Commissie interne markt en consumentenbescherming ***I ONTWERPVERSLAG. Commissie interne markt en consumentenbescherming

Vergelijkbare documenten
Commissie interne markt en consumentenbescherming ***I ONTWERPVERSLAG

Commissie interne markt en consumentenbescherming ***I ONTWERPVERSLAG. Commissie interne markt en consumentenbescherming

RICHTLIJN 2013/11/EU VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0268(COD)

Commissie interne markt en consumentenbescherming ***I ONTWERPVERSLAG

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ***I ONTWERPVERSLAG

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2016/0110(COD)

Publicatieblad van de Europese Unie L 136/3 RICHTLIJNEN

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 januari 2008 (OR. en) 15003/07 Interinstitutioneel dossier: 2004/0251 (COD) JUSTCIV 301 CODEC 1225

EUROPEES PARLEMENT Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ***I ONTWERPVERSLAG

* ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2016/0406(CNS)

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0082/

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken * ONTWERPVERSLAG. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0070/

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0063/

* VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0124/

*** ONTWERPAANBEVELING

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0327(COD)

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0061/

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2015/0028(COD)

*** ONTWERPAANBEVELING

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

EUROPEES PARLEMENT. Commissie juridische zaken en interne markt ***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0062/

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2016/0029(COD)

*** ONTWERPAANBEVELING

* ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2009/0075(CNS)

* VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0283/

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van XXX. betreffende toegang tot een elementaire betaalrekening. (Voor de EER relevante tekst)

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0071/

*** ONTWERPAANBEVELING

Datum 15 februari 2012 Onderwerp adviesaanvraag voorstel Richtlijn ADR en voorstel Verordening ODR

*** ONTWERPAANBEVELING

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken ***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/2117(INI)

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0390(COD)

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

SAMENVATTING. Samenvatting. Voorstellen van de Europese Commissie

EUROPESE CENTRALE BANK

Jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I

EUROPEES PARLEMENT. Commissie juridische zaken en interne markt * ONTWERPVERSLAG. Commissie juridische zaken en interne markt

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

EUROPEES PARLEMENT. Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme ***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

EUROPEES PARLEMENT * ONTWERPVERSLAG. Commissie economische en monetaire zaken VOORLOPIGE VERSIE 2004/0079(CNS)

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

* ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2009/0806(CNS)

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2010/0272(COD)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0036(COD)

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Commissie interne markt en consumentenbescherming ONTWERPVERSLAG

P7_TA(2010)0160 Europees Vluchtelingenfonds voor de periode (wijziging van Beschikking nr. 573/2007/EG) ***I

* ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0444(NLE)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken *

*** ONTWERPAANBEVELING

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

* ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2018/0252(NLE)

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/0232(COD) van de Commissie juridische zaken

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE

"Culturele Hoofdstad van Europa" voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad (15853/2/2002 C5-0137/2003) 1,

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

MEDEDELING AAN DE LEDEN

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ***I ONTWERPVERSLAG

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0260(COD)

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/2275(INI)

*** ONTWERPAANBEVELING

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0175(COD) Ontwerpverslag Werner Langen (PE v01-00)

Commissie economische en monetaire zaken * ONTWERPVERSLAG

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN DIRECTORAAT-GENERAAL MOBILITEIT EN VERVOER

BESLUIT (EU) 2017/935 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

EUROPEES PARLEMENT * ONTWERPVERSLAG. Commissie internationale handel VOORLOPIGE VERSIE 2004/0288(CNS)

LIFE.1.C EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0019 (COD) PE-CONS 62/19 SOC 114 EMPL 81 PREP-BXT 62 CODEC 500

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75

Transcriptie:

EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie interne markt en consumentenbescherming 2011/0373(COD) 23.7.2012 ***I ONTWERPVERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 en Richtlijn 2009/22/EG (richtlijn ADR consumenten) (COM(2011)0793 C7-0454/2011 2011/0373(COD)) Commissie interne markt en consumentenbescherming Rapporteur: Louis Grech Rapporteurs voor advies (*): Cristian Silviu Buşoi, Commissie juridische zaken (*) Procedure met medeverantwoordelijke commissies Artikel 50 van het Reglement PR\910073.doc PE487.749v03-00 In verscheidenheid verenigd

PR_COD_1amCom Verklaring van de gebruikte tekens * Raadplegingprocedure *** Goedkeuringsprocedure ***I Gewone wetgevingsprocedure (eerste lezing) ***II Gewone wetgevingsprocedure (tweede lezing) ***III Gewone wetgevingsprocedure (derde lezing) (De aangeduide procedure is gebaseerd op de in de ontwerptekst voorgestelde rechtsgrond.) en op een ontwerptekst Door het Parlement aangebrachte wijzigingen op de ontwerptekst worden in vet cursief aangegeven. De markering in mager cursief is een aanwijzing voor de technische diensten en betreft passages in de ontwerptekst waarvoor een correctie wordt voorgesteld met het oog op de uiteindelijke tekst (bijvoorbeeld aperte fouten of weglatingen in een taalversie). Dergelijke correcties moeten worden goedgekeurd door de betrokken technische diensten. In de koptekst van een amendement op een bestaande tekst, waarvoor in de ontwerptekst wijzigingen worden voorgesteld, wordt op respectievelijk de derde en vierde regel verwezen naar de bestaande tekst en naar de bepaling in kwestie. Tekstdelen die worden overgenomen uit een bepaling van een bestaande tekst die in de ontwerptekst niet zijn gewijzigd, maar die door het Parlement worden geamendeerd, worden in vet gemarkeerd. Een eventuele schrapping van dergelijke tekstdelen wordt als volgt aangegeven: [...]. PE487.749v03-00 2/138 PR\910073.doc

INHOUD Bladzijde ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT...5 TOELICHTING...93 ADVIES VAN DE COMMISSIE JURIDISCHE ZAKEN OVER DE VOORGESTELDE RECHTSGRONDSLAG...98 ADVIES VAN DE COMMISSIE JURIDISCHE ZAKEN...99 PR\910073.doc 3/138 PE487.749v03-00

PE487.749v03-00 4/138 PR\910073.doc

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 en Richtlijn 2009/22/EG (richtlijn ADR consumenten) (COM(2011)0793 C7-0454/2011 2011/0373(COD)) (Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing) Het Europees Parlement, gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2012)0793), gezien artikel 294, lid 2, en artikel 114 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7-0454/2011), gezien het advies van de Commissie juridische zaken over de rechtsgrondslag, gelet op artikel 294, lid 3, en artikel 169 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, gezien de gemotiveerde adviezen die in het kader van protocol (nr. 2) betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid werden ingediend door de Senaat van het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsraad van de Bondsrepubliek Duitsland, waarin het ontwerpwetgevingsbesluit in strijd met het subsidiariteitsbeginsel werd geacht, gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 28 maart 2012 1, gezien de artikelen 55 en 37 van zijn Reglement, gezien het verslag van de Commissie interne markt en consumentenbescherming en het advies van de Commissie juridische zaken (A7-0000/2012), 1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast; 2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen; 3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen. 1 1 Nog niet in het Publicatieblad gepubliceerd. PR\910073.doc 5/138 PE487.749v03-00

