BERICHTEN Verbeelding
Niet gezien worden en afgebroken dialoog TOt de meest recellte klulstwerkell vall Martha Veldtbuis behoort de serie Kinderen. Name tekellillgell, schilderijell ell zeefdrukken maaktzij vooralkeramische betide". Door dejll!?" hun heb ik veel vall haar werk geziel1. Het toolll de en/st ell hetgroteske, betliefdevolle ell bet tedere van mellsen in hull verboudillgell op vllak geestige ell soms rondllit vrolijke wijze. Vie baar omvflilgrijke productie trofde kiuderserie mij hetmeest. Binnen die serie - gcheel uirgevoerd in keramiek -laar een reiariefkjein :lamal de relarie (Ussell kind en ouder zien. Onmiddellijk kwam de comcxtuele term 'parenrif1carie' in mij op. Maar ik merkte ook dar een term of begrip verbleekr als je heel deze beeldtaal over je heen krijgr, inclusiefde emoties die dez.e weer over te dragen. Kijken naar kunsr kan Qnze sensitiviteir voor her wezenlijke in ons leven mer de ander hernieuwen en aanseherpen. Kijken naar kunst kan onze sensitiviteit voor het wezenlijke in ons leven met de ander aanscherpen Niet gezien worden In her eersre becld is cen verhouding te zicn die wei een verhouding is, lllaar regelijk ecn relarie waarin van dialoog geen sprake kan zijn. Her laat zien hoe 'nier gezien worden' eruit zier. De ogen van de mocder zijn bcdekt. Weliswaar zou zij met de afgebeelde stand van haar hoofd haar kindje heel goed kunnen zien, maar 'een bedekking van haar ogen' verhindert dir. un ogenblik zou je kunnen denken dat her kind een kiekeboe-spelletje met moeder doer. Maar moeders verdere houding maakt duide- 6 Iijk, hoc het komt dar her de handjes in wanhoop voor de ogen slaa!. Een gebaar waarmce het zegt: "Ik zie dar je geblindcerd bem, kijk 26, nu is het helemaal donker, zo kan ik jou ook niet zien." Dar wil zeggen dar de bedekking van de een regelij. kertijd ook een bedekking voor de ander is. un van heiden kan er voor zorgen dat her voor beiden onmogelijk wordr e1kaar te zien. Terwijl zij regelijk nodig zijn om elkaar wei re kunnen zien. Of in rermen van Buher: de relade is van niemand, maar heiden zijn er veranrwoordelijk voor. Oit beeld _ heeft mij er pas echt bcwust van gemaakt, hoc cen kind dar - ten onreehte - door eell Guder nier gezien wordt in zijn kindertijd, die Guder ook niet kan z.ien. En dat her pas veellater, langs de weg van de hertaxarie door het volwassen geworden kind, in sraat is zich cen beeld te vormen van de vroegere
gezichrshoek van de berrokkcn auder. iet gezien worden zaj voor een kind altijd ook wei berekenen: nict geborgen zijn. Oil komr sterk tot uiting in de hauding van moeders handen. Zij maakr met haar handen niet her veilige gebaar waarmee je iemand vast kum houden. Zij maakt van haar handen cen soon plarcautje en laar her kind daarop plaatsnemen. AJsof haar kind cell vreemde van buircn blijft. Je vraagr je af hoe moeder her gedragen heefr als vruchr in haar eigen diepe hinnensre. Als cell vreemdcling. cell indringer die nier gasrvrij onrvangcn kon worden? Om welke reden dan oak? Er lijkr eell afstotingsproces aan de gang. De situering van her kind, mct zijn rug gekeerd naar her lichaam van zijn maeder, net tussen buik en bomen in - de wee machtige voedingsbronnen van jong leven -, laar afwending zien in plaars van roewending. Er is wei een basaje lijfelijke verbondenheid re zien, maar geen roewijding en niet her ouderlijk "vermogen om een kind re ommocrcn mer her vrees~ en-beven van iemand die geen paskjare anrwoorden op het leven heefr" (Friedman, 1960, pag. 136). De moeder staat erbij alsof ze er wecr van hecfr dar ze nier khar is voor haar moe derschap. Het Iijkt juist dar weten re zijn, dar haar ervan weerhoudr spomaan het kind