Hierbij gaan voor de delegaties de ontwerp-conclusies van de Raad waarover in de Groep sociale vraagstukken overeenstemming is bereikt.

Vergelijkbare documenten
7370/11 van/lep/lv 1 DG G 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 november 2006 (17.11) (OR. en) 14845/06 SOC 507

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 mei 2017 (OR. en) het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355

Voor de delegaties gaat hierbij de in hoofde genoemde oriënterende nota met het oog op de zitting van de Raad (Epsco) op 8 juli 2019.

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

Brussel, 27 februari 2007 (01.03) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 6855/07 SOC 78

Raad van de Europese Unie Brussel, 22 april 2015 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 april 2014 (OR. en) 9026/14 JEUN 65 SOC 299

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 december 2004 (03.01) (OR. fr) 15762/04 JEUN 94 EDUC 223 SOC 586

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de ontwerp-conclusies van de Raad, waarover een akkoord is bereikt in de Groep sociale vraagstukken.

7935/17 rts/van/fb 1 DG E - 1C

9273/16 gar/zr/as 1 DG B 3A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 oktober 2010 (12.10) (OR. en) 14479/10 SOC 612 EDUC 158 ECOFIN 580 NOTA

15312/16 NAF/ev 1 DG D 1B

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 januari 2006 (01.02) (OR. en) 5853/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0010 (CNS) SOC 42 ECOFIN 27

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 oktober 2006 (17.10) (OR. en) 13651/06 SOC 447 NOTA

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 oktober 2008 (31.10) (OR. fr) 14719/08 SOC 633 OTA

13645/1/16 REV 1 ev 1 DG E 1C

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 maart 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 februari 2004 (27.02) (OR. en) 6548/1/04 REV 1 SOC 83 SAN 34 TRANS 82 MAR 24

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 november 2008 (OR. en) 15311/08 E V 781 MAR 199 MED 76

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

Alle delegaties gaan thans akkoord met de tekst van bovengenoemde conclusies van de Raad.

8653/19 voo/mak/hh 1 TREE.1.B

Het Comité van permanente vertegenwoordigers heeft op 27 mei 2009 overeenstemming bereikt over de tekst die in de bijlage gaat.

7749/19 voo/pau/sp 1 TREE 1.B

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

17019/11 lep/rts/rv 1 DG G 2B

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 april 2013 (26.04) (OR. en) 8578/13 JEUN 40 EDUC 114 SOC 255

8760/19 tin/van/ev 1 TREE.1.B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2009 (OR. en) 15137/09 CRIMORG 164 ENFOPOL 271

9635/17 mou/gys/ln 1 DG E 1C

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4

6147/16 dau/cle/as 1 DG B 3A

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 november 2002 (28.11) (OR. dk) 14167/02 ADD 8 SOC 509

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 5 oktober 2012 (10.10) (OR. en) 14437/12 SOC 789 EDUC 283

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 juni 2005 (13.06) (OR. en) 9803/05 SAN 99

Maak een eind aan de beloningsverschillen tussen vrouwen en mannen.

Conclusies van de Raad betreffende de bestrijding van het tabaksgebruik

8763/19 jwe/gra/sp 1 TREE.1.B

12671/17 van/asd/sp 1 DG D 2C

Raad van de Europese Unie Brussel, 12 oktober 2017 (OR. en)

8273/1/18 REV 1 dui/ass/sv 1 DG E 1C

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 oktober 2004 (10.11) (OR. en) 13996/04 LIMITE JEUN 89 EDUC 211 SOC 512

6535/15 RTS/mt 1 DG B 3A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 27 februari 2015 (OR. en) 6535/15 SOC 98 EMPL 46

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

Maatregelen voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor werkende ouders en mantelzorgers

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3

15414/14 van/mak/sv 1 DG D 2A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 november 2010 (16.11) (OR. en) 15697/1/10 REV 1 ENER 301 CONSOM 100

