De rechtvaardige zal door het geloof leven



Vergelijkbare documenten
Hebreeën 11:1 Het geloof is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet.

Jezus, de Leidsman van ons geloof

dat hij geboren zou worden, was er al voor die tijd. Hebreeën 11 (deel 1) 2 Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen.

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

Het belang van het profetisch woord. De Bijbel open

10 redenen voor de komst van de Heere Jezus

Het belang van het profetisch woord. De Bijbel open

God kent jou. Inleiding. Voor God hoef je geen masker op te zetten. Hij weet wie je bent. Persoonlijke relatie met God

18. Evangelist in eigen land 19. Onder Jezus zegen Een bereide plaats 20. Water 21. Een gebed om de Heilige Geest Doorwaai mijn hof 22.

MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

De rijkdom van het evangelie

De brief aan de Hebreeën. C. Noorlander

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

Bijbelstudie Door het geloof I

Mag ik jou een vraag stellen?

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

De kern van het christelijke geloof

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

BIJBELSE INTRODUCTIELES

Bijbelteksten Feest van Genade

5 Dit is de boodschap die we van Hem gehoord hebben en u bekend maken: dat God licht is en in Hem totaal geen duisternis is.

De Bijbel open ( 15-12)

Waar in de Bijbel vraagt God aan Abraham om een opmerkelijk offer? Genesis 22. Abraham wordt door God op de proef gesteld!

De rijkdom van het evangelie. Ik ervaar meer dood dan leven Gods Geest en het echte leven

Geloof tegenover gevoelens

6. Uitverkiezing. 6.1 Uitverkiezing is naar de voorkennis Gods

God dus we kunnen zeggen dat het Woord er altijd is geweest. Johannes 1:1/18

Jezus volgen! Echt? Het evangelie naar Johannes 6: dinsdag 2 juni 2015

GROTE VERRASSING Efeze 3:9; Colosse 1:26

De rijkdom van het evangelie

Zondag 28 gaat over het Heilig Avondmaal (1)

Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf?

waarheid is. De genade vergeeft maar maakt ook vrij van de zonde zoals in Romeinen 6:14 staat: Een eeuwig gewicht van heerlijkheid 2 Cor.

Calvijn over het verbond & de besnijdenis

DE ONTWIKKELING VAN GODS HEILSPLAN IN DE TIJD

Les 29. Behoudenis, zaligheid alleen in Jezus Christus.

verborgenheid is onder de heidenen, welke is Christus in u, de Hoop der heerlijkheid.

Vanwaar Hij komen zal. Geschreven door D. J. Steensma zaterdag, 09 april :19

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

1) De ongelovige is blind gemaakt door Satan (2 Korintiërs 4:4).

Wees blijde in de hoop

Jezus, de Leidsman van ons geloof

Wat is de waarde van de profetieën die de Bijbel elk mens aanreikt?

De Bijbel Open Kaïn & Abel. Kaïn & Abel twee soorten mensen. Elk mens is godsdienstig.

Geloof Brengt Verandering Toets 1 - antwoorden

Memoriseer elke dag een tekst. Dit heb ik u geschreven, die gelooft in de naam van de Zoon Gods, opdat gij weet, dat gij eeuwig leven hebt.

- 1 - Werkelijk vrij. Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade.

In welk Bijbelverhaal lezen wij over de geboorte van Izak? Waar kunnen wij in de Bijbel vinden dat Sara onvruchtbaar was?

Johannes 17. Johannes 14. Johannes 16. Johannes 15. Johannes 13

LEVITICUS 23:40. etrog en lulav

Christus als Rechter altijd rechtvaardig. de rechterstoel van Christus

Voor u persoonlijk! SAMPLE. Evangelie-nieuws voor eeuwige redding

Kingdom Faith Cursus Het geschenk van God

De bruiloft van het Lam

De Dordtse Leerregels

Hee# God ook een geldpers?

