Flora- & faunatoets Vlietland ziekenhuis burg. Knappertlaan Schiedam Inventarisatie en gevolgtrekking.

Vergelijkbare documenten
Flora- & Faunatoets Bouwplan Polderweg 23 Inventarisatie en gevolgtrekking

Flora- en faunaparagraaf Bestemmingsplan Oost

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Tabel 1: Inventarisatieschema onderzoek Waterspitsmuis.

6 Flora- en fauna quickscan

Flora- en faunaparagraaf Bestemmingsplan Zuid

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad

Flora- en faunaparagraaf Bestemmingsplan West

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Flora- en faunaparagraaf Bestemmingsplan Nieuw Mathenesse

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Project Status Datum. Sloop en nieuwbouw locatie Emmaschool concept 14 januari Auteur Veldonderzoek Projectcode

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

BIJLAGE 1. Quickscan ecologie

Ecologische consequenties van de herontwikkeling van plangebied Schieveste

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

Samenvatting quickscan natuurtoets

Quickscan samenvatting twee percelen Staphorst

Quickscan Flora- en Faunawet. t.b.v. sloop Opstallen. Oude Maasstraat 18 gemeente Uden

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek

Flora- en faunaparagraaf Bestemmingsplan Havens

Saksen Weimar fase 5 en verder Ecologische check

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen

Natuurtoets MCS. Planteam Groen, Recreatie en Water

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

Quickscan samenvatting Stephensonstraat Harderwijk

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

MEMO. Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert

Onderzoek flora en fauna

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Nigtevechtseweg 64, Vreeland

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

Bijlage 1 Natuurtoets

ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST

TOELICHTING FLORA- EN FAUNAWET

QUICK SCAN FLORA- EN FAUNAWET VOOR HET PERCEEL KAATSWEG 3 RODERESCH

Notitie aanvullend onderzoek

Vleermuizenonderzoek Middenweg te Heerhugowaard

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

notitie drs. M.J. Schilt 1. ONDERDEEL ECOLOGIE

Erasmuslijn Den Haag. Quick scan ecologie en vleermuisonderzoek. Movares Nederland B.V. drs. T.P. Seip Kenmerk MNO-TS Versie 1.

Natuurtoets Tugelawegblokken

Notitie inspectie bomen Molenbeek Sittard 2011

Bijlage 1 Wettelijk kader

Project Status Datum. Rood voor Rood Duivendansweg 10 definitief 24 maart Auteur Veldonderzoek Projectcode

Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen

Adviesnota. Figuur 1: de geprojecteerde locatie van het Noordgebouw is aangegeven middels de gele lijn. Bron: POS plankaart 2010.

! " # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, ".,,,,,!

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

QUICKSCAN FLORA & FAUNA CATHARIJNESTEEG 10 BARNEVELD ADVISEUR HENK JANSEN VERSIE 1.0

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Verkennend natuuronderzoek herinrichting Venlo-Noord

Onderzoek flora en fauna

Flora- en fauna-inspectie Gelderdijk 15 te Sevenum (Gemeente Horst aan de Maas) door ir. Hans Hovens, Paul op het Veld en ir. G.

Quickscan samenvatting gemeentewerf Ouverturebaan 1, Harderwijk

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet bomen Hoofdweg, Harderwijk

Flora- en fauna-inspectie locatie Heerweg-Berkenstraat te Blitterswijck door: ir. H. Hovens en ir. G. Hovens in opdracht van: Venterra

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Onderzoek flora en fauna

Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quickscan Twin Towers. Zuidas - project CRI

Quickscan winkelcentrum Meijhorst te Nijmegen

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen.

Notitie flora en fauna

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

Quickscan Flora- en faunawet Nieuwematenweg 14 te Reutum

Toets flora en fauna Molenstraat 59c te Gemert

Ecologische Quickscan Beethoven 2de fase

Notitie. 1 Inleiding. 1.2 Plangebied Het plangebied omvat de percelen op Straatweg 77 en Statenlaan 2 te Rotterdam (figuur 1 en 2).