Visum 1 Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 114 en 169, 2 Overweging 1 (1) In artikel 169, lid 1, en lid 2, onder a), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) wordt bepaald dat de Unie bijdraagt tot de verwezenlijking van een hoog niveau van consumentenbescherming door middel van maatregelen die zij op grond van artikel 114 neemt. Volgens artikel 38 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie wordt in het beleid van de Unie zorg gedragen voor een hoog niveau van consumentenbescherming. (1) In artikel 169, lid 1, en lid 2, onder a), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) wordt bepaald dat de Unie bijdraagt tot de verwezenlijking van een hoog niveau van consumentenbescherming onder andere door middel van maatregelen die zij op grond van artikel 114 neemt. Volgens artikel 38 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie wordt in het beleid van de Unie zorg gedragen voor een hoog niveau van consumentenbescherming. 3 Overweging 2 (2) Overeenkomstig artikel 26, lid 2, VWEU omvat de interne markt een ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrije verkeer van goederen en diensten gewaarborgd is. Om ervoor te zorgen dat (2) Overeenkomstig artikel 26, lid 2, VWEU omvat de interne markt een ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrije verkeer van goederen en diensten gewaarborgd is. De interne markt dient PE487.749v03-00 6/138 PR\910073.doc

consumenten vertrouwen hebben in en profiteren van de interne markt, dienen zij toegang te hebben tot eenvoudige en goedkope manieren van beslechting van geschillen die voortvloeien uit de verkoop van goederen of de verlening van diensten. Dit geldt voor zowel offline- als onlinetransacties, en is met name van belang wanneer consumenten over de grens winkelen. consumenten toegevoegde waarde te bieden in de vorm van een betere kwaliteit, een bredere keus, redelijke prijzen en strenge veiligheidsnormen voor goederen en diensten waardoor consumenten een hoge bescherming kunnen genieten. Verduidelijkt de tastbare voordelen die de interne markt de consumenten biedt. 4 Overweging 2 bis (nieuw) (2 bis) Een versnipperde interne markt gaat ten koste van de Europese concurrentiekracht, economische groei en werkgelegenheidsgroei. Het is voor de afronding van de interne markt van cruciaal belang dat de directe en indirecte obstakels voor een goede werking ervan uit de weg worden geruimd en dat het vertrouwen van de consument erin wordt vergroot. Doel van de interne markt is een grensoverschrijdende ruimte te creëren waarbinnen burgers en bedrijven zich vrij bewegen kunnen en hun rechten uitoefenen. De grote versnippering werkt echter dusdanige onvolkomenheden in de hand dat de burger gefrustreerd raakt. 5 Overweging 2 quater (nieuw) PR\910073.doc 7/138 PE487.749v03-00

(2 quater) De consumenten moeten volop kunnen genieten van een gegarandeerde toegang tot eenvoudige, doeltreffende, doelmatige en financieel toegankelijke procedures voor het beslechten van binnenlandse en grensoverschrijdende geschillen over de verkoop van goederen of de levering van diensten. Op die manier kan hun vertrouwen in de markt worden vergroot. Dit geldt zowel voor transacties via de traditionele kanalen als via het internet, en is met name van belang wanneer consumenten over de grens winkelen. Als burgers het vertrouwen krijgen dat zij waar dan ook in de Unie verhaal kunnen halen, worden zij actiever op de interne markt, krijgen zij toegang tot een breder scala producten en wordt de economische groei bevorderd. 6 Overweging 3 (3) Alternatieve geschillenbeslechting biedt een eenvoudige, snelle en goedkope buitengerechtelijke oplossing voor geschillen tussen consumenten en ondernemers. Alternatieve geschillenbeslechting is echter nog niet voldoende ontwikkeld in de Europese Unie. Willen consumenten de mogelijkheden daarvan optimaal kunnen benutten, dan moet alternatieve geschillenbeslechting beschikbaar zijn voor alle soorten consumentengeschillen, moeten de kwaliteitsniveaus van de ADRprocedures gelijk zijn en moeten consumenten en ondernemers op de (3) Alternatieve geschillenbeslechting biedt een eenvoudige, snelle en goedkope buitengerechtelijke oplossing voor geschillen tussen consumenten en ondernemers. Alternatieve geschillenbeslechting is echter nog onvoldoende en ongelijk ontwikkeld in de lidstaten. Het is betreurenswaardig dat ondanks de aanbeveling 98/257/EG van de Commissie van 30 maart 1998 betreffende de principes die van toepassing zijn op de organen die verantwoordelijk zijn voor de buitengerechtelijke beslechting van consumentengeschillen 1 en aanbeveling PE487.749v03-00 8/138 PR\910073.doc

hoogte zijn van dergelijke procedures. Ook dienen de ADR-entiteiten grensoverschrijdende geschillen doeltreffend af te handelen. 2001/310/EG van de Commissie van 4 april 2001 met betrekking tot de beginselen voor de buitengerechtelijke organen die bij de consensuele beslechting van consumentengeschillen 2 betrokken zijn er in sommige delen van de EU en in bepaalde economische sectoren nog geen of onvoldoende werkende mechanismen voor alternatieve geschillenbeslechting tot stand zijn gebracht. Consumenten en ondernemers zijn nog niet op de hoogte van de reeds voorhanden alternatieve verhaalprocedures, getuige het uiterst kleine percentage burgers dat weet hoe een klacht in te dienen bij een ADRentiteit. 1 PB L 115 van 17.04.98, blz. 31. 2 PB L 109 van 19.04.01, blz. 56. 7 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) Doordat er nog altijd de nodige barrières en lacunes bestaan, zoals gebrekkige informatie, een geografisch en qua sectoren ongelijke ontwikkeling van de systemen voor alternatieve geschillenbeslechting (ADR) en gefragmenteerde en ongecoördineerde regelgeving, wordt de consument belemmerd in zijn vermogen om in vol vertrouwen aankopen te doen, met name over de grenzen heen. Om dezelfde redenen zien ondernemers af van het verkopen aan consumenten in andere lidstaten waar er onvoldoende toegang tot kwalitatief hoogwaardige ADRprocedures is. Bovendien ondervinden PR\910073.doc 9/138 PE487.749v03-00

