1. Gemaakte afspraken

Vergelijkbare documenten
Advies betreffende de impact van de verdere ruimte-inname in de voorhaven van Zeebrugge op het broedgebied van de kleine mantelmeeuw en de zilvermeeuw

De betekenis van een zandbank voor Heist voor de avifauna

Advies betreffende de voorgestelde maatregelen t.b.v. kleine mantelmeeuw en zilvermeeuw bij werken aan een havendok in Zeebrugge

Inrichting daken van gebouwen als broedgebied voor Kleine Mantelmeeuw, Zilvermeeuw en Visdief

Sternen te Zeebrugge. Broeden op een kunstmatig schiereiland

Monitoring van de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge- Heist tijdens het broedseizoen 2010

10 jaar Sternenschiereiland: een jubileum met gemengde gevoelens

Aanvullend advies over de ecologische randvoorwaarden voor broedgebieden van zilvermeeuw en kleine mantelmeeuw

Evaluatie van de instandhoudingsdoelstellingen voor het SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist tijdens het. broedseizoen 2006

Advies betreffende het aantal aanvaringsslachtoffers bij de windturbines langs de oostelijke strekdam te Zeebrugge in 2010

Advies betreffende de ecologische randvoorwaarden voor broedgebieden van Zilvermeeuw en Kleine mantelmeeuw

Evaluatie van de instandhoudingsdoelstellingen. te Zeebrugge-Heist tijdens het broedseizoen 2007

EVOLUTIE VAN GROTE MEEUWEN Eric Stienen, Wouter Courtens, Marc Van de walle, Nicolas Vanermen & Hilbran Verstraete

GEEN KUST ZONDER MEEUWEN. Infosessie

Voorstel tot afbakening van een vogelrichtlijngebied voor het duurzaam in stand houden van de broedpopulaties van kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist

Koloniebroeders in 2017 in Zuid-Holland Noord

Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta

Natuur en de Haven - van last tot waarde

Provinciaal blad van Noord-Brabant

30 jaar kustbroedvogels in Zeebrugge

Monitoring van kustbroedvogels in de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist en de westelijke voorhaven van Zeebrugge tijdens het broedseizoen 2013

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN VERGUNNING NATUURBESCHERMINGSWET 1998

Memo. Commissie voor de m.e.r. Robbert Wolf en Chris Moes. Ter informatie. Aan. Havenbedrijf Rotterdam N.V. Datum 13 november 2017 Telefoon Fax

Art. 14. Art. 15. Art. 16.

VR DOC.1571/2

Broedbiologisch onderzoek bij sternen en meeuwen

MB beheerregeling grote meeuwen

Wijziging Verordening ruimte ivm plan Locht 125, Veldhoven. vastgesteld

Monitoring van kustbroedvogels in de SBZ-V Kustbroedvogels te ZeebruggeHeist en de westelijke voorhaven van. Zeebrugge tijdens het broedseizoen 2014

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebieden. Voordelta, Voornes Duin en Duinen Goeree & Kwade Hoek. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Symposium Op reis op de Boschplaat, 30 mei 2017 Over (broed)vogels in veranderende landschappen

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe

Natuurcompensatieplan aanleg gasontvangststation nabij Halfweg (gemeente Haarlemmerliede & Spaarnwoude)

Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta

Monitoring van kustbroedvogels in de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist en de westelijke voorhaven van Zeebrugge tijdens het broedseizoen 2015

Advies broedvrij houden 2012

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

Meeuwen in Alkmaar. Voorkom meeuwen overlast op uw dak

Gemeente Oosterhout. Kantorenlocatie Beneluxweg- Zuid

Monitoring van kustbroedvogels in de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist en de westelijke voorhaven van Zeebrugge tijdens het broedseizoen 2017

ADVIES VAN HET INSTITUUT VOOR NATUUR- EN BOSONDERZOEK INBO.A

GEMENGD BROEDPAAR DOUGALLS STERN MET DOUGALLS X VISDIEF-HYBRIDE IN ZEEBRUGGE (BELGIË)

