I Cao van 28 juni 1991: registratienummer

Vergelijkbare documenten
Commission paritaire des employés de la transformation du papier et du carton (CP 222) TRANSPORT DES EMPLOYES

VERVOER VAN DE ARBEIDERS/ARBEIDSTERS

Paritair Comité 222 Bedienden van de papier- en kartonbewerking

HOOFDSTUK II -TUSSENKOMST VAN DE WERKGEVER. Article

Federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en SociaalOverleg ALGEMENE DIRECTIE COLLECTIEVE ARBEIDSBETRE~NGEN Directie van de Griffie

Betreffende bijdrage in de vervoerskosten Concernant l intervention dans les frais de transport

Commission paritaire de l'agriculture. het Paritair Comité voor de landbouw. Convention collective de travail du 04 février 2016

CHAPITRE II. - Indemnité en cas d'utilisation de transport en commun

Commission paritaire pour les employés du. du commerce international, du transport et de la. logistique

Commission paritaire de l'agriculture. het Paritair Comité voor de landbouw. Convention collective de travail du 30 mars 2017

CAO van 27 mei 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende het vervoer van de arbeiders.

Textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 29 AUGUSTUS 20171NZAKE DE TUSSENKOMST VAN DE WERKGEVERS IN DE VERVOERSKOSTEN

Convention collective de trovail du 11 juin Collectieve arbeidsovereenkomst van / / juni CHAPITRE 1er. - Champ d'application

Textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers

OPENBAAR VERVOER CARPOOLING TRANSPORT PUBLIC COVOITURAGE PER WEEK PER MAAND PER 3 MAANDEN PAR PAR 3 MOIS FLEX SEMAINE MOIS

NR. Commission paritaire pour les entreprises de nettoyage et de désinfection. Comité voor de schoonmaak en ontsmettingsondernemingen

CCT du 11 février CAO van 11 februari Modification de la CCT du 12 juin 2014 relative à l'intervention dans les frais de déplacement

CCT du 11 février CAO van 11 februari Wijziging van de cao van 12 juni

Paritair comité voor de schoonmaak. Commission paritaire pour le nettoyage

Commission paritaire pour les institutions subsidiées de l'enseignement libre (Communauté flamande)

COMMISSION PARITAIRE DES EMPLOYES DU COMMERCE DE DETAIL ALIMENTAIRE PARITAIR COMITE VOOR DE BEDIENDEN UIT DE KLEINHANDEL IN VOEDINGSWAREN PC 202 CP202

VOEDINGSN JVERHEID : Verplaatsingskosten.

Transport. Vervoer. Article 1er - La présente CCT s'applique aux employeurs des entreprises ressortissant à la

Collectieve Arbeidsovereenkomst

het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf met Commission paritaire pour les entreprises horticoles

COMMISSION PARITAIRE DE L'AGRICULTURE CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 30 AVRIL 1999

VERVOERKOSTEN PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE TERUGWINNING VAN ALLERLEI PRODUCTEN SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LA RECUPERATION DES PRODUITS DIVERS

Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het Glasbedrijf (PC 115), betreffende de vervoerkosten

Collectieve Arbeidsovereenkomst

» aux travailleurs dont le domicile est

Vaststelling van de werkgeversbijdrage in de vervoerkosten van de werklieden en werksters

CAO van 12 mei 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende het vervoer van de bedienden.

PARITAIR COMITE VOOR DE BEDIENDEN UIT DE KLEINHANDEL IN VOEDINGSWAREN COMMISSION PARITAIRE DES EMPLOYES DU COMMERCE DE DETAIL ALIMENTAIRE PC 202

Hebben de navolgende interprofessionele organisaties van werkgevers en werknemers

Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek

Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek

NR, COM PARITAIRE LES DE MEDICAMENTS. PARITAIRE COMITÉ VOOR E l GROOTHANDELAARS-VERDELERS IN GENEESMIDDELEN

COMMISSION PARITAIRE DES MAISONS D'EDUCATION ET D'HEBERGEMENT CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 2001, RELATIVE AUX FRAIS DE TRANSPORT.

