Verzurende depositie,

Vergelijkbare documenten
Verzuring en luchtverontreiniging: oorzaken en effecten Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Overschrijding kritische stikstofdepositie op natuur, 2009

Benzeen in lucht,

Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC),

Emissies naar lucht door de industrie,

Stikstofdioxide in lucht,

Benzeenconcentratie,

Stikstofdioxide in lucht,

Emissies naar lucht door de energievoorziening,

Emissies naar lucht door huishoudens,

Emissies naar lucht door huishoudens,

Benzeen in lucht,

Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Emissies door de zeescheepvaart,

Woningvoorraad, investeringen en nieuwbouwwoningen,

Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid,

Hernieuwbare elektriciteit,

Energieverbruik per sector,

Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid,

Hernieuwbare elektriciteit,

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Belangstelling voor maatschappelijke problemen,

Bodemgebruik in Nederland,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Watergebruik in de land- en tuinbouw,

Watergebruik in de land- en tuinbouw,

Flora van open moerassen,

Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,

Zwaveldioxide in lucht,

Verbruik van duurzame energie,

Hernieuwbare elektriciteit,

Energieverbruik per bedrijfstak,

Broeikasgasemissies in Nederland,

Hernieuwbare elektriciteit,

Hernieuwbare elektriciteit,

Ammoniakemissie door de land- en tuinbouw,

Duurzame elektriciteit,

Biologische voedingsmiddelen,

Milieu-investeringen in de industrie en energiesector,

Aantalsontwikkeling van amfibieën

Gescheiden ingezameld afval van huishoudens,

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Aantal auto's per provincie,

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven ( )

Belangstelling voor maatschappelijke problemen,

Draagvlak voor natuur en natuurbeleid, 2017

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Aantalsontwikkeling van amfibieën,

Verbruik van hernieuwbare energie voor vervoer,

Zwaveldioxide in lucht,

Huishoudens,

Fietsgebruik,

Typische diersoorten van de Habitatrichtlijn,

Vliegbewegingen en handelsverkeer op Nederlandse luchthavens,

Waterkwaliteit KRW, 2015

Fietsgebruik,

Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen,

Energiebesparing in Nederland,

Composteer- en vergistingsinstallaties voor gft-afval,

Verbruik van hernieuwbare energie,

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Vermesting in meren en plassen,

Windturbines in de groene ruimte

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven,

Biologische voedingsmiddelen,

Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,

Flora van naaldbossen,

Vegetatie van loof- en gemengde bossen,

Mechanische bestrijdingsmethoden in de landbouw per gewas,

Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales,

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden,

Milieu-investeringen door bedrijven,

Banen per gemeente,

Voor sloop vrijgekomen motorvoertuigen,

Hernieuwbare elektriciteit,

Aanbod en verbruik van elektriciteit,

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering,

Infrastructuur, 2015 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Vliegbewegingen en handelsverkeer op Nederlandse luchthavens,

Verbruik van hernieuwbare energie

Opbrengst van belastingen op een milieugrondslag,

Deeltjesvormige luchtverontreiniging: beleid Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Biologische bestrijding van plagen in de glastuinbouw,

Sloop en export van motorvoertuigen,

Aantal motorvoertuigen,

Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales,

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Energielabels van woningen,

Reptielen van de Habitatrichtlijn,

Bundeling werken in nationale bundelingsgebieden,

Vliegbewegingen en handelsverkeer op Nederlandse luchthavens,

Nederlanders wonen op gemiddeld 0,9 kilometer van een huisartsenpraktijk (2008)

Afstand tot huisartsenpraktijk, 2015

Gescheiden ingezameld afval van huishoudens,

Verkoopprijs woningen, 2013

Transcriptie:

Indicator 21 mei 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De verzurende depositie bedroeg in 2012, gemiddeld over Nederland ruim 2500 mol potentieel zuur per ha. De depositie is sinds 1981 met 55% afgenomen. Dat was vooral te danken aan vermindering van de uitstoot van zwaveldioxide. [figuurgroep] Download figuur [2] Pagina 1 van 7

