Schokland 3.0 Werkboek burgerschap voor niveau 2 van het mbo



Vergelijkbare documenten
Kies 2. Leerwerkboek burgerschap SANDER HEEBELS PETRI BENSCHOP MENNO BEEKHUIZEN MARK OOMEN HANNEKE SCHOTTERT

Kies 1 SANDER HEEBELS MENNO BEEKHUIZEN PETRI BENSCHOP ANNE-MARIE BRUNEN MARIEKE STRIK HANNEKE SCHOTTERT

Schokland 3.0 Werkboek burgerschap voor niveau 3-4 van het mbo

Gezond eten: Daar heb je een leven lang lol van!

Spelend leren, leren spelen

Schokland Werkboek burgerschap voor niveau 3-4

Werkboek voor kinderen en jongeren van ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen

Kies 4. Leerwerkboek burgerschap MENNO BEEKHUIZEN PETRI BENSCHOP HANNEKE SCHOTTERT SANDER HEEBELS

Competent talent in de praktijk

Kies 2. Leerwerkboek burgerschap. Marjan Dorresteijn Anke Taube Anne-Marie Brunen Menno Beekhuizen Hanneke Schottert Annelien Tienstra Sander Heebels

Trainingsexamens rekenen 2F

Ik en de maatschappij. Online

NEDERLANDS Spreken en gesprekken voor 1F Deel 4 van 5

Wie heeft de regie? Kwaliteit van bestaan in de praktijk. John Sijnke

Zelfstandig werken. Ajodakt. Dit antwoordenboekje hoort bij het gelijknamige werkboek van de serie

Werkboek voor ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen

Inhoud. Aan jou de keuze 7. Niet alleen maar een boek 187. Auteurs 191. Dankwoord 197

Basisvaardigheden Nederlands Deel 1 van 2

De Sociaal maatschappelijke dimensie

Oefentekst voor het Staatsexamen

In de frontlinie tussen hulp en recht. Spel Wie heeft gelijk?

Voeding bij diabetes mellitus. Dieetbegeleiding van Turkse, Marokkaanse en Hindostaanse bevolkingsgroepen

Training. Zakelijk communiceren

Sleutel bij hoofdstuk 1

Groenengrijs. Jong en oud met elkaar in gesprek. Karen van Kordelaar. Astrid Vlak. Yolande Kuin. Gerben Westerhof

Kies 3. Leerwerkboek burgerschap SANDER HEEBELS MARK OOMEN HANNEKE SCHOTTERT MENNO BEEKHUIZEN PETRI BENSCHOP

groep Computerprogramma woordenschat

Nederlands. Burgerschap voor AG. M.C. Arnold-Klaarhamer

Extra les: Verzekeringen

Stenvert. Rekenmeesters 5. Zelfstandig werken Rekenen Groep 7 Antwoorden. Zelfstandig werken Stenvert Rekenen Rekenmeesters 5 Antwoorden Groep 7

i n s t a p b o e k j e

Werken aan je zelfbeeld

Edu4all LOB. 1. Leren Kiezen. Licentie: Voor het activeren van de licentie kijk op pagina 5 van dit werkboek.

Loopbaan & Burgerschap VERANTWOORDINGSDOCUMENT

Jouw avontuur met de Bijbel

Werken aan je zelfbeeld

Met sorry maak je dit niet ongedaan

Werkwoordspelling 2 Toelichting en Antwoorden

3. Een opleidingsdomein kiezen

PeerEducatie Handboek voor Peers

Oefentekst voor het Staatsexamen

Ik en de maatschappij. Kiezen en kopen

Begeleide interne stage

Outreachend werken. Handboek voor werkers in de eerste lijn. Opdrachten bij methodiek. Lia van Doorn Yvonne van Etten Mirjam Gademan

blanco (wordt verlijmd met cover)

Ik en de maatschappij. Samen maar verschillend

Mijn kind een Kanjer!

