Inspectierapport Doomijn BSO Mandehof (BSO) Mandehof 17 8391 BG Noordwolde Registratienummer 125104121 Toezichthouder: GGD Fryslân In opdracht van gemeente: Weststellingwerf Datum inspectie: 14-09-2017 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 08-11-2017
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 8 Gegevens voorziening... 10 Gegevens toezicht... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 11 2 van 11
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten van de uitgevoerde inspectie. Na de feiten over het kindercentrum, volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt. Algemene informatie Buitenschoolse opvang Mandehof (voorheen BSO Meulewiek) is onderdeel van Stichting Doomijn Kinderopvang Noord. Stichting Doomijn biedt naast buitenschoolse opvang ook dagopvang, peuteropvang, en gastouderopvang aan. BSO De Mandehof is in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen geregistreerd met 19 kindplaatsen. Buitenschoolse opvang Mandehof is per 1 augustus 2017 gevestigd in de Vensterschool te Noordwolde. Er is een eigen groepsruimte beschikbaar. Deze groepsruimte wordt ook door de peuteropvang groep gebruikt. In de basisgroep kunnen maximaal 19 kinderen in de leeftijd van 4-13 jaar worden. opgevangen. De buitenruimte is bereikbaar vanuit de hal. Het betreft een gedeelte van het schoolplein, en is geheel omheind. De buitenschoolse opvang is geopend van 07.30 tot 08.30 uur (VSO) en van 14.00 tot 18.15 uur (NSO). Er wordt vakantie opvang aangeboden op deze locatie van 07.30 tot 18.15 uur. Inspectiegeschiedenis: 24-07-2017 Onderzoek voor registratie na verhuizing. Er wordt aan alle onderzochte items voldaan. 15-09-2016 Jaarlijks onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht. Er wordt aan alle onderzochte items voldaan. 19-11-2015 Jaarlijks onderzoek op basis van risico gestuurd toezicht. Er wordt aan alle onderzochte items voldaan. 30-09-2014 Jaarlijks onderzoek op alle te toetsen items. Er wordt aan alle onderzochte items voldaan. Bevindingen Uit het jaarlijks onderzoek van 14 september 2017 blijkt dat er aan alle onderzochte items wordt voldaan. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 11
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein Pedagogisch klimaat belicht. Per aspect wordt eerst het pedagogisch beleidsplan en de praktijkobservatie beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. Het pedagogisch beleidsplan per locatie is voor de beroepskrachten inzichtelijk in een map en in een digitaal systeem, Intravers, en aanwezig op de locatie. Tijdens het locatiebezoek is gebleken dat er in de map een pedagogisch beleidsplan aanwezig is versie september 2015. De beroepskracht heeft inzichtelijk gemaakt aan de toezichthouder dat er in het digitale systeem van de kinderopvangorganisatie een recentere versie beschikbaar is, namelijk de versie van november 2016. De beroepskrachten handelen conform de uitgangspunten en werkinstructies in het pedagogisch beleid die gaan over onder andere het werken aan de vier pedagogische basisdoelen. Dit kwam ook tot uiting tijdens de observatie op de groep. De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder voldoet aan de getoetste criteria voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. Observatie van de pedagogische praktijk: Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk heeft de toezichthouder gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk kindercentra en peuterspeelzalen (www.rijksoverheid.nl). Het veldinstrument is ingedeeld naar de vier pedagogische basisdoelen die zijn benoemd in de Memorie van Toelichting bij de Wet kinderopvang. Deze basisdoelen zijn: Het waarborgen van emotionele veiligheid; Het bieden van mogelijkheden voor kinderen tot ontwikkeling van persoonlijke competentie; Het bieden van mogelijkheden voor kinderen tot ontwikkeling van sociale competentie; Socialisatie; het overdragen van waarden en normen. Aan de hand van het genoemd veldinstrument is de pedagogische praktijk tijdens het onderzoek op de vestiging beoordeeld. Aanwezig gedurende het inspectiebezoek: Groepssamenstelling + aantal beroepskrachten: BSO 15 kinderen (van 4 tot 12 jaar) en 2 beroepskrachten en 1 stagiaire. Observatiemomenten basisgroep: Ontvangst kinderen Vrij spel (binnen) Eet/drinkmoment Knutselen Er wordt voldaan aan de getoetste voorwaarden ten aanzien van het pedagogisch klimaat. 4 van 11
Gebruikte bronnen: Interview (met de aanwezige beroepskrachten) Observaties (tijdens locatiebezoek) Website (www.doomijn.nl) Pedagogisch beleidsplan (pedagogisch beleidsplan van BSO De Mandehof versie september 2015, ontvangen op 22-09-2017) Pedagogisch werkplan 5 van 11
Personeel en groepen In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein Personeel en groepen belicht. