Natuurkwaliteit van macrofauna in oppervlaktewater,

Vergelijkbare documenten
Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen

Vermesting in meren en plassen,

Waterkwaliteit KRW, 2015

Vermesting in meren en plassen,

Aantalsontwikkeling van amfibieën

Temperatuur oppervlaktewater,

Aantalsontwikkeling van amfibieën,

Woningvoorraad, investeringen en nieuwbouwwoningen,

Gft-afval verwerkers,

Samenstelling van huishoudelijk restafval,

Belangstelling voor maatschappelijke problemen,

Werkgelegenheid en verhouding wonen en werken per gemeente, 2013

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden,

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Hobbyboeren, 2013 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid,

Windturbines in de groene ruimte

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven ( )

Biologische voedingsmiddelen,

Composteer- en vergistingsinstallaties voor gft-afval,

Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid,

Glastuinbouw,

Aantal auto's per provincie,

Draagvlak voor natuur en natuurbeleid, 2017

Fietsgebruik,

Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,

Kwaliteit overig relevante verontreinigende stoffen KRW, 2015

Fietsgebruik,

Fint in rivieren en IJsselmeer

Huishoudens,

Energieverbruik per sector,

Typische diersoorten van de Habitatrichtlijn,

Flora van open moerassen,

Verbruik van duurzame energie,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016

Watergebruik in de land- en tuinbouw,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Biologische voedingsmiddelen,

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden,

Belangstelling voor maatschappelijke problemen,

Watergebruik in de land- en tuinbouw,

Hernieuwbare elektriciteit,

Hernieuwbare elektriciteit,

Regionale economische groei, 2012

Infrastructuur, 2015 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Verbruik van hernieuwbare energie,

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Beschikbaarheid openbaar groen binnen 500 meter van de woning in nieuwbouwwijken,

Verkoopprijs woningen, 2013

Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,

Infrastructuur, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Bodemgebruik,

Flora van naaldbossen,

Bodemgebruik in Nederland,

Afstand tot treinstations, 2012

Glastuinbouw,

Woningen in buisleidingstroken,

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Beschikbaarheid openbaar groen binnen 500 meter van de woning in nieuwbouwwijken,

Milieu-investeringen in de industrie en energiesector,

Duurzame elektriciteit,

Afstand tot treinstations, 2015

Afstand tot huisartsenpraktijk, 2015

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Bevolkingsgroei,

Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales,

Hernieuwbare elektriciteit,

Mechanische bestrijdingsmethoden in de landbouw per gewas,

Gescheiden ingezameld afval van huishoudens,

Libellen van de Habitatrichtlijn,

Invasieve plantensoorten zijn in de laatste decennia sterk toegenomen in Nederland

Energieverbruik per bedrijfstak,

Hernieuwbare elektriciteit,

Verkoopprijs woningen, 2010

Hernieuwbare elektriciteit,

Barrières en versnippering van de Ecologische Hoofdstructuur,

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Reptielen van de Habitatrichtlijn,

Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer,

Biologische bestrijding van plagen in de glastuinbouw,

Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales,

Exoten in zoetwater: vissen

Bundeling werken in nationale bundelingsgebieden,

Omvang van de Nederlandse sportvisserij,

Netto milieulasten in de industrie en energiesector,

Migratiemogelijkheden voor trekvissen, 2018

Emissies naar lucht door de industrie,

Emissies naar lucht door huishoudens,

Nederlanders wonen op gemiddeld 0,9 kilometer van een huisartsenpraktijk (2008)

Konijnen en vergrassing en verstruiking duinen,

Woningvoorraad naar type in stad en ommeland,

Vliegbewegingen en handelsverkeer op Nederlandse luchthavens,

Trend van zoogdieren,

Vlinders van de Habitatrichtlijn,

Transcriptie:

Natuurkwaliteit van macrofauna in oppervlaktewater, 1991 2008 Indicator 15 juli 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De natuurkwaliteit van macrofauna is laag voor alle typen oppervlaktewater. Slechts op enkele plaatsen wordt een goede kwaliteit aangetroffen. In de periode 1990-2005 is sprake van een lichte verbetering, maar de laatste jaren is geen verdere verbetering opgetreden. [figuurgroep] Pagina 1 van 8

