Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Vergelijkbare documenten
Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit toestemming nevenactiviteit

Besluit toestemming nevenactiviteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

6. De activiteit is derhalve een nevenactiviteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008.

Kenmerk: / Betreft: Toestemming voor nevenactiviteit Het aanbieden van rondleidingen aan groepen door het gebouw van L1 in cluster 3

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit toestemming nevenactiviteiten

Besluit. A. Verloop van de procedure

Besluit. A. Verloop van de procedure

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Kenmerk: / Betreft: afwijzing aanvraag nevenactiviteit Het exploiteren van twee digitale reclameschermen langs de Rijksweg.

Besluit toestemming nevenactiviteiten

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Bij van 14 maart 2013 heeft de NTR om goedkeuring verzocht voor de nevenactiviteit Licentieverlening van Koninginnedagconcerten aan BravaNL.

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

DGP/ /

Bij van 23 oktober 2013 heeft de NPO om goedkeuring verzocht voor de nevenactiviteit Het uitgeven van het Top 2000 magazine (editie 2013).

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer DGP/ /

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 25611/

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 24582/ mr. drs. Ronald van den Broek +31 (0)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer DGP/ / mr. Nienke Meester +31 (0)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 25331/

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa/nevenactiviteiten/ BIS

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 27908/ mr. Nienke Meester +31 (0)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer DGP/ /

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /619583

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 25745/

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 25126/

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Juridisch kader. C. Status van de activiteit

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /617012

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer DGP/IG/ b /614669

Besluit. A. Aard en strekking besluit

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer Canon WO II 20552/

AANTEKENEN Algemene Omroepvereniging AVRO T.a.v. het bestuur Postbus JA HILVERSUM. Geacht bestuur,

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /626132

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /618281

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 25868/

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 27959/ mr. drs. Ronald van den Broek +31 (0)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer De Wereld Draait Buiten / mr. Paul van Veen +31 (0)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer DGP/ /

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer Natuurfilmfestival /628669

gezien het daartegen op 3 september 2014, bij het Commissariaat binnengekomen op 5 september 2014, door de NOS ingediende bezwaarschrift,

COMMISSARiAAT VOOR DE MEDIA

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /616593

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Status van de activiteit

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa/Nevenactiviteiten/ Huur /617605

Bij van 12 oktober 2010 verzocht u ons om goedkeuring voor de nevenactiviteit verhuren van een medewerker.

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer / mr. Margreet Verhoef +31 (0)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 24540/

14 februari 2013 Nevenactiviteit toestemming het verhuren van personeel en materiaal aan derden

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Relevante bepalingen. C. Feiten

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 27979/

AANGETEKEND Teleac/NOT

3. Voor de relevante bepalingen wordt verwezen naar bijlage 1.

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /618794

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA Hoge Naarderweq 78 JIIII 1217 AH Hilversum Postbus BK Hilversum

gezien het daartegen op 25 januari 2016, bij het Commissariaat binnengekomen op 28 januari 2016, door Omroep Zeeland ingediende bezwaarschrift,

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 27200/ mr. Nancy van den Brink

Bij van 8 april 2010 verzocht u ons om goedkeuring voor Deelneming in het productiebedrijf Stokvis Content B.V.

Bij van 4 maart 2013 heeft de AVRO om goedkeuring verzocht voor de nevenactiviteit Het uitgeven van het magazine UitCetera.