te zien dat diep afhanke1ijk van haar is. Tege1ijk mer de band van moeder en kind is ook een pijnlijke belemmering zichrbaar, die de "e1ememen van toegewijde verbintenis" in de weg Staar (vgl. hoafdsruk 3 van Lam owr L~wn in LOJllliteil). Aanvankelijk was ik zo aangesproken door her zien van her nier.gezien worden, dar ik pas larer oog kreeg voar war her beeld zegr over horen en spreken. En dan naruurlijk ook over spreken en gehoord worden. Het kind manifesreert zich luid~ keels, maar ook over meeders oren ligr een bedekking. In elk geval zodanig dat zij haar oren niet kan spirsen. Moeder lijkr ziende blind en horende doof voor her rocpen van haar kind. Het blijft aan de buitenkant en kan nier echr bij haar binnenkomen. Ook in audirieve zin kan er geen sprake zijn van ommoeting en dialoog. Als ik me enigszins probeer voor re srellen hoe dir kind zich verder gaar omwikkelen, zie ik icmand veer me die her behoorlijk moeilijk 7.31 vinden "zijn srem re verheffen om AIleen door hel heden heen kan hel oude mel al zijn pijn en gemis gelransformeerd worden in #een tijd als nieuw'. zichzelf re laren kennen" (L~",J owr I"vm, pag. 70). Herze1fde geldr voor di"ct spuch en speech with mmning, \vam er is sprake vall "cell diepe beschadiging van de gemeenschappelijke bestaanserde" rus sen dir kind en zijn meeder. Her vacuum waar her kind in belandt en waar het zich oak als volwassene moeilijk aan kan onrworsrelen, benoemen Krasner en Joyce met een prachrige rerm als "een woordloze leegre" (Lnrn ova L~vm, pag. 69). Aan de pastor de raak om re he1pcn bi; her vinden van bronncn van vertfouwcn, van aanzenen tor echre dialoog en onrmeeting. Wanhoop van de moeder Doe ik door zo re kijken wei rechr aan de moeder? Zij staat daar levensgroor als een prachrige vrouw en moeder. Verdienr zij niet meer aandachr, respect en medooogen? War belemmert haar toch zo om moeder te kunnen zijn? Ben ik eigenlijk niet bez.ig mel pa"nt bmting, zoals Nagy dar ooir noemde? - Dar is juisr, ik doe zo geen rechr aan de meeder. Maar wei aan dit beeld dar cenrraal focusr op de wanhoop in dir kinderlijfje. Ook de kunstenares heeft blijkbaar weer van relarioneel erhischeftimess, waar zij in her rweede beeld meer van laar zien. In dir beeld (zie voorpagina) krijgen we zicht op de siruarie zoals die een aanral jaren larer zou kunnen zijn. Her kind kan inrussen op eigen voeren staan en door de hurkende houding van meeder zijn beiden op ooghoogre van e1kaar. Op hun gezichren vah nu veel meer licht. De hurkende houding van de meeder, mer de knieen uireen - in sommige cui ruren de houding bij her baren - room de lijfelijke oorsprong van her kind, rerwijl heel zijn concenrratie uitgaar naar zijn meeder. Daarmee vestigt her de aandachr van de kijker op her nu onbedekre gez.icht van moooer. Met gesloren mond cn ogen spreekt dir nu roch een krachrige faal. Vir de diepre van haar wezen wordt haar wanhoop voelbaar, het _Iijden onder haar onvermogen moeder re kunnen zijn voor haar kind. Haar gezicht verraadr de sluimerendc rederheid en her verlangen om haar klnd nabij re zijn, maar deze inrenries kunnen nicr naar buiren rreden. Ondanks haar verlangen blijft ze in zichzelf gekeerd, bedrukt en rerneergeslagen. 7