Pagina 2 van 8

Download figuur [2] Pagina 3 van 8

Pagina 4 van 8

Download figuur [3] Download data (xls) [4] [/figuurgroep] Toestand natuurkwaliteit in meeste oppervlaktewateren is slecht tot matig De natuurkwaliteit van macrofauna is in de meeste oppervlaktewateren ontoereikend of matig. Dit is bepaald aan de hand van de macrofauna-maatlat van de Kaderrichtlijn Water (KRW). Macrofauna zijn kleine, maar met het blote oog zichtbare, ongewervelde dieren (insecten, slakken, etc) die in het oppervlaktewater leven. Van elk meetpunt van de waterschappen is de aanwezige macrofauna vergeleken met de referentie voor natuurlijke wateren of voor de maximaal haalbare kwaliteit bij kunstmatige wateren. Slechts een klein deel van de wateren heeft een goede natuurkwaliteit. Een goede natuurkwaliteit komt voor langs de grens met Duitsland, de sprengen van de Veluwe (gegraven beken), de Wieden en Weerribben, bij brakke wateren in Zeeland en langs de Overijsselse Vecht. Wateren met een slechte natuurkwaliteit komen nog maar weinig voor nadat de waterkwaliteit in de periode 1980-1990 verbeterde. Nauwelijks verbetering in bijna 20 jaar De natuurkwaliteit is in de periode 1991 tot en met 2005 licht verbeterd. Bij beken, sloten en kanalen is de natuurkwaliteit gemiddeld 3 tot 4 procentpunt verbeterd. Bij meren is de natuurkwaliteit van macrofauna in de hele periode geen verbetering opgetreden. De laatste jaren is de natuurkwaliteit stabiel gebleven bij alle watertypen. De natuurkwaliteit wordt vooral bepaald door de vermesting van het oppervlaktewater en het beheer en de inrichting van het water. De vermesting wordt bepaald door de gehalten aan stikstof en fosfor. De vermesting van het oppervlaktewater is weergegeven in: [indicator=nl0503] [indicator=nl0552] De inrichting en het beheer zijn belangrijk voor de aanwezigheid van verschillende habitats. Bij beken bepaalt de mate van meandering of kanalisatie de mogelijkheden voor de macrofauna. Bij kanalen, sloten en meren zijn de inrichting van de oevers en het waterpeilbeheer belangrijk voor de natuurkwaliteit. Meren krijgen steeds vaker een harde stenen oever ter bescherming tegen golfslag, zodat de macrofauna geen geschikt habitat hebben. Bij viswater kan het uitzetten van vis een negatief effect hebben op de natuurkwaliteit. Bij vennen hebben exotische vissoorten een negatieve invloed: in vennen waar de zonnebaars is uitgezet, komen veel minder macrofauna soorten voor en deze hebben lagere dichtheden. Verbetering gaat langzaam De verbetering van de natuurkwaliteit in het water gaat maar heel langzaam. De vermesting van het oppervlaktewater is sinds 1990 voor de meeste wateren verminderd. De verbetering in natuurkwaliteit is in deze periode slechts minimaal, veel minder dan de verbetering in waterkwaliteit. Het herstel van de natuurkwaliteit gaat langzaam doordat veel macrofauna soorten lokaal zijn verdwenen of zelfs in Nederland zijn uitgestorven. De lange hersteltijd komt ook doordat veel Pagina 5 van 8