1. Gods eigendom. Op Toonhoogte 265

HRB. Redding voor allen nu? Romeinen 1-8. Hemelse Reddings Brigade

DE HEER IS WAARLIJK OPGESTAAN! SCHRIFTLEZINGEN:

HC zd. 22 nr. 32. dia 1

Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker, verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

Liedteksten Kerstfeest Zondagsschool Samenzang

Maar met deze kleine gemeente Filadelfia is de Heer blij. Filadelfia

MIJN NIEUWE LEVEN MIJN NIEUWE IDENTITEIT

Niveau 3 - Les 8: Het juiste gebruik van Gods wet Don Krow

Jezus, het licht van de wereld

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 1 t/m 4

3 Dit nu is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, die Gij gezonden hebt. Joh.17

De Heer Jezus Christus - Zijn Persoon

De Dordtse Leerregels

MENORAH BEELD VAN DE ZEVENVOUDIGE GEEST VAN GOD EXODUS 37 EXODUS 37:17-22

De eerste liefde van God

Hij heelt de gebrokenen van hart AANVAARD WIE JE BENT

MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN

Orde voor de viering van het heilig Avondmaal

Heer, U zocht mij, toen ik was weggegaan U bracht mij veilig in Uw gezin U vergaf mij, mijn schuld is weggedaan U gaf mijn leven een nieuw begin

MAAR uit genade door het geloof. Hoe wordt iemand gered?

Zij die God liefhebben

1. Door Jezus gezocht. Want de Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren is. Lukas 19:10 (HSV)

Paasmorgen 2011 in de Open Hof te Drunen Voorganger ds. M. Oostenbrink Organist dhr. B. Vermeul Mmv zanggroep Joy. De tuin van de Opstanding

Kennismaking met de bijbel

- 2 - Dat is dus de reden van het niet zondigen:

Uit God geboren. Wat een voorrecht om uit God geboren te zijn. We lezen hierover in Joh. 1:12

Waarom doet Hij dat zo? Om de diepste bedoeling van Gods geboden aan te geven. Daar kom ik straks op terug. Hij geeft in de Bergrede de beloften en

Geheimenissen. In 1 Tim. 3:16a staat: En buiten twijfel, groot is het geheimenis der godsvrucht: Die Zich geopenbaard heeft in het vlees.

Gelukkig wie nederig van hart is, voor hen is het koninkrijk. les 4 FOLLOW MENTOR

!""# $ $ %!#% & $ !"# $ - ()*+ $! ' - 33##&# $ # 56$$% ;! <!!"()=# !" &>11. Jesaja 9:1-6 Jeremia 31:31-37 Hebr. 8:1-13

1 Petrus 1: Van wie 2. Aan wie 3. Groetwoord

Genesis 12:1-5: Dit gebeurde ook zo bij Abram. Hij woonde in Ur der Chaldeeën, in Mesopotamië, en Hij geloofde God op Zijn Woord, want:

1 Joh. 5 : 1 en 10 1Ieder die gelooft dat Jezus de christus is, is uit God geboren, en ieder die de Vader liefheeft, heeft ook lief wie uit hem


DE WIL VAN GOD. Intro. Wat zegt de Bijbel? Erwin van Bavel 10 juni 2017

De Bijbel Open Noach & zijn huis. Noach & zijn huis de ark. Noach hoort dat God de wereld gaat oordelen,

Liturgie. zondag 11 juni :30 uur Ds H D Bondt. 14:15 uur Ds R Prins

Wie is er nou blind? Het evangelie naar Johannes 9:

Christus is ook Rechter voor wie? de rechterstoel van Christus

JEZUS. Hij zoekt en redt de verlorene (Lukas 19:10) Hij neemt de zonde weg (Johannes 1:29) Hij redt van zonden. Hij pleit voor ons (Hebreeën 2:17)

Wat er in de Bijbel staat.en andere liederen

DE HEILIGE GEEST OVERTUIGD VAN RECHTVAARDIGHEID

Transcriptie:

De rechtvaardige zal door het geloof leven door: C. Wolston Hebreeën 11:1-13 De sleutel tot Hebreeën 11 staat in Hebreeën 10 vers 38. Maar mijn rechtvaardige zal op grond van geloof leven. Dat is in bepaald opzicht de praktische verklaring. Men kan zeggen dat Hebreeën in algemene zin, de christen invoert in het allerheilige, door het bloed van Christus. In het voorbijgaan merken we op, dat er niets zo moeilijk is om vast te houden, dan deze waarheid, dat wij als gelovigen vrijmoedig mogen ingaan in het heilige der heiligen op elk tijdstip en in alle omstandigheden. Het gebeurt dikwijls dat gelovigen om zo te zeggen aan de deur blijven staan, menend, dat ze niet geschikt zijn om in te gaan en dat geeft Satan en de wereld de tijd om te handelen. Heeft u gefaald? Ga dan naar het heiligdom. Voelt u dat u niet in een passende toestand bent? Welnu! Het geloof gaat direct in met het bloed van Jezus. Bent u verontrust door uw boze hart en is de wereld te sterk voor u? Neem de toevlucht naar het allerheilige, daar alleen vindt u zekerheid en rust. Als wij ons in het allerheilige op ons gemak voelen, dan voelen we ons niet meer op ons gemak in de wereld. Als wij Christus bezitten kan de wereld niets met ons beginnen. Het geloof in de Zoon van God geeft een totale overwinning over de wereld, zoals Johannes ons zegt: Want al wat uit God geboren is, overwint de wereld; en dit is de overwinning die de wereld overwonnen heeft: ons geloof. In het vorige hoofdstuk zien we dat de christenen uit de eerste tijden met vreugde de roof van hun bezittingen hadden aanvaard omdat ze wisten dat zij een beter en blijvend bezit hadden. (Hebr.10:34) Een andere belangrijke karaktertrek van deze brief is de manier waarop de Geest van God, terwijl Hij bijzonderheden de offerande en het hogepriesterschap van Christus beschrijft, een vooraanstaande plaats geeft aan Zijn Persoon als Zoon van God. Jezus, de Zoon van God die is de grote hogepriester, die de hemelen is doorgegaan. (Hebr.4:14) Dat is de bijzondere manier, waarop Paulus Christus voorstelt. Onmiddellijk na zijn bekering predikte hij in de synagogen Jezus, dat Deze de Zoon van God is (Hand. 9:20). Ook in Galaten schrijft hij: wat ik nu leef in het vlees, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven. (Gal.2:20) Als hij geschreven had: de Heer Jezus Christus zou dat dan niet even goed geweest zijn? Zeker niet. Dat zou ons gesproken hebben van Jezus als mens verheerlijkt aan de rechterhand van God, dezelfde gezegende Persoon natuurlijk, maar er ligt een grote kracht in het feit, dat Hij is, de Zoon van God, ons leven en ons voorwerp. Vers 1 Laten we terugkeren naar ons hoofdstuk. Het eerste vers stelt het geloof ons voor in zijn kracht en praktische gevolgen. Door het geloof houden wij de dingen vast die wij hopen, terwijl we ze achten als degelijke werkelijkheid en het geloof is het huidige bewijs voor onszelf van de dingen die niet gezien worden. Vers 2 Dit vers leert ons dat het geloof de innerlijke kracht was waardoor de heiligen van vroeger voor God hebben gewandeld en getuigenis hebben gekregen. De rest van het hoofdstuk geeft een reeks van kenmerkende voorbeelden in een bijzondere orde gerangschikt. Vers 3 In vers 3 leert het geloof ons wat de wijzen van vroeger nooit hebben gehad ondanks hun wijsheid en wat de geleerden van tegenwoordig niet kunnen begrijpen ondanks alle aanwinsten van de wetenschap waarop zij trots zijn. Wij weten hoe de werelden geschapen werden. Het Woord van God zegt ons alles wat we nodig hebben te weten over een wereld die we spoedig moeten verlaten. De wereld werd geschapen door het Woord van God, God vernietigde haar door de zondvloed en nu zegt Zijn Woord dat ze bewaard wordt voor het vuur. Als we geloven dat alles zal verbranden, dan zullen we ons zeker niet aan iets in deze wereld hechten. We zullen er geen waarde aan hechten. Ons hoofddoel zal eerder zijn er uit te gaan. Geleerden kunnen dag en nacht nadenken over het ontstaan en de bestemming van de wereld, maar als we God laten tussen beide komen, zullen wij hun kunnen vertellen, dat wij weten. God heeft gesproken en de wereld was er en nu wacht de wereld erop, dat God spreekt, om vernietigd te worden. Alle mond wordt zo gestopt en dat wil de mens niet graag. Vers 4 Het geloof vormt de ware aanbidder, in tegenstelling met hem, die geen aanbidder kan zijn. Kaïn brengt een offer van de vrucht van de aarde. Hij meent dat dit Hem aangenaam kan zijn, dat moest het ook zijn voor De rechtvaardige zal door het geloof leven 1