ondernemers die gevestigd zijn in een lidstaat waar de kwaliteit van ADRprocedures te wensen overlaat een concurrentienadeel in vergelijking tot ondernemers die wel toegang hebben tot dergelijke ADR-procedures en aldus consumentengeschillen sneller en goedkoper kunnen beslechten. De ongelijkheden in de dekking, de kwaliteit en de bekendheid van ADR-mechanismen in de lidstaten vormen een obstakel voor de interne markt en vereisen actie op het niveau van de Unie. Met deze richtlijn dienen minimumnormen voor de kwaliteit van ADR-entiteiten te worden vastgesteld, die consumenten hetzelfde gewaarborgde minimumniveau van bescherming en rechten bieden bij zowel binnenlandse als grensoverschrijdende geschillen. Deze richtlijn mag lidstaten er niet van weerhouden regels in te voeren of te handhaven die verder gaan dan wat is voorzien in deze richtlijn. Door de grote verschillen binnen de interne markt qua wetgeving, uitvoering van wetgeving en beschikbare informatie wordt het potentieel ervan onvolledig benut. Met name de ongelijke ontwikkeling van systemen voor alternatieve geschillenbeslechting (ADR) noopt tot optreden op Europees niveau om op die manier alle consumenten gelijke toegang te bieden tot hoogstaande ADR- procedures. 8 Overweging 3 ter (nieuw) (3 ter) Teneinde consumenten ten volle te laten profiteren van de mogelijkheden die de interne markt biedt, moet ADR beschikbaar zijn voor alle soorten binnenlandse en grensoverschrijdende geschillen waarop deze richtlijn betrekking heeft. ADR-procedures moeten PE487.749v03-00 10/138 PR\910073.doc

voldoen aan consistente minimumkwaliteitsnormen in de gehele Unie, en consumenten en ondernemers moeten bekend zijn met dergelijke procedures. Het is gezien de toename van grensoverschrijdende handel en verkeer van personen eveneens van belang dat ADR-entiteiten de aan hen voorgelegde grensoverschrijdende geschillen doeltreffend afhandelen. 9 Overweging 3 quater (nieuw) (3 quater) zoals het Europees Parlement in zijn resoluties van 25 oktober 2011 over alternatieve geschillenbeslechting in burgerlijke, handels- en familiezaken 1 en van 20 mei 2010 over het verwezenlijken van een interne markt voor consumenten en burgers 2 reeds bepleitte, dienen in het kader van een holistische benadering van de interne markt die de burgers daadwerkelijk iets oplevert eerst en vooral eenvoudige, betaalbare, doeltreffende, doelmatige en toegankelijke verhaalprocedures ontwikkeld te worden. 1 Aangenomen teksten P7_TA(2011)0449. 2 PB C 161 E van 31.5.2011, blz. 84. Het Europees Parlement heeft van meet af aan gepleit voor specifieke wetgeving ter waarborging van de toegang tot alternatieve geschillenbeslechting voor de consument. PR\910073.doc 11/138 PE487.749v03-00

10 Overweging 4 (4) In haar Akte voor de interne markt heeft de Commissie wetgeving over alternatieve geschillenbeslechting, waaronder die inzake de onlinehandel, aangeduid als een van de twaalf hefbomen voor het stimuleren van de groei en het versterken van het vertrouwen in de eengemaakte markt. (4) In haar Akte voor de interne markt heeft de Commissie wetgeving over alternatieve geschillenbeslechting, waaronder die inzake de onlinehandel, aangeduid als een van de twaalf hefbomen voor het stimuleren van de groei, het versterken van het vertrouwen en het boeken van vooruitgang op weg naar de eengemaakte markt. 11 Overweging 5 (5) De Europese Raad heeft het Parlement en de Raad verzocht om uiterlijk eind 2012 een eerste reeks van prioritaire maatregelen vast te stellen om de eengemaakte markt een nieuwe impuls te geven. (5) De Europese Raad heeft het Parlement en de Raad verzocht om uiterlijk eind 2012 een eerste reeks van prioritaire maatregelen vast te stellen om de eengemaakte markt een nieuwe impuls te geven. De Raad heeft daarbij het belang van e-handel onderstreept en bevestigd dat zowel consumenten als ondernemers met behulp van ADR-regeling goedkoop, eenvoudig en snel verhaal moeten kunnen halen. Voor een succesvolle uitvoering van deze regeling is er langdurig politiek engagement nodig en steun van alle betrokken partijen, waarbij de financiële toegankelijkheid, transparantie, flexibiliteit, snelheid en kwaliteit van de besluitvorming door ADR-entiteiten die onder de werkingssfeer van deze richtlijn vallen, intact moet worden gehouden. PE487.749v03-00 12/138 PR\910073.doc

Om het volledige potentieel van alternatieve geschillenbeslechting te kunnen uitbuiten, dienen de Commissie, het Parlement en de Raad er volledig achter te staan en er volle steun aan te verlenen. De lidstaten in het bijzonder moeten toezien op een behoorlijke tenuitvoerlegging van de richtlijn. 12 Overweging 5 bis (nieuw) (5 bis) Gezien het groeiende belang van de e-handel - grensoverschrijdende e-handel in het bijzonder - als een van de pijlers van de economische bedrijvigheid in de EU, is er een goed werkend ADR-stelsel en een goed geïntegreerd kader voor geschillenbeslechting via internet voor online contractuele geschillen nodig om de in de Akte voor de interne markt vastgelegde doelstelling van vergroting van het vertrouwen van de burger in de interne markt te kunnen bewerkstelligen. De handel via internet is een belangrijke pijler van de economische activiteit binnen de Europese Unie geworden. Tegelijkertijd staan veel consumenten en ondernemers huiverachtig tegenover het doen van aankopen en het uitvoeren van verkooptransacties via internet, omdat zij bang zijn dat zij geen verhaal kunnen halen als er onverhoopt een geschil ontstaat. 13 Overweging 5 ter (nieuw) (5 ter) Deze richtlijn en Verordening * van het Europees parlement en de Raad van ** betreffende onlinebeslechting van consumentengeschillen (ODRverordening) zijn twee onderling PR\910073.doc 13/138 PE487.749v03-00

verbonden en elkaar aanvullende besluiten. Het ODR-platform is ervoor bedoeld om, ondersteund door de aanwezigheid van hoogstaande ADRentiteiten in heel de EU, consumenten en ondernemers één enkel toegangspunt voor de buitengerechtelijke beslechting van onlinegeschillen te bieden. Het ODRplatform kan alleen goed werken als er overal volledige ADR-dekking beschikbaar is. * PB: gelieve het referentienummer in te voegen. * PB: gelieve de datum van aanneming in te voegen. 14 Overweging 6 (6) De ontwikkeling van een goed functionerende alternatieve geschillenbeslechting in de Europese Unie is noodzakelijk om het vertrouwen van de consumenten in de interne markt, ook op het gebied van e-commerce, te versterken. Een dergelijke ontwikkeling moet voortbouwen op de in de lidstaten bestaande ADR-procedures, met eerbiediging van de wettelijke tradities van de lidstaten. (6) De ontwikkeling van een goed functionerende alternatieve geschillenbeslechting in de Europese Unie is noodzakelijk om het vertrouwen van de consumenten in de interne markt, ook op het gebied van e-commerce, te versterken, en om het volledige potentieel van grensoverschrijdende handel en e-handel te realiseren. Een dergelijke ontwikkeling moet voortbouwen op de in de lidstaten bestaande ADR-procedures, met eerbiediging van de wettelijke tradities van de lidstaten. Alle huidige en nieuw opgezette geschillenbeslechtingsinstanties die goed functioneren en voldoen aan de in deze richtlijn uiteengezette minimale kwaliteitscriteria, dienen te worden aangemerkt als "ADR-entiteiten". De verspreiding van de ADR-procedures kan bovendien belangrijk blijken in de PE487.749v03-00 14/138 PR\910073.doc

