Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer

Vergelijkbare documenten
Externe veiligheid uitbreidingswijk Marslanden II te Hardenberg

Externe veiligheid N206 McDonald s Oegstgeest

Externe veiligheid spoor. Locatie Otje van Potje te Rijssen

Externe veiligheid / Campinaast te Woerden

Externe veiligheid A4 woningbouw Cardea-terrein. gemeente Leiderdorp

Externe veiligheid A4 gemeentehuis Leiderdorp

Groepsrisicoberekening Nijverdalsestraat Wierden (tussen 113 en 115) projectnummer Einsteinstraat 12a 7601 PR Almelo. Versie: 1.

Externe veiligheid McDonaldd s Voorschoterweg Leiden

: Externe veiligheid hotel bestemmingsplan Bedrijvenpark A1

Externe veiligheid Bastion Hotel Waalre

Externe veiligheid woningbouw te Hoge Hexel. gemeente Wierden

Externe veiligheid bestemmingsplan Sportstad gemeente Heerenveen

Externe veiligheid A28 Lidl Staphorst

Bestemmingsplan Kern Roosteren. Teksten t.b.v. verantwoording groepsrisico

BIJLAGE 4. Onderzoek externe veiligheid Sportstad Heerenveen

Externe veiligheid. Transport gevaarlijke stoffen Haarlemmermeer. Bestemmingsplan De Liede

Notitie 1. Inleiding

Wijk Poelenburg. Evaluatie risico s wegtransport gevaarlijke stoffen

Externe veiligheid A10 hotel en hotelschool. Staalmeesterslaan

Situatie groepsrisico van de risicobronnen in Kerkrade. I Route gevaarlijke stoffen Euregioweg Kerkrade

Actualisatie externe veiligheid spoor Wibautstraat

Externe Veiligheid Plangebieden A59 te Nuland, gemeente Maasdonk

Externe veiligheid spoor. bestemmingsplan Water

: Externe veiligheid Wielewaal in Zundert

Externe veiligheid woningbouw. perceel 1 e Esweg 79 te Wierden

Externe veiligheid bestemmingsplan. Oostpoort Amsterdam

EV uitbreiding Thielco Reuver

Externe veiligheid. Woningen Bestoterrein Zwartsluis

Externe veiligheid spoor bedrijvenpark A1 oost

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam

Technische rapportage

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Bestemmingsplan Verdistraat 53 Amersfoort. : Gemeente Amersfoort, mevrouw N. Ludeking

Risicoanalyse transport Spoor en Vaarwegen

1 Aanleiding. 2 Wettelijk kader. Memo

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

Externe Veiligheid Anthony Fokker Business Park. Fokkerweg vervoer gevaarlijke stoffen

Externe veiligheid. Herontwikkeling Amaliaplein Leiderdorp

Bijlage VIII Onderzoek externe veiligheid

Beoordeling externe veiligheid plangebied. De Wolder te Maastricht

Opdrachtgever Bouwfonds Ontwikkeling BV, Regio Midden De Brand 30 Amersfoort Contactpersoon Dhr. B. Evers

Advies externe veiligheid

ONDERZOEK EXTERNE VEILIGHEID A9 AANSLUITING HEILOO

Bestemmingsplan Woningbouw Hoeksekade Noord, deellocatie A te Bergschenhoek

BUREAUSTUDIE EXTERNE VEILIGHEID BEDRIJVENTERREIN STEPELERVELD

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn

Externe veiligheid wegtransport Deventrade

Quickscan externe veiligheid

Externe veiligheid A12 bestemmingsplannen Voorburg West en Koningin Wilhelminalaan

Externe veiligheid Achmea Health Center bij InHolland Haarlem

Externe Veiligheid Syngenta Seeds

Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F

Kwantitatieve risicoanalyse bestemmingsplan Oosterhout-Zuid

1.1 Externe veiligheid Beoordelingskader

Externe veiligheid A4 bestemmingsplannen Oude Dorp en W4. gemeente Leiderdorp

Transportrisicoberekening N348 ter hoogte van Lemelerveld, gemeente Dalfsen

Risicoberekening rijksweg A28 Vakantieparken Onze Woudstee en Dennenhoek Harderwijk

