HET NATUURRESERVAAT VAN HET ROOD KLOOSTER



Vergelijkbare documenten
HET ROOD KLOOSTER. Een juweeltje van groen en rust aan de ingang van het Zoniënwoud

HET BERGOJEPARK. Een restant van het Zoniënwoud

DE TUINEN VAN DE ABDIJ VAN TERKAMEREN

Beschrijving plangebied bron: Koopman & Ingberg (2009)

ALGEMENE BESCHRIJVING : EEN STROOK LANDELIJK GEBIED

BOMEN VOOR KOEIEN VERSLAG

Het is winter. op Landgoed Schothorst

Begijnhof Turnhout. Landschapsbeheerplan

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Op deze mooie, rustige plaats lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Schijn bedriegt, want de

01 De hut vol info. POSTENTOCHTantwoordblad. biotoopstudie. 4. ja/neen. 5. ja/neen GROEP

Ooibossen zijn bossen die op natuurlijke wijze zijn ontstaan en langs rivieren groeien.

Voorstel van resolutie. betreffende het voorstel aan de UNESCO om het Zoniënwoud in te schrijven op de lijst van het Werelderfgoed van de Mens

Het verlies van biodiversiteit in de stad: oorzaken, gevolgen en oplossingen

P Parkeerplaats. Natuurwandelpad Halfmijl. Halfmijl. Wandelroute. Bebouwing. Informatiebord. Bos. Verharde weg. Weiland. Onverharde weg.

BUURTVERENIGING "NIEUWE MEER" 20 JAAR!

VOORSTELLING TOCHT DEELNEMERS

natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN

Een kluwen van bostypes, bosindelingen. Ecopedia wijst de weg.

Quickscan Flora- en Faunawet Nieuwbouw Doorninkweg 6. Verkennend onderzoek naar beschermde natuurwaarden ten behoeve van ruimtelijke ontwikkelingen

Wandeling n 12 : Al basse Hé : Durbuy Bewegwijzering :

2Bconnect Ecologie en bedrijventerreinen. Kennisdag Rollin Verlinde Inverde

Wandeling n 14 : Moulin des Roches : Durbuy Bewegwijzering :

Plant Goed aanbevelingslijst

10 jaar broedvogelonderzoek Grote Geul te Kieldrecht.

Natuurwaarden versterkt rond surfplas, woonwijk en bedrijventerrein

2Bconnect Ecologie en bedrijventerreinen

de (on?)zin van het werken met streekeigen plantgoed

Wandelweg nr. 18 : La vierge de Werpin : Hotton Merkteken :

Vissen in de Ardennen

Notitie tbv. werkgroep praktisch natuur beheer Beheer Staatsbosbeheer. Onderhoud van deze twee poelen door wg pn ivn nijmegen

9. SCHADUWTUIN. Op het einde van de dag kunt u dan het aantal uren zon berekenen. Minder dan 3 uur zon:

Werkblad - Les 2 - Waterbouw en ecologie

Inrichtingsplan verbindingszone Weerribben-Wieden Deelgebied Noordmanen, versie 1.2

Gierzwaluw. Boomleeuwerik. Witte kwikstaart. Nachtzwaluw

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats

Herinrichting. Forellenvijver en restaurant De Berenkuil in Putten. Auteur Gerben Schuilenburg Opdrachtgever De Berenkuil

IVN Floriade Natuur Route

Natuurtoets Kop Zuidas

Landschapsplan. BuroCollou Tuin-&Landschapsontwerp Looweg10Eibergen

Wandelroute De Diepen, Sint-Jansberg

6. Ontwerp. N 20m. Visualisatie bovenaanzicht

HET SCHEUTBOSPARK. Wandelen en ontspannen

Life+ Together for Nature. samen werken aan herstel van heidelandschap

De bomen op golfclub Grevelingenhout, overzicht per hole. Geïnventariseerd door Nienke Mulders in 2016, in opdracht van de golfclub.