lidstaten waar bij rechtszaken die bij de rechtbanken aanhangig zijn, sprake is van een aanzienlijke achterstand, waardoor aan de burgers van de Europese Unie het recht op een rechtvaardig proces binnen redelijke termijnen wordt ontnomen. Teneinde te zorgen voor gelijke concurrentievoorwaarden, kan het bij ADR-entiteiten in de zin van deze richtlijn zowel om reeds bestaande als om nieuw opgerichte geschillenbeslechtingsinstanties gaan die qua opzet voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. 15 Overweging 7 (7) Deze richtlijn dient te gelden voor contractuele geschillen tussen consumenten en ondernemers die voortvloeien uit de verkoop van goederen of de verrichting van diensten in alle economische sectoren. Hierbij dient het zowel om klachten van consumenten tegen ondernemers als om klachten van ondernemers tegen consumenten te gaan. Deze richtlijn dient niet te gelden voor geschillen tussen ondernemers; zij mag de lidstaten evenwel niet beletten voorschriften vast te stellen of te handhaven inzake procedures voor de buitengerechtelijke beslechting van dergelijke geschillen. (7) Deze richtlijn dient te gelden voor contractuele geschillen tussen consumenten en ondernemers die voortvloeien uit de verkoop van goederen of de verrichting van diensten, zowel offline als online, met inbegrip van de terbeschikkingstelling van digitale inhoud tegen betaling, in alle economische sectoren. Zij dient niet te gelden voor niet-economische diensten van algemeen belang, ongeacht de rechtsbetrekking tussen handelaar en consument. Deze richtlijn dient te gelden voor klachten van consumenten tegen ondernemers. Deze richtlijn dient niet te gelden voor klachten ingediend door ondernemers tegen consumenten of voor geschillen tussen ondernemers; deze richtlijn mag de lidstaten evenwel niet beletten voorschriften vast te stellen of te handhaven inzake procedures voor de buitengerechtelijke beslechting van dergelijke geschillen. PR\910073.doc 15/138 PE487.749v03-00

16 Overweging 10 (10) Deze richtlijn dient voorrang te hebben op Uniewetgeving die bepalingen bevat die erop zijn gericht de oprichting van ADR-entiteiten in een specifieke sector te bevorderen. Waar sectorspecifieke wetgeving de oprichting van dergelijke entiteiten verplicht stelt, dient deze richtlijn enkel voorrang te hebben voor zover die wetgeving niet ten minste een gelijkwaardig niveau van consumentenbescherming garandeert. (10) Deze richtlijn dient voorrang te hebben op Uniewetgeving die bepalingen bevat die erop zijn gericht de oprichting van ADR-entiteiten in een specifieke sector te bevorderen. Waar sectorspecifieke wetgeving de oprichting van ADRentiteiten verplicht stelt, dient deze richtlijn enkel voorrang te hebben voor zover de sectorspecifieke wetgeving niet ten minste een gelijkwaardig niveau van consumentenbescherming garandeert. 17 Overweging 11 (11) De verschillen tussen de ADRentiteiten zijn zowel tussen de lidstaten onderling als in de lidstaten zelf erg groot. Deze richtlijn dient elke entiteit te bestrijken die op duurzame basis is opgericht en de beslechting van een geschil via een ADR-procedure aanbiedt. Een arbitrageprocedure die op ad-hocbasis voor één enkel geschil tussen een consument en een ondernemer buiten het kader van een ADR-entiteit is opgezet, dient niet als ADR-procedure te worden aangemerkt. (11) De verschillen tussen de ADRentiteiten zijn zowel tussen de lidstaten onderling als in de lidstaten zelf erg groot. Deze richtlijn dient elke entiteit te bestrijken die op duurzame basis is opgericht en de beslechting van een geschil via een ADR-procedure aanbiedt die is aangemeld bij de Commissie en de lidstaten en in de lijst is opgenomen overeenkomstig artikel 17, lid 2 van deze richtlijn. Een arbitrageprocedure die op adhocbasis voor één enkel geschil tussen een consument en een ondernemer buiten het kader van een ADR-entiteit is opgezet, PE487.749v03-00 16/138 PR\910073.doc

dient niet als ADR-procedure te worden aangemerkt. Aanbieders van ADR die er niet voor kiezen ADR-entiteiten in de zin van deze richtlijn te zijn, dienen niet te worden onderworpen aan de bepalingen van deze richtlijn. 18 Overweging 11 bis (nieuw) (11 bis) De verschillen tussen de ADRprocedures zijn zowel tussen de lidstaten onderling als in de lidstaten zelf erg groot. Zij kunnen de vorm aannemen van procedures waarbij de geschillenbeslechtingsentiteit de partijen bij elkaar brengt teneinde een minnelijke schikking te vergemakkelijken, procedures waarbij de geschillenbeslechtingsentiteit een oplossing voorstelt of procedures waarbij de geschillenbeslechtingsentiteit een oplossing oplegt. Daarnaast kunnen zij de vorm aannemen van een combinatie van twee of meer van dergelijke procedures. Deze richtlijn dient de vorm die de ADRprocedures in de lidstaten aannemen onverlet te laten. 19 Overweging 12 (12) Deze richtlijn dient niet te gelden voor (12) Deze richtlijn dient te gelden voor PR\910073.doc 17/138 PE487.749v03-00

procedures voor geschillenbeslechtingsentiteiten waarbij de met de geschillenbeslechting belaste natuurlijke personen exclusief in dienst van de ondernemer zijn en evenmin voor procedures in het kader van ondernemingsstelsels voor de afhandeling van consumentenklachten. Zij dient niet te gelden voor rechtstreekse onderhandelingen tussen partijen. Voorts dient zij geen toepassing te vinden op pogingen ondernomen door een rechter om een geschil te beslechten in het kader van een gerechtelijke procedure met betrekking tot dat geschil. procedures voor geschillenbeslechtingsentiteiten waarbij de met de geschillenbeslechting belaste natuurlijke personen exclusief in dienst van de ondernemer zijn, of uitsluitend van die ondernemer of een bedrijfs- of beroepsorganisatie waarvan die ondernemer lid is enige vorm van beloning krijgen, tenzij deze entiteiten volledig voldoen aan de in hoofdstuk II van deze richtlijn vastgestelde kwaliteitseisen en voldoen aan de strenge aanvullende onafhankelijkheidswaarborgen die zijn vastgesteld in artikel 2, lid 2 onder a). ADR-entiteiten die via dergelijke procedures geschillenbeslechting aanbieden dienen regelmatig te worden getoetst op hun naleving van de in deze richtlijn vastgestelde kwaliteitseisen, met inbegrip van de specifieke aanvullende voorwaarden ten aanzien van hun onafhankelijkheid. 20 Overweging 12 bis (nieuw) (12 bis) Deze richtlijn dient niet te gelden voor procedures in het kader van ondernemingsstelsels voor de afhandeling van consumentenklachten, noch voor rechtstreekse onderhandelingen tussen partijen. Voorts dient zij geen toepassing te vinden op pogingen ondernomen door een rechter om een geschil te beslechten in het kader van een gerechtelijke procedure met betrekking tot dat geschil. PE487.749v03-00 18/138 PR\910073.doc

