Balanceermachine GEBRUIKERSHANDLEIDING



Vergelijkbare documenten
Balanceermachine GEBRUIKERSHANDLEIDING

Balanceermachine GEBRUIKERSHANDLEIDING

Balanceermachine GEBRUIKERSHANDLEIDING

Bedieningshandleiding. Balanceermachine. model Z120

Bedieningshandleiding. Balanceermachine model Z80

GEBRUIKSAANWIJZINGEN

Handleiding Alma Rally & Alma Rally Off-road

Elektrische muurbeugel

Handleiding: instelling en werking E-Drive LCD display

Banden de- en montage machine

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

Gebruikhandleiding TC-500

A&E Trading b.v. Lineaire aandrijftechniek. Montage handleiding TM262

Onboard auto camera Caméra embarquée

TechGrow HS-1 PORTABLE CO 2 METER HANDLEIDING. software versie: 1.00

Gebruiksaanwijzing Ultrasone wanddiktemeter TM 8812

FAAC Tubular Motors Schaapweg BA Vlodrop

AUTO EQUIPMENT BALANCEREN

VOS-12035(10L) VOS-12036(36L)

Handleiding Teknatool houtdraaibank Nova DVRxp Nederlands bij gebruik van de originele Engelse handleiding

ASA espeed B25.14 en B45.14 Vanaf firmware versie D29

GEBRUIKSAANWIJZING Toerentalmeter PCE-DT 66

Gebruiksaanwijzing Digitale Deur Spion deurvideo kit

TL2200QVP. Handleiding SteekRegulator

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

PowerGrade. Korte gebruiksaanwijzing

Handleiding: instelling en werking E-Drive LCD display

Gebruiksaanwijzing PCE-123

XTC (Mk3) PROPORTIONELE SWITCHBOX CONTROLS (7 Service)

GEBRUIKSAANWIJZING Toerentalmeter PCE-DT 66

Om de voorwiel te monteren dient u eerst de voorvork stangen te draaien, totdat deze naar voren wijzen.

HANDLEIDING SHEETPRESS R30

Installeren van de Forest Shuttle. Home Automation by

Handleiding transparant waterbad VOS-12034

Programmeerhandleiding Nelson Turf EZ Pro Jr. voor de types 8304, 8306, 8309, 8312, 8374, 8376, 8379, 8382

Bedrade afstandbediening Introductie van het spare part. Knoppen en display van de afstandbediening.

Gebruikershandleiding

TechGrow HS-1 PORTABLE CO 2 METER HANDLEIDING. software versie: Uitgifte datum:

ASA espeed B25.14 en B45.14 Tot en met firmware versie D28

Afstandsbediening Telis 16 RTS

1.QUICKSTART GUIDE 3 2. PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG 4 3.DEURBEL AANSLUITEN OP STROOM EN BEVESTIGEN AAN DE MUUR 4 4.HET SCHERM IN GEBRUIK NEMEN 7

Kit code: KT XTI Configuratie: Kit inhoud: Geschikt voor:

Handleiding Remote control thermostaat

1. Druk op de ontgrendelknop om de zuurstofslang los te. 2. Verwijder de slang. koppelen. Loskoppelen: Meer inhoud beschikbaar.

HANDLEIDING SCOREBORDEN OPTIE 7 Versie 2.0 / augustus 2011

HANDLEIDING! " # $ %! & ' ' ' % $ %! & ( % ) * +, -. +/ ". +/

Gebruikershandleiding

VERKORTE GEBRUIKSAANWIJZING TMC 212. Toro Modulaire Controller REGENAUTOMAAT

Fluid Ergometer Computer V.8012

INSTALLATIE INSTRUCTIES

Sensoren bereik. Display status

HANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL

Byzoo Sous Vide Turtle

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

Byzoo Sous Vide Hippo

Bediening van de Memory Stick-speler

Multi Zwenkarm pers. Gebruiksaanwijzing INTRODUCTIE

Deze pompschakelaar kunnen wij U aanbieden voor 79 gemonteerd en wel. Zie onderstaande beschrijving van deze unieke pompschakelaar

TRUST WIRELESS AUDIO / VIDEO TRANSMITTER 100V

Gebruikers handleiding. Mercurius. P2000 alarmontvanger

Handleiding Euroflex Basic & Classic

Handleiding: instelling en werking LCD display t.b.v. ombouwset 007 en prolithium Daily Driver, Juice, Stick, Heavy Duty, Hammer en Monster

Bandenwisselaar handbediend

GPS repeater. Inleiding

CA2010 Handleiding Digitale Alcoholmeter

Dit apparaat is een programmeerbare magnetische fiets. Het apparaat bestaat uit drie delen: de motor & controller en het magnetische remsysteem.

Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen. 1.1 Aftekenen montage gaten

Galcon 9001 D gebruiksaanwijzing 1. Onderdelen overzicht

HANDLEIDING BUISMOTOREN SERIE 35 EN 45 R

Montage instructie Mechanisch codeslot. Montage instructie Mechanisch codeslot met krukbediening Type KNSV 5150 SCP

Sinthesi Deuropenermodule

Alleen voor Trip 2, 2L, 3 en 5W Gebruikershandleiding. NEDERLANDS

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

Handleiding EMDR Lightbar

Als u de machine aanzet zal de geurindicator knipperen als hij bezig is de conditie van de ruimte op te slaan in zijn geheugen.

HANDLEIDING BUISMOTOREN SERIE 45, 55, 59, 64 M

Bedieningen Dutch - 1

Aanmelden afstandbediening.

PARTYQ GEBRUIKERSHANDLEIDING 1.0 VOOR FIRMWARE 1.0

Handleiding Oxan Radio met obstakeldetectie

Installatiehandleiding

HANDLEIDING MOTOR CONNECTOR SET. Gebruikershandleiding voor in hoogte verstelbare bureau s cm

GIDS VOOR DE GEBRUIKER

Float Control Installatie handleiding

Handleiding Nederlandssprekend radiogestuurd solarhorloge, model Unisex

Hastings Rundax HD-20 Loopband. Gebruikershandleiding. Versie 1.0

Fuel Fitness CT120 Loopband. Gebruikershandleiding. Versie 1.0

1. Naam van het product Bubbelpaneel. 2. Product code Kleur Zwart of wit

HANDLEIDING VOOR STRINGLAB 2. (concept)

1.QUICKSTART GUIDE 3 2.PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG 4 3.MONTEREN EN AANSLUITEN VAN DE DEURBEL OP STROOM 5 4.NEERZETTEN OF MONTEREN VAN HET SCHERM 6

Gebruikershandleiding.

MOTOPLAT VC-09ST. Handleiding Versie

GEBRUIKSAANWIJZING VRAGEN? OPGELET. Model Nr. WEFMBE Serial Nr. Schrijf het serienummer hierboven voor verdere raadpleging.

DucoBox Focus HANDS ON. BE(nl)

Veel gestelde vragen:

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 15 versie

1. Sluit de zuurstofslang aan op de connector. 2. Sluit de zuurstofslang aan. U hoort een klikgeluid wanneer de slang goed is vastgemaakt.

Gebruikers handleiding. JupiterPro. P2000 alarmontvanger

Inbouw handleiding Multi-Media Unit Mitsubishi Lancer

DIT is TV Deluxe 4K aansluiten. HDMI kabel/aansluiting. B Internetkabel/aansluiting Geen internetkabel? Stel dan uw WiFi in (zie onderaan deze pagina)

Transcriptie:

- 1 -

1 Algemeen 1.1 Algemene veiligheidsregels De balanceermachine mag alleen gebruikt worden door personeel dat daar gemachtigd voor is en voldoende opgeleid is. De balanceermachine mag alleen maar gebruikt worden voor de doeleinden die beschreven staan in het de handleiding. De balanceermachine mag niet aangepast worden op wat voor een manier dan ook, tenzij deze aanpassingen expliciet worden voorgeschreven door de fabrikant. Verwijder de beveiligingen aan de balanceermachine niet. Er mag alleen maar door gespecialiseerd personeel gewerkt worden aan de balanceermachine. De balanceermachine niet schoonmaken met compressorlucht. Gebruik alcohol om de plastic panelen schoon te maken.(vermijdt vloeistoffen die oplosmiddelen bevatten) Voordat met het wiel gaat balanceren, moet met men er zeker van zijn dat het wiel veilig tegen de flens aan zit. Degene die de balanceermachine bediend mag geen kleren dragen met loshangende/flapperende delen. Sta niet toe dat onbevoegd personeel de balanceermachine benaderd als men aan het balanceren is. Plaats geen voorwerpen op/naast/onder de balanceermachine die juiste werking van deze machine zouden kunnen beïnvloeden. 1.1.1 Standaard veiligheidsregels De stop knop om het wiel te stoppen tijdens noodgevallen Gebruik de beschermkap indien deze met de machine geleverd is. 1.2 Werkgebied De machine is ontworpen om wielen te balanceren van auto s, kleine bedrijfswagen en motorfietsen die minder wegen dan 75 kg. De machine kan gebruikt worden bij temperaturen tussen 0 en 45 graden Celsius. 1.3 Maatvoering 1.4 Technische data 1-fase voeding 230V - 50/60Hz of 115V - 50/60 Hz Beveiligingsklasse IP 54 Maximaal opgenomen vermogen 0,65 kw Balanceersnelheid < 100 omw/min Maximale meetresolutie 0,5 gram Gemiddelde geluidsproductie < 70dB (A) Afstand tussen velg en machine 0 270 mm Breedte bereik van de velg 1.5 20 of 40 510 mm Diameter bereik van de velg 10 30 of 265 765 mm - 2 -

2 Het plaatsen en verplaatsen van de machine OPMERKING: til de balanceermachine niet op aan andere punten dan die aangegeven zijn 3 Opstarten 3.1 Vastzetten van de machine De machine kan gebruikt worden op iedere niet veerkrachtige vloer. Zorg ervoor dat de machine alleen rust op de 3 steunpunten die er op zijn gemonteerd. 3.2 Elektrische aansluitingen De machine is uitgevoerd met een een-fase kabel plus een aarde aansluiting. Als de kabel van de machine verlengd wordt dan moet deze kabel minimaal een doorsnede hebben van 1,5mm2 De voedingsspannning en de frequentie van de machine staat vermeld op het identificatieplaatje, deze mogen niet worden veranderd. Het elektrisch aansluiten van de machine moet altijd gedaan worden door vakbekwaam personeel. De machine mag niet worden aangesloten zonder een goed aardpunt. De machine moet via een traag werkende veiligheidsschakelaar van 3A(230V) of 8A(115V) worden aangesloten op de netspanning. 3.3 Het monteren van de flens Het balanceerapparaat wordt compleet geleverd met conusflenzen voor het monteren van wielen met een centrale opening. Om ander optionele flens adapters te monteren: a) verwijder het draadeind A nadat schroef B is losgedraaid b) monteer de nieuwe flens OPMERKING : maak eerst de oppervlaktes van de gekoppelde delen goed schoon voordat er mee gewerkt mag worden. 3.4 Aan- en uitzetten van de machine De machine wordt aan en uitgezet met de zwarte schakelaar aan de linkerkant van de machine. - 3 -

3.5 Monteren van de velg op de as Schuif eerste juiste conus op de as voor een goede centrering van de velg. Schuif de velg met de binnenkant naar de machine toe over de as. Schuif de opspanmoer over de as tegen de velg aan, draai deze goed vast. Hierbij kan het rempedaal gebruitk worden om ervoor te zorgen dan de as niet gaat draaien. 4 Het controle paneel - 4 -

