Onderwijs- en examenregeling

Vergelijkbare documenten
Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Medische Psychologie. Faculteit Sociale Wetenschappen. Universiteit van Tilburg

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Medische Psychologie. Faculteit Sociale Wetenschappen. Universiteit van Tilburg

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

[60738] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Spaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding American Studies. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Journalistiek. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Nederlandse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Vastgesteld door de decaan van de faculteit Wiskunde&Informatica op 28 augustus 2003

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Cultureel Erfgoed. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

BESLUIT: de volgende onderwijs- en examenregeling voor de opleiding Toegepaste Wiskunde vast te stellen:

[60715] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Kunstbeleid en -management. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling (OER) Inhoud:

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Conflict Studies and Human Rights. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en Examenregeling 2009/2010

Studiejaar Model Onderwijs- en examenregeling (Bachelor)

Onderwijs- en examenregeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Arabische Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING

GMW Onderwijs- en ExamenRegeling. Master-opleiding. voor het studiejaar

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Literatuurwetenschap

Onderwijs- en Examenregeling van de Masteropleidingen. Life Science & Technology. NanoScience

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING TECHNISCHE INFORMATICA

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Algemene Cultuurwetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Kunstgeschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Taal- en spraakpathologie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Algemene Cultuurwetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Bedrijfscommunicatie. studierichtingen: Bedrijfscommunicatie, Cultuur & Organisaties (BCO)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen

Onderwijs- en Examenregeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Kunstgeschiedenis

Onderwijs- en Examenregeling LS&T/SMS&TI (Bacheloropleiding)

OER Research Master Language and Communication: The Empirical Study of Human Communicative Capacities

gelet op: de artikelen 7.13, 9.15, 9.18 en 9.38 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Nederlandse Taal en cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Duitslandstudies. studierichtingen:

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de bacheloropleiding. Arabische Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Letterkunde en Literatuurwetenschap

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Geschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Geschiedenis

Onderwijs- en Examenregeling

Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen. Onderwijs- en examenregeling. Masteropleiding

Deze regeling wordt aangeduid als OER van de Masteropleiding Energie en Milieuwetenschappen.

MODEL REGELS EN RICHTLIJNEN EXAMENCOMMISSIE

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Letterkunde en Literatuurwetenschap

Onderwijs- en examenregeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Nederlandse Taal en cultuur

[60715] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Kunstbeleid en -management. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013. Masteropleiding Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Historische Wetenschappen

Onderwijs- en examenregeling

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Taal- en spraakpathologie

ONDERWIJS- EN TENTAMENREGELING (OET) (ex artikel 7.13 WHW) Interfacultair Onderwijs TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Kunst en visuele cultuur in historisch perspectief

Onderwijs- en examenregeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling cohort masteropleiding Cultureel erfgoed

BIJLAGE E ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER IK

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Taal- en spraakpathologie

Onderwijs- en Examenregeling MST en LS&T (Bacheloropleiding)

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Godsdienst en Levensbeschouwing

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding Cultureel erfgoed

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Bacheloropleiding. Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding HBO-Rechten

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding. Islam in de moderne wereld

Onderwijs- en examenregeling wo masteropleiding Rechtsgeleerdheid

1 Onderwijs- en Examenregeling Bacheloropleiding Informatica, 2007/2008

Onderwijs- en examenregeling wo masteropleiding Rechtsgeleerdheid

Faculteit der Letteren. Onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Geschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Kunst en visuele cultuur in historisch perspectief

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding Keltische talen en cultuur

Onderwijs- en examenregeling wo masteropleiding Rechtsgeleerdheid Instroom vanaf 1 september Begeleide masteropleiding

Onderwijs en Examenregeling LS&T / NanoScience (Masteropleiding)

Faculty of Science, Leiden University. and. Faculty of Applied Sciences, Delft University of Technology

Transcriptie:

Onderwijs- en examenregeling 2018-2019 Masteropleiding Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Maatschappijleer en Maatschappijwetenschappen Tilburg School of Social and Behavioral Sciences Tilburg University