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs;

C.C.T. 4 - Frais de déplacement. Commission re pour la gestion d'immeubles. Paritair Comité voor het beheer van gebouwen

NATIONALE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 13 NOVEMBER 2017 BETREFFENDE DE LANDINGSBANEN

PARITAIR COMITE VOOR DE TEXTIELNIJVERHEID

NR. f/j. <yw? [ Co SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LES ENTREPRISES DE TRAVAIL ADAPTE DE LA REGION WALLONNE ET DE LA

PARITAIR COMITÉ VOOR DE BEDIENDEN VAN DE TEXTIELNIJVERHEID EN HET BREIWERK

Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek

Commission Paritaire pour le Travail Intérimaire et les Entreprises Agréées fournissant des travaux ou services de proximité

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 29 AUGUSTUS 2017 TOT VASTSTELLING VAN DE TUSSENKOMST IN DE VERVOERSKOSTEN VAN DE BEDIENDEN

Fixation de l'intervention des employeurs dans les frais de transport des ouvriers et des ouvrières

Convention collective de travail du 5 mai 2009, conclue au sein de la Commission paritaire de l'industrie verrière, relative aux frais de transport

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19 OCTIES VAN 20 FEBRUARI 2009 BETREFFENDE DE FINANCIËLE BIJDRAGE VAN DE WERKGEVERS IN

Het minimum toepasselijk op het bediendenpersoneel, wordt vanaf 1 januari 2000 bepaald :

PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE VLASBEREIDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19/

Paritair Comité 221 Bedienden van de papiernijverheid

DATE 12/01/ /01/2000 CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL N 75 DU 20 DECEMBRE 1999 RELATIVE AUX DELAIS DE PREAVIS DES OUVRIERS

ERRATUM ERRATUM. Commission paritaire de la coiffure et des soins de beauté

Commission paritaire pour les entreprises horticoles. het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf met

Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw. Commission paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique

PARITAIR COMITE VOOR DE VLAAMSE WELZIJNS- EN GEZONDHEIDSSECTOR

Convention collective de travail du 17 juillet 2000 modifiant la du 22 mars 1999 relative aux conditions de travail et de rémunération

PARITAIR COMITÉ VOOR DE TEXTIELNIJVERHEID EN HET BREIWERK COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 30 NOVEMBER 2006 TOEKENNING VAN MAALTIJDCHEQUES

Paritair Comité voor de casinobedienden

Octroi d'une allocation annuelle de régularisation pour chômeurs

Commission paritaire pour la gestion

COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 24 JUIN 1999 RELATIVE A LA FORMATION ET A L'EMPLOI DES TRAVAILLEURS

Art. 1 1 Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de voedingsnijverheid.

Sous-commission paritaire pour commerce de combustibles de la Flandre. Convention collective de travail du. Duree du travail et organisation.

PC 311 CP311 PARITAIR COMITE VOOR DE GROTE KLEINHANDELSZAKEN COMMISSION PARITAIRE DES GRANDES ENTREPRISES DE VENTE AU DETAIL

I - Toepassingsgebied

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux

69668 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

C.C.T. RELATIVE LA LIAISON DES SALAIRES A DES PRIX LA CONSOMMATION

Concernant l'intervention dans les frais de transport

Commission paritaire pour les institutions subsidiées de l'enseignement libre (Communauté flamande)

Federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en SociaalOverleg ALGEMENE DIRECTIE COLLECTIEVE ARBEIDSBETREKEJNGEN Directie van de Griffie

ARBEIDSDUUR EN VERDELING ARBEIDSDUUR

SOUS-COMMISSION PARITAIRE DES ELECTRICIENS: INSTALLATION ET DISTRIBUTION. En exécution de 3 de l'accord national du mai 2003.