Cursus. Oriëntatie op het werkveld voor SMD en SCW

Ik en de maatschappij. Regels en wetten

Voorbereiden op stage en bijbaan

i n s t a p b o e k j e

Werken aan natuur en milieu

Published by arrangement with Workman Publishing Company, New York

Keuzevak Milieu, hergebruik en duurzaamheid. Duurzaam consumeren en produceren

4. Een vervolgopleiding kiezen

Een website en applicatie ontwerpen en maken

Uitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6

Begeleide externe stage

Werken in sph. Maria van Deutekom Britt Fontaine Godelieve van Hees Marja Magnée Alfons Ravelli

Kerncompetenties fysiotherapeuten in ontwikkeling

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Ouderschap in Ontwikkeling

Socialisatie & Seksualiteit

Cursus. De wijk in beeld

i n s t a p b o e k j e

Stenvert. Taalmeesters 6. Zelfstandig werken Taal Groep 8 Antwoorden. Zelfstandig werken Stenvert Taal Taalmeesters 6 Antwoorden Groep 8

Nicolien van Halem Inge Müller. Handboek studievaardigheden voor het hbo

Stoppen met roken Cursus

Ik en de maatschappij. Rondkomen

Werken aan communicatie 1

Uitprobeerpakket. Toetsboek 6 groep 6 blok 6

Coach jezelf in drie stappen

Cursus. Ontwikkelingspsychologie voor SW

Organisatie van werkzaamheden

De basis van het Boekhouden

De sociale ontwikkeling van het schoolkind

Een onderzoekende houding

Assistent en maatschappij

PrOmotie. Cultuur en Maatschappij. Werkboek Regels en wetten

PrOmotie. Cultuur en maatschappij. Werkboek Ik betaal!

Schokland Handboek burgerschap voor het mbo

Cursus. Begeleiding vrijwilligers en mantelzorgers

PrOmotie. Cultuur en Maatschappij. Werkboek Tijd voor jezelf

42 blok 6. Een huis inrichten. Teken de meubels in het huis. Plaats ze waar jij wilt. Vul in. Hoeveel eet elke hond? Hoeveel kilo vlees?

Ik en de maatschappij. Meedoen en meepraten

Mijn leerling online. Hoe begeleid je je leerlingen op Internet? Justine Pardoen en Remco Pijpers

SAMENLEVEN BURGERSCHAPSLEREN HOOFDSTUK 1

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat

Zwart op wit Praktische schrijfvaardigheid voor volwassenen. Extra les: Wonen. Dorothé Pietersma. u i t g e v e r ij coutinho.

Van de andere kant. meditaties HENK JONGERIUS HENK JONGERIUS

Leercoaching in het hbo. Student

Microsoft Security Essentials downloaden

Vincie van Gils. Klantencommunicatie. Zo krijg je en houd je u tevreden klanten. Spectrum. Uitgeverij Unieboek Het Spectrum bv, Houten Antwerpen

Initiatiefnemer Ben Vaske, Stichting Expertisecentrum Oefenen.nl. Projectmanagement Claudette Verpalen, Utrecht

Werken in een ziekenhuis

Transcriptie:

Schokland 3.0 Werkboek burgerschap voor niveau 2 van het mbo JAN VERWIJLEN PETRI BENSCHOP SANDER HEEBELS HANNEKE SCHOTTERT MARIA STOOP

Heb je een leeshandicap en wil je dit boek in een toegankelijke leesvorm, bel dan Dedicon: 0486-486486, of kijk op www.dedicon.nl. Inhoudsopgave Verantwoording van de methode 4 De kern van burgerschap 7 Thema 1 Burgerschap 8 Thema 2 Rechten 18 De sociaal-maatschappelijke dimensie 27 Thema 1 Cultuur en identiteit 28 Thema 2 De Nederlandse samenleving 41 Thema 3 Veiligheid en criminaliteit 53 Thema 4 Communicatie en massamedia 67 De politiek-juridische dimensie 81 2014 Eerste druk, vierde oplage Vormgeving en opmaak: PPMP Prepress, Wolvega, www.ppmp.nl Tekening omslag: Mirjam Vissers, www.mirjamvissers.nl Tekeningen binnenwerk: Mirjam Vissers, www.mirjamvissers.nl Thomas Boerboom, www.thomasboerboom.nl Uitgeverij Deviant Krommestraat 70 3811 CD Amersfoort t: 033-4650831 e: info@uitgeverij-deviant.nl i: www.uitgeverij-deviant.nl 2012 Uitgeverij Deviant, Amersfoort Het is niet toegestaan dit werk, of delen daarvan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever te kopiëren. Onrechtmatig kopiëren is een vorm van diefstal. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van art. 16b en 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht, Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp. Voor het overnemen van een of enkele gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers of andere compilatiewerken dient men zich tot de uitgever te wenden. Ondanks alle inspanningen is het de uitgever misschien niet gelukt alle rechthebbenden te achterhalen. Als u denkt rechthebbende te zijn, neemt u dan contact op met de uitgever. Thema 1 Democratie en rechtsstaat 82 Thema 2 Verkiezingen 97 Thema 3 Het bestuur van Nederland 113 Thema 4 De rechtspraak 125 De economische dimensie 137 Thema 1 Werk en de samenleving 138 Thema 2 Werken 151 Thema 3 Kritisch consumeren 164 De dimensie vitaal burgerschap 177 Thema 1 Een gezonde leefstijl 178 Thema 2 Zorg en de samenleving 193 Thema 3 Relaties en seksualiteit 206 Wereldburgerschap 219 Thema 1 Nederland en de wereld 220 Thema 2 Levensbeschouwing 231 Bronvermelding afbeeldingen 239 Uitgeverij Deviant ontwikkelt en produceert al haar boeken in Nederland. De boeken worden gedrukt op papier met het FSC-keurmerk. ISBN 978-94-90998-431 2 3

