Bisdom stapelt misverstand op misverstand Het aartsbisdom Utrecht ontzenuwt bisdombreed via haar website en een nieuwsbrief "tien hardnekkige misverstanden over kerksluiting in het aartsbisdom Utrecht". Helaas, kardinaal Eijk stapelt daarin zacht uitgedrukt misverstand op misverstand. Een effectieve manier om misverstanden op te lossen is door met elkaar in gesprek te gaan, maar de kardinaal heeft via zijn woordvoerders laten weten daartoe niet bereid te zijn. Wij zien ons daarom genoodzaakt opnieuw publiekelijk op zijn veronderstelde misverstanden te reageren. Vooral zijn eerstgenoemde misverstand is erg belangrijk, omdat die het voortbestaan van lokale geloofsgemeenschappen in direct gevaar brengt. Misverstand 1 Kardinaal Eijk besluit welke kerkgebouwen er dicht gaan De kardinaal stelt: Dit is onjuist. In het Aartsbisdom Utrecht beslissen de parochiebesturen of een kerkgebouw aan de eredienst wordt onttrokken. Het is niet de kardinaal, maar het parochiebestuur dat beslist over kerksluiting. Deze stelling van de kardinaal is zowel misleidend als kerkjuridisch aantoonbaar onjuist. Allereerst is het sluiten van meer dan 300 kerken een direct uitvloeisel van het bisschoppelijk beleid om gelovigen uiteindelijk te verzamelen rond de door hem bij decreet aangewezen eucharistische centra. De kardinaal bepaalt dit beleid, de pastoors en parochiebesturen voeren het uit. Maar het tweede punt is zo mogelijk nog belangrijker. De meeste kerkgebouwen zijn weliswaar eigendom van de parochie, maar parochiebesturen hebben geen zeggenschap over de bestemming van de kerk. Zij kunnen hoogstens een besluit hierover voorbereiden (vaak met assistentie van de Maliebaan) en een voorstel doen, maar volgens canon 1222, par. 2 van het Wetboek Canoniek Recht kan alleen de bisschop daarover beslissen. Dit geldt niet alleen voor een bestemmingswijziging zoals onttrekking aan de eredienst, maar om een kerkgebouw te mogen verkopen is een schriftelijke machtiging van de bisschop vereist. Dat de kardinaal wel degelijk weet hoe het kerkjuridisch zit, blijkt onmiskenbaar duidelijk uit de door hemzelf opgestelde handleiding bij kerksluiting voor parochiebesturen Het onttrekken van een kerkgebouw aan de goddelijke eredienst. Een tweetal letterlijke citaten hieruit: Voor de sluiting, herbestemming of verkoop van een kerkgebouw is noodzakelijk dat de aartsbisschop eerst bij onherroepelijk (d.w.z. een niet meer voor bezwaar respectievelijk beroep vatbaar) decreet heeft besloten om het desbetreffend kerkgebouw aan de goddelijke eredienst te onttrekken. Het is dus van essentieel belang dat het parochiebestuur de aartsbisschop tijdig schriftelijk een gemotiveerd verzoek voorlegt om een bepaald kerkgebouw aan de goddelijke eredienst te onttrekken. Dit liefst ruim voor het tijdstip waarop het parochiebestuur een machtigingsverzoek tot verkoop van het kerkgebouw aan de aartsbisschop voorlegt. Kan het nog duidelijker? Er is er maar één die beslist, en dat is de bisschop.