Wolvenberg. Poel. Deze poel werd door de Stad Antwerpen gegraven in 1995 ter gelegenheid van het Europese Jaar van het Natuurbehoud.

Inpassingsplan Kavel B (zuidelijke kavel) Leiweg VM aanleg 3000 m 2 natuur

reijrink heijmans Landschappelijke inpassing Fam. Duis, Bladel LAND S CHAPS I N R I C H T I N G

Landschappelijke elementen

Waterlanders : op weg met Sam de salamander. Poelenproject Herzele ter uitbreiding van de amfibieënpopulatie met als kernsoort de kamsalamander.

BOETELERVELD. ROUTE 4,3 km

VIER MODELLEN. Bouwstenen. Een meer uitgebreide beschrijving van de bouwstenen en informatie over het beheer vindt u in de bijlage.

Loof-en naaldbomen. Naam :

Wandeling n 23 : La porte Aïve : Hotton Bewegwijzering :

Conform uw opdracht hebben wij een veldonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de weilanden en kassen gelegen achter Zwaagdijk-Oost 189.

Natuur en groen op de speelplaats

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Vlaamse overheid -~~im--= Agentschap voor Natul.,fr en Bos

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Kruiden- en faunarijk grasland

Notitie quickscan beschermde soorten Prinsejagt-Driehoeksbos te Eindhoven

Compensatieplan. natuurcompensatie. parkeren De Heimolen. juli 2015

Bos/Bosplaats Perceelsnummer LH1 Bestandsnummer

4. Toeristisch landschap

Aanspreekpunt Privaat Beheer Natuur en Bos. Informatieplatform voor overheid en private terreineigenaar/beheerder

Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek in verband met de dijkversterking bij Schoonhoven

P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g

DE TUINEN VAN DE BLOEMIST

Ecologica BV Rondven PX Maarheeze. Quickscan beschermde flora en fauna Landgoed de Klokkenberg te Breda

Struinen door De Stille Kern

LANGENHOLTE: TOPNATUUR

Dossiernummer: Projectnummer:

Oevers 2x maaien Oever 2

QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM

Wat is essentaksterfte?

Bijlage VMBO-KB 2006 BIOLOGIE CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie b

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap

GPS wandeling over landgoed Rhijnauwen, lengte ongeveer 4 kilometer.

Wandeling n 4 Fond Vedeur : Durbuy Bewegwijzering :

NATUURPUNT VERZAMELT WAARNEMINGEN VOOR NIEUWE AMFIBIEËN- EN REPTIELENATLAS Sire, waar zijn uw kikkers?

Bijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 2006

REPORTAGE: HOPPER JEUGDVERBLIJF MERKENVELD, LOPPEM (ZEDELGEM)

Werkstuk Aardrijkskunde Loonse en Drunense duinen

Wandelroutes over het Wekeromse Zand. Lengtes: 2,5 tot 7,5 km

Onderzoek naar beschermde soorten aan de Eikenlaan in Sleeuwijk

Kleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen

Soorten te gebruiken in houtkanten

Verslag RAVON Utrecht Excursie Landgoed Den Treek Henschoten 10 april 2010

Bijlage 1 Kenmerken 11 Landschapseenheden en Kernen

Bundel 1 van veldoefeningen en cases

De Dender ontspringt in... en mondt uit in de... in de stad... Deze stad dankt zijn naam hieraan.

Natuurkwaliteit en bosgebruik Natura Rienk-Jan Bijlsma

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water

WAT MAAKT EEN BOS TOT EEN BOS?