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert

Risicoberekening Spoor Vakantieparken Onze Woudstee en Dennenhoek Harderwijk

DNV KEMA Energy & Sustainability. Rapport. Kwantitatieve Risicoanalyse Transport Autosnelweg A-73 in verband met uitbreiding Inter Chalet

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Notitie. Onderzoek externe veiligheid Lelystad bestemmingsplan Stadsrandgebied. 1 Inleiding

Externe veiligheid gemeente Landgraaf. spoortraject Roermond- Herzogenrath

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

Paragraaf externe veiligheid bij planbesluit Zijlweg 245 Haarlem met een verantwoording van het groepsrisico

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Kernteam herziening bestemmingsplan bedrijvenpark Stichtsekant. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Externe veiligheid. A44/N44 gemeente Wassenaar

Ten behoeve van besluitvorming omtrent de mogelijk te maken ruimtelijke ontwikkeling is onderzoek verricht naar het aspect externe veiligheid.

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 3 september 2014

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 28 mei Rapportnummer: P2014.

Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu, van nr. IenM/BSK-2012/ Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

SCM Milieu BV. mr. I. Vromen. WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax.

MILIEUADVIES. Gemeente Woerden College van burgemeester en wethouders B. Wouda en C. Roodhart WOE1513.T001

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan De Geer. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen

datum 26 februari 2015 aan Ben van der Waal Gemeente Muiden Joris Jennen Roel Kouwen

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum

Externe veiligheidrisico s bouwproject. Haarbosch te Maarsbergen

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat short stay appartementen

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen

ANALYSE EXTERNE VEILIGHEID BESTEMMINGSPLAN KLOOSTERVEEN III

Externe veiligheid. bestemmingsplan Spaarndammers en Zeehelden

Actualisatie externe veiligheid. N217 gemeente Oud-Beijerland

Externe veiligheid Spoor

Kwantitatieve risicoanalyses schoolgebouwen

Gemeente Lansingerland 01 Inkomende Post d.d. 01/11/ /III IIII IIIII IIII IIIIII IIIII IIIII IIIII IIIII IIII IIII 116.

Externe veiligheid planwijziging LPG-tankstation A4 afrit 12. (gemeente Midden Delfland)

Risicoanalyse transport spoor

Externe veiligheid Landgoed de Olmenhorst. gemeente Haarlemmermeer. actualisatie 2014

: Groepsrisico spoor Amstel Abcoude op basis van de marktverwachting 2020

Externe veiligheid uitbreiding Houtens Erf

Externe veiligheidsrisico's

Het externe veiligheidsbeleid is verankerd in diverse wet- en regelgeving. De volgende besluiten zijn relevant:

Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Agrarisch gebied Buitenvaart. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

BOOT organiserend ingenieursburo BV. QRA Appartementencomplex Tollensstraat 211, Nijmegen

Externe veiligheidsrisico's hogedruk aardgasleidingen

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Transcriptie:

Adviesgroep AVIV BV M.H. Tromplaan 55 7513 AB Enschede Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer Project : 163179 Datum : 1 februari 2017 Auteur : ing. A.J.H. Schulenberg Opdrachtgever: Gemeente Deventer t.a.v. H. Bisseling Postbus 5000 7400 GC Deventer

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Normstelling externe veiligheid transport... 3 2.1. Wet- en regelgeving... 3 2.2. Risicobenadering... 3 2.2.1. Plaatsgebonden risico... 3 2.2.2. Groepsrisico... 4 3. Uitgangspunten risicoberekening... 6 3.1. Plangebied... 6 3.2. RBM II... 6 3.3. Transportintensiteit... 7 3.4. Trajecteigenschappen... 7 3.5. Bebouwing... 7 4. Resultaten weg... 8 4.1. Plaatsgebonden risico... 8 4.2. Groepsrisico... 8 5. Conclusie... 11 Referenties... 12 Bijlage 1. RBM II versie 2.3... 13 Bijlage 2. Gegevens bebouwing... 17