Oak haar hand laar verlangen zicn en de onmacht om haar kind tc onrvangen en tot zich tc nernen. Ze kan haar moederschap geen gestalte geven, ze kan zichzelf niet in overgave wenden tor haat kind. Zijn her herinneringen aan een verwrongen en scheefgegroeide relarie met haar eigen moeder enlof vader? Of is zij recent door cen ge1iefde partner verlatcn? Maar dan zou ze waarschijnlijk anders op de warme nabijheid van haar kind reageren. In elk gevallijkr zij de last van cude problemen tc dragen, waardoor ze her heden mist. Terwijl her heden, zoals Buher ons scherr hewllst heefr gemaakr, de cnige kans is op ommoeting en op echte vernicuwcnde dialoog, waarin Dude en zelfgemaakre beeldcn kunllen sneuvelen en worden vervangen door cen visie die up 10 dau is en meer waarheidsgetrouw. Aileen door her heden heen kan her oude met al zijn beelden, pijn, onrecht en gemis getransformeerd worden in 'een tijd als nieuw'. Omgekeerd vestigt de houding van de moeder de aandachc op her kind. Oat probeen de troosr re geven waar zijn terneergeslagen moeder om vraagr. Zijn getuire lippen willen moeder misschien een kus geven ofspreken woordjes van troost. Zijn ogen zijn geslocen, nier doordat xij her lijden van moeder nier zien, maar in volle overgave nadar zij moeders vervolgde waarheid (een uirdrllkking van Kierkegaard) hebben waargenomen. Her zal op deze leeftijd nier her hoe en war van moeders lijden en verdrier kunnen ovenien, maar her ervaarr kenne Iijk srerk her ddl daarvan. En als veranwoordelijk anwoord geeft her alles wat het in zijn loyalireit kan opdiepen aa.n troosrende nabijheid, sreun en rorg. Toch kunnen xijn lippcn moeder nier bereiken en het beschermende gebaar van xijn arm blijft halverwege steken, spiegelbeeldig aan de wanhoop die spreekr uit her gebaar van moeders hand. De expressie van her kind is z6 liefdevol, maar daar sraar her dan, in wederkerigheid even verlaren als zijn moeder. Zijn heilige missie is aan her mislukken en dir zal wei nier de eersre ofde laatste keer zijn dar her zo gaat. Bij moeder Iijkr her verdrier - en misschien de schaamre - over her missen van die intense vreugde van her samenzijn mer haar kind, al her oude zeer re bevesrigen en re versrerken. lo versperren oude, mer emories helegde beel- Wat er in de boeken over geparentificeerde kinderen staat: dat ze hun spontaniteit kwijtraken en zich oud gedragen den en herinneringen van geleden onrecht moeder de weg naar haar eigen kind. War voor moeder het oude onrecht is, \vordr voor het kind her nieuwe en verse. Moeder mist (nog?) "de erhische verbeeldingskracht om de kant van her kind te zien ronder de eigen kant uir het oog te verliezen" (ciraar van Friedman in Lam ova uvm, pag. 70). w missen die beiden hun recht en hun vrijheid, zo missen die beiden elkaar. En vader dan? Her derde beeld staat in eell groot nieuw gebouw vall cell orgallisarie voor rhuiszorg. Besr eell geesrige plek om dir neer re 7..enell! Bovendien wordt her rijd om ook vader re laren opdraven. Nou ja, vader draafr niet ro hard, vader is rolsroelgebonden zeals dar hij de rhuiszorg heet. Zijn hele voorkomen roepr trouwens wei een vraag op: Heeft hij ongelukkigerwijs xijn rechrer been gebroken of is hij brekebeen in eigen persoon? Zijn 'goede' been Iijkr er ook al nier op gebouwd om eens lekker een srevige por voerhal te spelen. En war een armpjes. Waarom kun je in onze raal nier spreken van spillearmen en kun je iemand aileen maar uitsehelden voor spillepoot? lou hij ooir hebben gestoeid mel zulke armen? wu hij in de sponschool een gewichr kllllllcn verplaacsen? Nee, vader is bepaald geen man mer spierballen. Toch doer hij erg zijn besr voor her kind. hij heefr her op zijn schouders gezer rerwijl hij gehandicapr in zijn rolstoel zit. Besr wei stoer in deze situarie. Dar lijkr nu allemaal welleuk, maar ook hij vader en kind is iets aan de hand mer zien en gezien worden. Vader doet met xijn kind wee heel verschillende dingen. Met cen hand steum hij her in de rug, een bescherming regen vallen. Hieruir spreekr vaderlijke veramwoordelijkheid en zerg. Met zijn andere hand lijkt hij het kind re blinderen. terwijl her kind op zijn heurt de handen voor vaders ogen houde. Ook hier komt weer de vraag op: is her geesrig, spelen ze kiekeboe? Dar zou Icuk zijn, maar het geheel zier er nogal srarisch uir en vooral: geen van heiden lachr. Als het al k.iekeboe was, dan lijkr her meer op een spelletje dat mislukre, waarin ze halverwege bleven sreken doordar her diepere gevoelens losmaakre die helemaal niet leuk meer zijn. 8