Wandelweg nr. 16 : Pont le Prêtre : Durbuy Merkteken

AKS-1511 Landschappelijke inpassing Hotel Van Der Valk Akersloot

Wat is essentaksterfte?

we werken eraan Een frisse beek in een natuurlijke omgeving

Papendrecht Matenasche Scheidkade 9

Bermenplan Assen. Definitief

Transcriptie:

HET NATUURRESERVAAT VAN HET ROOD KLOOSTER Historisch en biologisch erfgoed Er bestaat reeds een andere infofiche met de algemene beschrijving van het site van het Rood Klooster. Deze fiche belicht twee zones met een bijzonder statuut. Enerzijds het bosreservaat dat zich uitstrekt over een zestigtal hectare ten noorden van de eigenlijke site, langs weerszijden van de Tervuursesteenweg. Anderzijds het natuurreservaat bestaande uit de vijvers (met uitzondering van de visvijver), de Grote Flossendelle, de Sourdinevallei en sommige taluds waarop een bijzondere, typische kalkbodemvegetatie groeit. EEN VLEUGJE GESCHIEDENIS De oorsprong van het Rood Klooster gaat terug tot de 14e eeuw. Priesters die op zoek waren naar een intensere beleving van hun religiositeit trokken zich toen als kluizenaars terug in het Zoniënwoud. In 1366 gaf de Hertogin van Brabant hen gronden in bruikleen alsook de toestemming om een kapel en enkele cellen te bouwen, waarschijnlijk niet ver van de "Keizerbron". Later stelden de monniken zich onder de regel van de heilige Augustinus en in 1373 maakten ze van de kluis een priorij. In 1385 kwam er een kerk in de plaats van de kapel. Jarenlang droegen de Hertogen van Brabant en vervolgens de Bourgondische prinsen met giften bij tot de ontwikkeling van het Rood Klooster. Zo bouwden de monniken verschillende kloostergebouwen met de uit het Zoniënwoud ontgonnen zandsteen en zand. Ze omheinden ze met een bakstenen omwalling die vandaag nog zichtbaar is. Ze ontgonnen een stuk van het woud en bewerkten er de aarde, legden de moerassen droog, plantten fruitbomen en wijnstokken aan en begonnen er groente en fruit te telen. Door het afdijken van de waterlopen creëerden de monniken kunstmatige vijvers, waarvan ze er een vijftiental aanlegden. Deze dienden als kweekvijvers en werden ook gebruikt om de watermolens te doen draaien. Het Rood Klooster werd in 1572 geplunderd en deels verwoest. In de eeuwen erna vielen er het klooster verschillende restauraties te beurt. Met de afschaffing van de contemplatieve ordes door keizer Jozef II in 1784 kwam er stilaan een einde aan de religieuze geschiedenis van de plaats. De gebouwen werden vanaf dan gebruikt voor militaire en industriële doeleinden of als hotel. In 1910 werden ze door de Belgische staat overgekocht. Sinds 1992 is het Brussels Hoofdstedelijk Gewest eigenaar van de locatie. De Grote Flossendelle, de Sourdinevallei en de taluds met kalkminnende vegetatie kregen in oktober 1990 het statuut van natuurreservaat. Acht jaar later kwamen daar ook nog de vijvers bij. Pagina 1 van 5 Natuurreservaat Rood Klooster 4/1/11

