PERSBERICHT Brussel, 28 januari 2016



Vergelijkbare documenten
PERSBERICHT Brussel, 30 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 23 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018

PERSBERICHT Brussel, 29 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 23 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012

PERSBERICHT Brussel, 26 september 2017

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015

Hoofdstuk 3: Inflatie

Gemanipuleerde index kost Belg 2% loon en pensioen in 2014

METHODOLOGISCHE NOTA Brussel, 30 januari 2014

CPI Statistisch Bulletin, juni 2017

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder

Inflatie daalt licht naar 1,5 procent

CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar

Persbericht. Consumentenprijsindex juni

Laagste inflatie sinds november 2010

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek

Ter herinnering: De vorige indexhervorming gebeurde acht jaar geleden. Het huidige indexcijfer bestaat dus sinds 1998 en heeft als basisjaar 1996.

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau

Maarten Boghaert Economisch adviseur 29/1/16. De index toegelicht

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel

Persbericht. Consumentenprijsindex juli 1999

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent

PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt naar 2,4 procent

Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent

CPI Statistisch Bulletin, mei 2017

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek

CBS: inflatie blijft laag

Statistisch Product. Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijsontwikkeling autobrandstoffen en groenten remt inflatie

Persbericht. Inflatie in november iets afgevlakt. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,1 procent

Bijdrage aan en impact op de inflatie

CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in december licht gestegen

CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent

Inflatie zakt naar 0,8 procent

CPI Statistisch Bulletin juli 2017

Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk

Persbericht. Consumentenprijsindex maart 1999

Hoe wordt inflatie berekend? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 1 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V1/5.1

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Laagste inflatie sinds 1987

De prijs van een cd is gestegen met 25% ten opzichte van het basisjaar.

Technische toelichting

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt, huurstijging historisch laag. Daling gasprijs sterkste in jaren

CPI Statistisch Bulletin, maart 2017

Persbericht. Inflatie in 1999 is 2,2 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent. Huurstijging gemiddeld 3,1 procent

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Persbericht. Inflatie opnieuw hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijzen in januari iets hoger dan in december. Daling van inflatie kent meerdere oorzaken

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in juli 2,1 procent. Prijsontwikkeling volgens Europese norm

CBS: inflatie stijgt licht

Statistisch Bulletin. Jaargang

Persbericht. Inflatie stabiel ondanks dure energie. Centraal Bureau voor de Statistiek

Statistisch Bulletin. Jaargang

CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september licht gedaald

CBS: Inflatie weer onder de 1 procent

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent

PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in mei opnieuw gedaald. Prijzen in mei even hoog als in april

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in februari iets hoger. Inflatie gestegen door hogere benzineprijzen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036)

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie lager in december

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,7 procent

Persbericht. Inflatie loopt verder op. Centraal Bureau voor de Statistiek. Benzineprijs zeer fors gestegen Inflatie Nederland ruim onder eurozone

CPI Statistisch Bulletin, februari 2017

Persbericht. Inflatie loopt in oktober verder op. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie in 2004 op laagste niveau sinds Centraal Bureau voor de Statistiek. Inflatie vooral laag door gedaalde voedingsprijzen

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Achtergrond van de basisverlegging CPI 2010

Achtergrond van de basisverlegging CPI 2014

Persbericht. Inflatie in juli 2,8 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in mei 1,3 procent. Geen opvallende prijsveranderingen in mei

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Transcriptie:

