Spickhorst (1) Stamreeks Spickhorst/Soene

Vergelijkbare documenten
2. Geertje Cornelissen, tr. Jacob Claesz, ov. voor 1671 In 1669 wordt Jacob Claesz beleend na dode van zijn schoonvader Cornelis Jansz met het erf t

Hogeweg. Voorgeslacht zie Genealogie t Willaar

Samengesteld door Henk van Woudenberg september 2008

NT00064_152. Nadere Toegang op inv. nr 152. uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64) H.J. Postema

5. Maaijgje Cornelissen Hardeman, ged. Veenendaal , begr. Veenendaal Hermen Cornelisz Hardeman, ged. Veenendaal , w

Alpen, van. Eerder is over deze familie gepubliceerd door ds. Evert van Alphen Az in Gens Nostra, jg. 19, 1964, blz. 1 11, 33 39,

3. Aart Hendriksen van Maarn, ged. Doorn , tr. Doorn Maria/Marrigje Claassen van Maarn Negen kinderen gedoopt te Doorn.

Woudenberg , ov. Woudenberg , zn. van Evert Willemsz van Ede en Woutertje Wouters van Ginkel 3. Cornelia Hak, geb./ged.

Ten noordoosten van Scherpenzeel liggen de boerderijen Groot en Klein Heintjeskamp.

5. Teunis Cornelissen Nimmerrust, innocent, ov. voor 1700

9. Willem Jacobsz Schoonderbeek, ged. Hoogland (RK) , get. Wijmpje Everts

NT00064_2489. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

NT00067_42. Nadere Toegang op inv.nr 42. uit het archief van het. Stadsgerecht Wijk bij Duurstede, , (67) H.J. Postema

Nadere Toegang op inv. nr 45

Ebbenhorst (HGA; Leenhof Gelre 27, fol. 22; ). In 1625 lijftochten Jan Cornelisz Ebbenhorst x Neeltgen Egbers, momber: Goessen van Ommeren,

Uit het 1 e huw.: 1. Johannes Cornelissen Bloemendal, ged. Hamersveld (RK) , get. grootmoeder, jong ov. 2. Johanna/Jantje Cornelissen

IV Cornelis Jansen, ploegenmaker, ov. voor 1680, tr. Aeltgen Everts, ov. ca In 1653 wordt Cornelis Jansz aan de Holevoet genoemd als betaler van

In 1874 verkoopt Gerrit van Leersum, wolfabrikant te Scherpenzeel hout op de Haar (Not. Scherpenzeel nr. 157; ).

Bos(ch) (1) Met dank voor de verbeteringen van Herman Postema.

IIa Gerrit Jansz, den olden, molenaar, ov. voor 1656, tr. Maria van Esvelt, dr. van Reijer van Esvelt en Elbertgen Wijnen

Met dank aan Jaap Drost voor de oudste twee generaties en de aanvullingen.

2. Maria Gerrits, geb. in 't bakhuis bij de Swarte Steegh, ged. Hamersveld (RK) , get. moeder van de vader 3. Cornelis Gerritsz, volgt IIIa

Er kan een relatie bestaan tussen de bovenstaande en de onderstaande familie bestaan.

Jansen, tr. (2) Barneveld Jan Lubbert Cozijnsen, wed. Elisabeth Aartsen, geb. Barneveld 1814, dagloner, zn. van Wilhelmus Cozijnsen en

NT00064_2485. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

Eerder verschenen in: H.M. van Woudenberg; Voskuilen, een buurtschap onder Woudenberg en Leusden. Genealogieën, genealogie 23.

gaat na zijn dood in 1671 over op zijn zusters. In 1680 gaat het bij maaggescheid over op zwager Jan Theunisz (Leenhof 110, fol. 2vo; Bel.

5. Teeuwis Cornelissen, ged. Renswoude In 1728 testeert Teeuwis Cornelisse van den Grooten Dashorst, won. Scherpenzeel, op Gerrit van

De onderstaande genealogie is eerder verschenen: De Woudenbergse Knopperts, door W.H.M. Nieuwenhuis. Veluwse Geslachten 1996, nr. 2, blz

Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst,

In 1724 wordt Oth Hendriksen van Davelaar na dode van zijn vader beleend met twee kampen land in Klein Lambalgen (Huis Amerongen 1186, f. 23;

Zwanenburg (2) Deze familie wordt beschreven in: W. Bos, De geschiedenis van Moorst, Leusden 2001, blz

Kraaijenoord/De Lucht (1)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst,

Samengesteld door Henk van Woudenberg april 2009

Van de Grift (1) Met dank aan Herman Postema

Uit dit huw.: 1. Hendrina Willemijna Mater, ged. Amersfoort Willemijntje Mater, ged. Amersfoort Luitje/Lutje Mater, ged.

Cornelis Gerritsen Berg en zijn vrouw Hendrikje Jansen Zuidwind, won. Hamersveld lenen

6. Fragmenten. 6.1 Cornelis: Nieuwkoops fragment (ca. 1550) I. Cornelis, tr. waarsch. Emmetgen? / Geertgen?...

Met dank voor de aanvullingen door Corien Radstok en Herman Postema.

stellen aan als voogd over hun nu nog minderjarige nicht en tot executeur van hun nalatenschap:

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Van de Haar (1) Met dank aan Herman Postema voor de aanvullingen.

Westeneng. I Wolter Petersz, tr. NN Uit dit huw.: 1. Willem Woltersz 2. Peter Woltersz 3. Jan Woltersz, volgt II

Ebbenhorst (1) I. Henrick van Ebbenhorst, geb. ca. 1415, tr. NN Uit dit huw.: 1. Gerrit van Ebbenhorst, volgt II

SELDER ENGELAAR - ENGELEN

VAN LAMBALGEN (2) I Jan Jansz Lidmaten Scherpenzeel aangenomen : Jan Janssen (met sijn vrouw), op Cleijn Lambalgen.

NT00064_2007. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

De achternaam De Koning komt rond 1740 in zwang. Nakomelingen van Willem Willemsz van de Haar/van Ubbeschoten noemen zich De Koning.

Dashorst (Woudenberg)

In 1775 wordt Hanna van Beckberge, wed. Gijzbert van Soezt beleend met een derde deel van Gelazhorst (Glashorst)met huis, hof, bergen en schuren,

De families die de achternaam (Van) Davelaar gaan dragen komen bijna allemaal aantoonbaar van één van deze boerderijen.

Elbert Hendricksz Schep, ov. 1637, tr. (1) Scherpenzeel Weijmtgen Everts Aertsendr, van Emmickhuijsen (Renswoude), tr.

Nadere Toegang op inv.nr 44

7. Cornelis Ariensz Floor, ged. Woudenberg , jong ov. 8. Cornelis Ariensz Floor, ged. Woudenberg , get. Willemijntje Arends

Capittel van St. Jan in Wijk bij Duurstede. Met registratie van de procuratie voor Not. Willem van Dam in Utrecht op , UT175a002, nr. 33.

Lidm. reg. Woudenberg 1805: Hendrijn de Bree hv Erris Rol. Erris Roll, voor zichzelf en namens Matthijs van Geijtenbeek, weigraven van Woudenberg,

De kwartierstaat van Cornelia Johanna Geertruida Bouwheer

Overeem (1) I Andries NN, geb. ca. 1395, tr. NN Uit dit huw.: 1. Hein/Henrick Andriesz, volgt II

van Utrecht en Willem Anthonij Buddingh, procureur voor het gerecht van Rhenen om op te treden bij problemen. (Notarieel Veenendaal, not.

De Bree. Publicatie: Pieter Blink; Genealogie De Bree/Van Linschoten, Groningen, 1995.

De oudste generaties Stoel in Dordrecht

Met dank aan Bert Heikamp voor de opmerkingen en de aanvullingen.

9. Willem Veenvliet, geb./ged. Scherpenzeel 10/ , volgt IIIb

Peter Dirksz van Woudenberg bruiker van 33 morgen van het Convent van St. Servaes en eigenaar en bruiker van ¾ deel van 47 morgen en 4 morgen Den

Uit dit huw.: 1. Gerritje Jans van Hurksveld, geb. onder Essen , ged. Garderen , ov. Barneveld , tr.

