Module 4 Formules Blz. 5-11 boven opdracht 5.12: molmassa zuurstof = 16 gram I molecuulmassa zuurstof = 16 u moet zijn molmassa zuurstof = 32 gram I molecuulmassa zuurstof = 32 u Blz. 2-7 (vraag) c. moet zijn b. Index witregel tussen molariteit M en molecuulformule moet weg
Module 5 eerste deel Carboon 2014 Blz. 3A-2 Onder vraag b: bron M5_2A_4Aardwarmte moet zijn bron 5 Blz. 6-4 onder vraag j: bron 10 moet zijn bron 9 Blz. 1A-4 in vraag p: Verbranding moet zijn Reactie Blz. 2A-3 in vraag f: elk moet weg Blz. 3-9 derde regel van boven: E(nvirenmental)-factor moet zijn E(nvironmental)-factor Blz. 3-9 (vragen) c. t/m e. moet zijn e. t/m h. Blz. 5-4 (vragen 5.3) c. en d. moet zijn d. en e. Index (grenswaarde) niet in practicum 3 maar in practicum 2 van module 5
Module 5 tweede deel Koolstof 2014 Blz. 7A-2 onder vraag d: kan onstane moet zijn kan het ontstane Blz. 12-4 in vraag j: Teken de structuurformule but-1-yn en van.. moet zijn Teken de structuurformule van but-1-yn en van.. Blz. 12-4 onder vraag j: moet zijn Als je verkeerd begint te tellen zou je uit kunnen komen op de foutieve namen but-4-yn en but-3-yn. Bij de naamgeving op grond van structuurformules heeft men ervoor gekozen zo te tellen dat de getallen in de naam zo laag mogelijk zijn. Blz. 12-4 Vraag k. moet weg, Blz. 12A-2 onderste regel op een na: aam moet zijn aan
Module 5 derde deel Van C naar Blz. 13-2 boven vraag e en boven vraag f: butaan-ol moet zijn propaan-ol Blz. 13-3 boven vraag g: butaan-1-ol moet zijn propaan-1-ol Blz. 13A-3 in vraag 13A.3d: methoxypropaan moet zijn 1-methoxypropaan Blz. 13A-3 in vraag 13A.4c: petn-2-een moet zijn penta-2-een Blz. 14A-1 in vraag 14A.1b:.. boven vraag geformuleerde.. moet zijn.. boven vraag a geformuleerde.. Blz. 15-1 boven vraag 15.1d: tabel 52B moet zijn tabel 42B Blz. 16-1 in vraag 16.1e en in derde regel van onder: 1-butanol moet zijn butaan-1-ol Blz. 16-2 in eerste regel van boven: 1-butanol moet zijn butaan-1-ol Blz. 16-2 boven vraag d: 1-propanol moet zijn propaan-1-ol Blz. 16-5 onder vraag d toevoegen: Die C krijgt in de naamgeving nummer 1. Blz. 16A-1 in vraag f: De formule moet zijn: CH3 CH(CH3) CH2 COOH Blz. 16A-2 in vraag e: diethylamine moet zijn diethylmethylamine Blz. 18A-1 in vraag 18A.1a: estervorming moet zijn amidevorming
Blz. 13-4 in vraag e: streepje weg in structuurformule Blz. 15-5 en 15-6: (vragen) e. t/m i. moet zijn g. t/m k. Blz. 17A-2 in eerste regel van opdracht 17A.3:.. havo-examen 2 e tijdvak. moet zijn..havo-examen 2 e tijdvak 2009 (pilotexamen). Blz. 18-6 in tweede regel van opdracht 18.8:.. en alcohol ontstaan. moet zijn.. en alcohol te ontstaan. Blz. 18-7 in vraag e na * Practicum 18A toevoegen: Een van de opdrachten in practicum 18A kan als diagnostische toets gebruikt worden.