PERSBERICHT Brussel, 28 januari 2016 Consumptieprijsindex van januari 2016 Inflatie stijgt naar 1,74% Jaarlijkse actualisering van de indexkorf en uitbreiding scannerdata Consumptieprijsindex van januari 2016 o De inflatie stijgt in januari van 1,50% naar 1,74%. o De consumptieprijsindex stijgt deze maand met 0,11 punt of 0,11%. o De inflatie van de gezondheidsindex daalt van 1,82% naar 1,80%. o Er waren in januari voornamelijk prijsstijgingen voor de aankoop van voertuigen, alcoholische dranken, kleding, niet-alcoholische dranken, elektriciteit en ziekteverzekeringen. Vooral motorbrandstoffen, aardgas, vliegtuigtickets en huisbrandolie hadden een verlagend effect op het indexcijfer. Jaarlijkse actualisering van de consumptieprijsindex in 2016 o o o o Actualisering van de consumptieprijsindex in 2016 op basis van een unaniem advies van de Indexcommissie, goedgekeurd door de Minister van Economie. Uitbreiding van het gebruik van scannerdata van supermarkten bij de indexberekening; van 9 productgroepen in 2015 naar 70 productgroepen in 2016. De indexkorf is aangepast. Een aantal minder actuele producten zijn geschrapt uit de korf en een aantal nieuwe worden toegevoegd. De korf bestaat vanaf 2016 uit 656 getuigen tegenover 623 in 2015. Alle gewichten van de indexkorf zijn geactualiseerd op basis van het recentste huishoudbudgetonderzoek (2014) om zo het huidige uitgavenpatroon van de consumenten te weerspiegelen.

2/13 Consumptieprijsindex van januari 2016 De consumptieprijsindex van de maand januari 2016 bedraagt 101,59 punten. De index stijgt deze maand met 0,11 punt. De inflatie stijgt van 1,50 % naar 1,74%. De gezondheidsindex stijgt deze maand met 0,19 punt en bedraagt 102,42 punten. De inflatie berekend op basis van de gezondheidsindex daalt van 1,82% naar 1,80%. Er waren deze maand vooral prijsstijgingen voor de aankoop van voertuigen, alcoholische dranken, kleding, nietalcoholische dranken, elektriciteit en ziekteverzekeringen. Deze prijsstijgingen werden voornamelijk gecompenseerd door prijsdalingen voor motorbrandstoffen, aardgas, vliegtuigtickets en huisbrandolie. De consumptieprijsindex is in januari 2016 gestegen met 0,11 punt of 0,11% en bedraagt nu 101,59 punten tegenover 101,48 punten in december 2015 (2013 = 100). De gezondheidsindex stijgt in januari met 0,19 punt tot 102,42 punten tegenover 102,23 punten in december. De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in januari 100,66 punten. Door de wet van 23 april 2015 tot verbetering van de werkgelegenheid (Belgisch Staatsblad van 27 april 2015) blijft de afgevlakte gezondheidsindex geblokkeerd op het niveau van maart 2015 (nl. 100,66 punten), zolang het rekenkundige gemiddelde van de gezondheidsindexen van de vier laatste maanden, vermenigvuldigd met de factor 0,98, het niveau van maart 2015 niet overschrijdt. De spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen, die 101,02 punten bedraagt, werd deze maand niet overschreden. De laatste spilindexoverschrijding vond plaats in november 2012.