21 Overweging 12 bis (nieuw) (12 bis) Richtlijn 2008/52/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2008 betreffende bepaalde aspecten van bemiddeling/mediation in burgerlijke en handelszaken 1 heeft reeds een kader gecreëerd voor op het niveau van de Unie te hanteren systemen van bemiddeling/mediation, in het bijzonder bij grensoverschrijdende geschillen, zonder dat dit de toepassing daarvan bij interne bemiddelingssystemen in de weg staat. Deze richtlijn vormt een aanvulling op dit systeem voor wat andere ADRprocedures betreft. 1 PB L 136 van 24.05.08, blz. 3. 22 Overweging 13 (13) De lidstaten moeten erop toezien dat de geschillen waarop deze richtlijn van toepassing is, kunnen worden voorgelegd aan een ADR-entiteit die voldoet aan de in deze richtlijn gestelde voorwaarden. De lidstaten moeten de mogelijkheid hebben om aan deze verplichting te voldoen door gebruik te maken van de diensten van de bestaande ADR-entiteiten en het bevoegdheidsgebied daarvan zo nodig aan te passen, of te voorzien in de oprichting (13) De lidstaten moeten erop toezien dat de geschillen over overeenkomsten waarop deze richtlijn van toepassing is, kunnen worden voorgelegd aan een ADR-entiteit die voldoet aan de in deze richtlijn bepaalde kwaliteitscriteria. De lidstaten kunnen ook aan deze verplichting voldoen door voort te bouwen op de diensten van de bestaande goed werkende ADRentiteiten en het bevoegdheidsgebied daarvan zo nodig overeenkomstig de PR\910073.doc 19/138 PE487.749v03-00

van nieuwe ADR-entiteiten. Deze richtlijn dient de lidstaten niet te verplichten om in elke detailhandelsector een specifieke ADR-entiteit op te richten. De lidstaten dienen de mogelijkheid te hebben om te voorzien in de oprichting van een ADRentiteit als vangnet voor de behandeling van geschillen waarvoor geen specifieke entiteit bevoegd is. bepalingen van deze richtlijn aan te passen, of te voorzien in de oprichting van nieuwe ADR-entiteiten. Deze richtlijn dient de lidstaten niet te verplichten om in elke detailhandelsector een specifieke ADR-entiteit op te richten. De lidstaten dienen te voorzien in de oprichting van een ADR-entiteit als vangnet voor de behandeling van geschillen waarvoor geen specifieke entiteit bevoegd is, teneinde te zorgen voor volledige geografische dekking en toegang tot alternatieve geschillenbeslechting in alle lidstaten. 23 Overweging 14 (14) Deze richtlijn mag de juridische situatie van in een lidstaat gevestigde ondernemers die vallen onder een ADRentiteit in een andere lidstaat, niet aantasten. De lidstaten dienen de ontwikkeling van dergelijke entiteiten te bevorderen. (14) Deze richtlijn mag de juridische situatie van in een lidstaat gevestigde ondernemers die vallen onder een ADRentiteit in een andere lidstaat, niet aantasten. Om de geografische dekking en de toegankelijkheid voor consumenten van ADR in de Unie te verruimen dienen de lidstaten de ontwikkeling van dergelijke regionale, transnationale en pan- Europese geschillenbeslechtingsentiteiten te bevorderen waar ondernemers uit verschillende lidstaten deel uitmaken van dezelfde ADR-entiteit. De Commissie dient de oprichting van dergelijke entiteiten op Europees niveau verder te vergemakkelijken. 24 PE487.749v03-00 20/138 PR\910073.doc

Overweging 15 (15) Deze richtlijn mag het recht van de lidstaten om ADR-procedures te handhaven of in te voeren voor de gezamenlijke behandeling van identieke of soortgelijke geschillen tussen een ondernemer en diverse consumenten, niet aantasten. Dergelijke procedures kunnen worden beschouwd als een eerste stap op weg naar de verdere ontwikkeling van collectieve ADR-procedures in de Unie. (15) Deze richtlijn mag het recht van de lidstaten om ADR-procedures te handhaven of in te voeren voor de gezamenlijke behandeling van identieke of soortgelijke geschillen tussen een ondernemer en diverse consumenten, niet aantasten. Er dienen omvattende effectbeoordelingen te worden uitgevoerd van collectieve regelingen voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting voordat deze worden voorgesteld op het niveau van de Unie. Het bestaan van een doeltreffend systeem voor collectieve claims enerzijds en een eenvoudige toegang tot ADR-oplossingen anderzijds, dienen elkaar wederzijds aan te vullen en elkaar niet uit te sluiten. 25 Overweging 16 bis (nieuw) (16 bis) De vertrouwelijkheid en de privacy dienen gedurende het gehele verloop van de ADR-procedure te zijn gewaarborgd. Het moet echter wel toegestaan zijn om eindvonnissen met een voorbeeldfunctie openbaar te maken, naar goeddunken van de lidstaten. De lidstaten moeten worden aangemoedigd het vertrouwelijke karakter van ADRprocedures tijdens eventuele latere gerechtelijke procedures in burgerlijke of handelszaken of arbitrageprocedures te beschermen. PR\910073.doc 21/138 PE487.749v03-00

Het systeem van buitengerechtelijke geschillenbeslechting dient in zoverre mogelijk te helpen de lat in de verschillende sectoren steeds hoger te leggen, onder meer door vonnissen met een voorbeeldfunctie van bij uitstek belangwekkende geschillen openbaar te maken. Hierdoor kan de uitwisseling van informatie en beste praktijken ten aanzien van consumentenrechten op specifieke aandachtsgebieden worden bevorderd. 26 Overweging 16 ter (nieuw) (16 ter) De lidstaten dienen ervoor te zorgen dat ADR-entiteiten geschillen op een eerlijke, praktische en voor zowel de consument als de ondernemer proportionele wijze oplossen, op basis van een objectieve beoordeling van de omstandigheden waaronder de klacht is ingediend en onder inachtneming van de rechten van de betrokken partijen. Om in de ogen van burgers en ondernemers geloofwaardig en vertrouwenswaardig te kunnen zijn, dienen ADR-entiteiten geschillen op een eerlijke en objectieve manier te beslechten. 27 Overweging 16 quater (nieuw) (16 quater) Om burgers het vertrouwen te kunnen bieden dat ADR-mechanismen hun een eerlijke en onafhankelijke uitkomst bieden, dienen ADR-entiteiten volstrekt onafhankelijk en integer te zijn. De met alternatieve geschillenbeslechting belaste personen of colleges dienen onafhankelijk te zijn van alle partijen die op enigerlei wijze belang hebben bij de PE487.749v03-00 22/138 PR\910073.doc