TOETSING FLORA- EN FAUNAWET VOOR DE BOUW VAN EEN RESTSTOFFEN ENERGIECENTRALE IN HET INDUSTRIEHAVENTERREIN TE HARLINGEN.

Bureauonderzoek Flora en fauna

Toets flora en fauna Kolping te Nijmegen

Natuurtoets omgevingsvergunning bouw woning Horsterweg 217 Ermelo

Ordito Gilze B.V. t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE

Verkennend natuuronderzoek Parklaan / Nieuweweg te Hattem

QUICKSCAN BURGEMEESTER SLANGHENSTRAAT HOENSBROEK

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater.

Verkennend natuuronderzoek De Hoeven Beekbergen

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10

Toets flora en fauna Tempeliersweg 46 te Haaren

Bestemmingsplan Laurenskwartier

Quickscan flora en fauna. Kilderseweg 2a te Zeddam

Flora en fauna quickscan. Tracé fietspad spoorlijn Eindhoven-Venlo Helmond

Bijlage 1 Reactie waterschap Zeeuws-Vlaanderen

Natuurtoets 't Zand Toetsing aan de wet- en regelgeving voor natuur Definitief Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 17 november , revisie --

Quickscan Flora- en Faunawet Hoopman

Quickscan samenvatting natuurtoets Westpolder/Bolwerk, deelplan 5 bouwstroom F1 en G, Berkel en Rodenrijs.

Percelen Niftrik en Balgoij

Quick scan beschermde natuurwaarden in het plangebied De Druiventros te Berkel-Enschot (gemeente Tilburg)

Buro Maerlant. Groesbeek Cranenburgsestraat. Aanvullende notitie in het kader van de Flora- en faunawet

2. Wet- en regelgeving en gemeentelijk groenbeleid. Quickscan Sloop & nieuwbouw in het Marco Poloplantsoen

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg

Transcriptie:

Flora- & faunatoets Vlietland ziekenhuis burg. Knappertlaan Schiedam Inventarisatie en gevolgtrekking. In opdracht van: ONS IBOR W.E. Knip Uitgevoerd door: ing. J.C. de Kruijf Senior adviseur Ecologie, Groen en Water 22 oktober 2007 revisie: 00 autorisatie datum status naam functie paraaf definitief Hans de Kruijf adviseur definitief P. Bliek productmanager BV Van Heekstraat 15 Postbus 79 3100 AB Schiedam telefoon (010) 631 58 03 fax (010) 631 58 02 info@onsgroep.nl www.onsgroep.nl KvK Rotterdam nr. 24322777 ING Bank 67.33.53.451

1 INLEIDING...2 2 WET EN REGELGEVING...3 2.1 GROENSTRUCTUURPLAN SCHIEDAM...3 2.2 ECOLOGISCHE HOOFDSTRUCTUUR...3 2.3 VOGEL- EN HABITATRICHTLIJN...3 2.4 NATUURBESCHERMINGSWET...3 2.5 FLORA- EN FAUNAWET...3 2.5.1 AMvB artikel 75...4 3 LOCATIE BESCHRIJVING...5 3.1 LITERATUURONDERZOEK EN NAVRAAG BIJ DERDEN...5 3.2 INVENTARISATIEGEGEVENS...5 4 EFFECTSTUDIE...7 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN...8 BIJLAGEN BIJLAGE 1, LUCHTFOTO IMPRESSIE BIJLAGE 2, SOORTENLIJSTEN BIJLAGE 3, GLOBAAL RAPPORT VERSPREIDING BESCHERMDE EN BEDREIGDE SOORTEN, NATUURLOKET