Onlangs werd er een belangrijke campagne afgesloten waarbij de oude gebouwen werden gerestaureerd in de geest van hoe ze waren in de 18e eeuw. Op zijn beurt heeft Leefmilieu Brussel zich toegelegd op de milieuaspecten van het project: het vroegere hydrografisch net restaureren, bepaalde zones ontginnen om er het landschap weer open te trekken en het landelijke karakter van voorheen in ere te herstellen, de omwallingsmuur en de toegangspoorten restaureren om zo opnieuw te komen tot het afgesloten geheel dat zo kenmerkend was voor religieuze complexen. ALGEMENE BESCHRIJVING : RIJKE, IN HET ZONIËNWOUD ZELDEN VOORKOMENDE BIOTOPEN Het bosreservaat Ten noorden van de voormalige priorij strekt het bosreservaat van het Rood Klooster zich over een zestigtal hectare uit. Het is erop gericht een bijzonder aanzicht in het Zoniënwoud te vrijwaren : het eikenbos met hyacint. Vroeger werden de kuddes van de abdij van het Rood Klooster en met name de varkenskuddes naar het naburige bos gebracht, waar ze zich konden voeden met de overvloedig aanwezige wortels, knollen, zaadjes, vruchten, kruiden en twijgjes. Met hun wroeten in de grond en vooral door hun uitwerpselen kwamen er mollen en wormen die in deze delen van het bos de grond mee hielpen omwoelen. Deze leemgronden zijn bovendien een beetje minder zuur dan elders. Naast deze bijzondere omstandigheden is er de aard zelf van het bosbestand: overheersend zomereik in een gemengd bos. In tegenstelling tot de beuk die veelvuldig in het bos voorkomt, laat de eik meer licht door. Dat bevordert de ontwikkeling van de struik- en graslaag. Zelfs al bestrijkt het bosreservaat van het Rood Klooster slechts een relatief klein deel van het Zoniënwoud, toch is het belangrijk qua oppervlakte en wegens zijn uitzonderlijk rijke flora die er, einde april, gedomineerd wordt door een tapijt van wilde hyacinten. Het natuurreservaat Het natuurreservaat van het Rood Klooster ligt ingebed in de site van het Rood Klooster, zelf een onderdeel van het Zoniënwoud. Door de gewestelijke geografische grenzen en het profiel van de hellingen heeft het erg bochtige omtrekken. Het reservaat wordt doorkruist door de Roodkloosterbeek die haar water betrekt uit twee belangrijke bronnen in de Grote Flossendelle: de Bosgeestbron en meer stroomafwaarts, de Keizerbron. Stroomafwaarts neemt haar debiet toe door de toevoer van het water van enkele kleine bronnetjes gelegen aan de voet van de linkerflank van het valleitje. De zone is erg vochtig omdat de watervoerende laag er aan de oppervlakte komt. Kleine tijdelijke poelen van enkele vierkante meter ontstaan hier en daar waar er gaten zijn (bijvoorbeeld waar de wortels van omgevallen bomen zich bevonden). Vroeger herbergde dit vochtige substraat tal van vijvers die vandaag de dag bij gebrek aan onderhoud opgevuld zijn. Nu groeit er een elzen-essenbos met een wirwar aan geulen en welig tierend, met elkaar verstrengeld dor en stormhout. Dit bos ziet er natuurlijk uit, alsof de mens er niet ingegrepen heeft. Het regenereert zichzelf en vormt een gunstig woongebied voor heel wat insecten, vogels, in holtes nestelende zoogdieren en, niet te vergeten, paddenstoelen. Elders op de hellingen domineert het beukenbos. Nu eens met onderhout uit haagbeuk, dan weer, op de kalkgronden, met een zeer heterogeen en van hoogte wisselend bomenbestand (beuk, haagbeuk, berk, es, gewone esdoorn en Spaanse aak en in het onderhout hazelaren, mispel, eenstijlige meidoorn, clematis, gladde iep,...). Vroeger waren er heel wat vijvers in het Rood Klooster. Er blijven er nog 5 van over. De Molenvijver waarin gevist wordt, maakt echter geen deel uit van het natuurreservaat. Naast de Molenvijver en op het uiteinde van een zijdalletje ligt een cirkelvormige poel van ongeveer 300 m² met daarop gele waterlelies. Dit is de Clabotsvijver die werd uitgegraven door de monniken die aarde nodig hadden om er hun dijken mee te bouwen. De vijver betrekt zijn water uit de watervoerende laag en vormt een belangrijk amfibieënreservoir. Daar waar de monniken vroeger zand en kalkhoudende zandsteen ontgonnen, kwam er een voor het Zoniënwoud unieke vegetatie tot stand: struikgewas en zogenaamde "calcifiele en thermofiele" stukjes grasperk, m.a.w. bevorderlijk voor planten die voor hun groei nood hebben aan warme, droge, kalkhoudende grond. Pagina 2 van 6 Natuurreservaat Rood Klooster - 04/01/11