Download figuur [3] Download data (xls) [4] [/figuurgroep] Landelijk beeld in 2012 Regionaal komen grote verschillen voor in de depositie van verzurende stoffen. Vooral in gebieden met intensieve veehouderij, zoals de Peel en de Gelderse Vallei, kunnen deposities van maximaal 7.000 mol respectievelijk 5.800 mol per hectare voorkomen. Deze hoge depositie wordt vooral veroorzaakt door de hoge ammoniakuitstoot (NH3) ter plaatse. De hoge emissie van zwaveldioxide (SO2) en van stikstofoxiden (NOx) in het Rijnmondgebied is de oorzaak van de hogere depositie in dat gebied. Verder vertonen de depositiekaarten duidelijke verhogingen in het stedelijk gebied als gevolg van de verkeersemissies van stikstofoxiden (NOx) aldaar. Trend De landelijk gemiddelde depositie van verzurende stoffen is sinds 1981 meer dan gehalveerd. In het begin van de jaren tachtig bedroeg de zure depositie, gemiddeld over Nederland, nog 5.600 mol per hectare, in 2000 was dit al gedaald naar 3.300 en in 2012 nog verder afgenomen naar 2.500 mol per hectare. De depositie van verzurende stoffen is de afgelopen dertig jaar vooral afgenomen door de sterke reductie van de uitstoot van zwaveldioxide. De emissies van stikstofoxiden en ammoniak zijn minder sterk gedaald. Het relatieve belang van de stikstofverbindingen (afkomstig van de emissies van Pagina 2 van 7

ammoniak en stikstofoxiden) in de zuurdepositie, is door deze ontwikkelingen toegenomen van 52% in 1981 naar 73% in 2012. De Nederlandse landbouw draagt inmiddels 31% bij aan de verzurende depositie. Zie ook [indicator=nl0179]. Belangrijke oorzaken van de daling van de depositie op langere termijn zijn: Een sterke reductie van de zwaveldioxide-emissie in binnen- en buitenland sinds 1980. Voor 1990 namen zwaveldioxide-emissies sterk af door overschakeling van kolen op gas door raffinaderijen en energiecentrales. Maatregelen als rookgasontzwaveling hebben geleid tot een verdere daling van de zwaveldioxide-emissies. De reductie van de zwaveldioxide-emissie in Nederland sinds 1980 bedraagt 85%; in West-Europa 75%. De emissie van stikstofoxiden in Nederland daalde sinds 1980 met 40%; in West-Europa met 30%. Deze daling is het resultaat van maatregelen bij het verkeer, zoals de invoering van de katalysator aan het eind van de jaren tachtig, bij de industrie en in de energiesector. De emissie van ammoniak door agrarische bronnen in Nederland is sinds 1990 met 50% gedaald; in West -Europa met 10%. Vooral de laatste tien jaar hebben emissiebeperkende maatregelen in Nederland voor een daling gezorgd. Tot deze maatregelen behoren verbeterde voersamenstelling, het gebruik van emissiearme stallen, het afdekken van mestsilo's en het direct onderwerken van mest bij de aanwending. Van jaar tot jaar voorkomende variaties in meteorologische omstandigheden kunnen, bij gelijke emissies, overigens tot fluctuaties in de depositie van de orde van grootte van 10% leiden. Voor meer gedetailleerde informatie over de ontwikkeling van de emissies van verzurende stoffen in Nederland zie [indicator=nl0183]. Beleid Het Nederlandse beleid richt zich op de NEC-plafonds waarmee impliciet ook bepaalde depositieniveaus worden gerealiseerd. Daarnaast wordt specifiek beleid ontwikkeld voor duurzame instandhouding van Natura 2000-gebieden in het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). Dit programma is opgezet om de stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden te laten afnemen. De PAS beoogt bovendien om economische ontwikkeling samen te laten gaan met de realisatie van de natuurdoelen voor Natura 2000. In juni 2012 is het 'Monitoringsplan Programmatische Aanpak Stikstof op hoofdlijnen' verschenen. Dit betreft een operationeel monitoringsplan dat de uitvoering van maatregelen in de PAS en de gevolgen van het beleid zoals dat in de PAS is uitgestippeld moet gaan volgen. De PAS moet inzicht geven in de omvang van de stikstofproblematiek en het mogelijke gebruik van de ontwikkelruimte. Het PAS-programma geeft ook, in combinatie met herstelstrategieën, richting aan het opstellen van beheerplannen die gemaakt worden voor de Natura 2000-gebieden. De beheerplannen moeten ertoe leiden dat de natuurkwaliteit niet verder achteruitgaat en dat habitats in een goede staat van instandhouding worden gebracht. Voor meer informatie over het beleid op het terrein van verzurende stoffen zie ook de indicator [indicator=nl0182]. Effecten De verzurende en vermestende stoffen kunnen de natuur beïnvloeden. Zo kunnen de stoffen planten en bomen vatbaarder maken voor ziekten, stormschade en droogte. Door verandering in bodemcondities kan ook de natuurlijke soortensamenstelling van de vegetatie veranderen. Voorbeelden zijn de vergrassing van heide en open duinen. Verzuring en vermesting verminderen ook de kwaliteit van het grondwater. Pagina 3 van 7