God, maar God verwerpt het. Wij kunnen ons wel afvragen of al die ingewikkelde plechtigheden in de zogenaamde plaatsen van aanbidding niet precies hetzelfde zijn. Men meent gemakkelijk dat wat voor mensen aangenaam is, ook aangenaam is voor God. Het lijkt erop dat de wijsheid van God op een merkwaardige wijze op de voorgrond komt, als Hij tot ons spreekt over de aanbidding. Abel, een arme zondaar, zonder aanmatiging, brengt een lam, dat geofferd was, waarvan het bloed was uitgestort. Hij was een zondaar, onder dood en oordeel, daarom plaatst hij tussen zichzelf en God het bloed van een zoenoffer. Dat wijst op symbolische wijze, wel te verstaan, op de dood van Christus. Omdat dat zo was, gaf God hem getuigenis: dat hij rechtvaardig was. God geeft alleen zo n getuigenis aan hen, die in Zijn tegenwoordigheid verschijnen terwijl ze het bloed van Zijn Zoon aanbieden. Als u wat anders brengt zal u dat geen getuigenis geven dat u rechtvaardig bent (Vergelijk Rom. 3:24-26). Vers 5 Henoch laat ons een zeer merkwaardig voorbeeld zien van geloof. In de Bijbel wordt veel gesproken over David, Salomo, Josia en veel anderen, maar over Henoch wordt gezegd, dat Henoch wandelde met God en dat hij niet meer gevonden werd omdat God hem wegnam. Hij had voor zijn wegneming getuigenis verkregen dat hij God behaagd had. Ongetwijfeld had hij gebreken, net zoals wij, maar het kenmerkende van zijn leven was, dat hij wandelde met God. Daaraan herinnert de Heilige Geest ons. Wat mij zo merkwaardig voorkomt in dit verhaal, is dat Henoch niet een man is die verheven is boven ons, in geheimzinnige omstandigheden, maar dat hij met God wandelde in alle omstandigheden van het leven. Elke dag, in zijn bezigheden, in zijn huisgezin. Hoogstwaarschijnlijk verzorgde hij zijn kudden als een gewone herder; want het Woord van God verklaart het: en hij gewon zonen en dochteren en in die relatie wandelde hij met God (Gen. 5:22). Er is een groot verschil tussen het feit in deze wereld te leven met de kennis dat God voor ons is en het feit, op aarde alleen voor God te leven! Om dit verschil te verduidelijken moeten we Abraham en Henoch bekijken. Abraham wist dat God voor hem was in alle omstandigheden op aarde. Het gevolg ervan was dat hij, in plaats van met God bezig te zijn dikwijls in moeilijkheden en zorgen was. God zegt dat hij zijn land en zijn maagschap moet verlaten, maar dat deed hij pas toen zijn vader Terah gestorven was. In het land kwam een hongersnood en Abraham daalde af naar Egypte om daar te verblijven. Daar aangekomen vreesde hij voor zijn leven, om de schoonheid van de vrouw, die God hen had gegeven en loog in die gebeurtenis. Daarna deed God hem grote beloften, maar hij kon niet wachten. Hij ging heen en stak zich in grote moeilijkheden met Ismaël. In tegenstelling daarmee lijkt Henoch in deze wereld alleen maar voor God geleefde te hebben. Wij kunnen aannemen dat zijn gebed niet was: Heer geef nu