1 Inleiding De Flora- en Faunawet (voortaan F&F wet) is op 1 april 2002 in werking getreden. Daarnaast is begin 2005 de AMvB op artikel 75 F&F wet in werking getreden en is het besluit rode lijsten flora en fauna gepubliceerd. De F&F wet vormt samen met de Natuurbeschermingswet (1998) en de Vogel- en Habitatrichtlijn (EEG, 1992) het belangrijkste juridische kader voor de bescherming van de natuur. In de F&F wet wordt, onder andere, de zorgplicht beschreven. Indien ingrepen plaatsvinden, welke nadelige gevolgen kunnen hebben voor de aanwezige flora en fauna, dient voor het uitvoeren van de werkzaamheden een toets op de F&F wet plaats te vinden. In de sommige gevallen dient en nader onderzoek te worden uitgevoerd en / of een ontheffing te worden aangevraagd bij de minister. Een toets op de F&F wet bestaat uit een veldbezoek, literatuurstudie, analyse van de gegevens en toetsing aan de wet. Aanleiding De Nieuwbouw van het Vlietland ziekenhuis aan de Nieuwe Damlaan is vrijwel voltooid. In verband daarmee zal het Vlietland ziekenhuis aan de burgemeester Knappertlaan in Schiedam worden opgeheven. Na de verhuizing wordt het huidige complex gesloopt. Het vrijgekomen terrein zal worden uitgegeven als bouw- en ontwikkelingslocatie. Gezien hun leeftijd en standplaats zijn de te slopen gebouwen potentieel geschikt als rust en verblijfsplaats voor beschermde flora en fauna. De tuin, behorend bij het ziekenhuiscomplex, is eveneens geschikt als rust en verblijfsplaats voor beschermde flora en fauna. Vraagstelling In hoeverre zijn, in het kader van de F&F wet aangewezen, bijzondere of beschermde soorten aanwezig of kan worden gesproken van een beschermt biotoop? In hoeverre zijn de huidige plannen in strijd met de F&F wet, de Vogel- en Habitatrichtlijn en de natuurbeschermingswet, lokaal beleid en / of is een nadelig effect te verwachten voor de aanwezige flora en fauna? Welke compenserende of mitigerende maatregelen dienen te worden genomen om nadelige effecten op de aanwezige flora en fauna zo veel mogelijk te beperken? Onderzoeksmethode Aan de hand van literatuurstudie is nagegaan welke gegevens beschikbaar zijn met betrekking tot de aanwezige flora en fauna op de onderzoekslocatie. Daarnaast is een veldbezoek uitgevoerd waarbij de aanwezige natuurwaarden binnen het gebied zijn geïnventariseerd. Het onderzoek en bijbehorende rapportage zijn uitgevoerd door dhr. ing. J.C. de Kruijf, senior adviseur groen, ecologie en water,, Schiedam. Dhr. de Kruijf functioneert onder andere als stadsecoloog voor de Gemeente Schiedam. Hij heeft ruime ervaring met betrekking tot de flora- en faunawetgeving en kan vanuit zijn opleiding, functie en ervaring als specialist in het kader van de F&F wet worden beschouwd. Pagina 2 van 9