Waarom blijft de kardinaal hardnekkig misleidende informatie verspreiden? Het is voor een bisschop zeer moeilijk, zo niet onmogelijk om een vitale geloofsgemeenschap haar kerk te ontnemen. Volgens het canoniek recht mag een bisschop alleen in het uiterste geval een kerk aan de eredienst onttrekken. En gelovigen hebben het recht om tegen een dergelijk bisschoppelijk decreet in beroep te gaan bij het Vaticaan. Bij het bepalen van de vereiste zwaarwichtige reden, moet elk geval op zichzelf worden beoordeeld. Hoewel de bisschop de nood of behoefte van omliggende parochies of ook van het diocees in totaliteit mee mag wegen, moet hij zijn decreet altijd baseren op een motief dat specifiek van toepassing is op de betreffende individuele parochie cq. kerk. (Citaat uit een brief van de Congregatie voor de Clerus van 30 april 2013) Het gevoel van parochianen dat hun kerkgebouw ten onrechte opgeofferd wordt aan het belang van de totale fusieparochie is in veel gevallen niet alleen begrijpelijk maar ook terecht. Ga in beroep tegen een sluitingsdecreet van de bisschop De kardinaal is voornemens meer dan 300 kerken te sluiten. Een groot aantal behoort toe aan nog vitale lokale geloofsgemeenschappen. Als die in beroep zouden gaan bij het Vaticaan tegen een sluitingsdecreet, maken zij grote kans dat het decreet nietig wordt verklaard. Daarmee brokkelt het fundament af onder het sluitingsbeleid van de kardinaal. En luister niet naar het parochiebestuur Maar door net te doen alsof het parochiebestuur de sluitings- en verkoopbeslissingen neemt, voorkomt de kardinaal dat protesterende gelovigen tegen zijn decreet in beroep gaan. Wij hebben kontakten met een aantal geloofsgemeenschappen die helaas te laat hebben ontdekt dat ze door het parochiebestuur misleid zijn. Zo ontvingen we onlangs het volgende bericht over de geloofsgemeenschap De Vecht uit de fusieparochie Levend Water. De Vecht is in financieel opzicht de witte raaf in de hele parochie. En ook ten aanzien van vitaliteitscriteria scoort het bijzonder goed. Helaas hebben de parochianen van De Vecht - uit pure onmacht - het hoofd in de schoot gelegd, na zich op de hoorzittingen nog fel te hebben verzet. Al sinds begin januari 2015 stond namelijk dit plaatje met bijbehorende tekst van het parochiebestuur al op de website en in de Clarakrant: Ons kerkgebouw is verkocht Al een tijdje waren er geruchten dat er een koper was voor de kerk, nu is het dan zover. De kerk is verkocht aan de familie Overmars en compagnon. Op maandag 29 december is de akte van verkoop van de kerk getekend.
Officieel moet de aartsbisschop nog toestemming geven tot verkoop. We verwachten deze goedkeuring in de komende maand te ontvangen. Vooruit lopend hierop is al een datum gepland voor de allerlaatste Eucharistieviering in de kerk. Deze viering zal plaatsvinden op zaterdag 21 februari om 19.00 uur. Kort daarna zal de kerk aan de eredienst worden onttrokken. In de volgende Vita en Clara zult u er meer over lezen. Het parochiebestuur heeft de lokale geloofsgemeenschap een rad voor ogen gedraaid door net te doen alsof de verkoop definitief was en heeft daarmee hun verzet gebroken. Op die manier is voorkomen dat de gelovigen van De Vecht met een grote kans op succes in beroep zouden gaan bij het Vaticaan tegen een decreet tot kerksluiting. Pas op 11 februari 2015 is het decreet door kardinaal Eijk uitgebracht. Inmiddels is de beroepstermijn van 10 dagen verlopen en kan hun kerk nu echt verkocht worden. Daarom deze waarschuwing: Bent u een vitale geloofsgemeenschap, laat u dan niet door het parochiebestuur weerhouden om een bezwaar/beroepsprocedure tegen een sluitingsdecreet van de aartsbisschop aan te spannen. Onze kerkjuristen stellen dat u daarmee een grote kans op succes zult hebben bij het Vaticaan. Neem contact met ons op via: voorzitter@bezieldverbandutrecht.nl Misverstand 2 Kardinaal Eijk heeft een plan om in 2028 tot 20 kerken te komen, gebaseerd op het aantal priesters dat er dan nog is. De kardinaal stelt: Ook dit is niet juist. Het aantal kerken dat in het aartsbisdom open blijft, is niet gekoppeld aan het aantal priesters. Op dit punt heeft de kardinaal gelijk. Echter, volgens ons heeft ook niemand dat beweerd. Wij zeker niet. Wat wij wel hebben beweerd is het volgende. Ruim 2 jaar geleden heeft de kardinaal het fusieproces afgerond waarbij 326 oorspronkelijke parochies zijn opgeheven en samengevoegd in 49 fusieparochies onder 1 pastoor en 1 parochiebestuur. Van die 49 fusiepastoors zijn er inmiddels meer dan 30 (dus ruim 2/3) niet meer in functie. Hun parochies zijn meestal toegevoegd aan de overblijvende fusiepastoors. Ofwel, het