uitkomst en mogen geen belangenconflicten hebben waardoor hun besluit niet op een eerlijke, onpartijdige en onafhankelijke wijze tot stand zou komen. Het is van cruciaal belang dat consumenten er het volste vertrouwen in hebben dat ADRentiteiten volstrekt onafhankelijk zijn en niet worden beïnvloed door deze of gene partij bij het geschil. Het is daarom van het allergrootste belang dat het beginsel van onafhankelijkheid uitdrukkelijk in deze richtlijn wordt vastgelegd. 28 Overweging 17 (17) De met de alternatieve geschillenbeslechting belaste natuurlijke personen dienen enkel onpartijdig te worden geacht wanneer op hen geen druk kan worden uitgeoefend waardoor hun standpunt over het geschil zou kunnen worden beïnvloed. Er moet met name voor worden gezorgd dat dergelijke druk niet wordt uitgeoefend wanneer de ADRentiteiten worden gefinancierd door een of meer partijen bij het geschil of een organisatie waarbij een van de partijen is aangesloten. (17) De met de alternatieve geschillenbeslechting belaste natuurlijke personen dienen enkel onpartijdig te worden geacht wanneer op hen geen druk kan worden uitgeoefend waardoor hun standpunt over het geschil zou kunnen worden beïnvloed. Er moet met name voor worden gezorgd dat dergelijke druk niet wordt uitgeoefend wanneer de ADRentiteiten worden gefinancierd door een of meer partijen bij het geschil of een organisatie waarbij een van de partijen is aangesloten. Teneinde elk belangenconflict te voorkomen moeten de met ADR belaste natuurlijke personen alle omstandigheden openbaar maken die hun onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden of aanleiding kunnen zijn tot een belangenconflict. 29 PR\910073.doc 23/138 PE487.749v03-00

Overweging 17 bis (nieuw) (17) Voor het welslagen van ADR, met name om te zorgen voor het nodige vertrouwen in ADR-procedures, is het van essentieel belang dat de met ADR belaste natuurlijke personen over de nodige deskundigheid beschikken. Derhalve moet worden gezorgd voor specifieke opleidingsprogramma's in het kader van de samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie. 30 Overweging 18 (18) Om de transparantie van de ADRentiteiten en de ADR-procedures te waarborgen, is het noodzakelijk dat partijen alle informatie ontvangen die zij nodig hebben om met kennis van zaken te kunnen beslissen alvorens een ADRprocedure te starten. (18) ADR-entiteiten dienen goed toegankelijk en transparant te zijn. Behoudens nationale regels die de deelname van ondernemers aan een ADRprocedure verplicht stellen, is het, om de transparantie van de ADR-entiteiten en de ADR-procedures te waarborgen, noodzakelijk dat partijen de duidelijke en toegankelijke informatie ontvangen die zij nodig hebben om met kennis van zaken te kunnen beslissen alvorens een ADRprocedure te starten. In sommige lidstaten bestaan verplichte ADR-regelingen, waardoor ondernemingen in bepaalde gevallen verplicht zijn deel te nemen aan ADR-procedures. PE487.749v03-00 24/138 PR\910073.doc

31 Overweging 19 (19) ADR-procedures moeten doeltreffend zijn. Het moet daarbij gaan om eenvoudige en snelle procedures die in de regel niet langer dan 90 dagen duren. De ADR-entiteit moet deze termijn kunnen verlengen wanneer de ingewikkeldheid van het betrokken geschil zulks vereist. (19) Een goed functionerende ADRentiteit behoort geschillen over aankopen via internet of traditionele kanalen vlot af te handelen, binnen 90 kalenderdagen, beginnend op de datum waarop het volledige klachtendossier door de ADRentiteit is ontvangen en eindigend op de datum waarop een besluit wordt genomen. De ADR-entiteit moet de partijen van de klacht in kennis stellen na ontvangst van alle documenten die nodig zijn om de ADR-procedure uit te voeren. In bepaalde uitzonderlijke zaken van technische of zeer complexe aard moeten ADRentiteiten de termijn kunnen verlengen teneinde bepaalde aspecten van de desbetreffende zaak op een objectieve manier te kunnen onderzoeken, met het oog op een hoogkwalitatieve geschillenbeslechting. De partijen moeten van een dergelijke verlenging op de hoogte worden gesteld, alsmede van de verwachte geschatte tijd die nog benodigd is voor de afhandeling van het geschil. 32 Overweging 20 (2) ADR-procedures moeten voor consumenten kosteloos of met geringe kosten verbonden zijn, zodat het voor hen economische zinvol blijft om daarvan (2) ADR-procedures moeten voor de consument bij voorkeur kosteloos zijn. Indien kosten in rekening worden gebracht, moet de ADR-procedure voor PR\910073.doc 25/138 PE487.749v03-00

gebruik te maken. consumenten toegankelijk, aantrekkelijk en goedkoop zijn. De lidstaten moeten beslissen over een geschikte vorm van financiering voor ADR-procedures op hun grondgebied, zonder dat dit ten koste gaat van de financiering van reeds functionerende entiteiten. Consumenten zullen worden weerhouden van het gebruik van ADR als aan de procedure kosten verbonden zijn. Procedurevoorschriften inzake lichtzinnige of vexatoire vorderingen moeten ADR beperken tot de noodzakelijke zaken. In het huidige economische klimaat moeten we duidelijk maken dat niet de belastingbetaler de ADR-procedures moet betalen, maar dat de financiering door de sectoren moeten worden geleid. 33 Overweging 21 (21) ADR-procedures moeten billijk zijn, zodat partijen bij een geschil volledig zijn geïnformeerd over hun rechten en de gevolgen van de keuzes die zij in het kader van een ADR-procedure maken. (21) ADR-procedures moeten billijk zijn, zodat partijen bij een geschil volledig zijn geïnformeerd over hun rechten en de gevolgen van de keuzes die zij in het kader van een ADR-procedure maken. ADR - entiteiten moeten consumenten informeren over hun wettelijke rechten voordat zij de opgelegde of voorgestelde oplossing aanvaarden of verwerpen. Beide partijen moeten ook de mogelijkheid hebben om hun informatie en bewijsstukken in te dienen zonder fysiek aanwezig te zijn. 34 Overweging 21 bis (nieuw) PE487.749v03-00 26/138 PR\910073.doc

