Schrijf indien nodig de berekening op. Daar krijg je deelscores voor.

Vergelijkbare documenten
vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S-06 toetsduur: : 100 minuten aantal te behalen punten : 58 punten cesuur : 29 punten

vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S06 toetsduur: : 100 minuten aantal te behalen punten

vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S07 toetsduur: : 100 minuten aantal te behalen punten : 54 punten cesuur : 27 punten

vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S07 Toetsduur : 100 minuten aantal te behalen pt : 45 punten Oefentoets H5

Wiskunde-onderdeel Meetkunde november Cijfer=aantal behaalde punten : 62 x Pagina 1 van 7. Vestiging Westplas Mavo

Cijfer=aantal behaalde punten : 48 x 9 + 1

Examenopgaven VMBO-GL en TL 2004

Examen VMBO-GL en TL 2006 tijdvak 2 dinsdag 20 juni uur

Examen VMBO-GL en TL 2006

wiskunde CSE GL en TL

EURO. waarde dikte in mm 0,01 1,67 0,02 1,67 0,05 1,67 0,10 1,93 0,20 2,14 0,50 2,36 1,00 2,33 2,00 2,10

SMIKY CHIPS. 3p 1 Bereken in één decimaal hoeveel gram chips er gemiddeld in een zakje zit. Schrijf je berekening op.

Berekening cijfer: aantal punten / 42 * Pagina 1 van 5. Vestiging

wiskunde CSE GL en TL

Let op: Indien van toepassing: schrijf berekeningen bij de opdrachten. Gebruik bij de tekeningen een passer en geodriehoek/hoekmeter.

Bij deze PTA-toets hoort een uitwerkbijlage, die behoort bij opdracht 4c. Pagina 1 van 8. Vestiging Westplasmavo

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

In het natuurkundelokaal zijn twee gootsteenbakken.

Examen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 2 dinsdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-KB 2006 WISKUNDE CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde CSE GL en TL

Je ziet een pagina uit een reclamefolder van een bank uit Hierin kun je zien welke waarde 25 euro had in verschillende situaties.

Examen VMBO-GL en TL 2008 wiskunde CSE GL en TL tijdvak 1 donderdag 22 mei uur

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 15 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde CSE GL en TL

wiskunde CSE GL en TL

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Maarten wil voor Vanessa een schakelarmbandje kopen. Hij ziet de onderstaande aanbieding van juwelier Parel.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 donderdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 2 dinsdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Kyra van Leeuwen (Nederlands Jeugdkampioen golf van 2002 tot en met 2004)

oppervlakte grondvlak hoogte oppervlakte grondvlak hoogte

wiskunde CSE GL en TL

wiskunde CSE GL en TL

Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl I OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter. oppervlakte cirkel = π straal 2

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 woensdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 donderdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3

wiskunde CSE GL en TL

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VMBO-BB. wiskunde CSE BB. tijdvak 21 donderdag 24 mei uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Bij het beantwoorden van de vragen 1 tot en met 4 kun je de formule gebruiken.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 donderdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 23 mei 13:30-16:00 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 2 maandag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

blikken b dat nodig is voor de toren. Op de uitwerkbijlage staat een tabel, die hoort bij dit verband. Vul de tabel op de uitwerkbijlage verder in.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo II

Examen VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

wiskunde CSE GL en TL

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Nederland 1% 1% 20% 62% 11% 2% 3% Europa 1% 4% 44% 36% 12% 2% 1%

Examen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

wiskunde B pilot havo 2015-II

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

1 oppervlakte grondvlak hoogte

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 maandag 23 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl I OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter. oppervlakte cirkel = π straal 2

wiskunde CSE GL en TL

Examen VMBO-KB 2005 WISKUNDE CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B havo I

Examen VMBO-GL en TL 2005

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni 13:30-15:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2002-I

Hoofdstuk 2: Grafieken en formules

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 vrijdag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examenopgaven VMBO-GL en TL 2003

wiskunde CSE GL en TL

oppervlakte grondvlak hoogte

wiskunde CSE GL en TL

Examen VMBO-GL en TL 2005

Examen VBO-MAVO-D. Wiskunde

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde CSE GL en TL

Examen VWO. wiskunde C (pilot) tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examenopgaven VMBO-GL en TL 2003

Eindexamen wiskunde B havo II (oude stijl)

Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl I OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter. oppervlakte cirkel = π straal 2

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO wiskunde C. tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Trillingen en geluid wiskundig. 1 De sinus van een hoek 2 Uitwijking van een trilling berekenen 3 Macht en logaritme 4 Geluidsniveau en amplitude

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2002-I

Examen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 2 dinsdag 21 juni 13:30-15:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 woensdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Exact periode 1.2 % 1

Transcriptie:

Vestiging Westplas mavo vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S06 toetsduur: : 100 minuten aantal te behalen punten : 55 punten cesuur : 28 punten toetsvorm : Schriftelijk hulpmiddelen :Geodriehoek, hoekmeter, passer, rekenmachine Cijfer = aantal behaalde punten : 55 x 9 + 1 januari 2019 Onderwerp: wiskunde / Verbanden Schrijf indien nodig de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. Bij deze toets hoort een uitwerkbijlage.

