondheid (en er een bevel tot afsluiting is van een toezichthoudende ambtenaar) als de verbruiker geen keuring, inventarisatie, controle of onderhoud toelaat van het huishoudelijk leidingnet (en er een bevel tot afsluiting is van een toezichthoudende ambtenaar) als bij keuring blijkt dat het huishoudelijke leidingnet niet volgens de regels is (en er een bevel tot afsluiting is van een toezichthoudende ambtenaar). jaar aantal cliënten 2014 59 2013 39 2012 44 In 2014 hebben 4 vergaderingen van de LAC plaatsgevonden: - tweemaal over gas + elektriciteit (Infrax) 19 cliënten - tweemaal over water (De Watergroep) 40 cliënten in totaal kwamen er 59 cliënten voor de LAC. Het aantal cliënten dat aan de LAC wordt voorgelegd stijgt, maar de cijfers blijven in vergelijking met andere gemeenten beperkt. Dankzij de goede samenwerking met de energiemaatschappijen worden immers veel problemen voorkomen en worden personen met betalingsmoeilijkheden vroegtijdig opgespoord en gecontacteerd. Aantal cliënten sociale leverancier elektriciteit 2010 25 2011 35 2012 43 2013 42 2014 40 Aantal geplaatste budgetmeters elektriciteit op 31/12/2014 17 Aantal cliënten sociale leverancier gas 2010 17 2011 15 2012 13 36

2013 12 2014 18 Aantal geplaatste budgetmeters gas op 31/12/2014 2 3. Samenwerkingsovereenkomst met advocate Schuldbemiddeling behoort tot een van de opdrachten van de advocate met wie het OCMW een overeenkomst voor juridische bijstand heeft (zie verder). Betreffende schuldbemiddeling onderneemt zij volgende acties: * verzoekschrift opstellen collectieve schuldenregeling voor cliënten * brieven schrijven gerechtsdeurwaarders, schuldeisers, voor cliënten * dossiers van cliënten voorbereiden voor de rechtbank * nazicht en controle gerechtsbrieven van cliënten * nazicht en controle contracten, overeenkomsten van cliënten * In 2014 werden 155 acties ondernomen in cliëntendossiers door de advocate. Er kwamen opvallend minder cliënten op spreekuur bij haar maar er kwamen wel veel meer inwoners naar het gratis juridisch advies (80 t.o.v. 51 in 2013) aantal interventies 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 tel. actie binnen dossier 21 20 14 31 17 5 6 1 6 brieven 196 198 180 207 146 77 167 168 76 cliënten op spreekuur 33 38 40 43 46 13 40 62 20 telefonisch advies 11 9 20 4 2 advies via email 3 werking binnen dossier 68 88 86 98 74 74 77 57 53 totaal van alle acties 297 344 331 388 272 173 290 293 155 37

V. Juridische bijstand 1. Samenwerkingsovereenkomst met advocate Zoals vermeld heeft het OCMW een samenwerkingsovereenkomst met een advocate. Tot eind 2013 was zij 3u. per week aanwezig op het OCMW. Sedert 1 januari 2014 is zij nog maar 2u. per week aanwezig. Iedere maandag van 13u tot 14u biedt zij ondersteuning bij dossiers in het kader van schuldbemiddeling en van 14u tot 15u verstrekt zij gratis juridisch advies aan de bevolking van Oud-Heverlee. uitgaven = erelonen advocate 6.510,00 EUR voor bijstand bij dossiers schuldbemiddeling en voor juridische bijstand samen In 2014 hebben zich 80 personen tijdens het spreekuur (69), telefonisch (8) of per mail (3) aangemeld met vragen over huur, erfenis, nalatenschap, faillissement, familiale problemen, burenhinder of andere. In 2013 meldden 51 personen zich aan. De hulpvragen betroffen: 2013 2014 - huur & huisvesting 8 12 - (echt)scheiding en regeling kinderen 11 19 - testament, erfenis, schenking, bewindvoering 7 5 - contracten allerhande 13 15 - burengeschillen 3 13 - werk, faillissement, vakbond, zelfstandige 4 5 - vreemdelingen(recht): 1 1 - boetes, veroordelingen, : 4 - energie-, telefoon-, internetcontracten 0 1 - collectieve schuldenregeling 4 - overig familierecht 1 - verzekeringsrecht 1 - vennootschapsrecht 1 - wettelijke samenwoning 2 51 80 Overige vragen vanwege medewerkers OCMW: voorwaarden stookoliefonds 2014 vraag over voorlopige bewindvoering: wetswijziging PV van uittrede: huur bespreking vreemdelingenwetgeving invorderingsdossiers studentenjobs: brief nazien 2. Justitiehuis Leuven Naast de eigen organisatie van juridisch advies verwijzen we ook personen door naar het justitiehuis te Leuven. Er wordt advies verleend na telefonische afspraak. 38