Barneveld , dr. van Dirk van Westendorp en Jannetje van Eldijk

Nadere Toegang op inv. nr 388

Woudenberg , dr. van Evert Kleinveld en Jannetje Kleinveld Uit dit huw.: 1. Jan van Lunteren, geb. Woudenberg

NT00063_177. Nadere Toegang op de inv. nr 177. uit de Notariële archieven tot 1896, (1930) (63)

Berkhorst. Mogelijkheid: Otto Jacobsz is een zoon van Jacob Reijers, zie gesch. en geneal. Wolfswinkel

Van de Pol (1) Jacob Jansz

nr 19; ). In 1737 sluiten de broers Peter en Cornelis met hun zus een overeenkomst. (RHC ZOU, arch. nr 66, inv.

Schouten. II Egbert Schuiten van Delden, schoenmaker, tr. NN Uit dit huw.: 1. Hermen Schuiten/Schouten, volgt III

NT00064_2488. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

Scherpenzeelse (fragment)genealogieën

nr 19; ). In 1737 sluiten de broers Peter en Cornelis met hun zus een overeenkomst. (RHC ZOU, arch. nr 66, inv.

2. Jan Gerritsen van Ravenhorst, ged. Woudenberg , get. Arrisje Arissen 3. Teuntje Hendriksen van Ravenhorst, ged. Amerongen ,

Uit dit huw.: 1. Breunis Jansz van Essen, ged. Scherpenzeel , volgt IVa

Renswoudse (fragment)genealogieën

Cornelis Barten Blaauwendraat, ged. Veenendaal , landbouwer op de Ringelpoel, begr. Woudenberg , tr. Evertje Jans van Ginkel,

Van Romen - Scheerder

Dashorst (Woudenberg)

Steenbeek (1) september gulden te betalen aan Rijck Jansz (1/4 deel), Cornelis Gijsbertsz (1/4 deel) en Maria

1. Dirkje Jans Tolboom, ged. Hoogland (RK) , get. Maria Wulferts, otr. Hoogland (gerecht) en tr. Hoogland (RK) Jan

Het erf Coudijs. Koudijs (1)

Deze familie komt waarschijnlijk van de boerderij Pothoven, Lunterseweg 40, een rijksmonument in Ede.

In 1770 vindt er boedelscheiding plaats tussen de kinderen. Arien, Elbert en Aagje Teunissen, won.

Van Linden/Lienden (1)

Boon. Lagelandt, zijnde een deel van Cleijn Moorst. Oost: de Glinthorst, west: Kleijn Moorst, zuid:

1. doodgeb. kind, ov. Woudenberg Jan van Voorthuizen, geb. Woudenberg , landbouwer, ov. Renswoude , tr.

Kramer (1)

Nadere Toegang op inv. nr 390

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

In 1643 is Roeloff Sarren/Sanders, op 't Willer borg voor de erfgenamen van zal. Jorden Thonisz. samen met Cornelis Cornelisz Jongelangelaer

NT00064_2476. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)


De eerste generaties komen uit een publicatie in Veluwse Geslachten, gepubliceerd door: R. Klaasen uit Veenendaal en E.

Transcriptie:

Spickhorst (1) Stamreeks Spickhorst/Soene De boerderij Spikhorst (Oude Holleweg 19) ligt ten zuiden van Renswoude. Op een deel van haar grondgebied is de gelijknamige woonwijk gebouwd. De geschiedenis van Spickhorst en de boerderij Nijburg die er ten westen van ligt, is nauw verweven. Nijburg is voor een deel leengoed van Huis Scherpenzeel geweest. Daarom kon met behulp van het leenboek de volgende stamreeks worden gemaakt. Na verloop van tijd krijgen leden van deze familie de toevoeging Soene. Het is niet duidelijk waar deze naam vandaan komt. I Cornelis Jacobsz, geb. ca. 1520, tr. NN In 1546 wordt Cornelis Jacobsz beleend met Spijkhorst bij overdracht door Steven de Waal met lijftocht van Gozewijn, dochter van Rijk Tonisz., zijn vrouw, op ƒ20. karolus (Leenhof 133, fol. 51; 15-05- 1546). 1. Jacob Cornelisz, geb. ca. 1558, ov. ca. 1618, volgt IIa 2. Willem Cornelisz Spickhorst, geb. ca. 1562, volgt IIb IIa Jacob Cornelisz, geb. ca. 1558, ov. ca. 1618, tr. Ariaentgen Gijsberts In 1583 wordt Jacob Cornelisz beleend met Spijkhorst na dode van zijn vader Cornelis Jacobsz (Leenhof 135, fol. 1; 11-05-1583). In 1587 wordt Wijllem Cornelijssen beleend door opdracht van Jacop Cornelissen met een deel van Nijeburch (genoemd in Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 194vo; 24-08-1636 en fol. 227; 1649; 21-08-1587). 1. Cornelis Jacobsz Spickhorst, geb. ca. 1590, volgt IIIa 2. Ott Jacobsz, geb. ca. 1595 In 1628 wordt Otth Jacobsz beleend met Spickhorst na dode van zijn vader Jacob Cornelisz (Leenhof 137 B, fol. 70v-71; 16-08-1628). Ott Jacobsz cs verkoopt aan Roelof Fransz en zijn vrouw twee percelen land met de timmeringe daar op staande te Renswoude. Zoals Cornelis Jacobsz de Jonge hetzelve heeft gebruikt en van het erf Spyckhorst en Nyborch afgedeelt, leengoed van Huis Scherpenzeel. Koop: 21-12-1626. Toen heeft men ontdekt dat het land uit twee lenen aan Huis S. bestaat en een leen aan de Staten van Utrecht en dat dit niet in de koopbrief vermeld stond. Ott belooft de twee Scherpenzeelse lenen te combineren tot één en die te betalen. Pas dan zal Roelof de eerste termijn betalen van f 150 gl. Resteert nog 300 gl. Getuigen: Oth Jacobz, Roelof Fransz (AT004a002; 08-04-1628). Begint met dezelfde acte van 08-04-1628, die is overgeschreven. Hieronder staat een verklaring van Roelof Fransz cs ter eenre en Cornelis Jacobsz zonen ter andere Afgesproken wordt dat Roelof Fransz de heergewaden van Scherpenzeel zal betalen. Getuigen: Oth Jacobsz, Cornelis Jacobsen, Roelof Fransz, Peel Maessen Roebert, Jan Aelbertsz Holtappel (AT004a003; 27-01-1629). In 1656 brengt Roel Fransen zijn erf genaamd Spickhorst en Nijborcht aan bij het gerecht (Dorpsgerecht Renswoude 1800; 01-06-1656). 1. Jan Ottenz In 1635 wordt Jan Ottensz beleend met Spickhorst na dode van zijn vader Otto Jacobsz (Leenhof 137 B fol. 107v-108; 04-03-1635). 2. Jacob Ottensz