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2010) 8467 definitief

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 mei 2009 (19.05) (OR. en) 9976/09 PROCIV 77 JAI 302 COCON 15 RELEX 473 SAN 126 TELECOM 112 COHAFA 28

14182/16 cle/pau/mt 1 DG G 1A

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 april 2007 (24.04) (OR. fr) 8353/07 LIMITE ENFOPOL 64

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 november 2006 (24.11) (OR. en) 15258/06 SAN 240. NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers

10083/16 ons/pau/mt 1 DGG 1A

WOENSDAG 5 DECEMBER 2007 (10.00 uur): WERKGELEGENHEID EN SOCIAAL BELEID

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 3 november 2017 (OR. en)

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Punten ter bespreking (II) 2. Verordening plan voor de Noordzee Debriefing door het voorzitterschap over het resultaat van de trialoog

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 december 2004 (03.01) (OR. fr) 15763/04 JEUN 95 EDUC 224 SOC 587

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

PUBLIC. Brussel, 6 juni 2002 (28.06) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 6955/02 LIMITE PV/CONS 12 SOC 129

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B

Het voorzitterschap heeft ontwerpconclusies van de Raad voorgelegd over "Gelijke kansen voor vrouwen en mannen: de pensioengenderkloof dichten".

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 april 2010 (06.05) (OR. en) 9018/10 JEUN 16 SOC 293. NOTA het secretariaat-generaal van de Raad

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2010 (22.10) (OR. en) 15084/10 SOC 677 ECOFIN 635

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

5135/02 CS/mm DG H NL

Zittingsdocument ADDENDUM. bij het verslag

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LIDSTATEN, I. INLEIDING

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de analyse van en de samenwerking inzake valse euromunten

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

9454/17 nuf/gar/dp 1 DG D 1C

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0821),

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

XT 21004/18 ADD 1 REV 2 mou/asd/ev 1 UKTF

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2003/0293 (COD) PE-CONS 3682/04 AUDIO 42 CODEC 1016

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 april 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers/gemengd Comité

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 januari 2009 (21.01) (OR. en) 5524/09 SOC 25 COMPET 25

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 december 2009 (03.12) (OR. en) 16985/09 STATIS 103 SOC 757 ECOFIN 861

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 mei 2011 (31.05) (OR. en) 10405/11 SOC 418 ECOFIN 276 SAN 105

13617/16 van/ons/sv 1 DG E 1C

8461/17 nes/ons/sl 1 DGG 2B

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE. bij de

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 31 oktober 2012 (08.11) (OR. en) 15647/12 JEU 88 SOC 873 EDUC 319 CULT 138 RELEX 986

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

Transcriptie:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Brussel, 26 mei 2011 (06.06) (OR. en) 10324/11 SOC 413 NOTA van: aan: Betreft: de Groep sociale vraagstukken het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel) / de Raad (EPSCO) Combineren van werk en gezin in het kader van de demografische veranderingen - Ontwerp-conclusies van de Raad Hierbij gaan voor de delegaties de ontwerp-conclusies van de Raad waarover in de Groep sociale vraagstukken overeenstemming is bereikt. Het Comité wordt verzocht de ontwerp-conclusies ter aanneming aan de Raad EPSCO toe te zenden. 10324/11 oms/bar/jv 1

COMBINEREN VAN WERK EN GEZIN IN HET KADER VAN DE DEMOGRAFISCHE VERANDERINGEN ONTWERP-CONCLUSIES VAN DE RAAD DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LIDSTATEN, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN, HERINNEREND AAN HET VOLGENDE: 1) het combineren van werk en gezin wordt op Europees niveau erkend als een belangrijke hefboom om de gelijkheid van vrouwen en mannen te verwezenlijken, zoals vastgelegd in artikel 2 en artikel 3, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie en in artikel 8 van de Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; 2) overeenkomstig artikel 153, lid 1, onder i), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie dient de Unie het optreden van de lidstaten te ondersteunen en aan te vullen op het gebied van de gelijkheid van mannen en vrouwen wat hun kansen op de arbeidsmarkt en hun behandeling op het werk betreft; 3) in artikel 9 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie 1 is bepaald dat het recht te huwen en het recht een gezin te stichten worden gewaarborgd volgens de nationale wetten die de uitoefening van deze rechten beheersen; 4) in artikel 33, lid 1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie wordt bevestigd dat het gezin bescherming geniet op juridisch, economisch en sociaal vlak; 1 PB C 308 van 18.12.2000, blz. 1. 10324/11 oms/bar/jv 2