De risico's en de effecten van vermesting en verzuring worden tegenwoordig beoordeeld aan de hand van het begrip kritisch depositieniveau, ook wel aangeduid met kritische depositiewaarde of critical load. Een kritisch depositieniveau is gedefinieerd als de maximaal toelaatbare hoeveelheid atmosferische depositie waarbij, volgens de huidige wetenschappelijke kennis, negatieve effecten op de structuur en de functies van ecosystemen niet voorkomen. Voor meer informatie over de effecten van verzurende stoffen zie de indicator [indicator=nl0178]. Referenties Buijsman, E., Aben, J.M.M., Hettelingh, J.-P., Van Hinsberg, A., Koelemeijer, R.B.A. & Maas, R.J.M. (2010) Zure regen. Een analyse van dertig jaar Nederlandse verzuringsproblematiek [5]. Rapport 500093007, Planbureau voor de Leefomgeving, Bilthoven/Den Haag. De Ruiter, J.F., Van Pul, W.A.J., Van Jaarsveld, J.A., Buijsman, E. (2006) Zuur- en stikstofdepositie in Nederland in de periode 1981-2002 [6]. Rapport 500037005, Milieu- en Natuurplanbureau, Bilthoven. Van Jaarsveld, J.A. (2004) Het Operationele Prioritaire Stoffen model [7]. Rapport 500045001, Milieu- en Natuurplanbureau, Bilthoven. Velders, G.J.M., Aben, J.M.M., Jimmink, B.A., Geilenkirchen, G.P., Den Hollander, H.A., Van der Swaluw, E., De Vries, W.J., Wesseling. J. & Van Zanten, M.C. (2013) Grootschalige concentratie- en depositiekaarten Nederland. Rapportage 2013 [8]. Rapport 680362003, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven. Relevante informatie [indicator=nl1423] [indicator=nl0178] [indicator=nl0182] [indicator=nl0183] [indicator=nl0081] [indicator=nl0507] [indicator=nl0179] [indicator=nl0189] [indicator=nl0329] EU (2001) Richtlijn 2001/81/EG van het Europees parlement en de raad van 23 oktober 2001inzake nationale emissieplafonds voor bepaalde luchtverontreinigende stoffen [9]. Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen No L 309/22. EU (2008) Richtlijn 2008/50/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2008 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa [10]. Publicatieblad van de Europese Unie L 152/1. Infomil > Luchtkwaliteit: wettelijk kader en toelichting [11]. EU > Informatie over het luchtkwaliteitsbeleid van de Europese Unie [12]. EU > Informatie over de verzoeken tot derogatie [13]. Infomil > Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) [14] UN/ECE > The 1999 Gothenburg Protocol to Abate Acidification, Eutrophication and Groundlevel Ozone [15]. RIVM > Themasite Grootschalige Concentratiekaarten Nederland [16]. RIVM > Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit [17]. Mooibroek, D., Berkhout, J.P.J. & Hoogerbrugge, R. (2012) Jaaroverzicht luchtkwaliteit 2011 Pagina 4 van 7

[18]. Rapport 680704020, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven. Informatie over de actuele en toekomstige ontwikkelingen in de luchtkwaliteit is te vinden in Balans van de Leefomgeving 2012 [19] en Nationale Milieuverkenning 6 2006-2040 [20]. Technische toelichting Naam van het gegeven Verzurende depositie Omschrijving Verzurende depositie in Nederland per 1 x 1 km. Verantwoordelijk instituut Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) Berekeningswijze Zie rapportage over de uitkomsten van de GCN-berekeningen Basistabel Reken- en Informatiesysteem Lucht van het Centrum voor Milieumonitoring van het RIVM Geografisch verdeling De kaart en de trend zijn gebaseerd op de uitkomsten van de meest recente GCN-berekeningen. Andere variabelen Stikstofdepositie Verschijningsfrequentie Jaarlijks Achtergrondliteratuur Grootschalige concentratie- en depositiekaarten Nederland. Rapportage 2011. (Velders et al., 2011; zie bij 'Referenties'). Opmerking 1] Begin 2010 is op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten een herziene methodiek ingevoerd voor het berekenen van de depositie van gereduceerd stikstof (NHx). Daarnaast is een wijziging in het bijtellingssysteem doorgevoerd. De nu gepresenteerde cijfers wijken daarom af van wat eerder Pagina 5 van 7

