REGLEMENT ADVIESCOMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN van het Samenwerkingsverband VO/VSO Midden Holland en Rijnstreek ---------------------------------------------------------------------------------------------- ------------------ HET DAGELJKS BESTUUR VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND VO/VSO MIDDEN-HOLLAND & RIJNSTREEK, statutair zetel hebbende in de gemeente Gouda; Gelet op het gestelde in artikel 23, eerste lid van de statuten van de Stichting Samenwerkingsverband VO/VSO Midden Holland en Rijnstreek; B E S L U I T: vast te stellen het onderstaande Reglement voor de Adviescommissie Bezwaarschriften van het samenwerkingsverband: Artikel 1: Begripsbepalingen Dit reglement verstaat onder: Commissie : de adviescommissie als bedoeld in artikel 17a, lid dertien van de Wet op het voortgezet onderwijs; Bestuur : het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband; Besluit : de beslissing van het bestuur over een verzoek inzake de toelaatbaarheid van leerlingen tot het speciaal onderwijs; Bezwaarde : degene (natuurlijk persoon, rechtspersoon, instantie of orgaan) wiens belang bij een besluit over de toelaatbaarheid van leerlingen tot het speciaal onderwijs is betrokken; Samenwerkingsverband : Samenwerkingsverband VO/VSO Midden Holland en Rijnstreek Artikel 2: Benoeming leden Commissie
1. De Commissie bestaat uit drie leden, waarvan een lid de functie uitoefent van voorzitter van de Commissie. 2. Het bestuur kan tevens twee plaatsvervangende leden benoemen, die optreden als een van de leden bedoeld in sub 1, verhinderd is. 3. De leden en voorzitter van de Commissie worden door het bestuur benoemd voor een termijn van vier jaren. Na het verstrijken van deze termijn is een lid van de Commissie terstond herbenoembaar. 4. De leden van de Commissie zijn niet in dienst of maken geen deel uit van een bevoegd gezag dat aangesloten is bij het samenwerkingsverband. Voorts mogen de leden niet betrokken zijn geweest bij de voorbereiding van het bestreden besluit. Artikel 3: Indiening bezwaarschrift 1. Bezwaarde dient binnen zes weken nadat het bestreden besluit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift bij het bestuur in. 2. Het, gedateerde en ondertekende, verzoek als bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van: 1. het besluit waartegen het bezwaar is gericht; 2. de gronden van het bezwaar; 3. naam en adres de en bezwaarde. 3. Indien de adviesaanvraag niet voldoet aan het in het tweede lid bepaalde stelt het bestuur de bezwaarde in de gelegenheid het verzuim binnen een door het bestuur te bepalen termijn te herstellen. 4. Indien het verzuim niet binnen de gestelde termijn wordt hersteld, kan het bestuur besluiten het bezwaar niet-ontvankelijk te verklaren. Artikel 4: Behandeling van het bezwaar door de Commissie 1. Het bestuur verzoekt binnen twee weken na ontvangst van een bezwaarschrift aan de Commissie advies uit te brengen. Het vragen van advies aan de Commissie kan alleen achterwege blijven indien het bestuur geheel aan de bezwaren tegemoetkomt. 2. De, gedateerde en ondertekende, aanvraag gaat vergezeld van: 1. het besluit waartegen het bezwaar is gericht; 2. het bezwaarschrift; 3. alle overige op het besluit betrekking hebbende documenten; 4. de gronden waarop het bestuur het bezwaar van betrokkene afwijst; 5. naam en adres van het bestuur en bezwaarde.