2 Wet en regelgeving 2.1 Groenstructuurplan Schiedam Binnen het groenstructuurplan Schiedam wordt het plangebied aangewezen als kernen en woongebieden. Het plangebied heeft geen beschermde status binnen het groenstructuurplan. 2.2 Ecologische hoofdstructuur Het onderzoeksgebied is niet gelegen in de nabijheid, en maakt geen onderdeel uit van de Ecologische hoofdstructuur (EHS) of Provinciaal Ecologische Hoofdstructuur (PEHS). De locatie maakt geen onderdeel uit van de stedelijke ecologische structuur. 2.3 Vogel- en Habitatrichtlijn In de Vogel- en Habitatrichtlijn zijn beschermde gebieden aangewezen en is de Ecologische Hoofdstructuur weergegeven. Daarnaast is een aantal, op Europese schaal, beschermde soorten aangewezen. De locatie betreft geen aangewezen Vogel- en / of Habitatrichtlijn gebied. 2.4 Natuurbeschermingswet De Natuurbeschermingswet regelt de bescherming van gebieden, die als staats- of beschermd natuurmonument zijn aangewezen. Deze juridische status geeft een extra bescherming aan bijzonder waardevolle en kwetsbare natuurgebieden. De locatie betreft geen, bij de natuurbeschermingswet, aangewezen natuurmonument. 2.5 Flora- en faunawet In de F&F wet wordt onder ander de zorgplicht beschreven en worden beschermde soorten flora en fauna aangewezen. Hieronder volgt, de voor dit project, belangrijkste tekst uit deze wet: Hoofdstuk I, artikel 2. Lid 1 Een ieder neemt voldoende zorg in acht voor de in het wild levende dieren en planten, alsmede voor hun directe leefomgeving. Lid 2 De zorg, bedoeld in het eerste lid, houdt in ieder geval in dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen voor Flora en Fauna kunnen worden veroorzaakt, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten voor zover zulks in redelijkheid kan worden gevergd, dan wel alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd teneinde die gevolgen te voorkomen of, voor zover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zo veel mogelijk te beperken of ongedaan te maken. Daarnaast worden in Hoofdstuk II van de wet beschermde soorten aangewezen. Het betreft hier kortweg alle vogels, zoogdieren, reptielen en amfibieën. Daarnaast zijn enkele planten, vissen, kreeftachtigen, kevers, dagvlinders, mieren en slakken aangewezen. In Hoofdstuk III, paragraaf 1, artikel 8 en paragraaf 2, artikel 9 tot en met 12 van de wet zijn de, voor dit onderzoek van belang zijnde, algemene verbodsbepalingen opgenomen. Met betrekking tot beschermde dieren geldt een verbod op het doden, verwonden, verontrusten, vangen en bemachtigen of met het oog daarop opsporen van beschermde soorten alsmede het beschadigen, vernielen, uithalen, wegnemen of verstoren van de nestplaats of vaste rust- en verblijfsplaats. Pagina 3 van 9

Met betrekking tot beschermde planten geldt een verbod tot het plukken, verzamelen, afsnijden, uitsteken, vernielen, beschadigen, ontwortelen of op enigerlei andere wijze van hun groeiplaats verwijderen. Indien op een ontwikkelingslocatie beschermde soorten worden aangetroffen, of wordt vermoedt dat beschermde soorten aanwezig kunnen zijn, die een nadelig gevolg kunnen ondervinden van de geplande handelingen dient, onder voorbehoud van hetgeen beschreven in de AMvB artikel 75, ontheffing te worden aangevraagd bij de minister van LNV. 2.5.1 AMvB artikel 75 Hieronder volgt een samenvatting met betrekking tot AMvB artikel 75. Deze AMvB is sinds begin 2005 van kracht. In het kader van de wijziging van artikel 75 van de F&F wet geldt voor een bepaalde groep beschermde dier- en plantensoorten een vrijstelling op deze wet. Dit is het geval bij: beheer en onderhoud (bijv. waterschapsbeheer, natuurbeheer, bosbouw, landbouw); gebruik (bijv. defensie, recreatie) en ruimtelijke ontwikkeling (bijv. woningbouw, wegenaanleg). Dat betekent dat deze activiteiten, onder voorwaarden, zonder ontheffing kunnen worden uitgevoerd. Ook als dit schadelijke effecten heeft voor beschermde dier- en plantensoorten. De volgende drie soortcategorieën zijn aangewezen: Tabel 1 algemene soorten. Tabel 2 overige soorten. Tabel 3 extra beschermde soorten en soorten uit bijlage IV Habitatrichtlijn. ad. 1) Het betreft hier de meest algemene beschermde soorten waarvoor de lichtste vorm van bescherming geldt. Indien iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud, bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen en inrichting, geldt een vrijstelling voor deze soorten voor artikel 8 t/m 12 van de F&F wet. Aan deze vrijstelling zijn geen aanvullende eisen gesteld. Voor deze activiteiten hoeft geen ontheffing aangevraagd te worden. Voor andere dan de hierboven genoemde activiteiten is een ontheffing nodig. ad. 2) Het betreft hier een aantal minder algemene, veelal zeldzame of bedreigde soorten alsmede vrijwel alle vogels. Indien iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud, bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen en inrichting, geldt een vrijstelling voor deze soorten voor artikel 8 t/m 12 van de F&F wet, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Een gedragscode moet door een sector of ondernemer zelf opgesteld worden en ingediend voor goedkeuring. ad. 3) Het betreft hier zeldzame en veelal bedreigde soorten, waaronder de soorten die bescherming genieten vanuit de Europese Habitatrichtlijn. Indien iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik, geldt een vrijstelling voor deze soorten voor artikel 8 t/m 12 van de F&F wet, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Met betrekking tot alle overige schadelijke activiteiten is met betrekking tot deze soorten een ontheffing op de F&F wet noodzakelijk en blijft de F&F wet ongewijzigd van kracht. Pagina 4 van 9