OPMERKELIJKE FAUNA EN FLORA Het bosreservaat De zomereiken van het bosreservaat van het Rood Klooster komen van aanplantingen. Er gaat een buitengewoon belangrijk ecosysteem mee gepaard: vogels, insecten, paddenstoelen en, dankzij de vroeger bewerkte grond, een zeer uitbundige flora. Deze bestaat voornamelijk uit wilde hyacinten en bosanemoontjes, speenkruid, grote muur, klaverzuring, salomonszegel en, zelden voorkomend in het Zoniënwoud, narcissen. In de lente zorgt deze flora voor een kleurrijk bloementapijt, waarin het blauw van de wilde hyacint overheerst. Onder de grassen valt het bosgierstgras op. Het weze nog eens gezegd: wil men dit unieke patrimonium in ere houden en in goede staat aan de volgende generaties doorgeven, dan blijft men op de wegen en plukt men geen planten. Het natuurreservaat Op en rond de vijvers vindt men de rijke en gediversifieerde vogelfauna van het Rood Klooster. De reiger, de ijsvogel, de wilde eend, de meerkoet, het waterhoentje en ook de fuut komen er regelmatig nestelen. Deze laatste komt af op de takken of bomen die in de vijver gevallen zijn en die men daar trouwens om die reden laat liggen. De soort heeft ze immers nodig om er zijn drijvende nest op te bouwen. Andere vogels doen de plek meer sporadisch aan (om de winter door te brengen of om simpelweg voedsel te vinden). Tot deze categorie horen de tafel- of kuifeend, de slobeend, de krakeend of de dodaars die nood heeft aan heel veel voedsel uit het water. De mandarijneend vindt men ook terug in het Rood Klooster, maar dan in de boomrijke delen van de site, waar ze -in een gat in de boom of op enkele meter hoogte- een nestplaats vindt. In de rietkragen neemt men de kleine karekiet waar. In het reservaat komen ook exotische soorten voor: de Canadese gans en de Nijlgans. Om de schade aan de vegetatie evenwel te beperken wordt er strikt toegezien op hun aantal. In de vijvers zit er erg veel vis: karper, voorn, riviergrondel, baars, snoek, rietvoorn, snoekbaars, brasem, kroeskarper, zeelt,... De bittervoorn, een Europees -in het kader van Natura 2000- beschermd visje, werd dan weer waargenomen in de Clabotsvijver. Met zijn vochtige karakter is het reservaat (vijvers, poelen en stukken onder water in de Grote Flossendelle) uiterst geschikt voor amfibieën. De gewone pad en de bruine kikker zijn de meest verspreide soorten en planten zich in elk water voort. Niet zelden observeert men er ook de alpenwater-, de vinpoot- en kleine watersalamander. Op de site van het Rood Klooster werden er 13 vleermuizensoorten waargenomen. Ze vinden er voedsel in overvloed en voldoende schuilplaatsen. Naast de dorre bomen zijn er immers de kelders, zolders en vlieringen van de oude gebouwen die speciaal voor hen werden ingericht. Het stroomopwaarts van de vijvers gelegen vochtige bos bestaat uit elzen en essen. Sommige ervan staan met hun basis voortdurend in het water. Aangezien het hier gaat over stromend en dus zuurstofrijk water passen ze zich perfect aan dit milieu aan. In dit bos staan er ook grauwe abelen, zomereiken (ze kunnen tegen tijdelijke overstromingen), zoete kersen en tal van struiken (wilgen, clematis, spint,...). Op de bodem groeien er reuzenpaardenstaart (een grasachtige die al in het Carboon bestond), paarbladig en verspreidbladig goudveil, verschillende zeggesoorten, watermunt, moerasvergeet-mij-nietje, beekpunge,... De calcifiele en thermofiele grasstukken op een zuidhelling van het reservaat spreiden een mozaïek van voor het Zoniënwoud zeer zeldzame soorten tentoon: verschillende types van orchideeën, spekwortel (een zeer zelden voorkomende slingerplant die vroeger gebruikt werd voor kompressen, hier op de noordgrens van zijn verspreidingsgebied), ruig klokje, belladona, steenanjer, mispel,... Men ziet er insecten die horen bij de typische vegetatie voor warme en kalkhoudende bodems en ook al eens een hazelworm of een levendparende hagedis. Een erg steile helling -zichtbaar vanaf de parking van de visvijver- biedt de ideale zure ondergrond voor heide (heel erg zeldzaam in het Zoniënwoud). Om de heide meer armslag te geven werd de talud bewust van het struikgewas ontdaan. Pagina 3 van 6 Natuurreservaat Rood Klooster - 04/01/11