door de kardinaal genoemde streefgetal van minder dan 20 parochies is in feite al gerealiseerd. Dat de kardinaal een schrijnend tekort heeft aan geschikt geachte pastoors blijkt wel uit het feit dat een flink aantal parochies al enige tijd bestuurd wordt door zijn hulpbisschoppen en vicarissen in plaats van door een pastoor. Misverstand 3. Er zijn in 2028 nog maar 20 kerken over in het aartsbisdom. De kardinaal stelt: Het is nog volstrekt onduidelijk hoeveel kerken er in 2028 open zullen zijn. Er zullen dan ongeveer 20 parochies zijn, maar over het precieze aantal kerkgebouwen is nog niets te zeggen. Ons commentaar hierop kan kort zijn. In zijn brief van 23 november 2014 geeft de kardinaal aan: Naar verwachting zal het aantal parochies dat ons aartsbisdom nu nog telt tot minder dan 20 worden teruggebracht. En even verderop: De parochie van de toekomst zal een groot territorium beslaan en waarschijnlijk slechts over één kerkgebouw beschikken. Conclusie: nog minder dan 20 kerken blijven open. Profeet of koele berekening? Mgr. Eijk is een strateeg en tacticus en kan ongetwijfeld goed rekenen. Hij beschikt inmiddels over een grote hoeveelheid praktijkcijfers over het aantal gelovigen dat afhaakt bij al dan niet gedwongen kerksluitingen en verbod op verdere vieringen. Ook
kan hij vrij nauwkeurig het verloop in aantallen priesters en beschikbare pastoors berekenen. Ofwel, hij heeft alle benodigde informatie om betrouwbare schattingen te maken over hoe zijn beleid op termijn gaat uitpakken. Daarvoor hoeft hij geen profeet te zijn. We kunnen er dus gerust van uitgaan dat zijn berekeningen kloppen en dat, uitgaande van het aantal katholieken dat zijn beleid overleeft, hij over ruim 10 jaar aan minder dan 20 kerken voldoende heeft om die onder te brengen. Dat houdt overigens in dat alle gewone kerken gesloten zullen worden (dus in alle dorpen) en dat ook 2/3 van de eucharistische centra hetzelfde lot zal zijn beschoren! Waarom draait de kardinaal hier omheen? De vraag is waarom de kardinaal hier nu opeens omheen begint te draaien. Kennelijk is hij geschrokken van de beroering die zijn berekeningen hebben veroorzaakt, zowel bij gewone gelovigen als bij zijn parochiebesturen. Er lijkt sprake van flexibele frontverkorting en het optrekken van mistgordijnen als hij na drie maanden opeens stelt: In zijn notitie Het geloof in Christus vieren en verbreiden heeft kardinaal Eijk het somberste scenario geschetst, maar hij hoopt uiteraard dat het in de parochies mogelijk zal blijken om zoveel mogelijk kerken open te houden. Dat het er beduidend minder dan de huidige circa 300 zullen zijn, is helaas wel zeker. Misverstand 4. Als het kerkgebouw eenmaal gesloten is, stopt het kerkelijk leven in de desbetreffende geloofsgemeenschap en is er geen enkele viering meer mogelijk. Het is verwonderlijk dat de kardinaal wel praat over wat er nog wel mag, maar waar de kardinaal niet over rept is de woede en het verdriet die hij aanricht bij de lokale geloofsgemeenschap met zijn harde verbod op reguliere vieringen na een aangekondigde kerksluiting (de werkelijke sluiting kan pas jaren later zijn!). Na een aangekondigde kerksluiting worden uitsluitend de volgende liturgische vieringen in zeer beperkte mate, louter incidenteel, onder strikte voorwaarden nog toegestaan: avondwake, uitvaart, huwelijksviering, liturgische viering huwelijksjubileum, schoolviering, viering patroonsfeest, viering traditionele festiviteiten (Uit een brief van de kardinaal aan zijn parochiebesturen van 12 maart 2014) Met een dergelijk verbod de gelovigen worden voor de vieringen gedirigeerd naar het eucharistisch centrum- haalt hij de ziel uit de lokale geloofsgemeenschap en heft deze daarmee willens en wetens op. De mogelijkheid die hij biedt om een zogenaamd pastoraal steunpunt in te richten: Dat is geen kerkgebouw en dat hoeft geen eigendom te zijn. Iets dergelijks kan best in een school of een dorpszaal, krijgt daarmee het karakter van een fopspeen. Misverstand 5. Het aartsbisdom heeft de opbrengsten van de verkochte kerkgebouwen nodig Dit klopt wel en niet. In de meeste gevallen is het kerkgebouw eigendom van de fusieparochie. De verkoopopbrengst vloeit dan ook in de centrale parochiekas (overigens tot woede en onbegrip van de getroffen lokale geloofsgemeenschap). Het bisdom kan daar niet over beschikken, hooguit op een indirecte manier, nl. door verhoging van de bisdomsbijdragen. Het bisdom heeft deze bijdragen wel hard nodig. Misverstand 6. Een kerkgebouw is toch eigenlijk eigendom van de lokale bevolking? Die heeft met dubbeltjes en kwartjes het geld voor de bouw bijeengebracht.