Hoofdstuk I - Toepassingsgebied. Chapitre I - Champ d'application

I CCT du 26 mai 2016 enregistrée le 01/08/2016; numéro d'enregistrement /CO/120.01

Paritair Comité vbor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs (Vlaamse gemeenschap)

COMMISSION PARITAIRE POLIR LE SECTEUR FLAMAND DE L'AIDE SOCIALE ET DES SOINS DE SANTE

CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL 38 DU 14 JUILLET 1999 MODIFIANT LA CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL N 38 DU

I CAO van 19 april 2017: datum registratie 11 mei 2017; registratienummer /co/120

CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL 1999 SALAIRES

15/12/ /02/ /CO/300. COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 46 VICIES BIS. Zitting van dinsdag 15 december 2015

PARITAIR COMITE VOOR DE TEXTIELNIJVERHEID

Federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en SociaalOverleg ALGEMENE DIRECTIE COLLECTIEVE ARBEIDSBE- TREKKINGEN Directie van de Griffie

Commission paritaire de l'industrie hôtelière Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari Convention collective de travail du 18 janvier 2012

BLANCHISSERIES - C.C.T. : LIAISON DES SALAIRES A - 04/ )

Paritair Comité voor de bedienden van de papier- en kartonbewerking. Werkkleding... 2

Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 maart 2014, gesloten in het Paritair Comité voor het Glasbedrijf, betreffende de vervoerkosten

e pr -à Ensuite, le principe suivant est appliqué;,zau.l~~ le salaire annuel est composé de 12

"i'r?f)c5. Paritair Comité voor de erkende. Commission Paritaire pour les organismes de contrôle agréés. controleorganismen.

Commission paritaire pour le Secteur audiovisuel. Paritair Comité voor de audiovisuele sector

NATIONALE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 19 APRIL 2017 BETREFFENDE TIJDSKREDIET, LOOPBAANVERMINDERING EN LANDINGSBANEN

Federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en SociaalOverleg ALGEMENE DIRECTIE COLLECTIEVE ARBEIDSBETREKEJNGEN Directie van de Griffie

Paritair Comité voor de audiovisuele sector - Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2006 met betrekking tôt de eindejaarspremie.

A. Hulpwerkman ,69 Ouvrier non qualifié. B. Geoefende werkman 2e categorie ,45 Ouvrier spécialisé 2e catégorie

Paritair Comité voor de bedienden van de papier- en kartonbewerking. Werkkleding... 2

Transcriptie:

Neerlegging-Dépôt: 05/07/2019 Regist.-Enregistr.: 30/07/2019 N": 153084/CO/120 PARITAIR COMITE VOOR DE TEXTIELNIJVERHEID NATIONALE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 2 JULI 2019 BETREFFENDE DE FINANCIELE BIJDRAGE VAN DE WERKGEVERS IN DE PRIJS VAN HET VERVOER VAN DE ARBEIDERS IN DE TEXTIELNIJVERHEID I Cao van 28 juni 1991: registratienummer 28.496/CO/120 Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19 octies van 20 februari 2009 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers; Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19/9 van 23 april 2019 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het gemeenschappelijk openbaar vervoer van de werknemers, zoals gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19/10 van 28 mei 2019; Gelet op de nationale algemene collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2019, WORDT TUSSEN Algemeen Christelijk Vakverbond Algemene Centrale ABW Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België enerzijds, EN FEDUSTRIA, de federatie van de textiel-, hout- en meubelindustrie anderzijds, HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN: HOOFDSTUK I. DRAAGWIJDTE VAN DE OVEREENKOMST Artikel1 Onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 1991 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 december 1974 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het gemeenschappelijk vervoer van de werklieden in de textielnijverheid en het breiwerk. 1