Titel Windenergie in Natuurnetwerk Brabant WP de Pals

Strandvogels in de kijker Jan Seys communicatieverantwoordelijke Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ)

Monitoring van kustbroedvogels in de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist en de westelijke voorhaven van Zeebrugge tijdens het broedseizoen 2016

Meeuwen in Leiden Voorkom meeuwennesten op uw dak

16 Broedsucces van sternen in de Zeebrugse voorhaven

SCHRIFTELIJKE VRAGEN AAN HET COLLEGE Nb: vragen en antwoorden worden verzonden aan College, MT en alle raadsleden.

Gemeente Boxmeer Afdeling Milieu, Realisatie en Mobiliteit Postbus AL BOXMEER. Datum 9 mei 2017 Betreft Beslissing op aanvraag

NATUUR IN DE IJSSELDELTA

Eindrapport monitoring van de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist en de SBZ V Poldercomplex : resultaten van het zesde jaar (broedseizoen 2010)

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan BGB Rucphen 2012, Roosendaalsebaan 40 te Schijf, Rucphen

Toelichting begrenzing EHS, kiekendieffoerageergebied en bosgebied

Koloniebroedende pioniers. Dwergmeeuw Larus minutus

Haven en Natuur. 22/05/2013 Laura Verlaeckt (Havenbedrijf Antwerpen) Peter Symens (Natuurpunt)

Eindrapport monitoring van de SBZ-V Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist en de SBZ-V Poldercomplex : resultaten van het zevende jaar ( )

Advies betreffende beheerplan Zilvermeeuw en Kleine Mantelmeeuw in de kustgemeenten

Burgemeester van de gemeente Bergen Postbus AD Bergen. Betreft: Reactie prealabele vraag fusielocatie voetbalvelden Egmond aan den Hoef

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan De Ploeg 2016 Bergeijk

Resultaten 2014 en trends kolonievogels in Zuid-Holland zuid Districtscoördinator Sander Terlouw:

De Antwerpse Haven Natuurlijker

Referentienummer Datum Kenmerk ehv.341.N001 3 februari 2012 RVS

Lyaemer Wonen Y.A. Tiemensma Straatweg PZ LEMMER. Datum 7 augustus 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Advies over broedende grote meeuwen in de gemeente Zedelgem

Verkennend Ecologisch Onderzoek

Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven

: Opstart werkzaamheden Meelfabriek Leiden : Rapportage quickscan Flora- en faunawet te slopen gebouw en te kappen bomen Meelfabriek Leiden

RUP. Roderveldlaan. VooRSCHRIfTEn. Stadsontwikkeling. Mei

LAR- Zuid - Tracé- wijziging buurtwegen Toelichting. Menen / Kortrijk : Buurtwegen SRBT LAR- Zuid 1

Oplegnotitie NNN-gebied, IJsselzone, Veerweg Olst

Visie op Zuid-Holland Ontwerp Actualisering 2011

Sint-Niklaas - Lokeren

Raadsvergadering d.d. 2 maart Voorstel nr.: 17/06.

SW B.V. Van Weerden Poelmanweg PC ALMELO. Datum 8 mei 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer/mevrouw,

: 09UIT : Anouk Pols

Namens de vereniging Vogelwerkgroep Amsterdam, gevestigd te Amsterdam, dien ik hierbij een zienswijze in.

Kolonievogel overzicht Oost Brabant 2015

Datum: 14 mei 2009 RJ/KvdN/MMu/BA 85-3-NO Betreft: Watertoets in het kader van project Zwembad de Krommerijn te Utrecht

COMPENSATIEMAATREGELEN UITBREIDING BEDRIJVENTERREIN KOLKSLUIS TE T ZAND

Gelet op het Jachtdecreet van 24 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 7, 11 en 12;

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79)

Toetsingsadvies over het Milieueffectrapport Uitbreiding Dierenpark Amersfoort en de aanvulling daarop. 3 oktober

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening regionaalstedelijk gebied Mechelen Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften