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 2 1. Inleiding De gemeente Deventer is voornemens een bestemmingsplan voor leisure-doeleinden op te stellen: de Holterwegzone. Dit bestemmingsplan ligt binnen het invloedsgebied van de provinciale weg N348 en de spoorlijn Deventer - Almelo. Inzicht in de externe veiligheidsrisico s is daarom nodig. De resultaten van de risicoberekeningen voor de N348 worden in deze rapportage gepresenteerd, de resultaten voor het spoortransport worden separaat gerapporteerd. De resultaten van de risicoberekeningen worden in deze rapportage gepresenteerd. De rapportage is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt de normstelling externe veiligheid voor transportroutes samengevat. In hoofdstuk 3 worden de uitgangspunten van de risicoberekening beschreven. Hoofdstuk 4 bevat het resultaat van de risicoberekening. Hoofdstuk 5 ten slotte bevat de conclusie.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 3 2. Normstelling externe veiligheid transport 2.1. Wet- en regelgeving Het transport van gevaarlijke stoffen brengt risico s met zich mee door de mogelijkheid dat bij een ongeval gevaarlijke stoffen kunnen vrijkomen. Het risico voor personen die verblijven in de omgeving wordt gevat onder het begrip externe veiligheid (EV). Voor het transport van gevaarlijke stoffen over de weg, het spoor en het binnenwater is een risiconormering vastgesteld. In het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt) zijn de regels opgenomen voor de ruimtelijke ordening [1]. Voor infrabesluiten zijn de regels vastgelegd in de Beleidsregels EV-beoordeling Tracébesluiten (de Beleidsregels) [2]. Op 1 april 2015 is het Basisnet volledig in werking getreden. Het basisnet bestaat uit een aangewezen aantal routes (wegen, spoorwegen en vaarwegen) waarop het mogelijk moet zijn en blijven om gevaarlijke stoffen te vervoeren. Voor elke weg, spoorlijn en vaarweg die deel uitmaakt van het Basisnet, is vastgesteld hoeveel risico het vervoer van gevaarlijke stoffen over die weg, spoorlijn of vaarweg maximaal mag veroorzaken. De basisnetroutes en deze zogenoemde risicoplafonds zijn vastgelegd in de regeling basisnet [3]. De N348 ter hoogte van de Holterwegzone is geen basisnetroute. 2.2. Risicobenadering De risicobenadering externe veiligheid kent twee begrippen om het risiconiveau voor activiteiten met gevaarlijke stoffen in relatie tot de omgeving aan te geven. Deze begrippen zijn het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Met het PR wordt de aan te houden afstand geëvalueerd tussen de activiteit en kwetsbare functies in de omgeving. Of een functie kwetsbaar of beperkt kwetsbaar is, is te vinden in het Besluit externe veiligheid Inrichtingen (Bevi) [4]. Voorbeelden van kwetsbare objecten zijn woningen, scholen, ziekenhuizen en grote kantoorgebouwen. Beperkt kwetsbare objecten zijn onder andere verspreid liggende woningen, sporthallen en bedrijfsgebouwen. Met het GR wordt geëvalueerd of als gevolg van een ongeval een groot aantal slachtoffers kan vallen, doordat een grote groep personen blootgesteld wordt. 2.2.1. Plaatsgebonden risico Het PR is de kans per jaar dat een persoon, die zich continu en onbeschermd op een bepaalde plaats in de omgeving van een transportroute bevindt, overlijdt door een ongeval met het transport van gevaarlijke stoffen op die route. Plaatsen met een gelijk risico kunnen door zogenaamde risicocontouren op een kaart worden weergegeven. Het PR leent zich daarmee goed voor het vaststellen van een veiligheidszone tussen een