Module 5 vierde deel DNA en andere polymeren Blz. 19-3 boven vraag b: in de structuurformule moet de onderste H aan de C vastzitten (en niet aan de N), dus zo: H H O I I II H N C C OH I H Blz. 19-7 in vraag b: De zin Verwerk. monomeereenheden. moet weg. Blz. 20-3 in vraag e: Wat je.. moet zijn Weet je.. Blz. 20-6 onder vraag a: BINAS-tabel 67G2 moet zijn BINAS-tabel 67G Blz. 20-6 boven vraag c In de structuurformule moet (driemaal) C15H31 staan (in plaats van C16H32 en C17H34) Blz. 22-6 vraag c: (moet zijn) Voldoet de molecuulformule van deoxyribose aan de algemene koolhydraatformule Cn(H2O)m? Blz. 24-3 in vraag h: ketens moet zijn keten Blz. 19-3 in vraag a: Teken aan de hand van hand van de.. moet zijn Teken aan de hand van de.. Blz. 19-7 in vraag d:
.. 6-aminohexaanzuur. moet zijn 6-amino-hexaanzuur). Blz. 21-3 vierde en derde regel van onder:.. van een sleutel (enzym) dat in een slot (koolhydraat) moet passen. moet zijn.. van een slot (enzym) dat in een sleutel (koolhydraat) moet passen. Blz. 21-5 onder vraag 21.5b: behoefte energie worden de vetzuren opgeslagen in de vorm moet zijn behoefte aan energie worden de vetzuren in de vorm Blz. 21-6 boven vraag d: eiwitten zuren geconsumeerd worden. moet zijn eiwitten geconsumeerd worden. Blz. 21A-3 onder vraag 21A.5a: Witregel invoegen. Blz. 23-4: (vragen) a. t/m d. moet zijn b. t/m e. Blz. 23-7 in de laatste kolom van de tabel: (vermenigvuldigingsfactor) 10 2 Blz. 24-11 na *Samenvatting: (De trefwoorden moeten onderstreept worden, want ze worden op het centraal examen bekend verondersteld) crosslinks, vulkaniseren, recycling, extrusie, spuitgiettechniek, blazen, polymeriseren in een mal, vulstof, weekmakers Blz. 24A-5 in vraag g: CO2 moet zijn CO2 Blz. 24A-4 onderaan in de tabel: 0,92.10 3 kg m -3 en 0,95.10 3 kg m -3
Module 6 Ionstoffen Blz. 1-1 in vraag 1.2b.. met een vergelijking met structuurformules. moet zijn.. met een reactievergelijking. Blz. 1-1 in vraag 1.2c:.. met een vergelijking met molecuulformules. moet zijn.. met een reactievergelijking. Blz. 3-1 in vraag b:.. van vraag c zien.. moet zijn.. van vraag a zien.. Blz. 6-1 boven vraag e: In de K-schil passen maximaal twee elektronen, in de M-schil maximaal acht. moet zijn In de K-schil passen maximaal twee elektronen, in de L-schil maximaal acht. Blz. 6A-2 in vraag d :.. een zilvernitraatoplossing waarin.. moet zijn.. een salpeterzuuroplossing waarin.. 1A-1 onder vraag a: De volgende vraag a alleen voor vwo. moet zijn De volgende vraag b is alleen voor vwo. Blz. 2A-3 tweede regel van boven: naar moet zijn op Blz. 2A-3 in vraag 2A.3a: soorten moet zijn soort(en) Blz. 3A-2 in vraag 3A.2c: CO2 moet zijn CO2 Blz. 3A-3w eerste regel van opdracht 3A.4: Elektriciteit 1 moet zijn Elektriciteit 1 Blz. 5A-3 en 5A-4: Opdracht 5A.5 vervalt (komt terug in opdracht 6A.1)
Blz. 7A-2 boven vraag e: (vragen) b. en c. moet zijn c. en d. Index: (tweede keer) biodiesel kan weg Errata