HOOFDSTUK II. TOEPASSINGSGEBIED Artikel2 Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle textielondernemingen en op alle erin tewerkgestelde arbeiders die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de textielnijverheid (PC 120), met uitzondering van de ondernemingen en de erin tewerkgestelde arbeiders die onder de bevoegdheid vallen van de paritaire subcomités voor textiel Verviers (PSC 120.01) en voor de Jute (PSC 120.03). Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK III. GEMEENSCHAPPELIJK OPENBAAR TREINVERVOER Artikel3 Wat het door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen georganiseerde vervoer betreft, wordt de tussenkomst van de werkgever in de prijs van het gebruikte vervoerbewijs, vastgesteld op basis van de tabelopgenomen in bijlage van het Koninklijk Besluit van 28 juli 1962 dat getroffen werd ter uitvoering van de wet van 27 juli 1962 tot vaststelling van een werkgeversbijdrage in het verlies geleden door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen ingevolge de uitgifte van abonnementen voor werklieden en bedienden, die de bijdrage van de werkgever bepaalt en waarvan de Staat de werknemersbijdrage ten laste neemt, zonder 80% van de prijs van de treinkaart te overschrijden. HOOFDSTUK IV. GEMEENSCHAPPELIJK OPENBAAR VERVOER, MET UITZONDERING VAN HET TREINVERVOER Artikel4 Voor wat betreft het gemeenschappelijk openbaar vervoer, met uitzondering van het treinvervoer, wordt de bijdrage van de werkgever in de prijs van de abonnementen voor de verplaatsingen vanaf 5 km, berekend vanaf de vertrekhalte, vastgesteld volgens de hierna vastgestelde modaliteiten: a) wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, wordt de tussenkomst van de werkgever in de prijs van het gebruikte vervoerbewijs vastgesteld op 80%. b) wanneer de prijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, wordt de bijdrage van de werkgever forfaitair vastgesteld en bedraagt zij 80% van de effectief door de arbeider betaalde prijs, zonder evenwel het bedrag van de werkgeversbijdrage, berekend op basis van de in artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19 octies van 20 februari 2009 opgenomen tabel met forfaitaire bedragen voor een afstand van 7 kilometer te overschrijden. 2

HOOFDSTUK V. GECOMBINEERD GEMEENSCHAPPELIJK OPENBAAR VERVOER ArtikelS Ingeval de arbeider gebruik maakt van een combinatie van de trein en één of meerdere andere gemeenschappelijke openbaar vervoermiddelen dan de trein, en er wordt slechts één vervoerbewijs afgeleverd voor het geheel van de afstand - zonder dat in dit vervoerbewijs een onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel - wordt de bijdrage van de werkgever voor verplaatsingen vanaf in het totaal 5 kilometer vastgesteld op 80% van de prijs van het gebruikte vervoersbewijs. Artikel6 a) In elk ander geval dat de arbeider meer dan één gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel gebruikt dan voorzien in artikel 5, wordt de tussenkomst van de werkgever voor het geheel van de afstand vanaf 5 kilometer vastgesteld op basis van de tabelopgenomen in bijlage van het Koninklijk Besluit van 28 juli 1962 dat getroffen werd ter uitvoering van de wet van 27 juli 1962 tot vaststelling van de werkgeversbijdrage in het verlies geleden door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen ingevolge de uitgifte van abonnementen voor werklieden en bedienden, die de bijdrage van de werkgever bepaalt en waarvan de Staat de werknemersbijdrage ten laste neemt, voor het totaal aantal kilometers dat overeenstemt met het totaal van de kilometeraantallen die op de onderscheiden vervoerbewijzen vermeld staan, zonder evenwel 80% van de totale prijs van de vervoerbewijzen te overschrijden. b) Wanneer voor één of meerdere gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen de afgelegde afstand niet kan worden nagegaan en dus de afgelegde kilometers niet kunnen worden opgeteld, wordt, voor elk afzonderlijk vervoermiddel waarvan de arbeider gebruik maakt, de werkgeversbijdrage berekend overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 3, 4 en 5 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst en de aldus bekomen bedragen bij elkaar opgeteld om de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afgelegde afstand vast te stellen. HOOFDSTUK VI. VERVOER VAN DE WERKNEMERS VOLLEDIG OF GEDEELTELIJK DOOR DE ONDERNEMING INGERICHT Artikel7 Wanneer de werkgever zelf volledig of gedeeltelijk het vervoer van de arbeiders inricht, en de arbeider al dan niet bijkomend een openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel gebruikt, zal de financiële last van de arbeider voor de gehele afstand van het vervoer niet hoger mogen liggen dan het verschil tussen de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement en de werkgeversbijdrage in de prijs van deze treinkaart voor een overeenstemmend aantal kilometers. Hiertoe zullen passende regelingen worden getroffen door de onderneming. 3