dit of dat. Maar: Heer help mij U te behagen zolang ik op aarde ben. Dat alles is erg eenvoudig. Als wij ons geluk in God vinden, zal Hij onze harten vervullen. Meent u dat het heel natuurlijk is, dat wij God wensen te behagen? Dat moest zeker ons doel zijn! Laten we opmerken dat Henoch heel dicht na Abel volgt. Zijn uitgangspunt om in de heerlijkheid in te gaan is om zo te zeggen, het Lam van Abel. Het kruis van Christus op aarde en het Lam in de heerlijkheid in het midden van de troon, terwijl hij in de tussentijd met God wandelt en Hem behaagt. Dat laat ons zien, dat het uitgangspunt van onze wandel op aarde het kruis van Christus is, verbonden met het feit dat de Heer Jezus komt om ons tot Zich te nemen. Als dat zo is, dan zullen wij niets anders wensen dan Hem te behagen. Dat is groter dan de bekering en meer dan gelukkig zijn in Hem. Als men Christus pas gevonden heeft, ervaart men veel vreugde in Hem en het is goed in die vreugde te blijven. Toch is het goed jonge gelovigen te waarschuwen dat ze zich allereerst aan Christus moeten hechten liever dan bezig te zijn met hun vreugde. Veronderstel eens, dat u die vreugde kwijt raakt, wat zou u dan doen? Houdt Christus vast, u kunt Hem niet verliezen en als dat geen vreugde voor u is, dan zult u nergens vreugde vinden. Hij kan niet falen. Houdt Hem vast, wandel met Hem en uw hart zal zo vol vreugde zijn, dat er geen woorden zijn om dat uit te drukken. Dat lezen we in 1 Petrus 1 vers 8 Hoewel u Hem niet gezien hebt, hebt u Hem lief; hoewel u Hem nu niet ziet, maar gelooft, verheugt u zich in Hem met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde. Wat wonderbaarlijk, in deze wereld te leven zonder angst, zorg of wens. Maar één ding te moeten doen, wandelen door het geloof en zo God te behagen. Want zonder geloof echter is het onmogelijk Hem te behagen. Vers 6 Om God te behagen moeten we niet alleen in Hem geloven, maar wij moeten ons ook herinneren, dat Hij de beloner is van hen, die Hem zoeken. Dat betekent niet, dat men Hem alleen grote moeite, beproevingen of grote vreugde moet brengen en de kleine dingen laten liggen alsof zij van geen waarde zijn. Integendeel, we moeten Hem zoeken in de kleinste omstandigheden van ons leven. In alle dingen, zoals we leren in Filippi 4 vers 6. Weest in niets bezorgd, maar laat in alles, door gebed en smeking met dankzegging, uw verlangens bekend worden bij God. Wij moeten Hem alles brengen en dan zullen we ervaren, dat God de beloner is van hen, die zo handelen. Als God ons het eeuwige leven gegeven heeft, meent u dan, dat Hij ons ook niet een beker koud water zal geven als wij het hem vragen? Natuurlijk zal Hij dat doen en dat met evenveel waardigheid alsof Hij ons een troon gaf. Waarom maken zoveel mensen schulden, waarom stelen zij? Juist, omdat zij niet in God geloven. Als wij in Hem geloofde, zou Hij ons alles geven waaraan wij De rechtvaardige zal door het geloof leven 2