Module 7 HAVO Redoxreacties Blz. 1A-1in vraag e: 6,8.10-4 moet zijn 1,5.10-4 Blz. 2-6 boven vraag b: 1,2.10-19 C. moet zijn 1,6.10-19 C. Blz. 4A-3 boven vraag c: Fe Fe 3+ + F( ) moet zijn Fe Fe 3+ + 3 F( ) Blz. 6-6 boven vraag in reactievergelijking 2: 2. PbSO4 + 2 H2O PbO2 + SO4 2 + 4 H + + 2 e - Blz. 2-4 boven vraag a:.. reageerbuis overmaat zink bij.. moet zijn.. reageerbuis zink bij.. Blz. 3A-2 in vraag 3A.2c: 3A.1l moet zijn 3A.1k Blz. 3A-4 in vraag d: paste moet zijn pasta Blz. 4-5 t/m 4.8: (opdrachtnummers) 4.4 t/m 4.6 moet zijn 4.5 t/m 4.8 Blz. 4A-1 onderaan en 4A-2 bovenaan: (vragen) f. t/m h. moet zijn g. t/m i. Blz. 5A-6 boven vraag b: vormen moet meteen na ijzeroxides Blz. 6-3 tweede regel van boven: zo n zo n moet zijn zo n Blz. 6-3 in vraag d: waterstofstofstaaf moet zijn waterstofstaaf Blz. 6-4 boven vraag c:.. in de groene het begrip.. moet zijn.. in de groene chemie.. Blz. 6A-1 in vraag c: tweede regel moet inspringen
Blz. 6A-3 boven vraag a: In den PEM-cel.. moet zijn In de PEM-cel.. Errata
Module 89 HAVO Toepassen van deeltjesmodellen Blz. 3-3 boven vraag d: 0,400 mol L -1 s -1 moet zijn 0,00886 mol L -1 s -1 Blz. 4-5 in vraag f:.. in de erlenmeyer is nog geen.. moet zijn.. in de erlenmeyer als nog geen.. Inhoudsopgave: witregel tussen Practicum 6A en Index van trefwoorden Blz. 2A-1 boven vraag b: K, schil moet zijn K-schil Blz. 4-1 boven d: Zo n reactie vindt bijvoorbeeld plaats als waterstofchloridegas in natronloog wordt gespoten. De halfreactievergelijkingen er dan als volgt uit: moet zijn Zo n reactie vindt bijvoorbeeld plaats als waterstofchloridegas in natronloog wordt gespoten. De halfreactievergelijkingen zien er dan als volgt uit: Blz. 4-2 boven vraag e:.. oplossingen met deze.. moet zijn.. oplossingen met deze.. Blz. 4-2 boven vraag 4.3c: natronloog moet zijn natronloog Blz. 4-3 derde regel van boven:.. van het onderzoeken.. moet zijn.. van het te onderzoeken.. Blz. 4-3 onderste regel op één na:.. dat door OH en H + reageren.. moet zijn.. dat OH en H + reageren.. Blz. 4A-4 boven vraag e en onder vraag g: Hypothese 1 moet zijn Hypothese 1 en Hypothese 3 moet zijn Hypothese 3 Blz. 5A-3 in vraag 5A.3d:.. met he hoogste.. moet zijn.. met het hoogste..
Blz. 6A-4 opdrachtnummer 6A.3 moet zijn 6A.4 Blz. 6A-5 opdrachtnummer 6A.4 moet zijn 6A.5
Module 10/11 HAVO De laatste loodjes Blz. 4A-1 boven vraag c: Lees in bron23 de tekst.. moet zijn Lees in bron 23 de tekst.. Errata Module 10 VWO Milieu en evenwicht Blz. 2-3 in vraag d:.. middels uit het syngas.. moet zijn middels extractie uit het syngas Blz. 2-5 in vraag f: en ethaan. moet zijn en methaan. Blz. 2-7 in vraag d: De formule van methyloleaat moet zijn: C19H36O2 (en niet C19H36O6) Blz. 1-5 in vraag i: vragen g en i moet zijn vragen g en h Blz. 2-5 onder vraag c: van ongeveer 80 moet zijn van ongeveer 80 Blz. 2-6 in vraag 2.8c: hydrogenering moet zijn hydrogenering Blz. 2-7 in vraag i: aflopend moet zijn aflopend
Module 11 VWO Evenwichten en modellen Blz. 1-6 opdrachtnummer onderaan: 1.6 moet zijn 1.7 Blz. 1-7w onder vraag c: Werkblad bij opdracht 1.5 moet zijn Werkblad bij opdracht 1.6