1-2 Hoeveelheid onbalans binnen/buiten 3-4 Positie van onbalans, binnen/buiten 5 Drukknop voor selectie correctie methode 6 Indicators, geselecteerde correctie methode 7 Indicators, gemaakte selectie 8 Drukknoppen om waardes te veranderen of door het menu te lopen 9 Drukknop voor het functie menu. 10 Balanseer cycle stopknop 11 Balanseer cycle startknop 12 Positie herhaal drukknop 13 Drukknop om ombalans op te splitsen voor spaakvelgen. 14 Drukknop OK voor menu selectie 15 Drukknop, voor fijne onbalans uitlezing < 5 g (.25 oz) 16 Drukknop, gebruiker selectie 17 Drukknop, selectie gram/ounces 18 Indicator afstand meetarm 5 Gebruik van de machine 5.1 Het instellen van de wielafmetingen Bij het gebruik van klem gewichten voor stalen velgen moet men de meetarm gebruiken zoals afgebeeld in afbeelding (A) hieronder. Bij het gebruik van plak gewichten wordt de meetarm in de posities gebruikt zoals aangegeven in afbeelding (B) hieronder. OPMERKING : gebruik altijd het ronde uiteinde van de meetarm om op de velg te laten rusten. Wanneer de meetarm in beweging is laat het display het volgende zien: Wanneer de positie is opgeslagen laat het display het volgende zien: Er zal ook een signaal te horen zijn als dit is ingesteld. De balanceermachine vindt automatisch het juiste programma voor stalen en aluminium velgen (ALU-S) De plaats van het te plakken(slaan) gewicht kan veranderd worden door gebruik te maken van de toets ALU. - 5 -

Fig 5c Trek de meetarm zover uit dat hij de binnenste rand van de velg raakt. Houdt de meetarm in deze positie totdat er piep klinkt. Fig 5d Indicatie op de display dat er nog een maat handmatig moet worden ingesteld Breng de meetarm weer in zijn beginpositie. De meetarm heeft nu automatisch de afstand en diameter van de velg gemeten en gaat nu over op handmatige instelling van de breedte van de velg. De breedte van de velg is normaal vermeldt op de velg zelf. Als dit niet het geval zou zijn dan moet men de speciale plastic meettang nemen en daarmee zelf de breedte van de velg meten. (deze meettang zit standaard bij de machine) Met de drukknoppen kan de juiste breedte maat ingevoerd worden. Wanneer de wielafmetingen verkeerd zijn ingevoerd, kunnen de parameters verandert worden zonder de balanceer cycle te herhalen, door 2 seconden op de OK knop te drukken. Gebruik daarna de op en neer knoppen om de (a) afstand, (b) breedte en (d) diameter te selecteren en de OK knop om te kunnen veranderen in het geval van standaard klemgewichten. In het geval van plakgewichten: (a1) binnen afstand, (a2) buiten afstand, (d1) binnen diameter, (d2) buiten diameter. Druk daarna op de STOP knop om het onbalans opnieuw te berekenen of gebruik de meetarm om de meting opnieuw uit te voeren en druk daarna op de STOP knop om te berekenen. - 6 -

5.2 Automatische breedte meting (optie) Aan het einde van het automatisch meten van de afstand en diameter het volgende verschijnt op het display: Voor grote banden die ver uit de velg steken gebruik de knop N.T. = normale band L.T. = grote band om te selecteren tussen: Sluit de wielkap langzaam totdat men een piep-geluid hoort. Wanneer automatische start is aangezet, dan zal de machine meteen beginnen met meten. Anders zal men op de start knop moeten drukken. 5.3 Meting resultaat Beweeg het wiel met de hand totdat alle LEDs aan de linker of rechter kant branden. Het display laat de gemeten onbalans zien in gram. Om het onbalans met zeer lage tolerantie zien gebruik de knop, deze verschijnen dan in beeld. Nadat het wiel in de juiste stand is gedraaid en vastgehouden (gebruik bijvoorbeeld het rempedaal) kunnen de gewichten geplaatst worden. 5.4 Statisch onbalans De statische onbalans kan geselecteerd worden met de centrale display. De positie is aangegeven op de LED s links en rechts. knop en wordt weergegeven op het 5.5 Exact plaatsen van plakgewichten met de meetarm. Druk op de knop als er wordt gewerkt met plakgewcihten aan de binnenkant van de velg. - 7 -

