DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Vergelijkbare documenten
LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS. Klachtnummer 2017/100

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 09-11

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS. Klachtnummer 2017/133

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 12-11

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 11-04

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Landelijke Klachtencommissie Onderwijs De school heeft adequaat opgetreden tegen het pesten van een leerling. ADVIES

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 12-08

ADVIES. mevrouw A te B, ouder van C, voormalig leerling van obs D te B, klaagster

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 11-6

ADVIES. de heer en mevrouw A, ouders van B en C, voormalige leerlingen op D te E, klagers

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE KATHOLIEK ONDERWIJS. Klachtnummer 2017/145. Advies aan: het bestuur van de Stichting x te P1 (verder: het bevoegd gezag),

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

SAMENVATTING Klacht over begeleiding, onveilige schoolomgeving, leerlingdossier en communicatie; PO

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

Uitspraaknr Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs. De klacht. Visie van partijen

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

Klacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond.

ADVIES. inzake de klacht van: de heer A, vader van B, klager gemachtigde: mevrouw mr. M. Shaaban. tegen

het bestuur van Stichting x te P, (hierna te noemen: verweerster), inzake de klacht van mevrouw K (hierna te noemen: klaagster) moeder van L.

Uitspraaknr

SAMENVATTING ADVIES. A, moeder van B, leerling VMBO klas 3kbad van het C te D, wonende te D, verzoeker, hierna te noemen klaagster

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 09-09

17.105Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 7 maart 2018

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Klacht over onveilige schoolomgeving ongegrond. ADVIES. inzake de klacht van: de heer en mevrouw A te B, ouders van C en D, klagers.

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 12-01

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

de heer A en mevrouw B te C, ouders van D, voormalig leerling van E te C, klagers

16.062T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

Klachtencommissie Huisartsenzorg Midden-Nederland Uitspraak

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 10-15

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

Klacht betreffende pestgedrag, intimidatie door de leerkracht en schorsing

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Klacht betreffende de begeleiding van een zorgleerling op een cluster-4 school

SAMENVATTING. inzake de klacht van: mevrouw A te D, moeder van B, oud-leerling van basisschool C te D, klaagster gemachtigde: mevrouw mr. E.

SAMENVATTING. de heer A te B, vader van C, D en E, (ex)-leerlingen van de basisschool F te B, klager

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET CHRISTELIJK ONDERWIJS

SAMENVATTING Klacht over onprofessioneel handelen van directeur en intern begeleider en onpedagogisch handelen van leerkracht; PO

Het bestuur van de Vereniging voor Christelijk Basisonderwijs te *** (verder ook te noemen: het bestuur of het bevoegd gezag),

Uitspraak geanonimiseerd

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET CHRISTELIJK ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 10-05

Jaarverslag 2011 en Landelijke Klachtencommissie voor het Algemeen Bijzonder Onderwijs

16.046T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 29 december 2016

Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E

Jaarverslag Landelijke Klachtencommissie voor het Algemeen Bijzonder Onderwijs

Klacht over pedagogische handelwijze leerkracht en afhandeling van de klacht daarover; PO

Uitspraaknr De klacht. De feiten. De visie van partijen

Klacht over pesten en onveilige schoolomgeving deels gegrond. ADVIES

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS. Advies Klachtnummer 2015 N-7 16 april 2015

17.137T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 mei 2018

de heer en mevrouw A, ouders van B, voormalig leerling van C, klagers tegen

De Commissie is niet bevoegd om een oordeel te geven over een besluit van het samenwerkingsverband over toelating tot een Talentklas.

16.029Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 29 december 2016

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Uitspraak Commissie AedesCode d.d. 15 mei 2015

108174/108175/ Klacht over veiligheid in de klas ongegrond. De school heeft adequaat gehandeld. ADVIES

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.

ADVIES. mevrouw A te B, moeder van C en D, voormalige leerlingen van de E te F, klaagster

SAMENVATTING Klacht over overgang leerling met autistische stoornis naar hogere groep lopende het schooljaar; PO

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van:

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. E.N. Brons, W. Dulfer-Visser, R.

SAMENVATTING. De Commissie heeft aanbevelingen gedaan over (de wijze van) communicatie en het vastleggen van afspraken.