V. Lokale opvanginitiatieven (LOI) 1. Opvangplaatsen In 2013 beschikten we nog over 18 gesubsidieerde opvangplaatsen maar op 1 oktober 2013 zei Fedasil (met een opzegtermijn van 6 maanden) 6 plaatsen op waardoor we sedert 1 april 2014 nog slechts over 12 gesubsidieerde plaatsen beschikken, verdeeld over 2 locaties. adres Ijzerenwegstraat 5, Waversebaan 125, Leibeekstraat 2, Beekstraat 1 Sint-Joris-Weert Oud-Heverlee Oud-Heverlee Sint-Joris-Weert startdatum 01.02.2002-01.04.2009 01.07.2008 15.05.2011 einddatum 11.09.2014 04.2014 capaciteit 0 6 plaatsen 0 6 plaatsen verhuis van gezin Leibeekstraat bezetting 0 gezin van 6 0 gezin van 4 en een (momenteel gezin gezin van 2 (of van 4 en 2 vrije ouder met kind) plaatsen) start huur of aankoop start 2002 einde september 2014 aankoop beslist in april 2012 renovatie klaar april 2014 huur van 1 juli 2008 tot 31 maart 2014 huur sedert 15 mei 2011 2. Cliënten Er werden in totaal 5 dossiers behandeld. In 2013 waren dit 10 dossiers. In 2014 werden geen nieuwe dossiers geopend (4 in 2013). 2 dossiers werden in de loop van 2014 stopgezet (2 in 2012). - een persoon kreeg een erkenning als vluchteling; - een persoon moest het LOI verlaten wegens een weigering van erkenning en subsidiaire bescherming. In 2014 verbleven personen, afkomstig uit volgende landen, in het lokale opvanginitiatief: Guinea Haïti Rwanda Afghanistan Bosnië-Herzegowina Volgens het Commissariaat-Generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen (CVGS) werden in 2014 17.213 asielaanvragen ingediend. Dit is een stijging met 8,7 % ten opzichte van 2013 (15.840 aanvragen in 2013, 21.463 aanvragen in 2012, 25.479 aanvragen in 2011, 19.941 aanvragen in 2010, 17.186 aanvragen in 2009). 36,2 % van de asielaanvragen die in 2014 in België werden ingediend, zijn meervoudige asielaanvragen (aanvragen ingediend door personen die al een asielbeslissing hebben gekregen bij een vorige aanvraag). De eerste asielaanvragen stegen met 7,7 % in vergelijking 39

met 2013 (van 10.975 tot 10.193). De meervoudige asielaanvragen stegen in vergelijking met 2013 met 10,50 % (van 6.238 tot 5.647). Er werden in 2014 4.805 (in 2013 2.986) erkenningen uitgesproken en in 1.341 (in 2013 1.951) dossiers werd een subsidiaire beschermingsmaatregel uitgesproken. asielaanvragen meervoudig enkelvoudig erkenningen subsidiaire beschermings maatregel 2013 15 840 5 647 10 193 2 986 1 951 2014 17 213 (+8,7%) 6 238 (+10,5%) 10 975 (+7,7%) 4 805 1 341 De top-4 nationaliteiten voor aanvraag asiel in 2014: Afghanistan 40,8 % van de aanvragen werd erkend Syrie 71,60 % Irak 31,40 % Guinee 49,40 % In oktober 2014 volgde Theo Francken Maggie De Block op als staatssecretaris voor Asiel en Migratie. Hij legde zich toe op bv. de afschaffing van de snel Belg-wet en de verstrenging van de procedure voor gezinshereniging. Meer informatie vindt u op de website van het Commissariaat voor Vluchtelingen en Staatlozen (CGVS) of van Fedasil. 3. Werking In principe gaat de maatschappelijk werker verantwoordelijk voor het LOI een keer per week op huisbezoek bij de bewoners. Tijdens de huisbezoeken wordt de administratie (ontvangen briefwisseling, ) in orde gebracht en kunnen de kandidaat-vluchtelingen allerlei vragen stellen, bijvoorbeeld betreffende hun asielprocedure. Indien nodig worden zij doorverwezen naar hun advocaat. Met de bewoners wordt naar een zinvolle daginvulling gezocht (o.a. het volgen van Nederlandse lessen). De bewoners krijgen toelichting over hoe het er in België aan toe gaat bv. huisvuil leren sorteren, hoe omgaan met kostbare energie,. De toestand van de woning : poetsen, tuin onderhouden. wordt gecontroleerd. In 2014 kon de maatschappelijk werker beroep doen op 4 vrijwilligers voor Nederlandse lessen, begeleiding personen naar andere organisaties, hulp bij het zoeken naar een hobby, Een vrijwilliger heeft halverwege 2014 afgehaakt wegens communicatiemoeilijkheden. 