Plaats het plakgewicht in de speciale ruimte op de kop van de meetarm, met de plakkant naar de velg toe. Zorg ervoor dat het wiel in de goede positie staat door te kijken naar de LEDs Trek de meetarm uit, wanneer de juiste afstand is gevonden zal een een piep-geluid te horen zijn. Draai de arm totdat het plakgewicht de velg raakt aan de binnenkant en monteer het gewicht. Binnenste positie plakgewicht: Buitenste positie plakgewicht: Om deze functie uit te schakelen, kan weer op de knop gedrukt worden. 5.6 SPLIT functie De SPLIT functie wordt gebruikt om de plakgewichten achter spaken van de velg te positioneren (met een minimale hoek van 18 graden tussen de spaken). Gebruik deze functie in de ALU en STATIC mode waarbij de plakgewichten aan de binnenkant van de velg worden geplakt. Voer de wielgegevens in bij de LAU M modus en druk op START. a. Draai het wiel naar de onbalans positie voor het gewicht aan de buitenkant van de velg. b. Draai het wiel zodat een van de spaken op de 12 uur positie (positie 1 in de afbeelding) en druk op - 8 -

c. Draai het wiel door de richting van de LEDS te volgen zodat de tweede spaak op de 12 uur positie staat en druk op De waarde die gebruikt moet worden voor de correctie van de onbalans in positie 2 wordt weergegeven. d. Draai het wiel terug naar positie 1, dan zal het benodigde gewicht voor die positie ook weergegeven worden. Om terug te keren naar de normale onbalans indicatie, kan op iedere knop gedrukt worden. Let op dat de hoek tussen de spaken van het wiel ten minste 18 graden moet zijn en maximaal 120 graden. Indien niet het geval is kunnen de errors 24, 25 en 26 weergegeven worden. Wielen met ongelijke hoeken tussen de spaken kunnen worden gecompenseerd. 5.7 Programma voor twee gebruikers Dit programma geeft de mogelijkheid om de gegevens van twee verschillende wielen te onthouden. Dit betekend dat twee gebruikers tegelijk met verschillende wielen gebruik kunnen maken van de machine. 1. Druk op de knop om gebruiker 1 of 2 te selecteren. 2. Voer de wielgegevens in. 3. Druk op de knop START om de meting uit te voeren zoals gewoonlijk. De meting wordt automatisch opgeslagen bij de geselecteerde gebruiker 1 of 2. Druk op de knop USER om de andere gebruiker te selecteren, de wielgegevens blijven opgeslagen. - 9 -

5.8 Automatisch minimaliseren van statische onbalans. Eerste onbalans Mogelijke benaderingen Met traditionele balancer machine Keuze met minimale statische onbalans Dit programma is ontworpen om de kwaliteit van het balanceren te verbeteren, omdat de gebruiker de volledige meting en interpretatie kan overlaten aan de machine. Met de meest voorkomende gewichten die beschikbaar zijn in een veelvoud van 5 gram zal een traditionele balanceer machine de eerste onbalans meting afronden naar de dichtstbijzijnde veelvoud van 5 gram (zie groene uitkomst in afbeelding hierboven). Hierdoor kan een statische onbalans tot 4 gram overblijven. Doordat de S820 machine is uitgerust met het automatisch minimaliseren van statische onbalans, zal deze na de meting meteen berekenen welke gewichten het beste geplaatst kunnen worden om de statische onbalans die overblijft te minimaliseren (zie rode uitkomst in de afbeelding hierboven). - 10 -

6 Setup 6.1 Menu Het setup menu wordt gebruikt om functies van het balanceer apparaat te personaliseren en om kalibraties uit te voeren. Om in dit menu te komen, druk op de FUNCTIONS MENU knop. Zie hoofdtuk onbalans optimalisatie Diameter mm/inch Breedte mm/inch Start met kap sluiten Benadering 1-5 gr. Piep geluid aan/uit Overstaande positie Zie automatische diagnose Zie kalibratie Breedte inschatting aan/uit Kalibratie van automatische meting velgafstand Kalibratie van automatische meting velgdiameter Kalibratie van meting breedte Verlaat het menu De ET functie is alleen beschikbaar wanneer de optie voor breedte meting met sonar ontbreekt. - 11 -