In 1638 wordt Jacob Ottensz beleend met Spickhorst na dode van zijn broer Jan Ottenz wegens testament 12-12-1610 van Jacob Cornelisz. en Adriaen Gijsbertsd., zijn grootouders (Leenhof 103, fol. 255v-256v; 24-11-1638). 3. Gijsbertje Ottens Genoemd in HUA, Hof van Utrecht, inv.nr 233-3. 3. Teunis Jacobsz, geb. ca. 1600, ov. ca 1654, tr. NN In 1638 wordt Teunis Jacobsz beleend met een deel Spickhorst (Laansma, blz. 69). 1. Jacob Teunisz, geb. ca. 1625 In 1654 wordt Jacob Teunisz beleend met een deel Spickhorst na dode van zijn vader (Laansma, blz. 69). IIIa Cornelis Jacobsz Spickhorst/ t Janck, geb. ca. 1590, landbouwer op t Janck, bij de Haer, tr. NN In 1618 wordt Cornelis Jacobs beleend door opdracht van zijn vader Jacob Cornelisz x Ariaentgen met twee morgen "heetfeltz, rondsomme affgegraven mit enen wal uijt hare aenpart van den erve Nijeborch"; oost: het bouwland van de Heer van Renswoude, gebruikt door de molenaar, zuid en west: hun andere deel van Nijeborch, noord: het heetveld van Nijeborch, eigendom van Henrick Arrisz en gebruikt door de weduwe van Aelbert Fransz. Bovendien krijgt hij het recht om elk jaar een koe en een kalf te weiden op het land van zijn ouders (Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 124; 30-04-1618). In 1635 wordt Gerrit Joosten door Cornelis Jacobsz Spickhorst voor het gerecht gedaagd. (Dorpsgerechten Amerongen nr. 124; 21-9-1635). In 1635 wordt Cornelis Jacobsz Spickhorst als erfgenaam van zijn vader Jacob Cornelisz door Gerrit Joosten voor het gerecht gedaagd om te bekennen of de handtekening van zijn vader staat onder obligatie van 09-04-1616. (Dorpsgerechten Amerongen nr. 124; 22-09-1635). In 1637 wordt Thonis Willemsz Cloetingh door Cornelis Jacobsz Spickhorst voor het gerecht gedaagd (Dorpsgerechten Amerongen nr. 124; 17-01-1637). In 1642 wordt Cornelis Jacobsz Spickhorst/ t Janck door Gerrit Jansz Wildeman voor het gerecht gedaagd wegens vechten. Borgen van Cornelis: Jan Jansz, kuiper en een andere Cornelis Jacobsz (Recht. Arch. Scherpenzeel nr 2, fol. 145-164vo; 22-08-1642 tot 27-02-1643). Cornelis Thonisz contra Cornelis Jacobsz Spickhorst. T Gerecht vergunt dacht tot op morgen ende copij (Dorpsgerecht Amerongen 125; 15-01-1644). In 1644 betaalt Cornelis Jacobsz tianck 0-6 aan dorpslasten te Ginkel. (RHC ZOU, arch. nr. 72, inv. nr. 176). Van 1626-1648 wordt Cornelis Jacobsz t Janck vele malen genoemd bij de verpachting van de Tienden van St. Pieter (Boek Dick van Wageningen). 1. Gijsbert Cornelisz t Janck, landbouwer op Langelaar onder Doorn 1638-1652, later op Spreeuwenstein, ov. 1665, tr. Beatrix Tijmens In 1638 constitueert Gijsbert Cornelis, won. Doorn, Vechoven (HUA, Hof van Utrecht, inv.nr. 330-1; 29-09-1638). In 1641 is er een rechtzaak tussen Gijsbert Cornelisz en Helmert Jansz. Zie 27-1-1645 (23-03-1641). In 1642 rechtzaak van Merenburg tegen kinderen van Wolphert Tijmensz. Gijsbert is dan al getrouwd. (16-07-1642). In 1643 heeft Gijsbert Cornelisz een rechtzaak tegen Hans Haes. Dezelfde dag heeft Helmert Jansz een rechtzaak tegen Gijsbert Cornelisz (Dorpsgerechten Doorn 527; 11-12-1643). In 1644 constitueren Willem Tijmensz en Gijsbert Cornelisz een procureur (Dorpsgerechten Doorn 527; 03-05-1644). In 1645 heeft Willem Tijmensz als mede-erfgenaam van zijn overleden broer Cornelis Tijmensz een rechtzaak tegen Gijsbert Cornelisz als getrouwd hebbende Beatrix Tijmensz (Dorpsgerechten Doorn 527; 23-01-1645). In 1645 verklaart Gijsbert Ellersz, 21 jaar, knecht van Cornelis Cornelisz Blanckensteijn, dat hij Cornelis Tijmensz op zijn doodbed heeft horen belasten dat Gijsbert Cornelisz zijn zwager al zijn kleren zou hebben en de andere twee broers de rest van de goederen en schulden delen (Dorpsgerechten Doorn 527; 27-01-1645). In 1645 stellen Gijsbert Cornelisz en Helmert Jansz een arbitragecommissie in van enkele schepenen om twee kwesties tussen hen uit te spreken. Het gaat om een gevecht tussen beiden waarbij Helmert

Jansz gequetst is en enige tijd niet in staat om te werken en om restitutie van enige bieren (Dorpsgerechten Doorn 527; 27-01-1645). In 1645 wil Willem Tijmansz, zijn zwager dat Gijsbert Cornelisz van de hofstede af gaat, die hij sinds 1638 huurt van zwager Cornelis Tijmensz (Dorpsgerechten Doorn 527; 15-04-1645). In 1645 wordt hij aangesteld als schepen van Doorn (Dorpsgerechten Doorn 527; 25-08-1645). In 1645 legt hij de eed af als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 28-10-1645). In 1646 bekennen Willem Gerritsz en Gerrit Jansz Wildeman beiden uit Scherpenzeel 500 gulden schuldig te zijn aan Gijsbert Cornelisz te Doorn (Dorpsgerechten Doorn 527; 27-01-1646). In 1647 wordt Gijsbert Cornelisz opnieuw aangesteld als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 28-05- 1647). In 1649 bekent Evert Saren van Ginkel uit Amerongen dat hij 40 gulden schuldig is aan Gijsbert Cornelisz voor een grauwe merrie die hij van hem kocht (Dorpsgerechten Doorn 527; 27-05-1649). In 1650 wordt Gijsbert Cornelisz genoemd in een verkoopacte als belender van een perceel (Dorpsgerechten Doorn 529; 19-05-1650). In 1652 verkopen Gerrit Tijmensz en Willem Tijmensz hun recht op een vierde deel van twee huizingen en hofsteden aan Gijsbert Cornelisz hun zwager (Dorpsgerechten Doorn 529; 02-02-1652). In 1652 verkoopt Gijsbert Cornelisz een huis en hofstede met vierdalff mergen land in Tuil aan Evert Wulphertsz Snell (Dorpsgerechten Doorn 529; 02-02-1652). In 1654 heeft Aert Jansz dienstknecht van Gijsbert Cornsz een rechtszaak te Doorn (Dorpsgerechten Doorn 527; 12-01-1654). In 1655 is Gijsbert Cornelisz gedaagde tegen Jan Petersz die schade zou hebben opgelopen van Gijsberts paarden (Dorpsgerechten Doorn 527; 10-07-1655). In 1655 wordt hij genoemd als voogd over de kinderen van Claes Wulphertsz (Dorpsgerechten Doorn 527; 29-11-1655). In 1660 heeft Gijsbert een rechtzaak tegen Cornelis Cornelisz Blanckesteijn over bijen (Dorpsgerechten Doorn 527; 29-06-1660, 20-09-1660). In 1660 en 1661 wordt hij genoemd als kerkmeester in de gerechtsnotulen van Doorn. (Dorpsgerechten Doorn 527; 16-12-1660, 03-01-1661). In 1661 wordt zijn rechtszaak tegen Cornelis Cornelisz Blanckesteijn als niet geldig verklaard door het gerecht (Dorpsgerechten Doorn 527; 17-01-1661). In 1661 koopt hij een aantal akkers land van Frederick Robbertsz (Dorpsgerechten Doorn 529; 07-02- 1661). In 1661 genoemd als geërfde (Dorpsgerechten Doorn 527; 21-03-1661). In 1661 aangesteld als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 04-04-1661). In 1661 tekent hij als schepen een transportacte (Dorpsgerechten Doorn 529; 11-04-1661). In 1661 genoemd als schepen. (Dorpsgerechten Doorn 529; 01-08-1661). In 1662 afwezig als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 06-02-1662). In 1662 gecontinueerd als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 26-08-1662, 02-10-1662). In 1663 maken zij een testament te Doorn (Dorpsgerechten Doorn 529; 11-01-1663). In 1663 gecontinueerd als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 09-06-1663). In 1663 genoemd als kerkmeester. (Dorpsgerechten Doorn 527; 19-06-1663). In 1663 ontslagen als schepen (Dorpsgerechten Doorn 527; 21-08-1663). In 1664 genoemd als belender van Schoonoord (Dorpsgerechten Doorn 529; 09-07-1664). In 1664 wordt hij genoemd als schepen. (Dorpsgerechten Doorn 529; 08-11-1664). In 1664 is Gijsbert Cornelisz nog als kerkmeester in het gerecht van Doorn aanwezig (Dorpsgerechten Doorn 527; 27-12-1664). In 1665 wordt hij genoemd als geërfde. (Dorpsgerechten Doorn 527; 31-01-1665). In 1665 wil hij van het gerecht 200 gulden kapitaal terug die hij sinds 15-12-1661 aan Peter van Cleef heeft geleend (Dorpsgerechten Doorn; 28-02-1665). In 1665 wordt de wed. Gijsbert Cornelisz genoemd als belender in een hypothecaire acte (Dorpsgerechten Doorn 529; 07-05-1665). In 1665 heeft de wed. Gijsbert Cornelisz in Doorn een rechtszaak als gedaagde (Dorpsgerechten Doorn 527; 26-10-1665). In 1672 betaalt de diaconie van Doorn aan de wed. van Gijsbert Cornelisz een jaer renten van 50 gulden capitael. In 1680 verkopen de erfgenamen van Gijsbert Cornelisz en zijn vrouw de boerderij met 32 morgen land aan Cornelis Jansz van Velpen. (Dorpsgerechten Doorn 530; 08-08-1680). Compareerden voor Schout ende Gerechte van Doorn Wulphert Gijsbertsz Spijckhorst, ende Jan Cornelisz van Velpen, als getrout hebbende Beatrix Gijsbertsz, kinderen ende mede Erfgenamen van Gijsbert Cornelisz ende Beatrix Tijmensz, ende verclaerden tot competenten ouderdom ende oock ten