16.030T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

Klacht over discriminatie leerling. Er zijn geen feiten aangevoerd die discriminatie doen vermoeden. ADVIES

Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET CHRISTELIJK ONDERWIJS

OORDEEL VAN DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS INZAKE KLACHT 12-04

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE KATHOLIEK ONDERWIJS

SAMENVATTING Klacht over begeleiding, communicatie en dossiervorming; PO

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

17.154Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 augustus 2018

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS

Transcriptie:

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS ADVIES 2016-171 10 mei 2017 Het ontbreekt aan inzicht hoe om te gaan met deze hoogbegaafde leerling. Uit handelingsplan blijkt onvoldoende welk beeld school heeft van totale persoonlijkheid leerling. Daardoor is de school niet gekomen tot juiste pedagogische benadering leerling, aanpassen leerstof en geven adaptief onderwijs. Leerling hierdoor in negatieve spiraal geraakt. Negatieve gedrag leerling had kunnen worden genegeerd. School heeft geen passend plan gemaakt en is niet tot kern probleem doorgedrongen. Het waarom van handelen leerling had moeten worden uitgezocht. Toen klaagster HBKids aandroeg, had school transparant moeten zijn. Aan klaagster had kenbaar gemaakt behoren te worden dat school met externe deskundigen samenwerkte en wat zij in dat kader deed. School wist echter kennelijk niet goed wat zij met leerling aan moest en heeft daar ook geen onderzoek naar laten doen. Ook had tussen school en klaagster uitgesproken moeten worden welke verschillen van inzicht tussen hen beiden bestonden. School had als professionele organisatie daartoe het initiatief behoren te nemen. Het was beter geweest als leerkracht tijdens hoorzitting haar kant van het verhaal had toegelicht. Nu moet commissie constateren dat zij op basis van beschikbare materiaal niet tot oordeel in positieve zin kan komen. Op zichzelf is begrijpelijk dat school heeft aangeboden leerling intern naar paralelklas over te plaatsen. Klaagster heeft echter tijdens hoorzitting aangegeven dat leerling op een eerder moment reeds is overgeplaatst naar paralelklas. Dat heeft toen geen resultaat gehad. De commissie begrijpt dan ook dat klaagster nieuwe overplaatsing niet wilde. School niet in staat gebleken leerling aangepast onderwijs te bieden. Handelingsplan te laat en niet adequaat; bood geen oplossing voor gedragsen leerproblemen. Commissie kan over gestelde pesten door leerkracht niet oordelen omdat aangeklaagde niet op hoorzitting aanwezig was en schriftelijk verweer gestelde ontkent. DE LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS Klachtnummer 2016/171 De Landelijke Klachtencommissie voor het algemeen bijzonder onderwijs (verder: de commissie) heeft op 11 juli 2016 per post een klacht ontvangen van mevrouw A. (hierna te noemen: klaagster). Klaagster is moeder van B. (10 jaar), ex-leerling van C. te Zwaag (hierna: de school). De klacht, geregistreerd onder nummer 2016/171, is gericht tegen mevrouw D., leerkracht van de school, hierna te noemen: aangeklaagde. 1. Procedure De commissie die de klacht heeft behandeld, bestond uit mr. C. Sjenitzer, voorzitter, mevrouw 1

A.M. Janbroers, lid en mevrouw E.I.H. Gordijn, lid. De commissie heeft op 11 juli 2016 van klaagster per post een vragenformulier met bijlagen ontvangen. Aangeklaagde is in de gelegenheid gesteld zich schriftelijk te verweren. De commissie heeft op 16 september 2016 per mail een verweerschrift ontvangen. Klaagster en aangeklaagde zijn daarnaast in de gelegenheid gesteld hun standpunten nader toe te lichten op 9 december 2016 te Den Haag tijdens een besloten hoorzitting. Aanwezig waren klaagster, vergezeld van haar moeder mevrouw E. en mevrouw F., directeur van de school. 2. Korte inhoud van de klacht 1. De leerkracht had geen passend onderwijs geleverd aan de leerling; 2. Het gedrag van de leerkracht ervoer klaagster als pestgedrag. Ad 1 en 2. Nadat het in oktober 2014 niet goed ging met de leerling, had klaagster de leerling buiten school om laten testen. Uit de test bleek dat de leerling hoogbegaafd is. De leerling was vervolgens bij een organisatie voor hoogbegaafde kinderen terecht gekomen, HBKids. HBKids had 1 maal telefonisch contact gehad met de school. Daarbij was afgesproken dat de lesstof van de leerling compact en verrijkt zou worden. Dat was echter niet gebeurd. De leerkracht had vervolgens geen contact meer opgenomen met HBKids. De leerkracht had wel naar klaagster geluisterd maar nooit wat met adviezen hoe te handelen en dergelijke gedaan. Klaagster kreeg ook geen informatie over de acties en resultaten met betrekking tot de lesstof. De leerkracht had wel een opsomming ontvangen van wat de leerling niet had gedaan. De leerling herkende vele zaken niet. De inhoud was tenenkrommend. In januari 2016 was er een vergadering geweest waarbij was afgesproken dat de leerling naar groep 7 mocht. Het plan daartoe was door de leerkracht nimmer uitgevoerd. Uitleg hierover was nimmer gegeven. De leerling was wel overgeplaatst naar een andere groep hetgeen de directeur klaagster telefonisch had medegedeeld. De leerling was vervolgens thuis gebleven en naar een andere school gegaan. De leerkracht sprak altijd over meer begaafdheid. Als de leerling de leerkracht verbeterde, ging de leerkracht de strijd met de leerling aan. De leerkracht besprak in het bijzijn van andere leerlingen de eventuele hoogbegaafdheid van de leerling. De leerling werd structureel genegeerd door de leerkracht waardoor hij weinig tot geen uitleg kreeg. De leerling kreeg ook vaak onterecht de schuld van iets. Klaagster wilde een evaluatiegesprek met de leerkracht en de directeur. Dit werd echter afgehouden. Doordat de leerkracht de leerling pestte, gaf zij ook aan de andere kinderen een vrijbrief hem te pesten. De praktijk van passend onderwijs strookte niet met hetgeen de schoolgids in dat kader garandeert. 3. Verweer Door aangeklaagde wordt het volgende aangevoerd. In de beleving van de leerkracht was men op school direct gestart met het afstemmen op de ontwikkelingsbehoeftes van de leerling. Dit werd ook zo goed mogelijk gecontinueerd. Al snel was duidelijk dat de leerling vlug van begrip was, vooral met rekenen. De leerling hoefde de reguliere rekenstof niet te maken maar wel de verdiepingsstof. Dit was nog voordat de leerling getest was op 2