INHOUD DEEL I ALGEMEEN 3 1. Algemene bepalingen 3 2. Pre-masterprogramma 4 3. Masterprogramma 5 4. Tentamens en examens van de opleiding 5 5. Vooropleiding en toelating 8 6. Studiebegeleiding 10 7. Overgangs- en slotbepalingen 10 DEEL II DE SAMENSTELLING VAN HET MASTERPROGRAMMA 12 DEEL III OVERGANGSREGELING 13 OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 2

DEEL І Hoofdstuk 1 Artikel 1.1 ALGEMEEN Algemene Bepalingen Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en het examen van de masteropleiding Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Maatschappijleer en Maatschappijwetenschappen, hierna te noemen: de opleiding. De opleiding wordt verzorgd binnen de Tilburg School of Social and Behavioral Sciences, hierna te noemen: de School. Voor studenten die voor het eerst voor de masteropleiding zijn ingeschreven per 1 september 2017 of eerder, blijft het onderwijsprogramma van de Onderwijs- en Examenregeling van hun eerste jaar van inschrijving van toepassing. Voor zover echter wijzigingen in het programma hebben plaatsgevonden die ook voor hen gelden, kunnen deze worden aangetroffen in de overgangsregeling van deze Onderwijs- en Examenregeling, opgenomen in hoofdstuk 7 en DEEL III. Het actueel geldende onderwijsprogramma voor alle studenten staat in de Onderwijscatalogus. Artikel 1.2 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: 1. de wet: de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW); 2. student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en het examen van de opleiding; 3. vak of cursus: een onderwijseenheid van de opleiding, in de zin van de wet; 4. extra keuzevak: een vak, dat desgewenst buiten het verplichte programma kan worden gevolgd; 5. practicum: een praktische oefening, als bedoeld in artikel 7.13 van de wet, in een van de volgende vormen: het maken van een scriptie; het maken van een werkstuk of een proefontwerp; het uitvoeren van een onderzoeksopdracht; het deelnemen aan veldwerk of een excursie; het doorlopen van een stage; of het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; 6. pre-mastertraject: een onderwijstraject dat bestaat uit maximaal 60 ects en dat een student voorbereidt op het masterprogramma; 7. examen: het masterexamen van de opleiding. Het examen is behaald, nadat alle cursussen uit het studieprogramma met een voldoende resultaat zijn afgesloten; 8. tentamen: een onderdeel van het examen. Een tentamen kan bestaan uit meerdere toetsen; 9. toets: een onderdeel van het tentamen; 10. examencommissie: een door het instellingsbestuur aangestelde commissie in de zin van artikel 7.12 van de wet; 11. examinator: degene die belast is met het afnemen en beoordelen van tentamens in de zin van artikel 7.12c van de wet; 12. blok: deel van het studiejaar, waarbij het studiejaar wordt opgedeeld in vier delen. Een blok bestaat uit minimaal zeven collegeweken afgesloten door één of twee weken voor tentamens en herkansingen; 13. studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op of omstreeks 1 september en eindigt op of omstreeks 31 augustus van het daarop volgende jaar; 14. ects-credits: studiepunten volgens het European Credit Transfer System; 15. EST: Education Support Team. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 3