houwelijcken State gecomen te zijn Daeromme bij desen te ontslaen ende bedancken haren Oom Gerrit Tijmensz van sijn Momberschap ende administratie en goede sorge de welcke hij voor haer hadde gedragen, Ende bekenden dat de voorn Gerrit Tijmensz haren Oom, egeene papieren, rentebrieven, ofte eenige penningen meer onder hem heeft behouden, nemaer die alle te samen overgelevert heeft, Ende versochten daervan gemaeckt te worden acte in forma, de welcke is dese, om haer voorn Oom gelevert te mogen worden, Actum den 8e augustus 1680 Present Adriaen van Ossenberch Schout, Herman van Holten ende Teunis Gerritsz Schepenen. (Recht. Arch. Doorn 527, blz. 182; 08-08-1680). Een uytgangh van twaelff gulden jaerlijcx gaende uyt seker lant, daervan de groote niet en weet, en gelegen tot tot Doorn, en waervan dat possesseur is Cornelis Jans, in plaets van Gijsbert t Janck 12 0 0 (RHC ZOU, arch.nr. 1, inv.nr. 51LL; 25-7-1687). 1. Jan Gijsbertsz Spijkhorst, geb. Doorn ca. 1660, begr. Doorn tussen 30-01-1718 en 06-02-1718, tr. (1) Doorn 23-05-1681 Aletta Teunissen van Leersum, van Doorn, begr. Doorn tussen 23 en 30-04-1702, tr. (2) Doorn 06-12-1703 Anna Roelants Kinderen te Doorn. 2. Wulphert Gijsbertsz Spijckhorst, geb. Doorn, otr. Doorn (gerecht) 02-04-1680 Claesgen Jans van Rhijn, won. Maarssen 3. Beatrix Gijsberts Spijkhorst, won. Doorn, tr. (1) Doorn 07-03-1680 Jan Cornelisz van Velpen, won. Doorn, otr. (2) Doorn 08-04-1713 Jacob Willemsz, van Achterberg 4. Deliana Gijsbers van Spijkhorst, tr. Doorn 16-4-1665 Jan Cornelisz. 5. Jacob Gijsbertsz van Spijkhorst, begr. Doorn tussen 03 en 10-01-1686 2. Jan Cornelisz Spickhorst, ov. voor 1682, tr. (1) Huijbertje Aris, tr. won. Elst (2) Amerongen 04-10-1657 Maeijgje Cornelis, wed. Hendrick Petersz, won. Amerongen, tr. won. Elst (3) Amerongen 08-02-1663 Beertje Berends, wed. Jacob Jaspersz, won. Elst, ov. voor 1685 Jan Cornelisz Spickhorst contra Jan Jansz van Velen. Vanwege arbeidsloon. (Dorpsgerecht Amerongen 124; 12-06-1637). Alzo Jan Cornelisz Spickhorst als berbaers man van Clinckhamer-weert doleert door last van zijn principalen dat de Vissers van Rhenen zich onderstaan om achter de kribben van deze weert in killen en hanken te vissen maar het stick te vertreden (RHC ZOU, arch.nr 66, inv.nr 161; 17-06-1659). 1659 Jan Cornelisz Spickhorst, bewaersman vanden Clinckhamer-weert. Problemen met de vissers. (RHC ZOU, arch.nr 66, inv.nr 215-10; 1659). Jan Cornelissen van Spickhorst x Beertje Berens lijftochten elkaar in het huis met bergland te Elst en een boomgaardje tegen het huis aan en een blote kist sonder goet (Notarieel Rhenen 2057; 19-01- 1680). Beertje Berents, laatst wed. Jan Cornelissen van Spickhorst, transporteert aan Jasper Jacobsen x Geurtje Jans, haar zoon en schoondochter, een huis en schuur met hof en het tabaksland daar rondom, groot 0,5 morgen te Elst, waar oostwaarts en westwaarts Jan Cornelisse Pijsels erfgenamen, zuidwaarts en noordwaarts de gemene herenweg. En een wilgenbosje daar tegenover gelegen. En 0,5 morgen eng- of broekland tegenover de herenweg. (Notarieel Rhenen 2057; 24-08-1682). Registratie van acte van 19-1-1680 te Rhenen gepasseerd. Jan Cornelisz van Spickhorst x Beertje Berents, won. Elst, lijftochten elkaar in het huis en hof met het annexe bergland te Elst en in een boomgaardje liggende zuidwaarts tegenover het huis, en een blote kick sonder goet om alle deselve percelen van goederen bij de langstlevende van hun beijden in rechten lijftocht levenslang te genieten. Compareerde nu Arris Jansz van Spickhorst, won. Nederlangbroek, voor zichzelf en voor Weijmken, Jannigjen en Merrigjen Jans van Spickhorst, tezamen als erfgenamen van Jan Cornelisz van Spickhorst, die deze lijftocht toont ter registratie. (RHC ZOU, arch.nr 66, inv.nr 473; 28-11-1682). Beerntjen Berents wed Jan Cornelisz van Spickhorst, geassisteerd met Jasper Jacobsz, haar zoon, constitueert Adriaen van Wijck, procureur van Rhenen contra de kinderen en erfgenamen van haar man. (RHC ZOU, arch.nr. 63, inv.nr. 169; 22-04-1683). Arris Jansen van Spickhorst en Jan van Ceulen, bleker te Utrecht, x Jannigje Jansen van Spickhorst, die wed. was van Huijch Thonissen uitte Leije, tezamen kinderen en ieder ¼ erfgenaam van Jan Cornelissen van Spickhorst, en namens Weijmke Jans van Spickhorst, wed Harman Dircksen, alsmede voor Jan Gerritsen de Breeje x Merrigje Jans van Spickhorst, mede-kinderen en erfgenamen van Jan Cornelissen van Spickhorst, bekennen ontvangen te hebben van Jasper Jacobsz, zoon van Beertje Berents, die wed. was van Jan Cornelissen van Spickhorst, 134 gulden volgens uitkoop. (Notarieel Rhenen 2057; 04-01- 1685).