Beslissing op bezwaar

1 juli 2010 Nevenactiviteit het verkopen van producten van derden via een eigen webwinkel cluster 5

Kenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008

Kenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008

3. Voor een overzicht van de relevante bepalingen wordt verwezen naar de bijlage bij dit besluit.

Kenmerk: / Betreft: ontheffingsverzoek ex artikel 3.24, tweede lid, en artikel 3.25 van de Mediawet 2008

Kenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008

Transcriptie:

Besluit Kenmerk: 660285/662930 Betreft: toestemming voor de nevenactiviteiten "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van download (cluster 1) en "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van streaming (cluster 4). A. Verloop van de procedure 1. Bij brief van 2 december 2015 ontvangen op dezelfde datum, heeft KRO-NCRV om toestemming verzocht voor de nevenactiviteiten "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van download (cluster 1) en "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van streaming (cluster 4). B. Relevante bepalingen 2. Voor de relevante bepalingen wordt verwezen naar bijlage 1. C. Status van de activiteit Nevenactiviteit 3. Volgens artikel 2, onderdeel c, van de Regeling van het Commissariaat voor de Media van 10 april 2009 houdende beleidsregels omtrent nevenactiviteiten publieke mediainstellingen (hierna: Beleidsregels nevenactiviteiten 2009) is een nevenactiviteit een activiteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008. 4. De activiteiten van KRO-NCRV bestaan uit het in licentie geven van de audio-opnames van 11 liedjes uit het kinderprogramma Alle Gekheid Op Een Stokje en het logo van KRO- NCRV aan Boep B.V ten behoeve van exploitatie op diverse digitale muziekplatforms zoals itunes, Spotify en Google Play. De liedjes zullen worden aangeboden in de vorm van downloads (cluster 1) en streaming (cluster 4). KRO-NCRV heeft voor deze nevenactiviteiten een overeenkomst gesloten met Boep B.V. De nevenactiviteit heeft een looptijd van 3 jaar en 3 maanden tot en met april 2019. 5. Deze activiteiten houden niet rechtstreeks verband met en staan niet rechtstreeks ten dienste van de uitvoering van de publieke media-opdracht van de publieke mediainstelling en zijn evenmin een verenigingsactiviteit. 6. De activiteiten zijn derhalve nevenactiviteiten als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008.

Clusterindeling 7. Conform de clusterindeling zoals vermeld in de brief van het Commissariaat van 23 december 2008 (kenmerk SBO-007582-yw) valt deze nevenactiviteit voor wat betreft download in cluster 1 en voor wat betreft streaming in cluster 4. 8. Zoals volgt uit de brief van het Commissariaat van 15 september 2009 (kenmerk 18571/2009013905) vormt cluster 4 een uitzondering op de systematiek van de cluster vervolgmelding. Dit betekent dat er een separate toetsing plaatsvindt. Vanwege de verwevenheid van de nevenactiviteiten worden zij in één besluit behandeld. D. Toetsing 9. Op grond van artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008 kan toestemming alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het mediaaanbod van de publieke media-instelling, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is. Relatietoets 10. Op grond van artikel 3, eerste lid, sub c, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009, houdt een nevenactiviteit verband met of staat deze ten dienste van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht indien de betrokkenheid van gebruikers bij het mediaaanbod of de publieke media-instelling met de nevenactiviteit wordt vergroot. In deze gevallen dient de activiteit op grond van artikel 3, tweede lid, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009, tevens aantoonbaar inhoudelijk aan te sluiten bij het mediaaanbod of de publieke media-instelling. 11. De onderhavige nevenactiviteiten betreffen het in licentie geven van 11 liedjes uit het kinderprogramma Alle Gekheid Op Een Stokje en het logo van KRO-NCRV ten behoeve van exploitatie op diverse digitale muziekplatforms. Daarmee wordt de betrokkenheid van gebruikers bij het media-aanbod of de publieke media-instelling KRO-NCRV vergroot. De nevenactiviteiten kunnen ertoe leiden dat degene die gebruik gaat of blijft maken van de liedjes, zich meer dan daarvoor betrokken voelt of gaat voelen bij de publieke mediainstelling en gebruik gaat maken van ander media-aanbod van KRO-NCRV. 12. Bovendien sluiten de nevenactiviteiten inhoudelijk aan bij het media-aanbod nu de 11 liedjes door KRO-NCRV in het programma Alle Gekheid Op Een Stokje zijn uitgezonden. 13. Het Commissariaat is dan ook van oordeel dat de nevenactiviteiten verband houden met of ten dienste staan van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd zijn aan het media-aanbod van KRO-NCRV zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008. - 2 -