Principeverzoek Maasresidence Thorn

Tracé-alternatieven ten behoeve van het milieueffectonderzoek. Zuid West. Definitief

De functie van het Balgzand als hoogwatervluchtplaats voor wadvogels II. aantallen vogels en hun verspreiding tijdens hoogwater

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve

Verzoekschrift stockage te reinigen gronden en puin in kader van bodemsaneringswerken Carcoke Lisseweegsesteenweg 12 te Zeebrugge

Concept Raadsvoorstel

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS

SITUATIES. Of u voorziet een hemelwaterput van l (verplichte minimale inhoud) met hergebruik. Of u voorziet een groendak.

Consortium Grensmaas B.V. Postbus AA BORN. Datum 4 augustus 2017 Betreft Beslissing op uw aanvraag. Geachte heer/mevrouw,

Omwonenden Westerveldweg ong. Per adres: Dhr. H. Huzen 7722PR 1, Dalfsen 19 november, 2014

Transcriptie:

^lfh<^<l(o Havenactiviteiten en grote meeuwen: advies inzake de ingebruikname van enkele broedgebieden van grote meeuwen in de voorhaven van Zeebrugge Eric W.M. Stienen & W. Courtens Augustus 2004 Adviesnota IN.A.2004.127 Instituut voor Natuurbehoud Kliniekstraat 25 B-1070 Brussel

1. Gemaakte afspraken Eind 2003-begin 2004 werd door het havenbedrijf kond gemaakt van haar plannen om een gedeelte van de zogenaamde FCT-terreinen te verharden. Daar de beoogde terreinen op dat ogenblik de belangrijkste broedgebieden vormen vormden voor Grote Stern, Visdief, Zwartkopmeeuw, Kokmeeuw en Stormmeeuw, werd door het Instituut voor Natuurbehoud een voorstel tot creatie van alternatieve broedgebieden geformuleerd. Deze werden neergeschreven in de 'Adviesnota inzake de creatie van alternatieve broedgelegenheid voor kustbroedvogels in de voorhaven van Zeebrugge' (IN.A.2004.10). Op dat ogenblik was er sprake van een te verharden oppervlakte zoals in groen voorgesteld in onderstaande figuur, zijnde de gebieden Flanders V, Flanders lil, FCT-banden en Flanders Verhard (zie Bijlage 1 voor benaming en begrenzing van deze gebieden). Voor de sternen en Kokmeeuwenkolonies liggend in deze zijn in 2004 compenserende maatregelen voorzien (uitbreidingen van het sternenschiereiland en de banaan, alsmede verbetering van bestaand broedgebied). De sternen en Kokmeeuwen hebben hierop zeer positief gereageerd op een aantal van de geformuleerde maatregelen. Dit in acht genomen staat het Instituut voor Natuurbehoud staat positief ten opzichte van de voorgestelde verharding van de vier bovengenoemde gebieden. 2. Bijkomende verharding en actuele situatie Tijdens de evaluatievergadering van 6 september j.l. ten kantore van MBZ werd tevens geopteerd om bijkomend de gebieden Flanders IV en een gedeelte van Flanders I te verharden (rood gekleurd in bovenstaande figuur). Het verlies van deze gebieden betekent een belangrijke reductie van de oppervlakte aan broedgebied dat momenteel gebruikt wordt door grote meeuwen. Tevens omvat Flanders IV een gemengde populatie Visdief/Kokmeeuw waarvan het broedgebied dat in het kader van de eerder gemaakte afspraken werd geoptimaliseerd. Hoewel het gebied Kleine Vlakte geen deel uitmaakt van de huidige aanvraag tot verharding, zal de ornithologische waarde van dit gebied wel worden meegewogen in onderhavig advies. Voor dit laatste gebied is reeds een bouwvergunning verleend en het verdwijnen daarvan legt mede een belangrijke hypotheek op de broedgebieden van de grote meeuwen. Het verdwijnen van grote delen van het broedgebied van de grote meeuwen heeft mogelijk sterk negatieve gevolgen voor de aanwezige sternenpopulatie en kan er ook toe leiden dat de meeuwen zich deels gaan verspreiden over nabijgelegen haventerreinen en woongebieden en aldaar voor problemen gaan zorgen. Het is daarom van het grootste belang dat er wordt nagedacht over alternatieve en meer definitieve broedgelegenheid voor de grote meeuwen. In een eerdere fase is reeds voorgesteld om daarvoor groendaken in te richten en groenstroken binnen de haven te reserveren. In afwachting van definitieve oplossingen kunnen de meeuwen waarschijnlijk wat meer geconcentreerd worden in de huidige kerngebieden van deze soorten (zijnde Kleine Vlakte en Flanders I) en kunnen de perifere gebieden in gebruik worden genomen voor havenactiviteiten. De huidige voorstellen gedaan door de haven behelzen echter precies het tegenovergestelde, namelijk