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 4 route en kwetsbare bestemmingen zoals woonwijken. In tabel 1 wordt weergegeven welke normen voor het plaatsgebonden risico van toepassing zijn. Type object Omgevingsbesluit Kwetsbare objecten Grenswaarde PR 10-6 Beperkt kwetsbare objecten Richtwaarde PR 10-6 Tabel 1. Normen plaatsgebonden risico De grenswaarde moet te allen tijde in acht worden genomen, het bevoegd gezag mag niet van de grenswaarde afwijken. Voor de richtwaarde geldt dat uitsluitend in geval van zwaarwegende belangen (zoals economische) daarvan mag worden afgeweken. Voor ruimtelijke ontwikkelingen in de omgeving van basisnetroutes dienen de afstanden rechtstreeks getoetst te worden aan de risicoplafonds zoals die zijn vastgesteld in de Regeling Basisnet [3]. Voor ruimtelijke ontwikkelingen in de omgeving van andere dan de basisnetroutes dienen de afstanden getoetst te worden aan de berekende 10-6 contour van het plaatsgebonden risico. In veel gevallen is een risicoberekening niet nodig en kan worden volstaan met het toepassen van de vuistregels uit de Handleiding Risicoanalyse Transport (Hart) [5]. 2.2.2. Groepsrisico Indien een plangebied ligt binnen het invloedsgebied van een transportroute waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd, wordt in de toelichting bij het bestemmingsplan en in de ruimtelijke onderbouwing van de omgevingsvergunning in elk geval ingegaan op: de mogelijkheden tot voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp op die transportroute, en voor zover dat plan of die vergunning betrekking heeft op nog niet aanwezige kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten: de mogelijkheden voor personen om zich in veiligheid te brengen indien zich op die transportroute een ramp voordoet. Als het groepsrisico door een bestemmingsplan dat geheel of gedeeltelijk gelegen is binnen 200 m van een transportroute meer dan 10% toeneemt ten opzichte van de bestaande situatie en groter is dan 10% van de oriëntatiewaarde dient het groepsrisico te worden verantwoord. Dit wordt ook wel aangeduid als de verantwoordingsplicht groepsrisico. In de motivering bij het betrokken besluit moeten ten minste de volgende gegevens worden opgenomen: 1. de dichtheid van personen in het invloedsgebied van de transportroute op het tijdstip waarop het plan of besluit wordt vastgesteld, rekening houdend met de in dat gebied reeds aanwezige personen en de personen die in dat gebied op grond van het geldende bestemmingsplan of de geldende bestemmingsplannen of een omgevingsvergunning redelijkerwijs te verwachten zijn, en 2. de als gevolg van het bestemmingsplan of de omgevingsvergunning redelijkerwijs te verwachten verandering van de dichtheid van personen in het gebied waarop dat plan of die vergunning betrekking heeft;

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 5 het groepsrisico op het tijdstip waarop het plan of de vergunning wordt vastgesteld en de bijdrage van de in dat plan of besluit toegelaten kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten aan de hoogte van het groepsrisico, vergeleken met de oriëntatiewaarde; de maatregelen ter beperking van het groepsrisico die bij de voorbereiding van het plan of de vergunning zijn overwogen en de in dat plan of die vergunning opgenomen maatregelen, waaronder de stedenbouwkundige opzet en voorzieningen met betrekking tot de inrichting van de openbare ruimte, en de mogelijkheden voor ruimtelijke ontwikkelingen met een lager groepsrisico en de voor- en nadelen daarvan. Het groepsrisico geeft aan wat de kans is op een ongeval met tien of meer dodelijke slachtoffers in de omgeving van de beschouwde activiteit, kortom de kans op een ramp. Het aantal personen dat in de omgeving van de route verblijft, bepaalt mede de hoogte van het GR. Het GR wordt weergegeven in een zogenaamde fn-curve, op de verticale as staat de cumulatieve kans per jaar f op een ongeval met N of meer slachtoffers en op de horizontale as het aantal slachtoffers. Figuur 1 geeft een voorbeeld. Het groepsrisico wordt bepaald per kilometer route en vergeleken met de oriëntatiewaarde. Deze waarde helpt het bevoegd gezag bij de afweging of de kans op een ramp opweegt tegen het maatschappelijk voordeel van het voorgenomen besluit. Het begrip oriëntatiewaarde houdt in dat het bevoegd gezag gemotiveerd kan besluiten een hogere kans op een ramp te accepteren. Oriëntatiewaarde Figuur 1. Voorbeeld groepsrisico transportroute