636,67 EUR werd uitgegeven voor de betaling van verplaatsingsonkosten aan de vrijwilligers en verzekeringskosten. Jaarlijks wordt een daguitstap en een eindejaarsreceptie met de vrijwilligers en de bewoners georganiseerd. In 2014 gingen ze, via de korting aangeboden door Vakantieparticipatie, naar de Zoo in Antwerpen. Dit kostte 404,35 EUR. 40

Begin 2014 werd een eindejaarsreceptie gehouden in De Zoete Bron, waar iedereen kon genieten van een drankje en een hapje. Voor de kinderen werd een cadeautje voorzien van maximaal 10 EUR. Kandidaat vluchtelingen met een lopende asielprocedure van minstens 6 maanden bij het Commissariaat-Generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen (CGVS) mogen tijdens hun verblijf in de LOI-woning een arbeidskaart aanvragen en werken. 1 kandidaat vluchtelinge uit Haïti maakte in 2014 gebruik van deze maatregel en werkte als huishoudhulp binnen een dienstenchequeonderneming. De persoon met definitieve verblijfsdocumenten die het LOI diende te verlaten, had veel problemen bij het zoeken naar een nieuwe woonst. Dit blijft een aandachtspunt in de begeleiding. 4. Overzicht van opbrengsten en kosten 8 lokale opvanginitiatieven AC 832/50 2011 2012 2013 2014 verschil % verschil opbrengsten huur en andere 5.866,45 0,00 242,93 0,00-242,93 recuperatie specifieke kosten SD 2.600,76 3.031,36 971,83 361,04-610,79-62,85 staatstoelagen 173.780,77 193.751,11 168.502,59 133.405,69-35.096,90-20,83 financiële opbrengsten 1.471,20 57,51 0,00-57,51 totaal opbrengsten 182.247,98 198.253,67 169.774,86 133.766,73-36.008,13-21,21 specifieke kosten sociale dienst 62.282,03 76.099,28 63.796,08 31.719,85-32.076,23-50,28 leveringen en diensten 72.544,53 68.676,25 51.403,56 40.739,30-10.664,26-20,75 loongerelateerde kosten 47.187,21 50.691,40 53.845,26 62.000,29 8.155,03 + 15,15 totaal kosten 182.013,77 195.466,93 169.044,90 134.459,44-34.585,46-20,46 kasresultaat van het boekjaar 234,21 2.786,74 729,96-692,71-1.422,67 De loongerelateerde kosten stegen omwille van de verplaatsing van een statutair maatschappelijk assistente naar een andere dienst en de vervanging door een persoon met meer anciënniteit. Het aantal LOI-plaatsen daalde, hetgeen een dalende invloed had op de uit te keren leefgelden. Tegelijkertijd daalden de toelagen aanzienlijk omwille van de verminderde subsidiëring van de opvangplaatsen voor kinderen en van de niet-opgevulde plaatsen. a. Overschot Het OCMW ontving van de federale overheid tot einde 2012 méér staatstoelagen dan het bedrag dat het OCMW als exploitatiekosten uitgaf voor de materiële steunverlening binnen de lokale opvanginitiatieven. De POD Maatschappelijke Integratie is gemachtigd om deze overschotten terug te vorderen indien ze gebruikt worden om andere diensten te financieren. Daarom werden de overschotten sedert 2010 gereserveerd voor (toekomstige) investeringen en geboekt onder de post vooruitbetaalde investeringssubsidies. Saldo rekening vooruitbetaalde investeringssubsidies 2013 60.449,50 EUR 2014 20.552,40 EUR (saldo 2013 - investeringen 2014 - tekort 2014) 8 Hierbij wordt enkel rekening gehouden met werkelijke kaskosten. Niet-kaskosten zoals voorzieningen, afschrijvingen, waardeverminderingen en herwaarderingen worden m.a.w. niet in rekening gebracht. 41