De producten met het grootste verhogend effect in januari waren de aankoop van voertuigen, alcoholische dranken, kleding, niet-alcoholische dranken, elektriciteit en ziekteverzekeringen. Motorbrandstoffen, aardgas, vliegtuigtickets en huisbrandolie hadden het grootste verlagend effect tegenover vorige maand. De belangrijkste bewegingen die deze maand vastgesteld werden, zijn: 3/13 stijgend: aankoop van voertuigen alcoholische dranken kleding niet-alcoholische dranken elektriciteit ziekteverzekeringen invloed: +0,070 punt +0,065 punt +0,060 punt +0,035 punt +0,030 punt +0,030 punt dalend: motorbrandstoffen aardgas vliegtuigtickets huisbrandolie invloed: -0,145 punt -0,075 punt -0,040 punt -0,040 punt Nieuwe personenwagens werden 0,9% duurder ten opzichte van vorige maand, grotendeels omwille van aanpassingen aan de BIV in Vlaanderen. Alcoholische dranken stegen deze maand gemiddeld met 3,9% in prijs. Kleding werd gemiddeld 1,3% duurder ten opzichte van vorige maand. Bij de interpretatie van dit cijfer moet men er rekening mee houden dat het effect van de solden telkens wordt gespreid over een periode van zes maanden. De stijging wil dan ook voornamelijk zeggen dat de gemeten kortingen gemiddeld lager waren dan tijdens de solden van juli 2015. Niet alcoholische dranken stegen deze maand gemiddeld met 2,5% in prijs. Elektriciteit werd 0,8% duurder ten opzichte van vorige maand. Tot slot werd de verplichte bijdrage voor de ziekteverzekering deze maand 2,5% duurder. Motorbrandstoffen daalden deze maand gemiddeld 4,6% in prijs. Aardgas werd deze maand 4,0% goedkoper. Vliegtuigtickets werden 7,1% goedkoper ten opzichte van vorige maand, omwille van de kerstvakantie vorige maand. De prijs van huisbrandolie, die berekend wordt op basis van een afgevlakt 12-maandelijks voortschrijdend gemiddelde, daalde deze maand gemiddeld met 3,0%. De inflatie bedraagt nu 1,74%, tegenover 1,50% in december en 1,52% in november. De inflatie op basis van de gezondheidsindex daalt deze maand en bedraagt nu 1,80% tegenover 1, 82 % in december en 1,99% in november. De inflatie zonder energieproducten stijgt in januari tot 1,99% tegenover 1,88% vorige maand en 2,00% in november. De kerninflatie, die geen rekening houdt met de prijsevolutie van de energieproducten en de onbewerkte voedingsmiddelen, bedraagt 1,99% in januari, tegenover 1,79% in december en 1,83% in november. Voor voeding bedraagt de inflatie nu 2,62% tegenover 2,46% vorige maand en 2,78% in november. Ten opzichte van vorig jaar in januari liggen de prijzen van groenten nu 2,3% hoger. Dat is volledig te wijten aan de aardappelen die nu 43,8% duurder zijn dan vorig jaar in januari. De prijzen van groenten exclusief aardappelen zijn nu 8,7% goedkoper dan een jaar geleden. Fruit kost nu 7,7% meer dan vorig jaar in januari. Voor energie blijft de inflatie negatief, maar ze stijgt deze maand van -1,69% naar -0,41%. Aardgas is 9,1% goedkoper dan vorig jaar in januari. Elektriciteit is nu 26,2% duurder ten opzichte van januari 2015. Voor petroleumproducten is er een sterke prijsdaling tegenover vorig jaar. Huisbrandolie is nu, afgevlakt met een 12-maands voortschrijdend gemiddelde, 25,9% goedkoper dan een jaar geleden. Motorbrandstoffen zijn 5,4% goedkoper dan vorig jaar in januari. De inflatie voor de diensten daalt van 2,67% naar 2,51%. De inflatie voor de huur stijgt en gaat van 0,78% naar 0,82%.

01/2007 05/2007 09/2007 01/2008 05/2008 09/2008 01/2009 05/2009 09/2009 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 01/2016 Inflatie (%) 4/13 Inflatie 6% 5% 4.49% 4% 3% 1.82% 2% 1% 0% -0.05% 2.19% 3.53% 2.84% 1.11% 0.34% 0.65% 1.80% 1.74% -1% -2% Consumptieprijsindex (CPI) Gezondheidsindex Jaargemiddelde CPI 2013 = 100 Oktober 2015 November 2015 December 2015 Januari 2016 Consumptieprijsindex 101,50 101,61 101,48 101,59 Inflatie 1,28% 1,52% 1,50% 1,74% Gezondheidsindex 102,27 102,28 102,23 102,42 Afgevlakte gezondheidsindex 100,66 100,66 100,66 100,66