aantasting van de belangrijkste kerngebieden zonder dat er nieuwe broedplaatsen van gelijke kwaliteit voorhanden zijn. 3 Situatie 2004 In 2004 hebben zijn in totaal 6483 koppels grote meeuwen tot broeden gekomen in de westelijke voorhaven (respectievelijk 4515 en 1986 koppels Kleine Mantel- en Zilvermeeuw). Onderstaande figuur geeft de situering van de broedkolonies van de grote meeuwen (Kleine Mantelmeeuw en Zilvermeeuw) in 2004 weer. Dit laat zien dat ongeveer de volledige beschikbare oppervlakte aan braakliggende terreinen (waar geen sternen broeden) wordt ingenomen door deze soorten. Binnen deze gebieden zijn er 2 kerngebieden aan te wijzen van waaruit de kolonies aangroeien en waarin de dichtheid aan nesten het hoogst is. De overige gebieden en vooral de perifere gebieden worden bezet door relatief jonge, onervaren koppeltjes die veel minder plaatstrouw zijn en veel meer geneigd zijn om zich naar andere gebieden te verplaatsen. Uit tabel 1 blijkt dat in de drie vernoemde gebieden die geheel of gedeeltelijk dreigen te verdwijnen maar liefst 74,9% van de hele meeuwenpopulatie tot broeden kwam. Bovendien zijn de gebieden 2 (dat geheel gaat verdwijnen) en 18 (dat gedeelte zal verdwijnen) de twee kerngebieden waarnaar hierboven wordt verwezen. Het is wel zo dat de gebieden 16, 17 & 18 maar gedeeltelijk (ongeveer 1/3) zullen verdwijnen. Dat zou een verlies opleveren van 1393 koppeltjes in gebied 18. Het totale verlies (gebieden 2, 23 en een deel van 18) zou dan nog altijd 31,3% bedragen. Omdat dit een niet onaanzienlijk percentage van de gehele populatie is en omdat dit voor een belangrijk deel kerngebieden zijn, zijn negatieve gevolgen (overlast elders in het havengebied of in de omliggende woonkernen en/of nestplaatsconcurrentie met sternen) zeker niet uit te sluiten. Het Instituut voor Natuurbehoud raadt het daarom af om de voorliggende plannen tot verharding ten volle uit te voeren. In de volgende paragraaf wordt een voorstel geformuleerd om negatieve gevolgen zoveel mogelijk te beperken.