Dit jaar hadden we een tekort van 2.257,19 euro in de exploitatie waardoor de pot voor de investeringen afneemt met datzelfde bedrag. Het overschot werd opgenomen in de bestemde gelden voor investeringen 20.552 EUR. Wanneer het OCMW investeringen doet in verband met LOI, kunnen deze gelden hiervoor aangewend worden. Hierdoor zal de gemeentelijke toelage, in het jaar dat de investeringen worden gedaan, niet stijgen. De investeringen in het LOI gelegen te Waversebaan zijn t.e.m. 2014: jaar omschrijving bedrag 2012 aankoop gebouw 90 516,25 2012 aankoop grond 180 000,00 2013 verbouwing IGO 13 903,80 2014 keuken 10.000,00 verwarming 3.735,20 verbouwing IGO 23.904,47 TOTAAL 322.059,72 b. Leefgeld Het wekelijks leefgeld wordt berekend op basis van de familiale situatie. Ook in 2014 waren er geen wijzigingen aan de bedragen van het wekelijks leefgeld, zakgeld of subsidies. De bedragen bleven dus als volgt: het wekelijks leefgeld: - volwassene 63 - meerderjarige in gezinsverband 44 - vermeerdering eenoudergezin 8 - kind tot 3 jaar (babypoeder NIET inbegrepen) 30 - kind tussen 3 en 12 jaar 17 - kind tussen 12 en 18 jaar 19 in het wekelijks leefgeld is onderstaand zakgeld inbegrepen: - minderjarige onder de 12 jaar of van 12 jaar en ouder die geen school loopt 4,50 - schoolgaande minderjarige van 12 jaar of ouder 7,40 - volwassene 7,40 de subsidies: - bezette plaats voor een volwassene 37,77 - vrije plaats voor een volwassene 15,11 - bezette plaats voor een begeleide minderjarige 20,78 - vrije plaats voor een begeleide minderjarige 8,31 c. Schooltoelagen Ook in 2014 kwamen bewoners van het LOI in aanmerking voor een schooltoelage overeenkomstig de sociaal educatieve toelage. Elke inwoner die schoolgaande was of schoolgaande kinderen had ontving, afhankelijk van het onderwijstype (kleuter, lager, secundair of hoger onderwijs), een forfaitair bedrag. Sedert september 2012 werd dit evenwel aangepast en kon men een eenmalige financiële steun bekomen na afgifte van een betalingsbewijs van een individuele aankoop van bijvoorbeeld schrijfgerei, papier, kaftpapier enz. Het bedrag is afhankelijk van het studiejaar en bedroeg maximaal: 42

- kleuter 20 EUR (vóór 1/9/2012 was het 30 EUR forfaitair) - lager 30 EUR (vóór 1/9/2012 was het 40 EUR forfaitair) - secundair 50 EUR (vóór 1/9/2012 was het 75 EUR forfaitair) - hoger 50 EUR (vóór 1/9/2012 was het 100 EUR forfaitair) d. Inrichting, technisch onderhoud en herstellingen De verantwoordelijke sociale dienst is sedert 1 december 2010 budgethouder voor de bestelling van dringende herstellingswerken, technisch onderhoud, meubilair, keukentoestellen, materiaal voor binnenhuisinrichting en allerlei kleine aankopen voor de lokale opvanginitiatieven. In 2014 werd een bedrag van 609,99 EUR uitgegeven aan een bed. In 2013 bedroeg deze post 4.826 EUR. 43

VII. Ouderenbeleid 1. Inleiding a. Omgevingsanalyse Uit gegevens van de Studiedienst van de Vlaamse Regering (SVR), met name de projecties van de bevolking en de huishoudens voor Vlaamse steden en gemeenten, 2015-2030 (publicatiedatum 29/1/2015) blijkt dat de gemeente Oud-Heverlee, voor de periode 2014-2024) behoort tot de 50 van de 308 Vlaamse gemeenten met de hoogste toename van 65- plussers. Hieronder en in bijlage bij dit jaarverslag vindt u enkele cijfers uit de studie: Oud-Heverlee: projecties periode 2016-2030 aantal inwoners naar leeftijd - er is een daling van het aantal 0-19 jarigen met - 11,9 % 2.480 wordt 2.215 - er is een daling van het aantal 20-64 jarigen met - 15,7 % 6.364 wordt 5.498 - het aantal 65-plussers neemt toe met + 39,7 % 2.168 wordt 3.030 (in 2016 zijn 1/5 de 65-plus en in 2030 1/3,5 de ), waardoor Oud-Heverlee behoort tot 50 van de 308 Vlaamse gemeenten met de hoogste toename van 65-plussers (periode 2014-2024): - er is vooral een toename van de oudste ouderen: - het aantal 80-plussers neemt toe met + 71 % 530 wordt 908 - het aantal 85-plussers neemt toe met + 71 % 