5/13 Jaarlijkse actualisering van januari 2016 Wat houdt de actualisering van de consumptieprijsindex van januari 2016 in? o o Het gebruik van scannerdata van supermarkten bij de indexberekening wordt sterk uitgebreid. Verder wordt de indexkorf aangepast: een aantal minder actuele producten verdwijnen uit de korf en een aantal nieuwe worden toegevoegd. o Tenslotte zijn de gewichten van de indexkorf geactualiseerd aan de hand van de in september 2015 gepubliceerde resultaten van het huishoudbudgetonderzoek van 2014. Waarom een jaarlijkse actualisering van de consumptieprijsindex? De consumptieprijsindex (CPI) met referentiejaar 2013 = 100, die van start ging in januari 2014, wordt jaarlijks in januari geactualiseerd. De jaarlijkse actualiseringen moeten ervoor zorgen dat het indexcijfer representatief blijft doorheen de tijd en de gemeten inflatie niet vertekend wordt, naarmate de index veroudert. Dit kan onder andere door het actueel houden van de productenkorf, het aanpassen van berekeningsmethoden, het integreren van nieuwe prijzenbronnen en het representatief houden van het winkelstaal. Verandert het basisjaar of referentiejaar nu ook? Bij de laatste indexhervorming in januari 2014, werd van een index met vast basisjaar overgeschakeld op een kettingindex. Het referentiejaar is nog steeds 2013 = 100, dat geldt ook voor de volgende jaren. De jaarlijkse actualiseringen vergen dus geen aanpassing van het gekozen referentiejaar. Bij de kettingindexmethode worden de prijzen van de 12 maanden van het lopende jaar telkens vergeleken met de prijzen van december van het voorgaande jaar. Door deze korte-termijn indices te vermenigvuldigen met elkaar - en dus een ketting te vormen - ontstaat een lange-termijn reeks met een vaste referentieperiode. Wat is de rol van de Indexcommissie en de Minister van Economie hierbij? De Indexcommissie is een paritair samengestelde commissie, bestaande uit academici en werknemers- en werkgeversorganisaties. De commissie wordt ondersteund door statistici van de Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium. Deze commissie geeft aan de Minister van Economie advies over alle vraagstukken rond de consumptieprijsindex en geeft ook maandelijks advies over het door de AD Statistiek - Statistics Belgium berekende indexcijfer. De Indexcommissie heeft over deze actualisering op 15 december 2015 een unaniem advies afgeleverd aan de Minister van Economie. De Minister heeft dan ook volledig ingestemd met het advies. Vervolgens gaat de administratie over tot de berekening volgens de nieuw vastgelegde modaliteiten.

6/13 Wat zijn scannerdata of kassascangegevens? Met scannerdata worden de kassascangegevens van supermarkten bedoeld, geaggregeerd tot op productniveau. Het zijn dus niet de individuele kassatickets per klant. Momenteel ontvangt de administratie wekelijks van de drie grootste supermarktketens deze geaggregeerde verkoopgegevens op productniveau, dus per streepjescode. Het is alvast de bedoeling om ook scannerdata binnen te halen van andere ketens. Voor welke productgroepen worden scannerdata gebruikt? Scannerdata worden gefaseerd geïntegreerd in de CPI. In een eerste fase, die aanving in januari 2015, werden scannerdata geïmplementeerd voor een negental productgroepen. Het betrof de productgroepen rijst, meel en andere granen, andere bakkerijproducten, deegwaren, volle melk, magere en halfvolle melk, kaas, eieren en suiker, samen goed voor 3% van het gewicht in de indexkorf. Vanaf januari 2016 worden deze groepen uitgebreid naar de overige voedingsproducten, niet-alcoholische dranken, alcoholhoudende dranken, tabak, niet-duurzame huishoudartikelen, artikelen voor huisdieren en producten voor lichaamsverzorging. Het betreft in totaal een 70-tal productgroepen, samen goed voor ruim 22% van het gewicht van de indexkorf. Het betreft dus producten die courant in supermarktketens aangekocht worden. Productgroepen waarvoor vanaf januari 2016 scannerdata gebruikt worden COICOP Omschrijving Gewicht 01 Voeding en niet-alcoholische dranken 16.4% 02 Alcoholische dranken en tabak 2.5% 05.6.1 Niet-duurzame huishoudartikelen 1.1% 09.3.4.2 Artikelen voor huisdieren 0.7% 12.1.3 Producten voor lichaamsverzorging 1.8% Totaal 22.4% In welke mate gebeuren er nog klassieke prijsopnames in de winkels voor de hierboven vermelde groepen? Gezien de administratie momenteel nog niet beschikt over scannerdata van hard discounters zullen in die winkels nog klassieke prijsopnames gebeuren. Verder worden de scannerdata aangevuld met klassieke prijsopnames bij bakkers, slagers en vishandels voor wat de voeding betreft. De aggregatie van de prijsopnames gebeurt op basis van het aankoopgedrag van de consument, zoals dit in het huishoudbudgetonderzoek wordt opgetekend. Uiteraard vinden ook nog prijsopnames plaats voor de niet-voeding bij andere winkelketens, dan deze waarvoor men over scannerdata beschikt.