5) het is de verantwoordelijkheid van de lidstaten een beleid inzake gezinssteun op te stellen dat consistent is met de nationale beleidsmaatregelen 2 ; 6) de Europese Raad van maart 2006 heeft benadrukt dat, gelet op de demografische veranderingen in de Europese Unie, de arbeidsparticipatie moet worden verhoogd en het combineren van beroeps- en gezinsleven moet worden bevorderd 3 ; en in zijn conclusies van maart 2007 heeft de Europese Raad een "Alliantie voor het gezin 4 " opgericht dat een podium verschaft voor de uitwisseling van denkbeelden en kennis inzake gezinsvriendelijke maatregelen; 7) de Commissiemededeling van 12 oktober 2006 getiteld "De demografische toekomst van Europa: probleem of uitdaging?" 5 hechtte belang aan een betere aanpassing van het beleid aan de nieuwe demografische realiteit en werd gevolgd door een besluit van de Commissie tot oprichting van een deskundigengroep voor demografische kwesties 6 ; 8) het derde Demografieforum van november 2010 heeft zich beraden op eventuele steun aan gezinnen opdat deze kunnen zorgen voor solidariteit tussen de generaties, en heeft daartoe met name de balans opgemaakt van de activiteiten die worden ontplooid in het kader van de Europese Alliantie voor het gezin; 2 3 4 5 6 Conclusies van de Raad van 23 mei 2007 (doc. 9317/1/07, blz. 3). Doc. 7775/1/06, blz. 24. Doc. 7224/07, blz. 8. Doc. 14114/06 (COM(2006) 571 def.) 2007/397/EG: Besluit van de Commissie van 8 juni 2007 tot oprichting van een deskundigengroep voor demografische kwesties; PB L 150 van 12.6.2007, blz. 5-7. 10324/11 oms/bar/jv 3

9) "Europa 2020", de nieuwe strategie van de Europese Unie voor banen en slimme, duurzame en inclusieve groei 7, is voor de lidstaten en de Europese Unie een hulpmiddel om een hoog niveau van concurrentiekracht, productiviteit, groei, sociale samenhang en economische convergentie tot stand te brengen; Eén van de kerndoelen van de strategie is te trachten de arbeidsparticipatie voor vrouwen en mannen tussen 20 en 64 jaar op 75% te brengen, en alle maatregelen ter ondersteuning van de Europa 2020-strategie zijn cruciaal om resultaten te boeken; 10) in 2004 heeft het Europees Parlement een resolutie aangenomen over het combineren van beroep, gezin en privéleven 8 ; 11) het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft op 14 maart 2007 een advies over het gezin en de demografische ontwikkelingen 9 uitgebracht, en op 4 mei 2011 over gezinsbeleid in het licht van de demografische veranderingen: uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden tussen de lidstaten 10. REKENING HOUDEND MET HETGEEN VOLGT: 12) de Raad heeft in mei 2007 benadrukt dat wijzigingen in de samenstelling van de bevolking ten gevolge van de demografische veranderingen gevolgen zullen hebben voor de structuur van het maatschappelijk leven en voor de economie. Hij heeft tevens benadrukt dat de daaruit voortvloeiende problemen moeten worden aangepakt met samenhangende langetermijnstrategieën. In het volle bewustzijn van de diversiteit van de gezinnen en van het gezinsbeleid in de Europese Unie, zijn betere steun voor gezinnen, een verbeterd welzijn van kinderen en de mogelijkheid tot het combineren van arbeids-, gezins- en privéleven voor vrouwen en mannen met zorgverantwoordelijkheden, van cruciaal belang voor een betere levenskwaliteit en voor de economische ontwikkeling van Europa 11 ; 7 8 9 10 11 Conclusies van de Europese Raad van 17 juni 2010 (doc. 13/1/10, blz. 1). 2003/2129 (INI). SOC/245 - CESE 423/2007. SOC/399 - CESE 804/2011. Doc. 9317/1/07, blz. 5. 10324/11 oms/bar/jv 4