HOOFDSTUK VII. VERVOERMIDDEL ANDER DAN GEMEENSCHAPPELIJK OPENBAAR VERVOERMIDDEL Artikel8 Wanneer de arbeider gebruik maakt van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, dan wordt, voor de verplaatsing vanaf 5 km, de tussenkomst van de werkgever in de prijs van de treinkaart, vastgesteld op basis van de forfaitaire bedragen voorzien in de tabelopgenomen in artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19 octies van 20 februari 2009 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, voor een overeenstemmend aantal kilometers en zonder dat de tussenkomst van de werkgever meer dan 64,9% van de prijs van de treinkaart kan bedragen. HOOFDSTUK VIII. MODALITEITEN VAN TERUGBETALING Artikel9 a) De arbeiders leggen aan de werkgever een ondertekende verklaring voor waarin verzekerd wordt dat zij geregeld over een afstand gelijk aan of hoger dan 5 km een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel benutten om zich van hun woonplaats naar hun plaats van tewerkstelling te begeven. Ingeval de arbeiders gebruik maken van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, preciseren zij bovendien het aantal kilometers die zij gewoonlijk afleggen tussen hun woonplaats en de werkplaats, enkele richting. Zij zullen ervoor zorgen iedere wijziging van deze toestand in de kortst mogelijke tijd mede te delen. b) De werkgevers mogen op elk ogenblik nagaan of deze verklaring met de werkelijkheid strookt. Artikel10 De tussenkomst van de werkgever in de vervoerkosten zal betaald worden op voorlegging van de vervoerbewijzen, uitgereikt door de N.M.B.S. en/of de andere maatschappijen van gemeenschappelijk openbaar vervoer. Artikel11 Wanneer de arbeiders gebruik maken van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, wordt de tussenkomst van de werkgevers bepaald per effectief gewerkte dag door het maandbedrag van de werkgeversbijdrage in de prijs van de treinkaart voor het overeenstemmend aantal kilometers te delen door 21,66. Deze regeling doet geen afbreuk aan bestaande voordeligere regelingen of gebruiken op het vlak van de onderneming (bv. wanneer de onderneming terugbetaalt op basis van een weekabonnement blijft die regeling gehandhaafd en deelt men het weekbedrag door 5). 4

HOOFDSTUK IX. BIJZONDER GEVAL VAN DE OVERBRUGGINGSPLOEGEN Artikel12 a) Aangezien de arbeider in de overbruggingsploegen per dag effectief meer dan 12 uur van huis afwezig is moet, wanneer de arbeider, overeenkomstig art. 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van de Nationale Arbeidsraad, nachtarbeid verricht hetzij in vaste nachtploeg hetzij in wisselende dag- en nachtploeg, de werkgever in zijn vervoer voorzien. b) Ingeval de werkgever niet in vervoer voorziet, moet hij financieel bijdragen in het vervoer van de arbeider. Die tegemoetkoming van de werkgever is gelijk aan 100 % van de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement voor het overeenstemmend aantal kilometers. c) Wordt of kan de prijs van het vervoer worden vastgesteld in functie van het aantal verplaatsingen (bv. tramticket, busticket) dan wordt de tussenkomst van de werkgever vastgesteld op 100 % van de prijs van de ticketten zonder hoger te zijn dan 100 % van de prijs van de treinkaart voor het overeenstemmend aantal kilometers. d) Wanneer de arbeider gebruik maakt van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, wordt de tussenkomst van de werkgever per effectief gewerkte dag vastgesteld door het maandbedrag van de prijs van de treinkaart voor het overeenstemmend aantal km te delen door 21,66. Deze regeling doet geen afbreuk aan bestaande voordeligere regelingen of gebruiken op het vlak van de onderneming (bv. wanneer de onderneming terugbetaalt op basis van een weekabonnement blijft die regeling gehandhaafd en deelt men het weekbedrag door 5). HOOFDSTUK X. TERUGBETALlNGSTIJDSTIP Artikel13 De bijdrage van de werkgever in de door de arbeiders gedragen vervoerkosten zal maandelijks betaald worden voor de arbeider met een maandabonnement, of ter gelegenheid van de betaalperiode die in de onderneming gebruikelijk is voor de vervoerbewijzen die geldig zijn voor een week. HOOFDSTUK XI. INWERKINGTREDING EN DUUR VAN DE OVEREENKOMST Artikel14 Deze overeenkomst treedt in werking op 1 juli 2019. Zij is gesloten voor onbepaalde tijd en kan met een opzeggingstermijn van 3 maanden betekend aan de voorzitter van het Paritair Comité en aan de in Paritair Comité vertegenwoordigde organisaties door één van de ondertekenende partijen worden opgezegd. 5