Misschien beseft het kind ineens dat het niet voor niets 3chrer vaders grote hoofd wordt gezer. "Zo hoeft hij me niet aan te kijken. Word ik sowieso eigenlijk wei door hem gez.ien roals ik ben? Of kan ik 'lijn rug op? Nou, ik ben ook nict gek, dan rorg ik wel dar hij even helemaal niets meer 'liet, weet hij ook cens hoe dat is. Maar ach, hier word ik ook niet vrolijk van, nu 'linen we aile twee in het donker. Eigenlijk weet ik helemaal niet wat ik aan mijn vader heb. Ik vind hcm ro gcweldig, maar het is net ofhij altijd stopt bij mijn huitenkam en op deze rnanier kan ik ook nier bi; hem binnenkomen. Eigcnlijk weet ik eeht niet wat hi; denkt ofvodt. L1at sta~ltl wat hi; van mi; vindt. Ja, als ik hem help mct zijn zere been dan vindt hij dar wel mooi, dat merk ik wei. Maar ik wil weren wat hij van mij vindt, van mijzelf, van wie ik ben en dat ik er ben, dat ik mij ben en geen ander. Ja dat is her eigenlijk, ik had ook een andet kunnen 'lijn en soms Iijkt het wei of hij die ander Hever had gehad dan mij. Daar word ik echt verdrietig van. Als papa en mama mij op zo'n dag naar bed brengen vragen ze wei: is er war? Maar dat kan ik dan toch niet zeggen! lk zou niet weten hoe. Dan lig ik nog een rijdje wakker. Dar ik dan aileen ben is wellekker rustig, maar ik voel me ro aileen." Dud Mer grote rederheid zijn de kinderen van het vierde bccld door de kunsrenares 'gezien', gemaakr en in hcr gras gezer. Ze zien er ouder uit dan de beelden hicrboven en zuuen overdag wei een plekje hebben in een lokaal van een basisschool. Welbeschouwd 'lien ze er niet aileen ouder uir, ze lijken ronder meer oud. Hun hoofd is aan de grote kant, het staat voorover gebogen op schouders waar een last op lijkr re liggen. Hoewei her speelse licht in die heerlijke zomermin uimodigt tot uitbundig spel, 'lien we [wee kinderen die zich half van elkaar afwenden en naar de grond staren. Je krijgt de indruk dar als je "Hoog Sammie, kijk omhoog Sammie!" zou roepen, het niet echt tor hen zou doordringen. Ze 'lijn nog ro jong, ze zirten ro 'lwaar. Ze beseffen wel elkaars aanwezighcid, maar komen niet tot contact, laar sraan tot spel. Zc lijken her vleesgeworden beeld van war er in de boeken over geparentificeerde kinderen staat: dar ze hun spomanireir kwijrrakcn. niet meer kunnen spelen, er oud uirzien en 'lich oud gedragen. Oat ze later als tiener hun puberteit missen. doordat er gewoon geen mimre is am te puberen. Ze hebben auang de houding van een veranrwoordelijke ouder aangenomen. Ze sraan op zichzelf, zijn heel dienstvaardig en voorkomend, maar voelen zich daarin aileen. Voor andere kinderen is het moeilijk dat te begrijpcn, die voelen icrs 'aparts' en hebben de neiging hen te pesren. Als mccster ofjufdaar dan ook nog weinig begrip voor heeft, is de cirkel van het isolement rondo In larere relatievorming is het een hele opgave am tot dialoog en open ontmoeting te leren komen ('lie hierovcr oak Leren over Leven, pag.95). Als ik war langer kijk naar deze rwee kinderen, krijg ik her gevoel dat ze ergens op zinen re wachten. Dar ze ongeweren zinen re hopen dar er iemand aankomr, zo'n belangrijke derde die in veel kinderlevens een reddende hand blijkr re zijn. Gewoon een ander, een mens die hen aan'lier, aanspreekt en hen erkent in wic zij zijn. Zodat elk her gevoel krijgt: Zij ziet mij ajs mij, zij vindt dar ik er toe doe. Niet in vergelijk.ing met iets of iemand anders, maar als iemand die geen afgeleide ergens van is. _ Wei een kind van vader en moeder, en oak wei mer hen verbonden in loyaliteir en 'lorg, geen herhaling van hen. In mijn famasie komr er nu iemand naar de kinderen toelopen. oeze hurkt bij hen neer en zegt: "Kijk, ik heb hier een spel dat speciaal is gernaakt om hier in de ruin re spelen. Doe je mee? 9