Identiteit en gedrag Thema 1 Cultuur en identiteit Hoofdstuk 1 Identiteit en gedrag T Theorievragen 1. Verbind elk begrip met de omschrijving die daarbij hoort. Begrip Erfelijke eigenschappen Gedrag Eigenschap Opvoeding Individu 2. Ieder persoon heeft een eigen identiteit. a. Leg in je eigen woorden uit wat identiteit is. Omschrijving b. Schrijf twee eigenschappen op die bij jouw identiteit horen. Eigenschap 1: Eigenschap 2: Iets waar je iemand aan herkent of iets wat bij die persoon hoort. Het bewust aangeleerd krijgen van regels en gewoonten van je ouders, school en omgeving. Het gedrag van een persoon in een bepaalde situatie. Een uniek persoon met een eigen identiteit. Eigenschappen die ouders doorgeven aan kinderen. 4. Kruis achter elk voorbeeld aan of er volgens jou sprake is van een aangeboren eigenschap of van een aangeleerde eigenschap. Voorbeeld Samira heeft bruine ogen. Sander kan heel snel typen. Lydia wordt snel kwaad als iets niet lukt. Ibrahim kan goed voetballen. 5. Lees de tekst. Genie, een wolfskind uit Amerika Aangeboren eigenschap Wolfskinderen zijn kinderen die niet of nauwelijks door mensen worden opgevoed. Soms komt een kind in de wildernis terecht. In andere gevallen wordt een kind opgesloten en heeft het bijna geen contact met andere mensen. Een voorbeeld van een wolfskind is Genie. Zij werd op jonge leeftijd opgesloten door haar ouders. Genie zag nooit andere mensen. Ze kreeg geen vast voedsel, waardoor ze niet leerde kauwen. Doordat ze niets had om naar te kijken, leerde ze niet om haar ogen scherp te stellen. En omdat er bijna niet met Genie gesproken werd, leerde ze nauwelijks praten. Aangeleerde eigenschap Na twaalf jaar opgesloten te hebben gezeten, kreeg Genie hulp. Ze werd opgevangen in een gastgezin en leerde daar een beetje praten. Toch heeft Genie zich nooit helemaal normaal ontwikkeld. Of dat veroorzaakt werd door de isolatie of door een lichte, aangeboren hersenafwijking, is nooit helemaal duidelijk geworden. 3 Iedereen heeft andere eigenschappen. a. Geef een voorbeeld van een erfelijke eigenschap. Wat heeft de tekst met aangeboren en aangeleerde eigenschappen te maken? Tekst naar: Wikipedia.nl. b. Geef een voorbeeld van een eigenschap die je krijgt aangeleerd tijdens je opvoeding. 28 29

Identiteit en gedrag 6. Lees de tekst. b. Geef een voorbeeld van gedrag dat je hebt aangeleerd of overgenomen van je vrienden. Obesitas Overgewicht (obesitas) is in veel landen een groot gezondheidsprobleem. Vaak komt obesitas bij meerdere personen uit één familie voor. Omgevingsfactoren, zoals de voedings en bewegingsgewoonten van een familie, kunnen hierbij een rol spelen. Daarnaast speelt erfelijkheid een rol: sommige mensen hebben meer aanleg voor overgewicht dan andere mensen. c. Geef een voorbeeld van gedrag dat je hebt aangeleerd of overgenomen van je klasgenoten. 2. Lees de uitspraak. a. Wat heeft overgewicht met erfelijke eigenschappen te maken? Als jongeren verslaafd raken aan drank, drugs of gokken, komt dat door hun opvoeding. b. Wat heeft overgewicht met invloeden uit je omgeving te maken? a. Ben je het met deze uitspraak eens? Leg je antwoord uit. 7. Schrijf onder elke situatie op of er sprake is van belonen en straffen, imitatie of herhaling. a. Elke keer als Yvonne (3 jaar) met haar moeder op bezoek gaat bij opa, vraagt Yvonnes moeder of zij opa een handje wil geven. b. Fayrouz (15 jaar) koopt altijd dezelfde kleding als haar zussen. c. Damian (16 jaar) krijgt van zijn vader een bioscoopkaartje omdat hij zijn toets heeft gehaald. b. Bedenk drie tips voor ouders om te voorkomen dat hun kinderen verslaafd raken. Tip 1: Tip 2: Tip 3: V Verwerkingsvragen 1. Het aanleren van gedrag is nodig om goed met anderen om te kunnen gaan. a. Geef een voorbeeld van gedrag dat je hebt aangeleerd of overgenomen van je familie. 30 31