6.2 Onbalans optimalisatie Deze functie wordt gebruikt om de statische onbalans van het wiel te verminderen. Het is geschikt voor statische onbalans met een waarde van meer dan 30 gram. a. Als er nog geen onbalans was gemeten verschijnt START op het display, druk op de START knop om verder te gaan. b. Zet een referentie streep op de opspanvlens en de velg (met krijt bijvoorbeeld). Draai de band 180 graden ten opzicht van het wiel door met een banden demontage machine. Monteer het wiel weer op het balanceer apparaat en let op dat de strepen overeenkomen. Druk op START om de meting te beginnen. c. Display rechts: percentage reductie. Display links: statische ombalans die verminderd kan worden met het draaien van de band op de velg. d. Markeer de twee posities op de band en velg en draai de band op de velg totdat de posities overeenkomen om de onbalans te optimaliseren. e. Om deze functie op enig moment te onderbreken, dus op de STOP knop. - 12 -

6.3 Overstaande positie. Bij de normale balanceer procedure wordt het gewicht op de 12 uur positie op de velg gemonteerd. Wanneer de functie overstaande positie (OP) is geactiveerd in het menu dan geeft het display aan dat de gewichten op de 6 uur postitie gemonteerd moeren worden. Het voordeel is makkelijke plaatsen van de gewichten en schoonmaken van de velg. 6.4 Zelf-diagnose De machine kan zelf een diagnose uitvoeren om de controleren of LED s goed werken en de encoder correct reageert. Om deze fucntie uit te voeren, ga naar het SETUP menu. Tijdens de zelfdiagnose zullen alle LED s op het paneel oplichten, daarna zal de machine automatisch de encoder controleren. 6.5 Kalibratie Om de machine te kalibreren, gaat men als volgt te werk: - Monteer een stalen wiel met gemiddelde grootte op de as. (Bijvoorbeeld 6 x 15 ) - Stel de wielmaten in de machine. Let op. Indien incorrecte maten worden ingegeven in de machine voor kalibratie, dan zal de kalibratie niet goed uitgevoerd worden. Daardoor zullen alle volgende metingen incorrect zijn. Ga naar het setup menu: 1. Druk op omhoog of omlaag om naar de kalibratie functie te gaan en druk op OK. - 13 -

2. Monteer een 60 grams gewicht aan de buitenkant van de velg op een willekeurige positie en druk op START. Indien 60 gram niet beschikbaar is kan een gewicht tussen de 40 en 100 gram gebruikt worden. Dit moet wel met de knoppen omhoog of omlaag ingegeven worden. 3. Verplaats het gewicht naar de binnenkant van de velg op dezelfde positie en druk op START 4. Draai het wiel zodat het gewicht zich op de 12 uur positie bevind en druk op OK. 5. Einde van de kalibratie. 6.5.1 Kalibratie van de meetarm (velgafstand) Ga naar het setup menu. 1. Druk op omhoog of omlaag om naar de meetarm kalibratie functie te gaan en druk op OK. 2. Laat de meetarm in de rustpositie (r.p.) staan en druk op OK. - 14 -

3. Breng de meetarm in lijn met de flens en druk op OK. 4. Breng de meetarm terug naar de rustpositie. Het balanceer apparaat is nu klaar voor gebruik. 6.5.2 Kalibratie van de meetarm (diameter) Ga naar het setup menu. 1. Druk op omhoog of omlaag om naar de meetarm kalibratie functie te gaan en druk op OK. 2. Plaats het ronde gedeelte van het uiteinde van de meetarm tegen de flens zoals hieronder is te zien en druk op OK. 3. Het nummer 354 (tolerantie van ± 3) verschijnt op het display. 4. Draai de meetarm naar beneden op een afstand van 40 mm van de flens zoals hieronder aangegeven. Gebruik desnoods een conus om de juiste afstand te hebben. - 15 -