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 6 3. Uitgangspunten risicoberekening 3.1. Plangebied Figuur 2 toont de ligging van het plangebied ten opzichte van de N348 en de spoorlijn Deventer - Almelo. Marshoogte De Cirkel Figuur 2. Situatieschets plangebied 3.2. RBM II Het risico van het transport wordt berekend met RBM II versie 2.3 [6]. De methodiek is samengevat in bijlage 1. De berekening wordt uitgevoerd conform de Handleiding risicoanalyse transport [5]. Voor de berekening zijn de volgende gegevens nodig: De transportintensiteit van gevaarlijke stoffen. Trajecteigenschappen zoals de uitstromingsfrequentie, de kans per voertuigkilometer dat een tankauto of spoorketelwagen met gevaarlijke stoffen betrokken raakt bij een ongeval zodanig dat er uitstroming van de stof optreedt. Het aantal personen dat langs de route blootgesteld wordt aan de gevolgen van een ongeval. De bevolkingsdichtheden worden aangegeven in veelhoeken langs de route met een uniforme dichtheid per veelhoek. De meteorologische condities: hiervoor is weerstation Deelen gebruikt.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 7 3.3. Transportintensiteit De N348 (wegvakken O17 en O49) ter hoogte van bestemmingsplan Holterwegzone wordt niet genoemd in bijlage I van de regeling Basisnet. Voor dit wegvak is daarom uitgegaan van de tellingen van RWS [7]. Met behulp van het Global Economy scenario uit de prognose tot 2020 van DVS zijn de transportintensiteiten op jaarbasis omgerekend naar 2017 [8]. Tabel 2 toont het resultaat. Stof- Voorbeeld- 2007 2017 categorie stof O17 O49 O17 O49 LF1 Heptaan 542 1802 599 1991 LF2 Pentaan 213 669 235 739 GF3 Propaan 230 246 230 246 Tabel 2 Transportintensiteit wegvakken N348 in 2007 en 2017 3.4. Trajecteigenschappen In deze studie is uitgegaan van de standaard uitstromingsfrequentie 3.6 10-7 per voertuigkilometer voor een weg buiten de bebouwde kom. Voor de breedte van de weg is 15 m gehanteerd. Bij de risicoberekening wordt standaard aangenomen dat 61% van het transport overdag plaatsvindt tussen 8:00 en 18:30 uur en 39% s nachts. 3.5. Bebouwing Voor de bebouwing en de hiermee gepaard gaande aanwezigheid van personen langs de weg voor de referentiesituatie is gebruik gemaakt van aangeleverde RBM II-bestanden [9]. Gegevens over de invulling van het plangebied zijn aangeleverd door de opdrachtgever [10]. De gehanteerde werkwijze en gemodelleerde verandering van de omgeving is opgenomen in bijlage 2.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 8 4. Resultaten weg 4.1. Plaatsgebonden risico Figuur 3 toont het plaatsgebonden risico. De berekeningen hebben niet geleid tot plaatsgebonden risicocontour voor de grenswaarde 10-6. Het plaatsgebonden risico vormt daarmee geen belemmering voor bestemmingsplan Holterwegzone. Figuur 3. Plaatsgebonden risico PR 10-7 PR 10-8 4.2. Groepsrisico Figuur 4 toont het groepsrisico voor het kilometervak met het hoogste groepsrisico. De ligging van dit kilometervak wordt getoond in figuur 5 voor de toekomstige situatie (niet verschillend van de huidige situatie). Realisatie van het plan leidt tot een zeer geringe toename van het groepsrisico. De verklaring hiervoor is dat het groepsrisico in belangrijke mate bepaald wordt door bebouwing ten zuiden van het bestemmingsplan.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 9 Figuur 4. Hoogste groepsrisico per kilometer Huidige bebouwing Toekomstige bebouwing Tabel 3 vat de resultaten samen wat betreft de afstand van de fn-curve tot de oriëntatiewaarde voor het kilometervak met het hoogste groepsrisico. De mate van overschrijding van het groepsrisico wordt uitgedrukt als de maximale factor tussen de berekende fn-curve en de oriëntatiewaarde fn 2 = 10-2 voor meer dan 10 slachtoffers. Een factor 0.021 betekent bijvoorbeeld dat de berekende frequentie van de fn-curve meer dan 45 keer kleiner is dan de oriëntatiewaarde (bij een bepaald aantal slachtoffers). Bebouwing Factor Huidig 0.021 Toekomstig 0.022 Tabel 3. Groepsrisico als factor ten opzichte van de oriëntatiewaarde