258 wordt 441 - het aantal 90-plussers neemt toe met + 132 % 71 wordt 166 aantal private huishoudens naar omvang - de bevolking neemt af, maar het totaal aantal huishoudens neemt toe met 3,3 %: - eenpersoonshuishoudens + 19,3 % 979 wordt 1.168 - tweepersoonshuishoudens + 9,3 % 1.584 wordt 1.732 - driepersoonshuishoudens - 11,9 % 645 wordt 576 - vierpersoonshuishoudens - 12,2 % 687 wordt 612 - vijf- of meerpersoonshuishoudens - 13,8 % 404 wordt 355 - het aantal huishoudens met 3 of meer personen neemt af, terwijl het aantal 1- en 2- persoonshuishoudens toeneemt - Oud-Heverlee behoort tot 46 van de 308 Vlaamse gemeenten met de hoogste toename van het aantal eenpersoonshuishoudens - er is vooral een toename van het aantal alleenwonende ouderen: - alle alleenwonenden + 19,3 % 979 wordt 1.168 - min-65 jarigen - 9,5 % 501 wordt 453 - plus-65 jarigen + 49,6 % 478 wordt 715 Er is vooral een toename van het aantal alleenwonende ouderen en van de oudste ouderen, hetgeen volgens de SVR 9 volgende risico s inhoudt: - hoger risico op sociale uitsluiting, armoede, vereenzaming - bijzonder kwetsbaar wanneer zorgbehoevend 9 Zie powerpoint p. 36-37 http://www4.vlaanderen.be/dar/svr/afbeeldingennieuwtjes/demografie/bijlagen/proj2014_huishoudens_r esultaten_150129.pdf 44

- meer nood aan externe hulp en zorg dan ouderen van wie huisgenoten mantelzorg verlenen (ook de mantelzorgverstrekker in tweepersoonshuishouden wordt trouwens met steeds meer fysieke beperkingen geconfronteerd) - vraag naar formele hulp zal toenemen - grotere kans te moeten verhuizen naar residentiële voorziening - ouderen blijven doorgaans in hun (te grote) woning, zeker wanneer ze eigenaar zijn van hun woning, hetgeen in Oud-Heverlee meestal het geval is. In functie van een betere benutting van het bestaand woningpatrimonium is het wenselijk dat zij doorschuiven naar een kleinere woning Ondermeer omwille van de veroudering van de bevolking van Oud-Heverlee werd in het voorjaar van 2014 beslist het doelgroepenbeleid voortaan op een andere wijze te zullen aanpakken. Ouderen behoren traditioneel tot een van de belangrijkste doelgroepen van OCMW s. b. Samenwerking gemeente-ocmw betreffende senioren, jeugd en kansengroepen Gemeente en OCMW werken steeds nauwer samen. Ook omtrent seniorenbeleid, jeugdbeleid en beleid betreffende kansengroepen zijn afspraken gemaakt voor efficiëntere samenwerking. Het beleid betreffende senioren, jeugd en kansengroepen is een gemeenschappelijk beleid tussen gemeente en OCMW. Zowel de gemeente als het OCMW hebben rond deze doelgroepen actiepunten en budgetten voorzien in hun meerjarenplanning. Om overlappingen te voorkomen, het beleid beter op mekaar af te stemmen en op efficiëntere wijze tot acties en resultaten te komen, werd de verantwoordelijke sociale dienst / beleidsmedewerker van het OCMW aangeduid als coördinator doelgroepenbeleid (seniorenbeleid, jeugdbeleid en beleid betreffende kansengroepen). Zij stelde een inventaris op van de acties die gemeente en OCMW reeds ondernemen of plannen ten voordele van senioren, jeugd en kansengroepen. c. Reorganisatie sociale dienst De sociale dienst van het OCMW heeft zich sedert april 2014 gereorganiseerd. Zoals vermeld werd de verantwoordelijke sociale dienst / beleidsmedewerker van het OCMW aangeduid als coördinator doelgroepenbeleid, waaronder seniorenbeleid. Daarnaast zijn twee maatschappelijk assistenten voortaan vrijgesteld voor ouderenzorg. Hun hoofdopdrachten zijn - het afleggen van huisbezoeken voor de intake voor de dienst maaltijdbedeling - het afleggen van huisbezoeken voor de intake en de opvolging en coördinatie van - de dienst huishoudhulp - de externe klusjesdienst - de externe boekendienst aan huis - de externe oppas- en gezelschapsdienst - de voorbereiding en verwerking *van dossiers tot toekenning van mantelzorg- en verwarmingstoelagen - het afleggen van huisbezoeken bij alleenstaande 80-plussers - de coördinatie van het project Buren voor buren - het organiseren van informatiesessies voor senioren (o.a. via seniorenverenigingen) - maatzorg voor 65-plussers - de organisatie en ondersteuning vergaderingen van het TGZ (thuisgezondheidsteam) - het organiseren van activiteiten voor senioren in het kader van het meerjarenplan 45