De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent. Artikel 1.3 Doel van de opleiding Na voltooiing van de opleiding beschikt de student over kennis, inzicht en vaardigheid op het gebied van de opleiding. De doelen van de opleiding zullen via de realisatie van de voor de opleiding geformuleerde eindtermen dienen te worden bereikt. Artikel 1.4 Vorm van de opleiding De opleiding wordt uitsluitend in voltijd verzorgd. Artikel 1.5 Examen van de opleiding De masteropleiding wordt afgesloten met het masterexamen. Artikel 1.6 Studielast 1. De studielast wordt uitgedrukt in hele ects-credits. 1 ects-credit staat voor een studielast van 28 uur. 2. De opleiding heeft een studielast van 60 ects-credits. 3. De studielast van de vakken bedraagt in de regel 6 ects-credits. Artikel 1.7 Evaluatie van het onderwijs in de opleiding Al het onderwijs in de opleiding wordt jaarlijks schriftelijk geëvalueerd. Voor de evaluatie wordt gebruik gemaakt van een gestandaardiseerd vragenformulier. Periodieke evaluatierapportages worden in de opleidingscommissies met de opleidingsdirecteuren besproken en ook met de vicedecaan onderwijs. De voorzitters van departementen beschikken over de gedetailleerde informatie per cursus die vanuit hun departement wordt verzorgd. Aan de hand van de uitgevoerde evaluaties en rapportages worden zo nodig verbetertrajecten met de docenten, die de vakken verzorgen, afgesproken. Hoofdstuk 2 Artikel 2.1 Pre-masterprogramma Toelating individueel pre-masterprogramma 1. Studenten die een universitaire masteropleiding hebben afgerond waarvan het programma niet geheel aansluit op de opleiding, kunnen door de examencommissie in een individueel pre-masterprogramma worden geplaatst met als doel eventuele deficiënties op te heffen. De examencommissie bepaalt de omvang en inhoud van dit eventuele pre-masterprogramma. De studielast van het programma zal maximaal 60 ects-credits bedragen. 2. Om toegelaten te worden tot de masteropleiding waarvoor plaatsing in een premasterprogramma noodzakelijk is, moet een schriftelijk verzoek worden ingediend bij de examencommissie van de School. De examencommissie beoordeelt aan de hand van het vereiste mastergetuigschrift en het bijbehorende (eventueel via de cijferlijst te overleggen) vakkenpakket of men kan worden geplaatst in een individueel pre-masterprogramma. 3. Na plaatsing in dit pre-masterprogramma verwerft de student pas toelating tot het masterprogramma na de succesvolle afronding van het pre-masterprogramma, met inachtneming van artikel 5.2 en 5.3. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 4

Hoofdstuk 3 Artikel 3.1 Masterprogramma Samenstelling van het masterprogramma In het academisch jaar 2017/2018 bestaat het masterprogramma uit de in DEEL ІІ vermelde vakken en de daarbij behorende studielast. Voor elk van deze onderdelen worden de werkvormen, college- en tentamenroosters vermeld in de Onderwijscatalogus, uiterlijk bij aanvang van het desbetreffende onderwijs. Artikel 3.2 Practicum Voor zover de vakken van het masterprogramma een practicum kennen zoals bedoeld in artikel 1.2 lid 5 wordt zulks in DEEL ІІ van deze regeling met de letter P aangeduid achter de naam van het betrokken vak. Hoofdstuk 4 Artikel 4.1 Tentamens en examens van de opleiding Verplichte volgorde 1. De masteropleiding wordt afgesloten met een stage. Deze heeft een omvang van 18 ectscredits. 2. Voor zover aan de deelname aan een vak specifieke ingangseisen worden gesteld, worden deze vermeld in de Onderwijscatalogus. 3. Vakken van de masteropleiding zijn slechts toegankelijk voor studenten die voor deze master zijn ingeschreven, tenzij de opleidingsdirecteur anders heeft bepaald en dit bij de vakinformatie in de Onderwijscatalogus is gepubliceerd. Artikel 4.2 Tijdvakken en frequentie tentamens 1. Tot het afleggen van de tentamens van de in DEEL ІІ genoemde vakken wordt in het academisch jaar waarin het betreffende vak wordt aangeboden tweemaal gelegenheid gegeven. 2. De eerste tentamengelegenheid van een cursus vindt plaats direct na afloop van de onderwijsperiode waarin de cursus gegeven wordt. 3. De tweede tentamengelegenheid van elke cursus vindt plaats tijdens of direct na afloop van de opvolgende onderwijsperiode, met uitzondering van blok 4. De tweede tentamengelegenheid van dit blok vindt plaats na de eerste gelegenheid. De uitslag van de eerste gelegenheid dient in elk geval vijf werkdagen voordat de tweede gelegenheid plaatsvindt aan de studenten bekend te zijn gemaakt. 4. Met betrekking tot de data waarop (her)tentamens worden afgenomen geldt het volgende: a. De data voor schriftelijke (her)tentamens worden door het EST en/of de Student Administration vastgelegd en uiterlijk bij de aanvang van het onderwijs in het betreffende vak gepubliceerd in de Onderwijscatalogus. b. De data voor mondeling af te leggen (her)tentamens worden bepaald in onderling overleg tussen docent en student. c. Voor het inleveren van opdrachten/werkstukken die deel uitmaken van het tentamen, worden door de docent twee inleverdata vastgesteld (naar analogie van de twee gelegenheden die een student heeft om een vak af te ronden conform lid 1 van dit artikel), tenzij de desbetreffende toets voor maximaal 20% bepalend is voor het eindcijfer en door de docent is bepaald dat de herkansing bestaat uit één vervangende toets dan wel wordt opgenomen in één allesomvattend tentamen. De inleverdata worden uiterlijk bij de aanvang van het onderwijs in het betreffende vak op een voor alle studenten duidelijke manier gepubliceerd. De data moeten ten laatste vallen in de perioden die worden genoemd in lid 2 en 3 van dit artikel. 5. De docent kan bepalen dat alle onderdelen van het vak in hetzelfde collegejaar moeten worden gevolgd. Dit dient voor aanvang van het studiejaar in de Onderwijscatalogus te worden vastgelegd. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 5

6. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt de student tot het afleggen van het tentamen van een vak waarvan het onderwijs in een bepaald studiejaar niet is gegeven ten minste eenmaal de gelegenheid geboden. 7. Eveneens in afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de student, die door de laatste nog te behalen cursus onevenredig grote studievertraging dreigt op te lopen, onder bepaalde voorwaarden in aanmerking komen voor een extra tentamengelegenheid op grond van de laatste vak regeling. Nadere regels hieromtrent worden bepaald in de regels en richtlijnen van de examencommissie. Artikel 4.3 Vorm van de tentamens 1. De tentamens van de vakken, genoemd in DEEL ІІ, worden in beginsel schriftelijk afgelegd. Onder een schriftelijk tentamen wordt mede verstaan een tentamen dat door middel van het schrijven van één of meer opdrachten of het schrijven van een werkstuk, verslag of scriptie wordt afgelegd, alsmede een tentamen bestaande uit zowel schriftelijke als mondelinge bestanddelen. 2. Per vak wordt in de Onderwijscatalogus de exacte tentamenvorm vermeld. Aanvullingen of wijzigingen ten opzichte van de tekst in de Onderwijscatalogus worden door de examinator uiterlijk bij de aanvang van het onderwijs in het betreffende vak via de Onderwijscatalogus bekendgemaakt. 3. Op verzoek van de student kan de examencommissie in bijzondere gevallen toestaan, dat een tentamen op een andere wijze wordt afgelegd dan is vermeld in de Onderwijscatalogus. 4. Aan studenten met een functiebeperking wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele functiebeperking aangepaste wijze af te leggen. Wanneer het op aangepaste wijze afleggen van het tentamen bijzondere faciliteiten vergt of een bijzondere vorm van tentamineren, moet de student een verzoek indienen bij het Digitaal Meldpunt Functiebeperking. Artikel 4.4 Mondelinge tentamens 1. Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald. Met instemming van de te tentamineren personen kan een examinator besluiten, dat een bepaald tentamen door hen mondeling tezamen zal worden afgelegd. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in bijzondere gevallen anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt. 3. Mondelinge tentamens worden op een door de desbetreffende examinator dan wel examinatoren te bepalen tijdstip afgenomen, zo mogelijk na overleg met de student. Artikel 4.5 Duur van tentamens 1. De duur van schriftelijke tentamens is 3 uur, tenzij de eerst verantwoordelijke examinator voor de aanvang van het tentamen anders bekend maakt of bekend laat maken en dit op het voorblad van de tentamenopgaven anders staat vermeld. De duur van het tentamen is in elk geval zodanig dat de studenten naar redelijke maatstaven gemeten voldoende tijd hebben om de vragen te beantwoorden. 2. Wanneer een tentamen langer dan 3 uur duurt, zal het tentamen opgesplitst worden in twee delen die elk niet langer dan 3 uur duren. Tussen deze twee delen moet er een pauze georganiseerd worden van ten minste een half uur. De twee delen dienen wel op dezelfde dag plaats te vinden. De eerst verantwoordelijke examinator dient dit tevens door te geven aan de Student Administration. Artikel 4.6 Aanmelding tentamens 1. De aanmelding voor een tentamen geschiedt bij de Student Administration. Deze aanmelding geschiedt overeenkomstig de richtlijnen zoals die door de Student Administration zijn vastgesteld. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 6