HOOFDSTUK XII. SLOTBEPALINGEN Artikel15 De ondertekenende partijen vragen dat deze collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zou verklaard worden per koninklijk besluit. Artikel16 De collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 1991 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 december 1974 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het gemeenschappelijk vervoer van de werklieden in de textielnijverheid en het breiwerk wordt opgeheven met ingang van 1 juli 2019. Gedaan te Gent op 2 juli 2019 Namens Algemeen Christelijk Vakverbond, Mevr. Vinciane Mortier Namens Algemene Centrale ABW, Dhr. Elie Verplancken Namens Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België, Dhr. Bart De Crock Namens FEDUSTRIA, federatie van de textiel- hout- en meubelindustrie, Dhr. Marc Blomme 6

COMMISSION PARITAIRE DE L'INDUSTRIE TEXTILE CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL NATIONALE DU 2 JUILLET 2019 CONCERNANT L'INTERVENTION FINANCIERE DE L'EMPLOYEUR DANS LE PRIX DES TRANSPORTS DES OUVRIERS DANS L'INDUSTRIE TEXTILE ICCT du 28 juin 1991 : numéro d'enregistrement 28.496/CO/120 Vue la convention collective de travail n019 octies du 20 février 2009 concernant l'intervention financière de l'employeur dans le prix des transports des travailleurs; Vue la convention collective de travail n019/9 du 23 avril 2019 concernant l'intervention financière de l'employeur dans le prix des transports en commun publics des travailleurs, modifiée par la convention collective de travail n 19/10 du 28 mai 2019 ; Vu la convention collective de travail générale nationale du 2 juillet 2019, IL EST CONVENU ENTRE: Confédération des Syndicats Chrétiens Centrale Générale FGTB Centrale Générale des Syndicats Libéraux de Belgique d'une part, ET FEDUSTRIA, la fédération de l'industrie du textile, du bois et de l'ameublement d'autre part, CE QUI SUIT: CHAPITRE I. PORTEE DE LA CONVENTION Article 1 La présente convention collective de travail remplace la convention collective de travail du 28 juin 1991 remplaçant la convention collective du travail du 13 décembre 1974 concernant l'intervention financière de l'employeur dans le prix des transports des ouvriers dans l'industrie textile et de la bonneterie. 1

CHAPITRE II. CHAMP D' APPLICATION Article 2 La présente convention collective de travail s'applique à toutes les entreprises du textile et à tous les ouvriers qui y sont occupés qui relèvent de la compétence de la commission paritaire de l'industrie textile, à l'exception des entreprises et des ouvriers y occupés qui relèvent de la compétence des sous-commissions paritaires de l'industrie textile de Verviers (S.C.P. 120.01) et du Jute (S.C.P. 120.03). Par «ouvriers» on entend les ouvriers et ouvrières. CHAPITRE III. TRANSPORTS EN COMMUN PUBLICS PAR CHEMIN DE FER Article 3 En ce qui concerne le transport organisé par la Société nationale des Chemins de Fer belge, l'intervention de l'employeur dans le prix du titre de transport utilisé sera calculée sur base du tableau figurant en annexe de l'arrêté royal du 28 juillet 1962, pris en exécution de la loi du 27 juillet 1962 établissant une intervention des employeurs dans la perte subie par la Société nationale des Chemins de Fer Belge par l'émission d'abonnements pour ouvriers et employés, qui fixe l'intervention de l'employeur et dont l'etat prend à sa charge l'intervention des travailleurs, sans pour autant dépasser 80 % du prix de la carte-train. CHAPITRE VI. DE FER Article 4 TRANSPORTS EN COMMUN PUBLICS AUTRES QUE LES CHEMINS En ce qui concerne les transports en commun publics, autres que les chemins de fer, l'intervention de l'employeur dans les prix des abonnements, pour les déplacements à partir de 5 kilomètres, calculés à partir de la halte de départ, sera déterminée suivant les modalités fixées ci-après : a) lorsque le prix du transport est proportionnel à la distance, l'intervention de l'employeur dans le titre de transport utilisé est fixé à 80%; b) lorsque le prix est fixe, quelle que soit la distance, l'intervention de l'employeur est déterminée de manière forfaitaire et atteint 80 % du prix effectivement payé par l'ouvrier, sans toutefois excéder le montant de l'intervention de l'employeur, calculé conformément à l'article 3 de la convention collective de travail n 19 octies du 20 février 2009 repris au tableau des montants forfaitaires pour une distance de 7 kilomètres. 2