Cultuur Hoofdstuk 2 Cultuur T Theorievragen 1. Verbind elke waarde met de norm die daarbij hoort. 5. Geef bij elk voorbeeld aan of het gaat om een gewoonte, een traditie of een ritueel. a. Khadija s familie gaat elk jaar met kerst uit eten. b. Marcel neemt elke week rozen mee voor zijn vriendin. Waarde Vrijheid Tolerantie Respect Eerlijkheid Norm Niet liegen tegen een ander. Niet oordelen over iemand met een ander geloof. Het recht om je eigen mening te geven. Luisteren naar de mening van een ander. c. Yasima kreeg beschuit met muisjes toen zij op bezoek ging bij haar pasgeboren nichtje. 6. Schrijf bij elke foto de tradities, symbolen en rituelen op die je herkent. a. 2. Kruis bij elk voorbeeld aan of het gaat om een norm of een waarde. Voorbeeld Norm Waarde Elkaar groeten op straat. Voor een zwangere vrouw opstaan in de bus of trein. Trots zijn op je vaderland. Niet bellen in de stiltecoupé. Respect hebben voor ouderen. b. 3. Een gewoonte is iets dat je vaak op dezelfde manier doet, omdat je dat zo gewend bent. Geef drie voorbeelden van gewoonten die jij hebt. Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Voorbeeld 3: c. 4. Leg in je eigen woorden uit wat cultuur betekent. d. 32 33

Rol en cultuur V Verwerkingsvragen Hoofdstuk 3 Rol en cultuur 1. Schrijf een gebruiksaanwijzing van jezelf, zodat een ander jou beter kan leren kennen. Verwerk in de gebruiksaanwijzing de volgende punten: Wat zijn belangrijke onderdelen van jouw identiteit? Welke waarden vind jij belangrijk? Welke normen zijn voor jou belangrijk? Welke gewoonten heb jij? Welke tradities, symbolen en rituelen spelen een rol in jouw leven? T Theorievragen 1. Lees het artikel Suriname: Een bonte verzameling van normen, waarden en gewoonten Uit allerlei streken van de wereld zijn de afgelopen eeuwen mensen al dan niet vrijwillig naar Suriname gekomen. Mensen van allerlei afkomsten, waaronder Indianen, Hindoestanen, Creolen, Javanen, Marrons en Chinezen, leven in hetzelfde gebied. Al deze etni sche groepen hebben hun eigen cultuur en tradities. Toch bestaat er binnen deze bonte lappendeken van bevolkingsgroepen zoiets als een Surinaamse cultuur. Surinamers hebben ondanks hun verschillende achtergrond gemeenschappelijke normen, waarden en gewoonten ontwikkeld. Zo is de Surinaamse cultuur relaxed. Maak je niet druk, oftewel no span, is de slogan van het land geworden. Surinamers zijn gastvrij en hebben altijd tijd voor een praatje. De Nederlandse directheid is hen vreemd; de gemiddelde Surinamer zal je uit beleefdheid niet het hemd van het lijf vragen. Familie is belangrijk voor Surinamers. Van jongs af aan wordt het ontzag voor ouderen erin gestampt. a. Wat wordt er in het artikel gezegd over de dominante cultuur van Suriname? Tekst naar: Allessuriname.com. b. Schrijf drie kenmerken op van de dominante cultuur in Suriname. Kenmerk 1: Kenmerk 2: Kenmerk 3: 2. Veel jongeren voelen zich onderdeel van één of meerdere subculturen. Geef drie voorbeelden van subculturen die bij jou op school voorkomen. Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Voorbeeld 3: 34 35