door het Planbureau voor de Leefomgeving is gepubliceerd. De zure depositie komt op jaarbasis volgens de nieuwe inzichten gemiddeld 220 mol per hectare lager uit. De depositie is, afhankelijk van het jaar, 0 tot 9 (gemiddeld 5) procent minder dan voorheen is berekend. 2] De mate van verzuring wordt in Nederland uitgedrukt in zogeheten potentieel zuur. Potentieel zuur is gedefinieerd als de maximale verzuring, die zwaveldioxide, stikstofoxiden en ammoniak en hun omzettingsproducten in bodem en water teweeg kunnen brengen. De daadwerkelijke verzuring in bodem en water kan lager zijn. Deze hangt af van een aantal processen en van de opname van de stoffen door planten. 3] Het vermogen van een stof om verzurend te werken, wordt meestal uitgedrukt in zuurequivalenten per hectare (z-eq/ha). Een zuurequivalent is een maat voor de hoeveelheid zuur (H+ in mol/ha) die kan ontstaan in bodem of water. Hierbij geldt: 1 mol zwaveldioxide levert 2 mol zuur, 1 mol stikstofoxiden levert 1 mol zuur en 1 mol ammoniak levert 1 mol zuur. 4] Er is soms verwarring over de verzurende werking van ammoniak. In de atmosfeer werkt ammoniak zuurneutraliserend. Komt ammoniak (of het omzettingsproduct ammonium) echter in de bodem dan kan het omgezet worden in salpeterzuur. Er is dan alsnog een verzurend effect. Betrouwbaarheidscodering Kaart: C (Schatting met modelberekeningen, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd). Trend 1990-2012: C (Schatting met modelberekeningen, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd). Referentie van deze webpagina CBS, PBL, RIVM, WUR (2013). [21] (indicator 0184, versie 13, 21 mei 2013 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen. Bron-URL: https://www.clo.nl/indicatoren/nl018413 Links [1] https://www.clo.nl/indicatoren/nl0184 [2] https://www.clo.nl/sites/default/files/infographics/0184_002k_clo_13_nl.jpg [3] https://www.clo.nl/sites/default/files/infographics/0184_001g_clo_13_nl.jpg [4] https://www.clo.nl/sites/default/files/datasets/c-0184-001g-clo-13-nl.xls [5] http://www.pbl.nl/publicaties/2010/zure-regen.-een-analyse-van-dertig-jaar-nederlandseverzuringsproblematiek [6] http://www.pbl.nl/publicaties/2006/zuur-enstikstofdepositieinnederlandindeperiode1981-2002 [7] http://www.pbl.nl/publicaties/2004/het_operationele_prioritaire_stoffen_model [8] http://www.rivm.nl/documenten_en_publicaties/wetenschappelijk/rapporten/2013/mei/grootscha lige_concentratie_en_depositiekaarten_nederland_rapportage_2013 [9] http://eur-lex.europa.eu/smartapi/cgi/sga_doc?smartapi!celexapi!prod!celexnumdoc&lg=nl &numdoc=32001l0081&model=guichett [10] http://eur-lex.europa.eu/lexuriserv/lexuriserv.do?uri=celex:32008l0050:nl:not [11] http://www.infomil.nl/onderwerpen/klimaat-lucht/luchtkwaliteit/wettelijk-kader-en/ [12] http://ec.europa.eu/environment/air/quality/index.htm [13] http://ec.europa.eu/environment/air/quality/legislation/time_extensions.htm [14] http://www.infomil.nl/onderwerpen/klimaat-lucht/luchtkwaliteit/nsl/ [15] http://www.unece.org/env/lrtap/multi_h1.htm [16] http://www.rivm.nl/nl/themasites/gcn/index.html [17] http://www.lml.rivm.nl/data/smog/index.html [18] http://www.rivm.nl/bibliotheek/wetenschappelijk/rapporten/2012/september/jaaroverzicht_luch tkwaliteit_2011 Pagina 6 van 7

[19] http://themasites.pbl.nl/balansvandeleefomgeving/2012/ [20] http://www.pbl.nl/nl/publicaties/2006/nationalemileuverkenning6 [21] https://www.clo.nl/indicatoren/nl018413 Pagina 7 van 7