2. De examencommissie kan in bijzondere gevallen afwijkingen toestaan van het bepaalde in het eerste lid met betrekking tot de plaats en het tijdstip waarop de aanmelding uiterlijk moet zijn geschied. Artikel 4.7 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1. De examinator stelt uiterlijk 5 werkdagen na het afnemen van een mondeling tentamen de uitslag vast en verschaft binnen de gestelde termijn de nodige gegevens aan de Student Administration. 2. Voor de uitslagen van schriftelijke tentamens geldt dat deze, met inachtneming van hetgeen bepaald in artikel 4.2 lid 3, uiterlijk 15 werkdagen na de dag waarop het tentamen is afgelegd dienen te zijn vastgesteld door de examinator. Deze examinator verschaft binnen de gestelde termijn de nodige gegevens aan de Student Administration. 3. De Student Administration draagt zorg voor een correcte registratie op de eerste werkdag na ontvangst van de uitslag van het tentamen. 4. Voor een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen tentamen kan de examencommissie tevoren bepalen op welke wijze en binnen welke termijn de student de uitslag zal ontvangen. 5. Op daartoe bestemde publicatieborden, Blackboard of anderszins, worden uitsluitend voorlopige uitslagen van tentamens bekendgemaakt. 6. De definitieve uitslag van een tentamen wordt bekendgemaakt in OSIRIS Student. 7. Bij de bekendmaking van de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, alsmede op de beroepsmogelijkheid bij het College van Beroep voor de Examens. Artikel 4.8 Geldigheidsduur 1. De geldigheidsduur van behaalde vakken is in beginsel onbeperkt. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de examencommissie voor een vak waarvan het tentamen langer dan vijf jaar geleden is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het masterexamen met inachtneming van artikel 7.10 lid 4 van de wet. 3. Voor de geldigheidsduur van een vrijstelling voor een vak zijn de leden 1 en 2 van toepassing. 4. Indien een docent voornemens is om een termijn te stellen aan de geldigheidsduur van een toets, dan dient deze geldigheidsduur uiterlijk bij het begin van het onderwijs voor het vak waartoe de toets behoort, bekend gemaakt te worden in de Onderwijscatalogus. 5. Deelresultaten zijn minimaal geldig gedurende het collegejaar waarin deze zijn behaald. 6. Indien het gewicht van een deelresultaat kleiner is dan of gelijk is aan 20% en de herkansing van dit deelresultaat bestaat uit een vervangende toets dan wel is opgenomen in één allesomvattend schriftelijk tentamen, dan is lid 5 niet van toepassing. Artikel 4.9 Inzagerecht 1. Gedurende 30 werkdagen na de bekendmaking van de uitslag van een tentamen (doch in elk geval voorafgaand aan de herkansing) krijgt de student op zijn verzoek inzage in de beoordeling. Tevens wordt de student, in het geval van een schriftelijk tentamen, op zijn verzoek een kopie verschaft van dat werk. 2. Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan de student kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. 3. De examinator bepaalt op welke plaats en op welk tijdstip de inzage of de kennisneming geschiedt. Indien de betrokkene aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op een aldus vastgestelde plaats en tijd te verschijnen, wordt hem een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde termijn. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 7