Rol en cultuur 3. Lees de tekst. Pascal heeft een eigen timmerbedrijf. Zijn beste vriend Rachid is ook timmerman en zit tijdelijk zonder werk. Pascal vraagt of Rachid bij hem wil komen werken. Rachid neemt het aanbod graag aan en wordt werknemer in Pascals bedrijf. Maar Rachid blijkt niet de beste werknemer. Hij komt vaak te laat en is onbeleefd tegen klanten en collega s. Pascal baalt erg van het gedrag van Rachid, maar wil absoluut geen ruzie met hem. 5. Leg bij elke foto uit of jij vindt dat hier sprake is van een subcultuur of van een tegencultuur. a. a. Welk rolconflict heeft Pascal? b. b. Hoe kan Pascal dit rolconflict volgens jou het beste oplossen? c. Geef een ander voorbeeld van een rolconflict. 4. Wat is het verschil tussen een subcultuur en een tegencultuur? c. d. 36 37

Rol en cultuur V Verwerkingsvragen 1. Lees de toespraak. a. Wat zegt prinses Máxima in de toespraak over de Nederlandse identiteit? Leg je antwoord uit. Toespraak van prinses Máxima Het thema identiteit houdt heel veel mensen in ons land sterk bezig. Het raakt ons allemaal. Zo n zeven jaar geleden begon mijn zoektocht naar de Nederlandse identiteit. Daarbij werd ik geholpen door tal van lieve en wijze deskundigen. Ik had het voorrecht met veel mensen kennis te maken. Heel veel te zien, te horen en te proeven van Nederland. b. Wat hoort volgens jou bij de Nederlandse identiteit? Leg je antwoord uit. Het was een prachtige en rijke ervaring waarvoor ik enorm dankbaar ben. Maar de Nederlandse identiteit? Nee, die heb ik niet gevonden. Nederland is: grote ramen zonder gordijnen, zodat iedereen goed naar binnen kan kijken. Maar ook: hechten aan privacy en gezelligheid. Nederland is: één koekje bij de thee. Maar ook: enorme gastvrijheid en warmte. Nederland is: nuchterheid en beheersing. Pragmatisme. Maar ook: samen intense emoties beleven. Nederland is veel te veelzijdig om in één cliché te vatten. De Nederlander bestaat niet. Vorig jaar had ik een aantal gesprekken met studenten. Het ging over de ontwikkeling van hun eigen identiteit en wat het voor hen betekent Nederlander te zijn. Een van de studenten was Semra, een studente rechten. Zij vertelde dat ze bij het slagen voor haar eindexamen haar schooltas aan een mast met twee vlaggen had gehangen: een Turkse en een Nederlandse vlag. Een mooi beeld. Een bungelende schooltas. Twee feestelijk wapperende vlaggen. Wel één mast. We denken nog te veel in scheidslijnen. Ook nieuwkomers doen dat. Soort bij soort. Maar Nederland is geen Artis. Juist verscheidenheid en vermenging geven ons kracht. We vervallen gemakkelijk in zwart-witdenken. Maar daarmee doen we onszelf en anderen te kort. Mensen hebben altijd méér dimensies. Mensen veranderen ook. Dat is wat mensen zo bijzonder maakt: het vermogen zich te ontwikkelen. Het is niet of, of. Maar en, en. Dat maakt de discussie over identiteit niet gemakkelijker. Maar wel veel interessanter. Tekst naar: Koninklijkhuis.nl. 38 39

R Reflectieopdracht Cultuur en identiteit Inleiding Een informatiekader is een tekstblok met informatie. Een informatiekader wordt vaak gebruikt om uitgebreider in te gaan op een specifiek onderwerp. In deze opdracht ga je een informatiekader schrijven over de tradities, rituelen en symbolen van de dominante cultuur van een land. Je beschrijft de belangrijkste tradities, rituelen en symbolen van de dominante cultuur van dit land. Je legt ook uit hoe deze zijn ontstaan. Keuzemogelijkheden Kies een cultuur: de Amerikaanse cultuur; de Braziliaanse cultuur; de Griekse cultuur; de Italiaanse cultuur. de Japanse cultuur; de Russische cultuur. Je kunt in overleg met je docent ook een andere cultuur kiezen. Beoordelingscriteria Geef het informatiekader een titel. Gebruik tussen de 150 en 300 woorden. Bespreek twee tradities, twee rituelen en twee symbolen van de door jou gekozen cultuur. Geef per traditie, ritueel en symbool een voorbeeld. Plaats bij elk voorbeeld een passende afbeelding. Tips Bekijk het informatiekader op bladzijde 31 van het handboek. Je kunt dit informatiekader als voorbeeld gebruiken. Maak het informatiekader op de computer. 40