7/13 Wat zijn de voordelen van het gebruik van scannerdata? De nauwkeurigheid van de CPI wordt verbeterd, aangezien met scannerdata op productniveau, dus per streepjescode, informatie beschikbaar is over het aantal verkochte eenheden en omzet. Aldus kan per product voor elke maand een gemiddelde prijs berekend worden. Dit gebeurt door per streepjescode de omzet te delen door het aantal verkochte eenheden. Het is dus niet langer nodig om het prijsindexcijfer voor een productgroep te baseren op een beperkt aantal producten waarvan een inschatting dient te worden gemaakt naar representativiteit ervan voor de gehele groep. De nieuwe werkwijze leidt tot een indexcijfer dat nauwer aansluit bij het werkelijke consumptiegedrag. Voor de overige supermarktketens en kleinhandelaars waarvan momenteel nog geen scannerdata worden ontvangen, blijven gedeeltelijk klassieke prijswaarnemingen in de winkels noodzakelijk om een betrouwbaar beeld te krijgen van de totale prijsevolutie in België. In het klassieke systeem zonder scannerdata zou men voor de 70 productgroepen in totaal 234 getuigen of producten volgen; deze producten moesten bovendien voldoen aan een relatief strikte definitie. Voor deze 70 productgroepen meet men daarentegen vanaf januari 2016 maandelijks de prijsevolutie aan de hand van producten die een representatieve verkoop halen, waardoor de representativiteit voor die groepen duidelijk verhoogd is. Een eenvoudig voorbeeld illustreert dit. In de groep suiker, volgde men tot eind 2015 de prijsevolutie voor één product (weliswaar voor verschillende merken en verschillende verkooppunten), namelijk de kristalsuiker in een verpakking van 1 kg. Vanaf januari 2016 volgt men de prijsevolutie van alle suikersoorten en verpakkingen, die een representatief verkoopcijfer halen. Hetgeen betekent dat, naast de prijsevolutie voor kristalsuiker, ook de prijsevolutie van klontjessuiker, rietsuiker, kandijsuiker, bruine suiker, poedersuiker, vloeibare suiker...opgemeten wordt en verrekend wordt onder de deelindex voor suiker. En dit in verschillende verpakkingen (250 g, 500 g, 750 g, 1 kg, ). Het is duidelijk dat deze werkwijze de representativiteit van het prijsindexcijfer voor de betreffende groepen sterk ten goede komt. Wordt de CPI bij het gebruik van scannerdata beïnvloed door wijzigend aankoopgedrag? Het prijsindexcijfer op basis van scannerdata zal, net zoals voorheen, steeds de prijsevolutie van een identiek product (bv. een blikje limonade van 33 cl van merk A in supermarkt X) in een bepaalde maand ten opzichte van de prijs in de voorafgaande maand bevatten. Steeds worden zowel eerste-prijs-producten, producten van het huismerk en merkproducten in de index gevolgd, voor zover ze een representatieve verkoop halen in de beschouwde periode. Het is echter een vaak voorkomende misvatting dat door het gebruik van scannerdata bij een toenemend verbruik van bijvoorbeeld goedkopere producten ten koste van duurdere producten, de index zou dalen of in het omgekeerde geval zou stijgen. De wijzigingen in consumptiegedrag zullen de gemeten prijsevolutie niet beïnvloeden. Op productniveau (niveau van de streepjescodes ) wordt immers geen rekening gehouden met