Opmerkelijk is dat de kardinaal systematisch weigert om te spreken over de lokale geloofsgemeenschap. Ook hier gebruikt hij de uitdrukking de lokale bevolking in plaats van de oorspronkelijke parochie die eigenaar was van het kerkgebouw en door de fusie is onteigend. Ook bij dit misverstand draait de kardinaal om het probleempunt heen. Het echte probleem wordt weergegeven in de volgende citaten: Als de bisschop over de woede van de mensen hoort bij kerksluitingen, dan gaat die woede niet over de kerksluiting. Maar omdat ze zich van bisdomzijde bedonderd voelen. Ze hebben ingestemd met fusering van parochies, omdat er van bisdomzijde verzekerd werd, dat het niet ging om opheffen van plaatselijke geloofsgemeenschappen, maar juist om ze toekomst te geven. (Citaat uit een brief van een emeritus pastoor die intensief bij het fusieproces betrokken is geweest) En: «Begrijpen wij het goed, dat u ons onder dwang onze kerk afpakt, onze vieringen verbiedt, onze hechte geloofsgemeenschap opheft, dat u het geld dat wij met dubbeltjes en kwartjes hebben gespaard (onze bankrekening) ons ontneemt, en dat, als u onze kerk verkoopt die we zelf betaald en onderhouden hebben, de opbrengst gebruikt gaat worden voor het oplossen van financiële problemen elders in de parochie? En dat u ons vervolgens vraagt loyaal mee te blijven werken en gewoon door te gaan met onze kerkbalansbijdrage? (citaat uit brief van de geloofsgemeenschap van Elburg aan haar pastoor). Misverstand 7. Kardinaal Eijk wil van de Kerk in het aartsbisdom een priesterkerk maken. De Kardinaal: Hiervan is geen sprake. Wel stelt de kardinaal de Eucharistie centraal in het christelijk leven, zoals dat in de R.-K. Kerk is bepaald. Ook hier gaat de bisschop om de kern van het punt heen. Deze klacht/zorg wordt uitgesproken, omdat in de strikte bisschoppelijke voorschriften de kardinaal veel van de taken en rollen die in de afgelopen decennia ook door pastoraal werkers en lekenvoorgangers werden vervuld, nu exclusief aan de priester voorbehoudt. Bovendien verzamelt hij de gelovigen rond de priester en de H. Mis in het eucharistische centra. Misverstand 8. Kerken worden zonder enig overleg gesloten. Dit is geen misverstand, maar helaas de dagelijkse praktijk. Een citaat uit de vele honderden reacties, die we over dit punt ontvingen: Doorbreken van dictatoriaal bisdom, dat richtlijnen geeft aan parochiebesturen, voorgezeten door een pastoor of vicaris in dienst van het bisdom. Doet het bestuur wat anders, verliest de voorzitter zijn baan. Besluit het bestuur conform de richtlijnen, dan is het bestuur de "dader", niet het bisdom. Wie doorbreekt deze trieste comedy en laat bestuurders hun geweten volgen en lokale initiatieven stimuleren ipv afbreken/afstoten. (Leo Smeets, De Steeg) Misverstand 9. Volgens Bezield Verband Utrecht kunnen er veel meer kerken open blijven in het aartsbisdom. Dat is geen misvatting, maar een feitelijkheid. De kardinaal moet om zijn beleid te realiseren meer dan 300 kerken sluiten en evenzovele lokale geloofsgemeenschap opheffen. Dus ook, zoals we hiervoor hebben aangegeven, een groot aantal nog vitale gemeenschappen.