5. Het nummer 254 (tolerantie van ± 3) verschijnt op het display als het goed is. Indien dit niet het geval is, druk op de OK knop terwijl de meetarm 40 mm van de flens wordt vastgehouden. Het nummer 254 verschijnt nu op het display. 6. Breng de meetarm terug naar de rustpositie. Het balanceer apparaat is nu klaar voor gebruik. 7. Diagnose Inconsistente balanceer metingen In sommige gevallen kan het gebeuren dat de machine een andere onbalans meet wanneer een wiel na balanceren opnieuw op de machine wordt gespannen. Dit is een probleem dat veroorzaakt wordt door het incorrect opspannen van het wiel. Het wiel zit op een andere positie opgespannen ten opzichte van de as. Als het wiel met een pennenflens door de gaten van de wielmoeren is opgespannen, kan het zijn dat de moeren die correct zijn aangedraaid. Of de gaten voor de wielmoeren in de wielen hebben een te grote speling. Kleine verschillen tot 10 gram zijn kunnen mogelijk zijn na het opnieuw monteren van een wiel door montage toleranties/fouten. Als na balanceren het wiel nog steeds onbalans vertoond wanneer gemonteerd op het voertuig zal dit zeer waarschijnlijk komen door een onbalans in de rem of toleranties op de wielmoergaten. 8. Foutenweergave Tijdens het gebruik van de balanceermachine zouden er fouten kunnen ontstaan, deze fouten worden door de microprocessor herkend en weergegeven op de display. Hieronder volgt de betekenis van een aantal foutcodes: De display is zwart. Oorzaak: De balanceermachine gaat niet aan. - controleer of de stekker er goed in zit. - controleer en vervang als het nodig is de zekeringen Err. 1 Oorzaak: geen rotatie signaal - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken - vervang de encoder Err. 2 Oorzaak: te lage snelheid tijdens het meten. Tijdens het meten van de onbalans is de wielsnelheid beneden de 42 omwentelingen per minuut gekomen - controleer of er een wiel van een voertuig is gemonteerd op de balanceermachine - controleer de riemspanning - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken Err. 3 Oorzaak: te veel onbalans - controleer de instelling van de maten - controleer de sensoraansluitingen - voer de kalibratie van de machine uit - 16 -

- monteer een wiel waarvan men ongeveer weet wat de onbalans is (minder dan 100 gram) en controleer daarmee de machine Err. 4 Oorzaak: het wiel draait tegen de klok in nadat er op start is gedrukt - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken - check het lager en de veer van de encoder Err. 5 Oorzaak: terwijl de beschermkap nog open was is er op start gedrukt. - reset de fout - sluit de beschermkap - controleer de functie van de beveiligingsschakelaar - druk op de start knop Err. 7/8/9 Oorzaak: NOVRAM parameter fout - herhaal de kalibratie van de balanceermachine - schakel de machine uit - wacht tenminste 1 minuut - zet de machine weer aan en controleer of hij naar behoren werkt Err. 11 Oorzaak: de gemiddelde draaisnelheid is groter dan 240 omwentelingen per minuut - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken Err. 14/15/16/17/18/19 Oorzaak: fout in de onbalansmeting - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken - controleer de sensoraansluitingen - controleer de aarde aansluiting van de balanceermachine - monteer een wiel waarvan men ongeveer weet wat de onbalans is (minder dan 100 gram) en controleer daarmee de machine Err. 20 Oorzaak: het wiel blijft stilstaan nadat er op START is gedrukt. - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken - check de connecties op het computer bord Err. 21 Oorzaak: motor blijft aan voor meer dan 15 seconden. - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken - check de connecties op het computer bord Err. 22 Oorzaak: Maximaal aantal omwentelingen voor meting onbalans zijn overschreden. - check of er een wiel opgespannen is, danwel goed vast zit. - voer zelf-diagnose uit om de encoder te checken Err. 24 Oorzaak: Afstand tussen de spaken is minder dan 18 graden. - wanneer men de SPLIT functie wilt gebruiken moet er tenminste 18 graden afstand tussen de spaken van de velg zitten. - Herhaal de SPLIT functie met een grotere afstand tussen de spaken Err. 25 Oorzaak: Afstand tussen de spaken is groter dan 120 graden. - wanneer men de SPLIT functie wilt gebruiken moet er maximaal 120 graden afstand tussen de spaken van de velg zitten. - 17 -

- Herhaal de SPLIT functie met een kleinere afstand tussen de spaken Err. 26 Oorzaak: Eerste spaak te ver van de onbalans - de maximale afstand tussen de plaats van onbalans en de spaak kan maximaal 120 graden zijn. - herhaal de SPLIT functie met een kleinere afstand. - 18 -