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 10 Figuur 5. Ligging kilometer hoogste groepsrisico toekomstige situatie : Deel van het traject dat het kilometervak met het hoogste groepsrisico bevat en een aanduiding van de grootte van dit groepsrisico. Groen gekleurde kern is kleiner dan 0.1 keer de oriëntatiewaarde. : Ongevalspunt met de grootste bijdrage aan het groepsrisico : Grootte van het groepsrisico van het resterende deel van het traject. Groen gekleurd is kleiner dan 0.1 keer de oriëntatiewaarde.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 11 5. Conclusie De externe veiligheidsrisico s door het transport van gevaarlijke stoffen over de N348 ter hoogte van bestemmingsplan Holterwegzone zijn berekend voor de bestaande en de toekomstige situatie. De belangrijkste conclusies naar aanleiding van de resultaten worden in dit hoofdstuk benoemd. Plaatsgebonden risico Het plaatsgebonden risico vormt geen belemmering voor bestemmingsplan Holterwegzone. Groepsrisico Het groepsrisico is kleiner dan 0.1 keer de oriëntatiewaarde. De ontwikkeling van bestemmingsplan Holterwegzone leidt nauwelijks tot een toename van het groepsrisico. In zowel de huidige als de toekomstige situatie is het groepsrisico meer dan 45 keer kleiner dan de oriëntatiewaarde. Omdat het groepsrisico kleiner is dan 0.1 keer de oriëntatiewaarde, kan een verantwoording van het groepsrisico achterwege blijven. Wel dient het bestuur van de veiligheidsregio in de gelegenheid te worden gesteld om advies uit te brengen. In de toelichting bij het besluit dient in elk geval in te worden gegaan op de mogelijkheden tot voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp en de mogelijkheden voor personen om zich in veiligheid te brengen indien een ramp zich voordoet.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 12 Referenties 1. Ministerie I&M 2013 Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt) Staatsblad 2013, nr. 465 2. Ministerie I&M 2014 Beleidsregels EV-beoordeling tracébesluiten Staatscourant 1 oktober 2014, nr. 25839 3. Ministerie I&M 2014 Regeling Basisnet Staatscourant 19 maart 2014, nr. 8242 4. Ministerie VROM 2004 Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) Staatsblad 2004, nr. 250 5. Ministerie I&M 2015 Handleiding Risicoanalyse Transport Versie 1.1 gedateerd 1 april 2015 6. AVIV 2012 Handleiding RBM II 7. Rijkswaterstaat 2015 2015 04 Basisnet referentie aantallen & werkelijke jaarintensiteiten_tcm174-372285.xls 8. DVS 2007 Toekomstverkenning vervoer gevaarlijke stoffen over de weg 2007 9. Royal Haskoning DHV 10. Gemeente Deventer 2016 Holterwegzone december 2016 bevolking voor AVIV.r2s. Geleverd 20 december 2016 2016 Raming bezoekers Leisure-strip Holterweg_incl verhouding dag nacht.xlsx. Geleverd 22 december 2016