waterbodems voedselrijk geworden zijn en het water troebel is door slib en humus. Hierdoor krijgen waterplanten geen kans om te groeien, waardoor de macrofauna geen geschikt habitat heeft. Ook is er vaak nog een onnatuurlijke visstand aanwezig die verder herstel van de ecologie in de weg staat. Deze onnatuurlijke visstand kan komen door de voedselrijke situatie in de afgelopen tientallen jaren of door het grootschalig uitzetten van vis. Beleidsdoelen verschillen per watertype In de KRW zijn doelen geformuleerd voor het oppervlaktewater. De score op de maatlat wordt uitgedrukt in de Ecologische Kwaliteit Ratio (EKR). De KRW maakt onderscheid in natuurlijke, sterk veranderde en kunstmatige wateren. Kunstmatige wateren zijn altijd aangelegd, zoals kanalen en sloten. Hiervoor kan geen natuurlijke referentie worden opgesteld, daarvoor is wel een Maximaal Ecologisch Potentieel opgesteld (MEP). Voor de sterk veranderde wateren (b.v. beken die gekanaliseerd zijn of rechte oevers hebben) geldt een lager doel, het Goed Ecologisch Potentieel (GEP). Voor de natuurlijke wateren is de goede of zeer goede ecologische toestand het beleidsdoel, wat overeenkomt met een EKR van 0,6 of hoger. Deze resultaten wijken op een aantal punten af van de KRW-beleidsrapportage doordat alleen naar macrofauna is gekeken, per meetpunt gerapporteerd is en geen rekening is gehouden met de beleidsdoelen voor de waterlichamen. De KRW rapportage is voor de eerste keer in 2009 opgeleverd. Deze rapportage is gebaseerd op alle beschikbare meetresultaten van de waterschappen en geeft de trend vanaf 1990. Referenties MNP (2008). Kwaliteit voor later [5]. Ex Ante evaluatie Kaderrichtlijn Water, Milieu- en Natuurplanbureau, Bilthoven. Royal Haskoning (2007). Omschrijving MEP en conceptmaatlatten voor sloten en kanalan voor de Kaderrichtlijn Water. KRW-maatlatten sloten en kanalen concept, 's-hertogenbosch. STOWA (2004). Referenties en concept -maatlatten voor meren voor de Kaderrichtlijn Water. Rapport 2004 42, STOWA, Utrecht. STOWA (2004). Referenties en concept -maatlatten voor overgangs- en kustwateren voor de Kaderrichtlijn Water. Rapport 2004 42, STOWA, Utrecht. STOWA en RWS-WD (2007). Referenties en maatlatten voor natuurlijke wateren voor de Kaderrichtlijn Water. Rapport 2007 32a, RWD-WD 2007 018, STOWA, Utrecht. STOWA en RWD-WD (2007). Referenties en maatlatten voor de sloten en kanalen voor de Kaderrichtlijn Water. Rapport 2007 32b, RWD-WD 2007 019, STOWA, Utrecht. http://www.kaderrichtlijnwater.nl/ [6] http://www.stowa.nl [7] Relevante informatie [indicator=nl1438] [indicator=nl0252] [indicator=nl1436] [indicator=nl1355] [indicator=nl1517] Pagina 6 van 8

Technische toelichting Naam van het gegeven Natuurkwaliteit van macrofauna in oppervlaktewater Omschrijving De natuurkwaliteit is hier bepaald met de ecologische kwaliteit ratio (ekr) van de Kaderrichtlijn Water. Deze ekr is getoetst ten opzichte van de natuurlijke referentie voor de natuurlijke wateren. Voor de kunstmatige wateren zoals kanalen en sloten is het maximaal ecologisch potentieel genomen. De doelstelling voor het oppervlaktewater in de krw kan lager zijn dan de hier gekozen waarde, omdat de meeste wateren sterk veranderd zijn. Dit is dus geen weergave ten opzichte van een doelstelling. Verantwoordelijk instituut PBL Berekeningswijze De natuurkwaliteit is gebaseerd op de monitoringsgegevens van de biologische meetnetten van de waterschappen. Deze gegevens zijn verzameld in de Limnodata Neerlandica. De score op de maatlat voor macrofauna is voor elk meetpunt bepaald volgens de normen van de Kaderrichtlijn Water. In de KRW is voor elk watertype een aparte beoordeling opgesteld met kenmerkende en positief of negatief indicerende macrofauna soorten. In deze berekeningen zijn voor de trendanalyse alleen die meetpunten gebruikt die gedurende de hele periode regelmatig bemonsterd zijn. In de kaarten zijn alle meetpunten opgenomen die in de periode 2006-2008 bemonsterd zijn en opgenomen zijn in de Limnodata neerlandica. Basistabel Limnodata neerlandica (database beheerd door de Stowa) Geografisch verdeling Nederland Verschijningsfrequentie Om de 3 tot 5 jaar. Achtergrondliteratuur Zie literatuur. Betrouwbaarheidscodering C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd. Pagina 7 van 8

Referentie van deze webpagina CBS, PBL, RIVM, WUR (2010). [8] (indicator 1435, versie 02, 15 juli 2010 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen. Bron-URL: https://www.clo.nl/indicatoren/nl143502 Links [1] https://www.clo.nl/indicatoren/nl1435 [2] https://www.clo.nl/sites/default/files/infographics/1435_007x_clo_02_nl.jpg [3] https://www.clo.nl/sites/default/files/infographics/1435_003x_clo_02_nl.jpg [4] https://www.clo.nl/sites/default/files/datasets/c-1435-003x-clo-02-nl.xls [5] http://www.pbl.nl/nl/publicaties/2008/kwaliteitvoorlater.exanteevaluatiekaderrichtlijnwater.html [6] http://www.kaderrichtlijnwater.nl/ [7] http://www.stowa.nl/ [8] https://www.clo.nl/indicatoren/nl143502 Pagina 8 van 8