Artikel 4.10 Vrijstelling 1. De examencommissie kan de student op diens verzoek vrijstelling verlenen van een vak, indien de student a. hetzij een qua inhoud, niveau en studiebelasting overeenkomstig vak gekoppeld aan een tentamen van een universitaire of hogere beroepsopleiding succesvol heeft voltooid; b. hetzij aantoont door werk- of beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken met betrekking tot het desbetreffende vak. 2. De in het eerste lid genoemde vrijstellingen, voor zover deze zijn gebaseerd op behaalde vakken in het kader van een opleiding buiten Tilburg University, mogen worden verleend tot een maximum van 18 ects-credits per student, met dien verstande dat aan studenten, die naast het academisch masterdiploma op grond waarvan zij toelaatbaar zijn tot de opleiding beschikken over een tweedegraads lesbevoegdheid, vrijstellingen mogen worden verleend tot een maximum van 24 ects-credits. 3. Een verzoek tot vrijstelling van het afleggen van een tentamen wordt schriftelijk met redenen omkleed ingediend bij de examencommissie. 4. Tenzij een verzoek wegens formele redenen wordt afgewezen, hoort de examencommissie de desbetreffende examinatoren alvorens te beschikken op het verzoek. 5. Een beschikking tot het niet verlenen van de vrijstelling wordt gemotiveerd. 6. Een verzoek tot vrijstelling van een bepaald vak moet uiterlijk worden ingediend in de derde week van het blok waarin het vak wordt aangeboden. Als een verzoek na de derde week wordt ingediend, wordt het niet in behandeling genomen. Artikel 4.11 Keuzevakken 1. Keuzevakken die geen onderdeel vormen van het verplichte programma kunnen desgewenst op het getuigschrift worden vermeld, mits deze vakken behoren tot een masterprogramma. Voor het opnemen van extra keuzevakken behoeft geen voorafgaande toestemming te worden gevraagd aan de examencommissie. 2. Voorafgaande toestemming van de examencommissie is wel vereist indien deze vakken aan een buitenlandse instelling worden gevolgd. 3. Onverminderd het bepaalde in lid 1 is de School niet verantwoordelijk voor het daadwerkelijk kunnen volgen van een keuzevak aan een andere School of instelling. De student dient zelf na te gaan of hij/zij kan worden toegelaten. 4. Studenten dienen er bij het volgen van een keuzevak rekening mee te houden dat gekozen vakken soms op hetzelfde tijdstip worden verzorgd of worden getentamineerd. Hiervoor is de student zelf verantwoordelijk. Artikel 4.12 Graad 1. Aan degene die het examen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad Master of Arts Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Maatschappijleer en Maatschappijwetenschappen en een eerstegraads lesbevoegdheid verleend. 2. De verleende graad wordt op het getuigschrift van het examen aangetekend. Hoofdstuk 5 Artikel 5.1 Vooropleiding en toelating Toelatingscommissie 1. De toelating tot de opleiding is opgedragen aan de toelatingscommissie van de opleiding. Deze wordt gevormd door de leden van de examencommissie. 2. De toelatingscommissie beslist over de toelating van alle studenten tot de opleiding. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 8