behoefte hebben. Kijk hoe God tegen Israël spreekt in Maleachi 3 vers 10 beproeft Mij nu daarin, zegt de HEERE der heerscharen, of Ik u [dan] niet opendoen zal de vensteren des hemels, en u zegen afgieten, zodat er geen [schuren] genoeg wezen zullen. Als wij geloof hebben in God, zal Hij ons alles geven wat wij nodig hebben en als iemand geloof heeft voor anderen, kan hij op God rekenen voor de anderen. Zo zegt Paulus: Maar mijn God zal in al uw behoefte voorzien naar zijn rijkdom in heerlijkheid in Christus Jezus. (Fil.4:19) Laten we beter leren kennen wie Hij is, door Hem ijverig te zoeken in het gebed van het geloof. Vers 7 In vers 7 wordt het geloof ons voorgesteld met kracht en eenvoud. De kracht waardoor wij het heil bereiken. Op te merken is hierbij, dat het geloof geen erfenis is, die wij ontvangen omdat we kinderen van Adam zijn of alleen maar als schepselen. Het geloof is het gevolg van de openbaring en alleen het deel van hen, die zich voor deze openbaring neerbuigen. Paulus zegt: Maar niet allen hebben het evangelie gehoorzaamd Dus is het geloof uit de prediking, en de prediking door het woord van Christus (Rom. 10:16, 17). Noach is een treffend voorbeeld van iemand, die zich heeft gebogen voor de openbaring, die God hem gaf en dat bracht in hem geloof in het heil voort. Inde Schrift wordt dat geloofsgehoorzaamheid genoemd. Hij werd gered door het geloof, dat de goddelijke kracht was, waardoor hij deed, wat God hem had gezegd. God had tegen hem gezegd, dat Hij de hele aarde zou laten overstromen en de vrees voor het dreigende oordeel gaf ongetwijfeld aanleiding in hem, net zoals bij de gevangenbewaarder in Filippi, deze vraag te stellen: Wat moet ik doen om behouden te worden? (Hand. 16:30). Als God tegen hem zegt: Bouw een ark, doet hij dat zonder vragen, hij gelooft, hij vreest en gehoorzaamt. Wij kunnen niet snel voorbijgaan aan de gedachten van God, vol van genade, betreffende allen die ons dierbaar zijn. God zegt tegen Noach een ark te bouwen voor hemzelf en voor zijn huis. Het geloof van Noach omvatte ze allemaal. Noach deed wat God hem bevolen had. De wereld kan lachen en hem een dwaas noemen. Ze hebben ongetwijfeld naar hem geroepen: Wat doe je Noach? Ben je gek geworden dit onmetelijke schip te bouwen, dat nooit ergens voor zal dienen? Zo ver van de zee en zo hoog boven zeeniveau? Waar moet het water vandaan komen om het te laten drijven? 120 jaar lang zette hij vreedzaam zijn werk voort ondanks het ongelovig spotten, terwijl hij de gerechtigheid door woord en daad predikte aan de mensen, die hem omringden. Iedere spijker die Noach in de ark sloeg, veroordeelde hen, ieder woord uit zijn mond vertelde hun, dat hij zag op het oordeel, dat over de wereld zou komen, maar dat er heil voor hem zou zijn. Doen wij dat ook?het heeft geen nut het Woord van God te lezen, als we het niet in praktijk brengen. Dat dient alleen maar om ons in eigen ogen trots te maken, zoals elke verstandelijke kennis doet. Wij moeten in het licht van de heiligheid van God blijven en het Woord laten werken, dat scherper is dan enig tweesnijdend scherp zwaard. Het is nutteloos de wereld rond te lopen onder het roepen van: Ik ben gered. Dat moet gekend worden uit elk van onze woorden of daden. Laten we ook opmerken, dat niet tegen Noach werd gezegd dat hij een ark voor zichzelf alleen moest bouwen, maar ook voor zijn huis. Kunnen wij vertrouwen hebben in de man, die zegt: Ik ben gered. En dan met de armen over elkaar gaat zitten en zegt: Als mijn kinderen gered moeten worden, zullen zij het zelf moeten doen. Dat moet een hard hart zijn, dat het heil van zijn kinderen laat verwaarlozen, als iets waar hij geen zorg of verantwoordelijkheid heeft. Het geloof als kracht waardoor gelovigen God volgen op het pad van zegen wordt beschreven in vers 8 en 9. Vers 8 Het pad van het geloof dat Abraham gaat is een schitterend voorbeeld voor hen die het volgen. In Genesis 12 staat het historische feit van de roeping van Abraham en de manier waarop Stefanus dit onderwerp voorstelt in Handelingen 7 werpt er aanvullend licht op. Abraham, die na de zondvloed kwam, toen Satan zich de plaats had toegeëigend van God in de gedachten van de schepselen, kwam uit een afgodische familie, die hout en steen aanbaden. (Joz.24:2) God openbaarde zich persoonlijk aan hem en zei tegen hem naar het land te gaan, dat Hij hem zou wijzen. In het begin zei Hij niet tegen hem over welk land het ging. God wilde dat Abram Hem zou volgen, zonder te weten, waar hij heenging. Dat vereiste van de kant van Abram een volledig vertrouwen in Hem die hem leidde. Zeker in het begin, was Abrams geloof zwak en wankelend. Hij wachtte tot na de dood van Terah, maar tenslotte vertrok hij eenvoudig met God, niet wetend waar hij komen zou. Wij moeten het geloof inbrengen in elk aspect van het dagelijkse leven. Lijken wij op Abel, die God een aangenaam offer bracht? Of op een Henoch die met God wandelde? Of zijn we Noach, die de wereld veroordeelde? Zijn we als Abram, een getuige voor God die net zoals de Thessalonikers, zich van de afgoden tot God hadden gekeerd, om de levende en waarachtige God te dienen en om Zijn zoon uit de hemel te verwachten (Joz. 24:2, 14; 1 Thes. 1:9, 10)? Verwerkelijken we voldoende in onze harten wat het is een christen te zijn? Wij zijn gelukkig dat we weten gered te zijn en de zekerheid hebben dat we gezegend worden in de hemel aan het einde, maar hoe staat het met onze hemelse roeping? Als wij zeggen: Ons burgerschap is in de hemel. Zal Hij niet toelaten dat wij ons installeren op aarde. Hij wil dat we pelgrims en vreemdelingen zijn. Wij maken graag plannen en richten ons graag gerieflijk in, in het leven. Maar God werpt dat alles omver. Als wij in onze gebeden vragen De rechtvaardige zal door het geloof leven 3