Uit het 1e huw.: 1. Arris Jansen van Spickhorst, geb. Elst, ged. Amerongen 19-09-1647, ov. Nederlangbroek tussen 14-05-1723 en 06-05-1724, won. Neerlangbroek, tr. Amerongen (att. van Neerlangbroek) 11-05-1663 Reijertje Teunis, wed. Cornelis Roelofsz Prins, won. Neerlangbroek In 1704 is Aris Jansen van Spickhorst schepen van Neerlangbroek (HUA, UT097a011, nr. 92; 17-04-1704). 2. Jannigje Jansen van Spickhorst, tr. (1) Huijch Thonissen uitte Leije, tr. (2) Jan van Ceulen, bleker te Utrecht 3. Weijmke Jans van Spickhorst, tr. Harman Dircksen Weerlant, metselaar, ov. voor 1685 Harman Dircxen Weerlant, metselaer, won. aan de Steenwech te Utrecht en Weyntgen Janss van Spickhorst; testament op de langstlevende (HUA; UT064a007, nr. 69; 05-04-1678). 4. Merrigje Jans van Spickhorst, tr. Leersum (att. van Amerongen) 18-10-1674 Jan Gerritsen de Bree, van Woudenberg 5. Jacob Jansz van Spickhorst, won. Elst, tr. Amerongen 14-03-1664 Teuntje Jacobs, won. Elst 1. Jacob Jacobsz van Spickhorst, geb. Elst, ged. Amerongen 15-12-1664 2. Huijbertje Jacobs van Spickhorst, geb. Elst, ged. Amerongen 8-9-1667 6. Teuntje Jans van Spickhorst, won. Rijswijk, tr. Amerongen (att. van Rijswijk) 05-04- 1668 Jan Lambertsz van Maes, won. Rijswijk 7. Catharijntje Jans van Spickhorst, geb. Elst, ged. Amerongen 18-06-1643 IIb Willem Cornelisz Spickhorst, geb. ca. 1562, ov. ca. 1636, tr. Willemtgen Jordens In 1587 wordt Wijllem Cornelijssen beleend door opdracht van Jacop Cornelissen met een deel van Nijeburch (genoemd in Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 194vo; 24-08-1636 en fol. 227; 1649; 21-08-1587). In 1611 koopt Willem Corneliss Speckhorst de tiend van Geitenbeek, borgen: Cornelis Corneliss en Rijck Bartss In 1614 wordt Wilhem Cornelissen x Willemtgen Jordens, momber: Wijnandt Johansz (opnieuw) beleend door opdracht van Jacob Cornelissen x Ariaentgen met een deel van Nijeburch. Nu volgt hun testament. Als één van de ouders sterft zullen de kinderen Cornelis, Goeesentgen x Jan Arrissen, Neeltgen en Marrijtgen en de langstlevende ouder de opbrengsten van dit goed verdelen. De oudtse zoon mag het goed na dode van zijn ouders kopen voor f 1600,= (Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 122; 13-06-1614). 1. Cornelis Willemsz, volgt IIIb 2. Goesentgen Willems, tr. Jan Arrissen (Swart) 1. Merij Jans, ged. Scherpenzeel 25-10-1612 2. Aris Jansz, ged. Scherpenzeel 26-12-1613 3. Jangen Jans, ged. Scherpenzeel 02-07-1615 3. Neeltgen Willems 4. Marrijtgen Willems IIIb Cornelis Willemsz, ov. 1654, tr. Scherpenzeel 26-10-1612 Ariaengen Albertsen, van Renswoude In 1636 wordt Cornelis Wijllemsz beleend na dode van zijn vader Wijllem Cornelissen met een vierkante kamp land van Nijeboerch "gelegen over die beeck noertwaert opstreckende den waegenwech aen Andrijes Hendrijckses landt tot den Hoellen wech toe, oostwaert opstreckende den sloet langes Spijchoerst tot Ravenhoerst toe ende voerts aen de wetrijnge toe, zuijtwaert de weteringe langts tot die beeck toe ende westwaert tot die beeck langts Olde Wolffswijnckel, mit eggen, mit eijnden, heij ende

weij". Door Wijllem Cornelijssen in leen ontvangen door opdracht van Jacop Cornelissen op 21-08- 1587. (Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 194vo; 24-08-1636). Lidm. reg. Renswoude 1652: Cornelis Willemse, overleden in den jaere 1654. Lidm. Renswoude ca. 1652: Ariaentie Aelberts, weduwe van Corn. Willems, gestorven ao. 1653. 1. Jan Cornelisz Soene, ged. Scherpenzeel 05-09-1613, volgt IV 2. Cornelis Cornelisz, ged. Scherpenzeel 26-11-1615 3. Ebel Cornelisz, ged. Scherpenzeel 16-11-1617 4. Albert Cornelisz Soene, ged. Scherpenzeel 05-09-1619, ov. Renswoude okt. 1667, tr. (1) Grietgen Arrissen, dr. van Aris Sanders en Niesje Willems, op de Pol, tr. (2) Scherpenzeel 09-11-1662 Marritien Arrissen, dr. van Arris Jansen, op Rooijwinkel In 1649 wordt Aelbert Cornelisz beleend na dode van zijn vader Cornelis Willemsz met een vierkante kamp land van Nijeborch. Belendingen als boven (Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 227; 1649). Lidm. Renswoude 1658: Aelbert Corneliszen Soene. Lidm. Renswoude 1661: Grietjen Arris, hv. van Aelbert Corneliszen, gestorven. Lidm. reg. Renswoude 1663: Aelbert Cornelisse Soene en Marretie Arrissen. In 1666 vestigt Aelbert Cornelissen, weduwnaar van Grietgen Aersen haar nalatenschap in Nienborgh getaxeerd op f 1000,= volgens maaggescheid van 01-05-1662. Twee kinderen uit dit huwelijk: Cornelis Aelbertsen en Aerrisgen Aelbertsen, momber: hun oom Sander Aersen (Huis Scherpenzeel, Leenboek 142, fol. 55vo; 06-05-1666). In 1666 leent Aelbert Cornelissen f 950,= van Corneliss Jansen x Aeltgen Everts. Onderpand: Nieborgh (Huis Scherpenzeel, Leenboek 142, fol. 56vo; 11-05-1666). In 1669 wordt Cornelijs Jansen, ploegenmaker, wonende aan de Hoelvoet, beleend door opdracht van Jan Aertsen van Lambalgen, executeur van de nalatenschap van Aelbert Cornelijssen met een vierkante kamp land "genaempt de Nijeborch, gelegen oever die Beeck"; noord: "een waegenwech aen Andrijes Hendrijcksijs landt tot den Hollen wech toe", oost: "opstreckende een sloet langens Spijchoerst tot Raevenhoerst ende voorts aende weteringe toe, zuid:"die weteringe langens tot die beeck langens oude Wolfswijnckel toe" (Huis Scherpenzeel, Leenboek 142, fol. 42; 10-05-1669). Uit het 1 e huw.: 1. Cornelis Aelbertsz, ged. Renswoude 30-07-1654 In 1677 is Cornelis Aelbertsen getuige bij het huw. van zijn zuster. 2. Arrisje Aelberts, tr. Scherpenzeel 18-11-1677 Cornelis Hermsen, van Achterberg, won. Kleijn Donckeler Uit het 2 e huw.: 3. Arris Aelbertsz, ged. Renswoude 27-09-1663 4. Adriaentje Aelberts, ged. Renswoude 11-06-1665 5. Theunis Aelbertsz, ged. Scherpenzeel 09-12-1666 5. Aelbertje Cornelis, van Spikhorst/Ravenhorst, ov. Renswoude 22-02-1704, otr. Renswoude 06-11-1653 Jan Janssen Schaffelaer, van Slappendel onder Woudenberg, ov. Renswoude 08-11-1706 Lidm. reg. Renswoude 1657: Jan Janszen en Aelbertje Corneliszen, Eesche Veen en Veenkant. Lidm. reg. Renswoude 1663: Jan Jansen Schaffelaer en Aelbertie Cornelisse, Veenkant. In 1666 verkopen Willem Cornelisz Ravenhorst, Jan Cornelisz Ravenhorst, Jorden Cornelisz Ravenhorst, Jorden Jans Ebbenhorst x Jantje Cornelissen Ravenhorst, Jan Jans Schaffelaer x Aelbertje Cornelisz Ravenhorst aan Jan Gijsberts, wonende Lambalgen. 'seecler huijsinge, hof ende hofstede, bergh ende schuijr; mitsgaders bepotinge ende beplantinge daer op staende ende vorders met alle sijne toebehooren, en al 't gene daer in aert ende nagelvast is; oock mette landerijen daer aen behoorende, sijnde t' samen vijff gedeelte van 't Arff ende goet genaemt Groot Ravenhorst [...] soo 't selve bij Willem Cornelis voors. gebruijckt wert'. Het betreft erfgoed van comparanten. Belast met 150 gulden ten behoeve van de kerk van Renswoude, 1500 gulden ten behoeve van voorn Jan Gijsberts, 500 ten behoeve van Gijsbert Aelberts, 800 ten behoeve van Jorden Jansz Spickhorst (Recht. Arch. Renswoude; 09-04-1666). Lidm. reg. Renswoude 1669: Jan Jansz Schaffelaar en Aelbertjen Cornelis, Veenkant. 6. Willem Cornelisz Spijkhorst Soene/Ravenhorst, ov. Renswoude 07-08-1686, otr. Renswoude 1648 Grietgen Aris Thonisdr, van Emmikhuizen Lidm. Renswoude 1652: Willem Cornelisse en Grietie Erris.