- de regiefunctie thuisdiensten uitwerken - We willen komen tot een zorgloket waar mensen terecht kunnen voor het hele continuüm van voorzieningen die we als OCMW aanbieden. Zo komen alle zorgvragen op één punt binnen en wordt op basis daarvan een huisbezoek afgelegd: wat is de meest geschikte of de best mogelijke zorg, is een woonzorgcentrum de enige mogelijkheid, wat kan er ondertussen gebeuren? Via één telefoonnummer wordt je als cliënt direct geholpen of goed doorverwezen. Het is een totale benadering van de persoon. De maatschappelijk assistent doet een volledig sociaal onderzoek en is niet alleen met die ene hulpvraag bezig. Voor elke cliënt wordt onderzocht waar we hem/haar op maat kunnen ondersteunen. Wat betreft thuiszorg wordt steeds nagestreefd om de cliënten op een veilige en comfortabele wijze zo lang mogelijk thuis te laten wonen. De integrale zorg staat centraal. Bovendien streven we voor elke hulpvrager naar inkomensverbeteringen. Vaak weten mensen niet op welke premies of financiële ondersteuning ze een beroep kunnen doen. Voor personen die alle zorg proberen te mijden doch zorgbehoevend zijn en daarom door anderen worden aangemeld wensen we komen tot een aanklampende-zorgproject. Deze mensen zijn niet gemakkelijk te detecteren. We dienen anderen te sensibiliseren om die signalen door te geven. Een maatschappelijk assistente zal, naast haar hoofdactiviteiten in het kader van de opvang van kandidaat-vluchtelingen, activiteiten organiseren voor jongeren (bvb. inzake schuldpreventie, zuinig omgaan met energie, informatie betreffende OCMWdienstverlening, ). In samenwerking tussen de sociale dienst van het OCMW en de dienst vrije tijd van de gemeente zullen tevens activiteiten voor kansengroepen worden ontwikkeld, bijvoorbeeld in het kader van sportieve, sociale en culturele participatie. Specifiek betreffende ouderenbeleid Vanuit de administratie neemt de verantwoordelijke sociale dienst / beleidsmedewerker van het OCMW deel aan de vergaderingen van de seniorenadviesraad, zowel namens de gemeente als namens het OCMW. Vragen, voorstellen... vanuit de seniorenadviesraad en vanuit andere kanalen (bvb. LOGO, IGO, seniorenverenigingen, ) worden door haar meegenomen naar en besproken met de best geplaatste ambtenaar van gemeente of OCMW (bvb. de verantwoordelijke van de dienst vrije tijd, de verantwoordelijke van de sportdienst, een van de twee maatschappelijk assistenten die werken rond ouderenbeleid, ). Er wordt afgesproken wie het voorstel verder uitwerkt en met of dit met budgetten van gemeente of OCMW zal gebeuren. Afhankelijk hiervan worden de vragen of voorstellen voorgelegd aan het schepencollege dan wel aan de OCMW-raad. Activiteiten ten voordele van senioren Bij voorkeur wordt in het begin van het kalenderjaar een planning van de activiteiten ten voordele van senioren opgesteld door de verantwoordelijke sociale dienst / beleidsmedewerker, in overleg met de verantwoordelijke van de dienst vrije tijd, de verantwoordelijke van de sportdienst, de maatschappelijk assistenten ouderenbeleid, de seniorenadviesraad, de bevoegde schepenen en eventuele anderen. Op deze wijze kunnen activiteiten tijdig aangekondigd worden en gespreid plaatsvinden over het kalenderjaar. College- en/of raadsbeslissingen betreffende budgetverdeling, aanduiding verantwoordelijke ambtenaren, etcetera kunnen dan ineens ook genomen worden. Bij voorkeur worden activiteiten gepland over verschillende domeinen: sport, cultuur, vrije tijd of welzijn. 46