hoogbegaafdheid. Werken op eigen niveau, eigen tempo en zelfstandigheid zijn belangrijke kenmerken van het Montessori onderwijs. De verwachting dat de leerling zelfcorrigerend te werk zou kunnen gaan, kwam niet uit. Toen was na intern overleg, besloten dat het beter zou zijn als de leerling weer het reguliere rekenwerk ging doen en bij het nakijken begeleid zou worden door een buddy. Het plannen deed de leerling samen met de leerkracht alhoewel de leerling moeite had hulp te accepteren. Qua werkhouding had de leerling nog de nodige ontwikkeling nodig; hij vond het moeilijk hulp te aanvaarden en had moeite naar de leerkracht te luisteren. Ook buiten de klassensituatie vertoonde de leerling ongewenst gedrag. Dit vond plaats tijdens de gymlessen en bij het buitenspelen in de pauzes. Als hij daarop werd aangesproken, werd hij boos en luisterde niet. De leerling hoefde van klaagster niet te luisteren als hij een straf onterecht vond. Vanaf oktober 2015 werd de leerling ook begeleid door HBKids. Met de begeleidster had de leerkracht constructief contact gehad. Op 2 november 2015 had de leerkracht een gesprek met de begeleidster. De gesprekken met klaagster werden moeizamer. Het lukte de leerkracht niet de weerstand en ontevredenheid van klaagster te verminderen. De communicatie tussen klaagster en de directeur verliep ook moeizaam. Op 12 januari 2016 was daarom contact gezocht met School Maatschappelijk Werk (SMW). Op 25 januari 2016 vond het gesprek plaats waarbij SMW aanwezig was. De mogelijkheden opnieuw de lesstof te versnellen, zouden worden onderzocht. Hiervoor was een handelingsplan opgesteld. Helaas bleken de verstandhoudingen al dermate verslechterd dat het niet mogelijk bleek het handelingsplan concreet ten uitvoer te brengen. Klaagster maakte het in gesprekken onmogelijk om tot de juiste begeleiding van de leerling te komen. De directeur concludeerde dat de verstandhouding te veel verstoord geraakt was en besloot de leerling naar de andere bovenbouw groep over te plaatsen. Het gebrek aan vertrouwen van klaagster in de leerkracht en de verslechterde verstandhouding zouden niet in het voordeel van de leerling werken. Terwijl dit juist bij deze zorgleerling zo belangrijk was. De directeur had de communicatie met klaagster vervolgens van de leerkracht overgenomen. De leerkracht benadrukt nog het volgende: -Er was een aangepast programma samengesteld; -De leerkracht had geen contact verzoeken genegeerd en had overleg gehad met HBKids; -De leerkracht bewaakte de grenzen van invloed bij het aanbod van ouders van hulp; -De leerkracht had in haar overzicht (door klaagster opsomming genoemd) getracht een juiste weergave te geven. De leerkracht bestreed dat haar woordkeuze aangaf welke visie zij had over de ontwikkeling van leerlingen. Door klaagster aangehaalde punten betroffen situaties die zich in een context lang terug hebben voorgedaan. Het team van de school had vorig schooljaar een start gemaakt met het zich verdiepen in de behoeftes van leerlingen met bovengemiddelde prestaties. Dit traject zou dit schooljaar worden vervolgd. De leerkracht volgde een opleiding tot rekencoördinator. Een ambulant begeleidster begeleide kinderen extra. De leerkracht herkende zich niet in de verwijten van klaagster en ervoer ze als onbetamelijk en onterecht. De leerling was door de leerkracht nimmer verbaal onheus bejegend dan wel gekleineerd of genegeerd. De voormalig directeur heeft nog aangegeven dat hij geen enkele reden had aan te nemen dat de leerkracht het handelingsplan niet zou hebben uitgevoerd. Hij schetste vervolgens de wijze hoe de school stond in de aanpak van hoogbegaafden en wat er in dat kader was gebeurd in de loop van de jaren. 3