Lidm. reg. Renswoude 1657: Willem Corneliszen Soene en Grietjen Arris. In 1666 verkopen Willem Cornelisz Ravenhorst, Jan Cornelisz Ravenhorst, Jorden Cornelisz Ravenhorst, Jorden Jans Ebbenhorst x Jantje Cornelissen Ravenhorst, Jan Jans Schaffelaer x Aelbertje Cornelisz Ravenhorst aan Jan Gijsberts, wonende Lambalgen. 'seecler huijsinge, hof ende hofstede, bergh ende schuijr; mitsgaders bepotinge ende beplantinge daer op staende ende vorders met alle sijne toebehooren, en al 't gene daer in aert ende nagelvast is; oock mette landerijen daer aen behoorende, sijnde t' samen vijff gedeelte van 't Arff ende goet genaemt Groot Ravenhorst [...] soo 't selve bij Willem Cornelis voors. gebruijckt wert'. Het betreft erfgoed van comparanten. Belast met 150 gulden ten behoeve van de kerk van Renswoude, 1500 gulden ten behoeve van voorn Jan Gijsberts, 500 ten behoeve van Gijsbert Aelberts, 800 ten behoeve van Jorden Jansz Spickhorst (Dorpsgerecht Renswoude; 09-04-1666). Willem Cornelisz Sonen vestigt in zijn huis en in 1/8 deel van het erf Groot Ravenhorst 150 gl tot onderhoud van de kerk van Renswoude die hij schuldig was aan dhr Johan baron van Reede die dit geld aan de kerk had vereerd. Cassatie is geschied op 02-05-1666. (Dorpsgerecht Renswoude 1800; nov. 1662). Lidm. reg. Renswoude 1669: Willem Cornelis Soone Willem Cornelissen van Spickhorst wordt vaak verward met Willem Cornelissen van Ebbenhorst. Zie opmerkingen aldaar. In 1677 is Willem Cornelisz getuige bij het huw. van zijn nicht (oomzegger) Arrisje Aelberts. 1. Arris Willemsz, ged. Renswoude 29-05-1658 2. Lijsbetje Willems, ged. Renswoude 11-05-1662 3. Cornelis Willemsz, ged. Renswoude 07-01-1666 4. Willemijntje Willems, ged. Renswoude 22-12-1667 5. Willem Willemsz, ged. Renswoude 07-02-1669 7. Jorden Cornelisz Spickhorst Soene/Ravenhorst, ov. Renswoude 15-03-1691, tr. Renswoude 07-03-1657 Lijsje Timens, jd, won. Emmikhuizen, ov. Renswoude 14-04-1691 Lidm. Renswoude 1657: Jorden Cornelisse Spickhorst Soene en Lijsje Tijmens, op de Vendel Lidm. reg. Renswoude 1663: Jorden Cornelissen Soene en Lijsbetie Thijmans, Dwarsweg In 1666 verkopen Willem Cornelisz Ravenhorst, Jan Cornelisz Ravenhorst, Jorden Cornelisz Ravenhorst, Jorden Jans Ebbenhorst x Jantje Cornelissen Ravenhorst, Jan Jans Schaffelaer x Aelbertje Cornelisz Ravenhorst aan Jan Gijsberts, wonende Lambalgen. 'seecler huijsinge, hof ende hofstede, bergh ende schuijr; mitsgaders bepotinge ende beplantinge daer op staende ende vorders met alle sijne toebehooren, en al 't gene daer in aert ende nagelvast is; oock mette landerijen daer aen behoorende, sijnde t' samen vijff gedeelte van 't Arff ende goet genaemt Groot Ravenhorst [...] soo 't selve bij Willem Cornelis voors. gebruijckt wert'. Het betreft erfgoed van comparanten. Belast met 150 gulden ten behoeve van de kerk van Renswoude, 1500 gulden ten behoeve van voorn Jan Gijsberts, 500 ten behoeve van Gijsbert Aelberts, 800 ten behoeve van Jorden Jansz Spickhorst (Recht. Arch. Renswoude; 09-04-1666). Lidm. reg. Renswoude 1669: Jorden Cornelisz Soene en Lijsbetje Tijmans, won. onder Dwerswech 1. Cornelis Jordensen, ged. Renswoude 02-05-1658, tr. Renswoude 11-11-1688 Aeltje Teunis Cornelis Jordense Soenen bode des gerechts van Renswoude contra Jantje Cornelis wed Gerrit Cornelisse en Rijk Claesen. Cornelis Claesse won op de Kleine Vliert. Zijn goederen zijn gearresteerd en worden verkocht. (Dorpsgerecht Renswoude 1799; 07-07-1723). 1. Teunis/Toon Cornelisz van Zonen, ged. Renswoude 02-03-1690, tr. Renswoude 07-11-1727 Aaltje Maassen van Voorthuizen, van Voorthuizen 1. Willemijntje Tonen, ged. Renswoude 22-08-1728, in het dorp 2. Cornelis Tonen, ged. Renswoude 22-01-1730, in het dorp, jong ov. 3. Aeltje Tonen, ged. Renswoude 31-08-1732, in het dorp 4. Jorden Tonen van Soenen, ged. Renswoude 30-01-1735, in het dorp, otr. Scherpenzeel 16-05-1761, tr. Renswoude Dirkje Jacobs, ged. Scherpenzeel 10-12-1730, aan de Holevoet, dr. van Jacob Jansz en Jantje