3. Indien de adviesaanvraag niet voldoet aan het in het tweede lid bepaalde stelt de voorzitter van de Commissie het bestuur in de gelegenheid het verzuim binnen een door de voorzitter te bepalen termijn te herstellen. Tot de dag waarop het verzuim is hersteld of de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken, wordt de termijn waarbinnen de Commissie het bestuur over het bezwaarschrift advies uitbrengt, opgeschort. Artikel 5: Toepasselijkheid van de wet Voor zover in dit reglement of een regeling van het bestuur niet anders is bepaald, zijn op de behandeling van de bezwaarschriften de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Artikel 6: Afzien van hoorplicht Van het horen van de indiener van het bezwaarschrift, het bestuur en eventuele andere belanghebbenden kan worden afgezien indien: 1. de Commissie niet bevoegd is om over het bezwaar te adviseren; 2. het bezwaar kennelijk niet ontvankelijk is; 3. het bezwaar kennelijk ongegrond is; 4. aan het bezwaar volledig tegemoet wordt gekomen en andere belanghebbenden daardoor niet in hun belangen kunnen worden geschaad. Artikel 7 : Het inwinnen van inlichtingen De Commissie is bevoegd deskundigen en informanten te raadplegen. Indien zij van deze bevoegdheid gebruik maakt, deelt zij dat mee aan partijen en brengt zij de verkregen informatie ter kennis van partijen. Artikel 8: Openbaarheid van stukken Tenzij de Commissie toepassing geeft aan artikel 9 stuurt zij partijen afschrift van alle op het bezwaar betrekking hebbende stukken toe. Artikel 9: Geheimhouding van stukken Op verzoek van een partij of ambtshalve kan de Commissie bepalen dat een ingediend stuk niet ter kennis van de andere partij zal worden gebracht. Aan deze bepaling wordt uitsluitend toepassing gegeven indien geheimhouding om gewichtige redenen is geboden. Van de toepassing van deze bepaling wordt aan partijen mededeling gedaan. Artikel 10: Schriftelijke behandeling
1. Met instemming van partijen kan de Commissie besluiten het bezwaar uitsluitend schriftelijk te behandelen. 2. Indien de Commissie toepassing geeft aan het eerste lid kan de voorzitter mogelijkheid geven voor repliek en dupliek binnen een door hem te stellen termijn. Artikel 11: Wraking en verschoning 1. Een lid van de Commissie kan door ieder der partijen worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden die het vormen van een onpartijdig oordeel door het betreffende lid zouden kunnen bemoeilijken. Ook kan op grond van zodanige feiten of omstandigheden een lid van de Commissie zich verschonen. 2. Het verzoek wordt schriftelijk ingediend zodra de feiten of omstandigheden aan de verzoekende partij bekend zijn geworden. Ter zitting kan het verzoek ook mondeling geschieden. 3. Een lid, wiens wraking is verzocht, kan in de wraking berusten. 4. De andere leden van de zittende Commissie beslissen zo spoedig mogelijk of de wraking of de verschoning moet worden toegestaan. Alvorens op een verzoek tot wraking te beslissen wordt het lid, wiens wraking verzocht is, in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze kenbaar te maken. Staken de stemmen, dan is het verzoek toegestaan. 5. De beslissing op een verzoek tot wraking is gemotiveerd en wordt zo spoedig mogelijk meegedeeld aan partijen en het commissielid dat het betreft. Artikel 12: Zitting 1. De voorzitter van de Commissie bepaalt de dag, het tijdstip en de plaats van de hoorzitting. 2. De Commissie nodigt partijen schriftelijk uit de zitting bij te wonen. 3. Partijen kunnen getuigen en deskundigen meebrengen om te worden gehoord. 4. De Commissie kan op verzoek van partijen of ambtshalve getuigen en deskundigen oproepen. Indien zij van deze bevoegdheid gebruik maakt, worden partijen daarvan voorafgaand aan de zitting op de hoogte gebracht. 5. Partijen kunnen zich door een gemachtigde laten bijstaan of vertegenwoordigen. Indien een partij zich uitsluitend laat vertegenwoordigen dient de gemachtigde, tenzij deze advocaat is, op verzoek van de voorzitter een schriftelijke machtiging te overleggen.
6. Tenzij de Commissie anders beslist zijn de zittingen van de Commissie niet openbaar. 7. De voorzitter bepaalt de procedure ter zitting. Partijen worden in de gelegenheid gesteld hun standpunt nader toe te lichten. 8. De Commissie kan in iedere stand van de procedure op basis van het tot dan toe verhandelde aan partijen een voorstel doen tot bemiddeling dan wel aan het bestuur een tussenadvies uitbrengen. 9. Indien ter zitting blijkt dat het onderzoek van de Commissie niet volledig is geweest, kan de Commissie op een door haar te bepalen manier het onderzoek voortzetten. Artikel 13: Beraadslaging en advies 1. De Commissie beraadslaagt in besloten vergadering over het uit te brengen advies. 2. Binnen vier weken na de zitting brengt de Commissie het advies uit. 3. Het advies van de Commissie is gemotiveerd. Indien de Commissie van oordeel is dat het bestreden besluit behoort te worden herroepen, bevat het advies tevens een aanbeveling ten aanzien van hetgeen het bestuur zo nodig voor het herroepen besluit in de plaats zal moeten besluiten. 4. De Commissie zendt het advies aan partijen. Artikel 14: Niet opvolgen advies door het bestuur Indien het bestuur afwijkt van het advies dat de Commissie heeft uitgebracht bericht het bestuur de Commissie daarover binnen een maand na zijn beslissing onder vermelding van de redenen. Artikel 15: Onvoorziene situatie In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de voorzitter. Artikel 16: Wijziging Reglement Het bestuur is bevoegd met inachtneming van het bepaalde in de statuten van het samenwerkingsverband dit reglement te wijzigen. Artikel 17: Inwerkingtreding Dit Reglement treedt in werking op 1 april 2014. Aldus vastgesteld in de vergadering van 21 januari 2013 te Gouda. Het bestuur voornoemd,
R.W. den Hartog, secretaris dr. C.M. Wigmans, voorzitter Versie 0.1 11 januari 2013