Seniorenfeest Voor de organisatie van het seniorenfeest 2014 werkten de beleidsmedewerker van het OCMW en het diensthoofd vrije tijd van de gemeente samen. In 2014 namen de medewerkers van het OCMW voor de tweede keer actief deel aan de logistieke ondersteuning van het seniorenfeest, georganiseerd voor alle 60plussers uit Oud- Heverlee. Besluit Gemeente en OCMW werken voortaan actiever samen aan de uitbouw van het seniorenbeleid, het jeugdbeleid en het beleid naar kansengroepen binnen de gemeente. De diensten werken nauwer samen, stemmen hun acties op mekaar af, plannen beter,... De verantwoordelijke sociale dienst / beleidsmedewerker van het OCMW werd aangesteld als coördinator van dit samenwerkingsproces tussen gemeente en OCMW. Op dit moment begint de samenwerking tussen gemeente en OCMW rond de doelgroep senioren echt vorm te krijgen. Wellicht zullen hier heel wat nieuwe ideeën en initiatieven uit voortvloeien. 2. Dienst huishoudhulp Een senior heeft meestal meer nodig dan alleen maar iemand om te poetsen. Wie alleen maar een huishoudhulp nodig heeft kan terecht bij private dienstencheque-bedrijven (indien ze plaats hebben), maar een dienst huishoudhulp vanuit het OCMW kan veel meer bieden. Onze huishoudhulpen zijn allemaal Nederlandstalig, hetgeen belangrijk is voor onze senioren. Velen zien uit naar het wekelijks of tweewekelijks contact met de huishoudhulp voor een babbel en nieuwtjes uit de gemeente. De private dienstencheque-bedrijven werken meestal met anderstaligen die niet in de buurt wonen en dus ook geen nieuws hebben over wat er reilt en zeilt in Oud-Heverlee. Onze dienst biedt continuïteit aan in de dienstverlening. Bij afwezigheid van een huishoudhulp wordt onderzocht welke van haar cliënten het dringendst hulp nodig hebben en de meest hulpbehoevenden krijgen hulp van een andere huishoudhulp. Private dienstencheque-bedrijven houden hier geen rekening mee. Indien de poetshulp ziek is, verlenen zij geen hulp, ongeacht de staat van hulpbehoevendheid van de cliënt. Onze dienst biedt ook continuïteit in personeel: een huishoudhulp blijft steeds bij dezelfde cliënt tenzij er door één van beide partijen om een wissel verzocht wordt. Vertrouwen is immers heel belangrijk voor de meeste senioren: ze weten graag wie er komt en bouwen een band op met de huishoudhulp. Onze huishoudhulpen zijn goed geïnformeerd over de voordelen en diensten die bestaan voor senioren. Zij wijzen de senioren op mogelijke voordelen en verwijzen door naar een maatschappelijk assistent binnen het OCMW of signaleren een probleem of vraag van een cliënt aan hun verantwoordelijke. We spelen kort op de bal bij problemen. Bij beginnende dementie, bijvoorbeeld, kunnen we tijdig de nodige maatregelen nemen. Dit zijn duidelijke meerwaarden die we als OCMW dienst huishoudhulp kunnen bieden aan onze senioren. Het is belangrijk dat we binnen het OCMW niet alleen de meest extreme hulpbehoevende senioren helpen, want dit zou ons personeel te zwaar belasten. Binnen de private dienstencheque-bedrijven is er een afwisseling voor het personeel: een woning poetsen van wie uit werken is of een woning van een dementerende bejaarde poetsen is een groot 47