Marktconformiteit 14. Overeenkomstig artikel 7 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 wordt bij de beoordeling of het verrichten van de nevenactiviteit marktconform is, de hoogte van de licentievergoeding als uitgangspunt genomen. Een publieke media-instelling dient voor haar nevenactiviteiten een marktconforme licentievergoeding te hanteren. De publieke media-instelling heeft derhalve een zorgplicht om deze eis van marktconformiteit mee te nemen in de onderhandelingen voorafgaand aan de totstandkoming van de nevenactiviteit. Op grond van artikel 7, tweede lid, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 kan het Commissariaat bij de beoordeling of het verrichten van de nevenactiviteit marktconform is, ook het imago van de publieke media-instelling betrekken. Onder imago wordt in ieder geval verstaan beeldmerk of logo. 15. Het Commissariaat is vooralsnog van oordeel dat de nevenactiviteiten, op basis van de nu bekende feiten en omstandigheden, aan deze voorwaarde voldoen. Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen. 16. KRO-NCRV heeft met licentienemer Boep B.V. een overeenkomst gesloten. Op basis van deze overeenkomst ontvangt de KRO-NCRV voor deze nevenactiviteiten een licentievergoeding. De KRO-NCRV heeft aangegeven dat zij op grond van eigen onderzoek heeft kunnen vaststellen wat gebruikelijke licentievergoedingen zijn in de online-muziekmarkt. In het licht van die informatie acht KRO-NCRV de vergoeding die zij met licentienemer is overeengekomen, marktconform. Op basis van de door de KRO- NCRV verstrekte gegevens en gelet op eerder door het Commissariaat goedgekeurde vergelijkbare nevenactiviteiten, ziet het Commissariaat vooralsnog geen reden om aan te nemen dat deze licentievergoeding niet marktconform zou zijn. 17. Het Commissariaat is vooralsnog dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit marktconform wordt verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008. Kostendekkendheid 18. Overeenkomstig artikel 11 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 is er geen sprake van kostendekkendheid indien de nevenactiviteit direct of indirect wordt bekostigd uit of anderszins ten laste komt van de publieke omroepmiddelen. 19. Het Commissariaat is van oordeel dat de nevenactiviteiten voldoen aan de voorwaarde van kostendekkendheid. Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen. 20. Door KRO-NCRV is ter toelichting aangegeven dat uit de licentieverlening geen kosten voortvloeien. De kosten komen namelijk volledig voor rekening en risico van de licentienemer. KRO-NCRV loopt derhalve geen enkel financieel risico. 21. Het Commissariaat is dan ook van oordeel dat de nevenactiviteiten kostendekkend worden verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008. 22. Het Commissariaat zal de kostendekkendheid jaarlijks controleren aan de hand van de jaarrekening. - 3 -

Duur van de nevenactiviteit E. Openbaarmaking 23. Het Commissariaat zal de volledige tekst van het besluit, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar maken door publicatie op zijn website. De publicatie vindt plaats veertien dagen nadat het besluit op de in artikel 3:41 van de Algemene wet bestuursrecht voorgeschreven wijze is bekendgemaakt. 1 Het Commissariaat ziet daartoe geen belemmering op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur. F. Besluit 24. Op grond van bovenstaande toetsen besluit het Commissariaat: I. toestemming te verlenen voor de nevenactiviteit "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van download ; II. toestemming te verlenen voor de nevenactiviteit "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van streaming ; III. de volledige tekst van dit besluit, veertien dagen na de voorgeschreven bekendmaking daarvan, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar te maken door publicatie op zijn website; IV. de toestemming wordt verleend voor de periode van drie jaar en drie maanden. 1 dat wil zeggen door toezending aan de belanghebbende. - 4 -