om gelijkvormig gemaakt te worden op Christus, willen wij daarmee dan zeggen, dat wij wensen verlost te worden van alles wat een hindernis zou kunnen vormen voor de gelijkenis? Hij wil werkelijkheid in onze gebeden. Abraham ging uit, niet wetend waar hij komen zou. Hij ging alleen met God. Dat moeten wij ook doen, en daarom hebben we een eenvoudig geloof nodig. Vers 9 Hier schittert het geloof van Abraham op een treffende wijze en op een manier, die ons dikwijls verootmoedigt, want wij zijn wel in staat onze kinderen buiten de zegen te laten. Hebreeën 11 geeft ons twee voorbeelden dat kinderen op dezelfde plaats gebracht worden als hun ouders. Noach bouwde een ark voor zich en zijn huis. Abraham woonde in tenten met Izak en Jakob, erfgenamen van dezelfde belofte. Laten we hier opmerken dat er niet alleen wordt gesproken over de zoon maar ook over de kleinzoon. Wat wij nodig hebben is een geloof, dat God aan Zijn woord houdt. Als we dat doen, dan hebben wij alles. Talloze zegeningen voor onszelf en voor anderen. Het bewustzijn dat God tegenwoordig was en hem leidde, stelde Abraham in staat naar een land te gaan, dat hij niet kende en zijn hele familie met zich mee te nemen. Naarmate we verder lezen komen we in dit hoofdstuk, zien we hoe langer hoe meer, hoe het geloof alle dingen ui de hand van God ontvangt, zelfs de natuurlijkste en eenvoudigste. Vers 10 Als we dit vers goed lezen, is het goed te bedenken, dat noch de mens of Satan ooit iets hebben geschapen. We zouden ons dan ook kunnen afvragen: heeft God echt die dingen geschapen die men nu ziet en zo openlijk tegengesteld zijn aan wat Hij is? Zeker heeft Hij het gemaakt, maar iets wordt pas slecht door het gebruik. Het misbruik dat de mens er van maakt, maakt het tegengesteld aan God. God heeft de stad gebouwd, het was een goddelijke en niet een menselijke gedachte. Abraham kon dus een stad verwachten, maar het was de stad die fundamenten heeft, waarvan God ontwerper en bouwmeester is. Toen mensen een stad begonnen te bouwen, deden zij dat uit wantrouwen tegenover God. Zij wilden zich een naam maken en niet verstrooid worden over de aarde, waarvan God gezegd had, dat ze die moesten vervullen. De tijd door God vastgesteld om een stad te bouwen was nog niet gekomen. God verwarde dan ook de spraak en de mensen waren zodoende niet in staat af te maken wat wij waren begonnen. God had toen nog geen stad en Abraham wilde er dan ook geen hebben en hij woonde in tenten in de verwachting van de stad van God. Dat heeft voor ons een grote praktisch waarde. Wij moeten overwegen of wij zonder stad en zonder burgerrechten willen zijn of dat wij integendeel op aarde een naam zoeken te krijgen. De wereld bewaart in haar geschiedenisboeken namen van mannen, die in haar ogen groot waren. Maar God heeft ook een boek waarin Hij opschrijft alles wat wij doen, hetzij goed, hetzij kwaad. In de vier evangeliën heeft Hij ons een voorbeeld gegeven van wat Zijn boeken zijn. Daar vinden we het verhaal van wat de Heer Jezus heeft gedaan in de mate dat het God heeft behaagd het voor ons te bewaren voor onze tegenwoordige vreugde en vrede. Het overige zullen we spoedig kennen in de hemel. Niets gaat verloren of wordt veronachtzaamd. God weet alles wat Zijn geliefde Zoon heeft gezegd en gedaan en Hij heeft het zorgvuldig bewaard. Wat een schat moet dat zijn, als we teruggaan naar Johannes 21:25. God noteert ook al onze daden, woorden en gedachten en al wat in Zijn boek gevonden zal worden, zal onze plaats bepalen van de waardigheid in de hemel. Wij moeten goed begrijpen dat, dat geen kwestie van het heil is, maar van beloning. Alle geredden zullen in de hemel zijn, maar allen zullen er niet dezelfde plaats hebben. De Heer Jezus zal natuurlijk de hoogste plaats hebben en dat niet allen omdat Hij de Zoon van God is, maar omdat Hij op aarde altijd de laagste plaats heeft ingenomen en God in volmaaktheid heeft gediend. Niet de grootste op deze aarde zal de hoogste plaats in de hemel hebben en sommigen die onder de allerarmsten zijn geweest, zullen de rijkste zijn. Dat wil zeker niet zeggen, dat wij een plaats in de hemel moeten kopen door onze werken op aarde, maar wij allen moeten geopenbaard worden voor de rechterstoel van Christus, opdat ieder ontvangt wat in het lichaam is gedaan, naardat hij heeft bedreven, hetzij goed hetzij kwaad. (2 Kor. 5:10) want de ene ster verschilt van de andere ster in heerlijkheid. Zo is ook de opstanding van de doden (1 Kor.15:41, 42). Hun die om Christus wil, niet op aarde hebben gehad, zullen een rijk deel hebben in de hemel. Vers 11 en 12 We zien hier het geloof als wezenlijke bron van het huiselijke leven. Wij vinden Sara voorkomend in de verborgenheden van God, in wat wij zouden kunnen noemen de allernatuurlijkste dingen. Haar geloof rekende op God en God laat ons zien, hoe Hij helpt, want Hij wacht met handelen tot er geen hoop meer is van de natuur. Hij had hun een zaad beloofd. Abraham zou tot een groot volk worden en toch hadden zij geen zoon. Hoe zou dat gaan? Het geloof verwacht het antwoord van God en in zekere zin werd Sara de moeder van Christus, want van Izak is Juda voortgekomen en van Juda, Christus. Is het niet merkwaardig om te zien hoe God en Zijn archieven zoveel vlekken en gebreken onder stilzwijgen voorbijgaat, die wij zouden kunnen opnoemen over Abraham en Sara? Hij gaat zelfs voorbij aan het lachen van Sara en herinnert alleen maar haar geloof. Vers 13 In het geloof zijn deze allen gestorven. Zelfs in de natuurlijke dood was het geloof werkzaam. Het is niet De rechtvaardige zal door het geloof leven 4