13) in de strategie van de Commissie voor de gelijkheid van vrouwen en mannen 2010-2015 wordt erop gewezen dat in de lidstaten die een beleid voor het combineren van werk en gezin voeren, de aantallen werkende vrouwen en mannen hoog liggen en de geboortecijfers redelijk hoog zijn 12 ; 14) in het in 2011 gepubliceerde Demography Report 2010 van de Commissie, getiteld ""Older, more numerous and diverse Europeans" wordt met name benadrukt dat in weerwil van recente stijgingen de vruchtbaarheidscijfers in de Europese Unie laag blijven, wat uiteindelijk leidt tot vergrijzing en een afname van de bevolking 13 ; 15) de Commissie heeft het "FAMILYPLATFORM"-project gefinancierd dat, dankzij een vruchtbare dialoog tussen de belanghebbenden, een belangrijke bijdrage aan de agenda van de EU voor onderzoek op het gebied van sociaaleconomische en menswetenschappen heeft geleverd wat gezinsonderzoek en -beleid betreft 14 ; 16) het Europees Pact voor gendergelijkheid (2011-2020) benadrukt hoe belangrijk het is dat een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor vrouwen en mannen gedurende hun hele levensloop wordt gestimuleerd, teneinde de gendergelijkheid te vergroten, ervoor te zorgen dat zowel vrouwen als mannen aan de arbeidsmarkt kunnen deelnemen, en de demografische uitdagingen het hoofd te helpen bieden 15. BENADRUKKEND HETGEEN VOLGT: 17) hoewel de lidstaten verantwoordelijk zijn voor het uitstippelen van een passend en houdbaar gezinsbeleid, kunnen Europese uitwisselingen op dit gebied een doorslaggevende bijdrage leveren tot het verwezenlijken van de in de Europa 2020-strategie gestelde doelen; 12 13 14 15 Doc. 13767/10 ADD 1 ADD 2, blz. 4. Doc. 8584/11 ADD 1 ADD 2 ADD 3 ADD 4. http://ec.europa.eu/research/social-sciences/index_en.html Doc. 7370/11 SOC 205, blz. 6. 10324/11 oms/bar/jv 5

18) de sociale partners op nationaal én op Europees niveau spelen een belangrijke rol in het uitvoeren van of bijdragen tot beleidsmaatregelen om werk, gezin en privéleven te combineren; 19) een betere ondersteuning van combineerbaarheidsmaatregelen zal vrouwen en mannen meer keuzevrijheid bieden bij het in evenwicht brengen van werk en gezinsleven, en zal ook bijdragen tot bepaalde centrale beleidsdoelstellingen van de Europese Unie, met name ten aanzien van groei en werkgelegenheid, het terugdringen van tekorten aan vaardigheden, het welzijn van gezinnen, de sociale integratie van kwetsbare groepen en gendergelijkheid; 20) hoge jeugdwerkloosheid en onzekere werkgelegenheid in bepaalde geografische gebieden van de Europese Unie kunnen zwaar wegen op de beslissing van jongeren om een gezin te stichten; 21) om de demografische uitdagingen het hoofd te bieden is een vastberaden optreden nodig waardoor de obstakels die de combinatie van werk en gezin in de weg staan en Europese burgers ervan kunnen weerhouden hun kinderwens te realiseren, worden weggewerkt; 22) met het oog op het evenwicht tussen werk en privéleven is het van cruciaal belang dat mannen actief deelnemen aan en worden betrokken bij combineerbaarheidsmaatregelen, aangezien zowel vrouwen als mannen profijt kunnen trekken van gezinsvriendelijke werkgelegenheidsmaatregelen en het gelijk delen van onbetaald werk en huishoudelijke verantwoordelijkheden. In dit verband moet passende aandacht worden besteed aan het tegengaan van genderstereotypen. INGENOMEN MET 23) de bespreking tijdens de informele bijeenkomst van de ministers voor demografie en gezinsbeleid van 1 april 2011 te Gödöllő (Hongarije), waar de deelnemers hebben onderkend dat maatregelen ter bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen en een doeltreffend gezinsbeleid een belangrijke rol kunnen spelen in het combineren van werk en gezin en de demografische uitdagingen het hoofd kunnen helpen bieden. 10324/11 oms/bar/jv 6