Het grootste knelpunt in de begeleiding van de leerling was de houding die hij, sinds hij in de middenbouw zat, steeds vaker aannam. Een houding die leidde tot een gezag probleem. De leerling vond dat niemand op school de baas over hem was. Het contact met klaagster daarover was moeizaam. De situatie was uiteindelijk onhoudbaar geworden. De voormalig directeur kon niets anders dan de leerling overplaatsen naar een andere groep. Vervolgens schetste hij de gang van zaken omtrent de overgang naar een andere school. Door alle ontwikkelingen kon het handelingsplan niet meer worden geëvalueerd. De voormalig directeur was bereid dat alsnog te doen. 4. Ontvankelijkheid De commissie verklaart klaagster ontvankelijk in haar klacht aangezien zij kan worden aangemerkt als klaagster in de zin van de klachtenregeling die voor de school geldt. De school is voor de behandeling van klachten aangesloten bij de commissie. 5. Oordeel Op grond van het dossier en hetgeen aan de orde is geweest tijdens de hoorzitting en daarbij over en weer is verklaard, komt de commissie tot het volgende oordeel. Ad 1. De commissie constateert dat de school eerst in februari 2016 met een handelingsplan kwam. In dat handelingsplan zijn de negatieve componenten van de persoonlijkheid van de leerling sterker aangezet dan de positieve. De positieve punten komen van de zijde van klaagster. Het ontbreekt aan inzicht hoe om te gaan met deze hoogbegaafde leerling. Uit het handelingsplan blijkt onvoldoende welk beeld de school heeft van de totale persoonlijkheid van de leerling. Daardoor is de school niet gekomen tot een juiste pedagogische benadering van de leerling, het aanpassen van de leerstof en het geven van adaptief onderwijs. De leerling is hierdoor in een negatieve spiraal geraakt. Het negatieve gedrag van de leerling had kunnen worden genegeerd. De school heeft geen passend plan gemaakt en is niet tot de kern van het probleem doorgedrongen. Het waarom van het handelen van de leerling had moeten worden uitgezocht. Toen klaagster HBKids aandroeg, had de school transparant moeten zijn. Aan klaagster had kenbaar gemaakt behoren te worden dat de school met externe deskundigen samenwerkte en wat zij in dat kader deed. De school wist echter kennelijk niet goed wat zij met de leerling aan moest en heeft daar ook geen onderzoek naar laten doen. Ook had tussen school en klaagster uitgesproken moeten worden welke verschillen van inzicht tussen hen beiden bestonden. De school had als professionele organisatie daartoe het initiatief behoren te nemen. Het was beter geweest als de leerkracht tijdens de hoorzitting haar kant van het verhaal had toegelicht. Nu moet de commissie constateren dat zij op basis van het beschikbare materiaal niet tot een oordeel in positieve zin kan komen. Op zichzelf is het begrijpelijk dat de school heeft aangeboden de leerling intern naar de paralelklas over te plaatsen. Klaagster heeft echter tijdens de hoorzitting aangegeven dat de leerling op een eerder moment reeds is overgeplaatst naar een paralelklas. Dat heeft toen geen resultaat gehad. De commissie begrijpt dan ook dat klaagster een nieuwe overplaatsing niet wilde. De school is niet in staat gebleken de leerling aangepast onderwijs te bieden. Het handelingsplan was te laat en niet adequaat; het bood geen oplossing voor de gedrags- en leerproblemen. Het is de commissie opgevallen dat de belemmerende factoren de overhand hebben boven de protectieve factoren. Van de protectieve factoren gaan 3 punten over wat klaagster met de leerling doet. 4

De commissie acht dit klachtonderdeel gegrond. Ad 2. De commissie kan over dit klachtonderdeel niet oordelen omdat aangeklaagde niet op de hoorzitting aanwezig was en het schriftelijk verweer het gestelde ontkent. De commissie heeft dan ook geen oordeel. Den Haag, 10 mei 2017 mr. C. Sjenitzer Voorzitter mr. D.H.C. Dane-Peeters Secretaris 5