G. Register 25. De nevenactiviteiten zijn "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van download en "Het in licentie geven van kinderliedjes uit het programma Alle Gekheid op een Stokje aan digitale muziekplatforms in de vorm van streaming opgenomen in het openbare Register nevenactiviteiten, te vinden op de website van het Commissariaat (www.cvdm.nl). Een afschrift van dit besluit zendt het Commissariaat aan de NPO. Hilversum, 9 februari 2016 COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, prof. mr. dr. Madeleine de Cock Buning voorzitter drs. Eric Eljon commissaris Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK te Hilversum. - 5 -

Bijlage 1: Juridisch kader Artikel 2.132 van de Mediawet 2008 1. De NPO en de publieke media-instellingen mogen alleen na voorafgaande toestemming van het Commissariaat nevenactiviteiten verrichten 2. Nevenactiviteiten zijn activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke media-opdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2.136. 3. Toestemming kan alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de publieke omroep, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is. 4. In afwijking van het eerste lid is geen voorafgaande toestemming van het Commissariaat nodig voor het bij wijze van experiment van beperkte omvang en duur verrichten van nevenactiviteiten die bestaan uit het leveren van goederen of diensten, met inbegrip van rechten en verplichtingen aan: a. mediabedrijven ten behoeve van de versterking en verbetering van de nieuws- en informatievoorziening; of b. culturele instellingen. 5. De NPO en de publieke media-instellingen melden nevenactiviteiten als bedoeld in het vierde lid bij het Commissariaat. 6. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over: a. de wijze van melden; b. de omvang en duur van het experiment; c. de aard en inhoud van de nevenactiviteiten; en d. de samenwerking met de in het vierde lid, onderdelen a en b, bedoelde instellingen. Artikel 2 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 In deze regeling wordt verstaan onder: c. nevenactiviteiten: activiteiten als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de wet; Artikel 3 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 1. Een nevenactiviteit «houdt verband met» of «staat ten dienste van» de verwezenlijking van de publieke media-opdracht indien: a. er sprake is van het verkopen van een vastlegging; of b. er sprake is van gebruik van of het in licentie geven van een naam of (beeld)merk van een publieke media-instelling ten behoeve van een product bij het media-aanbod; of c. de betrokkenheid van gebruikers bij het media-aanbod of de publieke media-instelling met de nevenactiviteit wordt vergroot; of d. de innovatie van het media-aanbod met de nevenactiviteit wordt bevorderd. 2. De activiteit als bedoeld in het eerste lid, onder c en d, van dit artikel moet aantoonbaar inhoudelijk aansluiten bij het media-aanbod of de publieke media-instelling. - 6 -

Artikel 7 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 1. Bij de beoordeling of de nevenactiviteit op marktconforme wijze wordt verricht, als bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de wet, wordt in ieder geval betrokken: a. de verkoopprijs van de nevenactiviteit; b. de kostprijs van de nevenactiviteit; c. de markt die met de nevenactiviteit wordt betreden; d. het gebruik van marktgegevens ten behoeve van de nevenactiviteit waarover de publieke media-instelling uit hoofde van haar taakstelling beschikt, waaronder het ledenbestand; 2. Het Commissariaat kan bij zijn oordeel over marktconformiteit ook het gebruik van het imago van de publieke media-instelling betrekken. 3. Indien er sprake is van het in licentie geven van een merk ten behoeve van een product of dienst bij het media-aanbod kan tevens de verkoopprijs van het product waarvoor een merk in licentie wordt gegeven bij zijn oordeel worden betrokken. Artikel 11 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 Nevenactiviteiten zijn niet «kostendekkend», als bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de wet indien zij direct of indirect worden bekostigd uit of anderszins ten laste komen van de publieke omroepmiddelen. Artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur 1. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit: c. bedrijfs- en fabricagegegevens betreft, die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld; 2. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft eveneens achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen de volgende belangen: d. inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen; e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer; g. het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen dan wel van derden. - 7 -