verschil. Sommige dementerenden gaat steeds achter de huishoudhulp aanlopen of steeds hetzelfde vragen of hen beschuldigen dat ze iets gestolen hebben Besluit : de dienst HHH van OCMW biedt meer dan alleen poetsen. De integrale aanpak van onze hulpverlening is een onbetaalbare meerwaarde. a. Cliënten In 2014 werden 209 gezinnen geholpen door de dienst huishoudhulp. Indeling naar leeftijdscategorie 2011 2012 2013 2014 81 jaar of ouder 114 55% 129 60% 121 55% 126 60% 75 tot en met 80 jaar 46 22% 46 21% 60 27% 55 26% 74 tot en met 70 jaar 20 10% 16 7% 17 8% 9 4% minder dan 70 jaar 27 13% 25 12% 21 10% 19 10% In 2014 stellen we een kleine stijging vast van het aantal begunstigden uit de leeftijdscategorie 80+. Er is een kleine daling in de leeftijdscategorie van 74 jaar tem 70 jaar. De reden hiervoor is dat personen jonger dan 75 jaar enkel op de wachtlijst geplaatst kunnen worden door middel van een sociaal onderzoek. Indien deze personen zich vlot tot een private dienst kunnen wenden, zal er doorverwezen worden. Bij personen ouder dan 75 jaar worden de meest zorgbehoevenden prioritair geholpen. Personen die minder dan 75 jaar zijn kunnen omwille van volgende redenen hulp van het OCMW ontvangen: tijdelijke hulp omwille van acute gezondheidsproblemen in afwachting van overschakeling naar een andere dienst; personen die in begeleiding zijn bij het OCMW en wegens hun persoonlijke problemen moeilijk terecht kunnen bij een andere dienst; personen die wegens een ernstige aandoening zo weinig zelfredzaam zijn dat een continue hulpverlening noodzakelijk is. Personen die voldoende zelfredzaam zijn, worden door de verantwoordelijke van de dienst huishoudhulp geholpen bij hun hulpaanvraag bij een private dienst. Zij krijgen informatie over de dienstenchequebedrijven die huishoudhulp binnen onze gemeente aanbieden. 48

Indien zij dit wensen, doet de verantwoordelijke namens hen een aanvraag bij het bedrijf van hun keuze. In 2014 werden 34 hulpverleningen stopgezet wegens overlijden, plaatsing in een woonzorgcentrum of verhuis. 3 hulpverleningen werden stopgezet gezien deze personen opnieuw voldoende zelfredzaam waren. Indeling naar frequentie van de hulp 2011 2012 2013 2014 wekelijkse hulp 127 61% 123 57% 121 55% 88 42% tweewekelijkse hulp 80 39% 93 43% 98 45% 121 58% De tendens naar meer aanvragen voor hulp om de 14-dagen, die in 2011 is gestart, blijft in 2014 aanhouden met een stijging van 13% ten opzichte van 2013. b. Wachtlijst Op 31 december 2014 stonden 3 hulpbehoevenden op de wachtlijst voor huishoudhulp. Deze personen behoren tot de doelgroep en kunnen zich niet wenden tot private diensten. aanvraag voor tweewekelijkse hulp 1 gezin aanvraag voor wekelijkse hulp 2 gezinnen c. Prestaties In 2014 werden 18.956 uren gepresteerd bij hulpbehoevende gezinnen en alleenstaanden. Deze prestaties werden met papieren dienstencheques vergoed. 49

Aangezien de prestaties vergoed worden met dienstencheques, mogen de huishoudhulpen volgende taken uitvoeren: - poetsen - wassen en strijken - maaltijden bereiden - boodschappen doen - herstellen van kledij In de praktijk bestaat de hoofdtaak van onze huishoudhulpen uit het poetsen van de woning. Daarnaast wordt hen regelmatig gevraagd te strijken. In 2014 deden 3 cliënten beroep op de huishoudhulp voor het doen van hun boodschappen. Het bereiden van maaltijden en het verstellen van kledij wordt nooit of slechts uitzonderlijk gevraagd. Door de beperking van de doelgroep naar hulpbehoevende ouderen en de trend naar meer aanvragen voor tweewekelijkse hulp, is het werk voor de huishoudhulpen fysiek zwaarder geworden. De cliënten die tweewekelijkse hulp vragen zijn meestal nog in staat het lichtere werk, zoals bv. afstoffen, zelf uit te voeren. De huishoudhulp wordt dan voornamelijk ingeschakeld voor de zwaardere opdrachten zoals dweilen, schuren, ramen poetsen, enz. Dit zijn de taken die onze doelgroep van hulpbehoevenden niet meer zelfstandig kunnen uitoefenen. d. Medewerkers Op 31 december 2014 waren 19 huishoudhulpen in dienst (waarvan 1 reeds meer dan een jaar op non-actief staat wegens ziekte). Dit komt overeen met een voltijds equivalent van 13,28 huishoudhulpen die effectief prestaties uitvoeren. - 1 huishoudhulp met een contract van 32u/week heeft zijn ontslag aangeboden Het personeelsbestand van de dienst huishoudhulp werd in 2014 verder afgebouwd. 50