Tabel 1. Aantal broedparen van Kleine Mantelmeeuw en Zilvermeeuw in 2004 uitgesplitst per deelgebied. De gebiedscodes komen overeen met de codes die worden gebruikt in bijlage 1. Gebiedscode 16, 17&18 5&13 23 2 1 6 8 11&12 4 Kleine Mantelmeeuw 2999 65 221 846 33 61 286 0 4 Zilvermeeuw 1221 95 257 267 20 14 68 23 3 WM Totaailll 4220 160 478 1113 53 75 354 23 7 TOTAAL 4515 1968 6483 4 Maatregelen Er moet worden benadrukt dat het Instituut voor Natuurbehoud hier slechts tijdelijke maatregelen kan formuleren voor het meeuwenprobleem omdat er vooralsnog geen definitieve oplossing wordt geboden in de vorm van permanente broedgelegenheid voor de grote meeuwen. Dit in acht nemende, zou het ecologisch de beste oplossing zijn om de gebieden 2 en 23 in gebruik te nemen voor havenactiviteiten en gebied 18 volledig te ontzien. Dit geeft de meeuwen die in het kerngebied 2 (Kleine Vlakte) moeten verdwijnen de gelegenheid om zich in de gebieden 16, 17 en 18 te vestigen, alwaar ze in een later stadium eventueel nog verder geconcentreerd kunnen worden. Ook de meeuwen van gebied 23 kunnen zich dan naar deze gebieden verplaatsen. Een dergelijke verplaatsing lijkt mogelijk omdat de gebieden 16, 17 en 18 momenteel kerngebieden zijn van evenwaardige kwaliteit als de gebieden 23 en 2. Dit heeft tevens bijkomende voordelen, namelijk 1) dat de meeuwen zoveel mogelijk geconcentreerd worden in één gebied waardoor alle overige gebieden (behalve de sternenbroedgebieden) in gebruik kunnen worden genomen voor havenactiviteiten en 2) de meeuwen beter gescheiden worden gehouden van het sternenschiereiland (immers gebied 23 ligt dicht tegen het schiereiland). Er dient dan wel te worden voorzien in de compensatie van het huidige sternenbroedgebied in gebied 23. In afwachting van de realisatie van de volledige 22 ha sternenschiereiland kan gedacht worden aan aanpassingen aan de banaan (gebied 10). Een andere oplossing - die evenwel ecologisch gezien minder voor de hand ligt - is dat gebied 23 geheel wordt ingericht als broedgebied voor grote meeuwen, waardoor gebied 18 gedeeltelijk wordt verhard en gebied 2 in gebruik kan worden genomen voor havenactiviteiten. Ook binnen dit scenario dient het verlies aan sternenbroedgebied (gebied 23) te worden gecompenseerd. Men moet beseffen dat dit scenario een veel grotere weerslag op de meeuwenpopulatie zal hebben dan het hierboven beschreven scenario (er verdwijnt meer kerngebied en meer koppeltjes moeten naar elders worden verplaatst).

Tegelijkertijd en in afwachting van een meer definitieve oplossing (inrichting van groenstroken en daken) kan gedacht worden aan het reserveren van terrein 11 als broedgebied voor meeuwen. Hier broedden in 2004 reeds enkele meeuwen (hoewel het gebied niet als broedgebied staat ingetekend in bovenstaande figuur) en met enige inrichting zou het gebied verder geoptimaliseerd kunnen worden. Het dient nogmaals onderstreept te worden dat een goed advies inzake het meeuwenprobleem pas kan worden gegeven wanneer er beter inzicht wordt gegeven in de ruimtelijke planning van het havengebied waarin rekening wordt gehouden met groengebieden voor meeuwen. Mits van voldoende kwaliteit kunnen die groengebieden ook elders (bijvoorbeeld in de achterhaven) worden gerealiseerd. Er moet duidelijkheid komen over de oppervlakte aan daken die kan worden ingericht als broedgebied, alsmede welke gebieden kunnen worden aangeduid als broedgebied. Uiteraard dienen de groenstroken en groendaken te voldoen aan minimale ecologische kwaliteiten (o.a. geschikte ondergrond en voldoende groot) vooraleer er meeuwen gaan broeden. Voorlopig kan er gedacht worden aan niet te zeer omsloten gebieden met een oppervlakte van tenminste 1ha en met een minimale breedte van 25m.