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven over het kindercentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria. Verklaring omtrent het gedrag Medewerkers in de kinderopvang en peuterspeelzalen moeten in het bezit zijn van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). Een VOG toont aan dat hun gedrag in het verleden geen bezwaar is voor het werken in de kinderopvang. Na de afgifte van de verplichte VOG worden de medewerkers continue gescreend op strafbare feiten die een belemmering vormen bij het werken met kinderen. Stagiair(e)s, uitzendkrachten en vrijwilligers kunnen vooralsnog geen deel uitmaken van het systeem van continue screening. Zij moeten iedere 2 jaar een nieuwe VOG aanvragen. De toezichthouder is tot een oordeel gekomen op basis van de aangeboden verklaring omtrent het gedrag van de vaste beroepskrachten en invalkrachten. Er is 1 stagiaire werkzaam bij BSO De Mandehof. Er is getoetst op het juiste screeningsprofiel met de volgende functieaspecten: 84 (= zorgdragen voor minderjarigen) 86 (= werkzaam in de kinderopvang) De getoetste verklaringen omtrent het gedrag voldoen aan de gestelde eisen. Passende beroepskwalificatie Iedere beroepskracht moet beschikken over een beroepskwalificatie, die op moment van indiensttreding in de cao was opgenomen als passend voor de betreffende functie. Een werkgever kan een schriftelijk verzoek indienen aan de gelijkstellingscommissie van het Overleg Arbeidsvoorwaarden Kinderopvang (OAK) om te laten beoordelen of een werknemer met een opleidingsachtergrond die niet als kwalificerend vermeld staat, toch voldoet aan de kwalificatie-eis. Voor werknemers die op grond van een gelijkstelling voldeden aan de kwalificatieeis bij hun oude werkgever, moet de nieuwe werkgever opnieuw een gelijkstellingsverzoek indienen. De toezichthouder is tot een oordeel gekomen op basis van de aangeboden diploma's van de vaste beroepskrachten en invalkrachten. Er is momenteel 1 stagiaire werkzaam bij de buitenschoolse opvang. Uit de toetsing is gebleken dat de beroepskrachten beschikken over passende beroepskwalificaties. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in een vertrouwde eigen ruimte, met dezelfde kinderen en vaste beroepskrachten (de basisgroep). Buitenschoolse opvang de Mandehof heeft erkenning voor het opvangen en verzorgen van maximaal 19 kinderen en werkt met één groep. De opvang in groepen is beoordeeld aan de hand van de feitelijke situatie op het moment van het inspectiebezoek, het gesprek met de beroepskracht en aanwezigheidslijsten van de kinderen in de periode van 15 augustus t/m 12 september 2017. 6 van 11
De buitenschoolse opvang heeft beschikking over een grote binnenruimte met voldoende ruimte voor het gelijktijdig opvangen van de maximaal 19 kinderen in de leeftijd van 4-12 jaar. Dit is conform het landelijk register. De ruimten waar de opvang plaats vindt voldoet aan de eisen en is passend ingericht. De toezichthouder constateert dat de houder voldoet aan de wettelijke eisen op het gebied van de opvang in groepen. Beroepskracht-kindratio Het minimale aantal beroepskrachten in relatie tot het aantal aanwezige kinderen bij een gemengde leeftijdsgroep in een kindercentrum wordt, met in achtneming van uitzonderingen in de wet- en regelgeving, bepaald met behulp van een rekentool die bekend is gemaakt via de website www.rijksoverheid.nl. Hierbij is er de mogelijkheid bij openingstijden van 10 uur of langer om maximaal 3 uur af te wijken betreft het begin van de dag, de lunchpauze en het einde van de dag. Uit de steekproef van aanwezigheidslijsten van de kinderen en het rooster van de beroepskrachten in de periode van 15 augustus t/m 12 september 2017 blijkt dat de beroepskracht-kindratio op de groep voldoet aan de wettelijke voorwaarden. De inzet van het aantal beroepskrachten wordt aan de hand van de aanwezigheid van het aantal kinderen gedaan. Het afwijken van de beroepskracht-kindratio voldoet aan de gestelde voorwaarden. De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder voldoet aan de getoetste criteria in bovenstaande periode op het gebied van de beroepskracht-kindratio. Gebruikte bronnen: Interview (met de aanwezige beroepskrachten) Observaties (tijdens locatiebezoek) Website (www.doomijn.nl) Verklaringen omtrent het gedrag (ontvangen op 22-09-2017) Diploma's beroepskrachten (ontvangen op 22-09-2017) Opleidingsplan BBL (ingezien tijdens locatiebezoek) Plaatsingslijsten (periode 15 augustus t/m 12 september 2017, ontvangen op 22-09-2017) Presentielijsten (periode 15 augustus t/m 12 september 2017, ontvangen op 22-09-2017) Personeelsrooster (periode 15 augustus t/m 12 september 2017, ontvangen op 22-09-2017) Mailcontact mevr. Mollema Beoordeling van de beroepskracht-kindratio in de praktijk 7 van 11
Overzicht getoetste inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het vastgestelde pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder overgelegd en bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee jaar. De actuele verklaring omtrent het gedrag is niet ouder dan twee jaar, te rekenen vanaf de dag van afgifte van de meest actuele verklaring omtrent het gedrag. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen De opvang vindt plaats in basisgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 8 van 11
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en 9 van 11
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Doomijn BSO Mandehof Website : http://www.doomijn.nl Aantal kindplaatsen : 19 Gegevens houder Naam houder : St. Doomijn Kinderopvang Noord Adres houder : Postbus 1064 Postcode en plaats : 8001 BB ZWOLLE Website : www.doomijn.nl KvK nummer : 59356154 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Fryslân Adres : Postbus 612 Postcode en plaats : 8901 BK LEEUWARDEN Telefoonnummer : 088-2299222 Onderzoek uitgevoerd door : S. van Dijk Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Weststellingwerf Adres : Postbus 60 Postcode en plaats : 8470 AB WOLVEGA Planning Datum inspectie : 14-09-2017 Opstellen concept inspectierapport : 24-10-2017 Hoor en wederhoor : N.v.t. Zienswijze : N.v.t. Vaststelling inspectierapport : 08-11-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 09-11-2017 Verzenden inspectierapport naar : 09-11-2017 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 16-11-2017 10 van 11
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 11 van 11