(21 bis) Het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en het recht op een onpartijdig gerecht zijn grondrechten die worden gewaarborgd door artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. ADR-procedures mogen dan ook niet tot doel hebben gerechtelijke procedures te vervangen en mogen consumenten of ondernemers niet het recht ontnemen om zich tot de rechter te wenden. Niets in deze richtlijn mag partijen beletten hun recht op toegang tot de rechter uit te oefenen. 35 Overweging 21 ter (nieuw) (21 ter) Een overeenkomst tussen een consument en een ondernemer om klachten voor te leggen aan een ADRentiteit kan niet bindend zijn voor de consument indien zij is gesloten vóór het ontstaan van het geschil en indien zij de consument het recht ontzegt een rechtszaak aan te spannen ter beslechting van het geschil. In het geval van ADRentiteiten die oplossingen opleggen, kunnen oplossingen voor partijen slechts bindend zijn indien partijen vooraf zijn ingelicht over de bindende aard van dergelijke oplossingen en zij daarmee uitdrukkelijk hebben ingestemd. Specifieke aanvaarding door de ondernemer is niet vereist als in de nationale regelgeving is bepaald dat de oplossingen voor ondernemers bindend moeten zijn. PR\910073.doc 27/138 PE487.749v03-00

Het mag niet zo zijn dat ADR-procedures de burgers de gang naar de rechter blokkeren. Dankzij het vrijheidsbeginsel doen ADR-procedures geen afbreuk aan het recht van burgers om verhaal te halen bij de rechter. 36 Overweging 21 quater (nieuw) (21 quater) Consumenten dienen in geval van ADR-procedures die bindende oplossingen opleggen aan consumenten op zijn minst hetzelfde beschermingsniveau te genieten als wordt geboden door de dwingende bepalingen van de wetgeving van de lidstaat waarin de ADR-entiteit is gevestigd. De oplossingen die worden opgelegd door ADR-entiteiten die deze procedures toepassen mogen derhalve niet tot gevolg hebben dat de consument de bescherming wordt ontnomen die hem door die dwingende bepalingen wordt geboden. In het geval van grensoverschrijdende geschillen mag de opgelegde oplossing er niet toe leiden dat de consument de bescherming wordt ontzegd die is voorzien in de dwingende bepalingen van het toepasselijk recht van de lidstaat waar de consument zijn gewone verblijfplaats heeft in gevallen waarin dergelijke bescherming overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EG) nr. 593/2008 wordt geboden. Op geschillenbeslechtingsprocedures die een oplossing opleggen aan de partijen moet het legaliteitsbeginsel van toepassing worden verklaard, opdat burgers de hun krachtens de wet toebehorende bescherming niet verliezen. PE487.749v03-00 28/138 PR\910073.doc

37 Overweging 21 quinquies (nieuw) (21 quinquies) Om partijen aan te moedigen gebruik te maken van ADR, dienen de lidstaten ervoor te zorgen dat hun regels inzake verjaring partijen niet weerhouden van een gang naar de rechter indien hun poging om een oplossing te vinden via ADR is mislukt. De lidstaten moeten erop toezien dat dit resultaat wordt bereikt, ook al worden de nationale regels inzake verjaring bij deze richtlijn niet geharmoniseerd. Bepalingen inzake verjaring in internationale overeenkomsten zoals die in de lidstaten worden toegepast, bijvoorbeeld in het vervoersrecht, dienen evenwel niet door deze richtlijn te worden beïnvloed. 38 Overweging 21 sexies (nieuw) (21 sexies) Om doelmatig te kunnen functioneren moeten ADR-entiteiten over voldoende menselijke, materiële en financiële middelen beschikken. Deze richtlijn laat de vraag of ADR-entiteiten met openbare of particuliere middelen of via een combinatie van beide worden gefinancierd onverlet. ADR-entiteiten moeten echter worden aangemoedigd particuliere financieringsvormen te overwegen en alleen gebruik te maken van openbare middelen als de lidstaten PR\910073.doc 29/138 PE487.749v03-00

daarmee instemmen. 39 Overweging 22 (22) In geval van een geschil moeten consumenten snel kunnen vaststellen welke ADR-entiteiten voor hun klacht bevoegd zijn en of de betrokken ondernemer al dan niet zal deelnemen aan een voor een ADRentiteit ingeleide procedure. Handelaren moeten dit daarom vermelden in hun belangrijkste handelsdocumenten en, als ze een website hebben, ook op deze website. Deze verplichting mag geen afbreuk doen aan artikel 6, lid 1, onder t), artikel 7, lid 1, en artikel 8 van Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten. Artikel 6, lid 1, onder t), van Richtlijn 2011/83/EU bepaalt dat de ondernemer de consument in geval van op afstand of buiten verkoopruimten gesloten consumentenovereenkomsten informatie moet verstrekken over de mogelijkheid van toegang tot buitengerechtelijke klachtenen geschilbeslechtingsprocedures waaraan de ondernemer is onderworpen, en de wijze waarop daar toegang toe is, voordat de consument door de overeenkomst is gebonden. Volgens artikel 7, lid 1, van Richtlijn 2011/83/EU moet die informatie bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten op papier of, indien de consument hiermee instemt, op een andere duurzame gegevensdrager worden verstrekt. (22) In geval van een geschil moeten consumenten snel kunnen vaststellen welke ADR-entiteiten voor hun klacht bevoegd zijn en of de betrokken ondernemer al dan niet zal deelnemen aan een voor een ADRentiteit ingeleide procedure. Handelaren moeten consumenten inlichten over de naam, het adres en internetadres van de ADR-entiteit of -entiteiten waaronder zij ressorteren. Ondernemers moeten ook aangeven of zij bereid of verplicht zijn een beroep op deze entiteiten te doen om geschillen met consumenten te beslechten. De informatie moet worden verstrekt op een duidelijke, begrijpelijke en gemakkelijk toegankelijke manier op de website van de ondernemer, voor zover hij over een website beschikt, in de algemene voorwaarden van tussen de ondernemer en een consument gesloten overeenkomsten voor de verkoop van goederen of verrichting van diensten, en telkens wanneer een ondernemer een klacht afwijst die de consument rechtstreeks bij hem heeft ingediend. In voorkomend geval dient deze informatie ook te worden vermeld in andere relevante documenten, zoals precontractuele documenten, facturen en kwitanties. PE487.749v03-00 30/138 PR\910073.doc

40 Overweging 22 bis (nieuw) (22 bis) De in voorgaande overweging bedoelde informatieplicht mag geen afbreuk doen aan artikel 6, lid 1, letter t), artikel 7, lid 1 en artikel 8 van Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten 1. 1 PB L 304 van 22.11.11, blz. 64. 41 Overweging 23 (23) De onderhavige richtlijn schrijft niet voor dat ondernemers verplicht zijn om aan ADR-procedures deel te nemen of dat de uitkomst van dergelijke procedures voor hen bindend is, wanneer een consument een klacht tegen hen heeft ingediend. Deze richtlijn laat evenwel nationale voorschriften volgens welke ondernemers verplicht zijn om aan dergelijke procedures deel te nemen of de uitkomst daarvan voor hen bindend is, onverlet, mits die voorschriften partijen niet beletten hun in artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie gewaarborgde recht op toegang tot de rechter uit te oefenen. (23) De onderhavige richtlijn schrijft niet voor dat ondernemers verplicht zijn om aan ADR-procedures deel te nemen of dat de uitkomst van dergelijke procedures voor hen bindend is, wanneer een consument een klacht tegen hen heeft ingediend. Om er evenwel voor te zorgen dat consumenten toegang hebben tot verhaalmogelijkheden en niet worden gedwongen aan hun eis te verzaken, moeten ondernemers zo veel mogelijk worden aangemoedigd aan ADRprocedures deel te nemen. Deze richtlijn laat derhalve nationale voorschriften volgens welke ondernemers verplicht zijn om aan dergelijke procedures deel te nemen of middels stimulansen of sancties ertoe genoopt worden of de uitkomst PR\910073.doc 31/138 PE487.749v03-00