BEHEERSPRINCIPE Het bosreservaat Het beheer van het bosreservaat van het Rood Klooster is georkestreerd. Er vinden met andere woorden verschillende werkzaamheden plaats om de interessante eigenschappen van dit gedeelte van het Zoniënwoud te bewaren. Zo wordt er een maximum aan oude eiken overeind gehouden. Op andere plaatsen, in jongere eikenbestanden, werkt men de ontwikkeling van de mooie exemplaren in de hand door te zorgen voor open plekken. Om te vermijden dat er op een bepaald ogenblik ontwikkelingsstadia zouden ontbreken, behoudt men in deze zones bomen van verschillende leeftijd. Binnen het jonge bomenbestand perken de bosbeheerders eveneens bewust de ontwikkeling van de Amerikaanse vogelkers in. Deze exotische soort zorgt immers voor veel schaduw en verhindert zo dat plaatselijke soorten in bloei komen en natuurlijk regenereren. Als er bijgevolg open plekken moeten worden gecreëerd, komt de Amerikaanse vogelkers dan ook als eerste aan de beurt om te worden gekapt. Om de flora niet te laten lijden onder hun ingrepen dienen bosbeheerder zich in het bosreservaat aan zeer strikte -strikter dan ergens anders- reglementen te houden. Het natuurreservaat Vroeger waren er veel meer vijvers in het Rood Klooster. Vanaf de Grote Flossendelle tot aan de huidige Herman Debrouxlaan en de Woluwe vormden deze kunstmatige, door de priorijmonniken aangelegde vijvers een langgerekt, ononderbroken kralensnoer. Door de minder steile en minder schaduwrijke oevers en het heldere water, kwam er een welige waterplantengroei tot ontwikkeling. Het huidige beheer van de vijvers en hun onmiddellijke omgeving wil opnieuw komen tot de toestand die er voorheen was, toen de Brusselse vochtige valleien meer open waren. Dit is gunstiger voor watervogels die, door een open zicht op de omgeving, zich gemakkelijker van het ene naar het andere watervlak verplaatsen. In deze context worden de vijvers van het Rood Klooster regelmatig drooggelegd. Zo raakt men het overtollige aantal vissen kwijt, in het bijzonder de karpers en andere woelvissen die het water troebel maken. Een goede waterkwaliteit is immers noodzakelijk voor de ontwikkeling van de watervegetatie die op haar beurt de lokale fauna in de hand werkt. Vanuit eenzelfde optiek werden de oevers van de vijvers zacht glooiend heraangelegd zodat de vegetatie er aan een stuk door kan groeien, vanaf de vaste grond tot in het water. Nu en dan grijpt men in om het groeien van bomen op deze oevers tegen te gaan. Bomen geven immers schaduw en dat is weinig bevorderlijk voor de ontwikkeling van de water- en helofytvegetatie (wortels onder het water en het bovenste gedeelte in de lucht). Om vertrappeling te vermijden, de vegetatie te beschermen en de fauna niet te verstoren zijn de vijveroevers meestal omheind. Op de grote Clabotsvijver en de grote Lange Grachtvijver werden er wel observatiepontons aangelegd. Sinds 1990 wordt het bos stroomopwaarts van de vijvers, in de bovenloop van de Roodkloosterbeek niet meer geëxploiteerd. Met de bedoeling het in stand te houden, worden er geen ingrepen meer gepland. Jaarlijks maait men de calcifiele en thermofiele grasperken en om het open karakter van de plek te bewaren wordt het maaisel afgevoerd. Een al eens gevaarlijke en zware taak, zo blijkt, omwille van het reliëf. Leefmilieu Brussel denkt er dan ook aan om in de plaats ervan enkele Ardeense schapen uit te zetten. GROENE RUIMTEN IN DE BUURT Ten noordwesten: de Jean Massarttuin, het domein van Hertoginnedal en de Mellaertsvijvers Ten westen: het Bergogepark Ten zuiden en oosten: het Zoniënwoud Ten zuidwesten: het Seny- en het Ten Reukenpark Ten zuiden: het Dry Borren-natuurreservaat. Pagina 4 van 6 Natuurreservaat Rood Klooster - 04/01/11