Bijiage 1. Overziclit van de gebruil<te gebiedscodes voor de afzonderliji<e broedterreinen in de westeiijl(e voortiaven. ^ K h.'v ^^ (^ -O) X, V,b> <v> ^^ ^ (i.'y '<&<'vi ^' J4?0 xa^ p^ c5^/^ -D' L'y ^/ Nummering:

1. Gebouwen Stora langs Caxtonweg (= officiële naam van Kiezelweg) (niet ingezaaid): ten noorden van Kleine Vlakte, voorbij dwarswegje tussen Caxtonweg en terreinen SeaRo/gebouwen Stora 2. Kleine Vlakte (ingezaaid): afgeboord door spoorweg-caxtonweg-dwarswegje tussen Caxtonweg en terreinen SeaRo 3. Spoorweg II (ingezaaid met klaver) 4. CTO: betonblokken langs weg van Westdam 5. Spoorweg I: links en rechts van spoorweg en landinwaarts van Caxtonweg tot net voorbij betonstortingen (deel ten zuiden van spoorweg ingezaaid met klaver) 6. Duintjes (vroeger ook 'Springplank' genoemd): ook inclusief grasveld tussen helmgras en weg Van Laere, vanaf Caxtonweg tot aan groene loods Van Laere 7. Kiezelweg: landinwaarts langs Caxtonweg en vanaf Duintjes (steenstort) tot Blokken langs Caxtonweg (stenen thv dwarswegje tussen Kiezelweg en terreinen SeaRo) 8. Blokken (2 delen, betonblokken zijn in broedseizoen 2002 weggehaald): 8a. op strand: grote betonblokken op strand langs Caxtonweg 8b. langs Caxtonweg: betonblokken langs Caxtonweg + deze op strand (stenen thv dwarswegje tussen Caxtonweg en terreinen SeaRo) 9. Oud Strand/Vier Pijpen (lager gelegen, niet ingezaaid): gebied tussen Caxtonweg-buizen (incl)-zijweg Caxtonweg naar 'Banaan' 10. Banaan (vroeger ook wel 'Schiereiland' genoemd): landinwaarts langs zijweg van Caxtonweg (stortplaats inerte afvalstoffen) 11. Opgespoten zone B (uit AHROM-dossier): in 2000 opgespoten deel tussen Caxtonweg-landinwaarts zijwegje ervan-banaan, met hellend vlak naar N; gelegen in noordelijk deel in zone B uit AHROM-dossier 12. Opgespoten zone A (uit AHROM-dossier): ophoging in 2000, in 2001 terug gedeeltelijk afgegraven 13. Werf CFE/MBG (niet ingezaaid): terrein tussen betonstort-spoorweg-weg Van Laere-ketens Van Laere (sinds '99 ontruimd van werfmateriaal) 14. Nieuw schiereiland (ook wel 'Laag Strand' genoemd): aangelegd schiereiland met schelpen (in '99 ; bezet vanaf 2000) thv ketens Van Laere 15. Kade (enkel opgespoten) 16. Loods FCT (ingezaaid): terrein op FCT tussen ketens Van Laere-toegangsweg vanop brug-loods Technische Dienst FCT-terminal langs spoorlijn-helmgrasgordel (inclusief laatste) 17. Flanders II (ingezaaid, geen koolzaad): zone D in AHROM-dossier 18. Flanders I (wel koolzaad, maar niet volledig): exclusief zone ten noorden vanaf inham aan containerkade langs spoorweg FCT 19. Flanders Verhard: verhard maar niet besteend gedeelte van FCT, begrensd door Flanders I en FCT-banden 20. FCT-banden (ook wel 'DS-land' genoemd ; DS = afkorting Dwergstern) (niet ingezaaid); terrein tussen Flanders I-Flanders Verhard-containerkade langs spoorweg FCT-Flanders III; met 6 banden (=stroken van aangevoerd schel pen materiaal) 21. Flanders III (ingezaaid ; sterk bemest in 2000): ingesloten tussen weg-verbindingen containerkade-spoorweg FCT 22. Flanders V (ingezaaid): tussen Flanders III en IV 23. Flanders IV (ingezaaid): terrein aan oude havenmuur Legende kaart: gestippeld = geasfalteerd/gebetoneerd, ongeschikt als mogelijke broedterrein zwart = gebouwen (A=Stora; B=SeaRo; C=CTO/DartLine; D=loods Van Laere; E=ketens Van Laere; F= loods Technische Dienst FCT)