verkochte volumes of omzetcijfers bij de aggregatie van de verschillende producten tot een indexcijfer voor een productgroep. Het aggregaat is dus een ongewogen meetkundig gemiddelde. 8/13 Welke wijzigingen worden aan de indexkorf aangebracht? Een aantal minder actuele getuigen (of producten) verdwijnen uit de indexkorf en enkele nieuwe komen er bij. Hierdoor sluit de indexkorf beter aan bij het huidige consumptiegedrag. Hij bestaat vanaf 2016 uit 656 getuigen tegenover 623 in 2015. 49 getuigen worden aan de korf toegevoegd in januari 2016. Ook worden 16 getuigen geschrapt. Tenslotte ondergaan 8 producten een definitiewijziging. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat door het overstappen op scannerdata voor 70 productgroepen, het getal van 656 getuigen een sterke onderschatting is van het reële aantal gevolgde producten. Door de verregaande implementatie van scannerdata dekt men immers alle representatief verkochte producten voor de volledige groepen van voeding, dranken, tabak, reinigings- en onderhoudsproducten en producten voor lichaamsverzorging. Hierdoor verliest het begrip 'getuigen' veel van haar betekenis; men volgt in realiteit nu een veelvoud van die 656 getuigen. De volgende tabel geeft een overzicht van de aangebrachte wijzigingen aan de korf. COICOP Benaming Nieuwe getuigen 01.1.1.4.10 Croissant 01.1.1.4.11 Chocoladebroodje 01.1.1.6.04 Lasagne (bereide maaltijd) 03.1.2.3.10 Sportoutfit (kinderen) 03.1.3.1.03A Sjaal (D, winter) 03.1.3.1.03B Sjaal (D, zomer) 03.2.1.1.04 Wandelschoenen 03.2.1.2.04 Ballerina s 04.3.1.0.09 Vernis 04.4.2.0.02 Containerpark 05.1.1.1.01 Eettafel 05.1.1.1.02 Eetkamerstoel 05.1.1.1.03 Dressoir/Buffetkast 05.1.1.1.04 Kleerkast 05.1.1.1.06 Boxspringbed 05.1.1.1.09 Ladekast slaapkamer 05.1.1.1.10 Nachtkastje 05.1.1.1.11 Zitbank in stof 05.1.1.1.12 Zitbank in leder 05.1.1.1.13 Relaxzetel 05.1.1.1.14 TV/mediameubel

9/13 05.1.1.3.02 Staande lamp 05.1.1.3.03 Bureaulamp 05.1.1.9.04 Bureaustoel 05.1.1.9.05 Schoenenkast 05.3.1.3.03 Combi microgolfoven 05.3.1.3.04 Stoomoven 05.5.2.1.04 Gieter 05.5.2.1.05 Schroevendraaier 05.5.2.2.01 LED-lamp 05.5.2.2.04 Stopcontact 05.5.2.2.05 Handgrepen 05.6.2.1.03 Uurtarief voor tuinonderhoud 07.2.1.2.03 Buitenband voor fiets 07.2.1.2.04 Fietszadel 07.2.4.3.04 Nummerplaat 07.3.1.1.08 Jaarabonnement trein voor 45 km 07.3.1.1.09 Key Card 07.3.1.1.10 Rail Pass 09.1.1.2.03 Home cinema 09.1.1.9.02 HDMI-kabel 09.1.2.1.02 Reflex fototoestel 09.3.2.2.02 Tent 09.4.1.2.06 Lidgeld voor jeugdbeweging 12.1.3.2.21 Incontinentieluiers 12.4.0.3.02 Dagopvang bejaarde personen 12.7.0.2.02 Kost boekhouder (invullen belastingaangifte) 12.7.0.4.04 Kost plaatsbeschrijving 12.7.0.4.04 Kost WC-bezoek Geschrapte getuigen 04.3.1.0.01 Acrylverf (in kleine verpakking) 04.5.2.2.01 Butaan 05.1.1.1.01 Eiken eetkamer 05.1.1.1.02 Salon 05.1.1.1.03 Keukentafel 05.1.1.1.04 Moderne slaapkamer 05.1.1.1.06 Schuimrubberen matras 05.1.1.3.01 Fluorescerende buislamp 05.5.2.2.01 Vlamspaarlamp 05.5.2.2.02 Spaarlamp 05.6.1.1.01 Waspoeder (niet geconcentreerd) 07.3.5.0.01 Meerrittenkaart 07.3.5.0.02 Maandelijks stadsabonnement 09.1.2.1.02 Digitale camcorder