Jacobs. Dirkje, otr. (2) Renswoude 01-08-1766 (otr. Woudenberg) Tijs Andriesse Ederveen, wed. Huibertje Hendriks van Ginkel, won. Woudenberg Jorden is de laatste met de toevoeging Soenen/Zonen. 1. Aaltje Jordens Zonen, ged. Renswoude 07-06-1762 2. Cornelis Jordensz Zonen, ged. Renswoude 22-12-1763 5. Aaltje Tonen Soenen, ged. Renswoude 16-02-1738, in het dorp, tr. Renswoude (otr. Renswoude 05-06-1777) Jan Drost, geb. op de Wagteldonk, ged. Renswoude 15-01-1747, zn. van Cornelis Jansen Drost en Cornelia Reijersen 6. Cornelis Tonen, ged. Renswoude 03-07-1740, in het dorp 7. Wouter Tonen, ged. Renswoude 03-03-1743, in het dorp 2. Jorden Cornelisz, ged. Renswoude 25-02-1694 3. Wouter Cornelisz, ged. Renswoude 24-01-1697 4. Geertje Cornelis, ged. Renswoude 11-02-1700 5. Lijsje Cornelis, ged. Renswoude 22-02-1705 2. Onbekend, ged. Renswoude mei 1661. Waarschijnlijk Tijmen Jordens Zonen, tr. Renswoude 16-11-1699 Gerrigje Cornelissen Timmer 1. Lijsje Tijmens van Sonen, geb. Ederveen, ged. Renswoude 08-09-1700, tr. (1) Renswoude 28-03-1728 Teunis Cornelisz de Bondt, won. Rhenen, tr. won. Emmikhuizen (2) Renswoude 11-11-1736 Jan Hendriksz Brink, geb. Arnhem 2. Cornelis Tijmensz Soenen, ged. Renswoude 01-04-1703, tr. Gerritje Maassen. Gerritje Maassen, won. Ederveen, tr. (2) Renswoude (att. van Ede en Scherpenzeel) 01-12-1748 Sander Hendricksz, ged. Renswoude 04-01-1705, zn. van Hendrick Sandersz en Neeltje Hendricks In 1763 komt Gerritje Maassens, weduwe van Kornelis Soenen met hare drie kinderen Thijmen, Willemijntje en Gerrit met attestatie van Renswoude (Herv. Gem. Scherpenzeel 167; Kasboek diaconie 1763-1819, fol. 65; 1767). 3. Jantje Tijmens, ged. Renswoude 07-03-1706 4. Willemijntje Tijmens, ged. Renswoude 22-07-1708 5. Cornelia Tijmens, geb. Renswoude 21-02-1721, tr. Renswoude 05-04-1744 Jan Harmensz van de Nap, geb. Ede, won. Lunteren 8. Jantje Cornelissen Spickhorst Soene/Ravenhorst, ov. Renswoude 31-12-1694, tr. Jorden Jans Ebbenhorst, ov. Renswoude 15-07-1700, zn. van Jan Cornelisz (van Ebbenhorst) en Neeltgen Egbert Jordensdr (Ebbenhorst (1) VIIc) In 1666 verkopen Willem Cornelisz Ravenhorst, Jan Cornelisz Ravenhorst, Jorden Cornelisz Ravenhorst, Jorden Jans Ebbenhorst x Jantje Cornelissen Ravenhorst, Jan Jans Schaffelaer x Aelbertje Cornelisz Ravenhorst aan Jan Gijsberts, wonende Lambalgen. 'seecler huijsinge, hof ende hofstede, bergh ende schuijr; mitsgaders bepotinge ende beplantinge daer op staende ende vorders met alle sijne toebehooren, en al 't gene daer in aert ende nagelvast is; oock mette landerijen daer aen behoorende, sijnde t' samen vijff gedeelte van 't Arff ende goet genaemt Groot Ravenhorst [...] soo 't selve bij Willem Cornelis voors. gebruijckt wert'. Het betreft erfgoed van comparanten. Belast met 150 gulden ten behoeve van de kerk van Renswoude, 1500 gulden ten behoeve van voorn Jan Gijsberts, 500 ten behoeve van Gijsbert Aelberts, 800 ten behoeve van Jorden Jansz Spickhorst (Recht. Arch. Renswoude; 09-04-1666). IV Jan Cornelisz Spickhorst Soene/Ravenhorst, ged. Scherpenzeel 05-09-1613, tr. Truijtje Adriaens van Langelaer, dr. Adriaen Matheusz van Langelaer en Maijken Fransdr van Triest Lidm. Renswoude ca. 1652: Jan Cornelissen en Truijtie Ariaens. Lidm. reg. Renswoude 1657: Jan Corneliszen Soene en Truijtjen Adriaans.

In 1657 koopt Jan Cornelissen van Spickhorst het goed Klein Ravenhorst onder Renswoude van Henrickgen Martens, wed. Jan Thonis; oost, noord en west: Groot Ravenhorst, zuid: Heren Staten en Emmikhuizen. Betaling 40 e penning 30-04-1652 (Recht. Arch. Renswoude 1800; 13-05-1657). Willem Adriaens van Langelaer als gemachtigde van Matheus Adriaensz van Langelaer, won. Veenendaal, Cornelis Brantsz, won. Groot Dashorst, en Jan Cornelisz van Spickhorst, beide onder Renswoude, mitsgaders Gerrit Aertsz van Daetselaer, brouwer tot Scherpenzeel, voor henzelf en voor hun vrouwen, en Jan Willemsz x Thonisgen Adriaens van Langelaer, won. De Scheur te Elst, en Jan Mateusz van Langelaer, won. Woudenberg, en Anthonis van Hoeff, burger en brouwer te Amersfoort, als mombers over Adriaentgen Adriaens van Langelaer, alsnoch onmondig zijnde, ende deselve Matheus Adriaensz van Langelaer neffens den voornoemden comparant sijnen broeder als mombers legithine over die twee onmundige naegelaten kinderen van za Reijertgen Adriaens van Langelaer aende selve in echte verwect bij Aelbert Cornelisz van Zanten, erfgenamen van Adriaen Mateusz van Langelaer, in leven gewoond hebbende op Groot Dashorst, transporteren aan Cornelis Cornelisz Hoorn een perceel lants-veen ende velts strekkende van de grift af tot den berg toe. (Dorpsgerecht Amerongen 148; 30-12-1658). Op 6 mei 1668 verkoopt hij het goed weer aan Mr. Frederick van Beeck, Schout van Renswoude. In 1666 verkopen Willem Cornelisz Ravenhorst, Jan Cornelisz Ravenhorst, Jorden Cornelisz Ravenhorst, Jorden Jans Ebbenhorst x Jantje Cornelissen Ravenhorst, Jan Jans Schaffelaer x Aelbertje Cornelisz Ravenhorst aan Jan Gijsberts, wonende Lambalgen. 'seecler huijsinge, hof ende hofstede, bergh ende schuijr; mitsgaders bepotinge ende beplantinge daer op staende ende vorders met alle sijne toebehooren, en al 't gene daer in aert ende nagelvast is; oock mette landerijen daer aen behoorende, sijnde t' samen vijff gedeelte van 't Arff ende goet genaemt Groot Ravenhorst [...] soo 't selve bij Willem Cornelis voors. gebruijckt wert'. Het betreft erfgoed van comparanten. Belast met 150 gulden ten behoeve van de kerk van Renswoude, 1500 gulden ten behoeve van voorn Jan Gijsberts, 500 ten behoeve van Gijsbert Aelberts, 800 ten behoeve van Jorden Jansz Spickhorst (Recht. Arch. Renswoude 1800; 09-04-1666). In 1668 transporteert Jan Cornelisz Spickhorst het erf Klein Ravenhorst aan Mr. Frederick van Beeck, schout te Renswoude. (Recht. Arch. Renswoude 1800; 06-05-1668) In 1674 wordt Jan Cornelijssen beleend na dode van zijn vader Cornelijs Jansen(?) met (de helft van) Nijeboerch en twee morgen heetveld "roentomme affgegraeven mit een wal int des voorschreven aerffe ende goedt Nijebarch, naest welck caemp nae oostwaert gelegen is mit het landt van de Heer van Rensou dat die mullenaer gebruickt, suitwaert ende westwaert het andere gedeelte vant selfde goedt Nijeboerch, noertwaert het heetvelt vant selfde goedt nu toebehoeren Cornelijs Thoenijssen", met het recht van weiden van een kalf en een koe en met recht van overpad dat Cornelijs Thoenijssen heeft van Thoenijs Jacopsen. Vorige belening 25-02-1627 (Huis Scherpenzeel, Leenboek 141, fol. 245vo; 31-01 -1674). 1. Ariaantje Jans, ged. Renswoude 11-07-1658 2. NN, ged. Renswoude maart 1661 3. Ariaen Jansz Soene, ged. Renswoude 04-10-1663, tr. NN Lidm. Renswoude ca. 1715: Adriaan Jansz Soene. Lidm. reg. Renswoude 1722, in Gelderland: Arien Janze Zonen, in een huis tegenover de Bruine Horst (Ederveen). 1. Arris Adriaansz, ged. Renswoude 10-07-1692 2. Truijtje Adriaansz, ged. Renswoude 26-06-1695 4. Cornelisie Jans, ged. Renswoude 09-08-1665 5. Arris Jansz, ged. Renswoude 07-04-1667 Spickhorst (2) Lubbert Wolbertsen van Spickhorst, ov. Scherpenzeel 10-02-1689, tr. (1) Lijsje Hendricks, tr. (2) Lijsje Willems van Oevelaar, ov. Scherpenzeel 23-07-1673, tr. (3) Scherpenzeel 12-04-

