Freebook lapjeskussen Fien 40x40cm / 50x50cm
Benodigdheden lapjeskussen Fien Materiaal: 40x40cm 50x50cm Restjes stof (meet bij het verzamelen 32 vierkantjes van 12x12cm 50 vierkantjes van 12x12cm van stofjes ca. 15x15cm qua formaat) of Repen stof 4 repen van ca. 15cm x 1,40m 5 repen van ca. 15cm x 1,40m of Fat quarters (50x55cm) 8 st 10 st Fournituren: Blinde- of gewone rits 40cm 50cm Garen 0,50 0,55 Binnenkussentje 40x40cm 50x50cm Foto-werkbeschrijving lapjeskussen Fien Verzamel alles om de stof te kunnen knippen of snijden. Stofjes: Diverse stofjes die mooi bij elkaar passen. Minimaal 15x15cm, zodat een vierkantje van 12x12cm recht van draad uitgeknipt kan worden. Knippen: Schaar, patroonpapier, potlood, gum voor een patroondeel die je op de stof kunt spelden en dan uit de stof kan knippen. Radeermes, snijmat of snijplank (dat lukt prima) karton, potlood, gum voor een patroondeel/mal die je op de stof kunt leggen om over te trekken en daarna uit de stof kan knippen. Snijden: Snijmat, liniaal (gewone of een quiltliniaal), rolmes om de vierkantjes op maat van stof te snijden. 2
Voordat de stof gesneden of geknipt wordt eerst de stof strijken. De stof wordt in principe recht van draad verwerkt. Nu wil het wel eens zo zijn dat een printje er niet recht opgedrukt is. Doe dan wat het mooist is. In de losse bijlagen zie je de foto-beschrijvingen voor het knippen en snijden van vierkantjes. Een hele stapel met vierkantjes. Nadat alle vierkantjes zijn geknipt of gesneden worden ze tot twee vierkanten neergelegd. Het kan zo zijn dat de voor en achterkant hetzelfde zijn of dat er symmetrische patronen zijn neergelegd met meerdere vierkantjes van één stofje. Maar het kan ook zijn dat alles kris kras door elkaar ligt of zelfs van elk stofje maar één is geknipt. Kijk naar de balans in kleur en/of opdruk. Alles kan! TIP: maak een foto met een mobieltje van de vierkanten, zodat na het stikken van de stroken het gecontroleerd kan worden of de volgorde nog goed is. Dat het hartje, hier in het midden, niet op zijn kop of dwars is vast gestikt. 3
Speld per rij de vierkantjes op de goede volgorde op elkaar. Eventueel een stukje papier opspelden met rijnummer, zodat het uiteindelijke resultaat is zoals het was neergelegd. Vooral belangrijk bij symmetrische patronen. De vierkantjes op volgorde aan elkaar spelden. De naden stikken op 1cm breed, zodat de vierkantjes ècht 10x10cm worden. Anders wordt het hoesje te ruim. Naden open strijken. 4
Als de banen aan elkaar gestikt worden is het makkelijker om de naden mooi te laten doorlopen. Leg alle banen naast elkaar om te controleren of de vierkantjes op de goede plek liggen. Kijk vooral ook of de stofjes niet op z n kop liggen, zie het hartje in het midden van het voorbeeld. Nadat alle vierkantjes in banen zijn gestikt en open gestreken, de banen aan elkaar spelden. Om de naden tussen de vierkantjes mooi door te laten lopen de spelden van de ene laag naar de andere laag via de reeds gestikte naden spelden (tussen de naaisteken door). 5
Op deze manier lopen de naden perfect door. Detailfoto doorlopen naden. Leg het voor- en achterpand van het kussentje op elkaar, dusdanig dat de vierkantjes met de printjes de goede kant op staan. Zie foto, dat het hartje rechtop staat en niet op z n kop komt te staan. Geef met spelden aan beiden panden de onderkant aan, want daar komt de rits te zitten. Vervolgens eerst één kant van de blinde rits spelden en stikken. Gebruik indien aanwezig het speciale blinde ritsvoetje. Doe de rits dicht. Plaats een speld in de rits bij elke naad precies in de naad tussen twee vierkantjes en teken een potloodstreepje over de speld waar de rits zit. 6
Zet aan de andere kant van de rits, op dezelfde hoogte van het eerste potloodstreepje, nog een streepje, zodat als de rits erin zit de naad aan beide zijde van de rits doorloopt. De tweede potloodstreep is de leidraad om de naden aan weerszijde van de rits te laten doorlopen. De rits kan nu weer open. Speld de rits vast aan de andere kant. Eerst spelden op de plek van de potloodstreepjes bij elke naad tussen de vierkantjes. Daarna de tussenruimte spelden en daarna stikken. Bij het sluiten van de rits lopen de naden netjes door. Er zijn nog drie kanten van het kussenhoesje open en die kunnen nu dicht gestikt worden. Om de naden tussen de vierkantjes weer mooi door te laten lopen speld de spelden van de ene laag door de andere laag via de reeds gestikte naden (tussen de naaisteken door). Op deze manier lopen de naden perfect door. Het binnenkussentje in het hoesje doen en klaar is het lapjeskussentje. 7