10/13 11.1.1.1.01 Maaltijd in restaurant 12.1.3.2.01 Toiletzeep Defintiewijzigingen 03.1.2.1.01 Sportoutfit (volwassenen) vervangt trainingspak 03.1.2.1.02A Kostuum (winter) vervangt kostuum in wol (winter) 04.3.1.0.05 Hoogrendementsglas vervangt vensterglas 05.3.1.3.01 Inductiekookplaat vervangt vitro-keramische kookplaat 05.3.2.2.02 Koffiecapsule- of koffiepadmachine vervangt koffiepadmachine 06.2.1.2.01 Raadpleging specialist (incl. orthodontist) vervangt raadpleging specialist 07.3.1.1.06 Trimestriële treinkaart (45 km) vervangt maandtreinkaart (45 km) 09.1.3.1.01 Laptop vervangt desktop en laptop Op welke basis wordt beslist getuigen toe te voegen of te schrappen? Het toevoegen of schrappen van getuigen gebeurt uiteraard niet willekeurig. Er zijn verschillende redenen: uitbreiding op basis van het relatief belang van de productgroep waarin het product zich bevindt: indien relatief weinig getuigen voor een hoog gewicht in de korf zitten, kunnen getuigen toegevoegd worden: dat is bijvoorbeeld het geval voor de groep meubelen waar er een uitbreiding is van 8 naar 14 getuigen; sommige producten zijn achterhaald door de technologische evolutie: niet-geconcentreerd waspoeder is niet meer representatief omdat nu vooral vloeibare wasmiddelen en geconcentreerde poeders gebruikt worden (die reeds geruime tijd in de korf opgenomen zijn); vervanging op basis van het wijzigend aankoopgedrag van de consument: kostuum in wol (winter) wordt vervangen door kostuum (winter), zodat naast de prijzen voor wollen kostuums ook prijzen van kostuums in andere materialen of in gemengd weefsel kunnen opgenomen worden; sommige getuigen zijn gewoonweg representatiever voor een productgroep; voorbeeld : voor de groep 'meubelen' wordt de moderne slaapkamer geschrapt, maar worden nieuwe getuigen zoals het boxspringbed toegevoegd; er zijn ook groepen met een zeer laag gewicht, waarvoor er tot nu toe slechts één getuige was, voorbeeld de groep 09.3.2.2 'campinguitrusting en artikelen voor buitenrecreatie': voor deze groep werd voor de volledigheid van de productkorf de tent aan de rugzak toegevoegd. Waarom wordt het gewichtenschema vernieuwd? Het wegingsschema is net als in 2014 opgesteld volgens de nieuwe Europese ECOICOP-nomenclatuur. Deze Europese Classification of Individual Consumption by Purpose (COICOP) is een classificatie die bestaat uit 12 hoofdgroepen. Terwijl het gewichtenschema van 2014 en 2015 nog gebaseerd was op het huishoudbudgetonderzoek (HBO) van 2012, zijn ze voor het jaar 2016 gebaseerd op het HBO van 2014 waarvan de resultaten in september werden

gepubliceerd. De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium heeft hiervoor bij 6135 gezinnen een onderzoek uitgevoerd naar hun bestedingen in het jaar 2014. 11/13 Het is uiteraard de bedoeling dat het gewichtenschema van de consumptieprijsindex zo nauw mogelijk aansluit bij het uitgavenpatroon van een gemiddeld gezin. Daarom wordt dit gewichtenschema telkens gebaseerd op het meest recente huishoudbudgetonderzoek, momenteel dus op dit van 2014. Hoe ziet het nieuwe gewichtenschema eruit? Onderstaande grafiek geeft de gewichtsverdeling van de 12 hoofdgroepen weer voor de jaren 2014, 2015 en 2016. Onder dit eerste COICOP-groepsniveau bestaande uit 12 hoofdgroepen, zijn er nog drie lagere groepsclassificaties en het vijfde niveau is het niveau van de getuigen. De bijlage bij dit persbericht bevat het gewichtenschema voor 2016, samen met de gewichten die in 2014 en 2015 gebruikt werden. Het gewichtenschema wordt steeds gepubliceerd tot op het laagste CICOP-groepsniveau.

