Inspectierapport Stichting kindcentrum 't Zunneke (BSO) Wolinkweg 12 7273 SL HAARLO Registratienummer 293569319 Toezichthouder: GGD Noord en Oost Gelderland In opdracht van gemeente: Berkelland Datum inspectie: 19-02-2015 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 10-03-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 5 Inspectie-items... 6 Gegevens voorziening... 8 Gegevens toezicht... 8 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 9 2 van 9
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Op 19 februari 2015 is BSO 't Zunneke van Stichting Kindcentrum 't Zunneke in opdracht van de gemeente Berkelland bezocht voor een jaarlijks onderzoek op basis van risico-gestuurd toezicht. Het onderzoek heeft zich met name gericht op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk. Beschouwing BSO 't Zunneke is een onderdeel van kindcentrum 't Zunneke en is gehuisvest in het Kulturhuus 't Stieljen, Wolinkweg 12 te Haarlo. Het is een kleinschalige opvang waarbij kinderen van de dagopvang en kinderen van de BSO gelijktijdig opgevangen worden binnen één basisgroep. De houder is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op deze locatie. Tijdens de jaarlijkse inspectie van 6 februari 2014 heeft de toezichthouder overtredingen geconstateerd waarover de gemeente herstelafspraken heeft gemaakt met de houder. Op 10 juni 2014 is er een nader onderzoek uitgevoerd. Uit dit onderzoek is gebleken dat de houder de overtredingen heeft hersteld. Uit het huidige onderzoek is gebleken dat de houder op veel punten voldoet. Een zaak die aandacht behoeft is het vervoer van kinderen van de basisschool naar de BSO. Ten tijde van de inspectie zijn de kinderen door de basisschool meegegeven aan een oppas van één van de kinderen naar de BSO. Dit is niet conform het vastgelegde beleid omtrent veiligheid en gezondheid. Bovenstaande is met de houder besproken en hieruit is gebleken dat het gaat om een incident. De toezichthouder heeft bovenstaande daarom niet meegenomen in de beoordeling. De houder heeft toegezegd het beleid opnieuw onder de aandacht te brengen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 9
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: waarborging emotionele veiligheid; ontwikkeling van persoonlijke competentie; ontwikkeling van sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk Tijdens het gesprek met de beroepskracht blijkt dat zij voldoende op de hoogte is van het pedagogisch beleidsplan. Dit komt ook tot uiting in de praktijk. De praktijkobservatie is uitgevoerd op maandagmiddag 19 januari. Er zijn dan 6 kinderen aanwezig met één beroepskracht. Drie BSO-kinderen, een vriendinnetje van één van de BSO-kinderen en twee kinderen van de dagopvang die nog in bed liggen. Als de kinderen om 15.30 uur binnenkomen worden ze bij name welkom geheten. De kinderen pakken spontaan wat knutselmateriaal uit de kast en gaan gelijk creatief bezig. Intussen haalt de beroepskracht de kleintjes uit bed en geeft de kinderen een schone luier. Tijdens het verschonen is er interactie tussen de beroepskracht en de kinderen. Als de kinderen klaar zijn schuift de beroepskracht hen in de kinderstoel bij aan de grote tafel en geeft hen een beker drinken. De BSO-kinderen gaan spontaan de handen wassen en schuiven ook weer aan voor een beker drinken met een koekje. Er wordt op elkaar gewacht om te beginnen en weer van tafel te gaan. De kinderen zijn bekend met de huisregels en handelen er ook naar. Tijdens dit tafelmoment knoopt de beroepskracht gesprekjes aan met de kinderen. Af en toe stuurt de beroepskracht bij en doet dat op rustige, vriendelijke toon. Hierna mogen de kinderen vrij spelen. Zij pakken wat bouwmaterialen uit de kast en gaan hiermee aan de tafel spelen. Een paar kinderen doen samen een zoekspelletje. Intussen werkt de beroepskracht de overdrachtschriftjes bij en geeft de kinderen ondersteuning als zij daar om vragen. De beroepskracht geeft ook regelmatig complimentjes. De kleintjes zoeken elkaar op en spelen samen in een peuterhoek. De beroepskracht loopt ook regelmatig naar de kleintjes toe om hen in het spel te stimuleren om dingen uit te proberen en/of te ontdekken. Alle kinderen zijn vertrouwd met elkaar en met de beroepskracht. De sfeer is rustig en ontspannen. Het welbevinden van de kinderen is goed. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (telefonisch gesprek met de houder) Interview anderen (pedagogisch medewerker) Observaties Pedagogisch werkplan 4 van 9
Personeel en groepen Binnen dit domein is de aanwezige pedagogisch medewerker gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de basisgroep is gecontroleerd door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag Uit een steekproef op de locatie blijkt dat de aanwezige beroepskracht in het bezit is van een VOG die voldoet aan de voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Uit een steekproef op de locatie blijkt dat de aanwezige beroepskracht in het bezit is van een beroepskwalificatie conform CAO. Opvang in groepen Bij BSO 't Zunneke wordt opvang aangeboden in een verticale combinatiegroep; kinderen van de dagopvang samen met de kinderen van de buitenschoolse opvang. De kinderopvang is kleinschalig. Deze locatie heeft 16 kindplaatsen. Op het moment van inspectie zijn er 3 kinderen geplaatst van de BSO en heeft één kind een vriendinnetje meegenomen; daarnaast zijn nog twee peuters van het KDV aanwezig. De houder voldoet hiermee aan de voorwaarden. Beroepskracht-kindratio Op het moment van inspectie zijn 6 kinderen aanwezig in de leeftijd van 0 tot 12 jaar met één beroepskracht. Uit de aanwezigheidslijsten van de kinderen en de roosters van de beroepskrachten blijkt dat de beroepskracht-kindratio voldoet aan de eisen vanuit de Wet kinderopvang. De houder voldoet hiermee aan de voorwaarden. Gebruikte bronnen: Interview anderen (pedagogisch medewerker) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten Personeelsrooster 5 van 9
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 6 van 9
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 7 van 9
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Stichting kindcentrum 't Zunneke Website : http://www.zunneke-haarlo.nl Aantal kindplaatsen : 8 Gegevens houder Naam houder : Stichting Kindcentrum 't Zunneke Adres houder : Wolinkweg 12 Postcode en plaats : 7273 SL HAARLO KvK nummer : 08081944 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Noord en Oost Gelderland Adres : Postbus 51 Postcode en plaats : 7300 AB APELDOORN Telefoonnummer : 088-4433000 Onderzoek uitgevoerd door : Mevr. G. Bijttebier Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Berkelland Adres : Postbus 200 Postcode en plaats : 7270 HA BORCULO Planning Datum inspectie : 19-02-2015 Opstellen concept inspectierapport : 06-03-2015 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 10-03-2015 Verzenden inspectierapport naar houder : 10-03-2015 en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar : 10-03-2015 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 13-03-2015 8 van 9
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 9 van 9