door het geloof of volgens het geloof, maar in het geloof. Hun geloof hield de onzienlijke dingen vast en zij stierven in de zekerheid van ze te bezitten. Hun dood was niet, om met een menselijke uitdrukking te zeggen, de tol betalen aan de natuur, maar een kracht van het goddelijk leven, die in de dood werkte. Het is één ding, iets van ver te zien en een ander ding ze aan te grijpen door het geloof. Abraham greep de beloften en dat maakte hem tot een pelgrim. Niet dat er enig kwaad schuilt in het hebben van een huis en het wonen in een stad, dat kan heel behoorlijk voor ons zijn en zekere zin, maar er kan gevaar schuilen in de invloed die deze dingen op ons hart uitoefent. Wij moeten in als ons doen en laten op aarde, openbaren dat wij vreemdelingen zijn en duidelijk verklaren dat wij een vaderland zoeken. Het is duidelijk dat we de aardse dingen moeten gebruiken, maar ze moeten niet het doel van ons hart worden. Er is soms zo weinig nodig om ons in verwarring te brengen en ons te beroven van de gemeenschap met de Heer. Wij kunnen snel boos worden en lichtzinnig spreken. Toen Lot de weg koos, die Abraham zou hebben kunnen verkiezen, zegt Abraham eenvoudig: Laat toch geen twist zijn tussen mij en tussen u, zo gij de linkerhand [kiest], zo zal ik ter rechterhand gaan; en zo gij de rechterhand, zo zal ik ter linkerhand gaan (Gen. 13:8, 9). De zaak had geen enkele invloed op zijn hart en hij kon zeggen, dat hij alles liever accepteerde dan ruzie. Wij moeten in iedere bijzonderheid van het leven duidelijk openbaren, dat wij een vaderland verwachten. Is dat zo met ons en ziet de wereld verschil tussen ons en haar in alle dingen? Laat het zo zijn door de genade van God. Oorsprong: Le Messager Evangélique 1959-169 Titel: Le Juste vivra de foi De rechtvaardige zal door het geloof leven 5