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 13 Bijlage 1. RBM II versie 2.3 1. Overzicht Voor evaluatie van de externe veiligheid van het transport van gevaarlijke stoffen is de rekenmethodiek RBM II ontwikkeld [1]. Hiermee kan het plaatsgebonden risico en groepsrisico veroorzaakt door het transport berekend worden. In RBM II bestaat de systeembeschrijving uit de typering van het traject, de lengte van het traject, en de aantallen transporten per jaar per stofcategorie. De fractie van het transport die overdag plaatsvindt, kan worden opgegeven. De bevolkingsdichtheden worden aangegeven in veelhoeken langs de route met een uniforme dichtheid per veelhoek. Er kan voor de dag en nacht een personendichtheid worden opgegeven. De ongevalsscenario's en de effectberekeningen zijn niet door de gebruiker te beïnvloeden. Na het invoeren van de basisgegevens en het starten van de berekeningen worden de resultaten gepresenteerd in de vorm van risicocontouren langs de route en de fn-curve per kilometer. 2. Gebeurtenisbomen Figuur 1.1 toont de gebeurtenisboom voor een ongeval met een druktankwagen geladen met brandbaar tot vloeistof verdicht gas. Er wordt verondersteld dat bij vertraagde ontsteking het gas altijd ontsteekt bij de maximale omvang van de wolk. Voor een toxisch tot vloeistof verdicht gas wordt dezelfde gebeurtenisboom gebruikt tot en met de tak type uitstroming. Het effect is een toxische gaswolk. Figuur 1.2 toont de gebeurtenisboom voor een ongeval met een atmosferische tankwagen geladen met brandbare vloeistof. De kans op directe ontsteking geldt voor de stofcategorie LF2. Voor de stofcategorie LF1 wordt een 30 maal kleinere waarde gebruikt. Er wordt geen rekening gehouden met vertraagde ontsteking. Het dampgenererend vermogen van de vloeistoffen is gering, zodat er geen brandbare gaswolk van enige omvang zal ontstaan. Voor een toxische vloeistof wordt dezelfde gebeurtenisboom gebruikt tot en met de tak type uitstroming. Het effect is een toxische gaswolk. Voor een vloeistof die zowel brandbaar als toxisch is worden de effecten gecombineerd.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 14 Letsel ongeval Uitstroming > 100 kg Relevant Type uitstroming Directe ontsteking Vertraagde ontsteking Effect 0.8 BLEVE 0.35 Instantaan 0.6 Wolkbrand 0.2 0.3 0.4 Explosie 0.8 Fakkel 0.65 0.052 Continu 2 gat 0.6 Wolkbrand 0.2 0.4 Explosie 8.30 10-8 Autosnelweg 0.7 Geen 0.948 Geen Figuur 1.1. RBM II gebeurtenisboom uitstroming brandbaar gas druktankwagen Letsel ongeval Uitstroming > 100 kg Type uitstroming Directe ontsteking Vertraagde ontsteking Effect 0.13 Plasbrand 0.15 Inhoud 0.0 Wolkbrand 0.87 1.0 Geen 0.13 Plasbrand 0.101 0.60 5.0 m 3 0.0 Wolkbrand 0.87 8.30 10-8 1.0 Geen Autosnelweg 0.25 Geen 0.5 m 3 0.899 Geen Figuur 1.2. RBM II gebeurtenisboom uitstroming brandbare vloeistof atmosferische tankwagen

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 15 3. Ongevalsfrequentie en kans op uitstroming RBM II bevat standaard waarden om de uitstromingsfrequentie van druk- en atmosferische tankwagens voor drie wegtypen te berekenen. Deze basisgegevens zijn afgeleid in een studie uitgevoerd in 1994 [2] en geactualiseerd in 2005 [3]. De standaard waarden worden getoond in tabel 1.1. Wegtype Ongevals frequentie Kans op uitstroming > 100 kg [/vtgkm] Druk Atmosferisch Autosnelweg 8.30 10-8 0.052 0.101 Buiten bebouwde kom 3.60 10-7 0.034 0.077 Binnen bebouwde kom 5.90 10-7 0.006 0.021 Tabel 1.1. Motorvoertuigletselongevalsfrequentie (zonder ongevallen met langzaam verkeer) en kans op uitstroming voor verschillende wegtypen 4. Voorbeeldstoffen In RBM II zijn standaardscenario s opgenomen voor de verschillende stofcategorieën. Voor elke stofcategorie worden de effectberekeningen uitgevoerd voor een voorbeeldstof. De voorbeeldstoffen worden getoond in tabel 1.2. Hoofdcategorie Categorie VN-nummer Stofnaam Brandbare gassen GF0 (Niet ingevuld) GF1 1040 Ethyleenoxide GF2 1011 Butaan GF3 1978 Propaan Toxische gassen GT1 (Niet ingevuld) GT2 1064 Methylmercaptaan GT3 1005 Ammoniak GT4 1017 Chloor GT5 1017 Chloor GT6 (Niet ingevuld) GT7 (Niet ingevuld) Brandbare vloeistoffen LF1 1206 Heptaan LF2 1207 Pentaan Toxische vloeistoffen LT1 1093 Acrylnitril LT2 1277 Propylamine LT3 1092 Acroleïne LT4 2480 Methylisocyanaat LT5 (Vervoersverbod) LT6 (Vervoersverbod) Explosieven EX1 (Niet ingevuld) EX2 (Niet ingevuld) EX3 (Niet ingevuld) Tabel 1.2. Voorbeeldstoffen RBM II