Jij ook?" De kinderen kijken haar aan met een gevocl van 'dat kan niet waar zijn!' Maar in een oogopslag zien ze dat deze vreemdeling over wie ze aileen maar hadden gedroomd, anders is. Door de verbazing daarover kijken ze e1kaar aan, anders dan anders. Voor een half uur zijn ze echr aan het spelen en Iijken wei vrolijk. Voor dat halve uur zijn ze hun zorgen vergeten, maar door dat halve uur vergeten ze nooit meer deze ander die haast ongemerkt een opening vond in hun isolement. Die ander leerde hen hoe je ook naar e1kaar loegewend kunt zijn en dat..er een menselijke bestaansorde is, vee! wezenlijker en verder reikend dan je eigen gevoel van terneergeslagen en verla ten te zijn. Bij het zien van deze kinderen dringen zich onherroepelijk een paar woorden van Paulus aan mij op, namelijk uit Efeziers: "Vaders, maak liw kinderen nier verbitterd" (Efe'"Liers 6, 4). Ze 'lien er we!iswaar eerder ontmoedigd dan verbitterd uit, maar de verbirrering voigt op het onreeht van niet gezien en overvraagd te 'lijn. Op den duur word je daar moedeloos van ofzelfs depressief. Vit het slot van het voorafgaande hoofdsruk van Efeziers blijkt, dat kinderen hun ouders dienen te eren, maar dat ouders van hun kant hebben te z.orgen dat zij eer-baar 10 zijn door hun kinderen lief te hebben. Zeals bekend is in de bijbelse raal/iiflubbm geen equivalent van liefljindm, maar is liefde voor de ander onlosmakelijk verbanden met de relatiolleel ethisehe notie van rechr dom aan. Geziell de onvergclijkbare eigenheid van iedere individuele mens gaat het er daarbij niet om, het gelijke tot zijn recht te laten komen ("wij allen zijn toch mensen, de een niet minder dan de ander", Kafka), maar juist het versehil. Voor de erhisehe gevoeligheid daarvoor heeft Levinas de treffende term niet-otjlj~nchi"igh~id gemunt. Er ernst mee maken dat iedere ander een onvergelijkbare ander is, kan ook gezien worden als erkenning voor diens vreemdelingschap. Juist het gegeven dat wij allen vreemdeling 'lijn, is wat we in de ander herkennen en wat ons wezenlijk met e1kaar verbindr. Dit vreemdeling zijn kan de grandslag vormen voar aile medcdogen van mens tot mens en van opreehre verbazing over de ander, re beginnen russell ouders en kinderen. Over aile grenzen heen, want in e!ke eulruur is intermenselijke verbondenheid primair een bondgenoorsehap met het vreemde van de ander en van ziehzelf. Henk Vrieli"k Opldd~r(omextu«lplUtOr/liu am misvetsland Ie voorkomen: de hier bcsproken beelden 1.ijn door Martha Vdddlllis 7.0 geposilionecrd, maar voor de hier voorgcslcldc volgorde en de kcuzc vall de beeldcll ben ik vcr:uuwoorddijk. Wie meer bedden wil zicn kan tem:hl op www.marthavddlhuis.nl. Kijken naar kunsf. imerpreleren en a.uocii'ren is een uilerst subjec. liefproces. Voor de leu:rbn het wdliehc C'J(Cr.l boeiend zijn :Khl Ie slaan op de momenlen waarop de eigen imerpretacie een andere wending nn:mt dan hierboven besehreven. Dat in dit anikd uitslui tend verwezc:n WOrdl naar het lecrboek van uren over Levrn, komi doorclal ik het zien van deze bedden associecnk met zinmeden Uil dat bock. Dal hoon bij kijkcn en dal wilde ik maar zo l;aten, wnend dat er ook een hele rn:ks mooie comcxlueei paslor.lle bocken is geschrcven!