3 Locatie beschrijving De onderzoekslocatie is gelegen In Schiedam West. De locatie wordt begrensd door de volgende straten: Burgemeester Knappertlaan, Nassaulaan, Anna van Burenstraat, Charlote de Bourbonstraat, Nassau Dillenburgstraat, Louise de Colignystraat en Juliana van Stolbergstraat. Het onderzoeksgebied is volledig gelegen binnen het kilometerhok X: 086 / Y: 436. Binnen het onderzoeksgebied zijn de bebouwing behorend tot het ziekenhuis gesitueerd. Daarnaast wordt een groot deel van het gebied in beslag genomen door de tuin van het ziekenhuis. In de tuin staan meerdere grote en oude bomen. De tuin wordt intensief beheerd en heeft voornamelijk een cultuurlijk karakter. Mogelijk worden de gebouwen en tuin gebruikt als broed-, rust- en verblijfsplaats door vogels en vleermuizen. De tuin is potentieel geschikt als leefgebied voor kleine grondgebonden zoogdieren, amfibieën en vaatplanten. 3.1 Literatuuronderzoek en navraag bij derden Op de website van Het Natuurloket is het globaal rapport verspreiding beschermde en bedreigde soorten met betrekking tot het kilometerhok X: 086 / Y: 436 opgevraagd. Hieruit komt naar voren dat het kilometerhok niet of nauwelijks is onderzocht. Binnen het onderzoeksgebied zijn geen waarnemingen bekend van beschermde flora of fauna Uit de databank van de gemeente Schiedam komen geen gegevens naar voren met betrekking tot het voorkomen van beschermde soorten op deze locatie. 3.2 Inventarisatiegegevens Op 18 oktober 2007 is een veldinventarisaties uitgevoerd op de onderzoekslocatie. Hieronder wordt ingegaan op de bij F&F wet beschermde soorten welke mogelijk op de onderzoekslocatie voorkomen. Met betrekking tot de hieronder opgesomde soorten zijn waarnemingen (van sporen) gedaan tijdens de veldbezoeken of is uit literatuurstudie en navraag bij derden gebleken dat deze soorten zich op de onderzoekslocatie ophouden. Op de onderzoekslocatie is een inventarisatie uitgevoerd naar de aanwezige, beschermingswaardige, bomen. Dit onderzoek wordt separaat uitgewerkt en valt buiten de strekking van deze flora- en faunatoets. Vaatplanten Het onderzoeksgebied is door het sterk cultuurlijke karakter van de tuin slechts in beperkte mate geschikt als biotoop voor (extra)beschermde vaatplanten. Op de onderzoekslocatie zijn geen beschermde vaatplanten aangetroffen. Zoogdieren Alle zoogdieren (met uitzondering van huismuis, bruine rat en zwarte rat) zijn beschermd bij de F&F wet. Op de onderzoekslocatie zijn (sporen van) de volgende soorten waargenomen: Mol en Echte muizen, Spitsmuizen of Woelmuizen. De hierboven genoemde soorten zijn algemeen binnen het Schiedamse grondgebied en vallen in tabel 1 AMvB artikel 75. Pagina 5 van 9