daarvan voor hen bindend is, onverlet, mits die voorschriften partijen niet beletten hun in artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie gewaarborgde recht op toegang tot de rechter uit te oefenen. Als de uitkomst van een ADR-procedure volgens de nationale wetgeving voor een ondernemer bindend is, moet een recht op rechterlijke toetsing worden gegarandeerd. 42 Overweging 23 bis (nieuw) (23 bis) De lidstaten dienen op voorwaarde van naleving van de bepalingen van deze richtlijn zelf te kunnen bepalen of zij ADR-entiteiten al dan niet de mogelijkheid bieden om procedureregels af te kondigen of te handhaven waardoor zij effectiever en doeltreffender kunnen opereren. 43 Overweging 23 ter (nieuw) (23 ter) De lidstaten moeten nationale regelgeving kunnen opstellen of handhaven die hogere kwaliteitsstandaarden bieden dan de geharmoniseerde minimumstandaarden krachtens deze richtlijn. PE487.749v03-00 32/138 PR\910073.doc

44 Overweging 23 quater (nieuw) (23 quater) Om onnodige belasting van ADR-entiteiten te verminderen dienen de lidstaten, in geval van een klacht die voortvloeit uit de verkoop van goederen of het verlenen van diensten, te bevorderen dat consumenten contact opnemen met de betrokken ondernemer of dienstverlener om te proberen het probleem in eerste instantie in onderling overleg op te lossen voordat ze hun klachten voorleggen aan een ADR-entiteit of gerechtshof. In veel gevallen kan deze procedure een snelle manier zijn om consumentengeschillen in een vroeg stadium op te lossen. Deze verplichting is absoluut noodzakelijk om de ADR-entiteiten te ontlasten. Or. de 45 Overweging 23 quinquies (nieuw) (23 quinquies) De lidstaten dienen consumenten- en ondernemersorganisaties te betrekken bij de totstandbrenging van het ADR-stelsel en de aansturing ervan, zeker als het gaat om de handhaving van beginselen van onpartijdigheid en onafhankelijkheid. PR\910073.doc 33/138 PE487.749v03-00

Als consumenten- en ondernemersorganisaties betrokken worden bij de totstandbrenging en aansturing van het ADR-stelsel, wint het stelsel zowel onder de consumenten als de ondernemers aan geloofwaardigheid en worden de criteria op het vlak van onpartijdigheid en onafhankelijkheid sterker in de verf gezet. 46 Overweging 25 (25) Netwerken van ADR-entiteiten die de beslechting van grensoverschrijdende geschillen vergemakkelijken, zoals FIN- NET op het gebied van financiële diensten, dienen binnen de Unie te worden versterkt. De lidstaten dienen te bevorderen dat de ADR-entiteiten zich bij dergelijke netwerken aansluiten. (25) Netwerken van ADR-entiteiten, zoals FIN-NET op het gebied van financiële diensten, dienen binnen de Unie te worden versterkt. De lidstaten dienen te bevorderen dat de ADR-entiteiten zich bij dergelijke netwerken aansluiten. FIN-NET is een netwerk waarmee beste praktijken en kennis kunnen worden gedeeld, maar het is niet betrokken bij de beslechting van specifieke geschillen. 47 Overweging 26 (26) Nauwe samenwerking tussen de ADRentiteiten en de met de uitvoering van de Uniewetgeving inzake consumentenbescherming belaste nationale instanties moet de doeltreffende toepassing van die Uniewetgeving kracht bijzetten. (26) Nauwe samenwerking tussen de Commissie, de ADR-entiteiten en de met de uitvoering van de Uniewetgeving inzake consumentenbescherming belaste nationale instanties moet de doeltreffende toepassing van die Uniewetgeving kracht bijzetten. De Commissie dient de administratieve samenwerking tussen de lidstaten en de ADR-entiteiten te bevorderen door op gezette tijden bijeenkomsten te organiseren met de verschillende PE487.749v03-00 34/138 PR\910073.doc

belanghebbenden waar de beste praktijken en technische expertise uitgewisseld kunnen worden tussen ADRentiteiten onderling en alle mogelijke problemen ten aanzien van de werking van ADR-regelingen kunnen worden besproken. Het is van belang te waarborgen dat ADR-entiteiten onafhankelijk zijn van regelgevers/handhavers, omdat ondernemers anders zullen worden weerhouden van het gebruik van ADR. 48 Overweging 27 (27) Om te verzekeren dat de ADRentiteiten naar behoren en doeltreffend functioneren, moet hierop nauwgezet toezicht worden gehouden. De Commissie en de uit hoofde van deze richtlijn bevoegde instanties dienen een lijst van ADR-entiteiten die aan deze richtlijn beantwoorden, te publiceren en bij te werken. Andere instanties, zoals ADRentiteiten, consumentenverenigingen, brancheorganisaties en het netwerk van Europese consumentencentra, moeten deze lijst ook publiceren. Daarnaast dienen de bevoegde instanties regelmatig verslag uit te brengen over de ontwikkeling en het functioneren van de ADR-entiteiten. De ADR-entiteiten dienen de bevoegde instanties de specifieke informatie te verstrekken waarop deze verslagen moeten worden gebaseerd. De lidstaten moeten de ADR-entiteiten ertoe aanzetten dergelijke informatie te verstrekken met gebruikmaking van Aanbeveling 2010/304/EU van de Commissie inzake het gebruik van een geharmoniseerde methode (27) Om te verzekeren dat de ADRentiteiten naar behoren en doeltreffend functioneren, moeten de lidstaten bevoegde instanties aanwijzen die nauwgezet toezicht moeten houden op deze entiteiten. De Commissie en de uit hoofde van deze richtlijn bevoegde instanties dienen een lijst van ADRentiteiten die aan deze richtlijn beantwoorden, te publiceren en bij te werken. Andere instanties, zoals ADRentiteiten, consumentenverenigingen, brancheorganisaties en het netwerk van Europese consumentencentra, moeten deze lijst ook publiceren. Daarnaast dienen de bevoegde instanties regelmatig verslag uit te brengen over de ontwikkeling en het functioneren van de ADR-entiteiten in hun lidstaten. De ADR-entiteiten dienen de bevoegde instanties de specifieke informatie te verstrekken waarop deze verslagen moeten worden gebaseerd. De lidstaten moeten de ADR-entiteiten ertoe aanzetten dergelijke informatie te verstrekken met gebruikmaking van PR\910073.doc 35/138 PE487.749v03-00