Oppervlakte: 85 hectare (25 hectare voor het natuurreservaat, 60 hectare voor het bosreservaat) Typologie : gewestelijk natuurreservaat en gewestelijk bosreservaat Eigenaar: Brussels Hoofdstedelijk Gewest Beheer: Leefmilieu Brussel Bescherming : het bosreservaat van het Rood Klooster werd opgericht door het besluit van 25 november 1990 (40 hectare) en uitgebreid tot het eikenbestand rondom het Rood Klooster met het besluit van 27 september 2007 (+ 20 hectare). Het besluit van 25 oktober 1990 en dat van 10 december 1998 legden de grenzen van het natuurreservaat vast. PRAKTISCHE INFORMATIE OPENINGSUREN Het bosreservaat van het Rood Klooster is steeds toegankelijk maar het is er verboden de wegen te verlaten. CONTACT Een vraag, een probleem? U kan zich wenden tot de boswachters die het Zoniënwoud doorkruisen en meer in het algemeen tot Leefmilieu Brussel : 02/775 77 38 voor de bosdienst of 02 / 775 75 75 voor de infodienst, info@leefmilieubrussel.be UITRUSTING Informatieborden, vlonders in de Grote Flossendelle en in nabijheid van de bronnen, bruggetje over de beek, observatiepontons op de grote Clabotsvijver en op de grote Lange Grachtvijver. ER GERAKEN Het Rood Klooster ligt op het grondgebied van de gemeente Oudergem en kan bereikt worden via de Waversesteenweg en, enkel voor voetgangers, langs de Roodkloosterstraat. BEREIKBAARHEID ANDERVALIDEN Probleemloos. OPENBAAR VERVOER Metro 5 (halte Herrmann-Debroux) Tram 94 (halte Herrmann-Debroux) Bus 72 (halte Roodklooster), 41 en 94 (halte Hermann-Debroux) Bus TEC 341, 345, 344, 348, E, Conforto en bus De Lijn 343 en 349 (halte Rouge- Cloître/Roodklooster). Pagina 5 van 6 Natuurreservaat Rood Klooster - 04/01/11

MEER INFORMATIE De brochures en folders van Leefmilieu Brussel: - het Zoniënwoud Meer info over de Brusselse reservaten Meer info over Natura 2000 Meer info over de Groene wandeling Meer info over het Groene en het Blauwe netwerk De website van het Platform Zoniënwoud De website van het Zoniënwoud De atlas van de amfibieën en reptielen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Pagina 6 van 6 Natuurreservaat Rood Klooster - 04/01/11