1674 Lijsje Hendricks, wed. Tijmen Gerritsen, tr. (4) Scherpenzeel 05-03-1682 Geertje Cornelissen van Burgstede, wed. Evert Crijnen. Geertje Cornelissen van Burgstede, tr. (2) Scherpenzeel 23-02-1690 Teunis Goossensz, wed. Jantje Cornelissen, won. Voskuijl Mogelijke vader: Wolter Gerritsz, die in 1635/1636 in hetzelfde huis woont als Lubbert Wolbertsen. In 1645 wordt Lubbert Wolbertsz beboet (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 105vo; 15-12-1645). In 1645 staat Lubbert Wolberts borg voor zijn zwager Wulfert Francken, die gevochten heeft (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 105vo en 2, fol. 216,218; 15-12-1645). In 1645 wordt Jan Hendricksz, metselaar, beboet wegens vechten met Lubbert Wolberts (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, fol. 215vo-220; 15-12-1645 en 12-01-1646). Lidm. Scherpenzeel september 1658: Lubbert Wolbertsen. Lidm. Scherpenzeel kerst 1658: Lijsien Henricksen hv Lubbert Wolbertsen. Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Lubbert Wolbertsen en Lijsje Lubberts (=Lijsje Willems van Oevelaar). Pullen Kees koopt het huis van Lubbert Wolberts. 20-01-1691. (1832: sectie D 450, 451, hoek Dorpsstraat-Krommehoek). In 1675 wordt Hendrick Samuelsz van Leijenhorst aangeklaagd door Lubbert Wolbertsz en Rijck Woutersz (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 10-05-1675, 09-08-1675, 24-04-1676). Jan Gerritsen van Wijck x Jannitgen Derckx lenen van Anna Helena van Renesse, wed. Westerholt, Vrouwe van Scherpenzeel f 300,=, gekomen van Jacob Gerritsen Drobbelen f 200,= en Lubbert Wolbertsen f 100,=, onderpand: hun huis bij de kerk tussen Willem Lubbertsen en Jan van Nimwegen. (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 06-09-1676). De Vrouwe van Scherpenzeel schenkt deze obl. aan de kerk 17-08-1689. Afgelost en doorgehaald. (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 25-01-1714). Henderick Gerritsen koopt van Lubbert Wolbertsen het huis van Tijman Gerritsen Pin, 'staende tussen de huisingen van Willem Lubbertsen ten westen en ten oosten van Sander van Wolfswinckel'. (17-10- 1679). In 1690 moet Geertjen, wed. Lubbert Wolbertsen 12 gulden betalen voor gepachte tiend en 15 gulden 2 stuivers wegens een obligatie gekomen van Evert Krijnen (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 29-01-1690). In 1690 worden huw. voorw. gemaakt tussen Teunis Goossensz en Geertje Cornelissen (AT 015b012; 07-02-1690). Uit het 1 e huw.: 1. Anneke Lubbertsen, tr. Scherpenzeel 12-11-1665 Engel Claessen van Burgstede 2. Gijsbertje Lubbertsen, tr. Scherpenzeel 16-04-1666 Jan Evertsen, van Barneveld 3. Geertruijd Lubbertsen, ged. Scherpenzeel 28-12-1651 Spickhorst (3) Roelof Fransz, tr. NN Ott Jacobsz cs verkoopt aan Roelof Fransz en zijn vrouw twee percelen land met de timmeringe daar op staande te Renswoude. Zoals Cornelis Jacobsz de Jonge hetzelve heeft gebruikt en van het erf Spyckhorst en Nyborch afgedeelt, leengoed van Huis Scherpenzeel. Koop: 21-12-1626. Toen heeft men ontdekt dat het land uit twee lenen aan Huis S. bestaat en een leen aan de Staten van Utrecht en dat dit niet in de koopbrief vermeld stond. Ott belooft de twee Scherpenzeelse lenen te combineren tot één en die te betalen. Pas dan zal Roelof de eerste termijn betalen van f 150 gl. Resteert nog 300 gl. Getuigen: Oth Jacobz, Roelof Fransz (AT004a002; 08-04-1628). Begint met dezelfde acte van 08-04-1628, die is overgeschreven. Hieronder staat een verklaring van Roelof Fransz cs ter eenre en Cornelis Jacobsz zonen ter andere Afgesproken wordt dat Roelof Fransz de heergewaden van Scherpenzeel zal betalen. Getuigen: Oth Jacobsz, Cornelis Jacobsen, Roelof Fransz, Peel Maessen Roebert, Jan Aelbertsz Holtappel (AT004a003; 27-01-1629). In 1656 brengt Roel Fransen zijn erf genaamd Spickhorst en Nijborcht aan bij het gerecht (Dorpsgerecht Renswoude 1800; 01-06-1656). 1. Jan Roelofsz Jan Roelofsz beleend na dode van zijn vader Roelof Fransen met de helft van Nijborch met twee morgen heetveld "rontomme afgegraven mit een wal uijt... Nijborch"; oost: het land van de Heer van

Renswoude, gebruikt door de molenaar, zuid en west: de andere helft van Nijborch, noord: het heetveld van Nijborch, toebehorende aan Tonis Cornelisz. Met recht van het weiden van een koe en een kalf en recht van overpad, die onderhouden moet worden door Tonis Jacobsen volgens de belening van 30-04- 1618 en koopakte van 21-12-1626. Vorige belening 25-02-1627. (Leenboek Huis Scherpenzeel 142, fol. 28; 25-07-1662). 2. Peter Roelofsz, volgt II II Peter Roelofsz van Spickhorst, van Renswoude, ov. voor 1705, tr. Scherpenzeel (otr. Renswoude) 18-01-1663 Willemtje Cornelissen, won. Scherpenzeel, ov. 1718, dr. van Cornelis Claessen Lidm. Scherpenzeel 12-04-1705: Willemtje Cornelissen, wed. Peter Roelen. Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Willemtje Cornelissen Roelen (woont bij zoon Hendrick). 1. Hendrick Petersen van Spickhorst, rademaker, tr. Scherpenzeel (otr. Woudenberg) 08-11- 1711 Henrickien Gijsberts van Coudijs, wed. Peter Cornelissen Nieuwburgh, ged. Scherpenzeel 13-01-1667, dr. van Gijsbert Jacobsen van Coudijs en Gerritien Rutgersen van de Haer Lidm. Scherpenzeel 25-12-1687: Hendrikje Gijsbertsen van Coudijs, met attestatie vertrokken naar Utrecht. Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Hendrikje Gijsbertsen van Coudijs, huisvrouw Hendrik Petersen, rademaker. In 1727 eist Hendrick Petersen Spickhorst betaling van f 29-11 arbeidsloon aan wagens van Christina van Wijck. Volgens akkoord nam zij de boedelschulden van Aelbert van Manen op zich (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 20-10-1727, 05-01-1728 05-05-1728). In 1730 laten Hendrik Pieterse Spikhorst x Hendrikje Gijsberts Coudijs, won. Scherpenzeel hun testament maken. Octrooi Hof van Utrecht 22-07-1730 (Notarieel Amersfoort 028b009; 17-11-1730). In 1732 wordt Hendrikje Gijsbertsen van Coudijs beleend na dode van haar vader Gijsbert Jacobsz van Coutijs met een huis en hofstede aan de Holevoet, na scheiding Gerritje Rutgers van Ginkel en de kinderen. Hendrikje draagt het direct over aan haar oudste zoon Cornelis Petersz van Nieuwburg (Huis Amerongen 1186, fol. 83; 1732. Bel. Holevoet nr. 23). 2. Grietje Peters van Spickhorst, tr. Scherpenzeel 16-05-1712 Ebbert Gijsbertsz van Coudijs, ged. Scherpenzeel 25-07-1677, won. aan de Holevoet, zn. van Gijsbert Jacobsen van Coudijs en Gerritien Rutgersen van de Haer In 1743 leent Jantjen Aalberts van Glashorst f 100,= van Grietjen van Spickhorst. Onderpand: haar huis aan de Holevoet (De Lindenboom); oost en zuid: de gemeene weg, west en noord: Tijs Jansen en Arien Geurtsen. Geroyeerd 15-12-1774 door Willem Willemsen op Groot Colffschooten (Recht. Arch. Scherpenzeel 5; 21-03-1743). Samengesteld door: Henk van Woudenberg, mei 2013