NOTA NEMEND VAN 24) de verklaring over de gevolgen van het combineren van werk en gezin voor de demografische dynamiek, die op 1 april door het voorzitterschapstrio Spanje, België en Hongarije, samen met de komende voorzitter Polen, is ondertekend tijdens de informele bijeenkomst van de ministers voor demografie en gezinsbeleid in Gödöllő (Hongarije). VERZOEKEN DE LIDSTATEN EN DE COMMISSIE 25) zonder vooruit te lopen op de onderhandelingen over het toekomstige financiële kader, door te gaan met het uitvoeren van gecofinancierde initiatieven op Europees, nationaal, regionaal en lokaal niveau voor de bevordering van cohesie en werkgelegenheidskansen voor werknemers, onder meer middels het stimuleren van de rol van mannen in het gezin, de gelijkheid van vrouwen en mannen en de combinatie van werk gezin, bijvoorbeeld door a) flexibele werkregelingen en diverse vormen van verlof zowel voor vrouwen als voor mannen te bevorderen; b) het aanbod van passende, betaalbare en hoogwaardige opvangdiensten voor kinderen onder de leerplichtige leeftijd te verbeteren, teneinde de doelstellingen te verwezenlijken die de Europese Raad in maart 2002 in Barcelona heeft vastgesteld, rekening houdend met de vraag naar kinderopvangdiensten en aansluitend bij de nationale systemen voor kinderopvang 16 ; c) zorgvoorzieningen voor andere afhankelijke personen te verbeteren; d) te zorgen voor opleiding en diplomering van zorgwerkers; en e) werkgevers aan te moedigen om hun werknemers kinderopvang en andere passende gezinsondersteunende diensten aan te bieden, met inbegrip van gezinsvriendelijke arbeidsmarktinitiatieven; 16 Europees Pact voor gendergelijkheid (2011-2020) (doc. 7370/11, blz. 8). 10324/11 oms/bar/jv 7

26) rekening te houden met de verschillende behoeften en voorkeuren van gezinnen, meer bepaald kwetsbare gezinnen, grote gezinnen en eenoudergezinnen, bij het uitwerken en uitvoeren van toepasselijke beleidsmaatregelen op Europees en nationaal niveau; 27) de maatregelen en vorderingen in het kader van de bestaande instrumenten, hulpmiddelen en instanties te bundelen teneinde meer van elkaar te leren, in het bijzonder door de uitwisseling van beste praktijken op het vlak van gezinsbeleid tussen de lidstaten, meer bepaald in het kader van de Europese Alliantie voor het gezin. VERZOEKEN de COMMISSIE 28) de bevordering van het welzijn van alle gezinnen en de gelijkheid van vrouwen en mannen te ondersteunen in alle onderdelen en vlaggenschipinitiatieven van de Europa 2020-strategie; 29) waar nodig, via Eurostat verder werk te maken van de ontwikkeling van een gemeenschappelijke basis voor heel Europa voor het tot stand brengen van tijdige, vergelijkbare en relevante statistieken en indicatoren over de combinatie van werk en gezin, meer bepaald met betrekking tot de opvang van kinderen en afhankelijke personen, flexibele werktijdregelingen, het gebruik van verlof om familiale redenen en veranderingen vanwege een grotere mobiliteit van gezinnen, rekening houdend met de demografische vooruitzichten en de voorzienbare gevolgen van de demografische veranderingen voor de huidige regelingen voor de combinatie van werk en gezin; 30) door te gaan met het ontwikkelen en verrichten van passend onderzoek naar de factoren die van invloed zijn op de mogelijkheden van vrouwen en mannen om werk en gezin te combineren en hun kinderwens te realiseren, alsook naar daarmee verband houdende attitudes binnen leeftijdsgroepen en generaties; 31) de reeds gevestigde structuren te bevestigen waarin de lidstaten, plaatselijke gemeenschappen, de sociale partners, ngo's en andere belanghebbenden kunnen leren van elkaars ervaringen en deze kunnen aanwenden om de omstandigheden van gezinnen te verbeteren, met name om: 10324/11 oms/bar/jv 8