12/13 Hoe gebeurt de opmaak van het gewichtenschema concreet? Om tot het wegingsschema 2016 te komen, worden in de indexkorf van 2015 de nieuwe getuigen en eventuele nieuwe groepen ingepast en de geschrapte verwijderd. Vervolgens worden de oude gewichten, die gebaseerd waren op het HBO 2012 vervangen door gewichten gebaseerd op het recente HBO 2014. Zoals steeds, zijn er ook nu weer aanpassingen gebeurd aan de resultaten van het HBO om ze bruikbaar te maken voor gebruik in de consumptieprijsindex. De belangrijkste aanpassingen waren de volgende: - uitsluiten van levensverzekering: investering gebaseerd op sparen; - van bruto- naar netto-bestedingen aan andere verzekeringen (woning, voertuigen, reizen, gezondheid). Dit op basis van de schadelast (op basis van cijfers van Assuralia 2013); - van bruto- naar netto-bestedingen aan medische diensten (op basis van cijfers van het RIZIV 2012); - uitsluiten van uitgaven die niet behoren tot monetaire consumptieve bestedingen van huishoudens zoals boetes en bijdragen aan politieke, syndicale of professionele verenigingen. Gezien het huishoudbudgetonderzoek dateert van 2014, worden de gewichten geactualiseerd naar 2015 om zo de prijsevolutie voor 2016 correct te kunnen meten. Vermits immers met een kettingindex gewerkt wordt, waarbij de prijzen van de 12 maanden van het lopende jaar telkens vergeleken worden met december van het voorgaande jaar, moet het wegingsschema jaarlijks aangepast worden aan de hand van de prijsevolutie tussen het jaar waarin de waarden uitgedrukt zijn, naar hetzelfde jaar als de referentiemaand. Deze procedure staat in de vakliteratuur beschreven als de 'price update' van de gewichten. De price update van de gewichten komt er concreet op neer dat de waarden van het wegingsschema, gebaseerd op de uitgaven van de gezinnen in 2014, aan de hand van de indexevolutie van elke groep geactualiseerd worden naar 2015, gezien december 2015 de nieuwe referentiemaand is. Voor elke groep wordt zijn oorspronkelijk gewicht genomen (refererend naar 2014) en wordt dat vermenigvuldigd met de index van december 2015 en gedeeld door de globale index van december 2014. Behalve voor energie (uitgezonderd huisbrandolie, waar een afvlakking voorzien is), vliegtuigtickets en verse groenten, vers fruit en verse vis (dat zijn groepen met een seizoenpatroon) waar in plaats van de indices van december 2014 en december 2015 de jaargemiddelden van 2014 en 2015 genomen worden. Hierdoor wordt vertekening bij de price-update ten gevolge van mogelijk sterke maand-tot-maand-schommelingen vermeden. Na deze bewerking volgt tenslotte een herschaling om het totale gewicht opnieuw tot 1000 te herleiden.

13/13 Bijkomende inlichtingen Voor meer inlichtingen kan u terecht bij Stephan Moens: 02/277.63.47 statpress@economie.fgov.be Bronvermelding Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium. Aanvullende cijfergegevens Tabellen met gedetailleerde gegevens zijn terug te vinden: http://statbel.fgov.be/nl/statistieken/cijfers/economie/consumptieprijzen/ Consumptieprijsindex in open data-formaat De AD Statistiek biedt de consumptieprijsindex aan als open data. Het globale bestand bevat de algemene consumptieprijsindex vanaf 1920. Het tweede bestand bevat een overzicht van de indexen vanaf 1998 van de twaalf belangrijkste groepen volgens de COICOP-indeling. Consumptieprijsindex, globaal: vanaf 1920 Consumptieprijsindex, per groep: vanaf 1998