CHAPITRE V. TRANSPORTS EN COMMUN PUBLICS COMBINÉS Article 5 Lorsque l'ouvrier combine le train et un ou plusieurs autres moyens de transport en commun public et qu'un seul titre de transport est délivré pour couvrir la distance totale - sans que dans ce titre de transport, une subdivision soit faite par moyen de transport en commun public - l'intervention de l'employeur pour les déplacements à partir de 5 kilomètres au total est fixée à 80 % du prix du titre de transport utilisé. Article 6 a) Dans tous les cas, autres que celui visé à l'article 5, où le travailleur utilise plusieurs moyens de transport en commun public, l'intervention de l'employeur pour l'ensemble de la distance parcourue à partir de 5 kilomètres au total est calculée sur la base du tableau figurant en annexe de l'arrêté royal du 28 juillet 1962, pris en exécution de la loi du 27 juillet 1962 établissant une intervention des employeurs dans la perte subie par la Société nationale des Chemins de Fer belge par l'émission d'abonnements pour ouvriers et employés, qui fixe l'intervention de l'employeur et dont l'etat prend à sa charge l'intervention du travilleur, pour le nombre total de kilomètres qui correspond au total du nombre de kilomètres mentionnés sur les titres de transport distincts, sans pour autant dépasser 80 % du prix total des titres de transports. b) Au cas où pour l'un ou l'autre moyen de transport public en commun la distance parcourue ne peut être vérifiée et que les kilomètres parcourus ne peuvent donc être additionnés, il y a lieu, pour chaque moyen de transport dont l'ouvrier fait usage, de calculer l'intervention de l'employeur conformément aux dispositions des articles 3, 4 et 5 de la présente convention collective de travail et d'additionner les montants ainsi obtenus pour déterminer l'intervention de l'employeur pour l'ensemble des distances parcourues. CHAPITRE VI. TRANSPORT DES TRAVAILLEURS PARTIELLEMENT ORGANISE PAR L'ENTREPRISE Article 7 TOTALEMENT OU Si l'employeur lui-même organise totalement ou partiellement le transport des ouvriers, et que l'ouvrier utilise ou n'utilise pas un autre moyen de transport en commun public, la charge financière de l'ouvrier pour la distance totale du transport ne pourra pas être supérieure à la différence entre le prix de la carte de train assimilée à l'abonnement social et l'intervention de l'employeur dans le prix de cette carte de train pour le nombre de kilomètres correspondant. A cet effet, des arrangements adéquats seront pris au niveau de l'entreprise. 3

CHAPITRE VII. MOYEN DE TRANSPORT AUTRE QUE LE TRANSPORT EN COMMUN PUBLIC Article 8 Lorsque l'ouvrier utilise un moyen de transport autre qu'un moyen de transport en commun public, l'intervention de l'employeur dans le prix du billet de train pour un déplacement à partir de 5 km est fixée sur la base de montants forfaitaires prévus dans le tableau repris à l'article 3 de la convention collective de travail n 19 octies du 20 février 2009 concernant l'intervention financière de l'employeur dans le prix des transports des travailleurs, pour un nombre de kilomètres y correspondant et sans que l'intervention de l'employeur ne dépasse 64,9 % du prix de la carte-train. CHAPITRE VIII. MODALITES DE REMBOURSEMENT Article 9 a) Les ouvriers présentent aux employeurs une déclaration signée certifiant qu'ils utilisent régulièrement, sur une distance égale ou supérieure à 5 km, un moyen de transport en commun public pour se déplacer de leur domicile à leur lieu de travail. Si les ouvriers utilisent un moyen de transport autre qu'un moyen de transport en commun public, ils précisent en outre le kilométrage effectivement parcouru habituellement entre leur domicile et le lieu de travail dans un sens. Ils signaleront dans les plus brefs délais toute modification de cette situation. b) Les employeurs peuvent à tout moment contrôler la réalité de cette déclaration. Article 10 L'intervention de l'employeur dans les frais de transport sera payée sur présentation des titres de transport, délivrés par la S.N.C.B. et/ou les autres sociétés de transport en commun public. Article 11 Si les ouvriers utilisent un moyen de transport autre qu'un moyen de transport en commun public, l'intervention de l'employeur est déterminée par jour effectivement presté en divisant par 21,66 le montant mensuel de l'intervention patronale dans le prix de la carte de train pour le nombre de kilomètres correspondant. Ce règlement ne porte pas préjudice aux règlements ou usages plus avantageux existant au niveau de l'entreprise (par ex.: lorsque l'entreprise rembourse sur base d'un abonnement hebdomadaire, ce règlement reste d'application et on divise le montant hebdomadaire par 5). 4