Artikel 5.2 Vooropleiding en toelaatbaarheid 1. De opleiding kent slechts één startmoment, namelijk op of omstreeks 1 september. Voor toelating tot de masteropleiding dient men vóór 1 september aan de toelatingseisen, zoals gesteld in de volgende leden, te voldoen. 2. Toelaatbaar tot het onderwijs en de tentamens van de masteropleiding is uitsluitend diegene die staat ingeschreven voor de desbetreffende masteropleiding, tenzij de opleidingsdirecteur voor het desbetreffende vak in de Onderwijscatalogus heeft aangegeven dat deelname zonder inschrijving is toegestaan. 3. Toelaatbaar tot de opleiding is in elk geval degene die met goed gevolg een examen heeft behaald aan een Nederlandse universiteit in een van de volgende negen masteropleidingen: Sociologie (croho-code 66601) Sociology (croho-code 66599) Human Resource Studies (croho-code 60075) Organization Studies (croho-code 60754) Bestuurskunde (croho-code 66627) Bestuurs- en organisatiewetenschappen (croho-code 60446 en 75057) Politicologie (croho-code 66606) Algemene Sociale Wetenschappen (croho-code 60746) Culturele Antropologie (croho-code 60745) Culturele Antropologie en Sociologie der Niet-Westerse Samenlevingen (croho-code 66614) Communicatiewetenschappen (croho-code 66615) 4. Toelaatbaar is voorts degene met een in Nederland afgeronde specifieke masteropleiding op grond waarvan hij is geplaatst in een pre-masterprogramma, zoals bedoeld in artikel 2.1 met dien verstande dat het pre-master programma volledig is afgerond. 5. Verder is toelaatbaar tot de opleiding degene die in Nederland of in het buitenland met goed gevolg een masteropleiding heeft afgerond, die naar het oordeel van de toelatingscommissie gelijkwaardig is aan die in het derde lid, dan wel over een getuigschrift van een gelijkwaardige vooropleiding beschikt. 6. De categorie studenten bedoeld in lid 5 dient bovendien te voldoen aan door de toelatingscommissie te bepalen vereisten. Artikel 5.3 Toelatingsonderzoek: procedure 1. Een verzoek om te worden toegelaten tot de opleiding kan worden ingediend bij de toelatingscommissie, met dien verstande dat de opleiding daadwerkelijk start op of omstreeks 1 september van elk kalenderjaar. 2. Aan de vorm van het toelatingsverzoek en de te verstrekken informatie stelt de toelatingscommissie zekere eisen die tijdig en goed toegankelijk gepubliceerd worden. 3. Op een verzoek tot toelating beslist de toelatingscommissie binnen 6 weken na indiening van het verzoek. 4. Met het oog op de toelating tot de opleiding als bedoeld in art. 5.2 stelt de toelatingscommissie een onderzoek in naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de kandidaat. In aanvulling op schriftelijke bewijzen van de gevolgde opleiding(en) kan de commissie bepaalde kennis en vaardigheden laten toetsen door deskundigen in of buiten de universiteit. 5. Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal - in geval van toelating op grond van een buitenlands diploma - wordt voldaan wanneer men beschikt over één van de volgende diploma s/certificaten: Staatsexamen Nederlands als tweede taal programma II; Certificaat Nederlands als vreemde taal met het Profiel Academische taalvaardigheid of het Profiel taalvaardigheid Hoger Onderwijs. Zeugnis der allgemeinen Hochschulreife op voorwaarde dat het vak Nederlands tot en met het eindexamenjaar (meestal jaar 12) is gevolgd. Diploma van Secundair Onderwijs, richting Algemeen Secundair Onderwijs; Instellingsexamen Tilburg University voor Duitstaligen. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 9

6. De toelating wordt verleend onder de voorwaarde dat de kandidaat uiterlijk op de startdatum van de opleiding zal voldoen aan de in lid 4 en 5 bedoelde eisen ten aanzien van kennis en vaardigheden, zoals die blijken uit getuigschriften. 7. Op de schriftelijke verklaring omtrent toelating wordt de student gewezen op de beroepsmogelijkheid bij het College van Beroep voor de Examens. Artikel 5.4 Inschrijving na de start van de opleiding Conform de Regeling Inschrijving en Collegegelden moeten studenten die zich voor de eerste keer voor de masteropleiding aan de instelling willen inschrijven op een later tijdstip dan de officiële start van de opleiding, hiervoor toestemming hebben van het College van Bestuur. Als onderdeel van de besluitvorming vraagt het College van Bestuur aan de School, in casu de examencommissie, schriftelijk te verklaren dat er op onderwijskundige gronden geen bezwaren zijn. Indien de School, in casu de examencommissie, vindt dat de student niet meer inpasbaar is in het lopende onderwijsprogramma, dan dient dat schriftelijk gemotiveerd te worden. Tegen een afwijzende beslissing kan binnen zes weken bezwaar worden aangetekend bij het College van Bestuur van Tilburg University. Hoofdstuk 6 Artikel 6.1 Studiebegeleiding Studievoortgangadministratie 1. De Student Administration registreert de individuele studieresultaten van de studenten. 2. De Student Administration draagt zorg voor de bereikbaarheid van de studievoortganggegevens op het internet alsmede de voorlichting hierover. Artikel 6.2 Studiebegeleiding 1. De School is verantwoordelijk voor voldoende studiebegeleiding van de studenten die voor een opleiding zijn ingeschreven. De School draagt deze taak op aan het EST en/of aan de departementen. 2. Teneinde de oorzaken van opgelopen studievertraging op te sporen en bij te dragen aan het verhelpen daarvan worden vanuit de studiebegeleiding gesprekken met studenten gevoerd. Deze taak zal worden uitgevoerd door het EST en/of de departementen. Artikel 6.3 Duale carrière 1. Studenten met een duale carrière kunnen een talentstatus aanvragen die recht geeft op extra faciliteiten in bijvoorbeeld studiebegeleiding en/of financiële vergoeding. De School zoekt binnen haar mogelijkheden naar passende extra faciliteiten in studiebegeleiding. De criteria voor het verkrijgen van een talentstatus is te vinden in het duale carrière reglement dat als bijlage aan het Studentenstatuut is te vinden. 2. Studenten die een talentstatus hebben en die gebruik willen maken van de in lid 1 genoemde faciliteiten, dienen bij aanvang van het academisch jaar of zodra het College van Bestuur de talentstatus heeft toegekend een afspraak te maken met hun opleidingscoördinator om een studieplan op te stellen. Hoofdstuk 7 Artikel 7.1 Overgangs- en slotbepalingen Overgangsregeling 1. Voor alle cursussen uit de Onderwijs- en Examenregeling voor het collegejaar 2017-2018, die met ingang van het collegejaar 2018-2019 komen te vervallen en waarvoor geen vervangend vak conform de overgangsregeling is aangewezen, wordt in het collegejaar 2018-2019 nog ten minste één extra tentamengelegenheid geboden. Een overzicht van deze vakken staat in DEEL III van deze regeling. Alleen studenten die aan deze gelegenheid hebben OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 10