VOGELTELLINGEN Op de nationale vogel-teldag worden op veel plaatsen in Nederland jaarlijks vogeltellingen uitgevoerd. Men telt onder andere het aantal purperreigers (zie foto). In de tabel hieronder zie je de resultaten van de tellingen sinds 1991 van het aantal purperreigers in Nederland. In 1991 werden er op de nationale vogelteldag 222 purperreigers geteld. Dit tijdstip word t in de tabel aangegeven met t = 0. Dus t is het aantal jaren na 1991. Schrijf steeds de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. 2p 1.Bereken hoeveel procent het aantal purperreigers is toegenomen in 1999 ten opzichte van het jaar daarvoor. Een andere vogel is de lepelaar. Zie foto. Deze vogel werd in Nederland met uitsterven bedreigd. Maar gelukkig is de laatste jaren het aantal lepelaars exponentieel toegenomen volgens deze formule: A = 1024 1,098 t Hierin is A het aantal lepelaars en t het aantal jaren na 1991. 2p 2. Met hoeveel procent nam het aantal lepelaars jaarlijks toe? 2p 3. Bereken met de formule het aantal lepelaars in het jaar 2001. 4p 4. Bereken in welk jaar het aantal lepelaars voor het eerst meer dan vijf keer zo groot was als het aantal purperreigers. Pagina 2 van 10

EEN BOEF AAN DE WIEKEN In de middeleeuwen werden boeven aan het puntje van wieken van een molen gebonden. Daarna lieten ze de wieken op volle snelheid draaien. Gegevens: De diameter van de wiekencirkel is 24 meter. De onderkant van de onderste wiek is 3 meter boven de grond. Schrijf steeds de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. 2 pt 5. De wieken draaien om een as. Hoeveel meter boven de grond is deze as? De boef wordt aan het onderste puntje van de onderste wiek vastgebonden. De wieken doen 20 seconden over een hele cirkel. 2 pt 6. Na hoeveel seconden is de boef op een hoogte van 15 m? 1 pt 7. Hoeveel meter is de amplitude? 4 pt 8. Teken in de uitwerkbijlage twee volledige periodes van de hoogte van de boef ten opzichte van de grond. Pagina 3 van 10

TENNISBAL Een tennisbal wordt met een racket recht omhoog geslagen. De hoogte van deze bal ten opzichte van de grond kan worden berekend met de volgende formule: h = 5 t 2 + 14 t + 1 Hierin is h de hoogte van de bal ten opzichte van de grond in meters en t de tijd in seconden. Schrijf steeds de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. 9. Bereken in centimeter de hoogte van deze bal na 2,25 seconden. In de onderstaande figuur zie je de grafiek die hoort bij bovenstaande formule. Je ziet dat na een tijdje de maximale hoogte wordt bereikt. 4p 10. Bereken hoeveel meter de maximale hoogte is. Als de tennisbal de grond raakt, stuitert hij een aantal keren. De maximale hoogte na één keer stuiteren is 40% van de vorige maximale hoogte. Het stuiteren herhaalt zich een aantal keren op dezelfde manier. 11. Bereken hoeveel centimeter de maximale hoogte na drie keer stuiteren is. Pagina 4 van 10

STRUISVOGELEI Schrijf steeds de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. 2p 4p 12. Bereken hoeveel gram een struisvogel weegt als deze uit het ei komt. 13. Bereken na hoeveel hele dagen een struisvogel volgens de formule voor het eerst meer weegt dan 40 kg. Pagina 5 van 10

CHAMPAGNETOREN Schrijf steeds de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. 2p 14. Laat met een berekening zien dat er in totaal 20 glazen nodig zijn om een champagnetoren met 4 lagen te bouwen. 15. Op een feest komen 100 gasten, die ieder bij binnenkomst één glas champagne krijgen. Uit hoeveel lagen moet de champagnetoren dan minstens bestaan? Pagina 6 van 10

16. Hoeveel cm was de hoogte van de champagnetoren van Luuk Broos? Let op: op de achterkant staan nog de opdrachten 17 t/m 20. Pagina 7 van 10

GOOTSTEEN In het natuurkundelokaal zijn twee gootsteenbakken. De linker gootsteenbak is om 10:00 uur met 14 liter water gevuld. De stop in de linker gootsteenbak sluit niet goed af en hierdoor loopt het water langzaam weg in de afvoer. Het verband tussen de hoeveelheid water in de linker gootsteenbak en de tijd in minuten wordt aangegeven met de formule H = 14 0,2 t H is de hoeveelheid water in liters en t de tijd in minuten met t = 0 om 10:00 uur. Schrijf steeds de berekening op. Daar krijg je deelscores voor. 17. Bereken hoe laat de linker gootsteenbak volgens de formule weer leeg is. De rechter gootsteen is om 10:00 uur gevuld met 16 liter water. Ook die stop is een beetje lek. Van de hoeveelheid water H die over is, hebben we een tabel gemaakt. Het is een lineair verband. Hieronder de tabel die hoort bij de hoeveelheid water in de rechter gootsteen. De tijd t is in minuten met t=0 om 10:00 uur. De hoeveelheid water H is in liter: t 2 4 6 8 10 H 15,4 14,8 14,2 13,6 13,0 4p 2p 18. Welke formule hoort er bij het verband tussen t en H bij de rechter gootsteen? 19. Teken de verbanden van beide gootstenen in één grafiek op de uitwerkbijlage. Bedenk zelf een handige stapgrootte op de verticale as. 20. Op welk tijdstip t bevatten beide gootstenen evenveel water? - EINDE VAN DE TOETS - Pagina 8 van 10

Uitwerkbijlage Naam leerling: Opgave 8 Pagina 9 van 10

Opgave 19 Pagina 10 van 10