De gebouwen en enkele bomen zijn in beperkte mate geschikt als rust- en verblijfplaats voor vleermuizen. In de omgeving van de onderzoekslocatie zijn geen waarnemingen bekend met betrekking tot het voorkomen van vleermuizen. De aanwezigheid van vleermuizen valt niet geheel uit te sluiten. Mogelijk wordt het plangebied gebruikt als rust nest en foerageerbiotoop door Gewone dwergvleermuis en Ruige dwergvleermuis. Vogels Vrijwel alle vogels zijn beschermd binnen de F&F wet. Het onderzoeksgebied is geschikt voor een aantal vogels. De volgende soorten zijn waargenomen: Merel, Koolmees, Pimpelmees, Heggenmus, Winterkoninkje, Roodborstje, Ekster, Gaai, Grote bonte specht. Mogelijk gebruiken deze, of andere, soorten het onderzoeksgebied als broedbiotoop. De hierboven genoemde soorten zijn algemeen binnen het Schiedamse grondgebied. Alle genoemde soorten zijn beschermd via tabel 2 AMvB artikel 75. Amfibieën Binnen het onderzoeksgebied bevinden zich geen voor amfibieën geschikte waterlichamen, vijvers of poelen. Op de onderzoekslocatie zijn geen amfibieën waargenomen. Aangenomen mag worden dat amfibieën binnen het onderzoeksgebied niet voorkomen. Overigen Op de onderzoekslocatie komen voor zover bekend geen beschermde mossen, korstmossen, paddenstoelen, kreeftachtigen, reptielen, vissen, insecten en overige ongewervelden voor. Op de onderzoekslocatie zijn geen waarnemingen van deze soorten gedaan Pagina 6 van 9

4 Effectstudie De voorgenomen werkzaamheden bestaan uit het slopen van gebouwen en opstallen het rooien van beplantingen, grondwerkzaamheden, herinrichting van het plangebied, ontwikkeling en nieuwbouw en alle daarbij behorende werkzaamheden. Als gevolg van de ontwikkeling van het plangebied zal het groenareaal afnemen. In het kader van de AMvB artikel 75 kunnen de voorgenomen werkzaamheden worden geclassificeerd als een ruimtelijke ontwikkeling. De uitvoeringstermijn is nog niet bekend. Nadelige effecten op de aanwezige flora en fauna bestaan uit de directe gevolgen van werkzaamheden en areaalvermindering. Vaatplanten Beschermde vaatplanten zijn niet aangetroffen en worden niet verwacht binnen de onderzoekslocatie. Zoogdieren De werkzaamheden hebben mogelijk nadelige gevolgen voor de op de locatie aanwezige zoogdieren. De nadelige gevolgen kunnen bestaan uit verontrusting van de dieren en / of het beschadigen en vernielen van holen, nesten of vaste voortplantings- rust- of verblijfplaatsen. Hiermee worden de artikelen 9, 10 en 11 van de F&F wet overtreden. Op lokale en regionale schaal is voldoende biotoop beschikbaar voor de gunstige staat van instandhouding van de aangetroffen zoogdieren. Alle aangetroffen zoogdieren vallen onder tabel 1, AMvB artikel 75. Voor deze soorten geldt een algemene vrijstellingsregeling. De aanwezigheid van vleermuizen kan niet geheel worden uitgesloten. Mogelijk hebben de geplande werkzaamheden nadelige gevolgen voor, extra beschermde, vleermuizen. De aanwezigheid van vleermuizen dient nader te worden onderzocht. Uitvoering van een nader onderzoek dient bij voorkeur plaats te vinden in het voorjaar en de zomer. Het nader onderzoek dient zich met name te richten op het voorkomen van Gewone dwergvleermuis en Ruige dwergvleermuis. Vogels Mogelijk worden als gevolg van de werkzaamheden nesten van broedvogels beschadigd, verstoort of weggenomen. De nadelige gevolgen kunnen bestaan uit het verontrusten van de vogels en / of het beschadigen en vernielen van holen, nesten of vaste voortplanting- rust- of verblijfplaatsen. Hiermee worden mogelijk de artikelen 9 tot en met 12 van de F&F wet overtreden. Alle voorgenomen rooi- en sloopwerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd buiten het vogelbroedseizoen (15 maart t/m 15 juli). Gebouwen opstallen en groen dienen direct voorafgaand aan de werkzaamheden te worden gecontroleerd op de aanwezigheid van bewoonde nesten van vogels. Op lokale en regionale schaal is voldoende biotoop beschikbaar voor de gunstige staat van instandhouding van alle aangetroffen broedvogels. Amfibieën Amfibieën zijn niet aangetroffen en worden niet verwacht op de onderzoekslocatie. Overigen Overige beschermde soorten zijn niet aangetroffen en worden niet verwacht binnen de onderzoekslocatie. Pagina 7 van 9