deelgenomen en niet zijn geslaagd kunnen nog voor eventuele aanvullende herkansingen in aanmerking komen. 2. Studenten die na het laatste tentamen nog niet zijn geslaagd voor een bepaald examenonderdeel dienen bij voortzetting van hun opleiding volgens het oude programma deze cursus te vervangen door een cursus uit het nieuwe programma volgens de overgangstabel die in DEEL III van deze regeling kan worden aangetroffen. Artikel 7.2 Algemene hardheidsclausule 1. De examencommissie is bevoegd om in geval van onbillijkheden van overwegende aard in individuele gevallen ten voordele van de student een uitzondering te maken op de Onderwijsen Examenregeling. 2. In gevallen waarin de Onderwijs- en Examenregeling niet voorziet, beslist de examencommissie. Artikel 7.3 Wijzigingen 1. Wijzigingen van deze regeling worden door de decaan, gehoord de betrokken opleidingsdirecteur, de examencommissie en na overleg met de betrokken opleidingscommissie en de faculteitsraad, bij afzonderlijk besluit vastgesteld. 2. Een wijziging in deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad. 3. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van de studenten van invloed zijn op enige andere beslissing die krachtens deze regeling door de examencommissie is genomen ten aanzien van een student. Artikel 7.4 Bekendmaking 1. De decaan draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regels en richtlijnen die door de examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van wijzigingen van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan via de website van de School kennisnemen van de in het eerste lid genoemde regelingen. Artikel 7.5 Ingangsdatum Deze regeling treedt in werking op of omstreeks 1 september 2018. Aldus vastgesteld door de decaan op 1 juni 2018. OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 11

DEEL ІI DE SAMENSTELLING VAN HET MASTERPROGRAMMA Code Cursusnaam ECTS 995012-M-6 Algemene didactiek 6 995136-M-6 Vakdidactiek maatschappijleer P 6 995023-M-6 Masterclasses en opleiden in de school 6 995016-M-12 Didactische oriëntatiestage 12 995019-M-6 Didactisch lesontwerponderzoek 6 995018-M-6 Didactisch leeronderzoek 6 995020-M-18 Didactische verdiepingsstage 18 Totaal 60 P = Practicum cf. artikel 3.2 OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 12

DEEL ІII OVERGANGSREGELING Voor de volgende vakken die met ingang van het collegejaar 2018-2019 vervallen wordt overeenkomstig artikel 7.1 lid 1 geen vervangend vak aangewezen: In het studiejaar 2018-2019 zijn er geen vakken waarvoor dit geldt. Overeenkomstig artikel 7.1 lid 2 wordt voor het volgende vak dat in een voorgaand jaar is vervallen, het volgende vervangende vak aangewezen. Masterprogramma Code Vervallen cursus Ects Code Vervangende cursus Ects 995017-M-6 Didactiek: Integratie 6 995023-M-6 Masterclasses en 6 opleiden in de School OER ULT Maatschappijleer TSB 2018-2019 13