CHAPITRE IX. CAS SPECIAL DES EQUIPES-RELAIS Article 12 a) Etant donné que l'ouvrier des équipes-relais s'absente plus de 12 heures par jour de son domicile, l'employeur doit, au cas où l'ouvrier effectue du travail de nuit conformément à l'article 1er de la C.C.T. n 46 du Conseil National du Travail, soit en équipe de nuit fixe, soit dans des équipes de jour et de nuit tournantes, assurer son transport. b) Si l'employeur n'assure pas ce transport, il doit intervenir financièrement dans le coût du transport de l'ouvrier. Cette intervention de l'employeur est égale à 100 % du prix de la carte de train assimilée à l'abonnement social pour le nombre de kilomètres correspondant. c) Lorsque le prix du transport est ou peut être fixé en fonction du nombre de déplacements (par ex. ticket de train ou de bus), l'intervention de l'employeur est fixée à 100 % du prix des tickets sans dépasser 100 % du prix de la carte de train pour le nombre de kilomètres correspondant. d) Lorsque le travailleur utilise un moyen de transport autre qu'un moyen de transport en commun public, l'intervention de l'employeur est fixée par jour effectivement presté en divisant par 21,66 le montant mensuel du prix de la carte de train pour le nombre de kilomètres correspondant. Ce règlement ne porte pas préjudice aux règlements ou usages plus avantageux existant au niveau de l'entreprise (par ex.: lorsque l'entreprise rembourse sur base d'un abonnement hebdomadaire, ce règlement reste d'application et on divise le montant hebdomadaire par 5). CHAPITRE X. EPOQUE DE REMBOURSEMENT Article 13 L'intervention de l'employeur dans les frais de transport supportés par les ouvriers sera payée une fois par mois pour les ouvriers ayant un abonnement mensuel, ou à l'occasion de la période de paiement qui est d'usage dans l'entreprise, en ce qui concerne les titres de transport qui sont valables pour une semaine. CHAPITRE XI. ENTREE EN VIGUEUR ET DUREE DE LA CONVENTION Article 14 La convention entre en vigueur le 1er juillet 2019. Elle est conclue pour une durée indéterminée et peut être résiliée par une des parties signataires moyennant un préavis de trois mois, notifié au président de la Commission Paritaire et aux organisations représentées au sein de la Commission Paritaire. 5

CHAPITRE XII. DISPOSITIONS FINALES Article 15 Les parties signataires demandent que la présente convention collective de travail soit rendue généralement obligatoire par arrêté royal. Article 16 La convention collective de travail du 28 juin 1991 remplaçant la convention collective du travail du 13 décembre 1974 concernant l'intervention financière de l'employeur dans le prix des transports des ouvriers dans l'industrie textile et de la bonneterie, est abrogée à partir du 1er juillet 2019. Fait à Gand, le 2 juillet 2019 Confédération des Syndicats Chrétiens Mme Vinciane Mortier Centrale Générale FGTB M. Elie Verplancken Centrale Générale des Syndicats Libéraux de Belgique M. Bart De Crock FEDUSTRIA, la fédération des industries du textile, du bois et de l'ameublement M. Marc Blomme 6