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 16 5. Meteorologische omstandigheden In RBM II kan een weerstation worden geselecteerd waarvan de meteorologische gegevens worden gebruikt. Het wegvervoer vindt voor 70% gedurende de dag en voor 30% gedurende de nacht plaats. Referenties 1. AVIV 2012 Handleiding RBM II 2. AVIV 1994 Fundamenteel onderzoek naar kanscijfers voor risicoberekeningen bij wegtransport gevaarlijke stoffen Rapport voor ministeries VROM en V&W 3. AVIV 2005 Actualisatie uitstroomfrequentie wegtransport Rapportnr. 05860

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 17 Bijlage 2. Gegevens bebouwing Voor de bevolkingsgegevens in de omgeving van de N348 is gebruik gemaakt van een bestaand RBM II-bebouwingsbestand [9]. Tabel 4 toont de aanwezigheidsgegevens per gebied, de gebieden zelf zijn weergegeven in figuur 6. Vlak Aantal personen Toelichting ID Dag Nacht 1 164 319 Wonen 2 193 375 Wonen 3 199 385 Wonen 4 135 253 Wonen Wonen 57 29 58 Wonen Industrie semi 6 1 1/100 m 2 continu Wonen 60 41 82 Wonen Wonen 61 12 24 Wonen Wonen 62 60 120 Wonen 19 121 232 Wonen 20 327 614 Wonen 21 59 115 Wonen 22 218 419 Wonen 23 63 121 Wonen 24 51 101 Wonen 25 126 236 Wonen 26 183 337 Wonen 27 202 398 Wonen 28 7 14 Wonen 30 250 94 Wonen 76 2829 2707 B2 374 0 B3 317 0 B4 56 0 B5 357 0 B6 178 0 B7 90 0 B8 74 0 B11 332 0 B13 157 0 B14 283 0 B15 253 0 B16 289 0 B17 92 0 B18 57 0 B19 554 0 B20 781 0 RW bestaand 45 7 15 RW bestaand 46 25 50 Wonen 120 134 269 Tabel 4. Gegevens RBM II omgeving

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 18 Figuur 6. Ligging bebouwingsgebieden. De gebieden binnen bestemmingsplan Holterwegzone zijn aangegeven met een blauwe ovaal.

Externe veiligheid N348 Holterwegzone te Deventer 19 De invulling van bestemmingsplan Holterwegzone is aangeleverd door de opdrachtgever [10]. Deze gegevens zijn vertaald naar een aanwezigheid dag en nacht. Tabel 5 toont het resultaat per gebied, de gebieden zelf zijn weergegeven in figuur 6. Aangezien er geen vervoer van gevaarlijke stoffen in het weekeinde wordt verondersteld, is de aanwezigheid in het weekeinde niet van invloed op de uitkomsten. Er zijn daarom uitsluitend evenementen op werkdagen gedefinieerd. Zoals blijkt uit figuur 7 ligt het kinderspeelparadijs (vlak MT) buiten het invloedsgebied rond de N348 en is daarom niet gemodelleerd. Figuur 7. Ligging bebouwingsgebieden binnen bestemmingsplan Holterwegzone. De dunne zwarte lijn is de grens van invloedsgebied Vlak Betreft Aantal personen Ingevoerd als ID Dag Nacht X Amusementshal 22 20 Woonbebouwing TN Feestzaal 74 134 Evenement (op werkdagen), 60 /jr 7.5 uur overdag; 6.5 uur s nachts SA Feestzaal 401 401 Evenement (op werkdagen), 15 /jr 7.5 uur overdag; 6.5 uur s nachts MP Feestzaal 267 267 Evenement (op werkdagen), 60 /jr 7.5 uur overdag; 6.5 uur s nachts McD Fast food (incl. 41 29 Woonbebouwing drive) IM Combinatie leisure en sport 133 107 Woonbebouwing Tabel 5. Gegevens RBM II Holterwegzone