5 Conclusies en aanbevelingen Aan de hand van de bovenstaande rapportage en het daarbij behorende onderzoek kunnen de volgende conclusies worden getrokken. Het terrein betreft de bebouwing en tuin behorend bij het Vlietland ziekenhuis aan de Burgemeester Knappertlaan te Schiedam. De bebouwing zal worden gesloopt en vervangen door nieuwbouw. Delen van het bestaande groen zullen worden gerooid. De geplande werkzaamheden zullen bestaan uit sloop, het bouwrijp maken, ontwikkeling en nieuwbouw en alle daarbij behorende werkzaamheden. Nadelige effecten op de aanwezige flora en fauna zullen bestaan uit de directe gevolgen van de uitvoering van de werkzaamheden en een te verwachten areaalafname van de groen ruimte. Het onderzoeksgebied is niet gelegen in of in de nabijheid van een beschermde ecologische structuur zoals de EHS, PEHS of stedelijk ecologische structuur. De geplande ingrepen zijn niet in strijd met de Vogel- en Habitatrichtlijn, natuurbeschermingswet en het groenstructuurplan Schiedam. Er zijn geen recente gegevens beschikbaar met betrekking tot de aanwezigheid van bij de F&F wet beschermde vaatplanten, mossen, korstmossen en paddestoelen op de onderzoekslocatie. Het valt niet binnen de verwachting dat deze soorten op de onderzoekslocatie voorkomen. Er zijn geen recente gegevens beschikbaar met betrekking tot de aanwezigheid van bij de F&F wet beschermde amfibieën, reptielen, vissen, kreeftachtigen, insecten en overige ongewervelden op de onderzoekslocatie. Het valt niet binnen de verwachting dat deze soorten op de onderzoekslocatie voorkomen. Er zijn recente gegevens beschikbaar met betrekking tot het voorkomen van bij de F&F wet beschermde vogels en zoogdieren binnen de onderzoekslocatie. De geplande werkzaamheden hebben mogelijk een nadelig effect op de binnen de onderzoekslocatie aanwezige beschermde vogels. De nadelige gevolgen kunnen bestaan uit verontrusting van de dieren en / of het beschadigen en vernielen van holen, nesten of vaste voortplantings-, rust- of verblijfplaatsen. Hiermee worden mogelijk de artikelen 9, 10, 11 en 12 van de F&F wet overtreden. Met de inwerkingtreding van AMvB artikel 75 bestaat voor de aangetroffen soorten een algemene vrijstelling. In principe dient met betrekking tot vogels een gedragscode te worden opgesteld. De sloopwerkzaamheden dienen, in verband daarmee, buiten het zogenaamde vogelbroedseizoen (15 maart tot en met 15 juli) te worden uitgevoerd. Buiten deze periode dient het terrein direct voorafgaand aan de werkzaamheden te worden gecontroleerd op (en vrij bevonden van) bewoonde nesten van vogels. De werkzaamheden hebben mogelijk een nadelig effect op de aanwezig grondgebonden zoogdieren. De nadelige gevolgen kunnen bestaan uit verontrusting van de dieren en / of het beschadigen en vernielen van holen, nesten of vaste voortplantings-, rust- of verblijfplaatsen. Hiermee worden mogelijk de artikelen 10, 11 en 12 van de F&F wet overtreden. Met de inwerkingtreding van AMvB artikel 75 bestaat voor de aangetroffen soorten een algemene vrijstelling. De aanwezigheid van, extra beschermde, vleermuizen kan niet geheel worden uitgesloten. De werkzaamheden hebben mogelijk een nadelig effect op vleermuizen. De nadelige gevolgen kunnen bestaan uit verontrusting van de dieren en / of het beschadigen en vernielen van holen, nesten of vaste voortplantings-, rust- of verblijfplaatsen. Hiermee worden mogelijk de artikelen 10, 11 en 12 van de F&F wet overtreden. Nader onderzoek in het kader van de F&F wet wordt met betrekking tot de mogelijke aanwezigheid van vleermuizen noodzakelijk geacht. Pagina 8 van 9