a) volledig gebruik te maken van de capaciteiten van bevoegde EU-organen zoals de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden, teneinde onderzoek te verrichten naar de situatie van het gezin, naar gezinsvriendelijke beleidsmaatregelen en naar beleidsmaatregelen voor de combinatie van werk en gezin, en aldus de kennis over de doeltreffendheid van deze maatregelen en de interactie daarvan met aanverwante beleidsgebieden te vergroten; b) in dit verband ook gebruik te maken van de desbetreffende gegevens en analyses die het Europees Instituut voor gendergelijkheid verstrekt over de situatie van vrouwen en mannen gedurende hun levensloop, alsmede over het levensloopbeleid, meer bepaald met betrekking tot de combinatie van werk en gezin; c) de rol te ondersteunen van de deskundigengroep voor demografische kwesties bij het monitoren van de demografische veranderingen en het uitvoeren van de belangrijkste beleidsopties die worden geformuleerd in de mededeling van de Commissie van 12 oktober 2006 over de demografische toekomst van Europa 17 ; De Europese Alliantie voor het gezin vormt een platform voor de uitwisseling van denkbeelden en kennis en staat voor het duurzame engagement dat de Europese Unie en haar lidstaten zijn aangegaan om vraagstukken in verband met een gezinsvriendelijk beleid in het kader van de demografische veranderingen aan te pakken. 32) de vorderingen van de Europese Alliantie voor het gezin te blijven evalueren en de bevindingen dienaangaande regelmatig te presenteren; 33) een efficiënt gebruik te blijven maken van de beschikbare informatiebronnen afkomstig van structuren buiten het institutionele kader van de EU, zoals de gegevensbank van de OESO over gezinnen en de gegevensbank van de Raad van Europa over gezinnen; 34) de lidstaten te raadplegen over een voorstel voor een Europees Jaar voor het gezin in 2014. 17 COM(2006) 571. 10324/11 oms/bar/jv 9

VERZOEKEN HET COMITÉ VOOR SOCIALE BESCHERMING EN HET COMITÉ VOOR DE WERKGELEGENHEID 35) in het kader van hun respectieve bevoegdheden en werkprogramma's passende aandacht te besteden aan het in kaart brengen van doeltreffende ondersteunende beleidsmaatregelen om een passende levensstandaard voor gezinnen te waarborgen en het combineren van werk en gezin mogelijk te maken. VERZOEKEN DE LIDSTATEN 36) passende maatregelen te nemen ter bevordering van een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor vrouwen en mannen, waarvoor onder meer wordt gepleit in het Europees Pact voor gendergelijkheid (2011-2020) 18 ; 37) het bestaande webportaal van de Europese Alliantie voor het gezin te actualiseren en de inhoud ervan te verbeteren; dit webportaal moet de getroffen maatregelen, de uitwisseling van denkbeelden en kennis en de geboekte vorderingen bundelen en kan ook relevante informatie afkomstig van de lidstaten, de sociale partners en ngo's bevatten. 18 Doc. 7370/11, blz. 6. 10324/11 oms/bar/jv 10