Wij zijn er van overtuigd dat een groot deel van de 300 kerken die bij de kardinaal op het lijstje staan, niet gesloten hoeft te worden en een nog veel groter aantal lokale geloofsgemeenschap behouden kan blijven. Dit kan gerealiseerd worden als je in plaats van op te heffen, lokale geloofsgemeenschappen gaat stimuleren en hen de ruimte geeft om hun eigen problemen op te lossen en alternatieven te bedenken. Een beleid zoals dat ook gevolgd wordt door Mgr. De Korte van Groningen maar wat de kardinaal systematisch verbiedt. Misverstand 10. De organisatie Bezield Verband Utrecht wil dat priesters het bisdom doorreizen om in zoveel mogelijk kerken de Eucharistie te vieren. De kardinaal: Dat is nog maar de vraag. De organisatie Bezield Verband Utrecht, die zich verzet tegen kerksluitingen, wil dat kerken open blijven, bijvoorbeeld door gemeenschappen het gebouw zelf te laten kopen en beheren. Het is echter goed om te weten waar Bezield Verband Utrecht voor staat. Hierna volgen uit de lucht gegrepen beschuldigingen over onze intenties, zonder dat de kardinaal inhoudelijk op dit punt ingaat. Wij zijn het helemaal eens met paus Franciscus dat het beter is als de priester naar de gelovigen gaat, in plaats van de gelovigen naar de priester. Deze gedachte heeft daarom niet te maken met de door de kardinaal gesuggereerde schismatieke inslag van Bezield Verband Utrecht. Wij staan voor het behoud van lokale geloofsgemeenschappen. Wij geloven in 2000 jaar kerkgeschiedenis, en vinden net als verschillende andere Nederlandse bisschoppen, dat lokale geloofsgemeenschappen de essentiële bouwstenen van de kerk zijn en dat in de kleinschaligheid en in de verbinding met buurt- en dorpsgemeenschappen, geloven en gemeenschap tot bloei en ontwikkeling komt. En dat zulks niet lukt in een grootschalige, kunstmatig gevormde gemeenschap rond een eucharistisch centrum die eerder vervreemdend en desoriënterend werkt. Wat is Bezield Verband Utrecht wel? Dat de kardinaal Bezield Verband Utrecht afschildert als schismatiek is volledig uit de lucht gegrepen. Wij zijn een vrijwilligersorganisatie die zich het lot heeft aangetrokken van rooms-katholieke lokale geloofsgemeenschappen die in de verdrukking kwamen door de strikte regelgeving en het grootschalige fusie- en kerksluitingsbeleid van een aantal bisschoppen. Wij hebben in de afgelopen 2,5 jaar contacten gehad met meer dan 5.000 gelovigen en begeleiden inmiddels ca. 45 lokale geloofsgemeenschap in het aartsbisdom. Wij vullen hiermee de rol in die de herders van de kudde zouden moeten invullen. Maar die schieten hier vaak zwaar in tekort. In de meeste fusieparochies is sprake van een diepe kloof tussen de gelovigen aan de ene kant en de pastoor, het parochiebestuur en de bisschop aan de andere kant. Wij onthouden ons als Bezield Verband Utrecht nadrukkelijk van enigerlei inbreng in zaken die met de kerkleer te maken hebben, zoals dogma s, celibaat, vrouw in het ambt etc. Daar zijn andere meer geschikte gremia voor. Dit punt kan de bisschop dus gevoeglijk van zijn lijstje misvattingen schrappen, evenals de persoonlijke en kwaadaardige aantijging naar de voorzitter van Bezield Verband Utrecht. De kardinaal: Voorzitter Ad de Groot noemde in een radio-interview op 18 februari 2015 de Eucharistieviering een voorstelling. Ik zit ergens naar te kijken waar ik geen deel aan heb. Het is tendentieus van de kardinaal om de voorafgaande zinnen weg te laten, die de
context aangeven: Op de vraag van de interviewer: Wat betekent deze situatie voor uw persoonlijk geloof? geeft Ad de Groot letterlijk het volgende antwoord: In ieder geval voor mij persoonlijk als gelovige is het contact dat ik heb met die hele warme geloofsgemeenschappen - die verdiepen mijn geloof. Ik ben nog nooit eerder zo intens gelovig geweest als dat ik nu ben door deze contacten. In de tweede plaats heb ik ervaren wat het is om in de gemeenschap te horen, met een gemeenschap samen te vieren, in plaats van dat je naar een dienst gaat waar de priester (een) - ik zeg het maar even heel oneerbiedig - een voorstelling houdt. En waar mensen komen die denken (van): Wat doe ik hier? Ik zit ergens naar te kijken waar ik geen deel meer aan heb. Tot zover ons commentaar op de hardnekkige misverstanden van kardinaal Eijk. 16 maart 2015 Bezield Verband Utrecht Ad de Groot Gerard Zuidberg