De gunstige staat van instandhouding van beschermde soorten grondgebonden zoogdieren en vogels komt, door de aanwezigheid van voldoende vervangend biotoop op lokaal en regionaal niveau, niet in gevaar. Een ontheffingsaanvraag in het kader van de F&F wet wordt vooralsnog niet noodzakelijk geacht. Indien tijdens het nader onderzoek vleermuizen worden aangetroffen kan dit leiden tot een ontheffingsaanvraag. Compenserende of mitigerende maatregelen worden niet noodzakelijk geacht. Alle te behouden bomen en groenstructuren dienen tijdens uitvoering van de werkzaamheden deugdelijk te worden beschermd ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Literatuur 1. Flora- en faunawet, Koninklijke Vermande BV Lelystad, 1999. 2. Besluit van 10 september 2004, houdenden wijzigingen van een aantal algemene maatregelen van bestuur in verband met wijzigingen van artikel 75 van de Flora- en faunawet en enkele andere wijzigingen, Staatsblad, Stb. 501, 19 oktober 2004 3. Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 5 november 2004, TRCJ/2004/5727, houdend vaststelling van Rode lijsten flora en fauna. 4. Het Natuurloket, www.natuurloket.nl, pagina gebiedsbeschrijving. D.d. 11 oktober 2007. 5. Groenstruktuurplan Schiedam, Dienst gemeentewerken Schiedam - Groenvoorziening & Natuur / Frisse wind - bno, mei 1996 (vastgesteld door de gemeenteraad Schiedam d.d. 18 september 1995). Pagina 9 van 9

BIJLAGEN

Bijlage 1, Luchtfoto impressie

Bijlage 2, Soortenlijsten Toelichting: De hieronder beschreven beschermde soorten komen (mogelijk) voor op de onderzoekslocatie. Deze lijst is niet uitvoerig nog volledig en gebaseerd op de gegevens zoals verkregen uit literatuurstudie en een eenmalige veldverkenning. De beschermingsstatus wordt als volgt weergegeven: AMvB Beschermingsregime (1,2 en 3) van de soort volgens AMvB artikel op 75 Flora- en faunawet. RL De soort komt voor op de Rode lijst van beschermde dier- of plantensoorten. V/H De soort is beschermd via de Vogel- en Habitatrichtlijn. Zoogdieren Nederlandse naam Wetenschappelijke naam AMvB RL V/H Mol Talpa europaea 1 Veldmuis Microtus arvalis 1 Veldspitsmuis Crocidura leucodon 1 Gewone dwergvleermuis * Pipistrellus pipistrellus 3 X Ruige dwergvleermuis * Pipistrellus nathusii 3 X * nader onderzoek wordt noodzakelijk geacht. Vogels Nederlandse naam Wetenschappelijke naam AMvB RL V/H Ekster Pica pica 2 Gaai Garrulus glandarius 2 Grote bonte specht Dendrocopos major 2 Heggenmus Prunella modularis 2 Koolmees Parus major 2 Merel Turdus merula 2 Pimpelmees Parus caeruleus 2 Roodborstje Erithacus rubecula 2 Winterkoninkje Troglodytes troglodytes 2

Bijlage 3, Globaal rapport verspreiding beschermde en bedreigde soorten, Natuurloket